Indesit win 102 de handleiding

Categorie
Wasmachines
Type
de handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

13
NL
Nederlands
Inhoud
Installatie, 14-15
Uitpakken en waterpas zetten
Water- en elektrische aansluiting
Eerste wasprogramma
Technische gegevens
Beschrijving van de wasmachine, 16-17
Bedieningspaneel
Controlelampjes
Start en programma's, 18
In het kort: een programma starten
Tabel van de programma's
Persoonlijk instellen, 19
Instellen van de temperatuur
Functies
Wasmiddel en wasgoed, 20
Wasmiddellaatje
Prepareren van het wasgoed
Speciale stukken
Voorzorgsmaatregelen en raadgevingen, 21
Algemene veiligheid
Het afvoeren
Bezuiniging en bescherming van het milieu
Onderhoud, 22
Afsluiten van water en stroom
Schoonmaken van de wasmachine
Het wasmiddellaatje schoonmaken
Reinigen van deur en trommel
Reinigen van de pomp
Controleer de slang van de watertoevoer
Storingen en oplossingen, 23
Service, 24
Voordat u er de installateur bijhaalt
NL
WASMACHINE
WIN 102
Instructies voor het gebruik
14
NL
Het is belangrijk dit boekje te bewaren zodat u het
kunt raadplegen wanneer u maar wilt. In het geval dat u
de machine verkoopt, of u verhuist, moet het boekje bij
de machine blijven zodat de nieuwe gebruiker de
functies en betreffende raadgevingen kan leren kennen.
Lees de instructies met aandacht: u vindt er belang-
rijke informatie betreffende het installeren, gebruik en
veiligheid.
Uitpakken en waterpas zetten
Uitpakken
1. Pak de wasmachine uit.
2. Controleer of de wasmachine geen schade heeft
geleden gedurende het vervoer. Indien dit wel het
geval is moet hij niet worden aangesloten en moet u
contact opnemen met de handelaar.
3. Verwijder de 3
transportbouten met de
rubberen ring en bijbe-
horende afstandstukken
die zich aan de achter-
kant bevinden (zie
afbeelding).
4. Sluit de gaten af met de bijgeleverde plastic doppen.
5. Bewaar alle stukken: mocht de wasmachine ooit
worden vervoerd, dan moeten deze weer worden
aangebracht.
Het verpakkingsmateriaal is geen speelgoed voor
kinderen.
Waterpassen
1. Installeer de wasmachine op een rechte en stevige
vloer en laat hem niet leunen tegen een muur, meubel
of dergelijken.
2. Als de vloer niet
perfect horizontaal is
kunt u de onregelmatig-
heid opheffen door de
stelvoetjes aan de
voorkant in- of uit te
schroeven (zie afbeel-
ding); de hoek, geme-
ten ten opzichte van de
aanrecht, mag de
niet overschrijden.
Een correcte waterpas geeft de machine stabiliteit
en vermijdt trillingen, lawaai en het zich verplaatsen
gedurende het functioneren van de machine. In het
geval van vaste vloerbedekking of een tapijt regelt u
de stelvoetjes zodanig dat onder de wasmachine
genoeg plaats is voor ventilatie.
Water- en elektrische aansluiting
Aansluiting van de watertoevoerslang
1. Plaats de pakking A
op het uiteinde van de
waterslang en schroef
hem op een koud-
waterkraan met een
mondstuk met schroef-
draad van 3/4 gas (zie
afbeelding).
Voordat u hem aansluit
moet u het water laten
lopen totdat het helder is.
2. Verbind de slang aan
de wasmachine door
hem op de betreffende
watertoevoer aan te
schroeven, rechtsboven
aan de achterkant (zie
afbeelding).
3. Let erop dat er geen knellingen of kronkels in de
slang zijn.
De waterdruk van de kraan moet binnen de
waarden van de tabel Technische Gegevens liggen
(zie bladzijde hiernaast).
Als de slang niet lang genoeg is moet u zich wenden
tot een gespecialiseerde handelaar of een bevoegde
installateur.
Nooit reeds eerder gebruikte slangen gebruiken.
Installatie
A
15
NL
Aansluiting van de afvoerbuis
Verbind de buis, zonder
hem te buigen, aan een
afvoerleiding of aan een
afvoer in de muur tussen
65 en 100 cm van de
grond af;
of hang hem op de rand
van een wasbak of bad,
en bind de bijgeleverde
leiding aan de kraan
(zie afbeelding). Het
uiteinde van de afvoer-
slang mag niet onder
water hangen.
Gebruik geen verlengstuk voor de slang ; indien dit
niet te vermijden is moet het verlengstuk dezelfde
doorsnee hebben als de originele slang en hij mag niet
langer zijn dan 150 cm.
Elektrische aansluiting
Voordat u de stekker in het stopcontact steekt moet u
zich ervan verzekeren dat:
het stopcontact geaard is en voldoet aan de gel-
dende normen;
het stopcontact het maximum vermogen van de
machine kan verdragen, zoals aangegeven in de
tabel Technische Gegevens (zie hiernaast);
het voltage correspondeert met de waarden die zijn
aangegeven in de tabel Technische Gegevens (zie
hiernaast);
het stopcontact geschikt is voor de stekker van de
machine. Indien dit niet zo is moet de stekker of het
stopcontact vervangen worden.
De wasmachine mag niet buiten worden geinstalleerd,
ook niet op een plaats die beschut is, aangezien het
gevaarlijk is hem aan regen en onweer bloot te stellen.
Als de wasmachine is geinstalleerd moet het stop-
contact gemakkelijk te bereiken zijn.
Gebruik geen verlengsnoeren of dubbelstekkers.
Het snoer mag niet in bochten of geknikt liggen.
De voedingskabel mag alleen door een bevoegde
installateur worden vervangen.
Belangrijk! De fabrikant is niet aansprakelijk wanneer
deze normen niet gerespecteerd zijn.
Eerste wasprogramma
Voordat u de machine gaat gebruiken moet u hem een
wascycle laten uitvoeren met wasmiddel maar zonder
wasgoed, met het programma van 90° zonder voor-
wassen.
65 - 100 cm
Technische gegevens
Model
WIN 102
Afmetingen
breedte cm 59,5
hoogte cm 85
diepte cm 52,5
Ver m og en
van 1 tot 5 kg
Elektrische
aansluitingen
zie het typeplaatje met de technische
eigenschappen dat op het apparaat
is bevestigd
Aansluiting
waterleiding
max. druk 1 MPa (10 bar)
min. druk 0,05 MPa (0,5 bar)
Inhoud trommel 46 liters
Snelheid
centrifuge
tot 1000 toeren per minuut
Controle-program-
ma's volgens de
norm EN 60456
programma 3; temperatuur 60°C;
uitgevoerd met 5 kg lading.
