Chicago Pneumatic CP 4133, 4136 Handleiding

Type
Handleiding
NEDERLANDS
Inhoud
Inleiding ........................................................................................................................................................ 137
Over de veiligheidsvoorschriften en bedieningshandleiding ........................................................................ 137
Veiligheidsinstructies ................................................................................................................................... 137
Veiligheidssignaaltermen ........................................................................................................................ 137
Persoonlijke voorzorgsmaatregelen en kwalificaties .............................................................................. 137
Persoonlijke veiligheidsuitrusting ....................................................................................................... 137
Drugs, alcohol of medicijnen .............................................................................................................. 138
Installatie, voorzorgsmaatregelen ........................................................................................................... 138
Bediening, voorzorgsmaatregelen .......................................................................................................... 138
Onderhoud, voorzorgsmaatregelen ........................................................................................................ 142
Opslag, voorzorgsmaatregelen ............................................................................................................... 142
Overzicht ...................................................................................................................................................... 143
Constructie en werking ........................................................................................................................... 143
Kiezen van de juiste pneumatische sloophamer voor een werkopdracht ............................................... 143
Hoofdonderdelen .................................................................................................................................... 143
Stickers ................................................................................................................................................... 144
Gegevensplaatje ................................................................................................................................ 144
Veiligheidssticker ............................................................................................................................... 144
Installatie ...................................................................................................................................................... 144
Slangen en aansluitingen ....................................................................................................................... 144
Methoden om bevriezen te voorkomen .................................................................................................. 144
Aansluiten van een waterafscheider ....................................................................................................... 145
Smeren ................................................................................................................................................... 145
Werkgereedschap ................................................................................................................................... 145
Selecteren van het juiste werkgereedschap ...................................................................................... 145
Smalle beitel ...................................................................................................................................... 145
Breekpunt .......................................................................................................................................... 145
Beitel met breed blad ......................................................................................................................... 145
Plaatsen en verwijderen van het werkgereedschap .......................................................................... 146
Bediening ..................................................................................................................................................... 146
Starten en stoppen ................................................................................................................................. 146
Bediening ................................................................................................................................................ 146
Starten van een snede ....................................................................................................................... 146
Breken ............................................................................................................................................... 147
Bij een pauze .......................................................................................................................................... 147
Onderhoud ................................................................................................................................................... 147
Dagelijks ................................................................................................................................................. 147
Periodiek onderhoud ............................................................................................................................... 147
Aanhaalkoppels ...................................................................................................................................... 148
Fouten opsporen en verhelpen .................................................................................................................... 148
Opslag .......................................................................................................................................................... 148
Opruimen ..................................................................................................................................................... 148
Technische gegevens .................................................................................................................................. 149
Machinegegevens ................................................................................................................................... 149
CP 4133, 4136
Inhoud
9800 1900 71 | Originele handleidingen
135
Inleiding
Bedankt om voor producten van het merk Chicago
Pneumatic te kiezen. Meer dan een eeuw staat het
merk Chicago Pneumatic voor prestatie en
vernieuwing in de industrie van pneumatische
gereedschappen.
Vandaag is het merk overal ter wereld beschikbaar
voor een reeks pneumatische en hydraulische
gereedschappen waaronder
breekhamers,boorhamers , hakhamers ,
pikhamers,opruwers pompen en nog veel meer.
Het merk Chicago Pneumatic staat voor krachtige
en betrouwbare producten , eenvoudig te
onderhouden en aan de juiste prijs.
Voor meer inlichtingen kunt u terecht op
www.cp.com
Atlas Copco (India) Ltd
90, M.I.D.C Industrial area
Satpur, Nashik, Maharashtra
422 007 India
Over de
veiligheidsvoorschriften
en bedieningshandleiding
Het doel van de voorschriften is u te voorzien van
de kennis van hoe het op een efficiënte en veilige
wijze gebruiken van de pneumatische breekhamer.
De voorschriften geven u ook advies en vertellen u
hoe u regelmatig onderhoud aan de pneumatische
breekhamer moet uitvoeren.
Voordat u de pneumatische breekhamer voor het
eerst gaat gebruiken, moet U deze voorschriften
zorgvuldig lezen en zorgen dat u alles begrijpt.
Veiligheidsinstructies
Om het risico van ernstig letsel of zelfs overlijden
voor uzelf of anderen te beperken, dient u deze
Veiligheidsvoorschriften en bedieningshandleiding
te hebben gelezen en begrepen voordat u de
machine installeert, in gebruik neemt, repareert,
onderhoudt of accessoires van de machine
vervangt.
Hang deze Veiligheidsvoorschriften en
bedieningshandleiding op bij werkplekken, zorg
voor kopieën voor werknemers en verzeker u
ervan dat iedereen de Veiligheidsvoorschriften en
bedieningshandleiding heeft gelezen alvorens de
machine te gebruiken of te onderhouden.
Uitsluitend voor professioneel gebruik.
Bovendien dient de gebruiker, of de werkgever van
de gebruiker, de specifieke risico's te beoordelen,
die verbonden kunnen zijn aan de desbetreffende
toepassing van de machine.
Bewaar alle waarschuwingen en instructies om
deze in de toekomst te raadplegen.
Veiligheidssignaaltermen
De veiligheidssignaaltermen Gevaar,
Waarschuwing en Voorzichtig hebben de volgende
betekenissen:
GEVAAR Duidt op een gevaarlijke
situatie die, indien deze niet
wordt vermeden, de dood of
ernstig letsel tot gevolg zal
hebben.
WAARSCHUWING Duidt op een gevaarlijke
situatie die, indien deze niet
wordt vermeden, de dood of
ernstig letsel tot gevolg kan
hebben.
VOORZICHTIG Duidt op een gevaarlijke
situatie die, indien deze niet
wordt vermeden, gering of
middelzwaar letsel tot gevolg
kan hebben.
Persoonlijke
voorzorgsmaatregelen en
kwalificaties
De machine mag uitsluitend worden bediend en
onderhouden door hiertoe gekwalificeerde en
opgeleide personen. Ze dienen fysiek in staat te
zijn om de massa, het gewicht en de kracht van
het gereedschap aan te kunnen. Gebruik altijd uw
gezond verstand en beoordelingsvermogen.
Persoonlijke veiligheidsuitrusting
Gebruik altijd goedgekeurde beschermende
uitrusting. Operators en alle andere personen
binnen het werkgebied moeten beschermende
uitrusting dragen, minimaal bestaand uit:
Veiligheidshelm
Gehoorbescherming
Slagvaste oogbescherming met zijwaartse
bescherming
Bescherming van de luchtwegen indien van
toepassing
Veiligheidshandschoenen
Geschikte veiligheidsschoenen/laarzen
Een geschikte werkoverall of soortgelijke
kleding (niet loszittend) die uw armen en benen
bedekt.
CP 4133, 4136
Veiligheidsvoorschriften en bedieningshandleiding
9800 1900 71 | Originele handleidingen
137
Drugs, alcohol of medicijnen
WAARSCHUWING Drugs, alcohol of
medicijnen
Drugs, alcohol en medicijnen kunnen uw
beoordelings- en concentratievermogen
beïnvloeden. Een gebrekkig reactievermogen en
onjuiste beoordelingen kunnen leiden tot ernstige
ongevallen of zelfs de dood.
Gebruik de machine nooit als u vermoeid bent
of onder de invloed van drugs, alcohol of
medicijnen.
Geen enkele persoon die onder de invloed is
van drugs, alcohol of medicijnen mag de
machine bedienen.
Installatie,
voorzorgsmaatregelen
GEVAAR Zwiepende luchtslang
Een persluchtslang die is losgekomen, kan
rondslaan en persoonlijk letsel of de dood
veroorzaken. Neem de volgende
voorzorgsmaatregelen om dit risico te beperken:
Controleer de persluchtslang en de koppelingen
op beschadiging en vervang ze indien vereist.
Controleer of alle persluchtkoppelingen goed
bevestigd zijn.
Draag pneumatische machines nooit aan de
luchtslang.
Probeer nooit een persluchtslang die onder
druk staat te ontkoppelen. Zet eerst de
perslucht af aan de compressor en ontlucht
vervolgens de machine door de start- en
stopvoorziening te bedienen.
Gebruik geen snelkoppelingen aan de inlaat
van het gereedschap. Gebruik
slangkoppelingen met schroefdraad van gehard
staal (of materiaal met een vergelijkbare
schokweerstand).
Bij gebruik van universele draaikoppelingen
(klauwkoppelingen) adviseren we om altijd
vergrendelingspennen te monteren en
veiligheidskabels (whipcheck) te gebruiken, ter
bescherming tegen eventuele defecten aan de
aansluiting van slang op gereedschap en van
slang op slang.
Richt een persluchtslang nooit op uzelf of
iemand anders. Om het risico van lichamelijk
letsel te vermijden, dient u nooit perslucht te
gebruiken om stof, vuil, enz., van uw kleding te
verwijderen.
WAARSCHUWING Uitgeworpen
werkgereedschap
Als de gereedschapshouder op de machine niet in
de vergrendelde stand staat, kan het
inzetgereedschap met kracht worden uitgeworpen,
wat persoonlijk letsel kan veroorzaken.
Start de machine nooit tijdens het vervangen
van het werkgereedschap.
Voordat u werkgereedschappen of accessoires
vervangt: zet de machine af, schakel de
persluchttoevoer uit en ontlucht de machine
door de start- en stopvoorziening te bedienen.
Richt het inzetgereedschap nooit op u zelf of
iemand anders.
Zorg ervoor dat het werkgereedschap volledig
in de houder is geplaatst en dat de
gereedschapshouder in de vergrendelde stand
staat, voordat de machine wordt gestart.
Controleer de vergrendelingsfunctie door het
inzetgereedschap met kracht naar buiten te
trekken.
WAARSCHUWING Bewegend of slippend
werkgereedschap
Een onjuiste afmeting van de steel van het
inzetgereedschap kan erin resulteren dat het
inzetgereedschap verloren raakt of eruit glijdt
tijdens het gebruik. Risico van ernstig letsel of
verbrijzelde handen en vingers.
Controleer of het werkgereedschap beschikt
over de steellengte en de afmetingen waarvoor
de machine is bedoeld.
Gebruik nooit een werkgereedschap zonder
kraag.
Bediening,
voorzorgsmaatregelen
GEVAAR Explosiegevaar
Als een inzetgereedschap in contact komt met
explosieven of explosieve gassen, kan een
explosie plaatsvinden. Bij werk aan bepaalde
materialen en bij toepassing van bepaalde
materialen in machineonderdelen, kunnen vonken
en ontvlamming optreden. Explosies zullen leiden
tot ernstig letsel of zelfs de dood.
Gebruik de machine nooit in een explosieve
omgeving.
Gebruik de machine nooit in de nabijheid van
ontvlambare materialen, gassen of stof.
Veiligheidsvoorschriften en bedieningshandleiding
CP 4133, 4136
138
9800 1900 71 | Originele handleidingen
Controleer of er geen ongedetecteerde
gasbronnen of explosieven zijn.
WAARSCHUWING Onverwachte bewegingen
Het werkgereedschap wordt blootgesteld aan
hevige spanningen als de machine wordt gebruikt.
Het werkgereedschap kan na een bepaalde
gebruiksduur breken op grond van vermoeiing. Als
het werkgereedschap breekt of vast gaat zitten,
kan dit onverwachte bewegingen tot gevolg
hebben, die letsel kunnen veroorzaken. Bovendien
kan letsel worden veroorzaakt, als u uw evenwicht
verliest of uitglijdt.
Zorg ervoor dat uw positie altijd stabiel is met
uw voeten zover uit elkaar als uw schouders
breed zijn, en houd uw lichaamsgewicht in
balans.
Inspecteer de apparatuur altijd voordat u deze
gaat gebruiken. Gebruik de apparatuur nooit als
u vermoedt dat deze is beschadigd.
Zorg ervoor dat de handgrepen schoon zijn en
vrij van vet en olie.
