Nautilus U628 Assembly & Owner's Manual

Type
Assembly & Owner's Manual
MONTAGE- / GEBRUIKERSHANDLEIDING
U628
.
2
Belangrijke veiligheidsvoorschriften 3
Waarschuwingsklevers/Serienummer 4
Instructies i.v.m. de aarding 5
Specicaties 6
Voorafgaandaandemontage 6
Onderdelen 7
Montagemateriaal 8
Gereedschap 8
Montage 9
Deetsnivelleren 15
Deetsverplaatsen 15
Kenmerken 16
Consolekenmerken 17
Bluetooth
®
-connectiviteit 20
Opafstandbediendehartslagmeter 21
Weerstandsbedieningen op afstand 22
Bediening 23
Afstellingen 23
Initiële installatie 24
Quick Start / Handmatige programma 24
Gebruikersproelen 24
Proelprogramma's 26
Krachttrainingsprogramma's 29
Pauzerenofstoppen 31
Resultaten 31
GOAL TRACK-statistieken 32
Instelmodus van de console 34
Onderhoud 35
Vervangen van de batterij van de
hartslagborstband 35
Onderhoudsonderdelen 36
Problemen oplossen 37
Nautilus,Inc.,www.nautilusinternational.com|Nautilus,Inc.,18225NERiversideParkway,Portland,OR97230VS|©2016
Nautilus, Inc. | ® verwijst naar handelsmerken die in de Verenigde Staten zijn geregistreerd. Deze merken mogen in andere
landen worden geregistreerd of anderszins worden beschermd door het gemeen recht. Nautilus, het Nautilus-logo, Nautilus
U628,NautilusTrainer,Bowex,SchwinnenUniversalzijnhandelsmerkenineigendomvanofinlicentiegegevenaanNautilus,
Inc. Polar
®
, OwnCode
®
, Loctite
®
, iTunes
®
,GooglePlay™,UnderArmour
®
enMyFitnessPal
®
zijn handelsmerken van hun
respectieve rechthebbenden. Het Bluetooth
®
-woordmerkendelogo'szijngeregistreerdehandelsmerkenvanBluetoothSIG,
Inc., en elk gebruik van deze merken door Nautilus, Inc. gebeurt onder licentie.
ORIGINELEHANDLEIDING-ENGELSEVERSIEALLEEN
INHOUDSOPGAVE
Bewaar het oorspronkelijke bewijs van aankoop en noteer de volgende informatie om de
garantieondersteuning te valideren:
Serienummer __________________________
Datum van aankoop ____________________
Neem contact op met uw lokale distributeur om uw productgarantie te registreren.
Als u vragen hebt of problemen ondervindt met uw product, neem dan contact op met uw lokale
Nautilus
®
-distributeur.
Om uw lokale distributeur te vinden gaat u naar: www.nautilusinternational.com
3
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
!
Dit pictogram wijst op een potentieel gevaarlijke situatie die kan leiden tot de dood of ernstig letsel.
Neem de volgende waarschuwingen in acht:
Lees aandachtig alle waarschuwingsklevers op dit toestel.
!
Lees aandachtig de montage-instructies. Lees aandachtig de volledige handleiding. Bewaar
de handleiding voor later gebruik.
!
Om het risico op een elektrische schok of het gebruik van de apparatuur zonder toezicht te
beperken trekt u altijd het best de stekker uit het stopcontact onmiddellijk na het gebruik van
het toestel of voordat u het schoonmaakt.
Houd omstanders en kinderen te allen tijde uit de buurt van het toestel dat u aan het monteren bent.
Sluit het toestel niet op het elektriciteitsnet aan totdat u dit gevraagd wordt.
Monteer het toestel niet buiten of in een vochtige of natte plaats.
Zorg ervoor dat u voldoende werkruimte hebt, uit de buurt van voorbijgangers en zonder omstanders in gevaar te
brengen.
Sommige componenten van het toestel kunnen zwaar of moeilijk hanteerbaar zijn. Roep de hulp in van een
tweede persoon wanneer u deze onderdelen monteert. Monteer geen zware of moeilijk hanteerbare onderdelen
zonder de hulp van een tweede persoon.
Installeer het toestel op een stevige, vlakke en horizontale ondergrond.
Probeer het design of de functionaliteit van het toestel niet te wijzigen. Dit zou de veiligheid van het toestel in
gevaar kunnen brengen en maakt de garantie ongeldig.
Als u reserveonderdelen nodig hebt, gebruik dan uitsluitend originele reserveonderdelen en montagemateriaal
van Nautilus. Als u geen originele reserveonderdelen gebruikt, dan kan dit een risico inhouden voor de gebruikers,
het toestel verhinderen om correct te werken en de garantie ongeldig maken.
Gebruik het toestel niet totdat het volledig gemonteerd en gecontroleerd is op correcte werking in
overeenstemming met de handleiding.
Lees voor de eerste ingebruikneming aandachtig de volledige handleiding die bij dit toestel is meegeleverd.
Bewaar de handleiding voor later gebruik.
Voer alle montagestappen in de opgegeven volgorde uit. Verkeerde montage kan leiden tot lichamelijke letsels of
onjuiste werking.
Sluit dit toestel aan op een correct geaard stopcontact (raadpleeg Instructies i.v.m. aarding).
Houd het netsnoer uit de buurt van warmtebronnen of hete oppervlakken.
Neem de volgende waarschuwingen in acht voordat u dit toestel in gebruik neemt:
!
Lees aandachtig de volledige handleiding. Bewaar de handleiding voor later gebruik.
Lees aandachtig alle waarschuwingsklevers op dit toestel. Als de waarschuwingsklevers op een
gegeven moment niet meer goed kleven, onleesbaar worden of loskomen, neem dan contact op met uw
lokale distributeur om de klevers te vervangen.
Laat geen kinderen toe in de buurt van dit toestel. Bewegende onderdelen en andere voorzieningen van het
toestel kunnen gevaarlijk zijn voor kinderen.
• Nietgeschiktvoorgebruikdoorkinderenjongerdan14jaar.
Vraag een arts om advies voordat u een trainingsprogramma start. Staak de training als u pijn of benauwdheid op
deborstvoelt,kortademigwordtofuauwvoelt.Vraaguwartsomadviesvoordatuhettoestelopnieuwbegintte
gebruiken. Gebruik de waarden die door de computer van het toestel worden berekend of opgemeten uitsluitend
ter informatie.
4
WAARSCHUWINGSKLEVERS EN SERIENUMMER
Serienummer
Productspecicatie
Controleer voor elk gebruik of het toestel geen losse onderdelen heeft of tekenen van slijtage vertoont. Gebruik
het toestel niet als u een probleem vaststelt. Controleer het zadel, de pedalen en de crankarmen grondig. Neem
contact op met uw lokale distributeur voor informatie over een eventuele reparatie.
• Maximalegebruikersgewicht:147,4kg.Gebruikhettoestelnietwanneerumeerweegt.
Dit toestel is alleen geschikt voor thuisgebruik.
Draag geen losse kleding of sieraden. Dit toestel heeft bewegende onderdelen. Plaats uw vingers of andere
voorwerpen niet in de bewegende onderdelen van het trainingstoestel.
Installeer en gebruik dit toestel op een stevige, vlakke en horizontale ondergrond.
Maak de pedalen stabiel voordat u erop gaat staan. Wees voorzichtig bij het op- en afstappen van het toestel.
Bij onderhoud zorgt u ervoor dat het toestel niet meer op het elektriciteitsnet is aangesloten.
Gebruik dit toestel niet buiten of in vochtige of natte plaatsen. Houd de voetpedalen schoon en droog.
• Bewaaraanbeidezijdenvanhettoesteleenvrijeruimtevantenminste0,6m.Ditisdeaanbevolen
veiligheidsafstand voor toegang en doorgang rond het toestel en voor het afstappen bij noodgevallen. Houd
omstanders buiten deze ruimte tijdens het gebruik van het toestel.
Span uzelf niet overdreven in tijdens het trainen. Gebruik het toestel in overeenstemming met de voorschriften in
deze handleiding.
Verstel en bevestig alle verstelbare onderdelen op een correcte en veilige manier. Zorg dat de verstelbare
onderdelen de gebruiker niet kunnen raken.
Het gebruik van dit toestel vereist coördinatie en evenwicht. Tijdens het trainen kunt u snelheids- en
weerstandsveranderingen verwachten. Wees dus voorzichtig om evenwichtsverlies en mogelijk letsel te
voorkomen.
• Eentoestelmagnooitonbewaaktwordenachtergelatenwanneerhetisaangesloten.Trekdestekkeruithet
stopcontact wanneer het toestel niet in gebruik is en voordat u onderdelen installeert of verwijdert.
Dit toestel is niet bedoeld voor gebruik door kinderen of personen met een verminderd lichamelijk, gevoels- of
mentaal vermogen, of personen zonder kennis over en ervaring met dit toestel, tenzij dit gebruik plaatsvindt onder
het toezicht van, of nadat men is geïnstrueerd over het gebruik van het toestel door, iemand die verantwoordelijk
is voor hun veiligheid.
Waarschuwingsklevers en Serienummer
5
Instructies i.v.m. de aarding
Dit product moet elektrisch worden geaard. Als er een storing optreedt, dan vermindert een correcte aarding het risico
op een elektrische schok. Het netsnoer is uitgerust met een apparatuuraardgeleider en moet worden aangesloten op een
stopcontact dat correct is geïnstalleerd en geaard.
!
De elektrische bedrading moet voldoen aan alle geldende plaatselijke en provinciale normen en
eisen. Bij het verkeerd aansluiten van de apparatuuraardgeleider bestaat het risico op een
elektrische schok. Vraag om advies aan een erkend elektricien als u niet zeker weet of het
toestel correct geaard is. Voer geen wijzigingen uit aan de stekker van het toestel. Als de stekker
niet in het aanwezige stopcontact past, laat dan een erkend elektricien een geschikt stopcontact
installeren.
Als u het toestel aansluit op een stopcontact met een differentieelschakelaar met beveiliging tegen overbelasting, dan kan
de werking van het toestel een kortsluiting veroorzaken. Een overspanningsbeveiliging is aanbevolen om het toestel te
beschermen.
Als er een overspanningsbeveiliging op dit toestel wordt gebruikt, zorg dan dat deze overeenstemt met het
vermogen van deze apparatuur. Sluit geen andere toestellen of apparaten samen met dit toestel op de
overspanningsbeveiliging aan.
Zorg dat het product wordt aangesloten op een stopcontact met dezelfde configuratie als de stekker. Er mag bij dit product
geen adapter worden gebruikt.
6
SPECIFICATIES
61cm (24”)
148cm (58.3”)
98cm (38.6”)
Voorafgaand aan de montage
Kies de plaats waar u het toestel wilt installeren en gebruiken. Voor een veilige werking moet het toestel op een harde
envlakkeondergrondwordengeïnstalleerd.Voorzieeentrainingsruimtevanminimaal1,9x1,6m.
Basisprincipes bij het monteren
Volg deze basisprincipes bij het monteren van uw toestel:
1.Leesaandachtigde'Belangrijke
veiligheidsvoorschriften'voorde
montage.
2. Verzamel alle onderdelen die u no-
dig hebt bij iedere montagestap.
3. Met behulp van de aanbevolen
moersleutels draait u de bouten en
moeren naar rechts (met de klok
mee) om aan te spannen en naar
links (tegen de klok in) om los te
draaien.
4. Wanneer u twee onderdelen vast-
maakt, heft u de constructie voor-
zichtig op en kijkt u door de boutga-
ten. Op die manier kunt u de bout
gemakkelijker door de gaten glijden.
5. Voor de montage zijn mogelijk twee
personen nodig.
Maximaal gebruikersgewicht: 147,4kg.
Totale benodigde ruimte (voetafdruk) van het toestel:5670cm2
Gewicht van het toestel: 37,7 kg.
