28 nl - 2
NEDERLANDS
Veiligheidsinstructies
Neem bij het gebruik van elektrische machines
altijd de plaatselijk geldende
veiligheidsvoorschriften in acht in verband met
brandgevaar, gevaar voor elektrische schokken
en lichamelijk letsel. Lees ook onderstaande
instructies aandachtig door voordat u met de
machine gaat werken.
Bewaar deze instructies zorgvuldig!
Algemeen
1 Zorg voor een opgeruimde werkomgeving
Een rommelige werkomgeving leidt tot
ongelukken.
2 Houd rekening met omgevingsinvloeden
Stel elektrische machines niet bloot aan vocht.
Zorg dat de werkomgeving goed is verlicht.
Gebruik elektrische machines niet in de buurt van
brandbare vloeistoffen of gassen.
3 Voorkom een elektrisch schok
Vermijd lichamelijk contact met geaarde
voorwerpen (bijv. buizen, radiatoren, fornuizen en
koelkasten). Onder extreme
werkomstandigheden (bijv. hoge vochtigheid,
ontwikkeling van metaalstof, enz.) kan de
elektrische veiligheid door een
scheidingstransformator of een aardlek-(FI)-
schakelaar voor te schakelen, verhoogd worden.
4 Houd kinderen uit de buurt
Laat andere personen niet aan de machine of het
verlengsnoer komen. Onder 16 jaar is supervisie
verplicht.
5 Verlengsnoeren voor gebruik buitenshuis
Gebruik buitenshuis uitsluitend voor dit doel
goedgekeurde en als zodanig gemerkte
verlengsnoeren.
6 Berg de machine veilig op
Berg niet in gebruik zijnde elektrische machines
op in een droge, afgesloten ruimte, buiten het
bereik van kinderen.
7 Draag geschikte werkkleding
Draag geen wijde kleding of loshangende
sieraden.
Deze kunnen door de bewegende delen worden
gegrepen. Draag bij het werken buitenshuis bij
voorkeur rubber werkhandschoenen en
schoenen met profielzolen. Houd lang haar
bijeen.
8 Draag een veiligheidsbril
Gebruik ook een gezichts- of stofmasker bij
werkzaamheden waarbij stofdeeltjes of spanen
vrijkomen.
9 Let op de maximum geluidsdruk
Neem voorzorgsmaatregelen voor
gehoorbescherming wanneer de geluidsdruk het
niveau van 85 dB(A) overschrijdt.
10 Klem het werkstuk goed vast
Gebruik klemmen of een bankschroef om het
werkstuk te fixeren. Dit is veiliger, bovendien kan
de machine dan met beide handen worden
bediend.
11 Zorg voor een veilige houding
Zorg altijd voor een juiste stabiele houding.
12 Voorkom onbedoeld inschakelen
Draag een op het net aangesloten machine niet
met de vinger aan de schakelaar. Laat de
schakelaar los wanneer u de stekker in het
stopcontact steekt.
13 Blijf voortdurend opletten
Houd uw aandacht bij uw werk. Ga met verstand
te werk. Gebruik de machine niet als u niet
geconcentreerd bent.
14 Trek de stekker uit het stopcontact
Schakel de stroom uit en wacht totdat de
machine volledig stil staat voordat u deze
achterlaat. Trek de stekker uit het stopcontact
wanneer u de machine niet gebruikt, tijdens
onderhoud of bij het vervangen van accessoires.
15 Verwijder sleutels of hulpgereedschappen
Controleer vóór het inschakelen altijd of de sleutels
en andere hulpgereedschappen zijn verwijderd.
16 Gebruik de juiste machine
Het gebruik volgens bestemming is beschreven
in deze handleiding. Gebruik geen lichte machine
of hulpstukken voor het werk van zware
machines. De machine werkt beter en veiliger
indien u deze gebruikt voor het beoogde doel.
Waarschuwing! Gebruik ter voorkoming van
lichamelijk letsel uitsluitend de in deze
gebruiksaanwijzing aanbevolen accessoires en
hulpstukken. Gebruik de machine uitsluitend voor
het beoogde doel.
17 Gebruik het snoer niet verkeerd
Draag de machine nooit aan het snoer. Trek niet
aan het snoer om de stekker uit het stopcontact
te verwijderen. Houd het snoer uit de buurt van
warmtebronnen, olie en scherpe randen.