Houd uw voeten weg van het
werkgereedschap.
Sta stevig en houd de machine altijd met beide
handen vast.
Start de machine nooit als hij op de grond ligt.
'Rijd' nooit op de machine met een been over
de handgreep.
Sla nooit op de apparatuur en gebruik deze niet
op oneigenlijke wijze.
Controleer het werkgereedschap regelmatig op
slijtage en controleer het op tekenen schade en
zichtbare barsten.
Wees oplettend en kijk goed wat u doet.
WAARSCHUWING Gevaren van stof en damp
Stof en/of dampen die worden ontwikkeld of
vrijkomen tijdens het gebruik van de machine,
kunnen ernstige en permanente
ademhalingsaandoeningen, ziekten of ander
lichamelijk letsel veroorzaken (zoals silicose
(stoflong) of andere chronische en mogelijk fatale
longziekten, kanker, geboorteafwijkingen en/of
huidontstekingen).
Bepaalde stofdeeltjes en dampen, die
geproduceerd worden bij boren, slopen, hameren,
zagen, slijpen en andere bouwactiviteiten,
bevatten stoffen die volgens de Staat Californië en
andere overheden ziekten van de
ademhalingswegen, kanker, geboorteafwijkingen
of andere voortplantingsstoringen veroorzaken.
Voorbeelden van dergelijke stoffen zijn:
kristalsilicaat, cement en andere
metselwerkproducten.
Arseniek en chroom van chemisch behandeld
rubber.
Lood van op lood gebaseerde verfstoffen.
De in de lucht aanwezige stof en dampen kunnen
met het blote oog onzichtbaar zijn. Vertrouw
daarom niet op uw gezichtsvermogen om te
bepalen of de lucht stof of dampen bevat.
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen om het
gevaar van blootstelling aan stof en dampen te
reduceren:
Voer een risicobeoordeling uit die specifiek is
voor de werkplek. Deze risicobeoordeling dient
rekening te houden met stof en dampen die
door de machine worden geproduceerd en met
de mogelijkheid dat reeds aanwezig stof
opwervelt.
Gebruik geschikte constructiemiddelen om de
hoeveelheid stof en dampen in de lucht en
stofvorming op apparatuur, oppervlakken,
kleding en lichaamsdelen tot een minimum te
reduceren. Voorbeelden van dergelijke
middelen zijn: uitlaatventilatie en
stofopvangsystemen, waterspray en nat boren.
Beperk de vorming van stof en dampen zo veel
mogelijk bij hun bronnen. Zorg ervoor dat zulke
hulpmiddelen naar behoren worden
geïnstalleerd en onderhouden.
Draag, onderhoud en gebruik alle
luchtwegbeschermingsmiddelen correct
volgens de aanwijzingen van uw werkgever en
de wettelijke ARBO-voorschriften. De
luchtwegbeschermingsmiddelen moeten
doelmatig zijn voor het stoftype in kwestie (en,
indien van toepassing, zijn goedgekeurd door
de desbetreffende overheidsinstantie).
Werk in een goed geventileerde ruimte.
CP 4133, 4136
Veiligheidsvoorschriften en bedieningshandleiding
9800 1900 71 | Originele handleidingen
139
Als de machine een uitlaat heeft: richt de uitlaat
dusdanig dat het opwervelen van stof in stoffige
omgevingen zo goed mogelijk wordt
voorkomen.
Bedien en onderhoud de machine volgens de
Veiligheidsvoorschriften en
bedieningshandleiding.
Kies, onderhoud en vervang verbruiksartikelen,
inzetgereedschappen en andere accessoires
volgens de aanbevelingen in de
Veiligheidsvoorschriften en
bedieningshandleiding. Een foutieve keuze en
gebrekkig onderhoud van verbruiksartikelen,
inzetgereedschappen en andere accessoires,
kunnen resulteren in een nodeloze toename
van de hoeveelheid stof en/of dampen.
Draag ter bescherming op de werkplek wasbare
kleding of wegwerpkleding. Neem een douche
en trek schone kleren aan voordat u de
werkplek verlaat om blootstelling aan stof en
dampen van uzelf en anderen, auto's, woningen
en andere plekken te reduceren.
Eet en drink niet en gebruik geen
tabaksproducten op plaatsen waar stof of
dampen aanwezig zijn.
Was uw handen en gezicht zo snel mogelijk na
het verlaten van een plaats van blootstelling en
altijd voordat u eet, drinkt of tabaksproducten
gebruikt en voordat u in contact komt met
andere mensen.
Neem alle toepasselijke wettelijke voorschriften
en bepalingen in acht, met inbegrip van de
ARBO-voorschriften.
Neem deel aan de door uw werkgever of
werknemersorganisatie georganiseerde
activiteiten op het gebied van luchtbewaking,
medisch onderzoek en ARBO-cursussen, in
overeenstemming met de geldende
gezondheids- en veiligheidsvoorschriften en -
adviezen. Raadpleeg artsen met ervaring van
beroepsgerelateerde geneeskunde.
Werk samen met uw werkgever en
werknemersorganisatie om blootstelling aan
stof en dampen op de werkplek tegen te gaan
en de risico's hiervan te reduceren. Effectieve
programma's ter bevordering van de
gezondheid en veiligheid, evenals procedures
voor de bescherming van werknemers en
anderen tegen schadelijke blootstelling aan stof
en dampen dienen te worden opgesteld en
geïmplementeerd op basis van adviezen van
gezondheids- en veiligheidsdeskundigen.
Raadpleeg deskundigen.
Resten van gevaarlijke stoffen op de machine
kunnen een risico vormen. Reinig de machine
grondig voordat u enige
onderhoudswerkzaamheden uitvoert.
WAARSCHUWING Projectielen
Als werkstukken, accessoires of de machine zelf
stukgaan, kan dit tot gevolg hebben dat er
projectielen met hoge snelheid vrijkomen. Tijdens
het gebruik kunnen splinters of andere deeltjes van
het materiaal waarmee wordt gewerkt projectielen
worden en persoonlijk letsel veroorzaken, doordat
ze de gebruiker of andere personen raken. Neem
de volgende voorzorgsmaatregelen om dit risico te
beperken:
gebruik goedgekeurde persoonlijke
beschermingsmiddelen en een veiligheidshelm,
inclusief een stootvaste oogbescherming met
zijbescherming.
Zorg ervoor dat onbevoegde personen geen
toegang hebben tot het werkgebied.
Houd de werkplek vrij van vreemde
voorwerpen.
Verzeker u ervan dat werkstukken stevig en
veilig bevestigd zijn.
WAARSCHUWING Gevaren van splinters
Als men werkgereedschappen gebruikt om er met
de hand mee te slaan, kan dit tot gevolg hebben
dat de gebruiker door splinters getroffen wordt, wat
persoonlijk letsel kan veroorzaken.
Gebruik werkgereedschappen onder geen
beding om er met de hand mee te slaan. Ze
hebben een speciaal ontwerp en
warmtebehandeling, die uitsluitend bedoeld zijn
voor gebruik in een machine.
WAARSCHUWING Gevaren van uitglijden,
struikelen en vallen
Er bestaat een risico op uitglijden, struikelen of
vallen, bijvoorbeeld door over slangen of andere
voorwerpen te struikelen. Uitglijden, struikelen of
vallen kan letsel veroorzaken. Om dit risico te
verminderen:
Zorg er altijd voor dat er geen slangen en
andere voorwerpen voor uzelf en voor anderen
in de weg liggen.
Zorg dat u altijd stabiel staat, met uw voeten net
zo ver uit elkaar als uw schouders breed zijn,
en houd uw lichaamsgewicht in balans.
WAARSCHUWING Gevaren van bewegingen
Als u de machine gebruikt voor werkgerelateerde
activiteiten, kunt u ongemak ervaren in uw handen,
armen, schouders, nek en andere lichaamsdelen.
Veiligheidsvoorschriften en bedieningshandleiding
CP 4133, 4136
140
9800 1900 71 | Originele handleidingen
Neem een comfortabele houding aan, zorg dat
u stevig staat en vermijd een onhandige stand.
Het wisselen van houding tijdens langdurige
taken kan helpen om ongemak en
vermoeidheid te voorkomen.
Raadpleeg bij aanhoudende of herhaalde
symptomen een gekwalificeerde
gezondheidswerker.
WAARSCHUWING Gevaren van trillingen
Normaal en correct gebruik van de machine stelt
de operator bloot aan trillingen. Regelmatige en
frequente blootstelling aan trillingen kan letsel
veroorzaken. Het kan ertoe bijdragen dat
aandoeningen ontstaan of verergeren aan de
vingers, handen, armen, polsen, schouders en/of
zenuwen, en aan de bloedtoevoer of andere
lichaamsdelen van de operator. Verzwakking en/of
blijvend letsel of aandoeningen kunnen zich ook
geleidelijk voordoen in de loop van weken,
maanden of jaren. Dergelijk letsel en
aandoeningen kunnen ook omvatten: schade aan
de bloedsomloop, schade aan het zenuwstelsel,
schade aan gewrichten evenals mogelijke schade
aan andere lichaamsdelen.
Als ongevoeligheid, aanhoudend lichamelijk
ongemak, brandend gevoel, stijfheid, kloppen,
tintelen, pijn, onhandigheid, een verzwakte grip,
verbleking van de huid of andere symptomen op
welk moment dan ook optreden tijdens het
bedienen van de machine of tijdens het niet
bedienen van de machine: ga niet weer met de
machine aan de slag, maar informeer uw
werkgever en zoek medische hulp. Als u de
machine blijft gebruiken nadat zich een dergelijk
symptoom heeft voorgedaan, kan dit het risico
verhogen dat de symptomen ernstiger en/of
blijvend worden.
Gebruik en onderhoud de machine volgens de
aanbevelingen in deze handleiding om nodeloze
toename van trillingen te voorkomen.
De volgende aandachtspunten kunnen helpen om
de blootstelling aan trillingen van de operator te
reduceren:
Laat de machine het werk doen. Gebruik\ een
minimale handgreep, strokend met een
degelijke controle en veilige\ bediening. Gebruik
de correcte voedingskracht op de machine.
Druk\ niet te hard.
Als de machine trillingsabsorberende
handgrepen heeft: houd deze in een centrale
positie en druk de handgrepen niet in de
eindstopstanden.
Wanneer u het slagmechanisme hebt
geactiveerd, is het enige lichamelijke contact
dat u met de machine dient te hebben, via uw
handen op de handgreep/handgrepen. Vermijd
enig ander contact, bijv. het steunen van
lichaamsdelen tegen de machine of het leunen
op de machine om te proberen meer kracht te
zetten. Het is ook belangrijk dat de start- en
stopvoorziening niet is ingeschakeld, als u het
gereedschap uit het werkoppervlak trekt.
Zorg ervoor dat het inzetgereedschap goed
onderhouden is (waaronder scherpte, wanneer
het een snijgereedschap is), niet versleten is en
de juiste maat heeft. Werkgereedschappen die
niet goed zijn onderhouden, of die versleten zijn
of niet de juiste afmetingen hebben, leiden
ertoe dat het langer duurt om een karwei te
voltooien (en een langere blootstelling aan
trillingen) en kunnen resulteren in of bijdragen
aan hogere niveaus van blootstelling aan
trillingen.
Stop onmiddellijk met werken als de machine
plotseling hevig begint te trillen. Voordat u het
werk weer oppakt, moet eerst de oorzaak van
de verhoogde trillingen worden gevonden en
worden verholpen.
Het inzetgereedschap nooit vastpakken,
vasthouden of aanraken zo lang u de machine
gebruikt.
Neem deel aan programma's voor
gezondheidsbewaking of controle, medisch
onderzoek en aan de opleidingen die u worden
aangeboden door uw werkgever en wanneer
die wettelijk zijn vereist.
Draag bij werk in een koude omgeving warme
kleding en houd uw handen warm en droog.
