Indesit IDPA G45 A2 ECO (EU) Gebruikershandleiding

Type
Gebruikershandleiding
NL
49
Nederlands
NL
IDPA G45 A2 ECO
Gebruiksaanwijzing
WASDROGER
Dit symbool herinnert u eraan om deze
gebruikshandleiding te lezen.
! Houd het boekje altijd bij de hand, om het gemakkelijk te kunnen
raadplegen zovaak als nodig is.
Houd het boekje altijd dicht bij de wasdroger; als men het appara-
at verkoopt of weggeeft, moet men zich herinneren om dit boekje
ook erbij te geven, zodat de nieuwe bezitters kennis kunnen
nemen van de waarschuwingen en hints voor het gebruik van de
wasdroger.
! Lees zorgvuldig deze aanwijzingen: op de volgende pagina’s
vindt men belangrijk informatie over de installatie en nuttige wen-
ken voor de werking van het toestel.
www.indesit.com
Inhoudsopgave
Installatie, 50
Waar men de wasdroger moet installeren
Ventilatie
Electrische aansluiting
Informatie vooraf
Waarschuwingen, 52
Algemene veiligheid
Energiebesparing en respect voor et milieu
Zorg en onderhoud, 54
Onderbreking van de electrische voeding
Reiniging van het filter na elke cyclus
Controle van het mandje na elke cyclus
Legen van het watervat na elke cyclus
Reiniging van de Filtereenheid van de Warmtepomp
Reiniging van de wasdroger
Beschrijving van de wasdroger, 56
Eigenschappen
Bedieningspaneel
Hoe men de machine laat drogen, 58
Starten en kiezen van het programma
Programma’s en opties, 59
Tabel van de programma’s
Speciale programma’s
Opties
Openen van het deurtje
De Was, 62
Sorteren van de was
Wasetiketten
Droogtijden
Problemen en oplossingen, 63
Service, 64
Reserveonderdelen
Belangrijke contactinformatie
Informatie betreffende recycling en afvalverwijdering
50
NL
10 mm
15 mm
15 mm
Installatie
Waar men de wasdroger moet
installeren
Voor een optimale
werking moet de
droogautomaat bij een
kamertemperatuur
van 20 tot 23 °C
worden geplaatst. Hij
werkt echter ook bij
kamertemperatuur tussen
14 en 30 °C. Indien het
toestel geïnstalleerd moet
worden onder een bank, is het noodzakelijk om
een ruimte van 10 mm vrij te laten tussen het
bovenste paneel van het apparaat en andere
voorwerpen hierboven, ook moet er 15 mm vrije
ruimte zijn tussen de zijkanten van het apparaat
en de wanden of meubels ernaast. Op deze
manier is men er zeker van dat er voldoende
luchtcirculatie is.
Het apparaat moet met de achterwand tegen
een muur aan worden geïnstalleerd.
Ventilatie
Zorg ervoor dat de wasdroger niet in een vochtige omgeving
wordt gezet en dat de lucht hierin voldoende wordt ververst. Het
is van fundamenteel belang dat de lucht rondom de wasdroger
kan bewegen, anders kan het water tijdens het drogen niet
condenseren; de wasdroger doet het dus niet goed in een
gesloten ruimte, of binnenin een meubel.
Indien de wasdroger in een kleine of koude kamer wordt
gebruikt is het mogelijk dat zich condens vormt.
Afvoer van het water
Indien de machine dichtbij een afvoerleiding wordt geplaatst,
kan men het condenswater hierdoor afvoeren en hoeft men
het watervat niet te gebruiken. In dit geval hoeft men dit
watervat dus niet na elke cyclus te legen.
Indien de wasdroger boven of naast een wasmachine staat,
kunnen ze dezelfde afvoer gebruiken. Het is voldoende als
men de slang in afbeelding A losmaakt en op de afvoer
aansluit.
Indien de slang niet bij de afvoer komt, kan men een slang
met dezelfde diameter aanschaffen om de afstand te
overbruggen.
Om deze nieuwe slang te installeren is het voldoende om de
bestaande te vervangen, zoals aangegeven in de afbeelding
B en deze op dezelfde plaats in te steken.
De afvoer moet zich 1 m lager bevinden dan de bodem
van de wasdroger.
Na dat men de wasdroger heeft geïnstalleerd, moet
men controleren dat de afvoerslang niet gevouwen of
vervormd is.
1
2
2
1
Less than 1m
Afb. A Afb. B
Het is niet aan te raden om de wasdroger
in een kast te installeren; het toestel mag
nooit worden geïnstalleerd achter een deur
die met sleutel kan worden gesloten, een
schuifdeur of een deur met de scharnieren
aan de andere kant ten opzichte van het
deurtje van de wasdroger.
Electrische aansluiting
Voordat men de steker in de electrische
contactdoos steekt moet men het volgende
controleren:
Dat uw handen droog zijn.
De steker is voorzien van een
aardaansluiting.
De contactdoos moet het maximale
vermogen van de machine kunnen
verdragen, men vindt deze aanwijzing op
het typeplaatje met de technische gegevens
(zie Beschrijving van de wasdroger).
De voedingsspanning moet in het bereik
liggen, dat is aangegeven op het
typeplaatje met de technische gegevens
(zie Beschrijving van de wasdroger).
Gebruik geen verlengsnoeren. Trek niet
aan het netsnoer. Gebruik niet meerdere
stekkeradapters indien het apparaat met
een stekker is uitgerust. Voor apparaten
voorzien van een stekker, als de stekker
niet geschikt voor uw wandcontactdoos is,
contact opnemen met een gekwalificeerde
technicus.
De wasdroger mag niet buiten worden
geïnstalleerd, zelfs als deze afgedekt is.
Na installatie van de wasdroger moeten de
electrische kabel en de steker onder
handbereik blijven.
De electrische kabel mag niet gevouwen of
platgedrukt worden.
Als de te vervangen steker aan het snoer
gegoten is, moet men deze op een veilige
manier onbruikbaar maken en ontzorgen. Laat
hem dus NIET achter, anders zou iemand hem
in een contactdoos kunnen steken en een
electrische schok veroorzaken.
De elektrische kabel moet regelmatig worden
gecontroleerd. Als de voedingskabel beschadigd
is, moet hij, worden vervangen de servicedienst
(zie Service).
De fabrikant aanvaardt geen enkele
aansprakelijkheid indien men zich niet aan
deze regels houdt.
In geval van twijfel over het
bovenstaande wordt men verzocht contact
op te nemen met een gekwalificeerde
electricien.
Nivellering van de droger
Ten behoeve van een correcte werking moet de
droger op een plat vlak worden geïnstalleerd.
Nadat de droger op zijn definitieve plaats
is geïnstalleerd, moet u controleren of hij
waterpas staat: eerst van links naar rechts,
vervolgens van achter naar voor. Als de droger
niet waterpas staat, regelt u de twee voorste
stelvoetjes naar boven of naar beneden totdat
het apparaat waterpas staat.
Informatie vooraf
Heeft men de wasdroger geïnstalleerd, dan moet men hem
eerst schoonmaken (vanwege het transport), de droogtrommel
van binnen reinigen en dan pas in gebruik nemen.
OPGELET: de droger mag pas gebruikt worden als deze
minimaal 6 uur in verticale stand gestaan heeft.
NL
51
Maximale afmetingen van de lading: 8 kg
10 mm
15 mm
15 mm
Installatie
Waar men de wasdroger moet
installeren
Voor een optimale
werking moet de
droogautomaat bij een
kamertemperatuur
van 20 tot 23 °C
worden geplaatst. Hij
werkt echter ook bij
kamertemperatuur tussen
14 en 30 °C. Indien het
toestel geïnstalleerd moet
worden onder een bank, is het noodzakelijk om
een ruimte van 10 mm vrij te laten tussen het
bovenste paneel van het apparaat en andere
voorwerpen hierboven, ook moet er 15 mm vrije
ruimte zijn tussen de zijkanten van het apparaat
en de wanden of meubels ernaast. Op deze
manier is men er zeker van dat er voldoende
luchtcirculatie is.
Het apparaat moet met de achterwand tegen
een muur aan worden geïnstalleerd.
Ventilatie
Zorg ervoor dat de wasdroger niet in een vochtige omgeving
wordt gezet en dat de lucht hierin voldoende wordt ververst. Het
is van fundamenteel belang dat de lucht rondom de wasdroger
kan bewegen, anders kan het water tijdens het drogen niet
condenseren; de wasdroger doet het dus niet goed in een
gesloten ruimte, of binnenin een meubel.
