AEG Electrolux B 8871-5A Handleiding

Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

B8871-5
Gebruiksaanwijzing Oven
Wij danken u voor uw keuze voor een van onze producten van hoogwaardige
kwaliteit.
Lees deze gebruiksaanwijzing alstublieft zorgvuldig door, zo kunt u zeker zijn van
optimale en professionele prestaties van uw apparaat. De handleiding zal u in
staat stellen om alle processen perfect en op de meest efficiënte wijze te laten
verlopen. Wij adviseren u deze handleiding op een veilige plaats te bewaren, dan
kunt u hem te allen tijde raadplegen. Geef deze handleiding ook aan een
eventuele toekomstige eigenaar van het apparaat.
Wij wensen u veel plezier met uw nieuwe apparaat.
INHOUD
VEILIGHEIDSINFORMATIE 3
Veiligheid van kinderen en kwetsbare
mensen 3
Algemene veiligheid 3
Montage 3
Aansluiting op het elektriciteitsnet 4
Gebruik 4
Onderhoud en reiniging 5
Brandgevaar 5
Pyrolytische reiniging 5
Ovenlampje 5
Service-afdeling 6
Afvalverwerking van het apparaat 6
BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT 6
Algemeen overzicht 6
Ovenaccessoires 7
VOOR HET EERSTE GEBRUIK 7
Eerste reiniging 7
Om het juiste tijdstip van de dag in te
stellen 7
DAGELIJKS GEBRUIK 8
Elektronische tijdschakelklok 8
Ovenfuncties 8
Apparaat in- en uitschakelen 9
De ovenfunctie instellen 9
Oventemperatuur temperatuur 10
Klokfunctie instellen 10
Ovenfunctie uitschakelen 10
Koelventilator 10
Controlelampje verwarmen 10
Controlelampje snelwarmfunctie 10
Restwarmte-indicatie 10
Snelwarmfunctie 11
Ovenaccessoires plaatsen 11
Vleesthermometer 11
Klokfuncties 13
De klokfuncties instellen 13
Heat+Hold 14
Herinneringsfunctie reinigen voor
pyrolytische reiniging 14
Beveiliging inschakelen 14
Toetsblokkering 14
Automatische uitschakeling 15
NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS 15
Binnenkant van de deur 15
Bakken 15
Lage Temp. 20
Braden 21
Grillen 23
Inmaken 24
Roosteren 24
Ontdooien 25
ONDERHOUD EN REINIGING 27
Pyrolytisch schoonmaken 27
Inschuifrails 28
Ovenlampje 28
Ovendeur en glasplaten 29
PROBLEMEN OPLOSSEN 31
MILIEUBESCHERMING 32
Wijzigingen voorbehouden
2
Inhoud
VEILIGHEIDSINFORMATIE
Lees deze handleiding zorgvuldig alvorens het apparaat te installeren of te gebruiken:
Voor uw eigen veiligheid en de veiligheid van uw eigendommen
Uit respect voor het milieu
Voor de correcte werking van het apparaat.
Bewaar deze instructies altijd bij het apparaat, ook wanneer u het verplaatst of verkoopt.
De fabrikant is niet verantwoordelijk voor schade veroorzaakt door een foutieve installa-
tie of foutief gebruik.
Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen
Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8 jaar en ouder en door mensen
met beperkte lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of een gebrek aan
ervaring en kennis, indien zij onder toezicht staan of instructies hebben gekregen over
het veilig gebruiken van het apparaat en indien zij de eventuele gevaren begrijpen. Kin-
deren mogen niet met het apparaat spelen.
Houd alle verpakkingsmaterialen uit de buurt van kinderen. Gevaar voor verstikking of
lichamelijk letsel.
Houd kinderen en dieren uit de buurt van het apparaat als de deur openstaat of als
het apparaat in gebruik is. Gevaar voor letsel of ander permanent lichamelijk letsel.
Gebruik het kinderslot of de toetsblokkering als het apparaat hiermee uitgerust is. Dit
voorkomt dat kinderen en dieren het apparaat per ongeluk aanzetten.
Algemene veiligheid
Verander de specificaties van dit product niet. Risico op letsel en beschadiging van het
apparaat.
Laat het apparaat tijdens het gebruik niet onbeheerd achter.
Schakel het apparaat na elk gebruik uit.
Montage
Alleen een bevoegd elektriciën mag het apparaat installeren en aansluiten. Neem con-
tact op met een erkend servicecentrum. Dit om lichamelijk letsel of structurele schade
te voorkomen.
Controleer of het apparaat niet is beschadigd tijdens het transport Sluit geen bescha-
digd apparaat aan. Neem indien nodig contact op met de leverancier.
Verwijder al het verpakkingsmateriaal, stickers en folie van het apparaat voordat u het
voor het eerst in gebruik neemt. Verwijder niet het typeplaatje. Dit kan de garantie on-
geldig maken.