De uitlaatlucht is uiterst gekoeld en mag niet in
contact komen met de operator. Richt de
uitlaatlucht altijd uit de buurt van handen en
lichaam.
Zie de “Geluids- en trillingsverklaring” voor de
machine, met inbegrip van de vermelde
trillingswaarden. Deze informatie vindt u aan het
einde van de Veiligheidsvoorschriften en
bedieningshandleiding.
Zorg dat de luchtdruk is zoals aanbevolen als u
de machine gebruikt. Zowel een hogere als een
lagere luchtdruk kan mogelijk resulteren in
hogere trillingniveaus.
GEVAAR Elektrisch gevaar
De machine is niet elektrisch geïsoleerd. Als de
machine in contact komt met elektriciteit, kan dat
leiden tot ernstig letsel of de dood.
CP 4133, 4136
Veiligheidsvoorschriften en bedieningshandleiding
9800 1900 71 | Originele handleidingen
141
Bedien de machine nooit in de buurt van een
elektriciteitskabel of een andere
elektriciteitsbron.
Verzeker u ervan dat er geen sprake is van
verborgen bedrading of andere
elektriciteitsbronnen binnen het werkterrein.
WAARSCHUWING Gevaar van een verborgen
object
Tijdens het gebruik kunnen verborgen kabels en
buizen een gevaar vormen dat kan resulteren in
ernstig letsel.
Controleer de samenstelling van het materiaal
voordat u aan de slag gaat.
Kijk uit voor verborgen kabels en buizen van
b.v. elektriciteit, telefoon, water, gas en riolen
etc.
Als het inzetgereedschap een verborgen object
geraakt lijkt te hebben, zet de machine dan
onmiddellijk af.
Verzeker u ervan dat er geen gevaar dreigt
voordat u verder gaat.
WAARSCHUWING Onbedoeld starten
Als de machine per abuis wordt gestart, kan dit
letsel veroorzaken.
Houd uw handen weg van de start- en
stopvoorziening totdat u gereed bent om de
machine te starten.
Leer hoe u de machine in noodgevallen
uitschakelt.
Laat de start- en stopvoorziening altijd
onmiddellijk los zodra de voeding uitvalt.
Voordat u het werkgereedschap monteert of
verwijdert: schakel eerst de luchttoevoer uit,
ontlucht de machine door de start- en
stopvoorziening in te drukken en koppel de
machine los van de persluchttoevoer.
WAARSCHUWING Gevaar door geluid
Hoge geluidsniveaus kunnen permanent en
schadelijk gehoorverlies veroorzaken, evenals
andere klachten, zoals tinnitus (rinkelen, zoemen,
fluiten of gonzen in de oren). Ga als volgt te werk
om de risico's te verminderen en nodeloos hoge
geluidsniveaus te voorkomen:
Een risicobeoordeling van deze gevaren en
adequate voorzorgsmaatregelen zijn van
essentieel belang.
Bedien en onderhoud de machine volgens deze
aanwijzingen.
Kies, onderhoud en vervang het
inzetgereedschap volgens deze aanwijzingen.
Als de machine een geluidsdemper heeft:
controleer of hij aanwezig is en in goede
bedrijfsstaat verkeert.
Draag altijd een gehoorbescherming.
Gebruik geluiddempend materiaal om te
voorkomen dat de werkstukken gaan “galmen”.
Onderhoud,
voorzorgsmaatregelen
WAARSCHUWING Modificeren van de
machine
Iedere modificatie van de machine kan resulteren
in lichamelijk letsel voor u zelf of anderen.
Modificeer de machine onder geen beding.
Gemodificeerde machines worden niet gedekt
door de garantie of productaansprakelijkheid.
Gebruik altijd originele onderdelen,
gereedschappen en toebehoren.
Vervang beschadigde onderdelen onmiddellijk.
Vervang versleten componenten op tijd.
VOORZICHTIG Heet werkgereedschap
De punt van het gereedschap kan tijdens gebruik
erg heet en scherp worden. De punt aanraken kan
brand- en snijwonden veroorzaken.
Raak een heet of scherp stuk gereedschap
nooit aan.
Wacht tot het gereedschap is afgekoeld voordat
u onderhoud uitvoert.
WAARSCHUWING Gevaren van
inzetgereedschappen
Als de start- en stopvoorziening tijdens onderhoud
of montage per abuis wordt bediend, kan dit
ernstig letsel veroorzaken als de voeding is
aangesloten.
Inspecteer, reinig, monteer en verwijder
inzetgereedschappen onder geen beding met
aangesloten voeding.
Opslag,
voorzorgsmaatregelen
Bewaar de machine en gereedschappen op
een veilige plaats, buiten het bereik van
kinderen en achter slot en grendel.
Veiligheidsvoorschriften en bedieningshandleiding
CP 4133, 4136
142
9800 1900 71 | Originele handleidingen
Overzicht
Om het risico van ernstig letsel of overlijden voor u
zelf of anderen te reduceren, dient u voordat u de
machine gaat gebruiken de
Veiligheidsvoorschriften te lezen, die u vindt op de
voorgaande pagina's van dit handboek.
Constructie en werking
Deze aanwijzingen zijn van toepassing op de
modellen CP 4133 en CP4136.
Deze machines zijn pneumatische
gereedschappen ontworpen voor gemiddeld tot
zwaar breek-, snij- en hakwerk en verder licht
betonsloopwerk en tunnelwerkzaamheden in
zachte ondergrond. Elk machinemodel kan zowel
horizontaal als verticaal worden gebruikt. Ander
gebruik is niet toegestaan.
Zie de reserveonderdelenlijst voor de keuze van
het juiste werkgereedschap.
Kiezen van de juiste
pneumatische sloophamer
voor een werkopdracht
Het is belangrijk de juiste afmeting van de
pneumatische hamer te kiezen voor de
werkzaamheden die moeten worden uitgevoerd.
Een pneumatische hamer die te klein is, betekent
dat het werk langer duurt.
Een hamer die te groot is, betekent dat deze vaak
opnieuw moet worden gepositioneerd, hetgeen
onnodig vermoeiend is voor de operator.
Een simpele regel voor het kiezen van de juiste
afmeting van de pneumatische hamer is dat een
stuk afgebroken materiaal van normale afmetingen
van het te bewerken stuk moet zijn verwijderd
binnen 5-10 seconden.
Als het minder dan 5 seconden kost, moet een
kleinere pneumatische hamer worden gekozen.
Als het meer dan 10 seconden kost, moet een
grotere pneumatische hamer worden gekozen.
Hoofdonderdelen
A
B
D
E
F
G
CP 4133
A
D
F
G
B
E
CP 4136
A. Handgreep
B. Trekker
C. Afzettrekker
D. Gereedschapshouder
E. Luchtinlaat
F. Geluiddemper
CP 4133, 4136
Veiligheidsvoorschriften en bedieningshandleiding
9800 1900 71 | Originele handleidingen
143
G. Cilinder
Stickers
De machine is voorzien van stickers met
belangrijke informatie over persoonlijke veiligheid
en machineonderhoud. De stickers moeten in
dusdanige staat zijn, dat ze makkelijk leesbaar
zijn. Nieuwe stickers kunt u bestellen uit de
reserveonderdelenlijst.
Gegevensplaatje
Construction Tools PC AB
A
B C
p max
D
Del. wt.
Production year
xxxx
E
Type
Made in
Ser. No.
A. Machinetype
B. Maximale hydraulische druk
C. Serienummer
D. Het waarschuwingssymbool samen met het
boeksymbool betekent dat de gebruiker de
Veiligheidsvoorschriften en de
bedieningshandleiding moet lezen voordat de
machine voor het eerst wordt gebruikt.
E. Het CE-symbool betekent dat de machine een
EG-goedkeuring heeft. Zie de bij de machine
geleverde EG-verklaring van overeenstemming
voor meer informatie.
Veiligheidssticker
Om letsel te voorkomen, dient u de afzonderlijke
veiligheidsvoorschriften te hebben gelezen en
begrepen voordat u gereedschappen gebruikt of
onderhoudt.
Installatie
Slangen en aansluitingen
SRNO
A
B
C
D
A. Persluchtbron
B. Waterafscheider (optioneel)
C. Smeerbus (optioneel)
D. Max. 10 feet (3 meter) persluchtslang tussen de
oliesmeerbus en de machine.
Controleer of u de juiste aanbevolen werkdruk
gebruikt, 87 psig (6 bar (e)).
De maximaal toegestane luchtdruk, 90 psig (6,2
bar (e)), mag niet worden overschreden.
Blaas eventuele onzuiverheden uit de
persluchtslang voordat u hem aansluit op de
machine.
Kies de juiste afmeting en lengte voor de
drukluchtslang. Voor slanglengten tot 100 feet
(30 meter) moet een slang met een inwendige
diameter van minstens
3
4 in. (19 mm) worden
gebruikt. Als de slanglengte tussen 100 en 330
feet (30 en 100 meter) ligt, moet een slang met
een inwendige diameter van minimaal 1 in. (25
mm) worden gebruikt.
Methoden om bevriezen te
voorkomen
IJsvorming in de geluiddemper kan ontstaan als de
temperatuur van de omgevingslucht 32-50 °F
(0-10 °C) is bij een hoge relatieve vochtigheid.
De machine is geconstrueerd om ijsvorming in de
geluiddemper te voorkomen. Desondanks kan zich
onder extreme onstandigheden ijs vormen in de
geluiddemper.
De volgende maatregelen kunnen worden
genomen om het risico van ijsvorming verder
tegen te gaan:
Gebruik CP Airolene Plus Tool Oil als
smeermiddel. CP Airolene Plus Tool Oil gaat
bevriezing tegen.
Gebruik een waterafscheider.
Veiligheidsvoorschriften en bedieningshandleiding
CP 4133, 4136
144
9800 1900 71 | Originele handleidingen
Aansluiten van een
waterafscheider
De lengte van de luchtslang tussen de compressor
en de waterafscheider moet zodanig zijn dat de
waterdamp afkoelt en condenseert in de slang
voordat de waterafscheider wordt bereikt.
Als de omgevingstemperatuur lager is dan 32 °F (0
°C) moet de slang kort genoeg zijn om te
voorkomen dat het water bevriest voordat het de
waterafscheider bereikt.
Smeren
Het smeermiddel is belangrijk voor de werking van
de machine en is van grote invloed op de
levensduur. Om te zorgen voor de juiste
hoeveelheid olie, moet een smeervoorziening
worden aangesloten op de luchtslang. Het gebruik
van een oliesmeerbus van het merk Chicago
Pneumatic voor de luchtleiding wordt aanbevolen.
Om een goede smering te garanderen, mag de
lengte van de luchtslang tussen de oliesmeerbus
en het pneumatisch gereedschap niet meer zijn
dan 10 feet (3 meter).
Overmatige smering kan startproblemen, laag
vermogen of onregelmatige prestaties
veroorzaken.
Gebruik een synthetisch smeermiddel, zoals de
gereedschappenolie CP Airolene Plus Tool Oil of
minerale olie met de eigenschappen die in
onderstaande tabel worden aanbevolen.
Smeermiddel Temperatuur
bereik °F (°C)
Viscositeit
CP Airolene Plus
Tool Oil
-4 tot +120
(-20 tot +50)
-
Olie voor
luchtgereedschap
-4 tot +60
(-20 tot +15)
100-150 SUS
(ISO VG 22-32)
Olie voor
luchtgereedschap
+60 tot +120
(+15 tot +50)
225-350 SUS
(ISO VG 46-68)
We adviseren om olie met een roestremmer te
gebruiken.
Werkgereedschap
CAUTION Heet werkgereedschap
De punt van het gereedschap kan tijdens gebruik
erg heet en scherp worden. De punt aanraken kan
brand- en snijwonden veroorzaken.
Raak een heet of scherp stuk gereedschap
nooit aan.
Wacht tot het gereedschap is afgekoeld voordat
u onderhoud uitvoert.
NOTICE
Koel heet werkgereedschap nooit af in
water aangezien dit in broosheid en vroegtijdige
defecten kan resulteren.
