Groupe Brandt FCF209 de handleiding

Categorie
Diepvriezers
Type
de handleiding
MANUAL DE INSTRUCCIONES
MANUAL DE INSTRUÇÕES
GUIDE D'INSTALLATION ET D'UTILISATION
INSTRUCTION FOR USE
BEDIENUNGSANLEITUNG
GEBRUIKSAANWIJZING
ÍNDICE ES
Instrucciones de seguridad 03
1/ INSTALACIÓN
Conexión a la red 04
Antes de conectar el aparato 04
Protección medioambiental 04
Reciclaje 04
Componentes del aparato 05
2/ UTILIZACIÓN DEL APARATO
Puesta en marcha 06
Conservación de alimentos 06
Congelación 06
Ahorro de energía 06
3/ MANTENIMIENTO HABITUAL DEL APARATO
Descongelación 07
Mantenimiento 07
4/ INCIDENTES Y MENSAJES DE AVISO
Problemas de funcionamiento 08
5/ SERVICIOS POSTVENTA 09
02
ÍNDICE PT
Instruções sobre segurança 3
1/ INSTALAÇÃO
Ligação à rede 4
Antes de ligar o aparelho 4
Protecção do ambiente 4
Reciclagem 4
Componentes do aparelho 5
2/ UTILIZÃO DO APARELHO
Colocação em funcionamento 6
Conservação de alimentos 6
Congelação 6
Poupança de energia 6
3/ MANUTENÇÃO HABITUAL DO APARELHO
Degelo 7
Manutenção 7
4/ INCIDENTES E MENSAGENS DE AVISO
Problemas de funcionamiento 8
5/ SERVIÇO PÓS-VENDA 9
02
EN CONTENTS
• Safety instructions
_______________________________________
03
11 // IINNSSTTAALLLLIINNGG YYOOUURR AAPPPPLLIIAANNCCEE
• Electrical connection
_____________________________________
04
• Before connecting your appliance
__________________________
04
• Environmental protection
_________________________________
04
• Recycling _______________________________________________ 04
• Description of your appliance ______________________________ 05
22 // HHOOWW TTOO UUSSEE YYOOUURR AAPPPPLLIIAANNCCEE
• Starting
________________________________________________
06
• Conserving _____________________________________________ 06
• Freezing _______________________________________________ 06
• Saving energy ___________________________________________ 06
33 // RREEGGUULLAARR MMAAIINNTTEENNAANNCCEE OOFF YYOOUURR AAPPPPLLIIAANNCCEE
• Defrosting
______________________________________________
07
• Maintenance
____________________________________________
07
44 // PPAARRTTIICCUULLAARR MMEESSSSAAGGEESS,, IINNCCIIDDEENNTTSS
• Operating problems
______________________________________
08
55 // AAFFTTEERR--SSAALLEESS SSEERRVVIICCEE
_____________________________________
09
0022
NLINHOUDSOPGAVE
• Veiligheisvoorschriften
____________________________________
03
11 // IINNSSTTAALLLLAATTIIEE VVAANN HHEETT AAPPPPAARRAAAATT
• Elektrische aansluiting
____________________________________
04
• Alvorens het apparaat aan te sluiten
________________________
04
• Milieubescherming
_______________________________________
04
• Recycling _______________________________________________ 04
• Description de l’appareil___________________________________ 05
22 // GGEEBBRRUUIIKK VVAANN HHEETT AAPPPPAARRAAAATT
• Inwerkingstelling
_________________________________________
06
• Bewaren ________________________________________________ 06
• Invriezen _______________________________________________ 06
• Energiebesparingen ______________________________________ 06
33 // NNOORRMMAAAALL OONNDDEERRHHOOUUDD VVAANN HHEETT AAPPPPAARRAAAATT
• Ontdooien
______________________________________________
07
• Onderhoud
_____________________________________________
07
44 // BBIIJJZZOONNDDEERREE MMEELLDDIINNGGEENN,, IINNCCIIDDEENNTTEENN
• Storingen
_______________________________________________
08
55 // SSEERRVVIICCEEDDIIEENNSSTT
____________________________________________
09
0022
Dit apparaat is bestemd voor het bewaren van diepvriesproducten,
het invriezen van verse producten en het maken van ijsblokjes. Ieder
ander gebruik is onjuist.