Deze apparatuur voldoet aan de
volgende EEC voorschriften:
- 89/336/EEC van 03/05/89
(Elektromagnetische compatiabiliteit)
en successievelijke modificaties
- 2002/96/CE
- 2006/95/EEC (Laagspanning)
16
NL
Bedieningspaneel
Beschrijving van de wasmachine
Wasmiddellaatje
AAN/UIT
knop
START/RESET
knop
Wasmiddellaatje: voor wasmiddel en verdere
toevoegingen (zie blz. 20).
Controlelampjes: voor het volgen van het verloop
van het wasprogramma.
FUNCTIE knoppen: voor het kiezen van de func-
ties. De knop van de gekozen functie blijft verlicht.
TEMPERATUUR knop: voor het instellen van de
temperatuur of koud wassen (zie blz. 19).
START/RESET knop: voor het starten van de
programma's of voor het annuleren als u per onge-
luk verkeerd heeft ingesteld.
Controlelampje AAN/DEUR GEBLOKKEERD:
geeft aan of de wasmachine aan is en of de deur
geopend kan worden (zie blz. 17).
AAN/UIT knop: voor het in- en uitschakelen van de
wasmachine.
PROGRAMMA knop: voor het kiezen van de
programma's. Gedurende het programma blijft de
knop stilstaan.
TEMPERATUUR
knop
PROGRAMMA
knop
Controlelampjes
FUNCTIE
knoppen
Controlelampje
AAN/DEUR
GEBLOKKEERD
17
NL
Controlelampje AAN/DEUR GEBLOKKEERD:
Als het controlelampje brandt dan betekent dit dat de deur geblokkeerd is. Dit om te voorkomen dat hij per
ongeluk geopend zou worden; om schade te voorkomen moet u wachten tot het controlelampje knippert. Dan
pas kunt u de deur opentrekken.
Als het controlelampje van AAN/DEUR GEBLOKKEERD snel knippert tegelijkertijd met minstens één ander
controlelampje dan betekent dit dat er een storing is (zie blz. 23).
Controlelampjes
De controlelampjes geven belangrijke informatie.
Ze geven aan:
Fase die bezig is:
Gedurende het verloop van het wasprogramma
gaan de controlelampjes een voor een aan om aan
te tonen met welk programmaonderdeel de machin
bezig is:
Was
Spoelen
Centrifugeren
N.B.: gedurende het afpompen gaat het controle-
lampje dat bij de fase Centrifugeren hoort branden.
Funtie-knoppen
De FUNCTIE-KNOPPEN dienen ook als controle-
lampjes.
Als u een functie kiest wordt de bijbehorende knop
verlicht.
Als de gekozen functie niet bij het ingestelde pro-
gramma hoort gaat de knop knipperen en de functie
wordt niet geactiveerd.
Als een functie wordt ingesteld die niet past bij een
andere eerder ingestelde functie, dan blijft alleen de
laatste keuze actief.
18
NL
Soort stof en vuil Programma's
Te m p e -
ratuur
Wasmiddel
Wasverz-
achter
Duur
van de
cycle
(min.)
Beschrijving wascycle
Voor-
was
Was
Katoen
Zeer vuile witte was
(lakens, tafellakens enz.)
1
90°C 167
Voorwas, was,
spoelingen,
centrifuge tussendoor en einde
Zeer vuile witte was
(lakens, tafellakens enz.)
2
90°C 152
Was, spoelingen, centrifuge
tussendoor en einde
Zeer vuil wit en gekleurd wasgoed
3
60°C 158
Was, spoelingen, centrifuge
tussendoor en einde
Zeer vuile witte en gekleurde fijne was
3
40°C 143
Was, spoelingen, centrifuge
tussendoor en einde
Weinig vuil wit wasgoed en fijn
gekleurd wasgoed (overhemden,
truien enz.)
4
40°C 99
Was, spoelingen, centrifuge
tussendoor en einde
Fijn gekleurd wasgoed weinig vuil
5
30°C 92
Was, spoelingen, centrifuge
tussendoor en einde
Synthetisch
Zeer vuile gekleurde stevige stoffen
(babygoed enz.)
6
60°C 80
Was, spoelingen, kreukvrij of
licht
centrifuge
Kleurvaste stoffen
(weinig vuil wasgoed)
6
40°C 71
Was, spoelingen, kreukvrij of
licht
centrifuge
Zeer vuile gekleurde stevige stoffen
(babygoed enz.)
7
50°C 75
Was, spoelingen, kreukvrij of
licht
centrifuge
Licht gekleurde stoffen (ieder soort
weinig vuil wasgoed)
8
40°C 71
Was, spoelingen, kreukvrij of
licht
centrifuge
Licht gekleurde stoffen (ieder soort
weinig vuil wasgoed)
9
30°C 30
Was,
spoelingen en
licht
centrifuge
Wo l was
W
ol
10
40°C 50
Was, spoelingen en
licht
centrifuge
Speciaal fijne stoffen (gordijnen,
zijde, viscose enz.)
11
30°C 52
Was, spoelingen, kreukvrij of
afpompen
PROGRAMMA ONDERDELEN
Spoelen Spoelingen en centrifuge
Licht
spoelen
Spoelingen, kreukvrij of afpompen
Centrifuge
ren
Afpompen en energieke centrifuge
Licht
centrifuge
ren
Afpompen en
licht
centrifuge
Afpompen
Afpompen
Start en Programma's
Tabel van de programma's
In het kort: een programma starten
1. Schakel de wasmachine in met de knop . Alle
controlelampjes branden gedurende enkele secon-
den, gaan vervolgens uit en het controlelampje
AAN/DEUR GEBLOKKEERD gaat knipperen.
2. Laad het wasgoed in en sluit de deur.
3. Stel het gewenste programma in met de knop
PROGRAMMA'S.
4. Stel de wastemperatuur in (zie blz. 19).
5. Giet het wasmiddel en verdere toevoegingen in
het laatje (zie blz. 20).
6. Start het programma met de START/RESET knop.
Voor het annuleren houdt u de START/RESET
knop minstens 2 seconden ingedrukt.
7. Aan het einde van het programma gaat het
controlelampje AAN/DEUR GEBLOKKEERD knippe-
ren hetgeen betekent dat de deur geopend kan
worden. Haal het wasgoed eruit en laat de deur op
een kier staan zodat de trommel kan drogen.
Schakel de wasmachine uit met de knop
.
Note
Voor de beschrijving van de functie Kreukvrij zie blz. 19. De gevens in de tabel hebben een indicatieve waarde.
Speciaal programma
Dagelijkse was (programma 9 voor synthetische stoffen) is bedoeld voor het snel wassen van kledingstukken die weinig
vuil zijn: het duurt slechts 30 minuten en bespaart dus elektriciteit en tijd. Met programma (9 met 30 °C) kunt u
verschillende soorten stoffen tesamen wassen (behalve zijde en wol) met een lading van max. 3 kg.
Het beste is om hierbij vloeibaar wasmiddel te gebruiken.