Stroomvoorziening:
Werkspanning: 220-240VAC,50/60Hz
Werkstroom: 2 A
Hartslagborstband: 1CR2032-batterij
0.6m
24”
1.6m
72”
1.9m
87”
0.6m
24”
0.6m
24”
0.6m
24”
ZetdittoestelNIETbijhetafval.Hettoestelmoetwordengerecycled.Volgdevoorgeschrevenmethodenopeen
erkendafvalinzamelpuntomditproductcorrectterecyclen.
7
ONDERDELEN
Item Aantal Omschrijving Item Aantal Omschrijving
1 1 Hoofdframe 10 1 Verstelknop
2 1 Voorste stabilisatiesteun 11 1 Zadel
3 1 Achterste stabilisatiesteun 12 1 Linkerpedaal (L)
4 1 Beschermstuk mast 13 1 Rechterpedaal (R)
5 1 Consolemast (met stuurconstructie) 14 1 Bidonhouder
6 1 Afdekking stuurconstructie 15 1 Netsnoer
7 1 Stuur 16 1 Beschermkap consoleas
8 1 Console 17 1 Mp3-snoer
9 1 Zadelpen 18 1 Hartslagborstband
15
16
10
12 (L)
13 (R)
11
7
1
2
4
8
6
5
14
3
9
17
18
8
MONTAGEMATERIAAL / GEREEDSCHAP
Gereedschap
Meegeleverd
6mm
Item Aantal Omschrijving
A 4 ZeskantbolkopschroefM8x16
B 5 Borgring M8
C 4 Vlakke sluitring M8
D 1 T-hendel
E 1 Vlakke sluitring, smal M8
Opmerking: Bepaalde onderdelen zijn meegeleverd op de montagekaart als reser-
veonderdelen. Het is dus normaal dat er na de montage nog onderdelen
overblijven.
D E
9
MONTAGE
1. Bevestig de stabilisatiesteunen aan het hoofdframe
Opmerking: Het montagemateriaal(*) is vooraf geïnstalleerd op de stabilisatiesteunen en is dus niet aanwezig
op de montagekaart. Zorg dat de transportwielen op de voorste stabilisatiesteun naar voren zijn
gericht.
2. Installeer de consolemast en het beschermstuk van de mast op het hoofdsamenstel
NB: Let erop dat de consolekabelconnector (a) niet in de consolemast valt. Plaats de clips op de kabelconnec-
toren tegenover elkaar en zorg dat de connectoren vastklikken. Plooi de consolekabel niet.
X2
6 mm
*
*
*
X2
6 mm
*
*
*
2
3
1
a
4
5
A
6 mm
C
B
X4
10
3. Installeer het stuur op de consolemast
NB: Plooi de kabels niet. Steek het stuur (7) in de klem (5a), verstel het stuur in de gewenste hoek en installeer
de T-hendel (D) door de gaten. Gebruik de trekkabel in de stuurconstructie om de hartslagkabel (7a) en de
weerstandskabel (7b) door de sleuf (5b) onder de stuurconstructie naar de bovenkant van de mast en door
de opening in de achterplaat van de console te geleiden. Draai de T-hendel volledig vast, zodat het stuur
wordtgeblokkeerd.Duwdeafdekking(6)opzijnplaatsopdestuurconstructie.
7a
7
6
D
E
B
5a
D
E
B
7
5a
D
7a
7
5b
7b
7b
11
4. Installeer de console op de consolemast
Opmerking: Verwijder de voorgeïnstalleerde schroeven(*) uit de achterkant van de console voordat u de kabels
aansluit.Kleef,indiengewenst,deFrans-Canadesetransparantelaagopdevoorkantvande
console.
NB: Plooi de kabels niet. Duw het overschot aan kabel in de consolemast, zodat de as vrij kan bewegen.
X4
#2
*
8
8
X4
#2
*
12
6. Installeer de zadelpen op het frame
NB: Controleer of de verstelknop de zadelpen vastzet.
Stel de zadelpen niet hoger af dan de stopmarkering (STOP) op de buis.
9
10
10
STOP
5. Bevestig de beschermkap van de consoleas
16
13
7. Bevestig het zadel aan de zadelpen
NB:Zorgdathetzadelrechtstaat.Draaidemoeren(11b)opdezadelklem(11a)aanomhetzadelteblokkeren.
8. Installeer de pedalen
Opmerking: Het linkerpedaal is uitgerust met een omgekeerde schroefdraad. Zorg dat de pedalen aan de
juiste kant van de fiets worden bevestigd. De richting moet worden bepaald vanuit een zithouding
opdefiets.Hetlinkerpedaalisgemarkeerdmeteen'L';hetrechterpedaalmeteen'R'.
11
11a
11b
11b
13 (R)
12 (L)
14
9. Installeer de bidonhouder
Opmerking: Het montagemateriaal(*) is vooraf geïnstalleerd op de consolemast en is dus niet aanwezig op de
montagekaart.
10. Sluit het netsnoer aan
11. Laatste controle
Zorg dat al het montagemateriaal goed vastzit en dat de componenten correct gemonteerd zijn.
Noteer het serienummer in het daarvoor bedoelde veld vooraan in deze handleiding.
!
Gebruik het toestel niet of stel het niet in werking totdat het volledig gemonteerd en gecontroleerd is op
correcte werking in overeenstemming met de gebruikershandleiding.
15
*
X2
14
15
De fiets nivelleren
Aan weerszijden van de achterste stabilisatiesteun bevinden zich stelpootjes. Draai aan deze pootjes om de hoogte te
verstellen.
Verstel de stelpootjes niet te hoog, zodat ze niet loskomen of van het toestel worden afgeschroefd. Dit
zou lichamelijk letsel of schade aan het toestel kunnen veroorzaken.
Zorgdatdeetswaterpasstaatenstabielis
voordat u begint te trainen.
De fiets verplaatsen
Om de rechte fiets te verplaatsen trekt u het stuur naar u terwijl u de voorkant van de fiets omlaag drukt. Duw de fiets
naar de gewenste locatie.
NB:Weesvoorzichtigwanneerudeetsverplaatst.Abruptebewegingenkunnendewerkingvandecomputer
beïnvloeden.
VOORDAT U VAN START GAAT
16
KENMERKEN
A Console M Mp3-ingang
B Stuur met elleboogkussens N USB-poort
C Verstelbaar zadel O Contactsensoren voor hartslagmeting (CHR)
D Verstelknop schuifmechanisme van het zadel P Luidsprekers
E Verstelknop van de zadelpen Q Ventilator
F Pedalen R Weerstandsbedieningen op afstand
G Stabilisatiesteunen S Mediadraagblad
H Stelpootjes T Telemetrische hartslagontvanger (HR)
I Volledig overkapt vliegwiel U Bluetooth
®
-connectiviteit (niet afgebeeld)
J Transportwielen V Hartslagborstband
K Stroomconnector/-schakelaar W Mp3-snoer
L Bidonhouder X Netsnoer
A
C
B
E
F
G
H
D
I
G
J
K
L
M
N
A
B
O
P
Q
R
T
S
X
W
V
WAARSCHUWING! Gebruik de waarden die door de computer van het toestel worden berekend of opgemeten
uitsluitend ter informatie. De hartslag die wordt weergegeven, is een benadering en mag alleen
ter informatie worden gebruikt. Overmatig trainen kan ernstig letsel of de dood veroorzaken.
Staak de training onmiddellijk als u zich zwak voelt.
17
Consolefuncties
De console verstrekt belangrijke informatie over uw training en stelt u in staat om de weerstandsniveaus tijdens uw
trainingteregelen.DeconsoleisvoorzienvanhetNautilusDualTrack™-displaymetaanraaktoetsenwaarmeeudoorde
trainingsprogramma'skuntnavigeren.
Toetsenblokfuncties
Toets weerstandsverhoging () - Verhoogt het weerstandsniveau van de training
Toets weerstandsverlaging () - Verlaagt het weerstandsniveau van de training
QUICK START-toets - Start een Quick Start-training
USER-toets-Voorhetselecterenvaneengebruikersproel
PROGRAMS-toets - Voor het selecteren van een categorie en een trainingsprogramma
PAUSE/END-toets-Pauzeerteenactievetraining,beëindigteenonderbrokentrainingofgaatterugnaarhetvorige
scherm
GOALTRACK-toets-Geeftdetrainingsresultatenenprestatiesvoorhetgeselecteerdegebruikersproelweer
Verhoogtoets () - Verhoogt een waarde (leeftijd, tijd, afstand of calorieën) of beweegt door de opties
Toets Links () - Geeft de verschillende trainingswaarden tijdens een training weer en beweegt door de opties
OK-toets - Start een programmatraining, bevestigt informatie of hervat een onderbroken training
Toets Rechts () - Geeft de verschillende trainingswaarden tijdens een training weer en beweegt door de opties
Verlaagtoets () - Verlaagt een waarde (leeftijd, tijd, afstand of calorieën) of beweegt door de opties
Bovenstedisplay
Onderstedisplay
Sneltoetsen weerstandsniveau
Prestatie-indicatielampjes
Ventilator
18
FAN-toets-Bedientdeventilatormetdriesnelheden
Sneltoetsen weerstandsniveaus - Verschuift de weerstandsniveaus snel tijdens een training naar de instelling
Prestatie-indicatielampen - wanneer een prestatieniveau wordt bereikt of een trainingsresultaat wordt bekeken, gaat de
prestatie-indicatielamp aan
Nautilus Dual Track™-display
Gegevens van het bovenste display
Programmadisplay
Hetprogrammadisplaygeeftinformatievoordegebruikerweerenhetrasterdisplaygebiedgeefthettrajectproelvan
hetprogrammaweer.Elkekolominhetproeltoontééninterval(trainingssegment).Hoehogerdekolom,hoehogerde
weerstand. De knipperende kolom geeft uw huidige interval weer.
Intensiteitsdisplay
Hetintensiteitsdisplaytoonthetintensiteitsniveauopdatmomentopbasisvandehuidigeweerstand.
Hartslagzonedisplay
Hethartslagzonedisplaytoontinwelkezonedehuidigehartslagwaardevaltvoordehuidigegebruiker.Deze
hartslagzones kunnen worden gebruikt als een trainingsrichtsnoer voor een bepaalde doelzone (anaeroob, aeroob of
vetverbranding).
Vraag een arts om advies voordat u een trainingsprogramma start. Staak de training als u pijn of
benauwdheid op de borst voelt, kortademig wordt of u auw voelt. Vraag uw arts om advies voordat u het
toestel opnieuw begint te gebruiken. De hartslag die wordt weergegeven, is een benadering en mag alleen
ter informatie worden gebruikt.
Opmerking:Alsergeenhartslagwordtgedetecteerd,danishetdisplayleeg.
NB: Plaats geen persoonlijke elektronische apparaten aan de linkerkant van het mediadraagblad om interferentie met
de telemetrische hartslagontvanger te voorkomen.
Doeldisplay
HetDoeldisplaygeefthetgeselecteerdetypedoel(Afstand,TijdofCalorieën)weer,dehuidigewaardevoorhetbereiken
van het doel en het voltooide percentage van het te bereiken doel.
Gebruikersdisplay
HetGebruikersdisplaytoontwelkgebruikersproelmomenteelisgeselecteerd.
Gebruikersdisplay
Prestatiedisplay
Programmadisplay
19
Prestatiedisplay
HetPrestatiedisplaywordtgeactiveerdwanneereentrainingsdoelisbereiktofwanneereentrainingsmijlpaalwordt
overtroffentenopzichtevanvorigetrainingen.Hetconsoledisplayzaldegebruikerfeliciterenenheminformerenvanzijn
prestatie. Dit gaat gepaard met een feestelijk geluidje.
Gegevens van het onderste display
Hetonderstedisplaytoontdetrainingswaardenenkanvooriederegebruikerwordenaangepast.(Raadpleeghetdeel
'Gebruikersproelbewerken'indezehandleiding).
Snelheid
HetSnelheidsdisplaytoontdesnelheidvanhettoestelinmijlperuur(mph)ofkilometerperuur(km/u).