Selecteren van het juiste werkgereedschap
Het selecteren van het juiste werkgereedschap is
een voorwaarde voor de goede werking van de
machine. Het is belangrijk om werkgereedschap
van hoge kwaliteit te kiezen om onnodige
machineschade te voorkomen.
De machine kan worden vernield als u een
verkeerd werkgereedschap gebruikt.
De aanbevolen werkgereedschappen worden
opgesomd in de reserveonderdelenlijst voor de
machine.
Smalle beitel
De smalle beitel wordt
gebruikt voor sloop- en
snijwerkzaamheden in beton
en andere typen hard
materiaal.
Breekpunt
De beitel met stompe punt
mag alleen worden gebruikt
voor het maken van gaten in
beton en andere typen harde
grond.
Beitel met breed blad
De beitel met breed blad mag
alleen worden gebruikt in
zacht materiaal, zoals asfalt
en bevroren grond.
WAARSCHUWING Gevaar van trillingen
Het gebruiken van inzetgereedschappen die niet
voldoen aan de hieronder genoemde criteria, zal
ertoe leiden dat het langer duurt een karwei te
voltooien en kan resulteren in hogere niveaus van
blootstelling aan trillingen. Een versleten
gereedschap verhoogt tevens de werktijd.
Controleer of het inzetgereedschap goed
onderhouden is, niet versleten en van de juiste
afmetingen.
Gebruik altijd een scherp gereedschap om
efficiënt te werken.
CP 4133, 4136
Veiligheidsvoorschriften en bedieningshandleiding
9800 1900 71 | Originele handleidingen
145
Plaatsen en verwijderen van het
werkgereedschap
Voor het plaatsen of verwijderen van het
werkgereedschap dienen de volgende
aanwijzingen in acht te worden genomen:
Om een onbedoelde start te voorkomen: de
luchttoevoer afzetten en de machine
ontkoppelen van de stroombron. Ontlucht de
machine door te drukken op het start/stop-
apparaat.
Smeer, voordat u een inzetgereedschap
plaatst, de gereedschapssteel eerst met vet.
Sluit de gereedschapshouder en controleer de
vergrendelfunctie door het geplaatste
gereedschap er abrupt uit te rukken.
A
CP 4133
1. Steek de beitelsteel in de cilinder.
2. Schuif de houder over de beitel en op de
cilinder.
3. Plaats de vergrendelingsspoel (A).
CP 4136
1. Schroef de houder met de hand op de cilinder
tot deze vastzit.
2. Duw de huls van de houder omhoog en plaats
de beitelsteel in de cilinder.
3. Laat de huls van de houder los en zorg ervoor
dat de huls terugkeert naar zijn eindpositie.
Bediening
WAARSCHUWING Onbedoeld starten
Als de machine per abuis wordt gestart, kan dit
letsel veroorzaken.
Houd uw handen weg van de start- en
stopvoorziening totdat u gereed bent om de
machine te starten.
Leer hoe u de machine in noodgevallen
uitschakelt.
Zet de machine altijd onmiddellijk uit als de
voeding uitvalt.
Starten en stoppen
De CP 4133 en CP 4136 zijn uitgerust met een
buitenliggende trekker.
Start de machine door de buitenliggende
trekker omlaag te drukken.
Stop de machine door de buitenliggende
trekker los te laten. De trekker keert terug in de
onbelaste positie.
Bediening
Starten van een snede
Ga in een stabiele positie staan, met uw voeten
uit de buurt van het inzetgereedschap.
Druk de machine tegen het werkoppervlak
voordat u begint.
Begin te bikken op een zodanige afstand van
de rand dat de machine in staat is het materiaal
te breken zonder hefboomkracht.
Nooit proberen te grote stukken af te bikken.
Stel de breekafstand (A) zo af dat het
inzetgereedschap niet vast gaat zitten.
Veiligheidsvoorschriften en bedieningshandleiding
CP 4133, 4136
146
9800 1900 71 | Originele handleidingen
A
Breken
Laat de machine het werk doen; druk niet te
hard.
Vermijd werk aan buitensporig harde
materialen, zoals graniet en betonstaal
(wapingsijzer) die krachtige trillingen kunnen
veroorzaken.
Vermijd alle vormen van stationair draaien,
werken zonder werkgereedschap of werken
met opgetilde machine.
Als de machine is opgeheven, mag de start- en
stopvoorziening niet worden bediend.
Controleer regelmatig of de machine goed
wordt gesmeerd.
Bij een pauze
Tijdens pauzes moet u de machine altijd op een
plaats leggen waar geen risico bestaat dat deze
per abuis wordt gestart. Plaats de machine
altijd op de grond, zodat deze niet kan vallen.
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen bij
langere pauzes of als u de werkplek verlaat: Zet
de voeding af en ontlucht de machine
vervolgens door de start- en stopvoorziening te
bedienen.
Onderhoud
Regelmatig onderhoud is een basisvereiste voor
een blijvend veilig en doelmatig gebruik van de
machine. Volg de onderhoudsaanwijzingen
zorgvuldig.
Voordat u begint met onderhoud aan de
machine, reinig deze dan om blootstelling aan
gevaarlijke stoffen te voorkomen. Zie \"Stof en
dampen risico's\".
Gebruik alleen originele onderdelen. Schade of
defecten die zijn veroorzaakt door het gebruik
van niet-originele onderdelen, worden niet
gedekt door onze garantie of
productaansprakelijkheid.
Neem voor het reinigen van mechanische
onderdelen met oplosmiddelen de toepasselijke
gezondheids- en veiligheidsbepalingen in acht
en controleer of er voldoende ventilatie is.
Voor grote servicewerkzaamheden aan de
machine, neemt u contact op met de
dichtstbijzijnde erkende werkplaats.
Controleer na servicewerkzaamheden altijd of
het trillingsniveau van de machine normaal is.
Neem contact op met uw plaatselijke erkende
werkplaats als dit niet het geval is.
Dagelijks
Voordat u bij pneumatische machines begint met
onderhoud of vervanging van
werkgereedschappen, dient u altijd eerst de
luchttoevoer uit te schakelen en de machine te
ontluchten door op start- en stopinrichting in te
drukken. Maak vervolgens de luchtslang los van
de machine.
Reinig en inspecteer de machine en zijn
functies dagelijks voor aanvang van het werk.
Controleer de gereedschaphouder op slijtage
en werking.
Voer een algemene inspectie uit op lekkages
en schade.
Controleer of de luchtinlaatnippel is aangehaald
en of de klauwkoppeling vrij is van schade.
Om er zeker van te zijn dat de machine de
gespecificeerde trillingswaarden behoudt, moet
altijd het volgende worden gecontroleerd:
Een te grote speling tussen de steel van het
werkgereedschap en de beitelbus zal hogere
trillingen veroorzaken. Om blootstelling aan te
hoge trillingen te voorkomen, controleert u elke
dag de beitelbus op slijtage.
Als de machine een trillingsabsorberende
hendel(s) heeft: controleer of hij onbelemmerd
beweegt (omhoog en omlaag) en niet vastloopt.
Vervang beschadigde onderdelen onmiddellijk.
Vervang versleten componenten op tijd.
Zorg ervoor dat alle bevestigde en aanverwante
uitrusting, zoals slangen, waterafscheiders en
smeerbussen goed worden onderhouden.
Periodiek onderhoud
Na iedere gebruiksperiode van ongeveer 150
slaguren of twee keer per jaar moet de machine
worden ontmanteld en moeten alle onderdelen
worden gereinigd en gecontroleerd. Dit werk moet
worden uitgevoerd door bevoegd personeel dat is
opgeleid voor deze taak.
CP 4133, 4136
Veiligheidsvoorschriften en bedieningshandleiding
9800 1900 71 | Originele handleidingen
147
Aanhaalkoppels
A
B
C
A. Luchtinlaatmoer: 65-75 lbf/ft (88-102 Nm),
gebruik Loctite® 243™ (Loctite is een
geregistreerd handelsmerk van de Henkel
Corporation. 243 is een handelsmerk van de
Henkel Corporation.)
B. Haal eerst de vier moeren diagonaal aan met
een koppel van 15 lbf.ft (20 Nm). Haal
vervolgens de moeren achtereenvolgens aan
met dezelfde koppel. Zo kan de nylon stootrand
op de juiste positie geraken.
C. Nylon stootrand
Fouten opsporen en
verhelpen
Als de pneumatische machine niet start, te weinig
vermogen levert of onregelmatig presteert:
controleer de volgende punten:
Controleer of het werkgereedschap dat wordt
gebruikt, beschikt over een steel met de juiste
afmetingen.
Controleer of de pneumatische machine de
juiste hoeveelheid smeermiddel krijgt. Te veel
smering kan resulteren in startproblemen, een
laag vermogen of onregelmatige prestaties.
Controleer of het persluchtsysteem de machine
van voldoende luchtdruk voorziet om het
hoogste vermogen te kunnen leveren.
Controleer of de afmeting en de lengte van de
luchtslang conform de aanbevelingen zijn. Zie
onder “Installatie”.
Als het risico van bevriezing bestaat: controleer
of de uitlaatpoorten van de machine niet
geblokkeerd zijn.
Als de machine na deze procedure nog steeds
niet goed werkt: neem contact op met een
erkende werkplaats.
Opslag
Reinig de machine grondig voordat u hem
opbergt om blootstelling aan gevaarlijke stoffen
te vermijden. Zie: “Gevaren van stof en damp”
Giet ongeveer
1
2 oz (5 cl) olie direct in de
luchtinlaatnippel, sluit de machine aan op de
perslucht en start hem een paar seconden.
Bewaar de machine altijd op een droge plaats.
Opruimen
Een verbruikte machine moet dusdanig worden
verwerkt en verwijderd dat het grootst mogelijke
deel van het materiaal kan worden gerecycled, dat
negatieve effecten op het milieu tot een minimum
worden beperkt en met inachtneming van
plaatselijke restricties.
Veiligheidsvoorschriften en bedieningshandleiding
CP 4133, 4136
148
9800 1900 71 | Originele handleidingen
Technische gegevens
Machinegegevens
Type Steelafmeting
in.
(mm)
Gewicht
lb
(kg)
Lengte
in.
(mm)
Slagfrequentie
Hz
Luchtverbruik
foot
3
/min.