De installatie moet tot stand worden gebracht volgens de instruc-
ties gegeven in deze handleiding : door een onjuiste installatie kan
het apparaat beschadigd worden.
In het geval er storingen optreden moet u contact opnemen met
erkende servicediensten of een beroep doen op vakmensen.
Altijd eerst de steker uit de contactdoos halen voordat u onder-
houdswerkzaamheden gaat verrichten op het apparaat, de steker
met de hand uit de contactdoos verwijderen en niet aan het snoer
trekken.
Indien de vrieskast een oude of in onbruik geraakte vrieskast ver-
vangt welke een sluitingsmechanisme met klink of veer, slot of ove-
rige heeft, moet u niet vergeten dit sluitingsmechanisme te vernieti-
gen of, beter nog, de deur van de oude vrieskast gewoonweg te
demonteren om te voorkomen dat iemand zich erin op zou sluiten
(spelende kinderen, huisdieren enz..).
Na het apparaat te hebben uitgepakt, moet u zorgvuldig controleren
of het niet is beschadigd. Mocht dit het geval zijn, dan moet u de
beschadigingen melden bij de verkoper binnen de 24 uur die volgen
op de levering. Al het verpakkingsmateriaal kan recycled worden
(karton, PE plastic, EPS...). Deze materialen buiten bereik van kinde-
ren houden.
Het koelcircuit van het apparaat bevat koelisobutaan, dit is een
weinig vervuilend maar wel ontvlambaar natuurlijk gas. Tijdens het
vervoer en het installeren van het apparaat moet u ervoor zorgen
dat geen van de componenten van het koelcircuit wordt bescha-
digd. Is dit toch het geval dan moet u het apparaat ver van vlammen
en ontstekingsbronnen houden en het vertrek waarin het staat goed
luchten en ventileren.
Voor een optimale werking van het apparaat is het beter het ver van
warmtebronnen te installeren en moet u ervoor zorgen dat de lucht
vrijelijk om het apparaat heen kan stromen (zie Installatie van het
apparaat).
Dit apparaat is niet bestemd voor gebruik door personen
(kinderen inbegrepen) waarvan de lichamelijke, sensoriele of men-
tale capaciteiten beperkt zijn, of personen zonder ervaring of ken-
nis, behalve onder toezicht van een persoon die instaat voor hun
veiligheid of voorafgaande instructies over het gebruik van het
apparaat.
Kinderen dienen verhinderd te worden met het apparaat te spelen.
VVEEIILLIIGGHHEEIIDDSSVVOOOORRSSCCHHRRIIFFTTEENN
NL
0033
INST
BBeellaannggrriijjkk ::
VVoooorrddaatt uu hheett aappppaarraaaatt ggaaaatt iinnssttaalllleerreenn,, mmooeett uu ddee vveeiilliigghheeiiddssvvoooorr--
sscchhrriifftteenn aaaannddaacchhttiigg lleezzeenn oomm bbeeppaaaallddee pprroobblleemmeenn ttee vvoooorrkkoommeenn..
Het apparaat moet in een droog en goed geventileerd vertrek
geïnstalleerd worden, ver uit de buurt van een warmtebron. U
moet een ruimte van tenminste 10 cm open laten achter de vries-
kast en ook 10 cm aan iedere kant van het apparaat.
De klimaatklasse van uw apparaat staat vermeld op het type-
plaatje. Deze klasse bepaalt het bereik van omgevingstemperatu-
ren waarvoor de koelunit ontworpen is en waarin de goede wer-
king van het apparaat verzekerd is.
Klasse Omgevingstemperatuur
N 16° tot 32°
ST 18° tot 38°
T 18° tot 43°
EELLEEKKTTRRIISSCCHHEE AAAANNSSLLUUIITTIINNGG
Eigenschappen van de contactdoos : 220-240V met aardaansluiting.
Het is beter geen adaptors en verlengsnoeren te gebruiken.
De kabel mag niet in contact met de compressor komen.
Ervoor zorgen dat de kabel niet onder het apparaat komt vast te zit-
ten.