Indien de wasdroger in een kleine of koude kamer wordt
gebruikt is het mogelijk dat zich condens vormt.
Afvoer van het water
Indien de machine dichtbij een afvoerleiding wordt geplaatst,
kan men het condenswater hierdoor afvoeren en hoeft men
het watervat niet te gebruiken. In dit geval hoeft men dit
watervat dus niet na elke cyclus te legen.
Indien de wasdroger boven of naast een wasmachine staat,
kunnen ze dezelfde afvoer gebruiken. Het is voldoende als
men de slang in afbeelding A losmaakt en op de afvoer
aansluit.
Indien de slang niet bij de afvoer komt, kan men een slang
met dezelfde diameter aanschaffen om de afstand te
overbruggen.
Om deze nieuwe slang te installeren is het voldoende om de
bestaande te vervangen, zoals aangegeven in de afbeelding
B en deze op dezelfde plaats in te steken.
De afvoer moet zich 1 m lager bevinden dan de bodem
van de wasdroger.
Na dat men de wasdroger heeft geïnstalleerd, moet
men controleren dat de afvoerslang niet gevouwen of
vervormd is.
1
2
2
1
Less than 1m
Afb. A Afb. B
Het is niet aan te raden om de wasdroger
in een kast te installeren; het toestel mag
nooit worden geïnstalleerd achter een deur
die met sleutel kan worden gesloten, een
schuifdeur of een deur met de scharnieren
aan de andere kant ten opzichte van het
deurtje van de wasdroger.
Electrische aansluiting
Voordat men de steker in de electrische
contactdoos steekt moet men het volgende
controleren:
Dat uw handen droog zijn.
De steker is voorzien van een
aardaansluiting.
De contactdoos moet het maximale
vermogen van de machine kunnen
verdragen, men vindt deze aanwijzing op
het typeplaatje met de technische gegevens
(zie Beschrijving van de wasdroger).
De voedingsspanning moet in het bereik
liggen, dat is aangegeven op het
typeplaatje met de technische gegevens
(zie Beschrijving van de wasdroger).
Gebruik geen verlengsnoeren. Trek niet
aan het netsnoer. Gebruik niet meerdere
stekkeradapters indien het apparaat met
een stekker is uitgerust. Voor apparaten
voorzien van een stekker, als de stekker
niet geschikt voor uw wandcontactdoos is,
contact opnemen met een gekwalificeerde
technicus.
De wasdroger mag niet buiten worden
geïnstalleerd, zelfs als deze afgedekt is.
Na installatie van de wasdroger moeten de
electrische kabel en de steker onder
handbereik blijven.
De electrische kabel mag niet gevouwen of
platgedrukt worden.
Als de te vervangen steker aan het snoer
gegoten is, moet men deze op een veilige
manier onbruikbaar maken en ontzorgen. Laat
hem dus NIET achter, anders zou iemand hem
in een contactdoos kunnen steken en een
electrische schok veroorzaken.
De elektrische kabel moet regelmatig worden
gecontroleerd. Als de voedingskabel beschadigd
is, moet hij, worden vervangen de servicedienst
(zie Service).
De fabrikant aanvaardt geen enkele
aansprakelijkheid indien men zich niet aan
deze regels houdt.
In geval van twijfel over het
bovenstaande wordt men verzocht contact
op te nemen met een gekwalificeerde
electricien.
Nivellering van de droger
Ten behoeve van een correcte werking moet de
droger op een plat vlak worden geïnstalleerd.
Nadat de droger op zijn definitieve plaats
is geïnstalleerd, moet u controleren of hij
waterpas staat: eerst van links naar rechts,
vervolgens van achter naar voor. Als de droger
niet waterpas staat, regelt u de twee voorste
stelvoetjes naar boven of naar beneden totdat
het apparaat waterpas staat.
Informatie vooraf
Heeft men de wasdroger geïnstalleerd, dan moet men hem
eerst schoonmaken (vanwege het transport), de droogtrommel
van binnen reinigen en dan pas in gebruik nemen.
OPGELET: de droger mag pas gebruikt worden als deze
minimaal 6 uur in verticale stand gestaan heeft.
Stroomverbruik
O modus (Po) - Watts 0.17
modus aan (PI)- Watts
2.08
Programmas Kg kWh Minuten
Standaard katoen*
8 2.02 225
Standaard katoen
4 1.04 126
Synthetisch 4 0.66 75
* Referentieprogramma voor het energielabe, dat
dit geschikt is voor het drogen van normaal vochtig
katoenen wasgoed en dat dit qua energieverbruik
het meest eciënte programma is voor het drogen
van vochtig katoenen wasgoed.
52
NL
! Dit apparaat is ontworpen en uitgevoerd
volgens de geldende internationale
veiligheidsnormen. Deze aanwijzingen zijn
voor uw eigen veiligheid geschreven en
moeten aandachtig worden doorgenomen.
Algemene veiligheid
Deze droger mag niet worden gebruikt
door personen (kinderen van 8 jaar en
ouder inbegrepen) met beperkte fysieke,
gevoels- of mentale capaciteit, of zonder
ervaring of kennis, tenzij ze onder toezicht
staan of aanwijzingen ontvangen over het
gebruik van het toestel van personen die
verantwoordelijk zijn voor hun veiligheid.
Deze droger is ontwikkeld voor niet
professioneel huishoudelijk gebruik.
Raak het apparaat niet aan als u
blootsvoets bent of met natte handen of
voeten.
Schakel het apparaat los van het
elektriciteitsnet door aan de stekker zelf te
trekken en niet aan de kabel.
Doe de droger na het gebruik uit en
schakel hem los van het elektriciteitsnet.
Houd de deur dicht om te voorkomen dat
kinderen met de droger spelen.
Let goed op kinderen om te voorkomen
dat ze met de droger spelen.
Onderhoud en reiniging mogen niet
worden uitgevoerd door kinderen zonder
supervisie.
Kinderen van 3 jaar of minder mogen niet
dicht bij de droger komen, tenzij onder
constant toezicht.
Het apparaat moet juist geïnstalleerd
worden en moet goed geventileerd zijn.
De luchttoevoer op de voorzijde van
de droger en de luchtroosters aan de
achterzijde mogen nooit worden bedekt
(zie Installatie).
Gebruik de droger nooit op een
vloerbedekking als de hoogte van de haren
belemmert dat er lucht wordt toegevoerd
via de onderzijde van de droger.
Controleer of de droger leeg is voordat u
hem inlaadt.
De achterzijde van de droger kan erg
heet worden: raak hem nooit aan als
het apparaat in werking is.
Gebruik de droger niet als het filter, het
waterreservoir en de Warmtepomp niet
goed op hun plaats zitten (zie Onderhoud).
Doe niet teveel wasgoed in de droger ( zie
Wasgoed voor maximaal laadvermogen).
Doe geen drijfnatte was in de droger.
Volg altijd aandachtig de was- en
drooginstructies op de etiketten van de
kledingstukken (zie Wasgoed).
Doe geen overmatig grote kledingstukken
in de droger.
Droog geen acrylvezels op hoge
temperatuur.
Schakel de droger niet uit als er nog warm
wasgoed in zit.
Reinig het filter na elk gebruik (zie
Onderhoud en verzorging).
Leeg het waterreservoir na elk gebruik (zie
Onderhoud).
Reinig regelmatig de Warmtepomp (zie
Onderhoud) .
Vermijd het ophopen van pluis rondom de
droger.
Ga niet op het bovenpaneel van de droger
staan omdat u het apparaat zou kunnen
beschadigen.
Respecteer altijd de normen en de
elektrische eigenschappen (zie Installatie) .
Koop altijd originele accessoires en
reserveonderdelen (zie Service).
Om het risico op brandontwikkeling
in uw droogautomaat te
minimaliseren, moeten de volgende
instructies in acht worden genomen:
Droog alleen artikelen in de droogautomaat
die gewassen zijn met wasmiddel en
water en die vervolgens zijn afgespoeld en
gecentrifugeerd. Het drogen van artikelen
die NIET met water zijn gewassen kan
brandgevaar opleveren.
Droog geen kleding die behandeld is met
chemische middelen.