Zorg ervoor dat de stekker van het apparaat uit het stopcontact is getrokken tijdens
de installatie.
Wees voorzichtig bij het verplaatsen van het apparaat. Het apparaat is zwaar. Gebruik
altijd veiligheidshandschoenen. Trek het apparaat nooit omhoog aan de handgreep.
De elektrische installatie moet een isolatieapparaat bevatten waardoor het apparaat
volledig van het lichtnet afgesloten kan worden. Het isolatieapparaat moet een contac-
topening hebben met een minimale breedte van 3mm.
Veiligheidsinformatie
3
U dient te beschikken over de juiste isolatievoorzieningen: stroomonderbrekers, zeke-
ringen (schroefzekeringen moeten uit de houder worden verwijderd), aardlekschake-
laars en contactgevers.
Zorg dat de keukenkast de benodigde afmetingen heeft voordat u met de installatie
begint.
Zorg ervoor dat het apparaat onder en naast veilige installaties wordt geïnstalleerd.
Houd de minimumafstanden naar andere apparaten en units in acht.
Het apparaat kan niet op een voetstuk worden geplaatst.
Ingebouwde ovens en ingebouwde fornuizen worden bevestigd met een speciaal aan-
sluitsysteem. Om schade aan het apparaat te voorkomen dient u alleen een apparaat
te gebruiken met apparaten van dezelfde fabrikant.
Aansluiting op het elektriciteitsnet
Dit apparaat moet worden geaard.
Controleer of de elektrische gegevens op het typeplaatje overeenkomen met de stroom-
voorziening in uw woning.
Informatie over het voltage vindt u op het typeplaatje.
Gebruik altijd een correct geïnstalleerd, schokbestendig stopcontact.
Gebruik geen meerwegstekkers, -aansluitingen en verlengkabels. Er kan brand ontstaan.
Vervang of verander het netsnoer niet zelf. Neem contact op met het servicecentrum.
Zorg ervoor dat de stroomsnoeren (indien van toepassing) en kabel niet knakken of
beschadigd raken achter het apparaat.
Trek niet aan het netsnoer om het apparaat los te koppelen. Trek altijd aan de stekker -
indien van toepassing.
Gebruik
Dit apparaat is uitsluitend bestemd voor huishoudelijk gebruik. Gebruik het apparaat
niet voor commerciële of industriële doeleinden.
Dit apparaat is uitsluitend bedoeld voor huishoudelijk gebruik. Zo voorkomt u lichame-
lijk letsel of schade aan eigendommen.
Het apparaat mag niet worden gebruikt als werkblad of aanrecht.
De binnenkant van het apparaat en de accessoires worden heet tijdens gebruik. Er kun-
nen brandwonden ontstaan. Gebruik ovenhandschoenen wanneer u toebehoren of pan-
nen plaatst of verwijdert.
Wees voorzichtig bij het verwijderen of installeren van toebehoren om schade aan de
emaille van de oven te voorkomen.
Sta niet te dicht bij het apparaat als u de deur van het apparaat opent als deze aan
staat. Er kan hete stoom ontsnappen. Hierdoor kunnen brandwonden ontstaan.
Om schade of verkleuring van het emaille te voorkomen:
plaats geen voorwerpen direct op de bodem van het apparaat en bedek het niet
met aluminiumfolie;
plaats heet water niet direct in het apparaat;
haal vochtige schotels en eten uit het apparaat als u klaar bent met koken.
Verkleuring van het emaille heeft geen ongewenst effect op de werking van het apparaat
Oefen geen kracht uit op een geopende deur.
De deur dient altijd gesloten te worden bij het koken, ook tijdens het grillen.
4
Veiligheidsinformatie
Onderhoud en reiniging
Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact voordat u onderhouds-
handelingen verricht.
Zorg ervoor dat het apparaat is afgekoeld voordat u onderhoud verricht. Er kunnen
brandwonden ontstaan. Er bestaat een risico dat de glasplaten kunnen breken.
Houd het apparaat altijd schoon. Opeenhopingen van vetten of andere voedselresten
kunnen brand veroorzaken.
Regelmatig reinigen voorkomt dat het oppervlaktemateriaal van de oven achteruitgaat.
Gebruik een diep bakblik voor vochtige taarten om te voorkomen dat het fruitsap per-
manente vlekken maakt.
Voor uw persoonlijke veiligheid en de veiligheid van uw eigendommen dient u het ap-
paraat alleen met water en zeep te reinigen. Gebruik geen ontvlambare producten of
bijtende producten.
Reinig het apparaat niet met stoomreinigers, hogedrukreinigers, scherpe voorwerpen,
schuurmiddelen, schuursponzen en vlekverwijderaars
Volg de aanwijzingen van de ovenfabrikant op als u een ovenspray gebruikt.