Tijd
HetTijdsdisplaytoontdetotaleduurvandetraining,degemiddeldeduurvoorhetgebruikersproelofdetotalewerkings-
tijd van het toestel.
Opmerking: In het geval van een Quick Start-training van meer dan 99 minuten en 59 seconden (99:59) verspringen de
tijdseenhedennaarurenenminuten(1uur,40minuten).
Afstand
HetAfstandsdisplaytoontdeafgelegdeafstand(mijlofkm)tijdensdetraining.
Opmerking:Raadpleeghetdeel'Instelmodusvandeconsole'vandezehandleidingomdemeeteenhedenteverande-
rennaarEngelseofmetrischematen.
Niveau
HetNiveaudisplaytoonthethuidigeweerstandsniveautijdensdetraining.
Toerental
HetTPM-displaytoontdepedaalomwentelingenperminuut(TPM).
Hartslag
HetHartslagdisplaytoonthetaantalslagenperminuut(BPM)vandehartslagmeter.Wanneerdeconsoleeenhartslagsig-
naal ontvangt, begint het pictogram te knipperen.
Vraag een arts om advies voordat u een trainingsprogramma start. Staak de training als u pijn of
benauwdheid op de borst voelt, kortademig wordt of u auw voelt. Vraag uw arts om advies voordat u het
toestel opnieuw begint te gebruiken. De hartslag die wordt weergegeven, is een benadering en mag alleen
ter informatie worden gebruikt.
Wattage
HetWATTS-displaytoonthetgeschatteuitgangsvermogenbijdehuidigepedaalverplaatsingenintensiteitsniveau,uitge-
druktinwatt(746watt=1pk).
Calorieën
HetCalorieëndisplaytoonthetaantalcalorieëndatunaarschattingtijdenshettrainenhebtverbrand.
20
Bluetooth
®
-connectiviteit met de ‘Nautilus Trainer™’-tnessapp
DittnesstoestelisuitgerustmetBluetooth
®
-connectiviteitenkandraadloossynchroniserenmetdetnessapp‘Nautilus
Trainer™’opondersteundeapparaten.Deappsynchroniseertmetuwtnesstoestelomhettotaleaantalverbruikte
calorieën,deduur,deafstandennogveelmeerbijtehouden.Elketrainingwordtgeregistreerdenopgeslagenvoor
snelleconsultatie.BovendiensynchroniseertdeappuwtrainingsgegevensautomatischmetMyFitnessPal
®
en Under
Armour
®
ConnectedFitness,waardoorhetbereikenvanuwdagelijksecaloriedoelgemakkelijkerwordtdanooittevoren!
Volg uw resultaten en deel ze met vrienden en familie.
1. Downloaddegratissoftwareapp,NautilusTrainer™.DeappisbeschikbaaropiTunes
®
enGooglePlay™.
Opmerking: Raadpleeg de softwareapp op iTunes
®
ofGooglePlay™vooreenvolledigelijstvanondersteunde
apparaten.
2. Volgdeinstructiesopdesoftwareappomuwapparaatmetuwtnesstoesteltesynchroniseren.
3. OmuwtrainingsgegevensmetMyFitnessPal
®
of Under Armour
®
ConnectedFitnesstesynchroniserenkliktuophet
gewenste programma en meldt u zich aan met uw logingegevens.
Opmerking:De‘NautilusTrainer™’-fitnessappzaluwtrainingenautomatischsynchroniserennadeeerste
synchronisatie.
Opladen via USB
Als een USB-apparaat op de USB-poort wordt aangesloten, zal het apparaat worden opgeladen indien dat mogelijk is.
Afhankelijk van de stroomsterkte van het apparaat is het vermogen dat door de USB-poort wordt afgeleverd, mogelijk niet
voldoende om het apparaat tegelijkertijd te gebruiken en op te laden.
Borstband
Met de meegeleverde hartslagborstband kunt u uw hartslag op elk gewenst moment tijdens uw training volgen:
Vraag een arts om advies voordat u een trainingsprogramma start. Staak de training als u pijn of
benauwdheid op de borst voelt, kortademig wordt of u auw voelt. Vraag uw arts om advies voordat u het
toestel opnieuw begint te gebruiken. De hartslag die wordt weergegeven, is een benadering en mag alleen
ter informatie worden gebruikt.
De hartslagmeter is aan een borstband vastgemaakt, zodat u tijdens het trainen uw handen vrij hebt. De borstband
omdoen:
1. Maakdezendervastaandeelastischeborstband.
2. Bevestig de band om uw borst met de kromming van de zender naar boven gericht, net
onder de borstspieren.
3. Trek de zender van uw borst en maak de twee geribbelde elektrodeplaten aan de ach-
terkant vochtig.
4. Controleer of de vochtige elektrodeplaten goed tegen de huid aanzitten.
De zender zal uw hartslag naar de ontvanger van het toestel verzenden en het geschatte
aantal slagen per minuut (BPM) weergeven.
Verwijder altijd de zender voordat u de borstband schoonmaakt. Maak de borstband
regelmatig schoon met milde zeep en laat hem goed drogen. Achterblijvend zweet en vocht
houden de zender mogelijk actief en kunnen belastend zijn voor de batterij. Maak de zender
dus na elk gebruik droog en veeg hem schoon.
Opmerking: Gebruik geen schurende of chemische middelen als staalwol of alcohol bij het schoonmaken van de
borstband. De elektroden kunnen er blijvend door beschadigd worden.
Als de console geen hartslag weergeeft, dan is de zender mogelijk defect. Controleer of de geribbelde contactvlakken op
de borstband contact maken met de huid. Het kan nodig zijn om de contactvlakken een beetje nat te maken. Controleer of
21
de kromming van de zender naar boven is gericht. Als er geen signaal verschijnt of als u meer hulp nodig hebt, neem dan
contact op met uw vertegenwoordiger van Nautilus.
Verwijder de batterij voordat u een borstband afdankt. Het afdanken moet gebeuren in overeenstemming
met de lokale regelgeving en/of bij erkende recyclingcentra.
Draadloze hartslagmeter
Het volgen van uw hartslag is een van de beste methoden om de intensiteit van uw training te controleren. De aanwezige
Contact Heart Rate-sensoren (CHR) verzenden uw hartslagsignalen naar de console. De console kan ook telemetrische
hartslagsignalenaezendoormiddelvaneenhartslagborstbanddieuitzendtopeenfrequentievan4,5-5,5kHz.
Opmerking: De borstband moet een ongecodeerde hartslagborstband van
PolarElectrozijn,ofeenongecodeerdPOLAR
®
-compatibel
model. (Gecodeerde Polar
®
-hartslagbanden zoals POLAR
®
OwnCode
®
-borstbanden zullen niet werken met deze
apparatuur.)
Vraag uw arts om advies voordat u een draadloze borstband of
een andere telemetrische hartslagmeter gebruikt als u een
pacemaker of een ander geïmplanteerd elektronisch apparaat
draagt.
NB: Plaats geen persoonlijke elektronische apparaten aan de linkerkant
van het mediadraagblad om interferentie met de telemetrische hart-
slagontvanger te voorkomen.*
Contactsensoren voor hartslagmeting
Contact Heart Rate-sensoren (CHR) verzenden uw hartslagsignalen naar de console. De CHR-sensoren zijn de
roestvrijstalen onderdelen van de handgrepen. Om deze te gebruiken plaatst u uw handen comfortabel rond de sensoren.
Zorg dat uw handen de boven- en de onderkant van de sensoren aanraken. Houd de handgrepen stevig vast, maar
niet te vast of te los. Beide handen moeten contact maken met de sensoren, opdat de console een hartslag zou kunnen
detecteren. Zodra de console vier stabiele pulssignalen detecteert, wordt uw initiële hartslag weergegeven.
Zodradeconsoleuwinitiëlehartslagheeftgevonden,houdtuuwhandengedurende10à15secondenstilzonderzete
verschuiven. De console gaat de hartslag nu valideren. Heel wat factoren hebben een invloed op het vermogen van de
sensoren om uw hartslag te detecteren:
Beweging van de spieren van het bovenlichaam (met inbegrip van de armen) produceert een elektrisch signaal (spier-
artefact) dat de pulsdetectie kan verstoren. Lichte beweging van de handen tijdens het contact met de sensoren kan
ook storingen veroorzaken.
Eeltopdehandenenhandlotionvormeneenisolatielaagenverminderendesignaalsterkte.
SommigepersonenwekkeneenonvoldoendesterkECG-signaalop,datnietkanwordengedetecteerddoordesensoren.
De nabijheid van andere elektronische apparaten kan storing veroorzaken.
Als uw hartslagsignaal op enig moment verstoord lijkt te zijn na validatie, maakt u uw handen en de sensoren schoon en
probeert u het opnieuw.
Hartslagberekeningen
Uwmaximalehartslagdaaltdoorgaansvan220slagenperminuut(BPM)alskindtotongeveer160BPMopdeleeftijd
van60.Dezedalingvandemaximalehartslagverlooptmeestallineair,metongeveeréénBPMperjaar.Erzijngeen
aanwijzingendatdedalingvandemaximalehartslagdoortrainingkanwordenbeïnvloed.Mensenvandezelfdeleeftijd
*
22
kunnenverschillendemaximalehartslagenhebben.Omdezewaardenauwkeurigteberekenenlegtudusbetereen
stresstest af in plaats van de formule op basis van de leeftijd toe te passen.
Uw hartslag in rusttoestand wordt beïnvloed door duurtraining. De doorsnee volwassene heeft een hartslag in
rusttoestand van ongeveer 72 slagen per minuut, terwijl intensief getrainde lopers 40 slagen per minuut of lager kunnen
halen.
De hartslagtabel is een schatting van welke hartslagzone (HRZ) effectief is om vet te verbranden en uw cardiovasculaire
conditieteverbeteren.Fysiekeomstandighedenvariëren.DaaromishetmogelijkdatuwindividueleHRZverschillende
slagen hoger of lager ligt dan wat wordt weergegeven.
Demeestefciënteprocedureomvetteverbrandentijdenshettrainenistebeginnenopeenlaagtempoendeintensiteit
geleidelijkoptedrijventotdatuwhartslag50-70%vanuwmaximalehartslagbereikt.Gadooropdattempo,waarbijuuw
hartslag in die doelzone houdt gedurende meer dan 20 minuten. Hoe langer u uw doelhartslag aanhoudt, hoe meer vet
uw lichaam verbrandt.
Degraekiseenbeknopterichtlijnmetdedoorgaansvoorgesteldedoelhartslagwaardenvoorpersonenvanuwleeftijd.
Zoals we hierboven reeds vermeldden, kan uw optimale doelhartslag hoger of lager liggen. Vraag uw arts om advies in
verband met uw persoonlijke doelhartslagzone.
Opmerking:Zoalsmetalletrainingenentnessprogramma'shetgevalis,moetuookhierdeintensiteitendeduurvan
de training naar eigen goeddunken verhogen.
Weerstandsbedieningen op afstand
De weerstandsbedieningen op afstand bevinden zich op de stuurarmen. De weerstand kan via deze toetsen worden
bediend. De rechterstuurarm heeft een toets om de weerstand te verhogen () en de linkerstuurarm heeft een toets om
de weerstand te verlagen ().Dezetoetsenfunctionerenopexactdezelfdemanieralsdeverhoog-enverlaagtoetsen
voor weerstand op de console.
20-24
Doelhartslag voor vetverbranding
Hartslag BPM (slagen per minuut)
Leeftijd
25-29
0
50
100
150
200
250
30-34 35-39 40-44 45-49 50-54 55-59 60-64 65-69 70+
196
191
186
181
176
171
166
161
156
151
146
167
162
158
154
150
145
141
137
133
128
126
Maximale Hartslag
Doelhartslagzone
(blijf binnen deze zone voor
een optimale vetverbranding)
118
115
112
109
106
103
100
97
94
91
88
23
BEDIENING
Wat te dragen
Draag sportschoenen met rubberen zolen. Om te trainen hebt u geschikte kleding nodig waarin u vrij kunt bewegen.