De elektrische installatie van het apparaat is voorzien van een aar-
daansluiting. Veiligheidshalve moet het apparaat op een contact-
doos met een werkzame aardaansluiting worden aangesloten (ove-
reenkomstig de van kracht zijnde normen met betrekking tot elektri-
sche installaties).
De constructeur wijst iedere aansprakelijkheid van de hand wat
betreft schade die voortvloeit uit het feit dat het apparaat niet op de
aarde is aangesloten.
AALLVVOORREENNSS HHEETT AAPPPPAARRAAAATT AAAANN TTEE SSLLUUIITTEENN
• Maak de binnenkant van de vrieskast schoon met lauw water met
bicarbonaat. Afspoelen en zorgvuldig drogen.
• 2 uur wachten voordat u de vrieskast aanzet zodat de smeermid-
delen van de moto-compressor zich kunnen stabiliseren.
MMIILLIIEEUUBBEESSCCHHEERRMMIINNGG
Het koelcircuit en het isolatiemateriaal van dit apparaat bevatten
geen koelgassen die schadelijk voor de ozonlaag zijn. Het apparaat
mag niet worden afgevoerd met het huisvuil en oud ijzer, hierdoor
zou het koelcircuit beschadigd kunnen worden en met name aan de
achterzijde van het apparaat. Neem contact op met de technische
dienst van uw woonplaats om te weten te komen op welke manier
dit soort apparaten moet worden afgevoerd.
RREECCYYCCLLIINNGG
Het verpakkingsmateriaal van dit apparaat kan recycled worden.
Draag uw steentje bij tot de milieubescherming en recyclingsmo-
gelijkheden door het in de door de gemeente hiervoor neergezette
containers af te voeren.
Het apparaat bevat eveneens talrijke materialen die ook recycled
kunnen worden. Om die reden is het voorzien van dit logo om u te
vertellen dat oude apparaten niet mogen worden vermengd met
ander afval. Op deze manier komt de door de fabrikant georgani-
seerde recycling zo goed mogelijk tot stand, overeenkomstig de
Europese richtlijn 2002/96/CE met betrekking tot afval van elektri-
sche en elektronische uitrustingen. Neem contact op met de tech-
nische dienst van uw woonplaats of de verkoper om de plaatsen te
weten te komen waar u dit soort apparaten kunt afvoeren.
Wij danken u voor uw medewerking en uw bijdrage tot de milieu-
bescherming.
0044
NL
11 // IINNSSTTAALLLLAATTIIEE VVAANN HHEETT AAPPPPAARRAAAATT
ALLATION
Klep
Mand
Bedieningspaneel
Binnenverlichting (bij sommige modellen)
Thermostaat
Aan/uit-lampje (Volgens model)
Alarmlampje
"Snelvries"-toets (Volgens model)
11 // BBEESSCCHHRRIIJJVVIINNGG VVAANN UUWW AAPPPPAARRAAAATT
NL
0055
AA
BB
CC
DD
FF
EE
EE
FF
HH
E
GG
GG
HH
AA
CC
BB
DD
INSTALLATION
IINNWWEERRKKIINNGGSSTTEELLLLIINNGG
• Steek de stekker in het stopcontact : naargelang uw apparaat zul-
len de groene (onder spanning) en rode (alarm) lampjes oplichten.
• Zet de thermostaat op de middenstand en laat het apparaat zo
ongeveer 4 uur draaien : het controlelampje van de alarm moet uit-
gaan.
Na het apparaat in werking te hebben gesteld zal het alarmcontro-
lelampje gaan branden als de temperatuur in de vrieskast op abnor-
male wijze omhoog gaat tijdens de werking.
BBEEWWAARREENN
Indien het thermostaat niet op maximum staat of de toets “Super
Invriezen” (volgens model) niet geactiveerd is zal uw apparaat in
conserveer modus werken. De uiterste gebruiksdata hangen hoofd-
zakelijk af van het soort product.