19
NL
Functies Effect Notities voor het gebruik
Actief bij de
programma's:
Kreukvrij
Vermindert het
kreuken van de
stoffen en
vergemakkelijkt het
strijken.
Door deze functie in te stellen worden de programma's 6, 7, 8, 11,
en licht spoelen (wasgoed blijft in water= spoelstop) (Kreukvrij), en
het controlelampje van de fase Spoelen gaat knipperen:
- voor het afmaken van de cycle drukt u op de START/RESET knop
- voor alleen waterafvoer zet u de knop op het symbool en
drukt u op de START/RESET knop.
6, 7, 8, 11,
Licht
Spoelen.
1000-500
Vermindert de
snelheid van de
centrifuge.
Alle
programma's
behalve 11 en
afpompen.
Kort
program-
ma
Reduceert de duur
van het
wasprogram- ma
met ongeveer 30%.
1, 2, 3, 4,
5, 6, 7, 8
Persoonlijk instellen
C
Instellen van de temperatuur
Door aan de TEMPERATUUR-knop te draaien stelt u de temperatuur van het wassen in (zie Tabel van de pro-
gramma's op blz. 6).
De temperatuur kan verlaagd worden tot aan koud (
).
Functies
De verschillende functies van de wasmachine zorgen voor een heldere en witte was zoals door u gewenst. Voor
het activeren van de functies:
1. druk op de knop die bij de gewenste functie hoort, volgens de hiervolgende tabel;
2. het oplichten van de betreffende knop geeft aan dat de functie actief is.
N.B.: Snel knipperen van de knop geeft aan dat de bijbehorende functie van het ingestelde programma niet
gekozen kan worden.
Note: Om overmatige trillingen te vermijden verdeelt de automaat de lading voor het centrifugeren op een gelijkmatige
manier. Dit gebeurt door de trommel voortdurend te laten draaien op een snelheid die iets hoger ligt dan de was-
snelheid.
Als na herhaaldelijke pogingen, de lading nog steeds niet goed is gebalanceerd, dan zal de wasautomaat de centrifuge
op een lagere snelheid uitvoeren dan was voorzien.
Als de lading zeer uit balans is, zal de wasautomaat een verdeling uitvoeren in plaats van een centrifuge.
De herhaaldelijke balanceerpogingen kunnen de totale duur van de cyclus verlengen tot aan maximaal 10 minuten.
20
NL
Wasmiddellaatje
Een goed resultaat van de was hangt ook af van
een juiste dosis wasmiddel: te veel maakt het
wassen niet beter en blijft in het wasgoed hangen
terwijl het slecht is voor het milieu.
Trek het laatje naar voren
en giet het wasmiddel
en/of de verdere toevoe-
gingen erin als volgt.
bakje 1: voorwasmiddel (poeder)
bakje 2: wasmiddel (poeder of vloeibaar)
Het vloeibare wasmiddel wordt erin gegoten vlak voor
de start.
bakje 3: toevoegingen (wasverzachter enz.)
De wasverzachter mag niet boven het roostertje
uitkomen.
 Gebruik nooit middelen voor handwas aangezien
die te veel schuim vormen.
Prepareren van het wasgoed
Verdeel het wasgoed volgens:
- het soort stof / het symbool op het etiket.
- de kleuren: scheid gekleurd goed van de witte was.
Maak de zakken leeg en controleer de knopen.
Ga niet boven het aangegeven gewicht, berekend
voor droog wasgoed:
stevige stoffen: max 5 kg
synthetische stoffen max 2,5 kg
fijne stoffen max 2 kg
Wol: max 1 kg
Hoeveel weegt het wasgoed?
1 laken 400-500 gr.
1 sloop 150-200 gr.
1 tafelkleed 400-500 gr.
1 badjas 900-1200 gr.
1 handdoek 150-200 gr.
Speciale stukken
Gordijnen: vouw de gordijnen nauwkeurig en doe
ze in een kussensloop of net. Was ze apart zonder
ooit de halve lading te overschrijden. Gebruik pro-
gramma 11 dat automatisch de centrifuge uitsluit.
Donzen dekbedden en met dons gevulde
windjacks: als de vulling uit ganzenveren of eenden-
dons bestaat kunt u ze wassen in de wasmachine.
Keer de stukken binnenste buiten en ga niet boven
een max. lading van 2-3 kg; herhaal de spoeling een
of twee keer en gebruik de delicate centrifuge.
Wol: Gebruik voor de beste resultaten een wasmid-
del dat speciaal voor wol is bestemd en laad niet
meer dan 1 kg wollen goed in de machine.
Wasmiddel en wasgoed
1
2
3
21
NL
Voorzorgsmaatregelen en
raadgevingen
De wasmachine is ontworpen en geproduceerd
volgens de internationale veiligheidsnormen. Deze
aanwijzingen worden voor uw eigen veiligheid gege-
ven en zij moeten met aandacht worden gelezen.
Algemene veiligheid
Dit apparaat is gemaakt voor huishoudelijk ge-
bruik, niet-professioneel, en zijn functies mogen
niet veranderd worden.
De wasmachine mag alleen door volwassen
personen en volgens de instructies in dit boekje
worden gebruikt.
Raak de machine niet aan als u blootsvoets bent
of met natte of vochtige handen of voeten.
Trek de stekker nooit aan het snoer uit het stopcon-
tact, maar altijd door de stekker aan te pakken.
Open het wasmiddellaatje niet terwijl de machine
in werking is.
Raak het afvoerwater niet aan aangezien het
nogal warm kan zijn.
Forceer nooit de deur: het veiligheidsmechanisme,
dat tegen per ongeluk openen beschermt, kan
beschadigd worden.
Probeer in geval van storingen nooit zelf interne
mechanismen van de machine te repareren.
Zorg ervoor dat kleine kinderen niet te dicht bij de
machine komen als deze in werking is.
De glazen deur kan heet worden.
Als de machine verplaatst moet worden doe dit dan
met twee of drie personen en met grote voorzichtig-
heid. Nooit alleen want de machine is zwaar.
Voordat u het wasgoed in de machine laadt,
controleer dat hij leeg is.
Het afvoeren
Het afvoeren van het verpakkingsmateriaal:
houd u zich aan de plaatselijke normen zodat het
materiaal gerecycled kan worden.
De Europese Richtlijn 2002/96/EC over Vernieti
ging van Electrische en Electronische Apparatuur,
vereist dat oude huishoudelijke electrische appa
raten niet mogen vernietigd via de normale
ongesorteerde afvalstroom. Oude apparaten
moeten apart worden ingezameld om zo het
hergebruik van de gebruikte materialen te optima
liseren en de negatieve invloed op de gezondheid
en het milieu te reduceren. Het symbool op het
product van de "afvalcontainer met een kruis
erdoor" herinnert u aan uw verplichting, dat
wanneer u het apparaat vernietigt, het apparaat
apart moet worden ingezameld.