Hoe vaak moet u trainen
Vraag een arts om advies voordat u een trainingsprogramma start. Staak de training als u pijn of benauwd-
heid op de borst voelt, kortademig wordt of u auw voelt. Vraag uw arts om advies voordat u het toestel
opnieuw begint te gebruiken. Gebruik de waarden die door de computer van het toestel worden berekend of
opgemeten uitsluitend ter informatie. De hartslag die op de console wordt weergegeven, is onnauwkeurig
en mag alleen ter informatie worden gebruikt.
3 keer per week gedurende 30 minuten per dag.
Plan trainingen op voorhand en probeer het schema te volgen.
Afstellen van het zadel
Hetjuistafstellenvanhetzadelhelptumaximaletrainingsefciëntieen-comforttegaranderen,
terwijl het risico op lichamelijk letsel wordt verkleind.
1.Metéénpedaalnaarvorenplaatstudebalvanuwvoetinhetmiddenvanhetpedaal.Uwbeen
moet licht gebogen zijn ter hoogte van de knie.
2.Alsuwbeenterechtstaatofuwvoethetpedaalnietraakt,zethetzadelvanderechteetsdan
wat lager. Als uw been te veel gebogen is, zet het zadel dan wat hoger.
!
Stap van de ets voordat u het zadel verstelt.
Draai en trek de verstelknop op de zadelbuis los. Stel het zadel op de gewenste hoogte af. Laat de
verstelknop los om de borgpen vast te zetten. Controleer of de pen volledig is vastgezet en draai
de knop helemaal aan.
!
Stel de zadelpen niet hoger af dan de stopmarkering (STOP) op de buis.
Om het zadel dichter bij of verder van de console te zetten draait u de verstelknop van het schuif-
mechanisme van het zadel los en trekt u deze naar beneden. Schuif het zadel naar voren of achte-
ren in de gewenste positie. Laat de verstelknop los om de borgpen vast te zetten. Controleer of de
pen volledig is vastgezet en draai de knop helemaal aan.
Plaatsing van de voet / Afstelling van de pedaalriem
Voetpedalenmetriemenhoudenuwvoetenveiligopdetrainingsets.
1.Plaatsdebalvanelkevoetopdepedalen.
2.Draaidepedalentotdateréénkanwordenbereikt.
3. Maak de riem over uw schoen vast.
4. Herhaal dit voor de andere voet.
Richtuwtenenenknieënrechtnaarvorenomeenmaximaletrapkrachttegaranderen.Ukuntde
pedaalriemen verschillende trainingen na elkaar gebruiken zonder ze te verstellen.
Opstart/Stand-by-modus
De console zal in de Opstart/Stand-by-moduswordengeplaatstwanneerhijopeenstroombronwordtaangesloten,wan-
neer er een toets wordt ingedrukt of wanneer hij een signaal ontvangt van de toerentalsensor als gevolg van trapbewegin-
gen op het toestel.
Automatisch uitschakelen (slaapstand)
Als de console gedurende ongeveer 5 minuten geen enkele input ontvangt, dan wordt hij automatisch uitgeschakeld, ten-
zij hij in demonstratiemodus staat.
24
Druk op gelijk welke toets om de console (opnieuw) te activeren. Als uw toestel in demonstratiemodus staat, houd dan de
PAUSE/END-toetsendetoetsLinksgedurende3secondensameningedrukt.
Opmerking: De console heeft geen Aan/Uit-schakelaar.
Initiële installatie
Wanneer de console voor de eerste keer wordt opgestart, moeten de datum, de tijd en uw voorkeur voor de meeteenhe-
den worden ingesteld.
1. Datum:Drukopdeverhoog-enverlaagtoetsenomdehuidigeactievewaarde(dieknippert)aantepassen.Drukop
de toetsen Links/Rechts om de selectie van de huidige actieve waarde (maand/dag/jaar) te veranderen.
2. Druk op OK om in te stellen.
3. Tijd: Druk op de verhoog- en verlaagtoetsen om de huidige actieve waarde (die knippert) aan te passen. Druk op de
toetsen Links/Rechts om de selectie van de huidige actieve waarde (uur/minuten/AM of PM) te veranderen.
4. Druk op OK om in te stellen.
5. Meeteenheden:Drukopdeverhoog-enverlaagtoetsenomtekiezentussen'MILES'(Engelsematen)of'KM'
(metrische maten).
6. DrukopOKomintestellen.DeconsolekeertterugnaarhetOpstart/Stand-by-scherm.
Opmerking: Omdezeinstellingenaantepassengaatunaarhetdeel'Instelmodusvandeconsole'.
Snelstartprogramma (handmatig)
Met het handmatige snelstartprogramma kunt u een training starten zonder enige informatie in te voeren.
Bij een handmatige training staat iedere kolom voor een periode van 2 minuten. De actieve kolom verschuift om de 2
minuten verder over het scherm. Als de training langer duurt dan 30 minuten, dan wordt de actieve kolom vastgezet op de
verstekolomaanderechterkantenwordendevorigekolommenvanhetdisplaygeduwd.
1. Gaophettoestelzitten.
2. Drukopde'User'-toetsomhetjuistegebruikersproeltekiezen.Alsunoggeengebruikersproelhebtingesteld,dan
kuntueenproelzonderaangepastegegevenskiezen(alleenstandaardwaarden).
3. Druk op de QUICK START-knop om het handmatige programma te starten.
4. Om de weerstand te veranderen drukt u op de toetsen voor het verhogen of verlagen van de weerstand. Het huidige
interval en de daaropvolgende intervallen worden ingesteld op het nieuwe niveau. De standaardwaarde van de
weerstand voor het handmatige programma is 4. De klok telt op vanaf 0:00.
Opmerking: In geval van een handmatige training van meer dan 99 minuten en 59 seconden (99:59) verspringen de
tijdseenhedennaarurenenminuten(1uur,40minuten).
5. StopmettrappenendrukopPAUSE/ENDomdetrainingtepauzerenwanneeruklaarbent.DruknogmaalsopPAU-
SE/ENDomdetrainingtebeëindigen.
Opmerking: De trainingsresultaten worden in het huidige gebruikersprofiel opgeslagen.
Gebruikersprofielen
Op de console kunt u 4 gebruikersprofielen opslaan en gebruiken. De resultaten van iedere training worden automatisch
in de gebruikersprofielen opgeslagen, waar ze kunnen worden bekeken.
De volgende gegevens worden in het gebruikersprofiel opgeslagen:
Naam-maximaal10tekens
Leeftijd
Gewicht
Lengte
Geslacht
Gewenste trainingswaarden
25
Een gebruikersprofiel kiezen
Iederetrainingwordtopgeslagenineengebruikersproel.Zorgdatuhetjuistegebruikersproelkiestvoordatueentrai-
ning start. De laatste gebruiker die een training heeft voltooid, wordt standaard geselecteerd.
Gebruikersproelenzijningesteldopdestandaardwaardentotdatzewordenaangepast.Vergeetuwgebruikersproeldus
niet te bewerken voor meer accurate informatie over calorieverbruik en hartslagwaarden.
Kiesophetopstartschermeenvandegebruikersproelenmetbehulpvande'User'-toets.Opdeconsolewordtdenaam
enhetpictogramvanhetgebruikersproelweergegeven.
Gebruikersprofiel bewerken
1. Kiesophetopstartschermeenvandegebruikersprofielenmetbehulpvande'User'-toets.
2. Druk op OK om het profiel te selecteren.
3. Ophetconsoledisplayverschijntdeboodschap'EDIT'(Bewerken)endenaamvanhethuidigegebruikersprofiel.
DrukopOKomdeoptie'Gebruikersprofielbewerken'testarten.
DrukopdetoetsPAUSE/ENDomdeoptie'Gebruikersproelbewerken'teverlaten.Deconsolezalnaarhet
Opstartscherm terugkeren.
4. Ophetconsoledisplayverschijntdeboodschap'NAME'(Naam)endenaamvanhethuidigegebruikersprofiel.
Opmerking: Het veld voor de naam van de gebruiker is leeg als dit de eerste bewerking is. De naam van een gebrui-
kersprofielisbeperkttot10tekens.
Het huidige actieve segment knippert. Gebruik de verhoog- en verlaagtoetsen om door het alfabet en een spatie (te
vinden tussen A en Z) te navigeren. Voor het instellen van elk segment gebruikt u de toetsen Links () of Rechts ()
om van het ene segment naar het andere te gaan.
Druk op OK om de weergegeven gebruikersnaam te accepteren.
5. Voorhetbewerkenvandeanderegebruikersgegevens(EDITAGE,EDITWEIGHT,EDITHEIGHT,EDITGENDER)
gebruikt u de verhoog- en verlaagtoetsen om de waarden aan te passen en drukt u op OK om iedere invoer vast te
leggen.
6. Ophetconsoledisplayverschijntdeboodschap'SCAN'(Scannen).Metdezeoptiecontroleertuhoede
trainingswaarden worden weergegeven tijdens een training. Wanneer deze optie is uitgeschakeld, kan de gebruiker
met behulp van de toetsen Rechts () of Links () de andere trainingswaarden bekijken wanneer hij dat wenst.
Wanneerdeoptieisingeschakeld,geeftdeconsoleomde6secondeneenanderetrainingswaardeweer.
De optie is standaard uitgeschakeld.
Druk op de OK-toets om de manier waarop de trainingswaarden worden weergegeven, vast te leggen.
7. Ophetconsoledisplayverschijntdeboodschap'WIRELESSHR'(Draadlozehartslagmeting).Alsudeluidsprekers
van de console gebruikt met hoge instellingen en/of een groter persoonlijk elektronisch apparaat gebruikt, dan
wordt de hartslagmeting op de console mogelijk verstoord door interferentie. Met deze optie kunt u de telemetrische
hartslagontvanger uitschakelen om de interferentie te blokkeren.
Ophetbovenstedisplayzietudehuidigewaarde-instelling:'ON'of'OFF'.Drukopdeverhoog-() of verlaagtoets
() om de waarde te veranderen.
De optie is standaard ingeschakeld.
Druk op de OK-toets om de telemetrische hartslagontvanger te activeren.
8. Ophetconsoledisplayverschijntdeboodschap'EDITLOWERDISPLAY'(Onderstedisplaybewerken).Metdeze
optie bepaalt u welke trainingswaarden worden weergegeven tijdens een training.
Ophetonderstedisplayverschijnenalletrainingswaarden,waarbijdeactievetrainingswaardeknippert.Ophet
bovenstedisplayzietudeactievewaarde-instelling:'ON'of'OFF'.Drukopdeverhoog-() of verlaagtoets
() om de actieve trainingswaarde te verbergen en gebruik de toetsen Links () of Rechts () om de actieve
trainingswaarde te veranderen.
Opmerking: Om een verborgen trainingswaarde zichtbaar te maken herhaalt u de procedure en verandert u de instel-
lingvoordiewaardeophetbovenstedisplaynaar'ON'.
26
Wanneeruklaarbentmethetbewerkenvanhetonderstedisplay,druktuopOKomdeinstellingenvastteleggen.
9. De console keert terug naar het Opstartscherm met de geselecteerde gebruiker.
Een gebruikersprofiel resetten
1. Kiesophetopstartschermeenvandegebruikersprofielenmetbehulpvande'User'-toets.
2. Druk op OK om het profiel te selecteren.
3. Ophetconsoledisplayverschijntdenaamvanhethuidigegebruikersprofielendeboodschap'EDIT'(Bewerken).
Druk op de verhoog- () of verlaagtoets () om de boodschap te veranderen.
Opmerking: DrukopdetoetsPAUSE/ENDomdeoptie'Gebruikersproelbewerken'teverlaten.Deconsolekeertnaar
het Opstartscherm terug.