Stop geen items in de droogautomaat
die zijn bemorst of doordrenkt met
plantaardige olie of slaolie, aangezien
dit risico’s op brandontwikkeling
teweegbrengt. Oliebevattende items
kunnen spontaan ontbranden, in
het bijzonder wanneer ze worden
blootgesteld aan hittebronnen zoals
een droogautomaat. De items worden
warm, wat een oxidatiereactie met de olie
veroorzaakt. Door oxidatie ontstaat hitte.
Als de hitte niet kan ontsnappen, kunnen
de items zo warm worden dat ze vuur
vatten. Het opeenstapelen of opbergen van
oliebevattende items kan ertoe leiden dat
de hitte niet kan ontsnappen waardoor er
een risico op brandontwikkeling ontstaat.
Als het onvermijdelijk is dat stoffen die
plantaardige olie of slaolie bevatten of die
vervuild zijn met haarverzorgingsproducten,
in een droogautomaat worden geplaatst,
moeten ze eerst worden gewassen
met extra wasmiddel – dit zal het risico
verminderen maar niet volledig elimineren.
De items mogen niet uit de droogautomaat
worden gehaald en opeengestapeld
wanneer ze nog warm zijn.
Droog geen items die voordien zijn
gereinigd in, zijn gewassen in, zijn
doordrenkt met of zijn vervuild met
petrolium/benzine, solventen voor
chemische reiniging of andere ontvlambare
of explosieve substanties. Erg ontvlambare
stoffen die vaak worden gebruikt in
huishoudelijke omgevingen, waaronder
slaolie, aceton, gedenatureerde alcohol,
kerosine, vlekverwijderaars ,terpentijn, was
en wasverwijderaars. Zorg ervoor dat deze
items zijn gewassen in warm water met
een extra hoeveelheid wasmiddel alvorens
ze worden gedroogd in de droogautomaat.
Droog geen items die schuimrubber of
gelijkaardige rubberachtige materialen
met dezelfde structuur bevatten.
Schuimrubbermaterialen kunnen, wanneer
ze worden verwarmd, vuur produceren
door spontante ontbranding.
Wasverzachter of gelijkaardige producten
mogen niet worden gebruikt in een
droogautomaat om statische elektriciteit
te voorkomen, tenzij de praktijk specifiek
wordt aanbevolen door de fabrikant van de
wasverzachter.
Droog geen ondergoed dat metalen
verstevigingen bevat, zoals beha’s met
metalen beugels. Wanneer de metalen
beugels loskomen tijdens het drogen, kan
de droogautomaat worden beschadigd.
Droog geen rubber, plastic items zoals
douchekapjes of waterdichte hoezen voor
babies, polyethyleen of papier.
Droog geen items met een rubberen
achterkant, kledij met schuimrubberen
vulkussentjes, kussens, overschoenen en
tennisschoenen met rubberen coating.
Verwijder alle voorwerpen, zoals aanstekers
en lucifers, uit de zakken.
! BELANGRIJK: stop de droger nooit voor
het einde van de droogcyclus, tenzij u alle
kledingstukken snel verwijdert en ophangt
zodat de warmte wordt verdreven.
Energiebesparing en respect voor het
milieu
Voor u de kledingstukken droogt kunt u ze beter goed
uitwringen om zoveel mogelijk water te verwijderen
(als het wasgoed uit de wasautomaat komt kunt u de
centrifuge gebruiken). Op deze manier bespaart u energie
tijdens het drogen.
Als u de droger altijd met volle lading gebruikt bespaart u
energie: enkele kledingstukken en kleine ladingen doen er
langer over om te drogen.
Reinig het filter aan het einde van elke cyclus zodat
de kosten van energie kunnen worden beperkt (zie
Onderhoud) .
! WAARSCHUWING: Stop de droger nooit
voor het einde van de droogcyclus, tezij
u alle artikelen snel uit de droger haalt
en ze uitspreidt, zodat de warmte wordt
afgevoerd.
Waarschuwingen
NL
53
een risico op brandontwikkeling ontstaat.
Als het onvermijdelijk is dat stoffen die
plantaardige olie of slaolie bevatten of die
vervuild zijn met haarverzorgingsproducten,
in een droogautomaat worden geplaatst,
moeten ze eerst worden gewassen
met extra wasmiddel – dit zal het risico
verminderen maar niet volledig elimineren.
De items mogen niet uit de droogautomaat
worden gehaald en opeengestapeld
wanneer ze nog warm zijn.
Droog geen items die voordien zijn
gereinigd in, zijn gewassen in, zijn
doordrenkt met of zijn vervuild met
petrolium/benzine, solventen voor
chemische reiniging of andere ontvlambare
of explosieve substanties. Erg ontvlambare
stoffen die vaak worden gebruikt in
huishoudelijke omgevingen, waaronder
slaolie, aceton, gedenatureerde alcohol,
kerosine, vlekverwijderaars ,terpentijn, was
en wasverwijderaars. Zorg ervoor dat deze
items zijn gewassen in warm water met
een extra hoeveelheid wasmiddel alvorens
ze worden gedroogd in de droogautomaat.
Droog geen items die schuimrubber of
gelijkaardige rubberachtige materialen
met dezelfde structuur bevatten.
Schuimrubbermaterialen kunnen, wanneer
ze worden verwarmd, vuur produceren
door spontante ontbranding.
Wasverzachter of gelijkaardige producten
mogen niet worden gebruikt in een
droogautomaat om statische elektriciteit
te voorkomen, tenzij de praktijk specifiek
wordt aanbevolen door de fabrikant van de
wasverzachter.
Droog geen ondergoed dat metalen
verstevigingen bevat, zoals beha’s met
metalen beugels. Wanneer de metalen
beugels loskomen tijdens het drogen, kan
de droogautomaat worden beschadigd.
Droog geen rubber, plastic items zoals
douchekapjes of waterdichte hoezen voor
babies, polyethyleen of papier.
Droog geen items met een rubberen
achterkant, kledij met schuimrubberen
vulkussentjes, kussens, overschoenen en
tennisschoenen met rubberen coating.
Verwijder alle voorwerpen, zoals aanstekers
en lucifers, uit de zakken.
! BELANGRIJK: stop de droger nooit voor
het einde van de droogcyclus, tenzij u alle
kledingstukken snel verwijdert en ophangt
zodat de warmte wordt verdreven.
Energiebesparing en respect voor het
milieu
Voor u de kledingstukken droogt kunt u ze beter goed
uitwringen om zoveel mogelijk water te verwijderen
(als het wasgoed uit de wasautomaat komt kunt u de
centrifuge gebruiken). Op deze manier bespaart u energie
tijdens het drogen.
Als u de droger altijd met volle lading gebruikt bespaart u
energie: enkele kledingstukken en kleine ladingen doen er
langer over om te drogen.
Reinig het filter aan het einde van elke cyclus zodat
de kosten van energie kunnen worden beperkt (zie
Onderhoud) .
! WAARSCHUWING: Stop de droger nooit
voor het einde van de droogcyclus, tezij
u alle artikelen snel uit de droger haalt
en ze uitspreidt, zodat de warmte wordt
afgevoerd.
54
NL
2
2
Onderbreking van de electrische
voeding
! Maak de wasdroger los van het net als deze
niet werkt of als men bezig is met de reiniging
of het onderhoud.
Reiniging van het filter na elke
cyclus
Het filter is van fundamentele betekenis bij
het drogen: het dient voor het verzamelen
van de stof, dat zich vormt tijdens het
drogen.
Na afloop van de
droging moet men het
filter dus reinigen door
het onder stromend
water af te spoelen,
of met een stofzuiger.
Een vol filter belemmert
de luchtstroming in
de wasdroger met
ernstige gevolgen
voor: de droogtijd en
het energieverbruik.
Ook kan de wasdroger
schade oplopen
Het filter bevindt zich
vóór de afdichting
van de wasdroger (zie
afbeelding).
Verwijdering van het
filter:
1. Trek het filter aan de plastic handgreep
omhoog (zie afbeelding).
2. Reinig het filter en zet het op de juiste
manier weer terug. Controleer dat het filter
helemaal erin zit: het moet opgelijnd zijn met
de afdichting van de wasdroger.
! Gebruik de wasdroger niet zonder eerst het
filter op zijn plaats te hebben terug gezet.
Controle van het mandje na elke cyclus
Draai met de hand de trommel rond om te controleren of er
nog (kleine) stukken inzitten, zoals zakdoeken.
Reiniging van de trommel
! Voor de reiniging van de trommel mag men geen
schuurmiddelen, staalwol of schoonmaakmiddelen voor inox
gebruiken.