Reinig de glazen ovendeur niet met schurende reinigingsmiddelen of een metalen schra-
per. Het hittebestendige oppervlak van de binnenruit kan hierdoor breken en versplin-
teren.
Als de glasplaten beschadigd raken, worden ze zwak en kunnen ze breken. U dient ze
te vervangen. Neem contact op met het servicecentrum.
Wees voorzichtig bij het verwijderen van de deur uit het apparaat. De deur is zwaar!
Reinig het katalytisch emaille niet (indien van toepassing).
Brandgevaar
Open de deur voorzichtig. Als u alcoholische toevoegingen gebruikt, kan er een licht
ontvlambaar alcohol-luchtmengsel ontstaan. Er kan brand ontstaan.
Houd vonken of open vlammen uit de buurt van het apparaat bij het openen van de
deur.
Plaats geen ontvlambare producten of items die vochtig zijn door ontvlambare produc-
ten, en/of onstekingsproducten (gemaakt van plastic of aluminium) in, bij of op het
apparaat.
Pyrolytische reiniging
Laat het apparaat tijdens het Pyrolytisch reinigen niet onbeheerd achter.
Probeer de deur niet te openen en schakel de stroom niet uit tijdens de pyrolytische
reiniging.
Houd kinderen uit de buurt tijdens de pyrolytische reiniging. Het apparaat wordt zeer
heet Er kunnen brandwonden ontstaan.
Tijdens de pyrolytische reiniging kan hardnekkig vuil het email verkleuren. Verkleuring
van het email heeft geen ongewenst effect op de werking van het apparaat.
Ovenlampje
Haal de stekker van het apparaat uit het stopcontact voordat u de ovenlamp vervangt.
Er bestaat risico op elektrische schokken!
Veiligheidsinformatie
5
Service-afdeling
Alleen een bevoegd servicemonteur mag dit apparaat repareren. Neem contact op met
de service-afdeling.
Gebruik alleen originele reserveonderdelen.
Afvalverwerking van het apparaat
Om lichamelijk letsel of schade te voorkomen
Trek de stekker uit het stopcontact.
Snijd het netsnoer door en gooi het weg.
Verwijder de deurvergrendeling. Dit voorkomt dat kinderen of kleine huisdieren in
het apparaat opgesloten raken. Er bestaat een gevaar voor verstikking.
BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
Algemeen overzicht
5
4
3
2
1
2
1
10
3
5
4
6
7
8
9
1 Bedieningspaneel
2 Elektronische tijdschakelklok
3 Verwarmingselement
4 Ovenlampje
5 Vleesthermometeraansluiting
6 Zijlampje
7 Ventilator en ventilatorverwarmingselement
6
Beschrijving van het product
8 Onderwarmte
9 Telescopische geleiders van ovenrek, uitneembaar
10 Rekstanden
Ovenaccessoires
Ovenrek
Voor servies, bak- en braadvormen.
Vlakke bakplaat
Voor gebak en koekjes
Braadpan
Om te bakken en te braden of om vet op te vangen.
Vleesthermometer
Gaarpunt van het vlees vaststellen.
VOOR HET EERSTE GEBRUIK
WAARSCHUWING!
Zie het hoofdstuk 'Veiligheidsinformatie'.
Eerste reiniging
Verwijder alle onderdelen van het apparaat.
Reinig het apparaat voor het eerste gebruik
LET OP!
Gebruik geen schuurmiddelen! De oppervlakken zouden beschadigd kunnen worden. Zie
het hoofdstuk "Onderhoud en reiniging".
Om het juiste tijdstip van de dag in te stellen
De oven functioneert alleen als u de tijd hebt ingesteld.
Wanneer u het apparaat op de netvoeding aan-
sluit of na een stroomstoring gaat het symbool
van de tijdfunctie automatisch knipperen
Gebruik de toets
of om de huidige tijd in
te stellen.
Na ongeveer 5 seconden stopt het knipperen en
geeft de klok de ingestelde tijd van de dag weer.
U kunt alleen het tijdstip van de dag instellen
als :
de inschakelblokkering niet is ingeschakeld
de klokfuncties Bereidingsduur of Einde niet zijn ingesteld
er geen ovenfunctie is ingesteld.
Voor het eerste gebruik
7
DAGELIJKS GEBRUIK
WAARSCHUWING!
Zie het hoofdstuk 'Veiligheidsinformatie'.
Elektronische tijdschakelklok
1 2
3
4
5
6 8 9
7
1 Functielampje van de oven
2 Lampje/functielampje ontdooien
3 Indicatielampje pyrolytische reiniging
4 Warmte-indicator
5 Temperatuur-/controlelampje van de
klok
6 Controlelampje vleesthermometer
7 Controlelampje warm houden
8 Kookduur /eindtijd/bedrijfsduur
9 Controlelampje klokfunctie
Toets Functie Beschrijving
Aan / Uit Oven in- en uitschakelen.