IINNVVRRIIEEZZEENN
Het vriesvermogen wordt bepaald door de maximale hoeveelheid
producten die het apparaat in 24 uur kan invriezen, te weten vanaf
de omgevingstemperatuur tot aan -18°C. Deze hoeveelheid staat
vermeld op het typeplaatje aan de achterzijde van het apparaat. Ten
minste 24u voor het inbrengen van de levensmiddelen die ingevro-
ren moeten worden, dient u de toets “Super Invriezen” (oranje ) van
uw apparaat aan te zetten of het thermostaat op maximum te zetten
(indien uw diepvriezer geen toets Super Invriezen) heeft. Dan kunt
verse producten in de vrieskast leggen en deze toets ongeveer 24
uur ingedrukt laten.
Daarna kunt u opnieuw producten invriezen of het apparaat terug-
zetten naar de bewaarmodus.
Het is beter de in te vriezen producten te plaatsen op de bodem en
tegen de wanden zodat zij snellen worden ingevroren. Vermijd verse
producten in te contact te brengen met reeds ingevroren produc-
ten.
LLeett oopp ::
Als u de in te vriezen producten in de vrieskast plaats kan
het alarmcontrolelampje enkele ogenblikken gaan branden, dit is
normaal en heeft geen invloed op de werking of de kwaliteit van de
producten.
NL
22 // GGEEBBRRUUIIKK VVAANN HHEETT AAPPPPAARRAAAATT
0066
VVooeeddiinnggssmmiiddddeelleenn
BBeewwaaaarrttiijjdd iinn mmaaaannddeenn
Vries alleen verse producten in na ze te hebben schoongemaakt
en ingepakt in adequate verpakkingsmiddelen.
Breng op ieder pakje een etiketje aan met de datum van invriezen,
het gewicht of het aantal porties en de aard van het product.
Leg geen flessen of blikjes met koolzuurhoudend water in de vries-
kast, deze zouden kunnen springen.
Vries nooit en te nimmer een ontdooid product opnieuw in. Dit pr
o-
duct moet onmiddellijk gebruikt worden.
• Vermijd het deksel van de vrieskast te vaak te openen om te voor-
komen dat de temperatuur in de vrieskast zelf onnodig oploopt.
• Neem de aanbevolen uiterste gebruiksdatum vermeld op de ver-
pakking van diepvriesproducten in acht.
EENNEERRGGIIEEBBEESSPPAARRIINNGGEENN
• Laat de producten afkoelen voordat u ze in de vrieskast plaats.
• Als het apparaat in de “bewaarmodus” staat, raden wij u aan de
thermostaat zodanig in te stellen dat de temperatuur in de vrieskast
rond de -18°C blijft.
• De stand van de thermostaat die overeenkomt met het cijfer 3
maakt het u mogelijk minder stroom te verbruiken als de diepvries-
producten maar de helft van de capaciteit van het apparaat in bes-
lag nemen.
OONNTTDDOOOOIIEENN
Het ontdooisysteem van de vrieskast is handmatig.
GEBRUIK NOOIT EN TE NIMMER EEN METALEN INSTRUMEN
OF ELEKTRISCH APPARAAT OM DE VRIESKAST TE ONT-
DOOIEN .
Met het oog op de juiste werking van de vrieskast is het nodig
hem op zijn minst 1 x per jaar te ontdooien en vaker als het laagje
ijs dikker dan 10 mm is.
• Kies hiervoor een periode uit waarin de vrieskast niet al te vol is.
• Druk toets “Super Invriezen” (of volgens uw model, zet het ther-
mostaat op maximum) om de bevroren voedingswaren op een zo
laag mogelijke temperatuur te bewaren.
•Haal de producten uit de vrieskast, wikkel ze zorgvuldig in en leg
ze in de koelkast op op een andere koele plaats.
• Haal te steker van de vrieskast uit de contactdoos.
• Verwijder het laagje ijs met een krabber van hout of plastic. Spons
het gesmolten water weg.
• Schoonmaken met lauw water met een beetje zeep. Gebruik
NOOIT schurende producten, schuursponsjes of agressieve pro-
ducten (alcohol, verdunningsmiddelen ...).
• Afspoelen met helder water, zorgvuldig droog maken en het dek-
sel enkele minuten open laten staan.
• Zet het apparaat opnieuw aan en activeer de functie “Super invrie-
zen” (of zet het thermostaat op maximum). Plaats uw voedingswa-
ren opnieuw in de diepvriezer.