Consumenten moeten contact opnemen met de
locale autoriteiten voor informatie over de juiste
wijze van vernietiging van hun oude apparaat.
Bezuiniging en bescherming van het milieu
Maximale reiniging
Als er weinig water door de glazen deur te zien is
komt dat doordat met de nieuwe Indesit technologie
minder dan de helft water voldoende is voor maxi-
mum reinheid van de was: een doel dat is bereikt
ten gunste van de milieu-bescherming.
Bezuinigen op wasmiddel, water, energie en tijd
Teneinde geen energiebronnen te verkwisten
moet de machine altijd met maximum lading
worden gebruikt. U spaart 50% energie met een
volle lading i.p.v. twee half volle ladingen.
Voorwassen is alleen nodig voor erg vuil wasgoed.
Door dit te vermijden bespaart u wasmiddel, tijd,
water en ongeveer 5 tot 15% energie.
Door vlekken met een ontvlekkingsmiddel te
behandelen of in de week te zetten kunt u met
minder hoge temperaturen wassen. Een pro-
gramma op 60°C in plaats van op 90°C of op
40°C in plaats van 60°C zorgt voor een besparing
van 50% aan energie.
Doseer het wasmiddel op basis van de hardheid
van het water, de vuilheidsgraad en de hoeveel-
heid wasgoed, zo vermijd u onnodig energie-
verbruik en beschermt u het milieu. ook al zijn de
wasmiddelen biologisch afbreekbaar, toch bevat-
ten ze elementen die het evenwicht in de natuur
verstoren. Bovendien moet u zoveel mogelijk
wasverzachters vermijden.
Door zoveel mogelijk te wassen met goedkope
stroomtarieven (s´nachts) werkt u mee aan het
reduceren van de belasting van de elektrische
centrale.
Als u na het wassen het wasgoed in een dryer
wilt drogen, kunt u een hoge snelheid centrifuge
kiezen. Weinig water in het wasgoed spaart tijd
en energie bij het droogprogramma.
22
NL
Onderhoud
Afsluiten van water en stroom
Doe de kraan dicht na iedere wasbeurt. Hiermee
reduceert u de kans op lekkage.
Sluit altijd eerst de stroom af voordat u de wasma-
chine gaat schoonmaken en gedurende
onderhoudswerkzaamheden.
Schoonmaken van de wasmachine
De buitenkant en de rubber onderdelen kunnen met
een spons en lauw sopje worden schoongemaakt.
Nooit schuurmiddelen of oplosmiddelen gebruiken!
Het wasmiddellaatje schoonmaken
Verwijder het laatje door
het op te lichten en naar
voren te trekken
(zie afbeelding).
Was het onder stro-
mend water: dit moet u
regelmatig doen.
Reinigen van deur en trommel
Laat de deur altijd op een kier staan om muffe lucht
te vermijden.
Reinigen van de pomp
De wasmachine is voorzien van een zelfreinigende
pomp en hoeft dus niet te worden schoongemaakt.
Het kan echter gebeuren dat kleine voorwerpen
(geldstukken, knopen) in het voorvakje terecht komen
dat de pomp beschermt en zich aan de onderkant
bevindt.
Verzeker u ervan dat het wasprogramma klaar is
en trek de stekker uit het stopcontact.
Toegang tot het paneel:
1. verwijder het paneel-
tje aan de voorkant van
de wasmachine met
behulp van een
schroevendraaier
(zie afbeelding);
2. draai de deksel eraf,
tegen de klok in
draaiend (zie afbeelding):
het is normaal dat er een
beetje water uit komt;
3. maak de binnenkant goed schoon;
4. schroef de deksel er weer op;
5. monteer het paneeltje weer, met de haakjes in de
betreffende openingen voordat u het paneeltje
tegen de machine aan drukt.
Controleer de slang van de
watertoevoer
Controleer minstens eens per jaar de slang van de
watertoevoer. Als er barstjes in zitten moet hij vervan-
gen worden: gedurende het wassen kan de hoge
waterdruk onverwachts scheurtjes veroorzaken.
Nooit reeds eerder gebruikte slangen gebruiken.
23
NL
Het kan gebeuren dat de machine niet werkt. Voordat u de installateur opbelt (zie blz. 24), controleert u of het
een storing betreft die gemakkelijk te verhelpen is met behulp van de volgende lijst.
Storingen en oplossingen
Storingen:
De wasmachine
gaat niet aan.
Het wasprogramma
start niet.
De wasmachine neemt geen
water.
De wasmachine blijft water
aan- en afvoeren.
De wasmachine pompt het water
niet af of centrifugeert niet.
De machine trilt erg tijdens het
centirfugeren.
De wasmachine lekt.
Het controlelampje AAN/DEUR
GEBLOKKEERD knippert snel
tegelijkertijd met minstens één
ander controlelampje.
Er ontstaat teveel schuim.
Mogelijke oorzaken / Oplossing:
De stekker is niet in het stopcontact of niet ver genoeg ingestoken
om contact te maken.
Er is geen stroom.
De deur is niet goed dicht.
De knop
is niet ingedrukt.
De START/RESET knop is niet ingedrukt.
De waterkraan is niet open.
De watertoevoerslang is niet aangesloten aan de kraan.
De slang ligt gekneld.
De kraan is niet open.
In huis mankeert het water.
Er is geen voldoende druk.
De START/RESET knop is niet ingedrukt.
De afvoerslang is niet geinstalleerd op 65 tot 100 cm afstand van de
grond (zie blz. 15).
Het uiteinde van de afvoerslang ligt onder water (zie blz. 15).
De afvoer in de muur heeft geen ontluchting.
Als na deze controle het probleem niet is opgelost, doet u de water-
kraan dicht, de machine uit en belt u de installateur. Als u op een van
de hoogste verdiepingen van een flatgebouw woont kan zich een
probleem met het hevelen voordoen, waarbij de machine voortdurend
water aan- en afvoert. Om deze storing te verhelpen bestaan er spe-
ciale in de handel verkrijgbare ventielen.
Het programma voorziet niet in afvoer: bij enkele programma's moet
dit met de hand worden gestart (zie blz. 18).
De optie 'Kreukvrij' is actief: voor het afmaken van het programma
drukt u op de START/RESET knop (zie blz. 19).
De afvoerslang ligt gekneld (zie blz. 15).
De afvoerleiding is verstopt.
De trommel is bij het installeren niet op de juiste wijze ontgrendeld (zie blz. 14).
De wasmachine staat niet recht (zie blz. 14).
De wasmachine staat te nauw tussen meubel en muur (zie blz. 14).
De slang van de watertoevoer is niet goed aangeschroefd (zie blz. 14).
Het wasmiddellaatje is verstopt (voor schoonmaken zie blz. 22).
De afvoerslang is niet goed bevestigd (zie blz. 15).
Doe de automaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Wacht
circa 1 minuut en doe hem weer aan.
Als de storing voortzet, dient u de Servicedienst in te schakelen.