Ovenfunctie selecte-
ren
Ovenfuncties instellen.
Snelwarmfunctie Snelwarmfunctie in- en uitschakelen
Instelknoppen Om de temperatuur- en tijdwaarden in te stellen.
Selectie/
Klokfunctie/
Vleesthermometer
Om te schakelen tussen de ovenfuncties, klokfuncties en func-
tie braadthermometer.
Ovenfuncties
Ovenfunctie Toepassing
Hetelucht Met Ring Voor het maximaal bakken op drie ovenniveaus tegelijkertijd.
Stel de temperatuur van de oven 20 tot 40 °C lager in dan
bij boven-/onderwarmte. En om voedsel te drogen.
Pizza Hetelucht Voor het bakken op één niveau van gerechten met een meer
intensieve bruinering en een krokante korst.
Stel de temperatuur van de oven 20 tot 40 °C lager in dan
bij boven-/onderwarmte.
LAGE TEMP. Voor het bereiden van zeer mager en mals gebraden voedsel.
Conventioneel Voor het bakken en braden op een ovenniveau
Infratherm Voor het braden van grotere stukken vlees of gevogelte met
botten op één niveau. Ook om te gratineren en te bruinen.
Grill Groot Voor het grillen van plat voedsel in grotere hoeveelheden.
Om brood te roosteren.
8
Dagelijks gebruik
Ovenfunctie Toepassing
Grill Klein Voor het grillen van plat voedsel in het midden van het roos-
ter. Om brood te roosteren.
WARM HOUDEN Om het voedsel warm te houden.
Ontdooien Voor het ontdooien van diepvriesvoedsel.
Onderwarmte Voor het bakken van taarten met een knapperige bodem en
het bewaren van voedsel
Pyrolyse Automatische pyrolytische schoonmaakfunctie van de oven.
De oventemperatuur bedraagt ca. 500°. Hierdoor worden vuil-
resten in de oven verbrand. Deze kunnen daarna wanneer de
oven is afgekoeld met een doek worden verwijderd.
Apparaat in- en uitschakelen
Schakel het apparaat met in.
De ovenfunctie instellen
Stel de oven met of in.
In het display verschijnt de aanbevolen tempera-
tuur.
Als u deze temperatuur niet wijzigt binnen onge-
veer 5 seconden, begint het apparaat met ver-
warmen.
Wanneer het apparaat werkt op de ingestelde
temperatuur, hoort u een geluidssignaal.
U kunt de ovenfunctie wijzigen terwijl de oven werkt.
Dagelijks gebruik
9
Oventemperatuur temperatuur
Stel de temperatuur in met of .
Oventemperatuur weergeven
Wanneer u
en gelijktijdig gebruikt, toont
het display de temperatuur in de oven.
Klokfunctie instellen
Druk nogmaals op en, totdat de benodigde
knopfunctie gaat knipperen (zie hoofdstuk "Klok-
functies").
Ovenfunctie uitschakelen
Druk zo lang op of totdat het display
geen ovenfunctie aangeeft.
Koelventilator
Als de oven in werking is, wordt de koelventilator automatisch ingeschakeld om de opper-
vlakken van het apparaat koel te houden. Als u het apparaat uitschakelt, blijft de koelven-
tilator werken tot de oven is afgekoeld.
Controlelampje verwarmen
Als u een ovenfunctie inschakelt, gaan de balkjes op het display een voor een branden.
De balkjes geven aan dat de oventemperatuur toeneemt.
Controlelampje snelwarmfunctie
Als u de snelwarmfunctie inschakelt, gaan de balkjes op het display een voor een bran-
den om aan te geven dat de functie werkt.
Restwarmte-indicatie
Als de oven uitgeschakeld is, geven de balken de restwarmte in de oven aan.
10
Dagelijks gebruik
Snelwarmfunctie
Voorverwarmtijd van de lege oven verkorten.
U kunt de snelwarmfunctie in combinatie met de ovenfuncties inschakelen: Hete lucht
, bakken met hete lucht , boven-/onderwarmte en infratherm-braden .
Leg te bereiden levensmiddelen pas in de oven, als het snelverwarmen beëindigd is.
1. Ovenfunctie instellen.
2. Druk op de knop voor de snelwarmfunctie
.
Wanneer de oven de ingestelde temperatuur heeft bereikt, gaan de balkjes van de
warmte-indicator branden en klinkt er een geluidsignaal. De oven verwarmt nu in de
vooraf ingestelde ovenfunctie en temperatuur verder.