Anders kan er zich een gekleurd laagje op de trommel
vormen, dit kan komen door een reactie tussen water en/
of reinigingsmiddelen, zoals wasverzachter. Dit gekleurde
laagje heeft geen enkele invloed op de prestaties van de
wasdroger.
Legen van het watervat na elke cyclus
Haal het waterverzamelvaatje uit
de wasdroger en leeg het in een
wasbak of iets dergelijks, daarna
moet men het weer op de juiste
manier terugzetten.
Controleer altijd dit vaatje en
leeg het voordat men een nieuw
droogprogramma opstart.
Het gevolg van het niet legen van het watervat kan zijn:
- De uitschakeling van de verwarming van de machine (de
was kan nog vochtig zijn aan het einde van de droogcyclus).
- De led “Vaatje legen” zal aangaan, om aan te geven dat dit
vaatje vol is.
Vullen van het verzamelsysteem voor water
Wanneer de wasdroger nog nieuw is, zal het watervaatje
geen water verzamelen, omdat deze eerst gevuld moet
worden. Deze handeling kan nodig zijn voor 1 of 2
droogcycli. Als het eenmaal vol is, zal het systeem elke
cyclus water verzamelen.
Reinigen van de Filtereenheid van
de Warmtepomp
• U moet regelmatig, elke 5 cycli, het Filter
van de Warmtepomp verwijderen, reinigen
en eventueel pluis van het oppervlak van het
filter verwijderen onder stromend water of
m.b.v. een stofzuiger.
We raden u aan dit filter na elke cyclus
te reinigen om de droogprestaties te
optimaliseren.
Het verwijderen van de Filtereenheid van de
Warmtepomp:
1. Trek de stekker uit het
stopcontact en open het
deurtje.
2. Verwijder het deksel
van het Filter van de
Warmtepomp, draai de
4 clips in de verticale
positie en verwijder de
filtereenheid.
3. Scheid de twee
onderdelen van het filter,
verwijder het eventuele
pluis aan de binnenzijde
van het gaas.
! OPGELET: de
voorkant van de
Warmtepomp is
gemaakt van dunne
metalen platen.
Zorg en onderhoud
Wanneer u de filtereenheid reinigt, of voor
reiniging verwijdert of weer terugplaatst,
oppassen dat u de filtereenheid niet
beschadigt en u zich niet snijdt.
4. Samen met de
verwarmingspomp
moeten altijd met grote
zorg de wolresten van de
metalen platen verwijderd
worden met een vochtige
doek, een sponsje of een
stofzuiger. Niet met de
vingers verwijderen.
5. Doe het filter weer in elkaar, reinig het
oppervlak van de afdichting en doe het filter
weer op zijn plaats door de 4 clips in de
horizontale positie te draaien. Controleer of de
clips goed vast zitten.
Reiniging van de wasdroger
De externe metalen, rubber en plastic delen kunnen met
een vochtige doek worden schoongemaakt.
Elke 6 maanden moet men met een stofzuiger het
luchtinlaatrooster aan de voorkant en de luchtuitlaten aan
de achterkant van de wasdroger schoonmaken om stof
te verwijderen. Bovendien moet men met een stofzuiger
de stof aan de voorkant van de condensator en het filter
verwijderen.
! Gebruik geen oplosmiddelen of schuurmiddelen
! Laat de wasdroger regelmatig controleren door bevoegd
technisch personeel, zodat de veiligheid van de electrische
en mechanische onderdelen kan worden gegarandeerd (zie
Service).
Kort advies
! Vergeet niet het filter van de deur te reinigen
enhet filter van de warmtepomp na elke
droogcyclus.
! Vergeet niet het waterreservoir te legen na
elke droogcyclus.
! Opdeze manier, zult u altijd de maximale
prestaties bereiken!
Waterverzamelvaatje
Filtereenheid
van de Warmtepomp
Deksel van de
Warmtepomp
Hendeltjes/Clips
Filter
Handgreep
Luchtinlaat
NL
55
2
2
Onderbreking van de electrische
voeding
! Maak de wasdroger los van het net als deze
niet werkt of als men bezig is met de reiniging
of het onderhoud.
Reiniging van het filter na elke
cyclus
Het filter is van fundamentele betekenis bij
het drogen: het dient voor het verzamelen
van de stof, dat zich vormt tijdens het
drogen.
Na afloop van de
droging moet men het
filter dus reinigen door
het onder stromend
water af te spoelen,
of met een stofzuiger.
Een vol filter belemmert
de luchtstroming in
de wasdroger met
ernstige gevolgen
voor: de droogtijd en
het energieverbruik.
Ook kan de wasdroger
schade oplopen
Het filter bevindt zich
vóór de afdichting
van de wasdroger (zie
afbeelding).
Verwijdering van het
filter:
1. Trek het filter aan de plastic handgreep
omhoog (zie afbeelding).
2. Reinig het filter en zet het op de juiste
manier weer terug. Controleer dat het filter
helemaal erin zit: het moet opgelijnd zijn met
de afdichting van de wasdroger.
! Gebruik de wasdroger niet zonder eerst het
filter op zijn plaats te hebben terug gezet.
Controle van het mandje na elke cyclus
Draai met de hand de trommel rond om te controleren of er
nog (kleine) stukken inzitten, zoals zakdoeken.
Reiniging van de trommel
! Voor de reiniging van de trommel mag men geen
schuurmiddelen, staalwol of schoonmaakmiddelen voor inox
gebruiken.
Anders kan er zich een gekleurd laagje op de trommel
vormen, dit kan komen door een reactie tussen water en/
of reinigingsmiddelen, zoals wasverzachter. Dit gekleurde
laagje heeft geen enkele invloed op de prestaties van de
wasdroger.
Legen van het watervat na elke cyclus
Haal het waterverzamelvaatje uit
de wasdroger en leeg het in een
wasbak of iets dergelijks, daarna
moet men het weer op de juiste
manier terugzetten.
Controleer altijd dit vaatje en
leeg het voordat men een nieuw
droogprogramma opstart.
Het gevolg van het niet legen van het watervat kan zijn:
- De uitschakeling van de verwarming van de machine (de
was kan nog vochtig zijn aan het einde van de droogcyclus).
- De led “Vaatje legen” zal aangaan, om aan te geven dat dit
vaatje vol is.
Vullen van het verzamelsysteem voor water
Wanneer de wasdroger nog nieuw is, zal het watervaatje
geen water verzamelen, omdat deze eerst gevuld moet
worden. Deze handeling kan nodig zijn voor 1 of 2
droogcycli. Als het eenmaal vol is, zal het systeem elke
cyclus water verzamelen.
Reinigen van de Filtereenheid van
de Warmtepomp
• U moet regelmatig, elke 5 cycli, het Filter
van de Warmtepomp verwijderen, reinigen
en eventueel pluis van het oppervlak van het
filter verwijderen onder stromend water of
m.b.v. een stofzuiger.
We raden u aan dit filter na elke cyclus
te reinigen om de droogprestaties te
optimaliseren.
Het verwijderen van de Filtereenheid van de
Warmtepomp:
1. Trek de stekker uit het
stopcontact en open het
deurtje.
2. Verwijder het deksel
van het Filter van de
Warmtepomp, draai de
4 clips in de verticale
positie en verwijder de
filtereenheid.
3. Scheid de twee
onderdelen van het filter,
verwijder het eventuele
pluis aan de binnenzijde
van het gaas.
! OPGELET: de
voorkant van de
Warmtepomp is
gemaakt van dunne
metalen platen.
Zorg en onderhoud
Wanneer u de filtereenheid reinigt, of voor
reiniging verwijdert of weer terugplaatst,
oppassen dat u de filtereenheid niet
beschadigt en u zich niet snijdt.
4. Samen met de
verwarmingspomp
moeten altijd met grote
zorg de wolresten van de
metalen platen verwijderd
worden met een vochtige
doek, een sponsje of een
stofzuiger. Niet met de
vingers verwijderen.
5. Doe het filter weer in elkaar, reinig het
oppervlak van de afdichting en doe het filter
weer op zijn plaats door de 4 clips in de
horizontale positie te draaien. Controleer of de
clips goed vast zitten.
Reiniging van de wasdroger
De externe metalen, rubber en plastic delen kunnen met
een vochtige doek worden schoongemaakt.
