Siemens KA62DV78 Handleiding

Categorie
Koelkast-diepvriezers
Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

115
nl Inhoud
Veiligheids- en waarschuwingsinstructies 116.....
Instructies betreffende het afvoeren 117.........
Leveringsomvang 117..........................
Apparaat opstellen 117.........................
Opstellingsmaten 119..........................
Deuropeningshoek 119.........................
Apparaat uitlijnen 120..........................
Apparaat aansluiten 120........................
Apparaatdeuren en grepen demonteren 121.....
Apparaat leren kennen 122.....................
Apparaat inschakelen 124......................
Temperatuur instellen 124......................
Maximale koeling 125..........................
Instellingen 125................................
Bewaaradvies 129.............................
Timer 130.....................................
Stil 130.......................................
Alarmfunctie 131...............................
Effectieve inhoud 131..........................
Koelruimte 131................................
Vriesruimte 131................................
Max. vriesvermogen 132........................
Invriezen en opslaan 132.......................
Verse levensmiddelen bevriezen 132............
Diepvriesproduct ontdooien 132.................
IJs- en waterdispenser 132.....................
Waterfilter 135.................................
Specificatie- en vermogensblad 136.............
Uitrusting van het apparaat 137.................
Apparaat uitschakelen en stil zeten 138..........
Ontdooien 138................................
Reinigen 138..................................
Verlichting 139................................
Energie besparen 139..........................
Bedrijfsgeluiden 139...........................
Kleine storingen zelf opheffen 140...............
Apparaatzelftestmodus 142.....................
Klantenservice 142.............................
nl
116
Veiligheids- en
waarschuwingsinstructies
Voordat u het apparaat in gebruik neemt
Lees de gebruiks- en montagehandleiding zorgvuldig
door! U vindt daar belangrijke informatie over het
opstellen, gebruik en onderhoud van het apparaat.
De fabrikant is niet aansprakelijk, wanneer u de
instructies en waarschuwingen in de
gebruiksaanwijzing negeert.
Bewaar alle documenten voor later gebruik of voor de
volgende eigenaar.
Technische veiligheid
Het apparaat bevat in geringe mate het
milieuvriendelijke maar brandbare koelmiddel R600a.
Let erop, dat de leidingen van het koelmiddelcircuit
tijdens het transport of de montage niet beschadigd
raken. Ontsnappend koelmiddel kan oogletsel
veroorzaken of ontbranden.
Bij beschadiging
n open vuur of ontstekingsbronnen weg houden van
het apparaat,
n apparaat uitschakelen en de netstekker lostrekken,
n kamer gedurende enkele minuten goed ventileren,
n klantenservice inschakelen.
Hoe meer koelmiddel in een apparaat aanwezig is,
des te groter moet de ruimte zijn, waarin het apparaat
staat. In te kleine ruimten kan bij een lekkage een
brandbaar gas-lucht-mengsel ontstaan.
Per 8 g koelmiddel moet de ruimte minimaal 1 m
3
groot zijn. De hoeveelheid koelmiddel in uw apparaat
vindt u op de typeplaat in uw apparaat.
Wanneer de netkabel van dit apparaat wordt
beschadigd, moet deze door de fabrikant, de
klantenservice of een gekwalificeerd persoon worden
vervangen. Ondeskundige installatie en reparatie kan
de gebruiker in gevaar brengen.
Reparaties mogen alleen door de fabrikant, de
klantenservice of een overeenkomstig gekwalificeerd
persoon uitgevoerd worden.
Er mogen alleen originele onderdelen van de fabrikant
worden gebruikt. Alleen bij deze onderdelen
waarborgt de fabrikant, dat wordt voldaan aan de
veiligheidsvoorschriften.
Een verlenging van de netaansluitkabel mag alleen via
de klantenservice worden gerealiseerd.
Bij gebruik
n Nooit elektrische apparaten in het apparaat
gebruiken (bijv. verwarmingstoestellen, elektrische
ijsmakers enz.) Explosiegevaar!
n Nooit het apparaat met een stoomreiniger ontdooien
of reinigen! De stoom kan bij de elektrische
onderdelen komen en een kortsluiting veroorzaken.
Gevaar voor elektrocutie!
n Geen spitse of scherpe objecten gebruiken, om rijp-
en ijslagen te verwijderen. U kunt daarmee de
koelmiddelleidingen beschadigen. Ontsnappend
koelmiddel kan oogletsel veroorzaken of
ontbranden.
n Geen producten met brandbare drijfgassen (bijv.
spuitbussen) en geen explosieve stoffen bewaren.
Explosiegevaar!
n Sokkel, lades, deuren enz. niet als opstapje of als
ondersteunen gebruiken.
n Voor het ontdooien en schoonmaken de netstekker
lostrekken of de zekering uitschakelen. Trek aan de
stekker, nooit aan de kabel.
n Hoogprocentueel alcohol alleen goed afgesloten en
staand bewaren.
n Kunststof onderdelen en deurafdichting niet met olie
of vet vervuilen. Kunststofdelen en deurafdichting
worden ander poreus.
n Be- en ontluchtingsopeningen voor het apparaat
nooit afdekking of afsluiten.
n Dit apparaat mag door personen (inclusief kinderen)
met beperkte fysische, sensorische of psychische
capaciteiten of gebrekkige kennis alleen worden
gebruikt, wanneer zij door een voor hun veiligheid
verantwoordelijke persoon onder toezicht staan of
door deze instructies hebben gekregen, hoe het
apparaat moet worden gebruikt.
n In de vriesruimte geen vloeistoffen in flessen en
verpakkingen opslaan (vooral koolzuurhoudende
dranken). Flessen en verpakking kunnen uit elkaar
barsten!
n Nooit bevroren goederen direct, nadat het uit de
vriesruimte is genomen, in de mond nemen. Gevaar
voor lichamelijk letsel!
n Voorkom langer contact met de handen met het
bevroren product, ijs of de verdamperleidingen enz.
Gevaar voor lichamelijk letsel!
Kinderen in het huishouden
n Verpakking en onderdelen daarvan niet aan
kinderen geven. Verstikkingsgevaar door karton en
folie!
n Het apparaat is geen speelgoed voor kinderen!
n Bij apparaat met deurslot:
sleutel buiten bereik van kinderen bewaren!
nl
117
Algemene bepalingen
Het apparaat is geschikt
n voor het koelen en bevriezen van levensmiddelen
n voor ijsbereiding
n voor drinkwateruitgifte.
Dit apparaat is bedoeld voor het huishoudelijk gebruik
in een privé huishouden en de huiselijke omgeving
Het apparaat is radio-ontstoord conform EU-richtlijn
2004/108/EC.
Het koelcircuit is op lekdichtheid gecontroleerd.
Dit object voldoet aan de geldende
veiligheidsbepalingen voor elektrische apparaten
(EN 60335-2-24).
Instructies betreffende het
afvoeren
x Verpakking afvoeren
De verpakking beschermt uw apparaat tegen
transportschade. Alle gebruikte materialen zijn
milieuvriendelijk en weer herbruikbaar. Help a.u.b.
mee: voer de verpakking milieuvriendelijk af.
Informeer naar de plaatselijk voorschriften bij uw
dealer of uw gemeente.
x Oud apparaat afvoeren
Oude apparaten zijn geen waardeloos afval! Door een
milieuvriendelijke afvoer kunnen waardevolle
grondstoffen worden teruggewonnen.
Dit apparaat is conform de Europese richtlijn
2002/96/EG betreffende elektrische en
elektronische apparatuur (waste electrical and
electronic equipment - WEEE) gemarkeerd. De
richtlijn schrijft het kader voor terugname en
verwerking van oude apparaten in de EU voor.
!
Waarschuwing
Bij af te danken apparaten
1. Netstekker lostrekken.
2. Aansluitkabel doorknippen en met de netstekker
verwijderen.
3. Plateaus en bakken niet uitnemen, om kinderen het
naar binnen klimmen te bemoeilijken!
4. Kinderen niet met het afgedankte apparaat laten
spelen. Verstikkingsgevaar!
Koelapparaten bevatten koelmiddelen en in de isolatie
gassen. Koelmiddel en gassen moeten correct
worden afgevoerd. Leiding van het koelmiddelcircuit
tot en met het afvoeren niet beschadigen.
Leveringsomvang
Controleer na het uitpakken alle onderdelen op
eventuele transportschade.
Neem bij vragen contact op met de dealer waar u het
apparaat heeft gekocht of moet onze servicedienst.
De levering bestaat uit de volgende onderdelen:
n Zelfstandig apparaat
n Uitrusting (afhankelijk van het model)
n Gebruiksaanwijzing
n Montagehandleiding
n Serviceschrift
n Garantiebijlagen
n Informatie over het energieverbruik en geluiden
n Zak met montagemateriaal.
Apparaat opstellen
Transport
Het apparaat is zwaar en moet bij het transport en bij
de montage worden geborgd.
Vanwege het gewicht en de afmetingen van het
apparaat en om het risico van letsel of schade aan
het apparaat te minimaliseren, zijn er minimaal twee
personen nodig om het apparaat op te stellen.
Opstellingsplaats
Een droge, ventileerbare ruimte is geschikt voor het
opstellen. De opstellingsplaats mag niet aan direct
zonlicht blootstaan en niet in de buurt van een
warmtebron liggen zoals een open haard, radiator,
enz. Wanneer opstelling naast een warmtebron niet te
vermijden is, gebruik dan een geschikte isolatieplaat
of houd de volgende minimale afstanden aan tot de
warmtebron:
n Tot elektrisch of gaskachels 3 cm.
n Tot olie- of kolengestookte kachels 30 cm.
Bij het opstellen naast een ander koel- of
vriesapparaat is een minimale afstand aan de zijkant
nodig van 25 mm, om condensvorming te voorkomen.
Wanneer boven het apparaat een plaat of kast wordt
gemonteerd, moet een spleet van 30 mm worden
aangehouden, zodat het apparaat indien nodig uit de
nis kan worden getrokken.
De verwarmde lucht aan de achterzijde van het
apparaat moet ongehinderd kunnen wegtrekken.
nl
118
Ondergrond
!
Opgelet!
Het apparaat is zwaar.
Uitvoering met dispenser 143 kg
De vloer op de opstellingsplaats mag niet meeveren,
vloer eventueel versterken.
Om de deuren tot aan de aanslag te kunnen openen,
moeten bij het opstellen in een hoek of nis minimale
afstanden aan de zijkant worden aangehouden (zie
hoofdstuk "Opstellingsmaten").
Wanneer de diepte van de naastgelegen
keukeninrichtingen groter is dan
60 cm, dan moeten
de minimale afstanden aan de zijkant worden
aangehouden, om de volledige openingshoek van de
deuren te kunnen gebruiken (zie hoofdstuk
“Deuropeningshoek“).
Let op de kamertemperatuur en de
ventilatie
Kamertemperatuur
De klimaatklasse staat op de typeplaat. Deze geeft
aan, binnen welke kamertemperaturen het apparaat
mag worden gebruikt.
Klimaatklasse
Toegestane
kamertemperatuur
SN +10 °C ... 32 °C
N +16 °C ... 32 °C
ST +16 °C ... 38 °C
T +16 °C ... 43 °C
Opmerking!
Het apparaat is binnen de kamertemperatuurgrenzen
van de opgegeven klimaatklasse volledig functioneel.
Wanneer een apparaat met klimaatklasse SN bij
koudere kamertemperaturen wordt gebruikt, dan kan
schade aan het apparaat tot een temperatuur van
+5 °C worden uitgesloten.
Ventilatie
De opgewarmde lucht moet ongehinderd kunnen
wegtrekken. Het koelapparaat moet anders meer
vermogen leveren. Dat verhoogt het stroomverbruik.
Daarom: nooit de be- en ontluchtingsopening
afdekken of afsluiten!
Steek de meegeleverde afstandhouder op de
daarvoor bedoelde bevestiging aan de achterzijde van
het apparaat. Daardoor wordt de minimale afstand tot
de wand aangehouden.
nl
120
Apparaat uitlijnen
Om te zorgen dat het apparaat optimaal functioneert,
moet deze met een waterpas horizontaal worden
uitgelijnd.
Wanneer het apparaat scheef staat, dan kan dit tot
gevolg hebben, dat er water uit de ijsmachine
wegloopt, ongelijke ijsblokjes worden gemaakt of dat
de deuren niet meer goed sluiten.
Voor het uitlijnen van het apparaat:
1. Apparaat op de daarvoor bedoelde plaats
neerzetten.
2. Voorste voeten met een steeksleutel uitlijnen.
3. Achterste voeten met een inbussleutel uitlijnen.
Apparaat aansluiten
Laat het apparaat door een vakman opstellen en
aansluiten aan de hand van de meegeleverde
montagehandleiding.
Verwijder de transportborgingen van de plateaus pas
na het opstellen.
Sluit het water altijd aan voor de elektrische
aansluiting.
Naast de wettelijk voorgeschreven nationale
voorschriften moeten de aansluitcondities van het
plaatselijke elektriciteits- en waterbedrijf worden
aangehouden.
Na het opstellen van het apparaat minimaal 1 uur
wachten, tot het apparaat in bedrijf wordt genomen.
Tijdens het transport kan het gebeuren, dat in de
compressor aanwezige olie zich in het koelsysteem
afzet.
Voor de eerste ingebruikname de binnenruimte van
het apparaat reinigen (zie hoofdstuk "Reinigen").
Wateraansluiting
De wateraansluiting mag alleen door een vakkundig
monteur volgens de plaatselijke voorschriften van het
waterleidingbedrijf worden uitgevoerd.
!
Opgelet!
Voor de aansluiting op het drinkwaternet uitsluitend de
bijgevoegde slangenset gebruiken. In geen geval
aanwezige of reeds gebruikte slangensets gebruiken.
Het apparaat alleen aansluiten op een
drinkwaterleiding:
n Minimumdruk: 0,2 MPa (2 bar)
n Max. druk: tot 0,8 MPa (8 bar)
Opmerking!
De maximale uitwendige diameter van de waterleiding
(zonder verbindingsstukken) bedraagt 10 mm.
Elektrische aansluiting
Gebruik geen verlengkabel of verdeler. Voor de
aansluiting van het apparaat is een vast geïnstalleerde
contactdoos nodig.
De contactdoos moet dicht bij het apparaat zitten en
ook na het opstellen van het apparaat vrij toegankelijk
zijn.
Het apparaat voldoet aan veiligheidsklasse I. Via een
conform de voorschriften geïnstalleerde contactdoos
met randaarde het apparaat op 220-240 V/50 Hz
wisselspanning aansluiten. De contactdoos moet met
een 10 A tot 16 A zekering of hoger zijn gezekerd.