Het wasmiddel is niet bedoeld voor wasmachines (er moet "voor
wasmachine", "handwas en wasmachine", of dergelijke op staan).
De dosering is te veel.
24
NL
Voordat u er de installateur bijhaalt:
Kijk eerst even of u het probleem zelf kunt oplossen (zie blz. 23);
Start het programma om te controleren of de storing is verholpen;
Is dit niet het geval dan neemt u contact op met de bevoegde dichtsbijzijnde Technische Dienst via
het telefoonnummer dat op het garantiebewijs/gebruiksaanwijzing staat.
Nooit een niet-bevoegde installateur erbij halen.
Vermeld:
het soort storing;
het model van de machine (Mod.);
het serienummer (S/N).
Deze informatie vindt u op het typeplaatje aan de achterkant van de wasmachine.
Service

Documenttranscriptie

Instructies voor het gebruik WASMACHINE Inhoud NL Nederlands NL Installatie, 14-15 Uitpakken en waterpas zetten Water- en elektrische aansluiting Eerste wasprogramma Technische gegevens Beschrijving van de wasmachine, 16-17 Bedieningspaneel Controlelampjes Start en programma's, 18 In het kort: een programma starten Tabel van de programma's Persoonlijk instellen, 19 WIN 102 Instellen van de temperatuur Functies Wasmiddel en wasgoed, 20 Wasmiddellaatje Prepareren van het wasgoed Speciale stukken Voorzorgsmaatregelen en raadgevingen, 21 Algemene veiligheid Het afvoeren Bezuiniging en bescherming van het milieu Onderhoud, 22 Afsluiten van water en stroom Schoonmaken van de wasmachine Het wasmiddellaatje schoonmaken Reinigen van deur en trommel Reinigen van de pomp Controleer de slang van de watertoevoer Storingen en oplossingen, 23 Service, 24 Voordat u er de installateur bijhaalt 13 Installatie  Het is belangrijk dit boekje te bewaren zodat u het kunt raadplegen wanneer u maar wilt. In het geval dat u de machine verkoopt, of u verhuist, moet het boekje bij de machine blijven zodat de nieuwe gebruiker de functies en betreffende raadgevingen kan leren kennen. NL Een correcte waterpas geeft de machine stabiliteit en vermijdt trillingen, lawaai en het zich verplaatsen gedurende het functioneren van de machine. In het geval van vaste vloerbedekking of een tapijt regelt u de stelvoetjes zodanig dat onder de wasmachine genoeg plaats is voor ventilatie. Lees de instructies met aandacht: u vindt er belangrijke informatie betreffende het installeren, gebruik en veiligheid. Water- en elektrische aansluiting Uitpakken en waterpas zetten Aansluiting van de watertoevoerslang Uitpakken 1. Pak de wasmachine uit. 2. Controleer of de wasmachine geen schade heeft geleden gedurende het vervoer. Indien dit wel het geval is moet hij niet worden aangesloten en moet u contact opnemen met de handelaar. 3. Verwijder de 3 transportbouten met de rubberen ring en bijbehorende afstandstukken die zich aan de achterkant bevinden (zie afbeelding). 4. Sluit de gaten af met de bijgeleverde plastic doppen. 5. Bewaar alle stukken: mocht de wasmachine ooit worden vervoerd, dan moeten deze weer worden aangebracht. A 1. Plaats de pakking A op het uiteinde van de waterslang en schroef hem op een koudwaterkraan met een mondstuk met schroefdraad van 3/4 gas (zie afbeelding). Voordat u hem aansluit moet u het water laten lopen totdat het helder is. 2. Verbind de slang aan de wasmachine door hem op de betreffende watertoevoer aan te schroeven, rechtsboven aan de achterkant (zie afbeelding).  Het verpakkingsmateriaal is geen speelgoed voor kinderen. 3. Let erop dat er geen knellingen of kronkels in de slang zijn. Waterpassen 1. Installeer de wasmachine op een rechte en stevige vloer en laat hem niet leunen tegen een muur, meubel of dergelijken. 2. Als de vloer niet perfect horizontaal is kunt u de onregelmatigheid opheffen door de stelvoetjes aan de voorkant in- of uit te schroeven (zie afbeelding); de hoek, gemeten ten opzichte van de aanrecht, mag de 2° niet overschrijden. 14  De waterdruk van de kraan moet binnen de waarden van de tabel Technische Gegevens liggen (zie bladzijde hiernaast).  Als de slang niet lang genoeg is moet u zich wenden tot een gespecialiseerde handelaar of een bevoegde installateur.  Nooit reeds eerder gebruikte slangen gebruiken. Aansluiting van de afvoerbuis 65 - 100 cm Verbind de buis, zonder hem te buigen, aan een afvoerleiding of aan een afvoer in de muur tussen 65 en 100 cm van de grond af;  Gebruik geen verlengsnoeren of dubbelstekkers. NL  Het snoer mag niet in bochten of geknikt liggen.  De voedingskabel mag alleen door een bevoegde installateur worden vervangen. Belangrijk! De fabrikant is niet aansprakelijk wanneer deze normen niet gerespecteerd zijn. Eerste wasprogramma of hang hem op de rand van een wasbak of bad, en bind de bijgeleverde leiding aan de kraan (zie afbeelding). Het uiteinde van de afvoerslang mag niet onder water hangen.  Gebruik geen verlengstuk voor de slang ; indien dit niet te vermijden is moet het verlengstuk dezelfde doorsnee hebben als de originele slang en hij mag niet langer zijn dan 150 cm. Elektrische aansluiting Voordat u de stekker in het stopcontact steekt moet u zich ervan verzekeren dat: • het stopcontact geaard is en voldoet aan de geldende normen; • het stopcontact het maximum vermogen van de machine kan verdragen, zoals aangegeven in de tabel Technische Gegevens (zie hiernaast); • het voltage correspondeert met de waarden die zijn aangegeven in de tabel Technische Gegevens (zie hiernaast); • het stopcontact geschikt is voor de stekker van de machine. Indien dit niet zo is moet de stekker of het stopcontact vervangen worden.  De wasmachine mag niet buiten worden geinstalleerd, ook niet op een plaats die beschut is, aangezien het gevaarlijk is hem aan regen en onweer bloot te stellen.  