4. Ophetconsoledisplayverschijntdeboodschap'RESET'(Resetten)endenaamvanhethuidigegebruikersprofiel.
DrukopOKomdeoptie'Gebruikersprofielresetten'testarten.
5. De console zal nu vragen om het verzoek voor het resetten van het gebruikersprofiel te bevestigen (de
standaardkeuzeis'NO').Drukopdeverhoog-() of verlaagtoets () om de keuze aan te passen.
6. DrukopOKomuwkeuzetemaken.
7. De console keert terug naar het Opstartscherm.
De weerstand aanpassen
Druk op de toetsen voor het verhogen () of verlagen () van het weerstandsniveau om de weerstand op ieder
gewenst moment in een trainingsprogramma te wijzigen. Om de weerstand snel aan te passen drukt u op de gewenste
weerstandssneltoets. De console zal de weerstand aanpassen tot het ingestelde weerstandsniveau van de sneltoets.
Profielprogramma's
Dezeprogramma'sautomatiserenverschillendeweerstands-entrainingsniveaus.Deproelprogramma'szijngeorgani-
seerdincategorieën(FunRides,MountainsenChallenges).
Opmerking:Wanneereengebruikerallecategorieënbekijkt,wordenzeuitgevouwenzodatdeprogramma'sbinnen
elke categorie worden weergegeven.
FUN RIDES
Rolling Hills Ride in the Park
Secondary Case 6: Profile Programs
Rolling Hills
FUN RIDES
Ride in the Park Easy Tour
Pike’s Peak
MOUNTAINS
Mount Hood Pyramids
Uphill Finish
CHALLENGES
Cross-Training Interval
Stream Crossing
Summit Pass
Stairs
REVED : 122612
Secondary Case 6: Profile Programs
Rolling Hills
FUN RIDES
Ride in the Park Easy Tour
Pike’s Peak
MOUNTAINS
Mount Hood Pyramids
Uphill Finish
CHALLENGES
Cross-Training Interval
Stream Crossing
Summit Pass
Stairs
REVED : 122612
EasyTour StreamCrossing
Secondary Case 6: Profile Programs
Rolling Hills
FUN RIDES
Ride in the Park Easy Tour
Pike’s Peak
MOUNTAINS
Mount Hood Pyramids
Uphill Finish
CHALLENGES
Cross-Training Interval
Stream Crossing
Summit Pass
Stairs
REVED : 122612
Secondary Case 6: Profile Programs
Rolling Hills
FUN RIDES
Ride in the Park Easy Tour
Pike’s Peak
MOUNTAINS
Mount Hood Pyramids
Uphill Finish
CHALLENGES
Cross-Training Interval
Stream Crossing
Summit Pass
Stairs
REVED : 122612
27
MOUNTAINS
Pike’sPeak MountHood
Secondary Case 6: Profile Programs
Rolling Hills
FUN RIDES
Ride in the Park Easy Tour
Pike’s Peak
MOUNTAINS
Mount Hood Pyramids
Uphill Finish
CHALLENGES
Cross-Training Interval
Stream Crossing
Summit Pass
Stairs
REVED : 122612
Secondary Case 6: Profile Programs
Rolling Hills
FUN RIDES
Ride in the Park Easy Tour
Pike’s Peak
MOUNTAINS
Mount Hood Pyramids
Uphill Finish
CHALLENGES
Cross-Training Interval
Stream Crossing
Summit Pass
Stairs
REVED : 122612
Pyramids SummitPass
Secondary Case 6: Profile Programs
Rolling Hills
FUN RIDES
Ride in the Park Easy Tour
Pike’s Peak
MOUNTAINS
Mount Hood Pyramids
Uphill Finish
CHALLENGES
Cross-Training Interval
Stream Crossing
Summit Pass
Stairs
REVED : 122612
Secondary Case 6: Profile Programs
Rolling Hills
FUN RIDES
Ride in the Park Easy Tour
Pike’s Peak
MOUNTAINS
Mount Hood Pyramids
Uphill Finish
CHALLENGES
Cross-Training Interval
Stream Crossing
Summit Pass
Stairs
REVED : 122612
CHALLENGES
UphillFinish Cross-Training
Secondary Case 6: Profile Programs
Rolling Hills
FUN RIDES
Ride in the Park Easy Tour
Pike’s Peak
MOUNTAINS
Mount Hood Pyramids
Uphill Finish
CHALLENGES
Cross-Training Interval
Stream Crossing
Summit Pass
Stairs
REVED : 122612
Secondary Case 6: Profile Programs
Rolling Hills
FUN RIDES
Ride in the Park Easy Tour
Pike’s Peak
MOUNTAINS
Mount Hood Pyramids
Uphill Finish
CHALLENGES
Cross-Training Interval
Stream Crossing
Summit Pass
Stairs
REVED : 122612
Interval Stairs
Secondary Case 6: Profile Programs
Rolling Hills
FUN RIDES
Ride in the Park Easy Tour
Pike’s Peak
MOUNTAINS
Mount Hood Pyramids
Uphill Finish
CHALLENGES
Cross-Training Interval
Stream Crossing
Summit Pass
Stairs
REVED : 122612
Secondary Case 6: Profile Programs
Rolling Hills
FUN RIDES
Ride in the Park Easy Tour
Pike’s Peak
MOUNTAINS
Mount Hood Pyramids
Uphill Finish
CHALLENGES
Cross-Training Interval
Stream Crossing
Summit Pass
Stairs
REVED : 122612
Trainingsprofiel en doelprogramma
Opdeconsolekuntuhetproelprogrammaenhettypedoelvooruwtrainingkiezen(Afstand,DuurofCalorieën).Ukunt
ook de doelwaarde instellen.
1. Gaophettoestelzitten.
2. Drukopde'User'-toetsomhetjuistegebruikersproeltekiezen.
3. Druk op de toets Programs.
4. Druk op de toetsen Links () of Rechts () om een trainingscategorie te kiezen.
5. Druk op de verhoog- () of verlaagtoets () om een profieltraining te kiezen, en druk op OK.
6. Gebruikdeverhoog-() of verlaagtoets ()omeendoeltype(Afstand,DuurofCalorieën)tekiezen,endrukopOK.
7. Gebruik de verhoog- () of verlaagtoets () om de trainingswaarde aan te passen.
8. Druk op OK om de doelgerichte training te starten. De GOAL-waarde neemt af naarmate de waarde voor voltooid
percentage toeneemt.
Opmerking: Bij een caloriedoel staat iedere kolom voor een periode van 2 minuten. De actieve kolom verschuift om de
2 minuten verder over het scherm. Als de training langer duurt dan 30 minuten, dan wordt de actieve kolom vastgezet
opdelaatstekolomaanderechterkantenwordendevorigekolommenvanhetdisplaygeduwd.
Conditietestprogramma
Deconditietestmeetdeverbeteringenvanuwfysiekeconditie.Detestvergelijktuwafgeleverdevermogen(inwatt)met
uw hartslag. Naarmate uw conditie beter wordt, stijgt uw afgeleverde vermogen bij een bepaalde hartslag.
Opmerking: Voor een goede werking moet de console de hartslaggegevens van de Contact Heart Rate-sensoren
(CHR) of de hartslagmeter (HRM) kunnen aflezen.
28
UkuntdeconditieteststartenvanuitdecategorieFEEDBACK.Hetconditietestprogrammavraagtueerstomuwcondi-
tieniveautekiezen-Beginner('BEG')ofAdvanced('ADV').Deconsolezalopbasisvandeleeftijds-engewichtswaarden
vanhetgeselecteerdegebruikersproeluwconditiescoreberekenen.
Start de training en houd de hartslagsensoren vast. Wanneer de test start, wordt de intensiteit van de training langzaam
opgevoerd. Dit betekent dat u harder moet werken en uw hartslag zal toenemen. De intensiteit blijft automatisch
toenementotdatuwhartslagde'TestZone'bereikt.Dezezoneisindividueelberekendopongeveer75procentvande
maximalehartslagvanuwgebruikersproel.Wanneerude'TestZone'bereikt,houdthettoesteldeintensiteitconstant
gedurende 3 minuten. Hierdoor kunt u een stabiele toestand bereiken (waarin uw hartslag constant wordt). Na deze 3
minuten meet de console uw hartslag en het afgeleverde vermogen. De computer gebruikt deze waarden, samen met uw
leeftijd en gewicht, om een conditiescore te berekenen.
Opmerking: Conditietestscores mogen alleen worden vergeleken met uw vorige scores en niet met andere
gebruikersprofielen.
Vergelijk uw conditiescores om uw vooruitgang te zien.
Hersteltestprogramma
Dehersteltestgeeftaanhoesneluwhartzichvanuiteentrainingstoestandhersteltnaareenmeerrustigetoestand.Een
hoger herstel is een indicator van toenemende conditie.
Opmerking: Voor een goede werking moet de console de hartslaggegevens van de Contact Heart Rate-sensoren
(CHR) of de hartslagmeter (HRM) kunnen aflezen.
Kiesbijeenverhoogdehartslaghethersteltestprogramma.Opdeconsoleverschijnt'STOPEXERCISING'(Stopmet
trainen), waarbij de doelwaarde begint af te tellen. Stop met trainen, maar blijf de hartslagsensoren vasthouden. Na 5
secondenverschijnter'RELAX'(Ontspan)ophetdisplayenwordterafgeteldtot00:00.Gedurendedeheleminuutwordt
ook uw hartslag op de console weergegeven. U moet de hartslagsensoren gedurende de hele test vasthouden als u geen
draadloze hartslagmeter gebruikt.
Ophetdisplayblijftdeboodschap'RELAX'enuwhartslagtezientotdathetdoel00:00bereikt.Deconsolezalvervolgens
uw herstelscore berekenen.
Herstelscore=uwhartslagbij1:00(hetbeginvandetest)minusuwhartslagbij00:00(heteindevandetest).
Hoe hoger de hersteltestscore, hoe sneller uw hartslag terugvalt naar een meer rustige toestand, wat een indicatie is van
een verbeterde conditie. Wanneer u deze waarden registreert over een langere periode, kunt u een tendens zien naar een
betere gezondheid.
Wanneeruhethersteltestprogrammakiestenergeenhartslagsignaalof-weergaveis,verschijnteropdeconsole'NEED
HEARTRATE'(Hartslagnodig).Dezeboodschapwordtgedurende5secondenweergegeven.Alsergeensignaalwordt
gedetecteerd, wordt het programma beëindigd.
Praktische tip: Voor een meer relevante score probeert u gedurende 3 minuten een stabiele hartslag te verkrijgen voordat
u het herstelprogramma start. Dit is gemakkelijker in het handmatige programma, waar u de beste resultaten verkrijgt,
omdat u er het weerstandsniveau kunt regelen.
Trainingsprogramma's met hartslagcontrole (HRC)
Indeprogramma'smethartslagcontrole(HRC)kuntueenhartslagdoelvooruwtraininginstellen.Hetprogrammabe-
waakt uw hartslag in slagen per minuut (BPM) door middel van de CHR-sensoren op het toestel of een hartslagborstband,
en past de training zo aan dat uw hartslag in de geselecteerde zone blijft.
Opmerking: Voor een goede werking van het HRC-programma moet de console de hartslaggegevens van de CHR-
sensoren of de HRM-borstband kunnen aflezen.
Deprogramma'smetdoelhartslaggebruikenuwleeftijdenanderegebruikersinformatieomdehartslagzonewaardenvoor
uwtrainingintestellen.Ophetconsoledisplayverschijnenvervolgensboodschappenvoorhetinstellenvanuwtraining:
1. Kieshetniveauvandetrainingmethartslagcontrole:BEGINNER('BEG')ofADVANCED('ADV'),endrukopOK.
29
2. Gebruik de verhoog- () of verlaagtoets ()omhetpercentagevandemaximalehartslagteselecteren:50–60%,
60–70%,70–80%,80–90%.