Bij apparaten, die in niet-Europese landen worden
gebruikt, moet op de typeplaat worden gecontroleerd,
of de opgegeven spanning en stroom overeenkomen
met die van het stroomnet. De typeplaat vindt u
rechtsonder in het apparaat. Een eventueel
noodzakelijke vervanging van de netkabel mag alleen
door een vakman worden uitgevoerd.
!
Waarschuwing
Het apparaat mag in geen geval op een elektronische
energiespaarstekker worden aangesloten.
Voor het gebruik van onze apparaten kunnen sinus-
en netgestuurde omvormers worden gebruikt.
Netgestuurde omvormers worden bij zonne-energie
installaties gebruikt, die direct op het openbare
stroomnet worden aangesloten. Bij eilandoplossingen
(bijv. schepen of berghutten), die geen directe
aansluiting op het openbare stroomnet hebben,
moeten sinusgeregelde omvormers worden gebruikt.
nl
121
Apparaatdeuren en grepen
demonteren
Wanneer het apparaat niet door de deur past, kunnen
de deuren en grepen worden gedemonteerd.
!
Opgelet!
Alleen de servicedienst mag de apparaatdeuren
afschroeven.
nl
122
Apparaat leren kennen
Deze gebruiksaanwijzing geld voor meerdere
modellen. Afwijkingen van de afbeeldingen zijn
mogelijk.
3
A Vriesruimte
B Koelruimte
1 Aan-/uit-toets
2 Lichtschakelaar koel- en vriesruimte
3 Bedieningselementen
4 Voorraadvak
5 Aan-/uit-schakelaar ijsmachine
6 IJsmachine/ijsblokjesbak
7 Luchtafvoeropeningen
8 IJs- en waterdispenser
9 Vrieskalender
10 Glasplateaus vriesruimte
11 Voorraadvak
12 Diepvriesladen
13 Voorraadvak (2-sterrenvak) voor kortstondig
bewaren van levensmiddelen consumptie-ijs.
14 Verlichting koelruimte
15 Deeltjesfilter/waterfilter
16 Boter- en kaasvak
17 Flessenhouder
18 Luchtafvoeropeningen
19 Glasplateaus koelruimte
20 Voorraadvak
21 Delicatessen‐lade
22 Voorraadvak voor grote flessen
23 Groentelade met vochtfilter
24 Groentevak
25 Schroefvoeten
nl
123
Bedieningselementen
1
2
3
4
5 6 7
1 Aanrakingsgevoelig beeldscherm (touchscreen)
Door aanraken van een schakelknop wordt de
getoonde functie geactiveerd.
Algemene schakelknoppen:
¾
Terug naar voorgaande menu en
invoer opslaan
Ç
Naar boven scrollen / naar de
vorige pagina van het menu
Æ
Naar beneden scrollen / naar de
volgende pagina van het menu
Naar basisvenster en invoer opslaan
i
Informatie
2 Standby LED
Wanneer langere tijd het beeldscherm of een
toets niet worden aangeraakt, schakelt het
beeldscherm uit en brandt de standby-LED.
3 ”ice cube“ toets
Afgiftetoets voor ijsblokjes.
4 ”crushed ice“ toets
Afgiftetoets voor crushed ijs.
5 ”light” toets
Toets voor het in- en uitschakelen van de
verlichting van de ijs- en waterdispenser.
6 ”water“ toets
Afgiftetoets voor water.
7 “lock“ toets
Toets voor het in- en uitschakelen van de
toetsvergrendeling.
Bij ingeschakelde toetsvergrendeling is het
beeldscherm uitgeschakeld en de toetsen zijn
geblokkeerd.
Uitzondering: bij een alarmmelding schakelt het
beeldscherm in en er verschijnt een
meldingsvenster.
Voor het in- en uitschakelen, toets 5 seconden
indrukken.
nl
124
Apparaat inschakelen
1. Schakel het apparaat in met de aan-/uit-toets. Op
het beeldscherm verschijnt een meldingsvenster en
er klinkt een akoestisch signaal.
2. Bedien ”ok” om de waarschuwingstoon uit te
schakelen. Op het beeldscherm verschijnt het
basisvenster.
De vooringestelde temperaturen worden na enkele
uren bereikt. Daarvoor geen levensmiddelen in het
apparaat leggen.
Af fabriek worden de volgende temperaturen
geadviseerd en deze zijn ook vooringesteld:
Koelruimte: +4 °C
Vriesruimte: -18 °C
Procedure na de eerste keer inschakelen
Na de eerste keer inschakelen moet u de volgende
instellingen uitvoeren (zie hoofdstuk "Instellingen”).
1. Kies de taal voor de displayteksten.
2. Voer de actuele datum en tijd in.
3. Stel de temperatuureenheid in.
Temperatuur instellen
Druk op:
|
Hoofdmenu | Æ | Temperatuur | Æ
Een gegeven temperatuurinstelling
kiezen
Normale werking
Af fabriek geadviseerd en ingesteld.
Energiebesparend
Gering energieverbruik. De houdbaarheid van de
levensmiddelen kan ten opzichte van de opgegeven
waarden in het bewaaradvies verminderen.
Maximale houdbaarheid
De houdbaarheid van de levensmiddelen wordt
verlengd ten opzichte van de opgegeven waarden in
het bewaaradvies. het energieverbruik stijgt.
Vakantie
Energiebesparende vakantiemodus bij langere
afwezigheid.
Bewaar gedurende deze tijd geen levensmiddelen in
de koelruimte!
Temperatuur individueel instellen
1. Druk op ”Individueel”. Een meldingsvenster
verschijnt.
2. Druk op ”ok”.
3. Druk op Ç of Æ tot de gewenste temperaturen
worden getoond.
4. Druk op ¾ of .
Het systeem slaat de ingestelde waarde op.
Het basisvenster toont de gekozen
temperatuurinstelling.
nl
125
Maximale koeling
Bij de maximale koeling wordt de koel- en vriesruimte
gedurende een ingestelde tijd op de koudste
temperatuur gekoeld. Daarna wordt automatisch naar
de eerder ingestelde temperatuur omgeschakeld.
Maximale koeling van de koelruimte
De maximale koeling van de koelruimte wordt
aanbevolen:
n Voor het plaatsen van grote hoeveelheden
levensmiddelen.
n Voor het snelkoelen van dranken.
Maximale koeling van de vriesruimte
Levensmiddelen moeten zo snel mogelijk tot de kern
worden bevroren. Zodat vitamine, voedingswaarde,
uiterlijk en smaak behouden blijven.
Om te zorgen dat bij het plaatsen van verse
levensmiddelen geen ongewenste
temperatuurtoename ontstaat, moet enkele uren voor
het plaatsen van verse waren de maximale koeling
worden ingeschakeld. In het algemeen is 4 - 6 uur
voldoende. Wanneer het maximaal vriesvermogen
moet worden gebruikt, dan moet de maximale koeling
24 uur voor het plaatsen van nieuwe levensmiddelen
worden ingeschakeld.
Kleinere hoeveelheden levensmiddelen kunnen
zonder maximale koeling worden ingevroren.
Maximale koeling in- en uitschakelen
Druk op:
| Hoofdmenu | Æ | Maximale koeling |
1. Bedien ”nu niet”.
Opmerking!
Met ”Automatisch voorkoelen activeren” kunt u de
maximale koeling automatisch regelmatig starten voor
uw weekendboodschappen. Zie hoofdstuk
”Instellingen” paragraaf ”Automatisch voorkoelen”.
Wanneer u ”Instructies niet weer tonen” kiest,
verschijnt bij de volgende oproep direct het volgende
menuvenster.
2. Druk op ”ON” om de maximale koeling van het
betreffende bereik in te schakelen. Met ”OFF”
schakelt u de maximale koeling uit.
Instellingen
Druk op:
| Hoofdmenu | Æ | Instellingen | Æ
Datum en tijd
Druk op:
|
Hoofdmenu | Æ | Instellingen | Æ
| Datum en tijd |
1. Kies ”Zomertijd ” of ”Wintertijd ”.
2. Druk op ”Datum instellen ”.
nl
126
3. Druk op Ç of Æ tot de actuele datum wordt
getoond.
4. Druk op ¾ .
5. Druk op ”Tijd instellen ”.
6. Kies het tijdformaat ”12h” of ”24h”.
7. Druk op Ç of Æ tot de actuele tijd wordt getoond.
8. Druk op ¾ .
Het systeem slaat de ingestelde waarde op. Het
basisvenster toont de datum en tijd in het gekozen
formaat.
Automatisch voorkoelen
Met deze functie kunt u de maximale koeling
automatisch regelmatig starten voor uw
weekendboodschappen.
Druk op:
| Hoofdmenu | Æ | Instellingen | Æ
| Autom. voorkoelen | Æ
Inschakelen
1. Druk op ”ON”.
2. Druk op de weekdag van uw geplande
weekinkopen.
3. Druk op ¾ .
4. Druk op Ç of Æ tot de tijd van uw geplande
weekinkopen wordt getoond.
5. Druk tweemaal op ¾ .
De maximale koeling start iedere week tijdig voor de
ingestelde tijd.
Uitschakelen
1. Druk op ”OFF”.
nl
127
Reinigingsherinnering
Met deze functie herinnert uw apparaat u aan de
volgende schoonmaakbeurt.
Druk op:
|
Hoofdmenu | Æ | Instellingen | Æ
| Reinigingsherinnering |
Inschakelen
1. Kies, hoe vaak u aan het schoonmaken herinnert
wilt worden.
2. Druk op ¾ .
Een week voor de geplande schoonmaak verschijnt
een meldingsvenster.
Wanneer u op ”Opnieuw herinneren” drukt, verschijnt
het meldingsvenster de volgende dag opnieuw.
Wanneer u op "ok" drukt, verschijnt op de
schoonmaakdag het volgende meldingsvenster.
Druk na het schoonmaken op ”Melding sluiten”.
Wanneer u op ”Opnieuw herinneren” drukt, verschijnt
het meldingsvenster de volgende dag opnieuw.
Uitschakelen
1. Kies "nooit” .
IJs- en waterdispenser
Zie hoofdstuk ”IJs- en waterafgifte”.
Taal
Druk op:
| Hoofdmenu | Æ | Instellingen | Æ
| Taal |
n Kies de taal voor de displayteksten.
Temperatuureenheid
De temperatuur kan in graden Celsius (°C) of graden
Fahrenheit (°F) worden weergegeven.
Druk op:
| Hoofdmenu | Æ | Instellingen | Æ
| Celsius of Fahrenheit |
n Kies graden Celsius of graden Fahrenheit.
nl
128
Zondagsrust
De volgenden functies worden bij de zondagsrust
uitgeschakeld:
n Akoestische signalen
n Verlichten
n Toetsen voor ijs- en waterafgifte
n Maximale koeling
n Timer
n IJsblokjes snel.
In- of uitschakelen
Druk op:
| Hoofdmenu | Æ | Instellingen | Æ
| Zondagrust |
n Schakel de zondagsrust aan of uit.
Demonstratiemodus
In de demonstratiemodus koelt het apparaat niet.
Demonstratiemodus in- of uitschakelen
Druk op:
| Hoofdmenu | Æ | Instellingen | Æ
| Demonstratie modus
|
n Schakel de demonstratiemodus aan of uit.
Basisinstelling
Druk op:
| Hoofdmenu | Æ | Instellingen | Æ
| Basisinstelling |
Druk op ”Instructies weer tonen” om alle
instructievenster weer te tonen.
Druk op ”Fabrieksinstellingen weer herstellen” om alle
instellingen terug te zetten naar de toestand bij
uitlevering.
nl
129
Bewaaradvies
Het bewaaradvies toont u de volgende informatie over
verschillende producten:
n Bewaarplaats
n Maximale houdbaarheid
n Voedingswaarde.
Druk op:
|
Hoofdmenu | Æ | Bewaaradvies | Æ
Product kiezen
1. Kies een productsoort.
2. Kies het product.
Product zoeken
1. Druk op ”Van A tot Z”.
2. Druk op de beginletter van het gezochte
levensmiddel. Een lijst met alle aanwezige
levensmiddelen met deze beginletter verschijnt.
Productinformatie
1 Aanbevolen bewaarplaats in vriesvak
2 Maximale houdbaarheid in vriesvak
3 Aanbevolen bewaarplaats in koelruimte
4 Maximale houdbaarheid in koelruimte
5 Voor menukeuze voor meer informatie over het
gekozen product, zie onder
6 Naar volgende/vorige product (alfabetisch) gaan
53 4
1 2
6
Meer informatie over gekozen product
Opmerking!
Let a.u.b. op de opmerkingen onder
| Hoofdmenu | Æ | Info | Æ
| Uitsluiting aansprakelijkheid |.
nl
130
Timer
Met deze functie kunt u een tijdsverloop (countdown)
instellen, aan het einde waarvan een meldingsvenster
verschijnt en een akoestisch signaal klinkt.
Dit signaal is bedoeld als herinnering, wanneer bijv.
levensmiddelen na een bepaalde tijd uit de
koel-/vriesruimte moeten worden genomen.
Opmerking!
Drankflessen kunnen barsten wanneer deze langer
dan 20 minuten in de vriesruimte worden gelegd.
Timer instellen en starten
Druk op:
| Hoofdmenu | Æ | Timer | Æ
De insteltijd kiezen
Fles kort in de vriesruimte:
aanbevolen voor drankflessen in de vriesruimte.
Tijd individueel instellen
1. Druk op ”Tijd handmatig instellen”.
2. Druk op
Ç of Æ tot de gewenste uren en minuten
worden getoond.
3. Druk op ”START”.
Het aftellen wordt gestart.
Het basisvenster toont de resterende tijd.
Wanneer de tijd is afgelopen, verschijnt een
meldingsvenster en er klinkt een akoestisch signaal.
4. Druk op ”ok”.
5. Neem de levensmiddelen uit de koel-/vriesruimte.
Opmerking!
Druk op ”Timer opnieuw starten”, wanneer u de timer
opnieuw wilt starten.
Timer uitschakelen
Druk op:
|
Hoofdmenu | Æ | Timer | Æ
| Tijd handmatig instellen |
n Druk op ”STOP”.
De ingestelde tijd wordt gewist.
Stil
Bij deze functie werkt het apparaat met gereduceerd
koelvermogen en daarmee bijna geluidloos. De
functie wordt automatisch uitgeschakeld, wanneer de
temperatuur in het apparaat te ver toeneemt.
Druk op:
|
Hoofdmenu | Æ | Stil |
n Schakel de functie aan of uit. Er verschijnt een
meldingsvenster ter bevestiging.
Opmerking!
De functie kan niet worden ingeschakeld, wanneer de
temperatuur in het apparaat te hoog is.
nl
131
Alarmfunctie
Alarmfunctie
Wanneer een alarm wordt geactiveerd, klinkt een
waarschuwingstoon en er verschijnt een
meldingsvenster.
Bedien ”ok” om de waarschuwingstoon uit te
schakelen.