Als de wasmachine is geinstalleerd moet het stopcontact gemakkelijk te bereiken zijn. Voordat u de machine gaat gebruiken moet u hem een wascycle laten uitvoeren met wasmiddel maar zonder wasgoed, met het programma van 90° zonder voorwassen. Technische gegevens Model WIN 102 Afmetingen breedte cm 59,5 hoogte cm 85 diepte cm 52,5 Vermogen van 1 tot 5 kg Elektrische aansluitingen zie het typeplaatje met de technische eigenschappen dat op het apparaat is bevestigd Aansluiting waterleiding max. druk 1 MPa (10 bar) min. druk 0,05 MPa (0,5 bar) Inhoud trommel 46 liters Snelheid centrifuge tot 1000 toeren per minuut Controle-programma's volgens de norm EN 60456 programma 3; temperatuur 60°C; uitgevoerd met 5 kg lading. Deze apparatuur voldoet aan de volgende EEC voorschriften: - 89/336/EEC van 03/05/89 (Elektromagnetische compatiabiliteit) en successievelijke modificaties - 2002/96/CE - 2006/95/EEC (Laagspanning) 15 Beschrijving van de wasmachine Bedieningspaneel NL FUNCTIE knoppen Controlelampjes Controlelampje AAN/DEUR GEBLOKKEERD AAN/UIT knop PROGRAMMA knop Wasmiddellaatje START/RESET knop TEMPERATUUR knop Wasmiddellaatje: voor wasmiddel en verdere toevoegingen (zie blz. 20). Controlelampjes: voor het volgen van het verloop van het wasprogramma. FUNCTIE knoppen: voor het kiezen van de functies. De knop van de gekozen functie blijft verlicht. TEMPERATUUR knop: voor het instellen van de temperatuur of koud wassen (zie blz. 19). START/RESET knop: voor het starten van de programma's of voor het annuleren als u per ongeluk verkeerd heeft ingesteld. 16 Controlelampje AAN/DEUR GEBLOKKEERD: geeft aan of de wasmachine aan is en of de deur geopend kan worden (zie blz. 17). AAN/UIT knop: voor het in- en uitschakelen van de wasmachine. PROGRAMMA knop: voor het kiezen van de programma's. Gedurende het programma blijft de knop stilstaan. Controlelampjes NL De controlelampjes geven belangrijke informatie. Ze geven aan: Fase die bezig is: Gedurende het verloop van het wasprogramma gaan de controlelampjes een voor een aan om aan te tonen met welk programmaonderdeel de machin bezig is: Was Spoelen Centrifugeren N.B.: gedurende het afpompen gaat het controlelampje dat bij de fase Centrifugeren hoort branden. Funtie-knoppen De FUNCTIE-KNOPPEN dienen ook als controlelampjes. Als u een functie kiest wordt de bijbehorende knop verlicht. Als de gekozen functie niet bij het ingestelde programma hoort gaat de knop knipperen en de functie wordt niet geactiveerd. Als een functie wordt ingesteld die niet past bij een andere eerder ingestelde functie, dan blijft alleen de laatste keuze actief. Controlelampje AAN/DEUR GEBLOKKEERD: Als het controlelampje brandt dan betekent dit dat de deur geblokkeerd is. Dit om te voorkomen dat hij per ongeluk geopend zou worden; om schade te voorkomen moet u wachten tot het controlelampje knippert. Dan pas kunt u de deur opentrekken.  Als het controlelampje van AAN/DEUR GEBLOKKEERD snel knippert tegelijkertijd met minstens één ander controlelampje dan betekent dit dat er een storing is (zie blz. 23). 17 Start en Programma's In het kort: een programma starten NL 5. Giet het wasmiddel en verdere toevoegingen in het laatje (zie blz. 20). 6. Start het programma met de START/RESET knop. Voor het annuleren houdt u de START/RESET knop minstens 2 seconden ingedrukt. 7. Aan het einde van het programma gaat het controlelampje AAN/DEUR GEBLOKKEERD knipperen hetgeen betekent dat de deur geopend kan worden. Haal het wasgoed eruit en laat de deur op een kier staan zodat de trommel kan drogen. . Schakel de wasmachine uit met de knop 1. Schakel de wasmachine in met de knop . Alle controlelampjes branden gedurende enkele seconden, gaan vervolgens uit en het controlelampje AAN/DEUR GEBLOKKEERD gaat knipperen. 2. Laad het wasgoed in en sluit de deur. 3. Stel het gewenste programma in met de knop PROGRAMMA'S. 4. Stel de wastemperatuur in (zie blz. 19). Tabel van de programma's Soort stof en vuil Programma's Temperatuur Wasmiddel Duur Wasverz- van de achter cycle (min.) Voorwas Was • • • 167 Beschrijving wascycle Katoen Zeer vuile witte was (lakens, tafellakens enz.) Zeer vuile witte was (lakens, tafellakens enz.) Voorwas, was, spoelingen, centrifuge tussendoor en einde Was, spoelingen, centrifuge tussendoor en einde Was, spoelingen, centrifuge tussendoor en einde Was, spoelingen, centrifuge tussendoor en einde 1 90°C 2 90°C • • 152 Zeer vuil wit en gekleurd wasgoed 3 60°C • • 158 Zeer vuile witte en gekleurde fijne was 3 40°C • • 143 Weinig vuil wit wasgoed en fijn gekleurd wasgoed (overhemden, truien enz.) 4 40°C • • 99 Was, spoelingen, centrifuge tussendoor en einde Fijn gekleurd wasgoed weinig vuil 5 30°C • • 92 Was, spoelingen, centrifuge tussendoor en einde 6 60°C • • 80 6 40°C • • 71 7 50°C • • 75 8 40°C • • 71 9 30°C • • 30 W ol 10 40°C • • 50 Speciaal fijne stoffen (gordijnen, zijde, viscose enz.) 11 30°C • • 52 Synthetisch Zeer vuile gekleurde stevige stoffen (babygoed enz.) Kleurvaste stoffen (weinig vuil wasgoed) Zeer vuile gekleurde stevige stoffen (babygoed enz.) Licht gekleurde stoffen (ieder soort weinig vuil wasgoed) Licht gekleurde stoffen (ieder soort weinig vuil wasgoed) Was, spoelingen, kreukvrij centrifuge Was, spoelingen, kreukvrij centrifuge Was, spoelingen, kreukvrij centrifuge Was, spoelingen, kreukvrij centrifuge Was, spoelingen en licht centrifuge of licht of licht of licht of licht Wolwas Was, spoelingen en licht centrifuge Was, spoelingen, kreukvrij of afpompen PROGRAMMA ONDERDELEN Spoelen • Spoelingen en centrifuge Licht spoelen • Spoelingen, kreukvrij of afpompen Centrifugeren Afpompen en energieke centrifuge Licht centrifugeren Afpompen en licht centrifuge Afpompen Afpompen Note Voor de beschrijving van de functie Kreukvrij zie blz. 19. De gevens in de tabel hebben een indicatieve waarde. Speciaal programma Dagelijkse was (programma 9 voor synthetische stoffen) is bedoeld voor het snel wassen van kledingstukken die weinig vuil zijn: het duurt slechts 30 minuten en bespaart dus elektriciteit en tijd. Met programma (9 met 30 °C) kunt u verschillende soorten stoffen tesamen wassen (behalve zijde en wol) met een lading van max. 3 kg. Het beste is om hierbij vloeibaar wasmiddel te gebruiken. 