• Het ontdooien moet zo snel mogelijk gebeuren zodat de diep-
vries en ingevroren producten zo snel mogelijk terug in de vrieskast
gelegd kunnen worden, als hun temperatuur te veel oploopt kunnen
zij minder lang bewaard worden.
OONNDDEERRHHOOUUDD
TTiippss
Bij een stroomonderbreking :als de stopzetting voorzien is, activeer
de functie “Super invriezen” (of zet het thermostaat op maxi-
mum).24u op voorhand indien mogelijk. Het apparaat niet openen
zolang de stroom is afgesloten.
K
oureserve : 2 mogelijkheden :
• Uw vrieskast is voor ¾ vol. In dit geval is de koureserve voldoende
groot om te voorkomen dat de temperatuur abnormaal oploopt.
• De vrieskast bevat maar weinig producten. In dit geval raden wij u
aan in de vrieskast met water gevulde plastic bakjes te plaatsen, het
water zal, als het is bevroren, voor de nodige koureserve zorgen.
Als het apparaat langdurig wordt uitgezet, moet u de steker uit de
contactdoos halen. Wij raden u aan het deksel iets open te zetten
zodat de vrieskast naar behoren kan worden gelucht.
NL
33 // NNOORRMMAAAALL OONNDDEERRHHOOUUDD VVAANN HHEETT AAPPPPAARRAAAATT
0077
SSTTOORRIINNGGEENN
Tijdens de werking maakt de vrieskast verschillende geluiden, deze zijn normaal :
Het koelgas kan borrelen als het door de leidingen stroomt.
De compressor kan ronken, vaak iets harder bij het opstarten.
De gebruikte materialen kunnen “kraken” bij het uitzetten of krimpen.
TTEECCHHNNIISSCCHHEE SSEERRVVIICCEEDDIIEENNSSTT
Indien u alle hierboven staande controles hebt uitgevoerd en de storing niet is verdwenen, MAG U NIET ZELF GAAN SLEUTELEN AAN
DE VRIESKAST. Neem contact op met de Technische Servicedienst bij u in de buurt.
NL
44 // BBIIJJZZOONNDDEERREE MMEELLDDIINNGGEENN,, IINNCCIIDDEENNTTEENN
PPRROOBBLLEEEEMM OOPPLLOOSSSSIINNGG
Het apparaat werkt niet.
Controleer of de steker wel naar behoren in de contactdoos is
gestoken, of de zekering niet is doorgeslagen en of de lastscha-
kelaar niet is doorgeslagen.
De vrieskast koelt niet voldoende af.
Controleer de thermostaat en zorg ervoor dat de deur niet te lang
open blijft staan. Controleer ook of de deur wel naar behoren sluit.
De motor draait constant.
Controleer of de vrieskast wel naar behoren wordt geventileerd
dus of er wel voldoende ruimte eromheen is opengelaten zoals
vermeld in het hoofdstuk “Installatie”. Controleer eveneens of het
apparaat niet in contact komt met een warmtebron.
DDIITT AAPPPPAARRAAAATT VVOOLLDDOOEETT AAAANN DDEE CCEEEE RRIICCHHTTLLIIJJNNEENN
2006/95, 2004/108, 9966//5577,, 9922//3311,, 9944//6622
0088
De mogelijke ingrepen op uw apparaat moeten worden verricht door door het merk erkende vakmensen.
Als u deze mensen belt moet u de volledige referentie van het apparaat aangeven (model, type, serienummer) : deze inlichtingen staan
vermeld op het garantiecertificaat en het typeplaatje.
OORSPRONKELIJKE ONDERDELEN : eis bij een onderhoudsbeurt altijd dat er oorspronkelijke vervangingsdelen worden gebruikt.
NL
55 // SSEERRVVIICCEEDDIIEENNSSTT
0099
MD - CHEST FREEZER FAGOR - 02/2009
FAGORBRANDT SAS- Locataire Gérant- société par actions simplifiée au capital de 20.000.000 Euros - RCS Nanterre 440 303 196
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50

Groupe Brandt FCF209 de handleiding

Categorie
Diepvriezers
Type
de handleiding