In de volgende gevallen kan een alarm worden
gegeven:
Deuralarm
Het deuralarm schakelt in, wanneer een van de
deuren langer dan 30 seconden open staat. Het
waarschuwingssignaal gaat uit, wanneer de deur
wordt gesloten.
Temperatuuralarm
Het temperatuuralarm schakelt in, wanneer het in de
vries- of koelruimte te warm is en de levensmiddelen
in gevaar komen.
Het meldingsvenster geeft het te warme gebied aan.
Zonder gevaar voor de bevroren waren klinkt het
temperatuuralarm bij:
n Inbedrijfname van het apparaat.
n Plaatsen van grote hoeveelheden verse
levensmiddelen.
Vriesruimte
Ontdooide waren niet weer invriezen. Pas na het
verwerken in een gerecht (gekookt of gebraden) kan
het opnieuw ingevroren worden.
De maximale bewaartijd van het product niet meer
volledig opgebruiken.
Koelruimte
Wanneer het in de koelruimte te warm is geworden,
het opgewarmde product voor de consumptie
verwarmen. Rauwe levensmiddelen in geval van twijfel
niet meer gebruiken.
Meldingen
Bij de volgende storingen verschijnt een
meldingsvenster:
n Storing aan de elektronica van het apparaat
n Stroomuitval
n Netspanning te laag.
Informatie
Wanneer u op | Hoofdmenu | Æ | Info | Æ
| Uitsluiting aansprakelijkheid | drukt, wordt het
volgende getoond:
n Uitsluiting aansprakelijkheid
n Uitsluiting aansprakelijkheid houdbaarheid gekoelde
waren
n Uitsluiting aansprakelijkheid houdbaarheid bevroren
waren
n Uitsluiting aansprakelijkheid
voedingswaarde-informatie.
Effectieve inhoud
De specificaties omtrent de effectieve inhoud vindt u
in het apparaat op de typeplaat (zie hoofdstuk
”klantenservice”).
Koelruimte
De koelruimte gebruiken
Voor het bewaren van bakproducten, bereide
gerechten, conserven, gecondenseerde melk, kaas,
koudegevoelig fruit en groente; Zuidvruchten zoals
bijv. mandarijnen, bananen, ananas, meloen,
avocados, papaja, passievruchten, aubergine; ook
fruit voor narijpen, tomaten, komkommers, groene
tomaten, aardappelen.
Let bij het indelen van de levensmiddelen
op het volgende:
n Laat warme gerechten en dranken buiten het
apparaat afkoelen.
n Verpak levensmiddelen luchtdicht, zodat deze geen
smaak verliezen of uitdrogen.
n Blokkeer de luchtuitlaatopeningen niet met
levensmiddelen, om de luchtcirculatie niet te
beïnvloeden.
n Breng olie en vet niet in aanraking met de kunststof
delen en de deurafdichting.
n Bewaar alcohol met hoog percentage alleen goed
afgesloten en staand. Bewaar geen explosieve
stoffen in het apparaat. Explosiegevaar!
Vriesruimte
De vriesruimte gebruiken:
n Voor het opslaan van diepvriesproducten.
n Voor het bevriezen van levensmiddelen.
n Voor het maken van ijsblokjes.
Opmerking!
Let erop dat de deur van de vriesruimte altijd gesloten
is. Bij een open deur ontdooien de bevroren waren.
Het vriesvak verijst sterk. Bovendien: energieverlies
door hoog stroomverbruik.
Na het sluiten van de deur van de vriesruimte ontstaat
een onderdruk, waardoor een zuigend geluid wordt
veroorzaakt. Wacht twee tot drie minuten, tot de
onderdruk is gestabiliseerd.
nl
132
Max. vriesvermogen
Specificaties over het max. vriesvermogen in 24 uur
vindt u op de typeplaat (zie hoofdstuk "Klantenservice").
Vriesvolume volledig gebruiken
Om de maximale hoeveelheid vriesproducten onder
te brengen, kan de bovenste vriesvak uit het apparaat
worden genomen. De levensmiddelen kunnen dan
direct op de plateaus en in de onderste vriesvak
worden gestapeld.
Invriezen en opslaan
Diepvriesproducten inkopen
Let al bij het kopen van diepvriesproducten op het
volgende:
n Controleer de verpakking, of deze is beschadigd.
n Controleer de houdbaarheidsdatum.
n De temperatuur in de winkelkoelruimte moet lager
zijn dan -18 °C. Indien dit niet het geval is, wordt de
houdbaarheid van de diepvriesproducten minder.
n Diepvriesproducten pas op het laatst pakken.
Diepvriesproducten in kranten gewikkeld of in een
koeltas naar huis transporteren.
n Thuis de diepvriesproducten direct in het vriesvak
leggen. Diepvriesproducten voor afloop van de
houdbaarheidsdatum gebruiken.
Let op bij het indelen:
n Verpak levensmiddelen luchtdicht, zodat deze geen
smaak verliezen of uitdrogen.
n Vriesvak tot aan de aanslag inschuiven en
luchtuitlaatopeningen niet blokkeren met
levensmiddelen, om de luchtcirculatie niet te
beïnvloeden.
Verse levensmiddelen
bevriezen
Gebruik voor het invriezen alleen verse
levensmiddelen.
Laat in te vriezen levensmiddelen niet in contact komen
met al bevroren levensmiddelen.
Verpak levensmiddelen luchtdicht, zodat deze geen
smaak verliezen of uitdrogen.
Zo verpakt u goed:
1. Levensmiddel in de verpakking doen.
2. Lucht volledig uitdrukken.
3. Verpakking dicht afsluiten.
4. Verpakking beschrijven met inhoud en
invriesdatum.
Niet geschikt als verpakking zijn:
inpakpapier, vetvrij papier, cellofaan, vuilniszakken,
gebruikte boodschappentassen.
Geschikt als verpakking zijn:
kunststof folie, folie van polyethyleen, aluminiumfolie,
diepvriesbakken.
U vindt deze producten in de winkel.
Geschikt voor het afsluiten zijn:
rubberen ringen, kunststof clips, bindtouw,
koudebestendig plakband e.d.
U kunt zakken en folie van polyethyleen met een
foliesealapparaat dichtsealen.
Houdbaarheid van het diepvriesproduct
Zie hoofdstuk ”Bewaaradvies”.
Diepvriesproduct ontdooien
Afhankelijk van het soort en het gebruiksdoel kan
worden gekozen uit de volgende mogelijkheden:
n Bij kamertemperatuur,
n in de koelkast,
n in elektrische oven, met/zonder heteluchtventilator
n in magnetron.
Opmerking!
Ontdooide waren niet weer invriezen. Pas na het
bereiden (koken of braden) kan het opnieuw worden
ingevroren.
De maximale bewaartijd van het product niet meer
volledig opgebruiken.
IJs- en waterdispenser
Afhankelijk van de behoefte kan worden afgenomen:
n gekoeld water,
n crushed ijs,
n ijsblokjes.
!
Waarschuwing
Nooit in de ijsblokjesopening grijpen! Gevaar voor
lichamelijk letsel!
!
Opgelet!
Geen flessen of levensmiddelen voor snel koelen in
de ijsblokjesbak leggen. De ijsmachine kan
geblokkeerd raken en beschadigen.
nl
133
Let op bij de inbedrijfname
De ijs- en waterafgifte werkt alleen, wanneer het
apparaat is aangesloten op het waterleidingnet.
Na de inbedrijfname van het apparaat duurt het
ca. 24 uur, tot de eerste portie ijsblokjes is gemaakt.
Na het aansluiten zitten er nog luchtbellen in de
leidingen.
Drinkwater net zolang aftappen en afvoeren, tot water
zonder luchtbellen kan worden afgetapt. De eerste
5 glazen weggooien.
Wanneer de ijsblokjesmachine voor de eerste keer
wordt gebruikt, de eerste 30 - 40 ijsblokjes om
hygiënische redenen niet gebruiken.
Opmerking voor gebruik van de
ijsmachine
Wanneer de vriesruimte de vriestemperatuur heeft
bereikt, stroomt water in de ijsmachine en bevriest in
de kamers tot ijsblokjes. De gerede ijsblokjes worden
automatisch in de ijsblokjesbak geworpen.
Af en toe blijven de ijsblokjes aan elkaar kleven. Bij
het transport naar de uitlaatopening komen deze
meestal vanzelf los.
Wanneer de ijsblokjesbak vol is, schakelt de
ijsmachine automatisch uit.
De ijsmachine is in staat, ca. 140 ijsblokjes in 24 uur
te maken.
Bij het maken van de ijsblokjes is het zoemen van de
waterklep, het stromen van het water in de ijsschalen
en het vallen van de ijsblokjes hoorbaar.
Let op de kwaliteit van het drinkwater
Alle voor de drinkwaterdispenser gebruikte materialen
zijn neutraal van geur en smaak.
Als het water een bijsmaak heeft, dan kan dat de
volgende oorzaken hebben:
n het mineraal- en chloorgehalte van het drinkwater;
n het materiaal van de waterleiding in huis en van de
toevoerleiding;
n de versheid van het drinkwater. Wanneer er langere
tijd geen water is afgenomen, kan het water „muf”
smaken. In dit geval ca. 15 glazen met water vullen
en weggooien.
Wij raden u aan regelmatig wat vers water uit de
waterdispenser te tappen en het apparaat niet uit te
schakelen. Hierdoor blijft de kwaliteit van het water
behouden.
Het meegeleverde waterfilter filtert uitsluitend kleine
deeltjes uit het toegevoerde water, geen bacteriën of
microben.
IJs- en waterafgifte uit- en inschakelen
Druk op:
|
Hoofdmenu | Æ | Instellingen | Æ
| IJs-/waterdispenser
| Æ
Inschakelen
n Druk op ”ON”.
Uitschakelen
1. Druk op ”OFF”.
2. Maak de ijsblokjesbak leeg en maak deze schoon.
3. Plaats de bak weer. Let erop, dat de ijsblokjesbak
in de houder borgt.
IJs/water aftappen
n Toets van de ijs- en waterafgifte (water, crushed ijs
of ijsblokjes) kiezen.
n Toets net zolang indrukken, tot de gewenste
hoeveelheid in het glas zit.
Water aftappen:
ice cube
crushed ice
water
lock
light
Tip:
Het water van de waterdispenser is geschikt voor
consumptie gekoeld. Wanneer het water kouder wordt
gewenst, voor het aftappen extra ijsblokjes in het glas
doen.
nl
134
IJs afnemen:
ice cube
crushed ice
water
lock
light
IJsblokjes snel
Met deze functie kan de productie van ijsblokjes
worden versneld.
IJsblokjes snel in- of uitschakelen
Druk op:
|
Hoofdmenu | Æ | IJsblokjes snel | Æ
n Schakel de functie aan of uit.
Zodra de ijsblokjes klaar zijn, verschijnt een
meldingsvenster. In dit venster kunt u de functie
uitschakelen of voortzetten.
IJsmachine stilleggen
Wanneer waarschijnlijk langer dan 1 week geen
ijsblokjes worden gebruikt (bijv. vakantie), dan moet
de ijsmachine tijdelijk worden stopgezet, om aan
elkaar vriezen van de ijsblokjes te voorkomen.
Voor het stopzetten van de ijsmachine:
1. IJsblokjesbak uitnemen.
2. Aan/Uit-schakelaar achter de ijsblokjesschaal naar
beneden drukken; ijsmachine is uitgeschakeld.
I
0
3. IJsblokjesbak leeg maken en reinigen. Bak weer
plaatsen. Let erop, dat de ijsblokjesbak in de
houder borgt.
Voor weer in bedrijf nemen:
Aan/Uit-schakelaar achter de ijsblokjesschaal
5 seconden naar boven drukken; ijsmachine is
ingeschakeld.
Opmerking!
De beschrijving onder de aan-/uit-schakelaar geldt
alleen voor de klantenservice en hoeft niet te worden
aangehouden.
nl
135
Waterfilter
!
Waarschuwing
Apparaten op plaatsen, waar de waterkwaliteit
bedenkelijk is of niet voldoende bekend is, niet
zonder desinfectie voor en na de filtering gebruiken.
Een filterpatroon voor het deeltjesfilter kan via de
klantenservice worden besteld.
!
Opgelet!
n Na de inbouw van een nieuw filter de ijsproductie
van de eerste 24 uur na het inschakelen van de
ijsmachine altijd weggooien.
n Wanneer het ijs langere tijd niet wordt gebruikt, alle
ijsblokjes uit de bak weggooien en ook de
ijsproductie van de volgende 24 uur.
n Wanneer het apparaat of het ijs gedurende
meerdere weken of maanden niet actief wordt
gebruikt, of de ijsblokjes een onaangename smaak
of geur hebben, het waterfilter vervangen.
n Luchtbellen in het systeem kunnen waterlekkage en
losraken van het filterpatroon veroorzaken.
Voorzichtig bij het verwijderen.
n Het filter moet minimaal iedere 6 maanden worden
vervangen.
Belangrijke opmerking betreffende het
waterfilter
n Watersysteem staat na gebruik onder een geringe
druk. Voorzichtig bij het afnemen van het filter!
n Wanneer het apparaat langere tijd niet wordt
gebruikt of het water onaangenaam ruikt of smaakt,
het watersysteem doorspoelen. Daarvoor meerdere
minuten water uit de waterdispenser aftappen.
Wanneer de onaangename smaak of geur blijft
bestaan, filterpatronen vervangen.
Filterpatronen vervangen
Op het beeldscherm verschijnt een meldingsvenster,
zodra het filterpatroon moet worden vervangen.
Wanneer u op ”Opnieuw herinneren” drukt, verschijnt
het meldingsvenster de volgende dag opnieuw.
1. Nieuw filterpatroon plaatsen.
2. Enkele liters water via de waterdispenser aftappen.
De lucht wordt daardoor uit het watersysteem
verwijderd.
3. Water uit het ouder filterpatroon gieten.
Filterpatroon kan via het huisvuil worden afgevoerd.
4. In het meldingsvenster op ”Filter is gewisseld”
drukken.
nl
136
Specificatie- en vermogensblad
Voor filtermodel: 9000 225 170
Gebruik makend van vervangend patroon:
9000 077 104
Het model werd door NSF International conform
ANSI/NSF‐standaarden 42 & 53 getest en voor de
reducering van de hierna genoemde substanties
gecertificeerd.
De concentratie van de opgegeven in water opgeloste
substanties, die in het systeem binnendringen, werd
op een waarde onder of gelijk aan de toegestane
grenswaarde conform NSF/ANSI 42 en 53 voor uit het
apparaat afgetapt water gereduceerd.
Opmerking!
Ondanks dat de testen zijn uitgevoerd onder
standaard laboratoriumomstandigheden, kan de
werkelijke capaciteit hiervan afwijken.