Elke 6 maanden moet men met een stofzuiger het
luchtinlaatrooster aan de voorkant en de luchtuitlaten aan
de achterkant van de wasdroger schoonmaken om stof
te verwijderen. Bovendien moet men met een stofzuiger
de stof aan de voorkant van de condensator en het filter
verwijderen.
! Gebruik geen oplosmiddelen of schuurmiddelen
! Laat de wasdroger regelmatig controleren door bevoegd
technisch personeel, zodat de veiligheid van de electrische
en mechanische onderdelen kan worden gegarandeerd (zie
Service).
Kort advies
! Vergeet niet het filter van de deur te reinigen
enhet filter van de warmtepomp na elke
droogcyclus.
! Vergeet niet het waterreservoir te legen na
elke droogcyclus.
! Opdeze manier, zult u altijd de maximale
prestaties bereiken!
Waterverzamelvaatje
Filtereenheid
van de Warmtepomp
Deksel van de
Warmtepomp
Hendeltjes/Clips
Filter
Handgreep
Luchtinlaat
56
NL
Beschrijving van
de wasdroger
Filtereenheid
van de
Warmtepomp
(deksel open)
Knop
On/Off
Knop en controlelamp
START/PAUSE
Programma
knop
Druk op
het deurtje
Waterverzamelvaatje
Typeplaatje met
bedrijfgegevens
Handgreep van het
deksel
van de Filtereenheid
van de Warmtepomp
(trekken om te openen)
Filter
Openen van het deurtje
Bedieningspaneel
Eigenschappen
Knoppen en
controlelampen
Opties
Serienummer en
modelnummer
Lampjes voor
het drogen of de
vertraagde start
Onderhoudslampjes
Luchtrooster
Verstelbare voetjes
NL
57
Knop ON/OFF/Reset
Drukt men normaal op de knop, dan zal het apparaat aan of uit gaan. Indien de wasdroger in bedrijf is, dan zal een langere druk van
ongeveer 3 seconden het apparaat uitzetten en de huidig cyclus resetten.
Handknop Programma’s
Hiermee kan men het programma kiezen: draai aan de knop totdat de indicator op het gewenste programma staat (Zie Opstarten
en programmakeuze).
Knoppen voor de opties
Maken het mogelijk om de opties te kiezen, die beschikbaar zijn voor het gekozen programma. De betreffende controlelampen gaan
aan om aan te geven dat de optie is gekozen (zie Programma’s en opties).
Knop en controlelamp START/PAUSE
Wanneer de groene controlelamp langzaam knippert, druk dan op de knop om het programma te starten. Wanneer de cyclus
is opgestart zal de controlelamp altijd aan blijven. Om het programma in pauze te zetten drukt men opnieuw op de knop; de
controlelamp wordt oranje en begint opnieuw te knipperen.
Om het programma opnieuw te starten vanaf het punt waar deze onderbroken werd, moet men opnieuw de knop indrukken (Zie
Opstarten en programmakeuze).
Controlelampen
Onderhoudslampjes
De controlelampen geven belangrijke informatie. Ziehier wat ze betekenen:
De controlelamp “Vaatje leegmaken” betekent dat het noodzakelijk is om het waterverzamelvaatje leeg te maken.
Indien het vaatje tijdens het programma volraakt, zal de led aangaan. De wasdroger zal automatisch de cyclus met koude lucht
starten en de led START/PAUSE zal geel knipperen. Om de cyclus opnieuw te starten vanaf het punt waar deze onderbroken werd,
moet men op de knop START/PAUSE indrukken
Om dit te voorkomen is het dus beter om het vaatje altijd, na elk gebruik van de wasdroger te legen (zie Onderhoud).
Controlelamp Reiniging filter voordat men enig programma start moet men zich herinnneren dat het van fundamenteel belang is
om het filter te reinigen, elke keer dat men de wasdroger wil gebruiken (zie Onderhoud).
De controlelamp Warmtepompfilter
herrinert eraan dat het heel belangrijk is om het warmtepompfilter regelmatig te reinigen
(zie Zorg en onderhoud).
Lampjes “Droogfasen”
Het lampje betekent dat de droogfase aan de gang is.
Het lampje betekent dat de koelfase aan de gang is.
Het lampje END geeft het einde van het programma aan.
Lampjes voor Uitgestelde start
Als de functie “Uitgestelde Start” is geactiveerd
(zie “Programma’s en opties”) zal, nadat het programma is gestart, het controlelampje dat bij de uitgestelde start hoort gaan knipperen:
Naar gelang de tijd verloopt wordt de resterende wachttijd getoond, met het knipperen van het betreffende controlelampje:
Als de geselecteerde vertraging is verlopen zal het ingestelde programma van start gaan.
58
NL
Starten en kiezen van het programma
1. Steek de steker van de wasdroger in de contactdoos van de electrische voeding.
2. Kies het programma op basis van het type was (zie Was).
3. Open het deurtje en controleer dat het filter schoon is en in de goede positie zit. Ook moet het waterverzamelvaatje leeg zijn in de
goede positie zitten (zie Onderhoud).
4. Doe de was in de machine en let erop dat er geen kleding tussen het deurtje en de betreffende afdichting blijft zitten. Sluit het
deurtje.
5. Druk op de knop ON/OFF om de machine te starten.
6. Draai aan de handknop Programma’s totdat de indicator naar het programma wijst, dat overeenkomt met het type weefsel
dat men wil drogen, controleer dit op de tabel van de programma’s (zie Programma’s en opties) en de aanwijzingen voor elk type
weefsel (zie Witte was).
! Opgelet: indien de positie van de handknop van de programma’s veranderd is na de knop START/PAUSE ingedrukt te hebben,
zal de nieuwe positie het gekozen programma NIET wijzigen. Om het programma te wijzigen drukt men op de knop START/PAUSE
om het programma in pauze te zetten. De controlelamp zal met een oranje kleure knipperen. Kies nu het nieuwe programma en de
betreffende opties.
Druk op de knop START/PAUSE om het nieuwe programma te starten.
7. Indien noodzakelijk kan men de vertraagde starttijd en de andere opties instellen (zie Programma’s en opties).
8. Om te starten drukt men op de knop START/PAUSE.
Tijdens het droogprogramma kan men de was controleren en de reeds droge kleren eruit halen terwijl men de rest verder laat dro-
gen. Na het weer sluiten van het deurtje, moet men op START/PAUSE drukken om de machine weer in bedrijf te brengen.
9. Tijdens de laatste minuten van de droogprogramma’s zal de laatste fase (KOUDE DROGING) worden opgestart, om de was af te
koelen; men moet de machine deze fase altijd laten afmaken.
10. Als het controlelampje END aangaat en er 3 keer een geluidsignaal wordt gegeven is het programma klaar. Open het deurtje,
haal de was eruit, reinig het filter en steek het er weer in. Maak ook het waterverzamelingsvaatje leeg en zet het weer terug op zijn
plaats (zie Zorg en Onderhoud).
Als de optie “antikreukel” is gekozen en de was er niet onmiddelijk uit wordt gehaald wordt het wasgoed, gedurende de volgende
10 uur, af en toe gedraaid of totdat het deurtje wordt geopend.
11. Haal de wasdroger van het electrische net af.
Stand- by modus
Deze droger beschikt, in overeenkomst met de nieuwe normen betreffende de energiebesparing, over een systeem wat het
apparaat automatisch na 30 minuten uitschakelt (stand-by) indien men het niet gebruikt. Druk op de ON/OFF toets en houdt de
toets ingedrukt totdat de droger weer in werking treedt.
Hoe men de machine laat
drogen
NL
59
Tabel van de Programma’s
Speciale programma’s
Energy Saver Programma’s
De Energy Saver programma’s verlagen het energieverbruik en helpen dus niet alleen het milieu, maar zorgen ook voor een lagere
energierekening!
Er zijn Energy Saver programma’s voor verschillende soorten weefsels.
Deze programma’s zijn ontworpen om uitstekende droogresultaten voor kleine wasladingen te garanderen.
De Energy Saver programma’s bieden uitstekende droogresultaten dankzij de perfecte temperatuurregeling en de nauwkeurige vast-
stelling van de vochtigheid, die geoptimaliseerd zijn om met kleine wasladingen het beste resultaat te bereiken.
Standaard Katoen: met dit droogniveau kan de was direct in de kast worden gelegd
Katoen Extra: met deze functie bereikt u het hoogst mogelijke droogniveau
Katoen Kleerhanger-droog: met dit droogniveau kunnen kledingstukken die niet hoeven te worden gestreken, direct op een
hanger worden geplaatst
Fijnwas
Dit programma is geschikt voor het drogen van fijne was (acryl).
