Installatiehandleiding
Dampafzuiger DF-SLG8 / DF-SLG9
Inbouwdampafzuiger
Gebruikswijzen: afzuiging / circulatie
J378.117-1
6.1.14 FUW
1
Deze installatiehandleiding geldt voor de modellen:
378 (DF-SLG8, montagebreedte 82,5 cm)
385 (DF-SLG9, montagebreedte 90 cm)
Serviceplaatje
A Verwijder het vetfilter. Het serviceplaatje bevindt zich aan de binnenkant van het toestel.
Bijgeleverd installatietoebehoren
Alle bevestigingselementen worden meegeleverd.
Afzuigwerking
Luchtcirculatiewerking
Als het toestel wordt gebruikt om lucht te circuleren, bestaan de volgende mogelijkheden:
– Gebruik van een actief koolstoffilter direct in het toestel (zie J415.48)
Hierbij stroomt de afzuiglucht door het aansluitstuk van de luchtafvoer, wordt daar uitgeblazen en door een ventilatierooster in de
plafondafsluiting in de ruimte teruggeblazen.
– Gebruik van een luchtrecyclingscassette LRC (zie H4.0830)
Hierbij wordt het actieve koolstoffilter in de luchtrecyclingscassette geplaatst. De afzuiglucht stroomt door het aansluitstuk van de
luchtafvoer en een luchtafvoerleiding in de cassette en wordt door het uitblaasrooster weer in de ruimte teruggeblazen.
•Informatie over de vereiste netspanning, stroomsoort en beveiliging vindt u op het serviceplaatje.
•Hoogte waarop de toestellen mogen worden gebruikt: max. 2000 m boven de zeespiegel.
De installatie mag uitsluitend door vakkundig personeel worden uitgevoerd. Alle stappen moeten één voor één volledig worden
uitgevoerd en gecontroleerd.
Geldigheidsbereik
Algemene aanwijzingen
Bij gelijktijdig gebruik van vuurhaarden, zoals verwarmingstoestellen op hout, gas, olie of kolen, is een gevaarloos bedrijf alleen
mogelijk als de onderdruk in de ruimte van 4 Pa (0,04 mbar) niet wordt overschreden. Vergiftigingsgevaar! Er moet een vol-
doende aanvoer van verse lucht zeker gesteld zijn, bv. door openingen in deuren en ramen die niet gesloten kunnen worden,
samen met luchttoevoer- en -afvoerkasten in de muur of door andere technische maatregelen.
Indien het toestel boven gaskookvelden wordt gemonteerd, moet iedere kookzone met een ontstekingsbeveiliging zijn uitgerust
en de minimale afstanden (zie «Afmetingen») moeten worden aangehouden.
Een vlekkeloze reparatie kan enkel gewaarborgd worden als te allen tijde een storingsvrije deïnstallatie van het complete toe-
stel mogelijk is.
De afzuiging mag niet naar een schoorsteen worden geleid, die wordt gebruikt voor afgassen van toestellen op gas of andere
brandstoffen.
De voorschriften van de plaatselijke brandweer dienen aangehouden te worden.
Het dwarsdoorsnedeoppervlak (uitblaasoppervlak) van het ventilatierooster moet min. 200 cm² bedragen.
Elektrische aansluitingen
Elektrische aansluitingen moeten door vakkundig personeel uitgevoerd worden volgens de normen en richtlijnen voor laag-
spanningsinstallaties en volgens de bepalingen van de plaatselijke elektriciteitsbedrijven.
Een stekkerklaar toestel mag uitsluitend aangesloten worden op een randaardestopcontact dat volgens de voorschriften is ge-
enstalleerd. De huisinstallatie dient te worden voorzien van een netscheidingsinrichting met 3 mm contactopening. Schake-
laars, stekkers, LS-automaten en smeltzekeringen die na installatie van het toestel vrij toegankelijk zijn en die als schakelaar
dienen voor alle poolgeleiders, zijn als scheider toelaatbaar. Een onberispelijke aardaansluiting en gescheiden gelegde neu-
trale en randaardeleidingen zorgen voor een veilige en storingsvrije werking. Na montage mogen spanningsvoerende onder-
delen en leidingen met bedrijfsisolatie niet aanraakbaar zijn. Controleer oude installaties.
Installatiehandleiding
Dampafzuiger DF-SLG8 / DF-SLG9
Inbouwdampafzuiger
Gebruikswijzen: afzuiging / circulatie
J378.117-1
6.1.14 FUW
2
Opties
Profiel Type Breedte Bovenkastdiepte Art. nr.:
smal
DF-SLG8 821 mm
280–315 mm H4.1756
breed 320–350 mm H4.1757
smal
DF-SLG9 896 mm
280–315 mm H4.1758
breed 320–350 mm H4.1759
Meegeleverd: H4.1758 / H4.1759 Als optie verkrijgbaar: H4.1756 / H4.1757
Afmetingen
Verloopstuk
Metalen ring
Gebruik van steenafwerkingen
Wandplaat (graniet, marmer) met
dikte 20 mm mogelijk.