Het systeem werd als model 9000 225 170 door NSF International gebaseerd op
ANSI/NSF‐standaard 53 voor het reduceren van cysten en troebelheid, en gebaseerd op de
ANSI/NSF‐standaard 42 voor de reductie van chloorsmaak en -geur getest en gecertificeerd.
Nom. deeltjesklasse: I
Nominale gebruiksduur: 2.800 liter
Substantie Gemiddelde
in aanvoer
Aanvoercon
centratie
Afvalwater-
concentratie
Gemidd.
reductie in %
Max.
toegestane
concentratie
in afvalwater
Max.
afvalwater
Min. reductie
in %
NSF‐test
Cysten * 166.500 Min. 50.000/l 1 99,99 99,95 1 99,99 511077‐03
Troebelheid 10,7 11 x 1 NTU 0,3 l 97,10 0,5 NTU 0,49 95,42 511078‐03
Deeltjesklasse I
deeltjesgrootte
>0,5 tot <1 μm
5.700.000 Min. 10.000
deeltjes/ml
30.583 99,52 >85 % 69.000 98,9 511079‐03
Chloorsmaak
en troebelheid
1,9 2,0 mg/l
±10 %
0,05 97,3 >50 % 0,06 96,84 511081‐03
* Op basis van het gebruik van cryptosporium parvum oöcysten.
Toepassingscriteria/watertoevoerparameters:
Waterdruk 207 – 827 kPa
Watertemperatuur* 0,6 °C – 38 °C
Doorstroomsnelheid 2,83 l/min.
n Het systeem moet conform de door de fabrikant
aanbevolen richtlijnen worden geïnstalleerd en
gebruikt.
n Het filter moet iedere 6 - 9 maanden worden
vervangen.
n Nieuw filter 5 minuten doorspoelen.
n Meer informatie vindt u op de garantiekaart.
Dit product mag NIET worden gebruikt, wanneer het
water microbiologisch schadelijk is of een
onbekende kwaliteit heeft, zonder passende
desinfectie voor of na de aansluiting op het systeem.
Een voor cystereductie gecertificeerd systeem mag
voor gedesinfecteerd water worden gebruikt, die
onder bepaalde omstandigheden filtreerbare cysten
bevat.
Voor het totale systeem (behalve het
wegwerppatroon) wordt een garantie van een jaar
gegeven. Voor wat betreft de wegwerppatronen wordt
een garantie alleen voor materiaal- en fabricagefouten
gegeven. De gebruiksduur van de
wegwerpfilterpatronen hangt af van de plaatselijke
wateromstandigheden, zodat daarvoor geen garantie
wordt verleend.
Meer informatie over de prijzen van
reserve-onderdelen kunt u krijgen bij uw plaatselijke
dealer.
Gefabriceerd door:
3 M Material Technology (Guangzhou) Ltd.
9 Nanxiang Er road, Science City,
Guangzhou, 510663, P.R. China
nl
137
Uitrusting van het apparaat
Groentelade met vochtfilter
De groentelade wordt door een speciaal filter
afgedekt, die lucht doorlaat, maar vocht tegenhoudt.
Bij hoge luchtvochtigheid blijft bladgroente langer
vers. Groente en fruit moeten bij wat lagere
luchtvochtigheid worden bewaard.
De luchtvochtigheid in de groentevakken is afhankelijk
van de hoeveelheid bewaarde levensmiddelen.
Een te hoge luchtvochtigheid kan zorgen voor
druppelvorming en daardoor bederf tot gevolg
hebben.
Hoge luchtvochtigheid
Regelaar links - ventilatieopening is gesloten.
Lage luchtvochtigheid
Regelaar rechts - ventilatieopening is open.
Plateaus
Plateau naar voren trekken, neerlaten en zijwaarts
uitdraaien.
Voorraadvakken deuren optillen en uitnemen.
Invrieskalender
(niet bij alle modellen)
De getallen bij de symbolen geven de toegestane
bewaartijd in maanden aan voor de
diepvriesproducten. Bij diepvriesproducten, die in de
winkel verkocht worden, moet de fabricagedatum of
de houdbaarheidsdatum worden aangehouden.
nl
138
Apparaat uitschakelen en stil
zeten
Apparaat uitschakelen
1. Apparaat uitschakelen.
2. Netstekker lostrekken.
Apparaat stil zetten
Wanneer u het apparaat langere tijd niet gebruikt:
1. Watertoevoer naar het apparaat enkele uren voor
het uitschakelen afsluiten.
2. Alle levensmiddelen uit het apparaat nemen.
3. Apparaat uitschakelen
4. Netstekker lostrekken of zekering uitschakelen.
5. IJsblokjesbak leeg maken en reinigen.
6. Apparaat inwendig reinigen (zie hoofdstuk
”Reinigen“).
7. Apparaatdeuren open laten, om geurvorming te
voorkomen.
Ontdooien
Vriesruimte
Door het volautomatische Nofrost-systeem blijft de
vriesruimte ijsvrij. Ontdooien is niet meer nodig.
Koelruimte
Het ontdooien wordt automatisch uitgevoerd.
Het dooiwater loopt weg via het afvoergat in een
verdampingsbak aan de achterzijde van het apparaat.
Reinigen
!
Waarschuwing
n Nooit het apparaat met een stoomreiniger reinigen!
n Gebruik geen zand-, chloor- of zuurhoudende
schoonmaak- en oplosmiddelen.
n Gebruik geen schurende of krassende sponzen. Op
metalen oppervlakken kan corrosie ontstaan.
n Nooit plateaus en bakken in de afwasmachine
schoonmaken. De delen kunnen vervormen!
Ga als volgt te werk:
1. Apparaat met aan-/uit-toets uitschakelen.
2. Netstekker lostrekken resp. zekering uitschakelen.
3. Diepvriesproducten wegnemen en op een koele
plaats bewaren. Koelelement (indien aanwezig) op
de levensmiddelen leggen.
4. Reinig het apparaat met een zachte doek,
lauwwarm water en wat pH-neutraal afwasmiddel.
Het spoelwater mag niet bij de verlichting terecht
komen.
5. De deurafdichting alleen met schoon water afvegen
en daarna grondig droog wrijven.
6. Na het schoonmaken het apparaat weer aansluiten
en inschakelen.
7. Diepvriesproducten weer terugleggen.
Vochtfilter reinigen
Wateropvangbak reinigen
Het water verzamelt zich in de wateropvangbak.
Voor het leegmaken en reinigen het filter afnemen.
Wateropvangbak met spons of wateropnemende doek
schoonvegen.
ice cube
crushed ice
water
lock
light
nl
139
Verlichting
(niet bij alle modellen)
Gloeilampen in koel- en vriesruimte
vervangen
1. Apparaat met aan-/uit-toets uitschakelen.
2. Netstekker lostrekken resp. zekering uitschakelen.
3. Afdekplaat afnemen.
4. Gloeilampen vervangen (reserve lamp: 220-240 V
wisselspanning, aansluiting E14, Watt zie defecte
lamp).
5. Afdekplaat weer monteren.
Energie besparen
n Apparaat opstellen in een droge, geventileerde
ruimte! Het apparaat mag niet direct in de zon of in
de nabijheid van een warmtebron staan (bijv.
radiator, open haard).
n Gebruik eventueel een isolatieplaat.
n De be- en ontluchtingsopeningen van het apparaat
niet afsluiten.
n Warme levensmiddelen en dranken eerst laten
afkoelen, dan in het apparaat zetten!
n Plaats de diepvriesproducten voor het ontdooien in
uw koelruimte. De koude van het diepvriesproduct
gebruiken voor het koelen van levensmiddelen.
n Apparaat zo kort mogelijk openen!
n Let erop dat de deur van de vriesruimte altijd
gesloten is.
n Indien aanwezig: Wandafstandshouder monteren,
om het gespecificeerde energieverbruik van het
apparaat te bereiken (zie hoofdstuk "Apparaat
opstellen", paragraaf "Ventilatie"). Een gereduceerde
wandafstand beperkt de goede werking van het
apparaat niet. Het energieverbruik kan wel
veranderen.
Bedrijfsgeluiden
Normale geluiden
Brommen - motoren lopen (bijv. koelaggregaat,
ventilator).
Bubbelende, slurpende of gorgelende geluiden -
koelmiddel stroomt door de leidingen of water in de
ijsmachine.
Klikken - motor, schakelaar of magneetventielen
schakelen in/uit.
Rommelen - ijsblokjes vallen vanuit de ijsmachine in
de ijsblokjesbak.
Geluiden voorkomen
Het apparaat staat niet horizontaal
Lijn a.u.b. het apparaat uit m.b.v. een waterpas.
Gebruik daarvoor de schroefvoeten of leg er wat
onder.
Het apparaat staat ergens tegenaan
Zet het apparaat los van andere meubels of
apparaten.
Vakken of plateaus wiebelen of klemmen
Controleer de uitneembare onderdelen en plaats deze
eventueel opnieuw.
Flessen of vaten raken elkaar
Zet de flessen of verpakkingen iets uit elkaar.
nl
140
Kleine storingen zelf opheffen
Voordat u contact opneemt met de klantenservice:
Controleer, of u de storing met behulp van de volgende instructies zelf kunt oplossen.
Voer een apparaatzelftest uit (zie hoofdstuk "Apparaatzelftestmodus").
U moet de kosten voor de klantenservice zelf dragen, ook tijdens de garantieperiode!
Storing
Mogelijke oorzaak Oplossing
Temperatuur wijkt sterk af
van de instelling.
In bepaalde gevallen is het voldoende
wanneer u het apparaat gedurende
5 minuten uitschakelt.
Wanneer de temperatuur te hoog is,
controleer dan na enkele uren, of een
temperatuurverbetering heeft
plaatsgevonden.
Wanneer de temperatuur te laag is,
controleer dan de volgende dag de
temperatuur nogmaals.
Geen weergave op het
bedieningselement.
De netstekker van het apparaat zit niet
goed in het stopcontact. De zekering
van de huisinstallatie is uitgeschakeld.
Controleer, of de spanning aanwezig is, de
zekering moet zijn ingeschakeld.
Meldingsvenster
elektronicastoring wordt
getoond.
Elektronica is defect. Klantenservice inschakelen.
Getoonde storingsnummer aan de
klantenservice doorgeven.
Waarschuwingstoon
klinkt en meldingsvenster
temperatuuralarm in
vriesgedeelte wordt
getoond.
In de vriesruimte is het te
warm! Gevaar voor de
diepvriesproducten!
Na het bedienen van “ok” is de
waarschuwingstoon uitgeschakeld.
Deur vriesruimte is open. Deuren sluiten.
Be- en ontluchtingsopeningen zijn
bedekt.
Hindernissen wegnemen.
Er zijn te veel levensmiddelen in één
keer voor bevriezen geplaatst.
Het max. vriesvermogen niet overschrijden.
Opmerking!
Ontdooide diepvriesproducten kunnen
opnieuw worden ingevroren wanneer vlees
en vis niet langer dan één dag, andere
producten niet langer dan drie dagen
warmer waren dan +3 °C.
De verlichting werkt niet.
De lichtschakelaar klemt. Controleer of de lichtschakelaar kan worden
bewogen.
De verlichting is defect. Zie hoofdstuk ”Verlichting”.
Apparaat maakt tijdelijk
meer geluid.
Geen storing! U apparaat is voor een energiebesparend gebruik ontwikkeld. Onder
bepaalde omstandigheden (bijv. inschakelen van de Super-functie) moet het apparaat
kortstondig meer vermogen leveren en wordt daardoor minder stil.
Apparaat heeft geen
koelvermogen.
De verlichting werkt niet.
Geen weergave op het
bedieningselement.
Apparaat is uitgeschakeld. Controleer, of de spanning aanwezig is, de
zekering moet zijn ingeschakeld.
Netspanningsuitval. Controleer of de spanning aanwezig is.
Zekering is uitgeschakeld. Zekering controleren.
Netstekker zit niet goed vast. Controleer, of de netstekker goed vast zit.
nl
141
Storing
OplossingMogelijke oorzaak
De compressor schakelt
steeds vaker en langer
in.
Vaak openen van de apparaatdeur. Deur niet onnodig openen.
De be- en ontluchtingsopeningen zijn
bedekt.
Hindernissen wegnemen.
Bevriezen van grotere hoeveelheden
verse levensmiddelen.
Het max. vriesvermogen niet overschrijden.
In de koelruimte of
vriesruimte is het te koud.
Temperatuur is te koud ingesteld. Temperatuur hoger instellen (zie hoofdstuk
“Temperatuur instellen”).
Het diepvriesproduct is
vastgevroren.
Diepvriesproduct met een stomp object
losmaken. Niet met een mes of ander
scherp object werken.
Waterdispenser en ijsmachine
Storing
Mogelijke oorzaak Oplossing
Ondanks een langere
bedrijfstijd worden geen
ijsblokjes geleverd.
Waterkraan gesloten. Waterkraan openen.
Watertoevoer is onderbroken. Waterdruk
te laag.
Installateur inschakelen.
IJsmachine is stopgezet. IJsmachine weer inschakelen (zie hoofdstuk
"IJs- en waterafgifte, ijsmachine stoppen”).
IJs- en waterafgifte is uitgeschakeld. IJs- en waterafgifte weer inschakelen (zie
hoofdstuk "IJs- en waterafgifte in- en
uitschakelen”).
Vriesruimte te warm. De temperatuur in de vriesruimte kouder
instellen (zie hoofdstuk "Temperatuur
instellen").
IJsblokjes zijn aanwezig
in de ijsblokjesbak, maar
worden niet uitgeworpen.
IJsblokjes zijn aan elkaar vastgevroren. IJsblokjesbak uitnemen en leeg maken.
IJsblokjes zitten
vastgeklemd in de uitlaat
van de ijsblokjesbak of in
de ijscrusher.
IJsblokjesbak uitnemen en transportschroef
met de hand verdraaien. Eventueel
vastgeklemde stukken ijs met een houten
staaf losmaken.
IJsblokjes zijn waterig.
IJsblokjes zijn aan het
ontdooien.
IJsblokjesbak uitnemen, leeg maken en
droog wrijven.
Deur vriesruimte geopend. Deuren sluiten.
Stroomuitval. Controleer of de spanning aanwezig is.
Waterdispenser werkt
niet.
Waterkraan gesloten. Waterkraan openen.
Watertoevoer is onderbroken. Waterdruk
te laag.
Installateur inschakelen.
nl
142
Storing
OplossingMogelijke oorzaak
IJsmachine maakt niet
voldoende ijs of het ijs is
vervormd.
Apparaat of ijsmachine werd pas
kortgeleden ingeschakeld.
Het duurt ca. 24 uur, voordat de ijsproductie
begint.
Er werd een grote hoeveelheid ijs
afgenomen.
Het duurt ca. 24 uur, voordat de
ijsblokjesbak weer is gevuld.
Lage waterdruk. Apparaat alleen op de voorgeschreven
waterdruk aansluiten. (zie hoofdstuk
“apparaat aansluiten”, paragraaf
“wateraansluiting”).