• Het kan worden gebruikt voor ladingen tot aan 2,0 kg.
• Het wasgoed dat met dit programma wordt gedroogd is over het algemeen klaar om te worden gebruikt. Enkele kledingstukken
zouden echter nog vochtig kunnen zijn. In dit geval dient u het wasgoed uit te laden en de kledingstukken uit te vouwen of binnen-
stebuiten te draaien. Start het programma nogmaals voor een kortere duur.
Programma’s en opties
Programma
Max.
lading
(kg)
Passende opties
Duur
cyclus*
Energy Saver
1
Eco Katoen 1 Antikreukel - Vertraagde start.
70’
2
Eco Synthetische stoffen 1 Antikreukel - Vertraagde start.
55’
Cottons
3
Standaard Katoen** Max. Snel Strijken - Antikreukel - Vertraagde start.
220’
4
Katoen Extra Max. Antikreukel - Vertraagde start.
230’
5
Katoen Hanger droog
Max. Antikreukel - Vertraagde start.
200’
Special
6 Synthetisch
4 Snel Strijken - Antikreukel - Vertraagde start.
130’
7 Fijnwas
2 Snel Strijken - Antikreukel - Vertraagde start.
40’
8 Wolprogramma
1 Snel Strijken.
60’
9 Gemengd
3 Antikreukel - Vertraagde start.
130’
Sport&Leisure
10 Sport Kleding
4 Antikreukel - Vertraagde start.
85’
11 Jeans
3 Snel Strijken - Antikreukel - Vertraagde start.
135’
12 Down Jackets
1.5 Antikreukel - Vertraagde start.
110’
Tijden voor de automatische droging
60’ - 120’ - Hoge temperatuur - Antikreukel - Vertraagde start.
Extra
Makkelijk Struijken
- -
10’
Verfrissing
- -
20’
N.B.! * De duur van deze programma’s hangt af van de kwantiteit van de lading, het soort weefsel, de gekozen centrifugesnelheid en van iedere ex-
tra functie die is gekozen. **
Dit is het meest efficiente programma betreft het energieverbruik (UE 392/2012). Voor het bereiken van de maximale
efficientie, kies het programma met de hoogste temperatuur (Standaard configuratie/ vastgesteld aan het begin).
60
NL
Wolprogramma
Dit is een speciaal programma voor kledingstukken, die tegen trommeldrogers kunnen en het symbool dragen. Het programma kan
worden gebruikt voor ladingen tot 1 kg (ongeveer 3 truien). Er wordt aangeraden de kledingstukken binnenste buiten te keren voordat
men ze droogt. De met dit programma gedroogde kledingstukken kunnen normaal gesproken meteen worden aangetrokken, maar
enkele zwaardere kledingstukken hebben mogelijk enigszins vochtige randen. Laat deze op natuurlijke manier verder drogen, als men
ze terug in de wasdroger doet, kan men ze beschadigen.
! In tegenstelling tot andere materialen zal wol na het krimpen niet meer terugkeren naar de oorspronkelijke afmetingen.
! Dit programma is niet geschikt voor acryl.
Gemengd
Dit is een ideaal programma voor het samen drogen van katoen en synthetische stoffen, met een droogprogramma dat het strijken
nog makkelijker maakt.
Programma Sport Kleding
Dit is een programma voor het veilig drogen van kleding zoals bijvoorbeeld gymnastiekpakken en kousen met het symbool . Het
programma kan worden gebruikt voor ladingen tot 4 kg.
We raden aan om de kledingstukken binnenste buiten te keren voordat men ze begint te drogen.
Programma Jeans
Dit is een programma voor jeans en denim katoen. Voordat jeans wordt gedroogd keer de zakken om. Geen lichte en donkere
artikelen mengen. Het programma kan ook gebruikt worden voor andere kledingstukken van hetzelfde materiaal zoals jacks/ vesten.
De kledingstukken die gedroogd worden met de instelling Extra Drogen zijn normaal gesproken klaar om aangetrokken te worden
ook al kan het zijn dat de stiksel en deranden nog iets vochtig zijn. In dit geval probeer om de jeans om binnenste buiten te keren en
het programma korte tijd nogmaals uit te voeren.
!Het wordt afgeraden om dit programma te gebruiken voor jeans met elastieke stukken, spijkers of borduurwerk.
Down Jackets
Een cyclus dat ontworpen is voor het drogen van donzen winterjassen die hun natuurlijke zachtheid terugkrijgen (2 jassen).
Makkelijk Struijken
Dit is een kort programma van 10 minuten waarmee men de weefsels ontspant zodat het strijken en vouwen gemakkelijker wordt.
Dit programma is bijzonder geschikt voor katoen of gemengd katoen.
Voor optimale resultaten moet men de trommel niet meer vullen dan is aangegeven (de volgende waarden hebben betrekking op
droge kledingstukken):
Weefsel: maximale lading
Katoen en gemengd katoen: 2,5 kg
Syntetisch: 2 kg
Jeans: 2 kg
Leeg de wasdroger meteen na het einde van het programma; hang de kledingstukken op, vouw of strijk ze en leg ze in de kast.
Indien dit niet mogelijk is, moet men het programma herhalen.
! Dit is geen droogprogramma en moet dus niet worden gebruikt met natte kleren.
Het resultaat van het programma is afhankelijk van het weefsel: de eigenschappen van weefsels zoals acryl of Tencel
®
maken het
onmogelijk om dezelfde resultaten te verkrijgen als met normale weefsels zoals bijvoorbeeld katoen.
Opfrissen
Kort programma, geschikt voor het verfrissen van weefsels en kledingstukken met verse lucht. Het duurt ongeveer 20 minuten.
! Dit is geen droogprogramma en moet dus niet worden gebruikt met natte kleren.
Kan gebruikt worden bij iedere lading maar heeft meer effect als er weinig wasgoed wordt geladen.
Weefsels
Lading
1 kg 2 kg 3 kg 4 - 5 kg 6 kg
Katoen –
Hoge temperatuur
30 or 60
minuten
30 or 60
minuten
60 or 100
minuten
60 or 100
minuten
100 minuten
Syntetisch –
Lage temperatuur
30 or 60
minuten
30 or 60
minuten
60 or 100
minuten
- -
Acryl –
Lage temperatuur
30 minuten 60 minuten - - -
NL
61
Opties
Met de opties kan men het gekozen programma aanpassen aan de eigen wensen.
Hoge temperatuur
Indien een Droging met tijdsfunctie wordt geactiveerd en men deze knop indrukt, zal een hoge temperatuur worden gebruikt en de
betreffende controlelamp aan gaan. De normale instelling voor een Droging met tijdsfunctie is de lage temperatuur.
Snel Strijken
Als u deze optie selecteert, wordt voor de geselecteerde cyclus de beste vochtigheidsgraad gekozen om het strijken sneller en
eenvoudiger te maken. Op deze manier kunt u een aanvullend droogniveau bereiken.
Antikreukel
Deze optie zet automatisch een antikreukel behandeling aan voor en na het drogen. De Antikreukel voorkomt, door het afwisselend
draaien van de mand, dat zicht kreukels vormen door het wasgoed herhaaldelijk te draaien. De optie heeft een pre-antikreukelfase
die alleen aangezet kan worden als het vertraagd starten is gekozen en een fase post-antikreukel aan het einde van de droogcyclus.
De antikreukel is daarom de optimale oplossing tegen de kreukelvorming als het starten wordt uitgesteld en als het niet mogelijk is
om het wasgoed eruit te halen direct na het drogen.
Vertraagde start
Het starten van bepaalde programma’s (zie Programma’s en opties) kan worden vertraagd tot 9 uur. Druk meerdere malen op de
knop totdat men de gewenste vertraging heeft bereikt. Voordat men een vertraagde start in gaat stellen, moet men controleren dat
het waterverzamelvaatje leeg en het filter schoon is. Tijdens deze fase wordt de was regelmatig rondgedraaid, om kreukvorming te
voorkomen.
! Niet alle opties zijn beschikbaar voor alle programma’s (zie Programma’s en opties).
Openen van het deurtje
Opent men tijdens een programma het deurtje (of men drukt op de knop START/PAUSE) dan zal de droger tot stilstand komen en:
• het lampje START/PAUSE met oranje kleur knipperen.