Vraag een arts om advies voordat u een trainingsprogramma start. Staak de training als u pijn of benauwd-
heid op de borst voelt, kortademig wordt of u auw voelt. Vraag uw arts om advies voordat u het toestel
opnieuw begint te gebruiken. Gebruik de waarden die door de computer van het toestel worden berekend of
opgemeten uitsluitend ter informatie. De hartslag die op de console wordt weergegeven, is onnauwkeurig
en mag alleen ter informatie worden gebruikt.
3. Druk op de verhoog- () of verlaagtoets ()omhetdoeltypetekiezen,endrukopOK.
4. Druk op de verhoog- () of verlaagtoets () om de doelwaarde voor de training in te stellen.
Opmerking: Voorzie bij het instellen van het doel tijd voor het bereiken van de gewenste hartslagzone.
5. Druk op OK om de training te starten.
Eengebruikerkaneenhartslagzoneinstelleninplaatsvaneenwaardedoorhet'HeartRateControl-User'-programmate
kiezen. De console zal de training aanpassen om de gebruiker in de gewenste hartslagzone te houden.
1. KiesHEARTRATECONTROL-USERendrukopOK.
2. Druk op de verhoog- () of verlaagtoets () om de hartslagzone voor de training in te stellen, en druk op OK. Op de
console verschijnen links de hartslagzone (procent) en rechts het hartslagbereik voor de gebruiker.
3. Druk op de verhoog- () of verlaagtoets ()omhetdoeltypetekiezen,endrukopOK.
4. Druk op de verhoog- () of verlaagtoets () om de waarde voor de training in te stellen.
5. Druk op OK om de training te starten.
Aangepaste programma’s
Inhetaangepasteprogrammakuntuhetweerstandsniveauvoorelkintervalzelfinstellenenhetdoeltype(Afstand,Tijdof
Calorieën)kiezenomeengepersonaliseerdetrainingtemaken.Voorelkgebruikersproeliséénaangepastprogramma
beschikbaar.
1. Gaophettoestelzitten.
2. Drukopde‘User’-toetsomhetjuistegebruikersproeltekiezen.
3. Druk op de toets Programs.
4. Druk op de verhoog- () of verlaagtoets () om een aangepast programma (CUSTOM) te kiezen, en druk op OK.
5. Deconsolegeeftdehartslagcontroleweer.DrukopOKom‘HeartRateControl’teselecteren.
Om in het aangepaste programma te blijven drukt u op de toets Links. De console geeft het aangepaste programma
opnieuw weer. Druk op OK.
6. VoorhetbewerkenvanhetaangepasteprogrammagebruiktudetoetsRechts () om naar het volgende interval te
gaan en de verhoog- () of verlaagtoets () om de weerstandswaarden aan te passen. Druk op OK om de weerge-
geven waarden te accepteren.
7. Gebruik de verhoog- () of verlaagtoets () om een doeltype(Afstand,DuurofCalorieën) te kiezen, en druk op OK.
8. Gebruik de verhoog- () of verlaagtoets () om de trainingswaarde aan te passen.
9. Druk op OK om de training te starten. De GOAL-waarde neemt af naarmate de waarde voor voltooid percentage
toeneemt.
Krachttrainingsprogramma's
Indekrachttrainingsprogramma'skuntueendoelinstellenvoorhetafgeleverdevermogen(inwatt)vooruwtraining.
Dezeprogramma'szijn:POWERHIIT(intervaltrainingmethogeintensiteit,doelwatts)enCONSTANTPOWER
(programma'smetconstantafgeleverdvermogen,tijds-ofafstandsdoel).
30
1. Gaophettoestelzitten.
2. Drukopde'User'-toetsomhetjuistegebruikersproeltekiezen.
3. Druk op de toets Programs.
4. Druk op de toetsen Links () of Rechts () om naar de krachttrainingscategorie te gaan, en druk op OK.
5. Druk op de verhoog- () of verlaagtoets ()omdegewenstekrachttrainingtekiezen—POWERHIITofCONSTANT
POWER.DrukopOK.
Vraag een arts om advies voordat u een trainingsprogramma start. Staak de training als u pijn of benauwd-
heid op de borst voelt, kortademig wordt of u auw voelt. Vraag uw arts om advies voordat u het toestel
opnieuw begint te gebruiken. Gebruik de waarden die door de computer van het toestel worden berekend of
opgemeten uitsluitend ter informatie. De hartslag die op de console wordt weergegeven, is onnauwkeurig
en mag alleen ter informatie worden gebruikt.
POWER HIIT (intervaltraining)
Het intervalprogramma met vermogensdoel bestaat uit 7 intervalperioden—een inspanningsperiode van 30 seconden en
eenrustperiodevan90seconden—vooreentotaletrainingsduurvan14minuten,pluseenafkoelperiodevan3minuten
aan het einde). De gebruiker stelt de doelwaarden in watt in voor de inspannings- en rustperioden.
1. NadathetprogrammaPOWERHIITisgeselecteerd,geeftdeconsoleSETTARGETWATTS-HIGH('Doelwaardein
wattinstellen-Hoog')weer.Dehogewaardeverwijstnaardehoogstedoelwaardevoorafgeleverdvermogentijdens
de inspanningsperiode. Gebruik de verhoog- () of verlaagtoets ()omdeHOGEdoelwaardeinwattaantepassen,
en druk op OK.
Destandaardwaardeis90watt.Demaximalewaardeis300watt.Dewaardewordtweergegeveninstappenvan5
watt.
Opmerking:Wanneerudeknopingedrukthoudt,rollendeselectiewaardensnelleroverhetdisplay.
2. De lage waarde verwijst naar de laagste doelwaarde voor afgeleverd vermogen tijdens de rustperiode. Gebruik de
verhoog- () of verlaagtoets ()omdeLAGEdoelwaardeinwattvoorderustperiodeintestellen.
De standaardwaarde is 40 watt. De minimale waarde is 30 watt. De waarde wordt weergegeven in stappen van 5
watt.
3. Druk op OK om de training te starten. De doelwaarde in watts voor het interval wordt gedurende de gehele intervalpe-
riodeweergegeven.Dewaardevanhethuidigeafgeleverdevermogenwordtophetonderstedisplayweergegeven.
Om de doelwaarde in watt tijdens de training aan te passen gebruikt u de verhoog- () of verlaagtoets () of de toet-
sen voor het verhogen of verlagen van de weerstand.
Opmerking: De sneltoetsen voor het weerstandsniveau worden tijdens de training weergegeven.
CONSTANT POWER (met tijds- of afstandsdoel)
InhetCONSTANTPOWER-programmakandegebruikereendoelwaardeinwattinstellenvooreenbepaaldetijdsduurof
afstand.
1. NadathetprogrammaCONSTANTPOWERisgeselecteerd,geeftdeconsoleSELECTGOALTYPE('Doeltypekie-
zen')weer.
2. Gebruik de verhoog- () of verlaagtoets ()omhetdoeltype(TijdofAfstand)tekiezen,endrukopOK.
3. Gebruik de verhoog- () of verlaagtoets () om de doelwaarde aan te passen, en druk op OK.
Destandaardtijdis30minuten.Destandaardafstandis10mijl.
Opmerking:Wanneerudeknopingedrukthoudt,rollendeselectiewaardensnelleroverhetdisplay.
4. Gebruik de verhoog- () of verlaagtoets () om de doelwaarde in watt aan te passen.
Destandaardwaardeis120watt.Demaximalewaardeis300watt.Deminimalewaardeis30watt.Dewaardewordt
weergegeven in stappen van 5 watt.
Opmerking:Wanneerudeknopingedrukthoudt,rollendeselectiewaardensnelleroverhetdisplay.
31
5. Druk op OK om de doelgerichte training te starten. De doelwaarde in watt wordt bovenaan op het scherm
weergegeven. De GOAL-waarde neemt af naarmate de waarde voor voltooid percentage toeneemt.
Om de doelwaarde in watt tijdens de training aan te passen gebruikt u de verhoog- () of verlaagtoets () of de toet-
sen voor het verhogen of verlagen van de weerstand.
Alshetafgeleverdevermogennietovereenstemtmetdedoelwaardeinwatt(+/-10%),danbegintdeWATTS
TARGET-waardeteknipperen.Drukindiennodigopdeverhoog-() of verlaagtoets () of de toetsen voor het
verhogenofverlagenvandeweerstandomdeWATTSTARGET-waardeaantepassen.
Van trainingsprogramma veranderen tijdens een training
Via de console kunt u vanuit een actieve training een ander trainingsprogramma starten.
1. DruktijdenseenactievetrainingopPROGRAMS.
2. Druk op de verhoog- () of verlaagtoets () om het gewenste trainingsprogramma te kiezen, en druk op OK.
3. Druk op de verhoog- () of verlaagtoets ()omhetdoeltypetekiezen,endrukopOK.
4. Druk op de verhoog- () of verlaagtoets () om de waarde voor de training in te stellen.
5. Druk op OK om de actieve training te stoppen en de nieuwe training te starten.
Devorigetrainingswaardenwordenopgeslageninhetgebruikersproel.
Pauzeren of stoppen
DeconsolewordtindepauzestandgezetalsdegebruikertijdenseentrainingstoptmettrappenenopPAUSE/ENDdrukt,
of wanneer er gedurende 5 seconden geen toerentalsignaal meer is (gebruiker trapt niet). De console doorloopt een reeks
berichten die om de 4 seconden veranderen:
-WORKOUTPAUSED(Trainingoppauzegezet)
-PEDALTOCONTINUE(Trapomverdertegaan-indieneenets)/STRIDETOCONTINUE(Stapomverderte
gaan - indien een crosstrainer)
-PUSHENDTOSTOP(DrukopENDomtestoppen)
Tijdens een onderbroken training kunt u de verhoog- en verlaagtoetsen gebruiken om handmatig door de resultaten te
navigeren.
1. StopmettrappenendrukopdetoetsPAUSE/ENDomuwtrainingteonderbreken.
2. Om uw training voort te zetten drukt u op OK of begint u te trappen.
OmdetrainingtestoppendruktuopdePAUSE/END-toets.DeconsolewordtindeResultaten/Afkoel-modusge-
plaatst.
Resultaten/Afkoel-modus
NaeentrainingwordtophetGOAL-displayderesterendetijdvandeafkoelperiodeweergegeven,waarbijerwordtafge-
teld vanaf 03:00. Tijdens deze afkoelperiode verschijnen de trainingsresultaten op de console. Alle trainingen, behalve
Quick Start, hebben een afkoelperiode van 3 minuten.
Op het lcd-scherm worden de huidige trainingswaarden weergegeven in drie kanalen. Druk op de toetsen Links () of
Rechts ()omhandmatigdoorderesultatentenavigeren.Voorniet-krachttrainingsprogramma'szijndekanalen:
a.) TIJD(totaal),AFSTAND(totaal)enCALORIEËN(totaal)
b.) SNELHEID(gemiddeld),TPM(gemiddeld)enHARTSLAG(gemiddeld)
c.) TIJD(gemiddeld),NIVEAU(gemiddeld)enCALORIEËN(gemiddeld).
Voorkrachttrainingsprogramma'szijndekanalen:
32
a.) TIJD(totaal),AFSTAND(totaal)enCALORIEËN(totaal)
b.) SNELHEID(gemiddeld),TPM(gemiddeld)enWATTS(totaal)
c.) TIJD(gemiddeld),NIVEAU(gemiddeld)enHARTSLAG(gemiddeld).
Tijdens de afkoelperiode wordt de weerstand aangepast naar een derde van het gemiddelde niveau van de training. De
weerstand in de afkoelperiode kan met behulp van de toetsen voor het verhogen en verlagen van de weerstand worden
aangepast. De console zal de waarde echter niet weergeven.
MetdePAUSE/END-toetskuntudeafkoelperiodeonderbrekenennaardeopstartmodusterugkeren.Zondertoerental-of
hartslagsignaal wordt de console automatisch in slaapstand gezet.
GOAL TRACK-statistieken (en prestaties)
Destatistiekenvanelketrainingwordenopgeslagenineengebruikersproel.