Waterfilter verstopt of verbruikt. Waterfilter vervangen.
Borrelende, gorgelende
geluiden uit de
waterleiding.
Watertoevoer is onderbroken of verstopt.
Watertoevoer controleren.
Controleren of de waterleiding verstopt is.
In sommige gevallen is het voldoende om
de ijs- en waterafgifte kort uit te schakelen
(zie het hoofdstuk „IJs- en waterafgifte uit-
en inschakelen”).
Apparaatzelftestmodus
Uw apparaat heeft een automatisch
zelftestprogramma, dat storingsbronnen aangeeft, die
alleen door uw klantenservice kunnen worden
opgeheven.
Zelftestprogramma starten
Druk op:
| Hoofdmenu | Æ | Instellingen | Æ
| Apparaat zelftestmodus |
Het zelftestprogramma start.
Volg de instructies van het zelftestprogramma.
Meld een storing bij de klantenservice.
Klantenservice
U vindt de klantenservice bij u in de buurt in het
telefoonboek of in het overzicht. Geef aan uw
klantenservice het artikelnummer (E-nr.) en het
fabricagenummer (FD-nr.) van het apparaat door.
U vindt deze op de typeplaat.
5
Help mee om onnodige voorrijdkosten te voorkomen
door het artikel- en fabricagenummer door te geven.
U bespaart de daaraan gekoppelde extra kosten.
Reparatieopdracht en advies bij
storingen
De contactgegevens van alle landen vindt u in het
bijgaande klantenservice-overzicht.
NL 088 424 4020

Documenttranscriptie

nl Inhoud  Veiligheids- en waarschuwingsinstructies . . . . . 116 Instructies betreffende het afvoeren . . . . . . . . . 117 Leveringsomvang . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 117 Apparaat opstellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 117 Opstellingsmaten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 119 Deuropeningshoek . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 119 Apparaat uitlijnen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 120 Apparaat aansluiten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 120 Apparaatdeuren en grepen demonteren . . . . . 121 Apparaat leren kennen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 122 Apparaat inschakelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 124 Temperatuur instellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 124 Maximale koeling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 125 Instellingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 125 Bewaaradvies . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 129 Timer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 130 Stil . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 130 Alarmfunctie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 131 Effectieve inhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 131 Koelruimte . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 131 Vriesruimte . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 131 Max. vriesvermogen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 132 Invriezen en opslaan . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 132 Verse levensmiddelen bevriezen . . . . . . . . . . . . 132 Diepvriesproduct ontdooien . . . . . . . . . . . . . . . . . 132 IJs- en waterdispenser . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 132 Waterfilter . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 135 Specificatie- en vermogensblad . . . . . . . . . . . . . 136 Uitrusting van het apparaat . . . . . . . . . . . . . . . . . 137 Apparaat uitschakelen en stil zeten . . . . . . . . . . 138 Ontdooien . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 138 Reinigen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 138 Verlichting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 139 Energie besparen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 139 Bedrijfsgeluiden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 139 Kleine storingen zelf opheffen . . . . . . . . . . . . . . . 140 Apparaatzelftestmodus . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 142 Klantenservice . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 142 115 nl Veiligheids- en waarschuwingsinstructies Voordat u het apparaat in gebruik neemt Bij gebruik n n Lees de gebruiks- en montagehandleiding zorgvuldig door! U vindt daar belangrijke informatie over het opstellen, gebruik en onderhoud van het apparaat. De fabrikant is niet aansprakelijk, wanneer u de instructies en waarschuwingen in de gebruiksaanwijzing negeert. Bewaar alle documenten voor later gebruik of voor de volgende eigenaar. n n Technische veiligheid Het apparaat bevat in geringe mate het milieuvriendelijke maar brandbare koelmiddel R600a. Let erop, dat de leidingen van het koelmiddelcircuit tijdens het transport of de montage niet beschadigd raken. Ontsnappend koelmiddel kan oogletsel veroorzaken of ontbranden. Bij beschadiging n open vuur of ontstekingsbronnen weg houden van het apparaat, n apparaat uitschakelen en de netstekker lostrekken, n kamer gedurende enkele minuten goed ventileren, n klantenservice inschakelen. Hoe meer koelmiddel in een apparaat aanwezig is, des te groter moet de ruimte zijn, waarin het apparaat staat. In te kleine ruimten kan bij een lekkage een brandbaar gas-lucht-mengsel ontstaan. n n n n n n Per 8 g koelmiddel moet de ruimte minimaal 1 m3 groot zijn. De hoeveelheid koelmiddel in uw apparaat vindt u op de typeplaat in uw apparaat. Wanneer de netkabel van dit apparaat wordt beschadigd, moet deze door de fabrikant, de klantenservice of een gekwalificeerd persoon worden vervangen. Ondeskundige installatie en reparatie kan de gebruiker in gevaar brengen. Reparaties mogen alleen door de fabrikant, de klantenservice of een overeenkomstig gekwalificeerd persoon uitgevoerd worden. Er mogen alleen originele onderdelen van de fabrikant worden gebruikt. Alleen bij deze onderdelen waarborgt de fabrikant, dat wordt voldaan aan de veiligheidsvoorschriften. Een verlenging van de netaansluitkabel mag alleen via de klantenservice worden gerealiseerd. 116 n n n Nooit elektrische apparaten in het apparaat gebruiken (bijv. verwarmingstoestellen, elektrische ijsmakers enz.) Explosiegevaar! Nooit het apparaat met een stoomreiniger ontdooien of reinigen! De stoom kan bij de elektrische onderdelen komen en een kortsluiting veroorzaken. Gevaar voor elektrocutie! Geen spitse of scherpe objecten gebruiken, om rijpen ijslagen te verwijderen. U kunt daarmee de koelmiddelleidingen beschadigen. Ontsnappend koelmiddel kan oogletsel veroorzaken of ontbranden. Geen producten met brandbare drijfgassen (bijv. spuitbussen) en geen explosieve stoffen bewaren. Explosiegevaar! Sokkel, lades, deuren enz. niet als opstapje of als ondersteunen gebruiken. Voor het ontdooien en schoonmaken de netstekker lostrekken of de zekering uitschakelen. Trek aan de stekker, nooit aan de kabel. Hoogprocentueel alcohol alleen goed afgesloten en staand bewaren. Kunststof onderdelen en deurafdichting niet met olie of vet vervuilen. Kunststofdelen en deurafdichting worden ander poreus. Be- en ontluchtingsopeningen voor het apparaat nooit afdekking of afsluiten. Dit apparaat mag door personen (inclusief kinderen) met beperkte fysische, sensorische of psychische capaciteiten of gebrekkige kennis alleen worden gebruikt, wanneer zij door een voor hun veiligheid verantwoordelijke persoon onder toezicht staan of door deze instructies hebben gekregen, hoe het apparaat moet worden gebruikt. In de vriesruimte geen vloeistoffen in flessen en verpakkingen opslaan (vooral koolzuurhoudende dranken). Flessen en verpakking kunnen uit elkaar barsten! Nooit bevroren goederen direct, nadat het uit de vriesruimte is genomen, in de mond nemen. Gevaar voor lichamelijk letsel! Voorkom langer contact met de handen met het bevroren product, ijs of de verdamperleidingen enz. Gevaar voor lichamelijk letsel! Kinderen in het huishouden n Verpakking en onderdelen daarvan niet aan kinderen geven. Verstikkingsgevaar door karton en folie! n Het apparaat is geen speelgoed voor kinderen! n Bij apparaat met deurslot: sleutel buiten bereik van kinderen bewaren! nl Algemene bepalingen Het apparaat is geschikt n voor het koelen en bevriezen van levensmiddelen n voor ijsbereiding n voor drinkwateruitgifte. Dit apparaat is bedoeld voor het huishoudelijk gebruik in een privé huishouden en de huiselijke omgeving Het apparaat is radio-ontstoord conform EU-richtlijn 2004/108/EC. Het koelcircuit is op lekdichtheid gecontroleerd. Dit object voldoet aan de geldende veiligheidsbepalingen voor elektrische apparaten (EN 60335-2-24). Instructies betreffende het afvoeren x Verpakking afvoeren De verpakking beschermt uw apparaat tegen transportschade. Alle gebruikte materialen zijn milieuvriendelijk en weer herbruikbaar. Help a.u.b. mee: voer de verpakking milieuvriendelijk af. Informeer naar de plaatselijk voorschriften bij uw dealer of uw gemeente. x Oud apparaat afvoeren Oude apparaten zijn geen waardeloos afval! Door een milieuvriendelijke afvoer kunnen waardevolle grondstoffen worden teruggewonnen. Dit apparaat is conform de Europese richtlijn 2002/96/EG betreffende elektrische en elektronische apparatuur (waste electrical and electronic equipment - WEEE) gemarkeerd. De richtlijn schrijft het kader voor terugname en verwerking van oude apparaten in de EU voor. ! Waarschuwing Leveringsomvang Controleer na het uitpakken alle onderdelen op eventuele transportschade. Neem bij vragen contact op met de dealer waar u het apparaat heeft gekocht of moet onze servicedienst. De levering bestaat uit de volgende onderdelen: n Zelfstandig apparaat n Uitrusting (afhankelijk van het model) n Gebruiksaanwijzing n Montagehandleiding n Serviceschrift n Garantiebijlagen n Informatie over het energieverbruik en geluiden n Zak met montagemateriaal. Apparaat opstellen Transport Het apparaat is zwaar en moet bij het transport en bij de montage worden geborgd. Vanwege het gewicht en de afmetingen van het apparaat en om het risico van letsel of schade aan het apparaat te minimaliseren, zijn er minimaal twee personen nodig om het apparaat op te stellen. Opstellingsplaats Een droge, ventileerbare ruimte is geschikt voor het opstellen. De opstellingsplaats mag niet aan direct zonlicht blootstaan en niet in de buurt van een warmtebron liggen zoals een open haard, radiator, enz. Wanneer opstelling naast een warmtebron niet te vermijden is, gebruik dan een geschikte isolatieplaat of houd de volgende minimale afstanden aan tot de warmtebron: Bij af te danken apparaten n Tot elektrisch of gaskachels 3 cm. 1. Netstekker lostrekken. n Tot olie- of kolengestookte kachels 30 cm. 2. Aansluitkabel doorknippen en met de netstekker verwijderen. Bij het opstellen naast een ander koel- of vriesapparaat is een minimale afstand aan de zijkant nodig van 25 mm, om condensvorming te voorkomen. 3. Plateaus en bakken niet uitnemen, om kinderen het naar binnen klimmen te bemoeilijken! 4. Kinderen niet met het afgedankte apparaat laten spelen. Verstikkingsgevaar! Koelapparaten bevatten koelmiddelen en in de isolatie gassen. Koelmiddel en gassen moeten correct worden afgevoerd. Leiding van het koelmiddelcircuit tot en met het afvoeren niet beschadigen. Wanneer boven het apparaat een plaat of kast wordt gemonteerd, moet een spleet van 30 mm worden aangehouden, zodat het apparaat indien nodig uit de nis kan worden getrokken. De verwarmde lucht aan de achterzijde van het apparaat moet ongehinderd kunnen wegtrekken. 117 nl Ondergrond ! Opgelet! Het apparaat is zwaar. Uitvoering met dispenser 143 kg De vloer op de opstellingsplaats mag niet meeveren, vloer eventueel versterken. Om de deuren tot aan de aanslag te kunnen openen, moeten bij het opstellen in een hoek of nis minimale afstanden aan de zijkant worden aangehouden (zie hoofdstuk "Opstellingsmaten"). Wanneer de diepte van de naastgelegen keukeninrichtingen groter is dan 60 cm, dan moeten de minimale afstanden aan de zijkant worden aangehouden, om de volledige openingshoek van de deuren te kunnen gebruiken (zie hoofdstuk “Deuropeningshoek“). Let op de kamertemperatuur en de ventilatie Kamertemperatuur De klimaatklasse staat op de typeplaat. Deze geeft aan, binnen welke kamertemperaturen het apparaat mag worden gebruikt. Klimaatklasse Toegestane kamertemperatuur SN +10 °C ... 32 °C N +16 °C ... 32 °C ST +16 °C ... 38 °C T +16 °C ... 43 °C Opmerking! Het apparaat is binnen de kamertemperatuurgrenzen van de opgegeven klimaatklasse volledig functioneel. Wanneer een apparaat met klimaatklasse SN bij koudere kamertemperaturen wordt gebruikt, dan kan schade aan het apparaat tot een temperatuur van +5 °C worden uitgesloten. 