• zal de timer in geval van vertraagde start door blijven tellen. Men moet op de knop START/PAUSE drukken om het vertraagde
programma weer opnieuw te laten beginnen. Het lampje van de Vertraagde start knippert en op de display wordt de resterende tijd
tot het gekozen programma weergegeven.
• Men moet op de knop START/PAUSE drukken om het programma weer opnieuw te laten beginnen. De controlelampen voor de
voortgang geven de huidige fase aan terwijl de controlelamp START/PAUSE ophoudt met knipperen en groen wordt.
• Tijdens de antikreukel-fase na het drogen zal het programma eindigen. Drukt men op de knop START/PAUSE, dan zal een nieuw
programma vanaf het begin worden gestart.
• Draait men aan de handknop van de programma’s, dan zal men een nieuw programma kiezen en de controlelamp START/PAUSE
met groene kleur knipperen. Men kan deze procedure gebruiken voor het kiezen van het programma Koud drogen, om de kle-
dingstukken af te koelen als men vindt dat ze droog genoeg zijn.
Druk op de knop START/PAUSE om het nieuwe programma te starten.
Veiligheidsbescherming van het Warmtepompsysteem
Het warmtepompsysteem werkt door middel van een warmtepomp die uitgerust is met een veiligheidsbescherming: deze wordt ge-
activeerd als u de deur opendoet of als een onverwachte stroomonderbreking optreedt. Deze veiligheidsbescherming zorgt ervoor
dat de compressor pas 5 minuten nadat de deur weer dichtgedaan is en nadat de cyclus weer opgestart weer gestart wordt.
Let op: In het geval van een stroomstoring, de stroom uitschakelen of de stekker verwijderen. Als de stroom weer hersteld is,
de ON/OFF-toets indrukken en ingedrukt houden tot de droger weer in werking treedt, en vervolgens op de Start/Pauze-toets
drukken.
62
NL
Sorteren van de was
Controleer de symbolen op de etiketten van alle kle-
dingstukken om te zien of ze met de trommel gedroogd
mogen worden.
• Sorteer de was afhankelijk van het type weefsel.
• Haal alles uit de zakken en controleer de knopen.
• Sluit ritsen en haakjes, en maak riemen en lussen vast
zonder ze aan te trekken.
• Wring de kledingstukken uit om zoveel mogelijk water eruit
te verwijderen.
! Vul de droger niet met drijfnatte kledingstukken.
Maximale afmetingen van de lading
Laadt de droogtrommel niet meer dan is toegestaan.
De volgende waarden hebben betrekking op het gewicht van
de droge kledingstukken:
Natuurlijke weefsels: maximaal kg
Syntetische weefsels: maximaal kg
! Om een daling van de prestaties te vermijden moet men
niet teveel in de
wasdroger stoppen.
Wasetiketten
Controleer de wasetiketten, vooral als de kledingstukken
voor het eerst in de
wasdroger worden gedaan. Hieronder
worden de meest voorkomende symbolen gegeven:
Mag in de wasdroger.
Kan niet in de wasdroger worden gedroogd
Drogen bij hoge temperatuur.
Drogen bij lage temperatuur.
Droogtijden
De tijden zijn bij benadering aangegeven en kunnen varieren
afhankelijk van:
• Hoeveelheid water in de was na de centrifuge: handdoeken
en delicate was bevat nog veel water.
• Weefsels: kledingsstukken met hetzelfde weefsel maar met
andere weefpatronen en dikte kan een andere droogtijd
hebben.
• Hoeveelheid was: afzonderlijke kledingsstukken en kleine
ladingen kunnen meer droogtijd nodig hebben.
• Droogte: als de kledingsstukken nog gestreken moeten wor-
den kunnen ze eerder uit de machine worden gehaald, als ze
nog wat vochtig zijn. De kledingsstukken die helemaal droog
moeten zijn kunnen daarentegen langer in de machine blijven.
• Ingestelde temperatuur
• Temperatuur van de kamer: hoe lager de temperatuur van
de kamer is waarin de wasdroger staat, hoe langer men op
droge kleding moet wachten.
• Volume: enkele omvangrijke kledingsstukken hebben veel
aandacht nodig bij het droogproces. We raden aan om deze
uit de machine te halen, te schudden en opnieuw in de dro-
ger te stoppen: doe dit herhaaldelijk tijdens de droogcyclus.
! Droog de kledingsstukken niet te veel.
Alle weefsels hebben een natuurlijke vochtigheid, die ervoor
dient om de zachtheid en de luchtigheid ervan te handhaven.
De gegeven tijden hebben betrekking op de automatische
programma’s. De gewichten hebben betrekking op droge
kledingsstukken.
De was
Droogtijden
Katoen
Hoge Temperaturen
Droogtijden na wasbeurten met 800-1000 omwentelingen per minuut
1 kg
2 kg 3 kg 4 kg 5 kg 6 kg 7 kg 8 kg
60-90 minuten
80-100
minuten
100-130
minuten
120-140
minuten
140-180
minuten
150-190
minuten
170-200
minuten
200-240
minuten
Synthetisch
Lage Temperaturen
Droogtijden na wasbeurten met lagere snelheden
1 kg
2 kg 3 kg 4 kg
40 - 50 minuten 50 - 60 minuten 60 - 90 minuten 90 - 110 minuten
Acryl
Lage Temperaturen
Droogtijden na wasbeurten met lagere snelheden
1 kg
2 kg
40 - 80 minuten 80 - 140 minuten
8
4
NL
63
Sorteren van de was
Controleer de symbolen op de etiketten van alle kle-
dingstukken om te zien of ze met de trommel gedroogd
mogen worden.
• Sorteer de was afhankelijk van het type weefsel.
• Haal alles uit de zakken en controleer de knopen.
• Sluit ritsen en haakjes, en maak riemen en lussen vast
zonder ze aan te trekken.
• Wring de kledingstukken uit om zoveel mogelijk water eruit
te verwijderen.
! Vul de droger niet met drijfnatte kledingstukken.
Maximale afmetingen van de lading
Laadt de droogtrommel niet meer dan is toegestaan.
De volgende waarden hebben betrekking op het gewicht van
de droge kledingstukken:
Natuurlijke weefsels: maximaal kg
Syntetische weefsels: maximaal kg
! Om een daling van de prestaties te vermijden moet men
niet teveel in de
wasdroger stoppen.
Wasetiketten
Controleer de wasetiketten, vooral als de kledingstukken
voor het eerst in de
wasdroger worden gedaan. Hieronder
worden de meest voorkomende symbolen gegeven:
Mag in de wasdroger.
Kan niet in de wasdroger worden gedroogd
Drogen bij hoge temperatuur.
Drogen bij lage temperatuur.
Droogtijden
De tijden zijn bij benadering aangegeven en kunnen varieren
afhankelijk van:
• Hoeveelheid water in de was na de centrifuge: handdoeken
en delicate was bevat nog veel water.
• Weefsels: kledingsstukken met hetzelfde weefsel maar met
andere weefpatronen en dikte kan een andere droogtijd
hebben.
• Hoeveelheid was: afzonderlijke kledingsstukken en kleine
ladingen kunnen meer droogtijd nodig hebben.
• Droogte: als de kledingsstukken nog gestreken moeten wor-
den kunnen ze eerder uit de machine worden gehaald, als ze
nog wat vochtig zijn. De kledingsstukken die helemaal droog
moeten zijn kunnen daarentegen langer in de machine blijven.
• Ingestelde temperatuur
• Temperatuur van de kamer: hoe lager de temperatuur van
de kamer is waarin de wasdroger staat, hoe langer men op
droge kleding moet wachten.
• Volume: enkele omvangrijke kledingsstukken hebben veel
aandacht nodig bij het droogproces. We raden aan om deze
uit de machine te halen, te schudden en opnieuw in de dro-
ger te stoppen: doe dit herhaaldelijk tijdens de droogcyclus.
! Droog de kledingsstukken niet te veel.
Alle weefsels hebben een natuurlijke vochtigheid, die ervoor
dient om de zachtheid en de luchtigheid ervan te handhaven.
De gegeven tijden hebben betrekking op de automatische
programma’s. De gewichten hebben betrekking op droge
kledingsstukken.
De was
Problemen
en oplossingen
Waarschijnlijke oorzaken / oplossingen:
De steker zit niet goed in de contactdoos en maakt geen contact.
De spanning is uitgevallen.
De zekering is doorgebrand. Probeer een ander toestel op dezelfde contactdoos
aan te sluiten.