3. Gerecht in de oven plaatsen.
Ovenaccessoires plaatsen
Plaats de schuifaccessoires zo dat de dubbele zijranden zich achter in de oven bevinden
en naar beneden wijzen. Druk de schuifaccessoires tussen de geleidestangen van een van
de ovenniveaus.
De diepe braadpan en het ovenrooster hebben
dubbele randen aan de zijkant. Deze randen en
de vorm van de geleidestangen bieden kantelbe-
veiliging voor de ovenaccessoires.
Rooster en braadslede samen plaatsen
Leg het ovenrooster op de diepe braadpan. Duw
de diepe braadpan in de geleidestangen van een
van de ovenniveaus.
Vleesthermometer
De vleesthermometer meet de kerntemperatuur van het vlees. De oven wordt automa-
tisch uitgeschakeld als het vlees de ingestelde temperatuur heeft bereikt
Dagelijks gebruik
11
Alleen de meegeleverde vleesthermometer of originele onderdelen mogen worden gebruikt.
1. Schakel het apparaat in.
2. Steek de punt van de vleesthermometer
in het midden van het vlees.
3. Steek de vleesthermometer in het stop-
contact in de zijwand van de oven.
4. Gebruik
of in minder dan 5 secon-
den om de kerntemperatuur in te stellen.
De actuele kerntemperatuur verschijnt in
het display.
5. Selecteer de ovenfunctie en, indien no-
dig, de oventemperatuur.
Het apparaat berekent een geschatte eindtijd. De eindtijd is afhankelijk van de hoeveel-
heid eten, de ingestelde oventemperatuur (minimum 120°C) en de bediening. Het appa-
raat berekent de eindtijd in ongeveer 30 minuten.
De vleesthermometer moet in het vlees blijven en de stekker moet in het stopcontact blij-
ven gedurende het kookproces. Terwijl het apparaat de voorlopige eindtijd berekent,
toont het een knipperend vierkant.
6. Wanneer het vlees de gewenste kerntemperatuur heeft bereikt, klinkt er een geluids-
signaal en wordt het apparaat automatisch uitgeschakeld.
Druk op een willekeurige toets drukken om het geluidssignaal uit te schakelen.
7. Stekker van de vleesthermometer uit het stopcontact trekken en het gerecht uit de
oven nemen.
WAARSCHUWING!
De vleesthermometer is heet! Gevaar voor brandwonden! Wees voorzichtig bij het verwij-
deren van de punt en de stekker van de vleesthermometer.
8. Schakel het apparaat uit.
Kerntemperatuur wijzigen
1. Druk steeds opnieuw op
totdat de vleesthermometer knippert en het display de
ingestelde kerntemperatuur toont.
2. Wijzig met
of de kerntemperatuur.
De kerntemperatuur wordt aangegeven vanaf 30°C.
12
Dagelijks gebruik
Klokfuncties
1
7 6 5
2 3 4
1 Tijdstip van de dag
2 Duur
3 Einde
4 Kookwekker
5 Keuzetoets
6 Instelknop (Plus)
7 Instelknop (Min)
SYMBOOL FUNCTIE BESCHRIJVING
Kookwekker Om een afteltijd in te stellen (max. 99 minuten). Deze func-
tie is niet van invloed op de werking van het apparaat.
Duur Om in te stellen hoelang het apparaat gebruikt moet wor-
den.
Einde Hier stelt u de tijd in waarna u wilt dat de oven uitschakelt.
Bereidingsduur en einde kunnen gelijktijdig worden ge-
bruikt, wanneer het apparaat op een later tijdstip automa-
tisch wordt in- en uitgeschakeld.
Tijdstip van de dag Met deze functie kunt u de tijd regelen.
Als u een klokfunctie hebt ingesteld, gaat het symbool knipperen gedurende ongeveer
5 seconden. Gedurende deze 5 seconden moet u
of aanraken om de tijd in te
stellen.
Als u de tijd hebt ingesteld, blijft het symbool knipperen gedurende ongeveer 5 secon-
den. Na deze 5 seconden gaat het symbool branden. De tijd begint te verstrijken.
De klokfuncties instellen
1. Schakel het apparaat in.
2. Blijf drukken op
totdat het display de benodigde klokfunctie en het bijbehorende
symbool toont, bijv. kookwekker
.
3. Stel de benodigde tijd in met
of .
Na het verstrijken van de tijd hoort u een geluidssignaal gedurende 2 minuten en
knipperen "00.00" en de betreffende functie. Het apparaat wordt uitgeschakeld.
4. Schakel het geluidssignaal uit door op een knop te drukken.
Met de kookwekker moet de oven worden ingeschakeld en moet de klokfunctie wor-
den ingesteld.
Bij de functies Bereidingsduur en Einde schakelt de oven automatisch uit.
Bij de functie Bereidingsduur
en Einde moet u de ovenfunctie en de temperatuur
als eerste instellen. Daarna kunt u de klokfunctie instellen.