118 Ventilatie De opgewarmde lucht moet ongehinderd kunnen wegtrekken. Het koelapparaat moet anders meer vermogen leveren. Dat verhoogt het stroomverbruik. Daarom: nooit de be- en ontluchtingsopening afdekken of afsluiten! Steek de meegeleverde afstandhouder op de daarvoor bedoelde bevestiging aan de achterzijde van het apparaat. Daardoor wordt de minimale afstand tot de wand aangehouden. nl Apparaat uitlijnen Om te zorgen dat het apparaat optimaal functioneert, moet deze met een waterpas horizontaal worden uitgelijnd. Wanneer het apparaat scheef staat, dan kan dit tot gevolg hebben, dat er water uit de ijsmachine wegloopt, ongelijke ijsblokjes worden gemaakt of dat de deuren niet meer goed sluiten. Wateraansluiting De wateraansluiting mag alleen door een vakkundig monteur volgens de plaatselijke voorschriften van het waterleidingbedrijf worden uitgevoerd. ! Opgelet! Voor de aansluiting op het drinkwaternet uitsluitend de bijgevoegde slangenset gebruiken. In geen geval aanwezige of reeds gebruikte slangensets gebruiken. Het apparaat alleen aansluiten op een drinkwaterleiding: n Minimumdruk: 0,2 MPa (2 bar) n Max. druk: tot 0,8 MPa (8 bar) Opmerking! De maximale uitwendige diameter van de waterleiding (zonder verbindingsstukken) bedraagt 10 mm. Elektrische aansluiting Gebruik geen verlengkabel of verdeler. Voor de aansluiting van het apparaat is een vast geïnstalleerde contactdoos nodig. Voor het uitlijnen van het apparaat: 1. Apparaat op de daarvoor bedoelde plaats neerzetten. 2. Voorste voeten met een steeksleutel uitlijnen. 3. Achterste voeten met een inbussleutel uitlijnen. Apparaat aansluiten Laat het apparaat door een vakman opstellen en aansluiten aan de hand van de meegeleverde montagehandleiding. Verwijder de transportborgingen van de plateaus pas na het opstellen. Sluit het water altijd aan voor de elektrische aansluiting. Naast de wettelijk voorgeschreven nationale voorschriften moeten de aansluitcondities van het plaatselijke elektriciteits- en waterbedrijf worden aangehouden. Na het opstellen van het apparaat minimaal 1 uur wachten, tot het apparaat in bedrijf wordt genomen. Tijdens het transport kan het gebeuren, dat in de compressor aanwezige olie zich in het koelsysteem afzet. Voor de eerste ingebruikname de binnenruimte van het apparaat reinigen (zie hoofdstuk "Reinigen"). 120 De contactdoos moet dicht bij het apparaat zitten en ook na het opstellen van het apparaat vrij toegankelijk zijn. Het apparaat voldoet aan veiligheidsklasse I. Via een conform de voorschriften geïnstalleerde contactdoos met randaarde het apparaat op 220-240 V/50 Hz wisselspanning aansluiten. De contactdoos moet met een 10 A tot 16 A zekering of hoger zijn gezekerd. Bij apparaten, die in niet-Europese landen worden gebruikt, moet op de typeplaat worden gecontroleerd, of de opgegeven spanning en stroom overeenkomen met die van het stroomnet. De typeplaat vindt u rechtsonder in het apparaat. Een eventueel noodzakelijke vervanging van de netkabel mag alleen door een vakman worden uitgevoerd. ! Waarschuwing Het apparaat mag in geen geval op een elektronische energiespaarstekker worden aangesloten. Voor het gebruik van onze apparaten kunnen sinusen netgestuurde omvormers worden gebruikt. Netgestuurde omvormers worden bij zonne-energie installaties gebruikt, die direct op het openbare stroomnet worden aangesloten. Bij eilandoplossingen (bijv. schepen of berghutten), die geen directe aansluiting op het openbare stroomnet hebben, moeten sinusgeregelde omvormers worden gebruikt. nl Apparaatdeuren en grepen demonteren Wanneer het apparaat niet door de deur past, kunnen de deuren en grepen worden gedemonteerd. ! Opgelet! Alleen de servicedienst mag de apparaatdeuren afschroeven. 121 nl Apparaat leren kennen Deze gebruiksaanwijzing geld voor meerdere modellen. Afwijkingen van de afbeeldingen zijn mogelijk. 3 A B 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 122 Vriesruimte Koelruimte Aan-/uit-toets Lichtschakelaar koel- en vriesruimte Bedieningselementen Voorraadvak Aan-/uit-schakelaar ijsmachine IJsmachine/ijsblokjesbak Luchtafvoeropeningen IJs- en waterdispenser Vrieskalender Glasplateaus vriesruimte Voorraadvak Diepvriesladen 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 Voorraadvak (2-sterrenvak) voor kortstondig bewaren van levensmiddelen consumptie-ijs. Verlichting koelruimte Deeltjesfilter/waterfilter Boter- en kaasvak Flessenhouder Luchtafvoeropeningen Glasplateaus koelruimte Voorraadvak Delicatessen‐lade Voorraadvak voor grote flessen Groentelade met vochtfilter Groentevak Schroefvoeten nl Bedieningselementen 1 2 3 1 4 Aanrakingsgevoelig beeldscherm (touchscreen) Door aanraken van een schakelknop wordt de getoonde functie geactiveerd. 5 6 2 Standby LED Wanneer langere tijd het beeldscherm of een toets niet worden aangeraakt, schakelt het beeldscherm uit en brandt de standby-LED. 3 ”ice cube“ toets Afgiftetoets voor ijsblokjes. 4 ”crushed ice“ toets Afgiftetoets voor crushed ijs. 5 ”light” toets Toets voor het in- en uitschakelen van de verlichting van de ijs- en waterdispenser. 6 ”water“ toets Afgiftetoets voor water. 7 “lock“ toets Toets voor het in- en uitschakelen van de toetsvergrendeling. Bij ingeschakelde toetsvergrendeling is het beeldscherm uitgeschakeld en de toetsen zijn geblokkeerd. Uitzondering: bij een alarmmelding schakelt het beeldscherm in en er verschijnt een meldingsvenster. Voor het in- en uitschakelen, toets 5 seconden indrukken. Algemene schakelknoppen: ¾ Terug naar voorgaande menu en invoer opslaan Ç Naar boven scrollen / naar de vorige pagina van het menu Æ Naar beneden scrollen / naar de volgende pagina van het menu Naar basisvenster en invoer opslaan i 7 Informatie 123 nl Apparaat inschakelen Temperatuur instellen 1. Schakel het apparaat in met de aan-/uit-toets. Op het beeldscherm verschijnt een meldingsvenster en er klinkt een akoestisch signaal. Druk op: | Hoofdmenu | Æ | Temperatuur |Æ 2. Bedien ”ok” om de waarschuwingstoon uit te schakelen. Op het beeldscherm verschijnt het basisvenster. Een gegeven temperatuurinstelling kiezen De vooringestelde temperaturen worden na enkele uren bereikt. Daarvoor geen levensmiddelen in het apparaat leggen. Af fabriek worden de volgende temperaturen geadviseerd en deze zijn ook vooringesteld: Koelruimte: +4 °C Vriesruimte: -18 °C Procedure na de eerste keer inschakelen Na de eerste keer inschakelen moet u de volgende instellingen uitvoeren (zie hoofdstuk "Instellingen”). 1. Kies de taal voor de displayteksten. 2. Voer de actuele datum en tijd in. 3. Stel de temperatuureenheid in. Normale werking Af fabriek geadviseerd en ingesteld. Energiebesparend Gering energieverbruik. De houdbaarheid van de levensmiddelen kan ten opzichte van de opgegeven waarden in het bewaaradvies verminderen. Maximale houdbaarheid De houdbaarheid van de levensmiddelen wordt verlengd ten opzichte van de opgegeven waarden in het bewaaradvies. het energieverbruik stijgt. Vakantie Energiebesparende vakantiemodus bij langere afwezigheid. Bewaar gedurende deze tijd geen levensmiddelen in de koelruimte! Temperatuur individueel instellen 1. Druk op ”Individueel”. Een meldingsvenster verschijnt. 2. Druk op ”ok”. 3. Druk op Ç of Æ tot de gewenste temperaturen worden getoond. 4. Druk op ¾ of . Het systeem slaat de ingestelde waarde op. Het basisvenster toont de gekozen temperatuurinstelling. 124 nl 2. Druk op ”ON” om de maximale koeling van het betreffende bereik in te schakelen. Met ”OFF” schakelt u de maximale koeling uit. Maximale koeling Bij de maximale koeling wordt de koel- en vriesruimte gedurende een ingestelde tijd op de koudste temperatuur gekoeld. Daarna wordt automatisch naar de eerder ingestelde temperatuur omgeschakeld. Maximale koeling van de koelruimte De maximale koeling van de koelruimte wordt aanbevolen: n Voor het plaatsen van grote hoeveelheden levensmiddelen. n Voor het snelkoelen van dranken. Maximale koeling van de vriesruimte Levensmiddelen moeten zo snel mogelijk tot de kern worden bevroren. Zodat vitamine, voedingswaarde, uiterlijk en smaak behouden blijven. Om te zorgen dat bij het plaatsen van verse levensmiddelen geen ongewenste temperatuurtoename ontstaat, moet enkele uren voor het plaatsen van verse waren de maximale koeling worden ingeschakeld. In het algemeen is 4 - 6 uur voldoende. Wanneer het maximaal vriesvermogen moet worden gebruikt, dan moet de maximale koeling 24 uur voor het plaatsen van nieuwe levensmiddelen worden ingeschakeld. Instellingen Druk op: | Hoofdmenu | Æ | Instellingen |Æ Kleinere hoeveelheden levensmiddelen kunnen zonder maximale koeling worden ingevroren. Maximale koeling in- en uitschakelen Druk op: | Hoofdmenu | Æ | Maximale koeling | 1. Bedien ”nu niet”. Datum en tijd Druk op: | Hoofdmenu | Æ | Instellingen | Datum en tijd 1. Kies ”Zomertijd |Æ | ” of ”Wintertijd ”. Opmerking! Met ”Automatisch voorkoelen activeren” kunt u de maximale koeling automatisch regelmatig starten voor uw weekendboodschappen. Zie hoofdstuk ”Instellingen” paragraaf ”Automatisch voorkoelen”. Wanneer u ”Instructies niet weer tonen” kiest, verschijnt bij de volgende oproep direct het volgende menuvenster. 2. Druk op ”Datum instellen ”. 125 nl 3. Druk op Ç of Æ tot de actuele datum wordt getoond. 2. Druk op de weekdag van uw geplande weekinkopen. 4. Druk op ¾ . 3. Druk op ¾ . 5. Druk op ”Tijd instellen 4. Druk op Ç of Æ tot de tijd van uw geplande weekinkopen wordt getoond. ”. 6. Kies het tijdformaat ”12h” of ”24h”. 7. Druk op Ç of Æ tot de actuele tijd wordt getoond. 8. Druk op ¾ . Het systeem slaat de ingestelde waarde op. Het basisvenster toont de datum en tijd in het gekozen formaat. Automatisch voorkoelen Met deze functie kunt u de maximale koeling automatisch regelmatig starten voor uw weekendboodschappen. Druk op: | Hoofdmenu | Æ | Instellingen | Autom. voorkoelen Inschakelen 1. Druk op ”ON”. 126 |Æ |Æ 5. Druk tweemaal op ¾ . De maximale koeling start iedere week tijdig voor de ingestelde tijd. Uitschakelen 1. Druk op ”OFF”. nl Reinigingsherinnering Taal Met deze functie herinnert uw apparaat u aan de volgende schoonmaakbeurt. Druk op: | Druk op: | Hoofdmenu | Æ | Instellingen |Æ | Taal n | Reinigingsherinnering Hoofdmenu | Æ | Instellingen |Æ | Kies de taal voor de displayteksten. | Inschakelen 1. Kies, hoe vaak u aan het schoonmaken herinnert wilt worden. Temperatuureenheid De temperatuur kan in graden Celsius (°C) of graden Fahrenheit (°F) worden weergegeven. 2. Druk op ¾ . Een week voor de geplande schoonmaak verschijnt een meldingsvenster. Wanneer u op ”Opnieuw herinneren” drukt, verschijnt het meldingsvenster de volgende dag opnieuw. Wanneer u op "ok" drukt, verschijnt op de schoonmaakdag het volgende meldingsvenster. Druk op: | Hoofdmenu | Æ | Instellingen | Celsius of Fahrenheit n |Æ | Kies graden Celsius of graden Fahrenheit. Druk na het schoonmaken op ”Melding sluiten”. Wanneer u op ”Opnieuw herinneren” drukt, verschijnt het meldingsvenster de volgende dag opnieuw. Uitschakelen 1. Kies "nooit” . IJs- en waterdispenser Zie hoofdstuk ”IJs- en waterafgifte”. 127 nl Zondagsrust Demonstratiemodus De volgenden functies worden bij de zondagsrust uitgeschakeld: In de demonstratiemodus koelt het apparaat niet. n Akoestische signalen n Verlichten n Toetsen voor ijs- en waterafgifte n Maximale koeling n Timer n IJsblokjes snel. Demonstratiemodus in- of uitschakelen Druk op: | Hoofdmenu | Æ | Instellingen | Demonstratie modus n |Æ | Schakel de demonstratiemodus aan of uit. In- of uitschakelen Druk op: | Hoofdmenu | Æ | Instellingen | Zondagrust n |Æ | Schakel de zondagsrust aan of uit. Basisinstelling Druk op: | Hoofdmenu | Æ | Instellingen | Basisinstelling |Æ | Druk op ”Instructies weer tonen” om alle instructievenster weer te tonen. Druk op ”Fabrieksinstellingen weer herstellen” om alle instellingen terug te zetten naar de toestand bij uitlevering. 128 nl Productinformatie 1 Aanbevolen bewaarplaats in vriesvak Bewaaradvies Het bewaaradvies toont u de volgende informatie over verschillende producten: 2 Maximale houdbaarheid in vriesvak 3 Aanbevolen bewaarplaats in koelruimte n Bewaarplaats 4 Maximale houdbaarheid in koelruimte n Maximale houdbaarheid n Voedingswaarde. 5 Voor menukeuze voor meer informatie over het gekozen product, zie onder 6 Naar volgende/vorige product (alfabetisch) gaan Druk op: | Hoofdmenu | Æ | Bewaaradvies 1 |Æ Product kiezen 2 3 1. Kies een productsoort. 4 5 6 2. Kies het product. Meer informatie over gekozen product Product zoeken Opmerking! 1. Druk op ”Van A tot Z”. Let a.u.b. op de opmerkingen onder 2. Druk op de beginletter van het gezochte levensmiddel. Een lijst met alle aanwezige levensmiddelen met deze beginletter verschijnt. | Hoofdmenu | Æ | Info |Æ | Uitsluiting aansprakelijkheid |. 129 nl Timer uitschakelen Timer Druk op: Met deze functie kunt u een tijdsverloop (countdown) instellen, aan het einde waarvan een meldingsvenster verschijnt en een akoestisch signaal klinkt. Dit signaal is bedoeld als herinnering, wanneer bijv. levensmiddelen na een bepaalde tijd uit de koel-/vriesruimte moeten worden genomen. | Hoofdmenu | Æ | Timer | Tijd handmatig instellen n |Æ | Druk op ”STOP”. Opmerking! Drankflessen kunnen barsten wanneer deze langer dan 20 minuten in de vriesruimte worden gelegd. Timer instellen en starten Druk op: | Hoofdmenu | Æ | Timer |Æ De ingestelde tijd wordt gewist. Stil Bij deze functie werkt het apparaat met gereduceerd koelvermogen en daarmee bijna geluidloos. De functie wordt automatisch uitgeschakeld, wanneer de temperatuur in het apparaat te ver toeneemt. Druk op: De insteltijd kiezen Fles kort in de vriesruimte: aanbevolen voor drankflessen in de vriesruimte. Tijd individueel instellen | n Hoofdmenu | Æ | Stil | Schakel de functie aan of uit. Er verschijnt een meldingsvenster ter bevestiging. 1. Druk op ”Tijd handmatig instellen”. 2. Druk op Ç of Æ tot de gewenste uren en minuten worden getoond. Opmerking! De functie kan niet worden ingeschakeld, wanneer de temperatuur in het apparaat te hoog is. 3. Druk op ”START”. Het aftellen wordt gestart. Het basisvenster toont de resterende tijd. Wanneer de tijd is afgelopen, verschijnt een meldingsvenster en er klinkt een akoestisch signaal. 4. Druk op ”ok”. 5. Neem de levensmiddelen uit de koel-/vriesruimte. Opmerking! Druk op ”Timer opnieuw starten”, wanneer u de timer opnieuw wilt starten. 130 nl Alarmfunctie Effectieve inhoud Alarmfunctie De specificaties omtrent de effectieve inhoud vindt u in het apparaat op de typeplaat (zie hoofdstuk ”klantenservice”). Wanneer een alarm wordt geactiveerd, klinkt een waarschuwingstoon en er verschijnt een meldingsvenster. Bedien ”ok” om de waarschuwingstoon uit te schakelen. Koelruimte In de volgende gevallen kan een alarm worden gegeven: De koelruimte gebruiken Deuralarm Het deuralarm schakelt in, wanneer een van de deuren langer dan 30 seconden open staat. Het waarschuwingssignaal gaat uit, wanneer de deur wordt gesloten. Temperatuuralarm Het temperatuuralarm schakelt in, wanneer het in de vries- of koelruimte te warm is en de levensmiddelen in gevaar komen. Voor het bewaren van bakproducten, bereide gerechten, conserven, gecondenseerde melk, kaas, koudegevoelig fruit en groente; Zuidvruchten zoals bijv. mandarijnen, bananen, ananas, meloen, avocados, papaja, passievruchten, aubergine; ook fruit voor narijpen, tomaten, komkommers, groene tomaten, aardappelen. Let bij het indelen van de levensmiddelen op het volgende: Het meldingsvenster geeft het te warme gebied aan. n Zonder gevaar voor de bevroren waren klinkt het temperatuuralarm bij: Laat warme gerechten en dranken buiten het apparaat afkoelen. n Verpak levensmiddelen luchtdicht, zodat deze geen smaak verliezen of uitdrogen. n Inbedrijfname van het apparaat. n Plaatsen van grote hoeveelheden verse levensmiddelen. n Vriesruimte Ontdooide waren niet weer invriezen. Pas na het verwerken in een gerecht (gekookt of gebraden) kan het opnieuw ingevroren worden. De maximale bewaartijd van het product niet meer volledig opgebruiken. n n Blokkeer de luchtuitlaatopeningen niet met levensmiddelen, om de luchtcirculatie niet te beïnvloeden. Breng olie en vet niet in aanraking met de kunststof delen en de deurafdichting. Bewaar alcohol met hoog percentage alleen goed afgesloten en staand. Bewaar geen explosieve stoffen in het apparaat. Explosiegevaar! Koelruimte Wanneer het in de koelruimte te warm is geworden, het opgewarmde product voor de consumptie verwarmen. Rauwe levensmiddelen in geval van twijfel niet meer gebruiken. Vriesruimte De vriesruimte gebruiken: Meldingen n Voor het opslaan van diepvriesproducten. Bij de volgende storingen verschijnt een meldingsvenster: n Voor het bevriezen van levensmiddelen. n Voor het maken van ijsblokjes. n Storing aan de elektronica van het apparaat Opmerking! n Stroomuitval n Netspanning te laag. Let erop dat de deur van de vriesruimte altijd gesloten is. Bij een open deur ontdooien de bevroren waren. Het vriesvak verijst sterk. Bovendien: energieverlies door hoog stroomverbruik. Informatie Wanneer u op | Hoofdmenu | Æ | Info |Æ | Uitsluiting aansprakelijkheid | drukt, wordt het Na het sluiten van de deur van de vriesruimte ontstaat een onderdruk, waardoor een zuigend geluid wordt veroorzaakt. Wacht twee tot drie minuten, tot de onderdruk is gestabiliseerd. volgende getoond: n n n n Uitsluiting aansprakelijkheid Uitsluiting aansprakelijkheid houdbaarheid gekoelde waren Uitsluiting aansprakelijkheid houdbaarheid bevroren waren Uitsluiting aansprakelijkheid voedingswaarde-informatie. 131 nl Max. vriesvermogen Specificaties over het max. vriesvermogen in 24 uur vindt u op de typeplaat (zie hoofdstuk "Klantenservice"). Niet geschikt als verpakking zijn: inpakpapier, vetvrij papier, cellofaan, vuilniszakken, gebruikte boodschappentassen. Vriesvolume volledig gebruiken Geschikt als verpakking zijn: kunststof folie, folie van polyethyleen, aluminiumfolie, diepvriesbakken. U vindt deze producten in de winkel. Om de maximale hoeveelheid vriesproducten onder te brengen, kan de bovenste vriesvak uit het apparaat worden genomen. De levensmiddelen kunnen dan direct op de plateaus en in de onderste vriesvak worden gestapeld. Geschikt voor het afsluiten zijn: rubberen ringen, kunststof clips, bindtouw, koudebestendig plakband e.d. U kunt zakken en folie van polyethyleen met een foliesealapparaat dichtsealen. Invriezen en opslaan Diepvriesproducten inkopen Let al bij het kopen van diepvriesproducten op het volgende: n Controleer de verpakking, of deze is beschadigd. n Controleer de houdbaarheidsdatum. n n n De temperatuur in de winkelkoelruimte moet lager zijn dan -18 °C. Indien dit niet het geval is, wordt de houdbaarheid van de diepvriesproducten minder. Diepvriesproducten pas op het laatst pakken. Diepvriesproducten in kranten gewikkeld of in een koeltas naar huis transporteren. Thuis de diepvriesproducten direct in het vriesvak leggen. Diepvriesproducten voor afloop van de houdbaarheidsdatum gebruiken. Let op bij het indelen: n n Houdbaarheid van het diepvriesproduct Zie hoofdstuk ”Bewaaradvies”. Diepvriesproduct ontdooien Afhankelijk van het soort en het gebruiksdoel kan worden gekozen uit de volgende mogelijkheden: n Bij kamertemperatuur, n in de koelkast, n in elektrische oven, met/zonder heteluchtventilator n in magnetron. Opmerking! Ontdooide waren niet weer invriezen. Pas na het bereiden (koken of braden) kan het opnieuw worden ingevroren. De maximale bewaartijd van het product niet meer volledig opgebruiken. Verpak levensmiddelen luchtdicht, zodat deze geen smaak verliezen of uitdrogen. Vriesvak tot aan de aanslag inschuiven en luchtuitlaatopeningen niet blokkeren met levensmiddelen, om de luchtcirculatie niet te beïnvloeden. IJs- en waterdispenser Afhankelijk van de behoefte kan worden afgenomen: n gekoeld water, Verse levensmiddelen bevriezen n crushed ijs, n ijsblokjes. Gebruik voor het invriezen alleen verse levensmiddelen. Nooit in de ijsblokjesopening grijpen! Gevaar voor lichamelijk letsel! Laat in te vriezen levensmiddelen niet in contact komen met al bevroren levensmiddelen. Verpak levensmiddelen luchtdicht, zodat deze geen smaak verliezen of uitdrogen. Zo verpakt u goed: 1. Levensmiddel in de verpakking doen. 2. Lucht volledig uitdrukken. 3. Verpakking dicht afsluiten. 4. Verpakking beschrijven met inhoud en invriesdatum. 132 ! ! Waarschuwing Opgelet! Geen flessen of levensmiddelen voor snel koelen in de ijsblokjesbak leggen. De ijsmachine kan geblokkeerd raken en beschadigen. nl Let op bij de inbedrijfname IJs- en waterafgifte uit- en inschakelen De ijs- en waterafgifte werkt alleen, wanneer het apparaat is aangesloten op het waterleidingnet. Druk op: Na de inbedrijfname van het apparaat duurt het ca. 24 uur, tot de eerste portie ijsblokjes is gemaakt. Hoofdmenu | Æ | Instellingen | | IJs-/waterdispenser |Æ |Æ Na het aansluiten zitten er nog luchtbellen in de leidingen. Drinkwater net zolang aftappen en afvoeren, tot water zonder luchtbellen kan worden afgetapt. De eerste 5 glazen weggooien. Wanneer de ijsblokjesmachine voor de eerste keer wordt gebruikt, de eerste 30 - 40 ijsblokjes om hygiënische redenen niet gebruiken. Opmerking voor gebruik van de ijsmachine Wanneer de vriesruimte de vriestemperatuur heeft bereikt, stroomt water in de ijsmachine en bevriest in de kamers tot ijsblokjes. De gerede ijsblokjes worden automatisch in de ijsblokjesbak geworpen. Af en toe blijven de ijsblokjes aan elkaar kleven. Bij het transport naar de uitlaatopening komen deze meestal vanzelf los. Inschakelen n Druk op ”ON”. Uitschakelen 1. Druk op ”OFF”. 2. Maak de ijsblokjesbak leeg en maak deze schoon. Wanneer de ijsblokjesbak vol is, schakelt de ijsmachine automatisch uit. 3. Plaats de bak weer. Let erop, dat de ijsblokjesbak in de houder borgt. De ijsmachine is in staat, ca. 140 ijsblokjes in 24 uur te maken. IJs/water aftappen Bij het maken van de ijsblokjes is het zoemen van de waterklep, het stromen van het water in de ijsschalen en het vallen van de ijsblokjes hoorbaar. Let op de kwaliteit van het drinkwater Alle voor de drinkwaterdispenser gebruikte materialen zijn neutraal van geur en smaak. n Toets van de ijs- en waterafgifte (water, crushed ijs of ijsblokjes) kiezen. n Toets net zolang indrukken, tot de gewenste hoeveelheid in het glas zit. Water aftappen: Als het water een bijsmaak heeft, dan kan dat de volgende oorzaken hebben: n het mineraal- en chloorgehalte van het drinkwater; n het materiaal van de waterleiding in huis en van de toevoerleiding; n lock water light e ice cub ice crushed de versheid van het drinkwater. Wanneer er langere tijd geen water is afgenomen, kan het water „muf” smaken. In dit geval ca. 15 glazen met water vullen en weggooien. Wij raden u aan regelmatig wat vers water uit de waterdispenser te tappen en het apparaat niet uit te schakelen. Hierdoor blijft de kwaliteit van het water behouden. Het meegeleverde waterfilter filtert uitsluitend kleine deeltjes uit het toegevoerde water, geen bacteriën of microben. Tip: Het water van de waterdispenser is geschikt voor consumptie gekoeld. Wanneer het water kouder wordt gewenst, voor het aftappen extra ijsblokjes in het glas doen. 133 nl IJsmachine stilleggen IJs afnemen: Wanneer waarschijnlijk langer dan 1 week geen ijsblokjes worden gebruikt (bijv. vakantie), dan moet de ijsmachine tijdelijk worden stopgezet, om aan elkaar vriezen van de ijsblokjes te voorkomen. lock light ice cube crushed water ice Voor het stopzetten van de ijsmachine: 1. IJsblokjesbak uitnemen. 2. Aan/Uit-schakelaar achter de ijsblokjesschaal naar beneden drukken; ijsmachine is uitgeschakeld. IJsblokjes snel Met deze functie kan de productie van ijsblokjes worden versneld. I IJsblokjes snel in- of uitschakelen 0 Druk op: Hoofdmenu | Æ | IJsblokjes snel | |Æ 3. IJsblokjesbak leeg maken en reinigen. Bak weer plaatsen. Let erop, dat de ijsblokjesbak in de houder borgt. Voor weer in bedrijf nemen: Aan/Uit-schakelaar achter de ijsblokjesschaal 5 seconden naar boven drukken; ijsmachine is ingeschakeld. Opmerking! n Schakel de functie aan of uit. Zodra de ijsblokjes klaar zijn, verschijnt een meldingsvenster. In dit venster kunt u de functie uitschakelen of voortzetten. 134 De beschrijving onder de aan-/uit-schakelaar geldt alleen voor de klantenservice en hoeft niet te worden aangehouden. nl Waterfilter ! Waarschuwing Apparaten op plaatsen, waar de waterkwaliteit bedenkelijk is of niet voldoende bekend is, niet zonder desinfectie voor en na de filtering gebruiken. Filterpatronen vervangen Op het beeldscherm verschijnt een meldingsvenster, zodra het filterpatroon moet worden vervangen. Wanneer u op ”Opnieuw herinneren” drukt, verschijnt het meldingsvenster de volgende dag opnieuw. Een filterpatroon voor het deeltjesfilter kan via de klantenservice worden besteld. ! n n n n n Opgelet! Na de inbouw van een nieuw filter de ijsproductie van de eerste 24 uur na het inschakelen van de ijsmachine altijd weggooien. Wanneer het ijs langere tijd niet wordt gebruikt, alle ijsblokjes uit de bak weggooien en ook de ijsproductie van de volgende 24 uur. Wanneer het apparaat of het ijs gedurende meerdere weken of maanden niet actief wordt gebruikt, of de ijsblokjes een onaangename smaak of geur hebben, het waterfilter vervangen. Luchtbellen in het systeem kunnen waterlekkage en losraken van het filterpatroon veroorzaken. Voorzichtig bij het verwijderen. Het filter moet minimaal iedere 6 maanden worden vervangen. Belangrijke opmerking betreffende het waterfilter n n 1. Nieuw filterpatroon plaatsen. 2. Enkele liters water via de waterdispenser aftappen. De lucht wordt daardoor uit het watersysteem verwijderd. 3. Water uit het ouder filterpatroon gieten. Filterpatroon kan via het huisvuil worden afgevoerd. 4. In het meldingsvenster op ”Filter is gewisseld” drukken. Watersysteem staat na gebruik onder een geringe druk. Voorzichtig bij het afnemen van het filter! Wanneer het apparaat langere tijd niet wordt gebruikt of het water onaangenaam ruikt of smaakt, het watersysteem doorspoelen. Daarvoor meerdere minuten water uit de waterdispenser aftappen. Wanneer de onaangename smaak of geur blijft bestaan, filterpatronen vervangen. 135 nl Specificatie- en vermogensblad Voor filtermodel: 9000 225 170 Gebruik makend van vervangend patroon: 9000 077 104 Opmerking! Ondanks dat de testen zijn uitgevoerd onder standaard laboratoriumomstandigheden, kan de werkelijke capaciteit hiervan afwijken. Het model werd door NSF International conform ANSI/NSF‐standaarden 42 & 53 getest en voor de reducering van de hierna genoemde substanties gecertificeerd. De concentratie van de opgegeven in water opgeloste substanties, die in het systeem binnendringen, werd op een waarde onder of gelijk aan de toegestane grenswaarde conform NSF/ANSI 42 en 53 voor uit het apparaat afgetapt water gereduceerd. Het systeem werd als model 9000 225 170 door NSF International gebaseerd op ANSI/NSF‐standaard 53 voor het reduceren van cysten en troebelheid, en gebaseerd op de ANSI/NSF‐standaard 42 voor de reductie van chloorsmaak en -geur getest en gecertificeerd. Nom. deeltjesklasse: I Nominale gebruiksduur: 2.800 liter Substantie Gemiddelde Aanvoercon­ in aanvoer centratie Cysten * 166.500 Troebelheid 10,7 Gemidd. reductie in % Max. toegestane concentratie in afvalwater Max. afvalwater Min. reductie in % NSF‐test Min. 50.000/l 1 99,99 99,95 1 99,99 511077‐03 11 x 1 NTU 0,3 l 97,10 0,5 NTU 0,49 95,42 511078‐03 Deeltjesklasse I 5.700.000 deeltjesgrootte >0,5 tot <1 μm Min. 10.000 deeltjes/ml 30.583 99,52 >85 % 69.000 98,9 511079‐03 Chloorsmaak en troebelheid 2,0 mg/l ±10 % 0,05 97,3 >50 % 0,06 96,84 511081‐03 1,9 Afvalwaterconcentratie * Op basis van het gebruik van cryptosporium parvum oöcysten. Toepassingscriteria/watertoevoerparameters: Waterdruk 207 – 827 kPa Watertemperatuur* Doorstroomsnelheid n 0,6 °C – 38 °C 2,83 l/min. Het systeem moet conform de door de fabrikant aanbevolen richtlijnen worden geïnstalleerd en gebruikt. n Het filter moet iedere 6 - 9 maanden worden vervangen. n Nieuw filter 5 minuten doorspoelen. n Meer informatie vindt u op de garantiekaart. Dit product mag NIET worden gebruikt, wanneer het water microbiologisch schadelijk is of een onbekende kwaliteit heeft, zonder passende desinfectie voor of na de aansluiting op het systeem. Een voor cystereductie gecertificeerd systeem mag voor gedesinfecteerd water worden gebruikt, die onder bepaalde omstandigheden filtreerbare cysten bevat. Voor het totale systeem (behalve het wegwerppatroon) wordt een garantie van een jaar gegeven. Voor wat betreft de wegwerppatronen wordt een garantie alleen voor materiaal- en fabricagefouten gegeven. De gebruiksduur van de wegwerpfilterpatronen hangt af van de plaatselijke wateromstandigheden, zodat daarvoor geen garantie wordt verleend. Meer informatie over de prijzen van reserve-onderdelen kunt u krijgen bij uw plaatselijke dealer. Gefabriceerd door: 3 M Material Technology (Guangzhou) Ltd. 9 Nanxiang Er road, Science City, Guangzhou, 510663, P.R. China 136 nl Uitrusting van het apparaat Plateaus Groentelade met vochtfilter De groentelade wordt door een speciaal filter afgedekt, die lucht doorlaat, maar vocht tegenhoudt. Bij hoge luchtvochtigheid blijft bladgroente langer vers. Groente en fruit moeten bij wat lagere luchtvochtigheid worden bewaard. De luchtvochtigheid in de groentevakken is afhankelijk van de hoeveelheid bewaarde levensmiddelen. Een te hoge luchtvochtigheid kan zorgen voor druppelvorming en daardoor bederf tot gevolg hebben. Plateau naar voren trekken, neerlaten en zijwaarts uitdraaien. Hoge luchtvochtigheid Regelaar links - ventilatieopening is gesloten. Lage luchtvochtigheid Regelaar rechts - ventilatieopening is open. Voorraadvakken deuren optillen en uitnemen. Invrieskalender (niet bij alle modellen) De getallen bij de symbolen geven de toegestane bewaartijd in maanden aan voor de diepvriesproducten. Bij diepvriesproducten, die in de winkel verkocht worden, moet de fabricagedatum of de houdbaarheidsdatum worden aangehouden. 137 nl Apparaat uitschakelen en stil zeten 4. Reinig het apparaat met een zachte doek, lauwwarm water en wat pH-neutraal afwasmiddel. Het spoelwater mag niet bij de verlichting terecht komen. Apparaat uitschakelen 5. De deurafdichting alleen met schoon water afvegen en daarna grondig droog wrijven. 1. Apparaat uitschakelen. 2. Netstekker lostrekken. Apparaat stil zetten Wanneer u het apparaat langere tijd niet gebruikt: 6. Na het schoonmaken het apparaat weer aansluiten en inschakelen. 7. Diepvriesproducten weer terugleggen. Vochtfilter reinigen 1. Watertoevoer naar het apparaat enkele uren voor het uitschakelen afsluiten. 2. Alle levensmiddelen uit het apparaat nemen. 3. Apparaat uitschakelen 4. Netstekker lostrekken of zekering uitschakelen. 5. IJsblokjesbak leeg maken en reinigen. 6. Apparaat inwendig reinigen (zie hoofdstuk ”Reinigen“). 7. Apparaatdeuren open laten, om geurvorming te voorkomen. Ontdooien Vriesruimte Door het volautomatische Nofrost-systeem blijft de vriesruimte ijsvrij. Ontdooien is niet meer nodig. Koelruimte Het ontdooien wordt automatisch uitgevoerd. Het dooiwater loopt weg via het afvoergat in een verdampingsbak aan de achterzijde van het apparaat. Reinigen ! Waarschuwing n Nooit het apparaat met een stoomreiniger reinigen! n Gebruik geen zand-, chloor- of zuurhoudende schoonmaak- en oplosmiddelen. n Gebruik geen schurende of krassende sponzen. Op metalen oppervlakken kan corrosie ontstaan. n Nooit plateaus en bakken in de afwasmachine schoonmaken. De delen kunnen vervormen! Ga als volgt te werk: 1. Apparaat met aan-/uit-toets uitschakelen. 2. Netstekker lostrekken resp. zekering uitschakelen. 3. Diepvriesproducten wegnemen en op een koele plaats bewaren. Koelelement (indien aanwezig) op de levensmiddelen leggen. 138 Wateropvangbak reinigen Het water verzamelt zich in de wateropvangbak. Voor het leegmaken en reinigen het filter afnemen. Wateropvangbak met spons of wateropnemende doek schoonvegen. lock light ice cube ice crushed water nl Verlichting Bedrijfsgeluiden (niet bij alle modellen) Normale geluiden Gloeilampen in koel- en vriesruimte vervangen 1. Apparaat met aan-/uit-toets uitschakelen. 2. Netstekker lostrekken resp. zekering uitschakelen. 3. Afdekplaat afnemen. Brommen - motoren lopen (bijv. koelaggregaat, ventilator). Bubbelende, slurpende of gorgelende geluiden koelmiddel stroomt door de leidingen of water in de ijsmachine. Klikken - motor, schakelaar of magneetventielen schakelen in/uit. Rommelen - ijsblokjes vallen vanuit de ijsmachine in de ijsblokjesbak. Geluiden voorkomen Het apparaat staat niet horizontaal Lijn a.u.b. het apparaat uit m.b.v. een waterpas. Gebruik daarvoor de schroefvoeten of leg er wat onder. 4. Gloeilampen vervangen (reserve lamp: 220-240 V wisselspanning, aansluiting E14, Watt zie defecte lamp). 5. Afdekplaat weer monteren. Energie besparen n Apparaat opstellen in een droge, geventileerde ruimte! Het apparaat mag niet direct in de zon of in de nabijheid van een warmtebron staan (bijv. radiator, open haard). n Gebruik eventueel een isolatieplaat. n De be- en ontluchtingsopeningen van het apparaat niet afsluiten. n Warme levensmiddelen en dranken eerst laten afkoelen, dan in het apparaat zetten! n Zet het apparaat los van andere meubels of apparaten. Vakken of plateaus wiebelen of klemmen Controleer de uitneembare onderdelen en plaats deze eventueel opnieuw. Flessen of vaten raken elkaar Zet de flessen of verpakkingen iets uit elkaar. Plaats de diepvriesproducten voor het ontdooien in uw koelruimte. De koude van het diepvriesproduct gebruiken voor het koelen van levensmiddelen. n Apparaat zo kort mogelijk openen! n Let erop dat de deur van de vriesruimte altijd gesloten is. n Het apparaat staat ergens tegenaan Indien aanwezig: Wandafstandshouder monteren, om het gespecificeerde energieverbruik van het apparaat te bereiken (zie hoofdstuk "Apparaat opstellen", paragraaf "Ventilatie"). Een gereduceerde wandafstand beperkt de goede werking van het apparaat niet. Het energieverbruik kan wel veranderen. 139 nl Kleine storingen zelf opheffen Voordat u contact opneemt met de klantenservice: Controleer, of u de storing met behulp van de volgende instructies zelf kunt oplossen. Voer een apparaatzelftest uit (zie hoofdstuk "Apparaatzelftestmodus"). U moet de kosten voor de klantenservice zelf dragen, ook tijdens de garantieperiode! Storing Mogelijke oorzaak Temperatuur wijkt sterk af van de instelling. Oplossing In bepaalde gevallen is het voldoende wanneer u het apparaat gedurende 5 minuten uitschakelt. Wanneer de temperatuur te hoog is, controleer dan na enkele uren, of een temperatuurverbetering heeft plaatsgevonden. Wanneer de temperatuur te laag is, controleer dan de volgende dag de temperatuur nogmaals. Geen weergave op het bedieningselement. De netstekker van het apparaat zit niet goed in het stopcontact. De zekering van de huisinstallatie is uitgeschakeld. Controleer, of de spanning aanwezig is, de zekering moet zijn ingeschakeld. Meldingsvenster elektronicastoring wordt getoond. Elektronica is defect. Klantenservice inschakelen. Waarschuwingstoon klinkt en meldingsvenster temperatuuralarm in vriesgedeelte wordt getoond. In de vriesruimte is het te warm! Gevaar voor de diepvriesproducten! Getoonde storingsnummer aan de klantenservice doorgeven. Na het bedienen van “ok” is de waarschuwingstoon uitgeschakeld. Deur vriesruimte is open. Deuren sluiten. Be- en ontluchtingsopeningen zijn bedekt. Hindernissen wegnemen. Er zijn te veel levensmiddelen in één keer voor bevriezen geplaatst. Het max. vriesvermogen niet overschrijden. Opmerking! Ontdooide diepvriesproducten kunnen opnieuw worden ingevroren wanneer vlees en vis niet langer dan één dag, andere producten niet langer dan drie dagen warmer waren dan +3 °C. De verlichting werkt niet. De lichtschakelaar klemt. Controleer of de lichtschakelaar kan worden bewogen. De verlichting is defect. Zie hoofdstuk ”Verlichting”. Apparaat maakt tijdelijk meer geluid. Geen storing! U apparaat is voor een energiebesparend gebruik ontwikkeld. Onder bepaalde omstandigheden (bijv. inschakelen van de Super-functie) moet het apparaat kortstondig meer vermogen leveren en wordt daardoor minder stil. Apparaat heeft geen koelvermogen. Apparaat is uitgeschakeld. Controleer, of de spanning aanwezig is, de zekering moet zijn ingeschakeld. De verlichting werkt niet. Netspanningsuitval. Controleer of de spanning aanwezig is. Geen weergave op het bedieningselement. Zekering is uitgeschakeld. Zekering controleren. Netstekker zit niet goed vast. Controleer, of de netstekker goed vast zit. 140 nl Storing Mogelijke oorzaak Oplossing De compressor schakelt steeds vaker en langer in. Vaak openen van de apparaatdeur. Deur niet onnodig openen. De be- en ontluchtingsopeningen zijn bedekt. Hindernissen wegnemen. Bevriezen van grotere hoeveelheden verse levensmiddelen. Het max. vriesvermogen niet overschrijden. In de koelruimte of Temperatuur is te koud ingesteld. vriesruimte is het te koud. Temperatuur hoger instellen (zie hoofdstuk “Temperatuur instellen”). Het diepvriesproduct is vastgevroren. Diepvriesproduct met een stomp object losmaken. Niet met een mes of ander scherp object werken. Waterdispenser en ijsmachine Storing Mogelijke oorzaak Oplossing Ondanks een langere bedrijfstijd worden geen ijsblokjes geleverd. Waterkraan gesloten. Waterkraan openen. IJsblokjes zijn aanwezig in de ijsblokjesbak, maar worden niet uitgeworpen. Watertoevoer is onderbroken. Waterdruk Installateur inschakelen. te laag. IJsmachine is stopgezet. IJsmachine weer inschakelen (zie hoofdstuk "IJs- en waterafgifte, ijsmachine stoppen”). IJs- en waterafgifte is uitgeschakeld. IJs- en waterafgifte weer inschakelen (zie hoofdstuk "IJs- en waterafgifte in- en uitschakelen”). Vriesruimte te warm. De temperatuur in de vriesruimte kouder instellen (zie hoofdstuk "Temperatuur instellen"). IJsblokjes zijn aan elkaar vastgevroren. IJsblokjesbak uitnemen en leeg maken. IJsblokjes zitten vastgeklemd in de uitlaat van de ijsblokjesbak of in de ijscrusher. IJsblokjesbak uitnemen en transportschroef met de hand verdraaien. Eventueel vastgeklemde stukken ijs met een houten staaf losmaken. IJsblokjes zijn waterig. IJsblokjesbak uitnemen, leeg maken en droog wrijven. IJsblokjes zijn aan het ontdooien. Waterdispenser werkt niet. Deur vriesruimte geopend. Deuren sluiten. Stroomuitval. Controleer of de spanning aanwezig is. Waterkraan gesloten. Waterkraan openen. Watertoevoer is onderbroken. Waterdruk Installateur inschakelen. te laag. 141 nl Storing Mogelijke oorzaak Oplossing IJsmachine maakt niet voldoende ijs of het ijs is vervormd. Apparaat of ijsmachine werd pas kortgeleden ingeschakeld. Het duurt ca. 24 uur, voordat de ijsproductie begint. Er werd een grote hoeveelheid ijs afgenomen. Het duurt ca. 24 uur, voordat de ijsblokjesbak weer is gevuld. Lage waterdruk. Apparaat alleen op de voorgeschreven waterdruk aansluiten. (zie hoofdstuk “apparaat aansluiten”, paragraaf “wateraansluiting”). Waterfilter verstopt of verbruikt. Waterfilter vervangen. Borrelende, gorgelende geluiden uit de waterleiding. Watertoevoer is onderbroken of verstopt. Watertoevoer controleren. Controleren of de waterleiding verstopt is. In sommige gevallen is het voldoende om de ijs- en waterafgifte kort uit te schakelen (zie het hoofdstuk „IJs- en waterafgifte uiten inschakelen”). Apparaatzelftestmodus Klantenservice Uw apparaat heeft een automatisch zelftestprogramma, dat storingsbronnen aangeeft, die alleen door uw klantenservice kunnen worden opgeheven. U vindt de klantenservice bij u in de buurt in het telefoonboek of in het overzicht. Geef aan uw klantenservice het artikelnummer (E-nr.) en het fabricagenummer (FD-nr.) van het apparaat door. U vindt deze op de typeplaat.5 Zelftestprogramma starten Druk op: | Hoofdmenu | Æ | Instellingen |Æ | Apparaat zelftestmodus | Het zelftestprogramma start. Volg de instructies van het zelftestprogramma. Meld een storing bij de klantenservice. Help mee om onnodige voorrijdkosten te voorkomen door het artikel- en fabricagenummer door te geven. U bespaart de daaraan gekoppelde extra kosten. Reparatieopdracht en advies bij storingen De contactgegevens van alle landen vindt u in het bijgaande klantenservice-overzicht. NL 142 088 424 4020
1 / 1

Siemens KA62DV78 Handleiding

Categorie
Koelkast-diepvriezers
Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor

Gerelateerde artikelen