(l/s)
CP 4133 3H H 0,580
(H 14,7)
18 ¾
(8,5)
16
1
2
(420)
32 26
(12)
CP 4133 3R Rd. 0,680
(R 17,3)
18 ¾
(8,5)
16
1
2
(420)
32 26
(12)
CP 4133 4H H 0,580
(H 14,7)
19 ¾
(9,0)
18 ½
(470)
25 27
(12,5)
CP 4133 4R Rd. 0,680
(R 17,3)
19 ¾
(9,0)
18 ½
(470)
25 27
(12,5)
CP 4136 3H H 0,580
(H 14,7)
19 ¾
(9,0)
17
3
4
(450)
32 26
(12)
CP 4136 3R Rd. 0,680
(R 17,3)
19 ¾
(9,0)
17
3
4
(450)
32 26
(12)
CP 4136 4H H 0,580
(H 14,7)
21
(9,5)
19
3
4
(500)
25 27
(12,5)
CP 4136 4R Rd. 0,680
(R 17,3)
21
(9,5)
19
3
4
(500)
25 27
(12,5)
CP 4133, 4136
Veiligheidsvoorschriften en bedieningshandleiding
9800 1900 71 | Originele handleidingen
149

Documenttranscriptie

CP 4133, 4136 Inhoud NEDERLANDS Inhoud Inleiding ........................................................................................................................................................ 137 Over de veiligheidsvoorschriften en bedieningshandleiding ........................................................................ 137 Veiligheidsinstructies ................................................................................................................................... 137 Veiligheidssignaaltermen ........................................................................................................................ 137 Persoonlijke voorzorgsmaatregelen en kwalificaties .............................................................................. 137 Persoonlijke veiligheidsuitrusting ....................................................................................................... 137 Drugs, alcohol of medicijnen .............................................................................................................. 138 Installatie, voorzorgsmaatregelen ........................................................................................................... 138 Bediening, voorzorgsmaatregelen .......................................................................................................... 138 Onderhoud, voorzorgsmaatregelen ........................................................................................................ 142 Opslag, voorzorgsmaatregelen ............................................................................................................... 142 Overzicht ...................................................................................................................................................... Constructie en werking ........................................................................................................................... Kiezen van de juiste pneumatische sloophamer voor een werkopdracht ............................................... Hoofdonderdelen .................................................................................................................................... Stickers ................................................................................................................................................... Gegevensplaatje ................................................................................................................................ Veiligheidssticker ............................................................................................................................... 143 143 143 143 144 144 144 Installatie ...................................................................................................................................................... 144 Slangen en aansluitingen ....................................................................................................................... 144 Methoden om bevriezen te voorkomen .................................................................................................. 144 Aansluiten van een waterafscheider ....................................................................................................... 145 Smeren ................................................................................................................................................... 145 Werkgereedschap ................................................................................................................................... 145 Selecteren van het juiste werkgereedschap ...................................................................................... 145 Smalle beitel ...................................................................................................................................... 145 Breekpunt .......................................................................................................................................... 145 Beitel met breed blad ......................................................................................................................... 145 Plaatsen en verwijderen van het werkgereedschap .......................................................................... 146 Bediening ..................................................................................................................................................... 146 Starten en stoppen ................................................................................................................................. 146 Bediening ................................................................................................................................................ 146 Starten van een snede ....................................................................................................................... 146 Breken ............................................................................................................................................... 147 Bij een pauze .......................................................................................................................................... 147 Onderhoud ................................................................................................................................................... 147 Dagelijks ................................................................................................................................................. 147 Periodiek onderhoud ............................................................................................................................... 147 Aanhaalkoppels ...................................................................................................................................... 148 Fouten opsporen en verhelpen .................................................................................................................... 148 Opslag .......................................................................................................................................................... 148 Opruimen ..................................................................................................................................................... 148 Technische gegevens .................................................................................................................................. 149 Machinegegevens ................................................................................................................................... 149 9800 1900 71 | Originele handleidingen 135 Veiligheidsvoorschriften en bedieningshandleiding CP 4133, 4136 Inleiding Bedankt om voor producten van het merk Chicago Pneumatic te kiezen. Meer dan een eeuw staat het merk Chicago Pneumatic voor prestatie en vernieuwing in de industrie van pneumatische gereedschappen. Vandaag is het merk overal ter wereld beschikbaar voor een reeks pneumatische en hydraulische gereedschappen waaronder breekhamers,boorhamers , hakhamers , pikhamers,opruwers pompen en nog veel meer. Het merk Chicago Pneumatic staat voor krachtige en betrouwbare producten , eenvoudig te onderhouden en aan de juiste prijs. Voor meer inlichtingen kunt u terecht op www.cp.com Atlas Copco (India) Ltd 90, M.I.D.C Industrial area Satpur, Nashik, Maharashtra 422 007 India Over de veiligheidsvoorschriften en bedieningshandleiding Het doel van de voorschriften is u te voorzien van de kennis van hoe het op een efficiënte en veilige wijze gebruiken van de pneumatische breekhamer. De voorschriften geven u ook advies en vertellen u hoe u regelmatig onderhoud aan de pneumatische breekhamer moet uitvoeren. Voordat u de pneumatische breekhamer voor het eerst gaat gebruiken, moet U deze voorschriften zorgvuldig lezen en zorgen dat u alles begrijpt. Veiligheidsinstructies Om het risico van ernstig letsel of zelfs overlijden voor uzelf of anderen te beperken, dient u deze Veiligheidsvoorschriften en bedieningshandleiding te hebben gelezen en begrepen voordat u de machine installeert, in gebruik neemt, repareert, onderhoudt of accessoires van de machine vervangt. Hang deze Veiligheidsvoorschriften en bedieningshandleiding op bij werkplekken, zorg voor kopieën voor werknemers en verzeker u ervan dat iedereen de Veiligheidsvoorschriften en bedieningshandleiding heeft gelezen alvorens de machine te gebruiken of te onderhouden. Uitsluitend voor professioneel gebruik. Bovendien dient de gebruiker, of de werkgever van de gebruiker, de specifieke risico's te beoordelen, 9800 1900 71 | Originele handleidingen die verbonden kunnen zijn aan de desbetreffende toepassing van de machine. Bewaar alle waarschuwingen en instructies om deze in de toekomst te raadplegen. Veiligheidssignaaltermen De veiligheidssignaaltermen Gevaar, Waarschuwing en Voorzichtig hebben de volgende betekenissen: GEVAAR Duidt op een gevaarlijke situatie die, indien deze niet wordt vermeden, de dood of ernstig letsel tot gevolg zal hebben. WAARSCHUWING Duidt op een gevaarlijke situatie die, indien deze niet wordt vermeden, de dood of ernstig letsel tot gevolg kan hebben. VOORZICHTIG Duidt op een gevaarlijke situatie die, indien deze niet wordt vermeden, gering of middelzwaar letsel tot gevolg kan hebben. Persoonlijke voorzorgsmaatregelen en kwalificaties De machine mag uitsluitend worden bediend en onderhouden door hiertoe gekwalificeerde en opgeleide personen. Ze dienen fysiek in staat te zijn om de massa, het gewicht en de kracht van het gereedschap aan te kunnen. Gebruik altijd uw gezond verstand en beoordelingsvermogen. Persoonlijke veiligheidsuitrusting Gebruik altijd goedgekeurde beschermende uitrusting. Operators en alle andere personen binnen het werkgebied moeten beschermende uitrusting dragen, minimaal bestaand uit: • Veiligheidshelm • Gehoorbescherming • Slagvaste oogbescherming met zijwaartse bescherming • Bescherming van de luchtwegen indien van toepassing • Veiligheidshandschoenen • Geschikte veiligheidsschoenen/laarzen • Een geschikte werkoverall of soortgelijke kleding (niet loszittend) die uw armen en benen bedekt. 