DeNautilusDualTrack™-consolegeeftdeGoalTrack-trainingsstatistiekenweerophetonderstedisplayindriekanalen.
Voorniet-krachttrainingsprogramma'szijndekanalen:
a.) TIJD(totaal),AFSTAND(totaal)enCALORIEËN(totaal)
b.) SNELHEID(gemiddeld),TPM(gemiddeld)enHARTSLAG(gemiddeld)
c.) TIJD(gemiddeld),AFSTAND(gemiddeld)ofNIVEAU(gemiddeld)*enCALORIEËN(gemiddeld)
*AlsdeGoalTrack-statistiekeenenkeletrainingbetreft,danwordtNIVEAU(gemiddeld)weergegeven.Als
deGoalTrack-statistiekeencombinatievanmeerderetrainingenbetreft,danwordtAFSTAND(gemiddeld)
weergegeveninplaatsvanNIVEAU(gemiddeld).
Voorkrachttrainingsprogramma'szijndekanalen:
a.) TIJD(totaal),AFSTAND(totaal)enCALORIEËN(totaal)
b.) SNELHEID(gemiddeld),TPM(gemiddeld)enWATTS(totaal)
c.) TIJD(gemiddeld),AFSTAND(gemiddeld)ofNIVEAU(gemiddeld)* en HARTSLAG (gemiddeld)
Extragegevensdiekunnenwordengeëxporteerd,zijn:WATTS(gemiddeld)enWATTS(maximaleoutput).
DeGOALTRACK-statistiekenvaneengebruikersproelbekijken:
1. Drukvanafhetopstartschermopde'User'-toetsomhetjuistegebruikersproeltekiezen.
2. Druk op de GOAL TRACK-toets. Op de console worden de meest recente trainingswaarden weergegeven en wordt
het overeenkomstige prestatielampje geactiveerd.
Opmerking: Goal Track-statistieken kunnen zelfs tijdens een training worden bekeken. Druk op GOAL TRACK om
de meest recente trainingswaarden weer te geven. De trainingswaarden voor de huidige training zullen
wordenverborgen,behalvevoorhetGOAL-display.DruknogmaalsopGOALTRACKomterugtekeren
naar het opstartscherm.
3. Druk op de verhoogtoets ()omnaardevolgendeGOALTRACK-statistiektegaan,'LAST7DAYS'(afgelopen7
dagen). Op de console worden de verbruikte calorieën weergegeven (50 calorieën per segment) voor de afgelopen
zeven dagen, samen met de totalen van de trainingswaarden. Gebruik de toetsen Links () of Rechts () om door
alle trainingsstatistieken te navigeren.
4. Druk op de verhoogtoets ()omnaar'LAST30DAYS'(afgelopen30dagen)tegaan.Opdeconsoleverschijnende
totale waarden van de afgelopen dertig dagen. Gebruik de toetsen Links () of Rechts () om door alle trainingssta-
tistieken te navigeren.
5. Druk op de verhoogtoets ()omnaar'LONGESTWORKOUT'(Langstetraining)tegaan.Opdeconsoleverschijnen
de trainingswaarden met de hoogste Tijd-waarde. Gebruik de toetsen Links () of Rechts () om door alle trainings-
statistieken te navigeren.
6. Drukopdeverhoogtoets()omnaar'CALORIERECORD'(Calorierecord)tegaan.Opdeconsoleverschijnende
trainingswaarden met de hoogste Calorie-waarde. Gebruik de toetsen Links () of Rechts () om door alle trainings-
statistieken te navigeren.
33
7. Druk op de verhoogtoets ()omnaar'BMI',ofBodyMassIndex, te gaan. Op de console wordt de BMI-waarde weer-
gegeven op basis van de gebruikersinstellingen. Zorg ervoor dat uw lengte correct is ingevoerd in uw gebruikerspro-
el,endatuwgewichtactueelis.
De BMI-meting is een handig hulpmiddel waarmee de verhouding tussen gewicht en lengte kan worden gemeten en dat
eenindicatiegeeftoverlichaamsvetengezondheidsrisico's.Indeonderstaandetabelvindtueenalgemenebeoordeling
van de BMI-score:
Ondergewicht Onder18,5
Normaal 18,5–24,9
Overgewicht 25,0–29,9
Zwaarlijvigheid 30,0 en hoger
Opmerking: De beoordeling overschat mogelijk het lichaamsvet bij atleten en andere personen die atletisch gebouwd
zijn. De beoordeling kan het lichaamsvet echter ook onderschatten, onder andere bij oudere mensen en
andere personen die spiermassa hebben verloren.
Raadpleeg uw arts voor meer informatie over de 'Body Mass Index' (BMI) en het gewicht dat voor u ideaal is.
Gebruik de waarden die door de computer van het toestel worden berekend of opgemeten uitsluitend ter
informatie.
8. Druk op de verhoogtoets ()omnaardeboodschap'SAVETOUSB-OK?'(OpslaanopUSB-OK?)tegaan.Druk
opOK.Nuverschijntdeboodschap'AREYOUSURE?-NO'(Bentuzeker?-Nee').Drukopdeverhoogtoets() om
'JA'teselecteren,endrukopOK.DeconsolezaluvragenomdeUSB-stickintevoeren('INSERTUSB').Steekeen
USB-stick in de USB-poort. De console zal de statistieken op de USB-stick opslaan.
Opdeconsoleverschijnteerst'SAVING'(Bezigmetopslaan),envervolgens'REMOVEUSB'(VerwijderUSB-stick)
wanneer het veilig is om de USB-stick te verwijderen.
Opmerking:DrukopdePAUSE/END-toetsomdeboodschap'SAVING'teverwijderen.
9. Druk op de toets Hoger ()omnaardeboodschap'CLEARWORKOUTDATA-OK?'(Trainingsgegevenswissen-
OK?)tegaan.DrukopOK.Nuverschijntdeboodschap'AREYOUSURE?-NO'(Bentuzeker?-Nee').Drukopde
verhoogtoets ()om'AREYOUSURE?-YES'(Bentuzeker?-Ja)teselecteren,endrukopOK.Detrainingenvan
de gebruiker werden gereset.
10.DrukopGOALTRACKomterugtekerennaarhetopstartscherm.
Wanneer een gebruiker tijdens een training de waarden 'LONGESTWORKOUT' of 'CALORIERECORD' van de vorige
trainingen overtreft, zal de console de gebruiker feliciteren met een hoorbaar geluid en hem informeren van de nieuwe
prestatie. Het overeenkomstige prestatie-indicatielampje zal ook gaan branden.
34
IndeInstelmodusvandeconsolekuntudedatumendetijdinvoeren,demeeteenhedeninstellenopEngelseof
metrischematen,degeluidsinstellingenregelen(aan/uit)ofonderhoudsstatistiekenbekijken(foutenlogenwerkuren–
alleen voor de onderhoudstechnicus).
1. HouddePAUSE/END-toetsendeverhoogtoetsgedurende3secondensameningedruktterwijluindeOpstartmodus
bent om naar de Instelmodus van de console te gaan.
Opmerking:DrukopPAUSE/ENDomdeInstelmodusvandeconsoleteverlatenennaarhetOpstartschermterugte
keren.
2. Ophetconsoledisplayverschijntdeboodschap‘Date’(Datum)metdehuidigeinstelling.Drukopdeverhoog-en
verlaagtoetsen om de huidige actieve waarde (die knippert) aan te passen. Druk op de toetsen Links/Rechts om de
selectie van de huidige actieve waarde (maand/dag/jaar) te veranderen.
3. Druk op OK om in te stellen.
4. Ophetconsoledisplayverschijntdeboodschap‘Time’(Tijd)metdehuidigeinstelling.Drukopdeverhoog-enver-
laagtoetsen om de huidige actieve waarde (die knippert) aan te passen. Druk op de toetsen Links/Rechts om de
selectie van de huidige actieve waarde (uur/minuten/AM of PM) te veranderen.
5. Druk op OK om in te stellen.
6. Ophetconsoledisplayverschijntdeboodschap‘Units’(Eenheden)metdehuidigeinstelling.Omdezeinstellingte
wijzigendruktuopOKomdeoptie‘Units’testarten.Drukopdeverhoog-enverlaagtoetsenomtekiezentussen
‘MILES’(Engelsematen)of‘KM’(metrischematen).
Opmerking: Als de eenheden worden gewijzigd wanneer er in de gebruikersstatistieken gegevens aanwezig zijn, dan
worden de statistieken omgezet naar de nieuwe eenheden.
7. Druk op OK om in te stellen.
8. Ophetconsoledisplayverschijntdeboodschap‘SoundSettings’(Geluidsinstellingen)metdehuidigeinstelling.Druk
opdeverhoog-enverlaagtoetsenomtekiezentussen‘ON’(Aan)en‘OFF’(Uit).
9. Druk op OK om in te stellen.
10. Opdeconsoleverschijnthettotaleaantalbedrijfsuren(TOTALRUNHOURS)vanhettoestel.
11. DrukopOKvoordevolgendeboodschap.
12. Ophetconsoledisplayverschijntdeboodschap‘SoftwareVersion’.
13. DrukopOKvoordevolgendeboodschap.
14. Deconsolegeefthetopstartschermweer.
INSTELMODUS VAN DE CONSOLE
35
Lees alle onderhoudsinstructies volledig voordat u aan een reparatie begint. Sommige taken kunt u alleen met de hulp
van een tweede persoon uitvoeren.
Het toestel moet regelmatig worden geïnspecteerd om schade vast te stellen en reparaties uit te voeren. De
eigenaar is verantwoordelijk voor het regelmatig uitvoeren van onderhoud. Versleten of beschadigde
onderdelen moeten onmiddellijk worden gerepareerd of vervangen. Er mogen uitsluitend door de fabrikant
aangeleverde onderdelen worden gebruikt om het product te onderhouden en te repareren.
Als de waarschuwingsklevers op een gegeven moment niet meer goed kleven, onleesbaar worden of
loskomen, neem dan contact op met uw lokale distributeur om de klevers te vervangen.
!
Om het risico op een elektrische schok te beperken moet u het netsnoer altijd loskoppelen en 5
minuten wachten voor het schoonmaken van of het uitvoeren van onderhoud of reparaties aan het toestel.
Dagelijks:
Inspecteer het trainingstoestel voor elk gebruik op loszittende, defecte, beschadigde of versleten
onderdelen. Gebruik het toestel niet als u een probleem vaststelt. Repareer of vervang alle onderde-
len bij de eerste tekenen van slijtage. Veeg na elke training vocht van het toestel en de console met
behulp van een vochtige doek.
Opmerking: Gebruik voor de console niet te veel water.
NB: Gebruik zo nodig alleen een mild afwasmiddel met een zachte doek om de console schoon te
maken. Maak het toestel niet schoon met een oplosmiddel op basis van aardolie of met een
product dat ammoniak bevat. Maak de console niet schoon in direct zonlicht of bij hoge tempera-
turen. Zorg dat de console niet nat wordt.
Wekelijks:
Maak het toestel schoon om stof of vuil te verwijderen. Controleer of het schuifmechanisme van het
zadel nog vlot werkt. Desnoods brengt u een zeer dun laagje siliconensmeermiddel aan om de wer-
king minder stroef te maken.
Smeermiddel op basis van silicone is niet bedoeld voor consumptie door de mens.
Buiten het bereik van kinderen houden. Opbergen op een veilige plaats.
Opmerking: Gebruik geen producten op basis van aardolie.
Maandelijks
of na 20 uur:
Controleer de pedalen en crankarmen en draai ze eventueel aan. Controleer of alle bouten en
schroeven goed zijn vastgedraaid. Zet ze indien nodig beter vast.
Vervangen van de batterij van de hartslagborstband
De hartslagborstband maakt gebruik van een CR2032-batterij.
!
Voer deze procedure niet buiten of in vochtige of natte plaatsen uit.