18 Persoonlijk instellen C Instellen van de temperatuur Door aan de TEMPERATUUR-knop te draaien stelt u de temperatuur van het wassen in (zie Tabel van de programma's op blz. 6). De temperatuur kan verlaagd worden tot aan koud ( ). NL Functies De verschillende functies van de wasmachine zorgen voor een heldere en witte was zoals door u gewenst. Voor het activeren van de functies: 1. druk op de knop die bij de gewenste functie hoort, volgens de hiervolgende tabel; 2. het oplichten van de betreffende knop geeft aan dat de functie actief is. N.B.: Snel knipperen van de knop geeft aan dat de bijbehorende functie van het ingestelde programma niet gekozen kan worden. Functies Effect Notities voor het gebruik Actief bij de programma's: Door deze functie in te stellen worden de programma's 6, 7, 8, 11, en licht spoelen (wasgoed blijft in water= spoelstop) (Kreukvrij), en het controlelampje van de fase Spoelen gaat knipperen: - voor het afmaken van de cycle drukt u op de START/RESET knop - voor alleen waterafvoer zet u de knop op het symbool en drukt u op de START/RESET knop. 6, 7, 8, 11, Licht Spoelen. Kreukvrij Vermindert het kreuken van de stoffen en vergemakkelijkt het strijken. 1000-500 Vermindert de snelheid van de centrifuge. Alle programma's behalve 11 en afpompen. Kort programma Reduceert de duur van het wasprogram- ma met ongeveer 30%. 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8 Note: Om overmatige trillingen te vermijden verdeelt de automaat de lading voor het centrifugeren op een gelijkmatige manier. Dit gebeurt door de trommel voortdurend te laten draaien op een snelheid die iets hoger ligt dan de wassnelheid. Als na herhaaldelijke pogingen, de lading nog steeds niet goed is gebalanceerd, dan zal de wasautomaat de centrifuge op een lagere snelheid uitvoeren dan was voorzien. Als de lading zeer uit balans is, zal de wasautomaat een verdeling uitvoeren in plaats van een centrifuge. De herhaaldelijke balanceerpogingen kunnen de totale duur van de cyclus verlengen tot aan maximaal 10 minuten. 19 Wasmiddel en wasgoed NL Wasmiddellaatje Speciale stukken Een goed resultaat van de was hangt ook af van een juiste dosis wasmiddel: te veel maakt het wassen niet beter en blijft in het wasgoed hangen terwijl het slecht is voor het milieu. Gordijnen: vouw de gordijnen nauwkeurig en doe ze in een kussensloop of net. Was ze apart zonder ooit de halve lading te overschrijden. Gebruik programma 11 dat automatisch de centrifuge uitsluit. Donzen dekbedden en met dons gevulde windjacks: als de vulling uit ganzenveren of eendendons bestaat kunt u ze wassen in de wasmachine. Keer de stukken binnenste buiten en ga niet boven een max. lading van 2-3 kg; herhaal de spoeling een of twee keer en gebruik de delicate centrifuge. Wol: Gebruik voor de beste resultaten een wasmiddel dat speciaal voor wol is bestemd en laad niet meer dan 1 kg wollen goed in de machine. Trek het laatje naar voren en giet het wasmiddel en/of de verdere toevoegingen erin als volgt. 1 2 3 bakje 1: voorwasmiddel (poeder) bakje 2: wasmiddel (poeder of vloeibaar) Het vloeibare wasmiddel wordt erin gegoten vlak voor de start. bakje 3: toevoegingen (wasverzachter enz.) De wasverzachter mag niet boven het roostertje uitkomen.  Gebruik nooit middelen voor handwas aangezien die te veel schuim vormen. Prepareren van het wasgoed • Verdeel het wasgoed volgens: - het soort stof / het symbool op het etiket. - de kleuren: scheid gekleurd goed van de witte was. • Maak de zakken leeg en controleer de knopen. • Ga niet boven het aangegeven gewicht, berekend voor droog wasgoed: stevige stoffen: max 5 kg synthetische stoffen max 2,5 kg fijne stoffen max 2 kg Wol: max 1 kg Hoeveel weegt het wasgoed? 1 1 1 1 1 20 laken 400-500 gr. sloop 150-200 gr. tafelkleed 400-500 gr. badjas 900-1200 gr. handdoek 150-200 gr. Voorzorgsmaatregelen en raadgevingen  De wasmachine is ontworpen en geproduceerd volgens de internationale veiligheidsnormen. Deze aanwijzingen worden voor uw eigen veiligheid gegeven en zij moeten met aandacht worden gelezen. Algemene veiligheid • Dit apparaat is gemaakt voor huishoudelijk gebruik, niet-professioneel, en zijn functies mogen niet veranderd worden. • De wasmachine mag alleen door volwassen personen en volgens de instructies in dit boekje worden gebruikt. • Raak de machine niet aan als u blootsvoets bent of met natte of vochtige handen of voeten. • Trek de stekker nooit aan het snoer uit het stopcontact, maar altijd door de stekker aan te pakken. • Open het wasmiddellaatje niet terwijl de machine in werking is. • Raak het afvoerwater niet aan aangezien het nogal warm kan zijn. • Forceer nooit de deur: het veiligheidsmechanisme, dat tegen per ongeluk openen beschermt, kan beschadigd worden. • Probeer in geval van storingen nooit zelf interne mechanismen van de machine te repareren. • Zorg ervoor dat kleine kinderen niet te dicht bij de machine komen als deze in werking is. • De glazen deur kan heet worden. • Als de machine verplaatst moet worden doe dit dan met twee of drie personen en met grote voorzichtigheid. Nooit alleen want de machine is zwaar. • Voordat u het wasgoed in de machine laadt, controleer dat hij leeg is. Het afvoeren • Het afvoeren van het verpakkingsmateriaal: houd u zich aan de plaatselijke normen zodat het materiaal gerecycled kan worden. • De Europese Richtlijn 2002/96/EC over Vernieti ging van Electrische en Electronische Apparatuur, vereist dat oude huishoudelijke electrische appa raten niet mogen vernietigd via de normale ongesorteerde afvalstroom. Oude apparaten moeten apart worden ingezameld om zo het hergebruik van de gebruikte materialen te optima liseren en de negatieve invloed op de gezondheid en het milieu te reduceren. Het symbool op het product van de "afvalcontainer met een kruis erdoor" herinnert u aan uw verplichting, dat wanneer u het apparaat vernietigt, het apparaat apart moet worden ingezameld. Consumenten moeten contact opnemen met de locale autoriteiten voor informatie over de juiste wijze van vernietiging van hun oude apparaat. NL Bezuiniging en bescherming van het milieu Maximale reiniging Als er weinig water door de glazen deur te zien is komt dat doordat met de nieuwe Indesit technologie minder dan de helft water voldoende is voor maximum reinheid van de was: een doel dat is bereikt ten gunste van de milieu-bescherming. Bezuinigen op wasmiddel, water, energie en tijd • Teneinde geen energiebronnen te verkwisten moet de machine altijd met maximum lading worden gebruikt. U spaart 50% energie met een volle lading i.p.v. twee half volle ladingen. • Voorwassen is alleen nodig voor erg vuil wasgoed. Door dit te vermijden bespaart u wasmiddel, tijd, water en