137 Veiligheidsvoorschriften en bedieningshandleiding Drugs, alcohol of medicijnen WAARSCHUWING Drugs, alcohol of medicijnen Drugs, alcohol en medicijnen kunnen uw beoordelings- en concentratievermogen beïnvloeden. Een gebrekkig reactievermogen en onjuiste beoordelingen kunnen leiden tot ernstige ongevallen of zelfs de dood. ► Gebruik de machine nooit als u vermoeid bent of onder de invloed van drugs, alcohol of medicijnen. ► Geen enkele persoon die onder de invloed is van drugs, alcohol of medicijnen mag de machine bedienen. Installatie, voorzorgsmaatregelen CP 4133, 4136 WAARSCHUWING Uitgeworpen werkgereedschap Als de gereedschapshouder op de machine niet in de vergrendelde stand staat, kan het inzetgereedschap met kracht worden uitgeworpen, wat persoonlijk letsel kan veroorzaken. ► Start de machine nooit tijdens het vervangen van het werkgereedschap. ► Voordat u werkgereedschappen of accessoires vervangt: zet de machine af, schakel de persluchttoevoer uit en ontlucht de machine door de start- en stopvoorziening te bedienen. ► Richt het inzetgereedschap nooit op u zelf of iemand anders. ► Zorg ervoor dat het werkgereedschap volledig in de houder is geplaatst en dat de gereedschapshouder in de vergrendelde stand staat, voordat de machine wordt gestart. ► Controleer de vergrendelingsfunctie door het GEVAAR Zwiepende luchtslang Een persluchtslang die is losgekomen, kan rondslaan en persoonlijk letsel of de dood veroorzaken. Neem de volgende voorzorgsmaatregelen om dit risico te beperken: ► Controleer de persluchtslang en de koppelingen op beschadiging en vervang ze indien vereist. ► Controleer of alle persluchtkoppelingen goed bevestigd zijn. ► Draag pneumatische machines nooit aan de luchtslang. ► Probeer nooit een persluchtslang die onder druk staat te ontkoppelen. Zet eerst de perslucht af aan de compressor en ontlucht vervolgens de machine door de start- en stopvoorziening te bedienen. ► Gebruik geen snelkoppelingen aan de inlaat van het gereedschap. Gebruik slangkoppelingen met schroefdraad van gehard staal (of materiaal met een vergelijkbare schokweerstand). ► Bij gebruik van universele draaikoppelingen (klauwkoppelingen) adviseren we om altijd vergrendelingspennen te monteren en veiligheidskabels (whipcheck) te gebruiken, ter bescherming tegen eventuele defecten aan de aansluiting van slang op gereedschap en van slang op slang. ► Richt een persluchtslang nooit op uzelf of iemand anders. Om het risico van lichamelijk letsel te vermijden, dient u nooit perslucht te gebruiken om stof, vuil, enz., van uw kleding te verwijderen. 138 inzetgereedschap met kracht naar buiten te trekken. WAARSCHUWING Bewegend of slippend werkgereedschap Een onjuiste afmeting van de steel van het inzetgereedschap kan erin resulteren dat het inzetgereedschap verloren raakt of eruit glijdt tijdens het gebruik. Risico van ernstig letsel of verbrijzelde handen en vingers. ► Controleer of het werkgereedschap beschikt over de steellengte en de afmetingen waarvoor de machine is bedoeld. ► Gebruik nooit een werkgereedschap zonder kraag. Bediening, voorzorgsmaatregelen GEVAAR Explosiegevaar Als een inzetgereedschap in contact komt met explosieven of explosieve gassen, kan een explosie plaatsvinden. Bij werk aan bepaalde materialen en bij toepassing van bepaalde materialen in machineonderdelen, kunnen vonken en ontvlamming optreden. Explosies zullen leiden tot ernstig letsel of zelfs de dood. ► Gebruik de machine nooit in een explosieve omgeving. ► Gebruik de machine nooit in de nabijheid van ontvlambare materialen, gassen of stof. 9800 1900 71 | Originele handleidingen Veiligheidsvoorschriften en bedieningshandleiding CP 4133, 4136 ► Controleer of er geen ongedetecteerde gasbronnen of explosieven zijn. WAARSCHUWING Onverwachte bewegingen Het werkgereedschap wordt blootgesteld aan hevige spanningen als de machine wordt gebruikt. Het werkgereedschap kan na een bepaalde gebruiksduur breken op grond van vermoeiing. Als het werkgereedschap breekt of vast gaat zitten, kan dit onverwachte bewegingen tot gevolg hebben, die letsel kunnen veroorzaken. Bovendien kan letsel worden veroorzaakt, als u uw evenwicht verliest of uitglijdt. ► Zorg ervoor dat uw positie altijd stabiel is met uw voeten zover uit elkaar als uw schouders breed zijn, en houd uw lichaamsgewicht in balans. ► Inspecteer de apparatuur altijd voordat u deze gaat gebruiken. Gebruik de apparatuur nooit als u vermoedt dat deze is beschadigd. WAARSCHUWING Gevaren van stof en damp Stof en/of dampen die worden ontwikkeld of vrijkomen tijdens het gebruik van de machine, kunnen ernstige en permanente ademhalingsaandoeningen, ziekten of ander lichamelijk letsel veroorzaken (zoals silicose (stoflong) of andere chronische en mogelijk fatale longziekten, kanker, geboorteafwijkingen en/of huidontstekingen). Bepaalde stofdeeltjes en dampen, die geproduceerd worden bij boren, slopen, hameren, zagen, slijpen en andere bouwactiviteiten, bevatten stoffen die volgens de Staat Californië en andere overheden ziekten van de ademhalingswegen, kanker, geboorteafwijkingen of andere voortplantingsstoringen veroorzaken. Voorbeelden van dergelijke stoffen zijn: • kristalsilicaat, cement en andere metselwerkproducten. • Arseniek en chroom van chemisch behandeld rubber. ► Zorg ervoor dat de handgrepen schoon zijn en vrij van vet en olie. ► Houd uw voeten weg van het werkgereedschap. ► Sta stevig en houd de machine altijd met beide handen vast. ► Start de machine nooit als hij op de grond ligt. ► 'Rijd' nooit op de machine met een been over de handgreep. ► Sla nooit op de apparatuur en gebruik deze niet op oneigenlijke wijze. ► Controleer het werkgereedschap regelmatig op slijtage en controleer het op tekenen schade en zichtbare barsten. ► Wees oplettend en kijk goed wat u doet. Lood van op lood gebaseerde verfstoffen. De in de lucht aanwezige stof en dampen kunnen met het blote oog onzichtbaar zijn. Vertrouw daarom niet op uw gezichtsvermogen om te bepalen of de lucht stof of dampen bevat. Neem de volgende voorzorgsmaatregelen om het gevaar van blootstelling aan stof en dampen te reduceren: • ► Voer een risicobeoordeling uit die specifiek is voor de werkplek. Deze risicobeoordeling dient rekening te houden met stof en dampen die door de machine worden geproduceerd en met de mogelijkheid dat reeds aanwezig stof opwervelt. ► Gebruik geschikte constructiemiddelen om de hoeveelheid stof en dampen in de lucht en stofvorming op apparatuur, oppervlakken, kleding en lichaamsdelen tot een minimum te reduceren. Voorbeelden van dergelijke middelen zijn: uitlaatventilatie en stofopvangsystemen, waterspray en nat boren. Beperk de vorming van stof en dampen zo veel mogelijk bij hun bronnen. Zorg ervoor dat zulke hulpmiddelen naar behoren worden geïnstalleerd en onderhouden. ► Draag, onderhoud en gebruik alle luchtwegbeschermingsmiddelen correct volgens de aanwijzingen van uw werkgever en de wettelijke ARBO-voorschriften. De luchtwegbeschermingsmiddelen moeten doelmatig zijn voor het stoftype in kwestie (en, indien van toepassing, zijn goedgekeurd door de desbetreffende overheidsinstantie). ► Werk in een goed geventileerde ruimte. 9800 1900 71 | Originele handleidingen 139 Veiligheidsvoorschriften en bedieningshandleiding ► Als de machine een uitlaat heeft: richt de uitlaat dusdanig dat het opwervelen van stof in stoffige omgevingen zo goed mogelijk wordt voorkomen. ► Bedien en onderhoud de machine volgens de Veiligheidsvoorschriften en bedieningshandleiding. ► Kies, onderhoud en vervang verbruiksartikelen, inzetgereedschappen en andere accessoires volgens de aanbevelingen in de Veiligheidsvoorschriften en bedieningshandleiding. Een foutieve keuze en gebrekkig onderhoud van verbruiksartikelen, inzetgereedschappen en andere accessoires, kunnen resulteren in een nodeloze toename van de hoeveelheid stof en/of dampen. ► Draag ter bescherming op de werkplek wasbare kleding of wegwerpkleding. Neem een douche en trek schone kleren aan voordat u de werkplek verlaat om blootstelling aan stof en dampen van uzelf en anderen, auto's, woningen en andere plekken te reduceren. ► Eet en drink niet en gebruik geen tabaksproducten op plaatsen waar stof of dampen aanwezig zijn. ► Was uw handen en gezicht zo snel mogelijk na het verlaten van een plaats van blootstelling en altijd voordat u eet, drinkt of tabaksproducten gebruikt en voordat u in contact komt met andere mensen. ► Neem alle toepasselijke wettelijke voorschriften en bepalingen in acht, met inbegrip van de ARBO-voorschriften. ► Neem deel aan de door uw werkgever of werknemersorganisatie georganiseerde activiteiten op het gebied van luchtbewaking, medisch onderzoek en ARBO-cursussen, in overeenstemming met de geldende gezondheids- en veiligheidsvoorschriften en adviezen. Raadpleeg artsen met ervaring van beroepsgerelateerde geneeskunde. ► Werk samen met uw werkgever en werknemersorganisatie om blootstelling aan stof en dampen op de werkplek tegen te gaan en de risico's hiervan te reduceren. Effectieve programma's ter bevordering van de gezondheid en veiligheid, evenals procedures voor de bescherming van werknemers en anderen tegen schadelijke blootstelling aan stof en dampen dienen te worden opgesteld en geïmplementeerd op basis van adviezen van gezondheids- en veiligheidsdeskundigen. Raadpleeg deskundigen. ► Resten van gevaarlijke stoffen op de machine CP 4133, 4136 grondig voordat u enige onderhoudswerkzaamheden uitvoert. WAARSCHUWING Projectielen Als werkstukken, accessoires of de machine zelf stukgaan, kan dit tot gevolg hebben dat er projectielen met hoge snelheid vrijkomen. Tijdens het gebruik kunnen splinters of andere deeltjes van het materiaal waarmee wordt gewerkt projectielen worden en persoonlijk letsel veroorzaken, doordat ze de gebruiker of andere personen raken. Neem de volgende voorzorgsmaatregelen om dit risico te beperken: ► gebruik goedgekeurde persoonlijke beschermingsmiddelen en een veiligheidshelm, inclusief een stootvaste oogbescherming met zijbescherming. ► Zorg ervoor dat onbevoegde personen geen toegang hebben tot het werkgebied. ► Houd de werkplek vrij van vreemde voorwerpen. ► Verzeker u ervan dat werkstukken stevig en veilig bevestigd zijn. WAARSCHUWING Gevaren van splinters Als men werkgereedschappen gebruikt om er met de hand mee te slaan, kan dit tot gevolg hebben dat de gebruiker door splinters getroffen wordt, wat persoonlijk letsel kan veroorzaken. ► Gebruik werkgereedschappen onder geen beding om er met de hand mee te slaan. Ze hebben een speciaal ontwerp en warmtebehandeling, die uitsluitend bedoeld zijn voor gebruik in een machine. WAARSCHUWING Gevaren van uitglijden, struikelen en vallen Er bestaat een risico op uitglijden, struikelen of vallen, bijvoorbeeld door over slangen of andere voorwerpen te struikelen. Uitglijden, struikelen of vallen kan letsel veroorzaken. Om dit risico te verminderen: ► Zorg er altijd voor dat er geen slangen en andere voorwerpen voor uzelf en voor anderen in de weg liggen. ► Zorg dat u altijd stabiel staat, met uw voeten net zo ver uit elkaar als uw schouders breed zijn, en houd uw lichaamsgewicht in balans. WAARSCHUWING Gevaren van bewegingen Als u de machine gebruikt voor werkgerelateerde activiteiten, kunt u ongemak ervaren in uw handen, armen, schouders, nek en andere lichaamsdelen. kunnen een risico vormen. Reinig de machine 140 9800 1900 71 | Originele handleidingen CP 4133, 4136 ► Neem een comfortabele houding aan, zorg dat u stevig staat en vermijd een onhandige stand. ► Het wisselen van houding tijdens langdurige taken kan helpen om ongemak en vermoeidheid te voorkomen. ► Raadpleeg bij aanhoudende of herhaalde symptomen een gekwalificeerde gezondheidswerker. WAARSCHUWING Gevaren van trillingen Normaal en correct gebruik van de machine stelt de operator bloot aan trillingen. Regelmatige en frequente blootstelling aan trillingen kan letsel veroorzaken. Het kan ertoe bijdragen dat aandoeningen ontstaan of verergeren aan de vingers, handen, armen, polsen, schouders en/of zenuwen, en aan de bloedtoevoer of andere lichaamsdelen van de operator. Verzwakking en/of blijvend letsel of aandoeningen kunnen zich ook geleidelijk voordoen in de loop van weken, maanden of jaren. Dergelijk letsel en aandoeningen kunnen ook omvatten: schade aan de bloedsomloop, schade aan het zenuwstelsel, schade aan gewrichten evenals mogelijke schade aan andere lichaamsdelen. Als ongevoeligheid, aanhoudend lichamelijk ongemak, brandend gevoel, stijfheid, kloppen, tintelen, pijn, onhandigheid, een verzwakte grip, verbleking van de huid of andere symptomen op welk moment dan ook optreden tijdens het bedienen van de machine of tijdens het niet bedienen van de machine: ga niet weer met de machine aan de slag, maar informeer uw werkgever en zoek medische hulp. Als u de machine blijft gebruiken nadat zich een dergelijk symptoom heeft voorgedaan, kan dit het risico verhogen dat de symptomen ernstiger en/of blijvend worden. Gebruik en onderhoud de machine volgens de aanbevelingen