1. Maakhetgegleufdedekselophetbatterijcompartimentlosmet
behulp van een muntstuk. Verwijder het deksel en de batterij.
2. Plaats de batterij, wanneer u ze vervangt, in het
batterijcompartimentmethet+-symboolnaarbovengericht.
3. Plaats het deksel terug op de band.
4. Verwijder de oude batterij. Het afdanken moet gebeuren in
overeenstemming met de lokale regelgeving en/of bij erkende
recyclingcentra.
5. Inspecteer de borstband om de goede werking ervan te
garanderen.
Gebruik de uitrusting niet totdat het volledig gemonteerd en gecontroleerd is op correcte werking, in
overeenstemming met de gebruikershandleiding.
ONDERHOUD
CR2032
+
36
J
A
B
C
C
D
E
F
G
H
I
K
M
N
P
Q
R
S
T
U
V
DD
EE
II
II
O
FF
A
J
L
HH
GG
AA
W
Y
Z
X
D
CC
BB
F
AA
A Console M CHR-sensoren Y Toerentalsensor
B Consolemast N Zadel Z Snelheidssensormagneet (8)
C Pedalen O Zadelpen met
schuifmechanisme
AA Datakabel, onderaan
D Crankarmen P Verstelknop BB Aandrijfriem
E Linkerbeschermkap Q Netsnoer CC Aandrijfpoelie
F Stroomingang/-schakelaar R Bidonhouder DD Afdekking stuurconstructie
G Rechterbeschermkap S Achterste stabilisatiesteun EE T-hendel
H Bovenste beschermkap T Stelpootjes FF Beschermkap consoleas
I Mastpakking U Voorste stabilisatiesteun GG Weerstandsbediening op
afstand
J Datakabel V Transportwielen HH Weerstandskabel
K Stuur W EMS-motor II Kap, crankschijf
L Hartslagkabel X Motorbesturingskaart, watt
Onderhoudsonderdelen
37
PROBLEMEN OPLOSSEN
Situatie/Probleem Te controleren Oplossing
Geen weergave/gedeelte-
lijke weergave/toestel wil
niet opstarten
Controleer het stopcontact Zorg dat het toestel is aangesloten op een werkend stopcon-
tact.
Controleer de aansluiting
aan de voorkant van het
toestel
De aansluiting moet veilig en onbeschadigd zijn. Vervang het
stroomsnoer of de aansluiting van een toestel als een van
beide beschadigd is.
Controleer de aan/
uit-schakelaar
Schakel de stroom in met de aan/uit-schakelaar.
Controleer de integriteit
van de datakabel
Alle draden in de kabel moeten intact zijn. Vervang de kabel
als u vaststelt dat er draden geplooid of doorgesneden zijn.
Controleer de
aansluitingen/oriëntatie
van de datakabel
Zorg dat de kabel veilig is aangesloten en goed georiënteerd
is. De kleine kabelsluiting op de connector moet juist zijn inge-
voerd en vastklikken.
Controleer of het console-
displaynietbeschadigdis
Zoeknaarzichtbaretekenendathetconsoledisplaygebar-
sten of anderszins beschadigd is. Vervang de console, indien
beschadigd.
Consoledisplay Als alle aansluitingen prima zijn en de console toch niet alles
behoorlijk weergeeft, dan moet u hem vervangen.
Als de bovenstaande stappen het probleem niet oplossen,
neem dan contact op met uw lokale distributeur voor verdere
hulp.
Het toestel werkt, maar
de contactsensoren voor
hartslagmeting worden
niet weergegeven
Hartslagkabel aangeslo-
ten op console
Zorg dat de kabel veilig op de console is aangesloten.
Sensorgreep Zorg dat uw handen goed op de hartslagsensoren geplaatst
zijn. U moet uw handen stil houden met een relatief gelijke
drukuitoefening aan beide kanten.
Droge of eeltige handen Sensoren kunnen moeite hebben met uitgedroogde of eeltige
handen.Eengeleidendeelektrodecrème(hartslaggel)kande
geleidingbetermaken.Dezecrèmeszijnverkrijgbaarophet
internet,inmedischewinkelsofinenkelegroteretnesscentra.
Handgreep Als uit tests blijkt dat er geen andere problemen zijn, dan moet
het stuur worden vervangen.
Het toestel werkt,
maar de telemetrische
hartslagmeting wordt niet
weergegeven
Borstband (optioneel) Deborstbandmoet'POLAR®'-compatibelenongecodeerdzijn.
Zorg ervoor dat de borstband direct contact maakt met de huid
en dat het contactvlak nat is.
Batterijen borstband Als de band is voorzien van vervangbare batterijen, plaats dan
nieuwe batterijen.
Controleer het gebruiker-
sproel
Selecteerdeoptie'EditUserProle'(Gebruikersproelbewer-
ken)voorhetgebruikersproel.Ganaardeinstelling'WIRE-
LESSHR'(Draadlozehartslagmeting)enzorgervoordatde
huidigewaardeisingesteldop'ON'.
Interferentie Probeer het toestel wat verder uit de buurt van storingsbronnen
(tv, magnetron, enz.) te plaatsen.
38
Situatie/Probleem Te controleren Oplossing
Vervang de borstband Als de storing is verholpen en de hartslagmeting nog niet
werkt, vervang dan de borstband.
Vervang de console Als de hartslagmeting nog altijd niet werkt, vervang dan de
console.
Het toestel werkt,
maar de telemetrische
hartslagmeting wordt
verkeerd weergegeven
Interferentie Zorg dat de HR-ontvanger niet wordt verstoord door een
persoonlijk elektronisch apparaat aan de linkerkant van het
mediadraagblad.
Geen weergave van snel-
heid/toerental, console
geeftfoutmelding'Gelieve
tetrappen'weer
Controleer de integriteit
van de datakabel
Alle draden in de kabel moeten intact zijn. Vervang de kabel
als u vaststelt dat er draden geplooid of doorgesneden zijn.
Controleer de
aansluitingen/oriëntatie
van de datakabel
Zorg dat de kabel veilig is aangesloten en goed georiënteerd
is. De kleine kabelsluiting op de connector moet juist zijn inge-
voerd en vastklikken.
Controleer de positie van
de magneet (hiervoor
moet de beschermkap
worden verwijderd)
De magneten moeten op de poelie bevestigd zijn.
Controleer de
snelheidssensor (hiervoor
moet de beschermkap
worden verwijderd)
De snelheidssensor moet gelijk worden gezet met de mag-
neten en met de datakabel worden verbonden. Verplaats de
sensor indien nodig. Vervang de sensor als u schade vaststelt
aan de sensor of de aansluitdraad.
Weerstand verandert niet
(toestel kan worden inge-
schakeld en werkt)
Batterijen (indien
aanwezig)
Vervang de batterijen en controleer op correcte werking.
Controleer de console Zoek naar zichtbare tekenen dat de console beschadigd is.
Vervang de console, indien beschadigd.
Controleer de integriteit
van de datakabel
Alle draden in de kabel moeten intact zijn. Vervang de kabel
als u vaststelt dat er draden geplooid of doorgesneden zijn.
Controleer de
aansluitingen/oriëntatie
van de datakabel
Zorg dat de kabel veilig is aangesloten en goed georiënteerd
is. Herinstalleer alle aansluitingen. De kleine kabelsluiting op
de connector moet juist zijn ingevoerd en vastklikken.
Als de bovenstaande stappen het probleem niet oplossen,
neem dan contact op met uw lokale distributeur voor verdere
hulp.
De console wordt uitge-
schakeld (slaapstand)
tijdens het gebruik
Controleer het stopcontact Zorg dat het toestel is aangesloten op een werkend stopcon-
tact.
Controleer de aansluiting
op de console
De aansluiting moet veilig en onbeschadigd zijn. Vervang de
adapter of aansluiting van een toestel als een van beide be-
schadigd is.
Controleer de integriteit
van de datakabel
Alle draden in de kabel moeten intact zijn. Vervang de kabel
als u vaststelt dat er draden geplooid of doorgesneden zijn.
Controleer de aansluitin-
gen/oriëntatie
van de datakabel
Zorg dat de kabel veilig is aangesloten en goed georiënteerd
is. De kleine kabelsluiting op de connector moet juist zijn inge-
voerd en vastklikken.
39
Situatie/Probleem Te controleren Oplossing
Reset het toestel Trek de stekker uit het stopcontact gedurende 3 minuten.
Steek de stekker terug in het stopcontact.
Controleer de positie van
de magneet (hiervoor
moet de beschermkap
worden verwijderd)
De magneten moeten op de poelie bevestigd zijn.
Controleer de
snelheidssensor (hiervoor
moet de beschermkap
worden verwijderd)
De snelheidssensor moet gelijk worden gezet met de mag-
neten en met de datakabel worden verbonden. Verplaats de
sensor indien nodig. Vervang de sensor als u schade vaststelt
aan de sensor of de aansluitdraad.
Het toestel schommelt/
staat niet gelijk
Controleer de afstelling
van de stelpootjes
Versteldestelpootjestotdatdeetswaterpasstaat.
Controleer de vloer onder
het toestel
Het verstellen van de stelpootjes is mogelijk niet voldoende
inhetgevalvaneenextreemoneffenvloer.Verplaatsdeets
naar een effen ruimte.
Losse pedalen/toestel
moeilijk om te trappen
Controleer de aansluiting
tussen het pedaal en de
crankarm
Het pedaal moet stevig op de crank zijn gedraaid. Controleer of
de aansluiting niet verkeerd is vastgeschroefd.
Controleer de aansluiting
tussen de crankarm en
de as
De crank moet stevig op de as zijn gedraaid. Zorg dat de
cranksineenhoekvan180gradenvanelkaarzijnaangeslo-
ten.
Klikgeluid bij het trappen Controleer de aansluiting
tussen het pedaal en de
crankarm
Verwijder de pedalen. Controleer of de schroefdraad niet vuil is
en monteer de pedalen opnieuw.
De zadelpen beweegt Controleer de borgpen Controleer of de verstelpen in een van de afstelgaten van de
zadelpen zit.
Controleer de verstelknop Zorg dat de knop stevig is aangedraaid.
De console doorloopt
continu de programma-
schermen
De console is in demon-
stratiemodus
HouddePAUSE/END-toetsendetoetsLinksgedurende3
seconden samen ingedrukt.
De trainingsresultaten
worden niet
gesynchroniseerdmethet
Bluetooth
®
-apparaat
Huidige consolemodus Demachinemoetinstand-bymodusstaanomtesynchroni-
seren.DrukopdePAUZE/END-toetstotdathetopstartscherm
wordt weergegeven.
Totale trainingsduur Eentrainingmoetlangerdurendan1minuutomdoordecon-
sole te worden opgeslagen en gepost.
Fitnesstoestel Trek de stekker uit het stopcontact gedurende 5 minuten.
Steek de stekker terug in het stopcontact.
Bluetooth
®
-apparaat Controleer uw apparaat om er zeker van te zijn dat de
draadloze Bluetooth
®
-functie is ingeschakeld.
Fitness-app Raadpleegdespecicatiesvandetness-appencontroleerof
uw apparaat compatibel is.
Neem contact op met uw lokale distributeur voor verdere hulp.
40
Situatie/Probleem Te controleren Oplossing
Trainingsresultaten
worden niet gepost vanaf
NautilusTrainer™naar
MyFitnessPal
®
/ Under
Armour
®
Connected
Fitness.
Synchroniseerdeac-
counts
KiesviahetmenupictogramopdeNautilusTrainer™-appde
optie‘SynctoMyFitnessPal
®
or Under Armour
®
Connected
Fitness’.
Desynchronisatiemislukt Controleer account- en wachtwoordgegevens voor
MyFitnessPal
®
/ Under Armour
®
ConnectedFitness.
Neem contact op met uw lokale distributeur voor verdere hulp.
41
Nautilus® Bowex® Schwinn® Universal®
8013548.120117.B
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42

Nautilus U628 Assembly & Owner's Manual

Type
Assembly & Owner's Manual