Stand-by : zodra het programma is geëindigd, wordt na
enkele minuten het energiebesparingssysteem ingescha-
keld. De helderheid van het display wordt verminderd.
Door op een willekeurige toets te drukken haalt u het ap-
paraat uit de energiebesparende modus.
Nuttige aanwijzingen en tips
De was sorteren
Houd u aan de wassymbolen op de etiketten, waarvan elk
kledingstuk voorzien is, en de wasvoorschriften van de fa-
brikant. Sorteer het wasgoed als volgt: wit, bont, synthe-
tisch, fijne was, wol.
Voordat u de was in de machine doet
Was witte en bonte was nooit samen. Wit kan in de was
zijn "witheid" verliezen.
Nieuwe bonte weefsels kunnen uitlopen als zij de eerste
keer worden gewassen; was dit soort kleding de eerste
keer dan ook apart.
Knoop kussenslopen dicht, sluit ritsen, haakjes en druk-
knopen. Bind ceintuurs of lange riemen vast.
Verwijder hardnekkige vlekken vóór het wassen.
Wrijf bijzonder vervuilde delen in met een speciaal was-
middel of reinigingspasta.
Behandel vitrage met speciale zorg. Verwijder haken of
stop ze in een zak of net.
Vlekken verwijderen
De kans bestaat dat hardnekkige vlekken niet kunnen wor-
den verwijderd met alleen water en wasmiddel. Het is
daarom aan te bevelen vlekken eerst te behandelen alvo-
rens het kledingstuk te wassen.
Bloed: behandel verse bloedvlekken met koud water. Laat
opgedroogde vlekken een nacht in water met een speciaal
wasmiddel inweken; daarna de vlek met het sop uitwas-
sen.
Verf op oliebasis: bevochtig de vlek met wasbenzine, leg
het kledingstuk op een zachte doek en dep de vlek; her-
haal de behandeling enkele keren.
Opgedroogde vetvlekken: bevochtig de vlek met terpenti-
ne, leg het kledingstuk op een zacht oppervlak en dep de
vlek met de vingertoppen en een katoenen doek.
Roest: oxaalzuur opgelost in warm water of een roestver-
wijderingsproduct dat koud wordt gebruikt. Wees voor-
zichtig met oude roestvlekken omdat de cellulosestructuur
in dat geval beschadigd zal zijn en de kans groot is dat de
vlek een gat wordt.
Schimmelvlekken: behandel de vlek met bleekmiddel;
goed uitspoelen (alleen witte en kleurechte weefsels).
Gras: licht inzepen en de vlek met bleekmiddel behande-
len (alleen witte en kleurechte weefsels).
Balpeninkt en lijm: bevochtig met aceton
1)
, leg het kle-
dingstuk op een zachte doek en dep de vlek.
Lippenstift: bevochtig de vlek met aceton zoals hierboven,
vervolgens de vlekken met brandspiritus behandelen. Be-
handel evt. achtergebleven sporen met bleekmiddel.
Rode wijn: laten inweken in water en wasmiddel, uitspoe-
len en behandelen met azijnzuur of citroenzuur, vervol-
gens uitspoelen. Behandel evt. achtergebleven sporen met
bleekmiddel.
Inkt: bevochtig de stof afhankelijk van het type inkt eerst
met aceton
1)
en dan met azijnzuur; behandel evt. achter-
gebleven sporen op wit textiel met bleekmiddel; daarna
grondig uitspoelen.
Teervlekken: eerst behandelen met vlekkenverwijderaar,
brandspiritus of wasbenzine, vervolgens inwrijven met rei-
nigingspasta.
Wasmiddelen en nabehandelingsmiddelen
Een goed wasresultaat is ook afhankelijk van de keuze van
het wasmiddel en het gebruik van de juiste hoeveelheden
om verspilling te voorkomen en het milieu te sparen.
Ofschoon zij biologisch afbreekbaar zijn bevatten wasmid-
delen stoffen die - in grote hoeveelheden - de broze ba-
lans van de natuur kunnen verstoren.
De keuze van het wasmiddel hangt af van het type stof (fij-
ne was, wol, katoen, enz.), de kleur, wastemperatuur en de
mate van vervuiling.
Alle in de handel verkrijgbare machinewasmiddelen kun-
nen in deze machine worden gebruikt:
• waspoeder voor alle soorten weefsels;
• waspoeder voor tere weefsels (60°C max) en wol;
• vloeibare wasmiddelen, bij voorkeur voor wasprogram-
ma's op lage temperatuur (60°C max) voor alle soorten
weefsels, of speciaal voor alleen wol.
De wasmiddelen en nabehandelingsmiddelen moeten in
het juiste vakje van de wasmiddellade worden gedaan
voordat het wasprogramma wordt gestart.
Als gebruik wordt gemaakt van vloeibaar wasmiddel, dient
een programma zonder voorwas te worden gekozen.
1) Gebruik geen aceton op kunstzijde.
11