in deze handleiding om nodeloze toename van trillingen te voorkomen. De volgende aandachtspunten kunnen helpen om de blootstelling aan trillingen van de operator te reduceren: ► Laat de machine het werk doen. Gebruik\ een minimale handgreep, strokend met een degelijke controle en veilige\ bediening. Gebruik de correcte voedingskracht op de machine. Druk\ niet te hard. ► Als de machine trillingsabsorberende handgrepen heeft: houd deze in een centrale positie en druk de handgrepen niet in de eindstopstanden. ► Wanneer u het slagmechanisme hebt Veiligheidsvoorschriften en bedieningshandleiding dat u met de machine dient te hebben, via uw handen op de handgreep/handgrepen. Vermijd enig ander contact, bijv. het steunen van lichaamsdelen tegen de machine of het leunen op de machine om te proberen meer kracht te zetten. Het is ook belangrijk dat de start- en stopvoorziening niet is ingeschakeld, als u het gereedschap uit het werkoppervlak trekt. ► Zorg ervoor dat het inzetgereedschap goed onderhouden is (waaronder scherpte, wanneer het een snijgereedschap is), niet versleten is en de juiste maat heeft. Werkgereedschappen die niet goed zijn onderhouden, of die versleten zijn of niet de juiste afmetingen hebben, leiden ertoe dat het langer duurt om een karwei te voltooien (en een langere blootstelling aan trillingen) en kunnen resulteren in of bijdragen aan hogere niveaus van blootstelling aan trillingen. ► Stop onmiddellijk met werken als de machine plotseling hevig begint te trillen. Voordat u het werk weer oppakt, moet eerst de oorzaak van de verhoogde trillingen worden gevonden en worden verholpen. ► Het inzetgereedschap nooit vastpakken, vasthouden of aanraken zo lang u de machine gebruikt. ► Neem deel aan programma's voor gezondheidsbewaking of controle, medisch onderzoek en aan de opleidingen die u worden aangeboden door uw werkgever en wanneer die wettelijk zijn vereist. ► Draag bij werk in een koude omgeving warme kleding en houd uw handen warm en droog. ► De uitlaatlucht is uiterst gekoeld en mag niet in contact komen met de operator. Richt de uitlaatlucht altijd uit de buurt van handen en lichaam. Zie de “Geluids- en trillingsverklaring” voor de machine, met inbegrip van de vermelde trillingswaarden. Deze informatie vindt u aan het einde van de Veiligheidsvoorschriften en bedieningshandleiding. ◆ Zorg dat de luchtdruk is zoals aanbevolen als u de machine gebruikt. Zowel een hogere als een lagere luchtdruk kan mogelijk resulteren in hogere trillingniveaus. GEVAAR Elektrisch gevaar De machine is niet elektrisch geïsoleerd. Als de machine in contact komt met elektriciteit, kan dat leiden tot ernstig letsel of de dood. geactiveerd, is het enige lichamelijke contact 9800 1900 71 | Originele handleidingen 141 Veiligheidsvoorschriften en bedieningshandleiding CP 4133, 4136 ► Bedien de machine nooit in de buurt van een ► Als de machine een geluidsdemper heeft: ► Verzeker u ervan dat er geen sprake is van ► Draag altijd een gehoorbescherming. elektriciteitskabel of een andere elektriciteitsbron. verborgen bedrading of andere elektriciteitsbronnen binnen het werkterrein. WAARSCHUWING Gevaar van een verborgen object Tijdens het gebruik kunnen verborgen kabels en buizen een gevaar vormen dat kan resulteren in ernstig letsel. ► Controleer de samenstelling van het materiaal voordat u aan de slag gaat. ► Kijk uit voor verborgen kabels en buizen van b.v. elektriciteit, telefoon, water, gas en riolen etc. ► Als het inzetgereedschap een verborgen object geraakt lijkt te hebben, zet de machine dan onmiddellijk af. ► Verzeker u ervan dat er geen gevaar dreigt voordat u verder gaat. WAARSCHUWING Onbedoeld starten Als de machine per abuis wordt gestart, kan dit letsel veroorzaken. ► Houd uw handen weg van de start- en stopvoorziening totdat u gereed bent om de machine te starten. ► Leer hoe u de machine in noodgevallen uitschakelt. ► Laat de start- en stopvoorziening altijd onmiddellijk los zodra de voeding uitvalt. ► Voordat u het werkgereedschap monteert of verwijdert: schakel eerst de luchttoevoer uit, ontlucht de machine door de start- en stopvoorziening in te drukken en koppel de machine los van de persluchttoevoer. WAARSCHUWING Gevaar door geluid Hoge geluidsniveaus kunnen permanent en schadelijk gehoorverlies veroorzaken, evenals andere klachten, zoals tinnitus (rinkelen, zoemen, fluiten of gonzen in de oren). Ga als volgt te werk om de risico's te verminderen en nodeloos hoge geluidsniveaus te voorkomen: ► Een risicobeoordeling van deze gevaren en adequate voorzorgsmaatregelen zijn van essentieel belang. ► Bedien en onderhoud de machine volgens deze aanwijzingen. controleer of hij aanwezig is en in goede bedrijfsstaat verkeert. ► Gebruik geluiddempend materiaal om te voorkomen dat de werkstukken gaan “galmen”. Onderhoud, voorzorgsmaatregelen WAARSCHUWING Modificeren van de machine Iedere modificatie van de machine kan resulteren in lichamelijk letsel voor u zelf of anderen. ► Modificeer de machine onder geen beding. Gemodificeerde machines worden niet gedekt door de garantie of productaansprakelijkheid. ► Gebruik altijd originele onderdelen, gereedschappen en toebehoren. ► Vervang beschadigde onderdelen onmiddellijk. ► Vervang versleten componenten op tijd. VOORZICHTIG Heet werkgereedschap De punt van het gereedschap kan tijdens gebruik erg heet en scherp worden. De punt aanraken kan brand- en snijwonden veroorzaken. ► Raak een heet of scherp stuk gereedschap nooit aan. ► Wacht tot het gereedschap is afgekoeld voordat u onderhoud uitvoert. WAARSCHUWING Gevaren van inzetgereedschappen Als de start- en stopvoorziening tijdens onderhoud of montage per abuis wordt bediend, kan dit ernstig letsel veroorzaken als de voeding is aangesloten. ► Inspecteer, reinig, monteer en verwijder inzetgereedschappen onder geen beding met aangesloten voeding. Opslag, voorzorgsmaatregelen ◆ Bewaar de machine en gereedschappen op een veilige plaats, buiten het bereik van kinderen en achter slot en grendel. ► Kies, onderhoud en vervang het inzetgereedschap volgens deze aanwijzingen. 142 9800 1900 71 | Originele handleidingen Veiligheidsvoorschriften en bedieningshandleiding CP 4133, 4136 Overzicht Om het risico van ernstig letsel of overlijden voor u zelf of anderen te reduceren, dient u voordat u de machine gaat gebruiken de Veiligheidsvoorschriften te lezen, die u vindt op de voorgaande pagina's van dit handboek. Hoofdonderdelen B E A Constructie en werking Deze aanwijzingen zijn van toepassing op de modellen CP 4133 en CP4136. Deze machines zijn pneumatische gereedschappen ontworpen voor gemiddeld tot zwaar breek-, snij- en hakwerk en verder licht betonsloopwerk en tunnelwerkzaamheden in zachte ondergrond. Elk machinemodel kan zowel horizontaal als verticaal worden gebruikt. Ander gebruik is niet toegestaan. Zie de reserveonderdelenlijst voor de keuze van het juiste werkgereedschap. Kiezen van de juiste pneumatische sloophamer voor een werkopdracht Het is belangrijk de juiste afmeting van de pneumatische hamer te kiezen voor de werkzaamheden die moeten worden uitgevoerd. Een pneumatische hamer die te klein is, betekent dat het werk langer duurt. Een hamer die te groot is, betekent dat deze vaak opnieuw moet worden gepositioneerd, hetgeen onnodig vermoeiend is voor de operator. Een simpele regel voor het kiezen van de juiste afmeting van de pneumatische hamer is dat een stuk afgebroken materiaal van normale afmetingen van het te bewerken stuk moet zijn verwijderd binnen 5-10 seconden. • • F G D CP 4133 B E A F Als het minder dan 5 seconden kost, moet een kleinere pneumatische hamer worden gekozen. D Als het meer dan 10 seconden kost, moet een grotere pneumatische hamer worden gekozen. CP 4136 G A. Handgreep B. Trekker C. Afzettrekker D. Gereedschapshouder E. Luchtinlaat F. Geluiddemper 9800 1900 71 | Originele handleidingen 143 Veiligheidsvoorschriften en bedieningshandleiding G. Cilinder CP 4133, 4136 Slangen en aansluitingen Stickers D A C B S RN O De machine is voorzien van stickers met belangrijke informatie over persoonlijke veiligheid en machineonderhoud. De stickers moeten in dusdanige staat zijn, dat ze makkelijk leesbaar zijn. Nieuwe stickers kunt u bestellen uit de reserveonderdelenlijst. A. Persluchtbron B. Waterafscheider (optioneel) Gegevensplaatje C. Smeerbus (optioneel) A Construction Tools PC AB D. Max. 10 feet (3 meter) persluchtslang tussen de oliesmeerbus en de machine. ◆ Controleer of u de juiste aanbevolen werkdruk gebruikt, 87 psig (6 bar (e)). Type Ser. No. ◆ De maximaal toegestane luchtdruk, 90 psig (6,2 Del. wt. p max Made in xxxx Production year bar (e)), mag niet worden overschreden. ◆ Blaas eventuele onzuiverheden uit de B C D E A. Machinetype B. Maximale hydraulische druk C. Serienummer D. Het waarschuwingssymbool samen met het boeksymbool betekent dat de gebruiker de Veiligheidsvoorschriften en de bedieningshandleiding moet lezen voordat de machine voor het eerst wordt gebruikt. E. Het CE-symbool betekent dat de machine een EG-goedkeuring heeft. Zie de bij de machine geleverde EG-verklaring van overeenstemming voor meer informatie. Veiligheidssticker Om letsel te voorkomen, dient u de afzonderlijke veiligheidsvoorschriften te hebben gelezen en begrepen voordat u gereedschappen gebruikt of onderhoudt. Installatie 144 persluchtslang voordat u hem aansluit op de machine. ◆ Kies de juiste afmeting en lengte voor de drukluchtslang. Voor slanglengten tot 100 feet (30 meter) moet een slang met een inwendige diameter van minstens ⁄ in. (19 mm) worden gebruikt. Als de slanglengte tussen 100 en 330 feet (30 en 100 meter) ligt, moet een slang met een inwendige diameter van minimaal 1 in. (25 mm) worden gebruikt. 3 4 Methoden om bevriezen te voorkomen IJsvorming in de geluiddemper kan ontstaan als de temperatuur van de omgevingslucht 32-50 °F (0-10 °C) is bij een hoge relatieve vochtigheid. De machine is geconstrueerd om ijsvorming in de geluiddemper te voorkomen. Desondanks kan zich onder extreme onstandigheden ijs vormen in de geluiddemper. De volgende maatregelen kunnen worden genomen om het risico van ijsvorming verder tegen te gaan: ◆ Gebruik CP Airolene Plus Tool Oil als smeermiddel. CP Airolene Plus Tool Oil gaat bevriezing tegen. ◆ Gebruik een waterafscheider. 