10
BROOD ROOSTEREN
1. Zet de broodrooster rechtop op een stevige, vlakke, hittebestendige ondergrond.
2. Steek de stekker in het stopcontact.
3. Draai de bruiningsregeling op de gewenste stand (1 = licht, 6 = donker).
4. Plaats brood in de gleuven (maximale dikte 25mm).
5. Druk de liftknop helemaal naar beneden. Hij blijft alleen naar beneden gedrukt als de stekker van de
broodrooster in het stopcontact zit.
6. Laat de broodhouder in de gleuf dalen.
7. U kunt de broodhouder tijdens het roosteren omhoog halen om het proces te controleren.
8. Zodra het roosteren voltooid is, zal de hendel omhoog gaan maar het brood blijft in de gleuven tot u
de broodhouders eruit tilt.
9. Om te stoppen met roosteren, drukt u op de knop 5.
• Gebruik altijd de broodhouders tijdens het roosteren.
• De broodhouders zijn warm na het roosteren. Hanteer ze voorzichtig en plaats ze altijd op
een hittebestendige ondergrond.
PANINI, CIABATTA ENZ.
Gebruik de broodhouders om gevulde panini en ciabatta te roosteren.
• Snijd het overtollige brood aan de bovenkant af tot het in de broodhouder past. Doe de houder niet
zo vol dat hij niet eenvoudig in de roostergleuf past.
• Vorm een holte voor de ingrediënten door de onderkant van panini, ciabatta enz. niet door te
snijden. Zo vallen de ingrediënten er niet uit en lekken niet tijdens het roosteren.
• Dun gesneden ingrediënten leveren het beste resultaat op.
• Zorg ervoor dat de ingrediënten altijd door en door heet zijn voordat u ze eet.
• Zorg er altijd voor dat gesmolten ingrediënten uit de kruimellade verwijderd worden.
• De vulling wordt HEET. Eet voorzichtig.
BEVROREN BROOD
1. Laat de bruiningsregeling op de gewenste stand staan, plaats het bevroren brood in de gleuven,
druk de liftknop naar beneden en druk op de knop “f”.
2. Het lampje “f” gaat aan en de roostertijd wordt automatisch gewijzigd om dezelfde bruiningsgraad
te verkrijgen als bij brood dat niet bevroren is.
ZORG EN ONDERHOUD
1. Verwijder de stekker uit het stopcontact en laat het apparaat afkoelen.
2. Neem de buitenkant van her apparaat af met een vochtige doek.
3. Was de broodhouders indien nodig met warm zeepwater. Spoel en droog ze grondig voordat u ze
opnieuw gebruikt.
RECYCLING
W
Om milieu- en gezondheidsproblemen door gevaarlijke stoffen te vermijden, mogen
apparaten en oplaadbare en niet oplaadbare batterijen met een van deze symbolen
niet samen met het huishoudelijk afval worden verwijderd. Breng elektrische en
elektronische producten en, indien van toepassing, oplaadbare en niet-oplaadbare
batterijen, altijd naar een officieel recycling-/inzamelpunt.