Dagelijks gebruik
13
Heat+Hold
Deze functie dient om kant-en-klare producten gedurende 30 minuten warm te houden,
nadat de bereiding is voltooid.
Heat+Hold inschakelen
1. Stel de klokfuncties Bereidingsduur
en/of Einde in.
2. Blijf op
drukken totdat het display het warmhoudsymbool toont.
3. Druk op
; het display toont "00:30"
4. Zodra de ovenfunctie voltooid is, klinkt er een signaal en start Heat+Hold. De inge-
stelde ovenfunctie werkt gedurende 30 minuten op 80 °C. De oven wordt vervolgens
automatisch uitgeschakeld.
De temperatuur voor de ingestelde ovenfunctie moet meer dan 80 °C bedragen.
Herinneringsfunctie reinigen voor pyrolytische reiniging
De herinneringsfunctie reinigen geeft aan wanneer pyrolytische reiniging nodig is. Deze
functie wordt in de fabrieksinstellingen ingeschakeld.
Wanneer het symbool Pyroluxe-menu
gedurende 10 seconden nadat de ovenfunctie
uitgeschakeld is knippert, is er een pyrolytische reiniging nodig. Druk om het knipperen
te stoppen gelijktijdig op
en .
Herinneringsfunctie reinigen opnieuw in- of uitschakelen
1. Schakel het apparaat in.
2. Druk op
totdat het symbool Pyroluxe-menu knippert.
3. Druk op
of om de herinneringsfunctie reinigen in (ON) of uit (OFF) te schakelen.
4. Druk op
om de herinneringsfunctie reinigen in te stellen.
Beveiliging inschakelen
WAARSCHUWING!
Wanneer de inschakelblokkering ingeschakeld is, kunt u de oven niet bedienen.
Inschakelblokkering inschakelen
1. Schakel het apparaat in. Er hoeft geen ovenfunctie te worden ingesteld.
2. Druk gelijktijdig op
en totdat het display "SAFE" weergeeft. De inschakelblok-
kering is ingeschakeld.
Inschakelblokkering uitschakelen
1. Schakel het apparaat indien nodig in.
2. Druk gelijktijdig op
en totdat het display niet langer "SAFE" weergeeft. Inscha-
kelblokkering schakelt uit.
Toetsblokkering
Deze functie voorkomt dat u per ongeluk de ovenfunctie wijzigt.
Toetsblokkering inschakelen
1. Schakel het apparaat indien nodig in.
2. Ovenfunctie instellen.
3. Druk gelijktijdig op
en totdat het display "LOC" weergeeft. De toetsbeveiliging
is ingeschakeld.
14
Dagelijks gebruik
Toetsblokkering uitschakelen
1. Druk gelijktijdig op
en totdat het display niet langer "LOC" weergeeft. Toets-
blokkering schakelt uit.
Nadat de ovenfunctie uitgeschakeld is, is de toetsblokkering automatisch geannuleerd.
Automatische uitschakeling
De oven wordt na enige tijd uitgeschakeld
als u het apparaat niet uitschakelt
als u de oventemperatuur niet verandert
In het temperatuurdisplay knippert de laatst ingestelde temperatuur.
Oventemperatuur Uitschakeltijd
30 °C -120 °C 12,5 u.
120 °C - 200 °C 8,5 u.
200 °C -250 °C 5,5 u.
250 °C -maximum °C 3,0 u.
Schakel na een automatische uitschakeling de oven volledig uit. Vervolgens schakelt u
het apparaat opnieuw in.
Als u de klokfunctie op Bereidingsduur of Einde instelt, wordt de automatische
uitschakeling gedeactiveerd.
NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS
WAARSCHUWING!
Zie het hoofdstuk 'Veiligheidsinformatie'.
Binnenkant van de deur
Aan de binnenkant van de ovendeur vindt u het volgende:
de nummers van de ovenniveaus
informatie over de ovenfuncties, aanbevolen niveaus en temperaturen voor karakteris-
tieke gerechten.
De temperaturen en baktijden in de tabellen zijn slechts als richtlijn bedoeld. Deze zijn
afhankelijk van de recepten en de kwaliteit en de hoeveelheid van de gebruikte ingrediënten.
Bakken
Algemene aanwijzingen
Uw nieuwe oven kan een andere bak-/braadverhouding hebben dan het apparaat dat
u tot nu toe gebruikt heeft. Pas uw normale instellingen (temperatuur, gaartijden) en
de ovenniveaus aan de tabelwaarden aan.
Bij langere baktijden kunt u de oven ca. 10 minuten voor het einde van de baktijd uit-
schakelen, om te profiteren van de restwarmte.