9800 1900 71 | Originele handleidingen Veiligheidsvoorschriften en bedieningshandleiding CP 4133, 4136 Aansluiten van een waterafscheider ► Wacht tot het gereedschap is afgekoeld voordat u onderhoud uitvoert. De lengte van de luchtslang tussen de compressor en de waterafscheider moet zodanig zijn dat de waterdamp afkoelt en condenseert in de slang voordat de waterafscheider wordt bereikt. Als de omgevingstemperatuur lager is dan 32 °F (0 °C) moet de slang kort genoeg zijn om te voorkomen dat het water bevriest voordat het de waterafscheider bereikt. Smeren Het smeermiddel is belangrijk voor de werking van de machine en is van grote invloed op de levensduur. Om te zorgen voor de juiste hoeveelheid olie, moet een smeervoorziening worden aangesloten op de luchtslang. Het gebruik van een oliesmeerbus van het merk Chicago Pneumatic voor de luchtleiding wordt aanbevolen. Om een goede smering te garanderen, mag de lengte van de luchtslang tussen de oliesmeerbus en het pneumatisch gereedschap niet meer zijn dan 10 feet (3 meter). Overmatige smering kan startproblemen, laag vermogen of onregelmatige prestaties veroorzaken. Gebruik een synthetisch smeermiddel, zoals de gereedschappenolie CP Airolene Plus Tool Oil of minerale olie met de eigenschappen die in onderstaande tabel worden aanbevolen. Smeermiddel Temperatuur bereik °F (°C) Viscositeit CP Airolene Plus Tool Oil -4 tot +120 (-20 tot +50) - Olie voor luchtgereedschap -4 tot +60 (-20 tot +15) 100-150 SUS (ISO VG 22-32) Olie voor luchtgereedschap +60 tot +120 (+15 tot +50) 225-350 SUS (ISO VG 46-68) We adviseren om olie met een roestremmer te gebruiken. Werkgereedschap CAUTION Heet werkgereedschap De punt van het gereedschap kan tijdens gebruik erg heet en scherp worden. De punt aanraken kan brand- en snijwonden veroorzaken. NOTICE Koel heet werkgereedschap nooit af in water aangezien dit in broosheid en vroegtijdige defecten kan resulteren. Selecteren van het juiste werkgereedschap Het selecteren van het juiste werkgereedschap is een voorwaarde voor de goede werking van de machine. Het is belangrijk om werkgereedschap van hoge kwaliteit te kiezen om onnodige machineschade te voorkomen. De machine kan worden vernield als u een verkeerd werkgereedschap gebruikt. De aanbevolen werkgereedschappen worden opgesomd in de reserveonderdelenlijst voor de machine. Smalle beitel De smalle beitel wordt gebruikt voor sloop- en snijwerkzaamheden in beton en andere typen hard materiaal. Breekpunt De beitel met stompe punt mag alleen worden gebruikt voor het maken van gaten in beton en andere typen harde grond. Beitel met breed blad De beitel met breed blad mag alleen worden gebruikt in zacht materiaal, zoals asfalt en bevroren grond. WAARSCHUWING Gevaar van trillingen Het gebruiken van inzetgereedschappen die niet voldoen aan de hieronder genoemde criteria, zal ertoe leiden dat het langer duurt een karwei te voltooien en kan resulteren in hogere niveaus van blootstelling aan trillingen. Een versleten gereedschap verhoogt tevens de werktijd. ► Controleer of het inzetgereedschap goed onderhouden is, niet versleten en van de juiste afmetingen. ► Gebruik altijd een scherp gereedschap om efficiënt te werken. ► Raak een heet of scherp stuk gereedschap nooit aan. 9800 1900 71 | Originele handleidingen 145 Veiligheidsvoorschriften en bedieningshandleiding CP 4133, 4136 Bediening WAARSCHUWING Onbedoeld starten Als de machine per abuis wordt gestart, kan dit letsel veroorzaken. ► Houd uw handen weg van de start- en stopvoorziening totdat u gereed bent om de machine te starten. Plaatsen en verwijderen van het werkgereedschap ► Leer hoe u de machine in noodgevallen Voor het plaatsen of verwijderen van het werkgereedschap dienen de volgende aanwijzingen in acht te worden genomen: ► Zet de machine altijd onmiddellijk uit als de ◆ Om een onbedoelde start te voorkomen: de Starten en stoppen uitschakelt. luchttoevoer afzetten en de machine ontkoppelen van de stroombron. Ontlucht de machine door te drukken op het start/stopapparaat. voeding uitvalt. ◆ Smeer, voordat u een inzetgereedschap plaatst, de gereedschapssteel eerst met vet. ◆ Sluit de gereedschapshouder en controleer de vergrendelfunctie door het geplaatste gereedschap er abrupt uit te rukken. A CP 4133 1. Steek de beitelsteel in de cilinder. 2. Schuif de houder over de beitel en op de cilinder. 3. Plaats de vergrendelingsspoel (A). De CP 4133 en CP 4136 zijn uitgerust met een buitenliggende trekker. ◆ Start de machine door de buitenliggende trekker omlaag te drukken. ◆ Stop de machine door de buitenliggende trekker los te laten. De trekker keert terug in de onbelaste positie. Bediening Starten van een snede ◆ Ga in een stabiele positie staan, met uw voeten uit de buurt van het inzetgereedschap. CP 4136 ◆ Druk de machine tegen het werkoppervlak 1. Schroef de houder met de hand op de cilinder tot deze vastzit. ◆ Begin te bikken op een zodanige afstand van 2. Duw de huls van de houder omhoog en plaats de beitelsteel in de cilinder. 3. Laat de huls van de houder los en zorg ervoor dat de huls terugkeert naar zijn eindpositie. 146 voordat u begint. de rand dat de machine in staat is het materiaal te breken zonder hefboomkracht. ◆ Nooit proberen te grote stukken af te bikken. Stel de breekafstand (A) zo af dat het inzetgereedschap niet vast gaat zitten. 9800 1900 71 | Originele handleidingen Veiligheidsvoorschriften en bedieningshandleiding CP 4133, 4136 gezondheids- en veiligheidsbepalingen in acht en controleer of er voldoende ventilatie is. ◆ Voor grote servicewerkzaamheden aan de A machine, neemt u contact op met de dichtstbijzijnde erkende werkplaats. ◆ Controleer na servicewerkzaamheden altijd of Breken ◆ Laat de machine het werk doen; druk niet te hard. ◆ Vermijd werk aan buitensporig harde materialen, zoals graniet en betonstaal (wapingsijzer) die krachtige trillingen kunnen veroorzaken. ◆ Vermijd alle vormen van stationair draaien, werken zonder werkgereedschap of werken met opgetilde machine. het trillingsniveau van de machine normaal is. Neem contact op met uw plaatselijke erkende werkplaats als dit niet het geval is. Dagelijks Voordat u bij pneumatische machines begint met onderhoud of vervanging van werkgereedschappen, dient u altijd eerst de luchttoevoer uit te schakelen en de machine te ontluchten door op start- en stopinrichting in te drukken. Maak vervolgens de luchtslang los van de machine. ◆ Als de machine is opgeheven, mag de start- en ◆ Reinig en inspecteer de machine en zijn ◆ Controleer regelmatig of de machine goed ◆ Controleer de gereedschaphouder op slijtage stopvoorziening niet worden bediend. wordt gesmeerd. Bij een pauze ◆ Tijdens pauzes moet u de machine altijd op een plaats leggen waar geen risico bestaat dat deze per abuis wordt gestart. Plaats de machine altijd op de grond, zodat deze niet kan vallen. ◆ Neem de volgende voorzorgsmaatregelen bij langere pauzes of als u de werkplek verlaat: Zet de voeding af en ontlucht de machine vervolgens door de start- en stopvoorziening te bedienen. functies dagelijks voor aanvang van het werk. en werking. ◆ Voer een algemene inspectie uit op lekkages en schade. ◆ Controleer of de luchtinlaatnippel is aangehaald en of de klauwkoppeling vrij is van schade. ◆ Om er zeker van te zijn dat de machine de gespecificeerde trillingswaarden behoudt, moet altijd het volgende worden gecontroleerd: Een te grote speling tussen de steel van het werkgereedschap en de beitelbus zal hogere trillingen veroorzaken. Om blootstelling aan te hoge trillingen te voorkomen, controleert u elke dag de beitelbus op slijtage. ◆ Als de machine een trillingsabsorberende Onderhoud Regelmatig onderhoud is een basisvereiste voor een blijvend veilig en doelmatig gebruik van de machine. Volg de onderhoudsaanwijzingen zorgvuldig. ◆ Voordat u begint met onderhoud aan de machine, reinig deze dan om blootstelling aan gevaarlijke stoffen te voorkomen. Zie \"Stof en dampen risico's\". ◆ Gebruik alleen originele onderdelen. Schade of defecten die zijn veroorzaakt door het gebruik van niet-originele onderdelen, worden niet gedekt door onze garantie of productaansprakelijkheid. ◆ Neem voor het reinigen van mechanische onderdelen met oplosmiddelen de toepasselijke 9800 1900 71 | Originele handleidingen hendel(s) heeft: controleer of hij onbelemmerd beweegt (omhoog en omlaag) en niet vastloopt. ◆ Vervang beschadigde onderdelen onmiddellijk. ◆ Vervang versleten componenten op tijd. ◆ Zorg ervoor dat alle bevestigde en aanverwante uitrusting, zoals slangen, waterafscheiders en smeerbussen goed worden onderhouden. Periodiek onderhoud Na iedere gebruiksperiode van ongeveer 150 slaguren of twee keer per jaar moet de machine worden ontmanteld en moeten alle onderdelen worden gereinigd en gecontroleerd. Dit werk moet worden uitgevoerd door bevoegd personeel dat is opgeleid voor deze taak. 147 Veiligheidsvoorschriften en bedieningshandleiding CP 4133, 4136 Opslag Aanhaalkoppels • Reinig de machine grondig voordat u hem opbergt om blootstelling aan gevaarlijke stoffen te vermijden. Zie: “Gevaren van stof en damp” • Giet ongeveer ⁄ oz (5 cl) olie direct in de luchtinlaatnippel, sluit de machine aan op de perslucht en start hem een paar seconden. • Bewaar de machine altijd op een droge plaats. A C B A. Luchtinlaatmoer: 65-75 lbf/ft (88-102 Nm), gebruik Loctite® 243™ (Loctite is een geregistreerd handelsmerk van de Henkel Corporation. 243 is een handelsmerk van de Henkel Corporation.) B. Haal eerst de vier moeren diagonaal aan met een koppel van 15 lbf.ft (20 Nm). Haal vervolgens de moeren achtereenvolgens aan met dezelfde koppel. Zo kan de nylon stootrand op de juiste positie geraken. 1 2 Opruimen Een verbruikte machine moet dusdanig worden verwerkt en verwijderd dat het grootst mogelijke deel van het materiaal kan worden gerecycled, dat negatieve effecten op het milieu tot een minimum worden beperkt en met inachtneming van plaatselijke restricties. C. Nylon stootrand Fouten opsporen en verhelpen Als de pneumatische machine niet start, te weinig vermogen levert of onregelmatig presteert: controleer de volgende punten: ◆ Controleer of het werkgereedschap dat wordt gebruikt, beschikt over een steel met de juiste afmetingen. ◆ Controleer of de pneumatische machine de juiste hoeveelheid smeermiddel krijgt. Te veel smering kan resulteren in startproblemen, een laag vermogen of onregelmatige prestaties. ◆ Controleer of het persluchtsysteem de machine van voldoende luchtdruk voorziet om het hoogste vermogen te kunnen leveren. ◆ Controleer of de afmeting en de lengte van de luchtslang conform de aanbevelingen zijn. Zie onder “Installatie”. ◆ Als het risico van bevriezing bestaat: controleer of de uitlaatpoorten van de machine niet geblokkeerd zijn. ◆ Als de machine na deze procedure nog steeds niet goed werkt: neem contact op met een erkende werkplaats. 148 9800 1900 71 | Originele handleidingen Veiligheidsvoorschriften en bedieningshandleiding CP 4133, 4136 Technische gegevens Machinegegevens Type Steelafmeting Gewicht Lengte Slagfrequentie Luchtverbruik Hz foot 3/min. in. lb in. (mm) (kg) (mm) CP 4133 3H H 0,580 (H 14,7) 18 ¾ (8,5) 16 ⁄2 (420) 32 26 (12) CP 4133 3R Rd. 0,680 (R 17,3) 18 ¾ (8,5) 16 1⁄2 (420) 32 26 (12) CP 4133 4H H 0,580 (H 14,7) 19 ¾ (9,0) 18 ½ (470) 25 27 (12,5) CP 4133 4R Rd. 0,680 (R 17,3) 19 ¾ (9,0) 18 ½ (470) 25 27 (12,5) CP 4136 3H H 0,580 (H 14,7) 19 ¾ (9,0) 17 3⁄4 (450) 32 26 (12) CP 4136 3R Rd. 0,680 (R 17,3) 19 ¾ (9,0) 17 3⁄4 (450) 32 26 (12) CP 4136 4H H 0,580 (H 14,7) 21 (9,5) 19 3⁄4 (500) 25 27 (12,5) CP 4136 4R Rd. 0,680 (R 17,3) 21 (9,5) 19 3⁄4 (500) 25 27 (12,5) 9800 1900 71 | Originele handleidingen 1 (l/s) 149
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140
  • Page 141 141
  • Page 142 142
  • Page 143 143
  • Page 144 144
  • Page 145 145
  • Page 146 146
  • Page 147 147
  • Page 148 148
  • Page 149 149
  • Page 150 150
  • Page 151 151
  • Page 152 152
  • Page 153 153
  • Page 154 154
  • Page 155 155
  • Page 156 156
  • Page 157 157
  • Page 158 158
  • Page 159 159
  • Page 160 160
  • Page 161 161
  • Page 162 162
  • Page 163 163
  • Page 164 164
  • Page 165 165
  • Page 166 166
  • Page 167 167
  • Page 168 168
  • Page 169 169
  • Page 170 170
  • Page 171 171
  • Page 172 172
  • Page 173 173
  • Page 174 174
  • Page 175 175
  • Page 176 176
  • Page 177 177
  • Page 178 178
  • Page 179 179
  • Page 180 180
  • Page 181 181
  • Page 182 182
  • Page 183 183
  • Page 184 184
  • Page 185 185
  • Page 186 186
  • Page 187 187
  • Page 188 188
  • Page 189 189
  • Page 190 190
  • Page 191 191
  • Page 192 192
  • Page 193 193
  • Page 194 194
  • Page 195 195
  • Page 196 196
  • Page 197 197
  • Page 198 198
  • Page 199 199
  • Page 200 200
  • Page 201 201
  • Page 202 202
  • Page 203 203
  • Page 204 204
  • Page 205 205
  • Page 206 206
  • Page 207 207
  • Page 208 208
  • Page 209 209
  • Page 210 210
  • Page 211 211
  • Page 212 212
  • Page 213 213
  • Page 214 214
  • Page 215 215
  • Page 216 216
  • Page 217 217
  • Page 218 218
  • Page 219 219
  • Page 220 220
  • Page 221 221
  • Page 222 222
  • Page 223 223
  • Page 224 224
  • Page 225 225
  • Page 226 226
  • Page 227 227
  • Page 228 228
  • Page 229 229
  • Page 230 230
  • Page 231 231
  • Page 232 232
  • Page 233 233
  • Page 234 234
  • Page 235 235
  • Page 236 236
  • Page 237 237
  • Page 238 238
  • Page 239 239
  • Page 240 240
  • Page 241 241
  • Page 242 242
  • Page 243 243
  • Page 244 244
  • Page 245 245
  • Page 246 246
  • Page 247 247
  • Page 248 248

Chicago Pneumatic CP 4133, 4136 Handleiding

Type
Handleiding