3.5 Temperatuurregeling
De standaard ingestelde temperatuur
van de koelkast is +5°C.
Stel de temperatuur van de koelkast in
door op de temperatuurknop te drukken.
Het temperatuurlampje toont de
ingestelde temperatuur.
De ingestelde temperatuur
zal binnen 24 uur worden
bereikt.
Na een stroomonderbreking
blijft de ingestelde
temperatuur opgeslagen.
3.6 COOLMATIC-functie
Als u een grote hoeveelheid warm
voedsel, bijvoorbeeld na het doen van
de boodschappen, in de koelkast wilt
plaatsen, adviseren wij u de
COOLMATIC-functie in te schakelen om
deze producten sneller te koelen en om
te voorkomen dat voedsel dat al in de
koelkast ligt warm wordt.
1. Druk op Mode tot het bijbehorende
pictogram verschijnt.
Het COOLMATIC-lampje knippert.
2. Druk op OK om te bevestigen.
Het COOLMATIC-lampje wordt
getoond.
De COOLMATIC-functie wordt
automatisch na ongeveer 6 uur
uitgeschakeld.
Om de functie uit te schakelen voor de
automatische uitschakeleing, herhaalt u
de procedure.
De functie gaat uit door een
andere ingestelde
koelkasttemperatuur te
selecteren.
3.7 ChildLock-functie
Activeer de functie ChildLock om de
bediening van de knoppen te
vergrendelen tegen onbedoelde
bediening.
1. Druk op de toets Mode tot het
bijbehorende pictogram verschijnt.
Het ChildLock-lampje knippert.
2. Druk op OK om te bevestigen.
Het ChildLock-lampje wordt getoond.
Om de functie ChildLock uit te
schakelen, herhaalt u de procedure
totdat het bijbehorende pictogram
ChildLock uit gaat.
3.8 Holiday-functie
Met deze functie kunt u de koelkast
tijdens een lange vakantieperiode
gesloten en leeg houden zonder dat er
onaangename geuren ontstaan.
Als u de Holiday-functie wilt
activeren, moet het koelvak
leeg zijn.
1. Druk op de Mode tot het
bijbehorende Holiday-pictogram
verschijnt.
Het pictogram Holiday knippert.
Het temperatuurlampje van de koelkast
toont de ingestelde temperatuur.
2. Druk op OK om te bevestigen.
Het pictogram Holiday verschijnt.
Als u de functie Holiday wilt uitschakelen,
herhaalt u deze procedure totdat het
bijbehorende pictogram Holiday is
uitgeschakeld.
3.9 Alarm bij open deur
Als de deur enkele minuten heeft
opengestaan, klinkt er een geluidsalarm.
Het alarm voor een geopende deur
bestaat uit:
• een knipperend alarmindicatielampje:
• een zoemer.
Als de normale omstandigheden zijn
hersteld (deur gesloten), wordt het
geluidsalarm uitgeschakeld. De zoemer
kan worden uitgeschakeld door op een
knop te drukken.
4.
DAGELIJKS GEBRUIK
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
NEDERLANDS 7