Indien men een verlengsnoer gebruikt kan men proberen om de
wasdroger meteen
in de contactdoos te steken.
Het deurtje zit niet goed dicht
Het programma is niet op de juiste manier ingesteld (zie Hoe men de was droogt).
Niet goed gedrukt op de knop
START/PAUSE (zie Hoe men de was droogt).
Men heeft een vertraging ingesteld (zie Programma’s en opties).
Men heeft gedrukt op
START/PAUSE; vóór de start van de wasdroger is er een
korte vertraging. Wacht tot het drogen begint, druk niet opnieuw op
START/PAUSE:
anders gaat de
wasdroger in pauze en zal niet beginnen met drogen.
Het filter werd niet schoon gemaakt (zie Onderhoud).
Is het vaatje met water leeg? Het lampje “Vaatje leegmaken” knippert
(zie Onderhoud).
De Filtereenheid van de Warmtepomp moet schoon worden gemaakt (zie
Onderhoud).
De ingestelde temperatuur is niet geschikt voor het type te drogen weefsel (zie
Programma’s en opties).
Men heeft niet de juiste droogtijd gekozen voor deze was (zie Was).
De luchtinlaat of de luchtuitlaten achter zijn verstopt (zie Installatie en Onderhoud).
De kleding is te nat (zie Was).
Er zit teveel was in de
wasdroger (zie Was).
Waarschijnlijk heeft men het waterverzamelvaatje niet geleegd aan het begin van het
programma. Wacht niet op het signaal voor het legen van het vaatje maar controleer
(Zult u 3 piepsignalen horen, het lampje “Vaatje leegmaken” knippert) altijd zelf dit
vaatje en leeg het voordat men een nieuw droogprogramma opstart (zie Beschrijving
van de wasdroger).
! Vanwege de veiligheid hebben de droogprogramma’s een maximale tijdsduur van 5
uur.. Indien een automatisch programma niet de gevraagde vochtigheid detecteert
binnen deze tijd, zal het toch ermee ophouden. Controleer de boven aangegeven
punten en herhaal het programma; als de kleding toch nog vochtig is neem dan
contact op met het servicecentrum (zie Service).
Men moet het apparaat uitzetten en de steker eruit trekken. Reinig dan het
Filtereenheid van de Warmtepomp (zie “Zorg en Onderhoud). Daarna steekt men
de steker er weer in zet het apparaat aan en start een ander programma. Indien de
storing blijft, moet men de Servicedienst bellen.
Het komt vooral voor als de droger voor een bepaalde tijd niet is gebruikt. Indien
het lawaai tijdens het drogen niet vermindert, moet men contact opnemen met het
servicecentrum.
De droger is in de standby-modus gegaan om energie te besparen. Dit gebeurt als u de
droger aangelaten heft of als er een stroomstoring geweest is. Dit gebeurt na 30 minuten.
- Als u de droger achterlaat zonder een programma te starten;
- nadat een droogprogramma geëindigd is.
Druk op de ON/OFF toets en houdt de toets ingedrukt totdat de droger weer in
werking treedt.
In het geval dat men de indruk heeft dat de
wasdroger niet goed werkt, moet men, voordat men naar het servicecentrum belt,
(zie Service) zorgvuldig de volgende hints raadplegen voor het zelf oplossen van problemen.
Probleem:
De wasdroger start niet.
De droogcyclus start niet.
Er zijn lange droogtijden.
Het lampje “Vaatje leegmaken” knip-
pert.
Het programma stopt maar de
kledingsstukken zijn vochtiger dan
verwacht.
De lampjes van de “opties” en het
lampje voor “start/pauze” knipperen
en een van de onderhoudslampjes of
van de “droogfasen” zullen continu
gaan branden.
De wasdroger maakt lawaai tijdens de
eerste minuten.
Hoewel de droger ingeschakeld is,
zijn de lampjes van het bedieningspa-
neel van de droger uit.
64
NL
Systeem met warmtepomp
Deze droger beschikt over een systeem met warmtepomp
om uw was te drogen. Om te kunnen werken gebruikt de
warmtepomp gefluoreerde gassen met broeikaseffect, die
onder het Kyoto-protocol vallen. De F gassen bevinden zich
in een hermetisch verzegelde eenheid. Deze verzegelde
eenheid bevat 0,29 kg R134a F gassen die als koelmiddel
functioneren. GWP = 1430 (0.4 t C02).
Als de eenheid beschadigd is moet deze worden vervangen
met een nieuwe eenheid. Voor verdere informatie kunt u
contact opnemen met de dichtstbijzijnde servicedienst.
N.B.: De gassen in een verzegelde eenheid zijn geen gevaar
voor de gezondheid maar kunnen een negatieve invloed
hebben op de aardopwarming.
Voordat men het servicecentrum belt:
• Volg de leidraad voor het oplossen van de problemen om
te kijken of men het zelf kan oplossen (zie Problemen en
oplossingen).
• Anders moet men de wasdroger uitzetten en het dichtstbij-
zijnde servicecentrum bellen.
Gegevens, die men moet melden aan het servicecen-
trum:
• Naam, adres, en postcode;
• telefoonnummer;
• het type defect;
• de datum van de aanschaf;
• het model van het apparaat (Mod.);
• het serienummer (S/N) van de wasdroger.
Deze informatie vindt men op het gegevensetiket achter het
kijkglas.
Reserveonderdelen
Deze droger is zeer complex. Als u tracht hem zelf te
repareren of wilt laten repareren door niet gekwalificeerde
monteurs, riskeert u de veiligheid van personen op het spel
te zetten, hem te beschadigen en de garantie van de onder-
delen te laten vervallen.
Als u problemen heeft met het gebruik van dit apparaat dient
u zich altijd tot een erkende monteur te wenden.
Een niet gekwalificeerd persoon pleegt een misdrijf indien hij
onderhoud of reparatie uitvoert die de beschadiging van de
verzegelde warmtepomp teweegbrengt.
De onderdelen zijn speciaal voor dit apparaat ontworpen en
kunnen daarom nergens anders voor worden gebruikt.
Service
Information on recycling and disposal
As part of our continual commitment towards environmental protection, we reserve the right to use recycled quality components to
reduce costs for our customers and to minimise materials wastage.
Disposing of the packaging materials: follow local regulations to allow for recycling of packaging materials.
In order to minimise the risk of injury to children, remove the door and plug, then cut the power supply cord flush with the ap-
pliance. Dispose of these parts separately to prevent the appliance from being connected to a power supply socket.
Disposal of old household appliances
European Directive 2012/19/EC concerning Waste Electrical and Electronic Equipment (WEEE) states that household
appliances should not be disposed of using the normal solid urban waste cycle. Exhausted appliances should be collected
separately in order to optimise the cost of re-using and recycling materials comprising the machine, while preventing
potential damage to public health and the environment. The crossed-out wheeled bin symbol appears on all products to
remind owners of the obligations regarding separate waste collection.
Owners should contact their local authorities or appliance dealers for further information concerning the correct disposal of hou-
sehold appliances.
This appliance has been designed, constructed and distributed in compliance with the
requirements of European Directives:
- LVD 2014/35/EU, EMC 2014/30/EU and RoHS 2011/65/EU.
Belangrijke contactinformatie
Indesit Service - Service waarop u kan vertrouwen
Indesit biedt haar klanten de best mogelijke service, waar dan ook in Nederland en België.
Niemand kent een Indesit toestel beter dan wij en onze service is uitmuntend.
Wij komen bij u thuis, waar u ook woont – onze opgeleide monteurs werken in de hele Benelux en bieden u snelle en
betrouwbare service.
Meteen goed – onze monteurs zijn uitgerust met de nieuwste hulpmiddelen om uw Indesit toestel al tijdens het eerste
bezoek te repareren.
Technische experts – onze monteurs worden doorlopend getraind, hebben kennis van de nieuwste techniek en be-
schikken over een grote productkennis.
Vaardig contact center Onze medewerkers in het Indesit Contact Center geven u tijdens werkdagen van 8 tot 17 uur
antwoord op al uw vragen over uw toestel.
Contacteer het Indesit Contact Center in Nederland via 0900-2025254 (� 0,15 p.m.)
Contacteer het Indesit Contact Center in België via 070-223051 (� 0,18 p.m.)
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16

Indesit IDPA G45 A2 ECO (EU) Gebruikershandleiding

Type
Gebruikershandleiding