Nuttige aanwijzingen en tips
15
Wanneer u diepgevroren levensmiddelen gebruikt, kunnen de platen in de oven
tijdens het bakken vervormen. Wanneer de platen afkoelen, verdwijnt de vervor-
ming.
Aanwijzigen bij de baktabellen
Wij raden aan om de eerste keer de lagere temperatuur in te stellen.
Als u geen concrete aanwijzingen kunt vinden voor uw eigen recept, kijkt u dan bij een
soortgelijk product.
Bij het bakken van gebak op meerdere niveaus kan de baktijd ca. 10-15 minuten lan-
ger zijn.
Als het gebak niet overal even hoog is, wordt het gebak in het begin van het bakproces
niet overal even bruin. Verander in dit geval de temperatuurinstelling niet. De verschil-
len verminderen tijdens het bakproces.
Bakken op één ovenniveau - Bakken in bakblikken.
Soort gebak Ovenfunctie Niveau Temperatuur
(°C)
Tijd (u:min)
Tulband of brioche Hetelucht Met
Ring
1 150 - 160 0:50 - 1:10
Moskovisch gebak/
vruchtencake
Hetelucht Met
Ring
1 140 - 160 1:10 - 1:30
Biscuitgebak Hetelucht Met
Ring
1 140 0:25 - 0:40
Biscuitgebak Conventioneel 1 160 0:25 - 0:40
Taartbodem van zand-
taartdeeg
1)
Hetelucht Met
Ring
3 170-180 0:10 - 0:25
Taartbodem van roer-
deeg
Hetelucht Met
Ring
3 150 - 170 0:20 - 0:25
Appeltaart Conventioneel 1 170 - 190 0:50 - 1:00
Appeltaart (2 vormen
Ø 20 cm, diagonaal
geplaatst)
Hetelucht Met
Ring
1 160 1:10 - 1:30
Appeltaart (2 vormen
Ø 20 cm, diagonaal
geplaatst)
Conventioneel 1 180 1:10 - 1:30
1) Oven voorverwarmen
Bakken op één ovenniveau - Taarten/gebak/brood op bakplaten
Soort gebak Ovenfunctie Niveau Temperatuur
(°C)
Tijd (u:min)
Vlechtbrood/brood-
krans
Conventioneel 3 170 - 190 0:30 - 0:40
Kerststol
1)
Conventioneel 3 160 - 180 0:40 - 1:00
Brood (roggebrood) Conventioneel 1
16
Nuttige aanwijzingen en tips
Soort gebak Ovenfunctie Niveau Temperatuur
(°C)
Tijd (u:min)
- eerst
1)
230 0:25
- Vervolgens 160 - 180 0:30 - 1:00
Roomsoezen/tom-
poezen
1)
Conventioneel 3 160 - 170 0:15 - 0:30
Opgerolde cake met
jam
1)
Conventioneel 3 180 - 200 0:10 - 0:20
Kruimeltaart (droog) Hetelucht Met
Ring
3 150 - 160 0:20 - 0:40
Boter-/suikerkoek
1)
Conventioneel 3 190 - 210 0:15 - 0:30
Vruchtentaart (op
gistdeeg/roerdeeg)
2)
Hetelucht Met
Ring
3 150 0:35 - 0:50
Vruchtentaart (op
gistdeeg/roerdeeg)
2)
Conventioneel 3 170 0:35 - 0:50
Vruchtencake met
kruimeldeeg
Hetelucht Met
Ring
3 160 - 170 0:40 - 1:20
Plaatkoek met kwets-
bare garnering (bij-
voorbeeld kwark,
room, puddingvul-
ling)
1)
Conventioneel 3 160 - 180 0:40 - 1:20
Ongedesemd brood Hetelucht Met
Ring
1 200 - 200 0:08 - 0:15
1) Oven voorverwarmen
2) Gebruik de diepe braadpan
Bakken op één ovenniveau - Koekjes
Soort gebak Ovenfunctie Niveau Temperatuur
(°C)
Tijd (u:min)
Zandkoekjes Hetelucht Met
Ring
3 150 - 160 0:06 - 0:20
Spritsgebak Hetelucht Met
Ring
3 140 0:20 - 0:30
Spritsgebak
1)
Conventioneel 3 160 0:20 - 0:30
Roerdeegkoekjes Hetelucht Met
Ring
3 150 - 160 0:15 - 0:20
Eiwitgebak, schuim-
gebak
Hetelucht Met
Ring
3 80 - 100 2:00 - 2:30
Bitterkoekjes Hetelucht Met
Ring
3 100 - 120 0:30 - 0:60
Nuttige aanwijzingen en tips
17
Soort gebak Ovenfunctie Niveau Temperatuur
(°C)
Tijd (u:min)
Klein gerezen gebak Hetelucht Met
Ring
3 150 - 160 0:20 - 0:40
Bladerdeeg