* Met metalen ring: 170 mm
Afstand boven kookveld
Minimale afstand B:
Bij elektrisch kookveld:
Bij gaskookveld:
min. 600 mm
min. 750 mm
75
821/896
70
37,5
821/896
70
130 *
357
16
73
B
825/900
552
192
330
min. 200
max. 525
280–350
821/896
14–175
210
ø 120
ø 150
821/896
Afsluitprofiel
823/898
Montagestuk voor onderzijde
Verloopstuk
ø 154
ø 124
ø 118
110
ø 150
60
40
20
Installatiehandleiding
Dampafzuiger DF-SLG8 / DF-SLG9
Inbouwdampafzuiger
Gebruikswijzen: afzuiging / circulatie
J378.117-1
6.1.14 FUW
3
Aanwijzingen
A Laat de luchtafvoerleiding niet aan de zijkant lopen.
A Alle pleister-, gips-, behang- of schilderwerkzaamheden moeten uitgevoerd worden voor de installatie.
Installatie
330
Voorzijde
(instelbaar: 280–350)
Kookveld
Afsluitprofiel:
Nis:
Montagestuk voor onderzijde:
Voorzijde:
820/895
823/898
821/896
536 ==
R
C
825/900
min. 600
Y
330
min. 200 130
ø 150
0–8 192
S9
35736
max. 525
73
Z
Y
552
Detail ZDetail Y
G
S3
F
S4
E
23
G
S5
S3 S3
S7
Installatiehandleiding
Dampafzuiger DF-SLG8 / DF-SLG9
Inbouwdampafzuiger
Gebruikswijzen: afzuiging / circulatie
J378.117-1
6.1.14 FUW
4
Montage
1. Monteer het betreffende afsluitprofiel A met de schroeven S1
(ø 3 × 13 mm) op de ventilatorkast B.
2. Schroef het aansluitstuk van de luchtafvoer C en de pakking D met de
schroeven S2 (ø 3,5 × 9 mm) op de ventilatorkast B.
3. Monteer aan beide zijden de ophangbeugel E met de afstandsstukken
F en de schroeven S3 (ø 3,5 × 13 mm) op de ventilatorkast B en stel
een afstand van 23 mm vanaf de achterwand in (zie Detail Y). Draai
de schroeven S3 slechts licht vast.
4. Boor gaten voor de schroeven S4 in de achterwand. Plaats pluggen
(ø 8 mm) en bevestig de bevestigingshaak G met de schroeven S4
(ø 5 × 45 mm) (zie Detail Y).
5. Schuif de ventilatorkast B in de nis totdat de ophangbeugel E over de
bevestigingshaak G kan worden geschoven. Draai de schroeven S3
vast.
6. Stel met beide stelschroeven S7 (zie Detail Z) de afstand tot de
achterwand in.
Stel met beide stelschroeven S5 (zie Detail Y) de horizontale
positie in.
7. Controleer of de positie van de afdekband H juist is. Voorzichtig: bij
installatie niet inklemmen!
8. Bij luchtcirculatiemodus:
houder voor circulatiefilter monteren (zie J415.48) en filter plaatsen.
9. Schuif het montagestuk voor de onderzijde J op de ventilatorkast B
(railprofiel links/rechts) en voorzichtig over het afsluitprofiel A. Houd
een minimale afstand van 2 mm aan tussen het afsluitprofiel A en de
bovenkast, zodat het montagestuk voor de onderzijde soepel kan
worden verschoven.
10. Stel de diepte van de bovenkast in (montagestuk voor de onderzijde J
naar voren trekken of naar achteren schuiven) en draai de schroef S8
links/rechts vast.
11. Verzorg de elektrische aansluitingen K (verlichting) en L (bedienings-
paneel). Neem hierbij de codering in acht.
12. Schroef bovendien de afzuigkap met de schroeven S9 (ø 3 × 13 mm)
aan de bovenkast vast.
13. Voer de elektrische aansluiting uit (zie «Elektrische aansluitingen»).
14. Bevestig de metalen ring R (ø 150 mm) op het aansluitstuk van de
luchtafvoer en monteer de luchtafvoerslang. Indien nodig kan een
verloopstuk worden gebruikt.
A
2
2
S7
J
H
S8
B
S1
S2
C
D
A
B
S1
S7
S7
E
S3
S9
K
L
S9
-
1
-
2
-
3
-
4