ongeveer 5 tot 15% energie. • Door vlekken met een ontvlekkingsmiddel te behandelen of in de week te zetten kunt u met minder hoge temperaturen wassen. Een programma op 60°C in plaats van op 90°C of op 40°C in plaats van 60°C zorgt voor een besparing van 50% aan energie. • Doseer het wasmiddel op basis van de hardheid van het water, de vuilheidsgraad en de hoeveelheid wasgoed, zo vermijd u onnodig energieverbruik en beschermt u het milieu. ook al zijn de wasmiddelen biologisch afbreekbaar, toch bevatten ze elementen die het evenwicht in de natuur verstoren. Bovendien moet u zoveel mogelijk wasverzachters vermijden. • Door zoveel mogelijk te wassen met goedkope stroomtarieven (s´nachts) werkt u mee aan het reduceren van de belasting van de elektrische centrale. • Als u na het wassen het wasgoed in een dryer wilt drogen, kunt u een hoge snelheid centrifuge kiezen. Weinig water in het wasgoed spaart tijd en energie bij het droogprogramma. 21 Onderhoud NL Afsluiten van water en stroom Reinigen van de pomp • Doe de kraan dicht na iedere wasbeurt. Hiermee reduceert u de kans op lekkage. De wasmachine is voorzien van een zelfreinigende pomp en hoeft dus niet te worden schoongemaakt. Het kan echter gebeuren dat kleine voorwerpen (geldstukken, knopen) in het voorvakje terecht komen dat de pomp beschermt en zich aan de onderkant bevindt. • Sluit altijd eerst de stroom af voordat u de wasmachine gaat schoonmaken en gedurende onderhoudswerkzaamheden. Schoonmaken van de wasmachine De buitenkant en de rubber onderdelen kunnen met een spons en lauw sopje worden schoongemaakt. Nooit schuurmiddelen of oplosmiddelen gebruiken! Het wasmiddellaatje schoonmaken Verwijder het laatje door het op te lichten en naar voren te trekken (zie afbeelding). Was het onder stromend water: dit moet u regelmatig doen.  Verzeker u ervan dat het wasprogramma klaar is en trek de stekker uit het stopcontact. Toegang tot het paneel: 1. verwijder het paneeltje aan de voorkant van de wasmachine met behulp van een schroevendraaier (zie afbeelding); 2. draai de deksel eraf, tegen de klok in draaiend (zie afbeelding): het is normaal dat er een beetje water uit komt; Reinigen van deur en trommel • Laat de deur altijd op een kier staan om muffe lucht te vermijden. 3. maak de binnenkant goed schoon; 4. schroef de deksel er weer op; 5. monteer het paneeltje weer, met de haakjes in de betreffende openingen voordat u het paneeltje tegen de machine aan drukt. Controleer de slang van de watertoevoer Controleer minstens eens per jaar de slang van de watertoevoer. Als er barstjes in zitten moet hij vervangen worden: gedurende het wassen kan de hoge waterdruk onverwachts scheurtjes veroorzaken. Nooit reeds eerder gebruikte slangen gebruiken. 22 Storingen en oplossingen Het kan gebeuren dat de machine niet werkt. Voordat u de installateur opbelt (zie blz. 24), controleert u of het een storing betreft die gemakkelijk te verhelpen is met behulp van de volgende lijst. NL Storingen: Mogelijke oorzaken / Oplossing: De wasmachine gaat niet aan. • De stekker is niet in het stopcontact of niet ver genoeg ingestoken om contact te maken. • Er is geen stroom. Het wasprogramma start niet. • • • • De De De De De wasmachine neemt geen water. • • • • • • De watertoevoerslang is niet aangesloten aan de kraan. De slang ligt gekneld. De kraan is niet open. In huis mankeert het water. Er is geen voldoende druk. De START/RESET knop is niet ingedrukt. De wasmachine blijft water aan- en afvoeren. • De afvoerslang is niet geinstalleerd op 65 tot 100 cm afstand van de grond (zie blz. 15). • Het uiteinde van de afvoerslang ligt onder water (zie blz. 15). • De afvoer in de muur heeft geen ontluchting. Als na deze controle het probleem niet is opgelost, doet u de waterkraan dicht, de machine uit en belt u de installateur. Als u op een van de hoogste verdiepingen van een flatgebouw woont kan zich een probleem met het hevelen voordoen, waarbij de machine voortdurend water aan- en afvoert. Om deze storing te verhelpen bestaan er speciale in de handel verkrijgbare ventielen. De wasmachine pompt het water niet af of centrifugeert niet. • Het programma voorziet niet in afvoer: bij enkele programma's moet dit met de hand worden gestart (zie blz. 18). • De optie 'Kreukvrij' is actief: voor het afmaken van het programma drukt u op de START/RESET knop (zie blz. 19). • De afvoerslang ligt gekneld (zie blz. 15). • De afvoerleiding is verstopt. De machine trilt erg tijdens het centirfugeren. • De trommel is bij het installeren niet op de juiste wijze ontgrendeld (zie blz. 14). • De wasmachine staat niet recht (zie blz. 14). • De wasmachine staat te nauw tussen meubel en muur (zie blz. 14). De wasmachine lekt. • De slang van de watertoevoer is niet goed aangeschroefd (zie blz. 14). • Het wasmiddellaatje is verstopt (voor schoonmaken zie blz. 22). • De afvoerslang is niet goed bevestigd (zie blz. 15). Het controlelampje AAN/DEUR GEBLOKKEERD knippert snel tegelijkertijd met minstens één ander controlelampje. • Doe de automaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Wacht circa 1 minuut en doe hem weer aan. Als de storing voortzet, dient u de Servicedienst in te schakelen. Er ontstaat teveel schuim. • Het wasmiddel is niet bedoeld voor wasmachines (er moet "voor wasmachine", "handwas en wasmachine", of dergelijke op staan). • De dosering is te veel. deur is niet goed dicht. is niet ingedrukt. knop START/RESET knop is niet ingedrukt. waterkraan is niet open. 23 Service Voordat u er de installateur bijhaalt: • Kijk eerst even of u het probleem zelf kunt oplossen (zie blz. 23); • Start het programma om te controleren of de storing is verholpen; • Is dit niet het geval dan neemt u contact op met de bevoegde dichtsbijzijnde Technische Dienst via het telefoonnummer dat op het garantiebewijs/gebruiksaanwijzing staat. NL  Nooit een niet-bevoegde installateur erbij halen. Vermeld: • het soort storing; • het model van de machine (Mod.); • het serienummer (S/N). Deze informatie vindt u op het typeplaatje aan de achterkant van de wasmachine. 24
1 / 1

Indesit win 102 de handleiding

Categorie
Wasmachines
Type
de handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor