9 / NL
Waterkoker / Gebruikershandleiding
4 Informate
4.1 Reiniging en onderhoud
A
WAARSCHUWING:
Gebruik
nooit benzine, oplosmiddelen,
schuurmiddelen, metalen
voorwerpen of harde borstels om
het apparaten te reinigen.
A
WAARSCHUWING:
Dompel
het apparaat, de basis (8) of het
stroomsnoer nooit in water of een
andere vloeistof.
1. Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit
het stopcontact.
2. Laat het apparaat volledig afkoelen.
3. Gebruik een vochtige zachte doek en wat mild
schoonmaakmiddel om de buitenkant van het
apparaat te reinigen.
4. Het waterfilter (2) kan worden verwijderd om te
worden schoongemaakt. Procedure:
– Druk de vergrendeling naar beneden en
neem het filter eruit.
– Maak, afhankelijk van de aanwezige
kalkaanslag, het filter schoon met water
en een beetje citroensap of azijn. Gebruik
hiervoor een zachte borstel.
– Plaats het filter opnieuw vanaf de bovenkant
tot het op zijn plaats klikt.
C
Droog alle onderdelen zorgvuldig
met een zachte doek, voordat u het
apparaat na het reinigen gebruikt.
4.2 Ontkalken van de
waterkoker
Ontkalken verlengt de levensduur van uw
waterkoker. De ontkalkingsperiode is afhankelijk
van de waterhardheid in uw omgeving.
1. Vul de waterkoker met water tot het maximale
peil en kook het.
2. Trek, zodra de waterkoker is uitgegaan, de
stekker uit het stopcontact.
3. Voeg 2 koppen azijn of 1 eetlepel citroenzuur
toe aan het gekookte water.
4. Laat de oplossing twee uur in de waterkoker
zitten.
5. Schenk dan leeg en spoel de binnenkant van de
waterkoker grondig uit.
6. Vul de waterkoker met zuiver water en kook dit.
7. Maak de waterkoker weer leeg en spoel
opnieuw met water.
C
Als u nog kalkaanslag ziet, moet u de
procedure herhalen.
C
U kunt ook een geschikt
ontkalkmiddel gebruiken. Wanneer
u een ontkalker gebruikt, moet u
de instructies voor die ontkalker
opvolgen.
4.3 Opslag
• Als u van plan bent het apparaat gedurende een
lange periode niet te gebruiken, berg het dan
zorgvuldig op.
• Zorg ervoor dat de stekker van het apparaat
uit het stopcontact is gehaald en het apparaat
afgekoeld en volledig droog is.
• Bewaar het apparaat op een koele, droge plaats.
• Zorg dat het apparaat buiten het bereik van
kinderen wordt gehouden.
• Wind het snoer op rond de kabelspoel (9) aan de
onderkant van het onderstel (8).
4.4 Hanteren en vervoeren
• Draag het apparaat bij hanteren en vervoeren
in de oorspronkelijke verpakking. De verpakking
van het apparaat beschermt het tegen fysieke
beschadiging.
• Zet niets zwaars op het apparaat of op de
verpakking. Het apparaat kan beschadigd raken.
• Het laten vallen van het apparaat kan ervoor
zorgen dat het niet meer werkt of permanente
schade veroorzaken.