1)
Hetelucht Met
Ring
3 170 - 180 0:20 - 0:30
Broodjes
1)
Hetelucht Met
Ring
3 160 0:20 - 0:35
Broodjes
1)
Conventioneel 3 180 0:20 - 0:35
Kleine cakejes (20 per
bakblik)
1)
Hetelucht Met
Ring
3 140 0:20 - 0:30
Kleine cakejes (20 per
bakblik)
1)
Conventioneel 3 170 0:20 - 0:30
1) Oven voorverwarmen
Bakken op meer dan één niveau - Cakes/taarten/brood op bakplaten
Soort gebak
Hete lucht
2 niveaus
Hete lucht
3 niveaus
Temperatuur (°C)
Tijd (u:min)
Roomsoezen /Éclairs
1)
1 / 4 --- 160 - 180 0:35 - 0:60
Kruimeltaart 1 / 3 --- 140 - 160 0:30 - 0:60
1) Oven voorverwarmen
Bakken op meer dan één niveau - Koekjes/kleine cakes/taartjes, pasteitjes/broodjes
Soort gebak
Hete lucht
2 niveaus
Hete lucht
3 niveaus
Temperatuur
(°C)
Tijd (u:min)
Zandkoekjes 1 / 3 1 / 3 /5 150 - 160 0:15 - 0:35
Spritsgebak 1 / 3 1 / 3 /5 140 0:20 - 0:60
Roerdeegkoekjes 1 / 3 --- 160 - 170 0:25 - 0:40
Eiwitgebak, schuimge-
bak
1 / 3 --- 80 - 100 2:10 - 2:50
Bitterkoekjes 1 / 3 --- 100 - 120 0:40 - 1:20
Klein gerezen gebak 1 / 3 --- 160 - 170 0:30 - 0:60
Bladerdeeg
1)
1 / 3 --- 170 - 180 0:30 - 0:50
Broodjes 1 /4 --- 160 0:30 - 0:45
Kleine cakejes (20 per
bakblik)
1)
1 /4 --- 140 0:25 - 0:40
1) Oven voorverwarmen
18
Nuttige aanwijzingen en tips
Baktips
Bakresultaat Mogelijke oorzaak Oplossing
De onderkant van de
cake is te licht van
kleur.
Onjuist ovenniveau. Plaats de cake op een lager ovenniveau.
De cake zakt in (wordt
klef, klonterig, strepe-
rig).
Te hoge oventemperatuur Stel de temperatuur lager in
De cake zakt in (wordt
klef, klonterig, strepe-
rig).
Te korte baktijd. Baktijd verlengen.
Stel geen hogere temperaturen in
voor kortere baktijden
De cake zakt in (wordt
klef, klonterig, strepe-
rig).
Te veel vocht in het deeg. Minder vocht gebruiken. Houd de mixtij-
den aan, met name als u mixers gebruikt
De cake is te droog. Te lage oventemperatuur Stel een hogere oventemperatuur in.
De cake is te droog. Te lange baktijd. De baktijd verkorten.
De cake wordt niet ge-
lijkmatig bruin.
Te hoge oventemperatuur
en te korte baktijd
De oventemperatuur lager instellen en de
baktijd verlengen
De cake wordt niet ge-
lijkmatig bruin.
Geen gelijkmatig mengsel. Het deeg gelijkmatig over de bakplaat ver-
delen.
De cake wordt niet
gaar binnen de aange-
geven baktijd.
Te lage temperatuur. Stel de oventemperatuur iets hoger in
Baktabel voor hete lucht
Lees voor de juiste ovenfunctie de ovenfunctielijst in het hoofdstuk "Dagelijks gebruik".
Soort gebak Rekstand Temperatuur °C Tijd in min
Pizza (dunne bodem)
1)
1 180 - 200 20 - 30
Pizza (met veel garne-
ring)
1 180 - 200 20 - 30
Taarten 1 180 - 200 45 - 60
Spinazietaart 1 160 - 180 45 - 60
Quiche lorraine 1 170 - 190 40 - 50
Kwarktaart, rond 1 140 - 160 60 - 90
Kwarktaart op plaat 1 140 - 160 50 - 60
Appeltaart, bedekt 1 150 - 170 50 - 70
Groentetaart 1 160 - 180 50 - 60
Ongedesemd brood
1)
1 250 - 270 10 - 20
Nuttige aanwijzingen en tips
19
Soort gebak Rekstand Temperatuur °C Tijd in min
Bladerdeegtaart
1)
1 160 - 180 40 - 50
Flammekuchen (pizza-
achtig gerecht uit de
Elzas)
1)
1 250 - 270 12 - 20
Piroggen (Russische
variant op calzone)
1)
1 180 - 200 15 - 25
1) Oven voorverwarmen
Lage Temp.
Gebruik deze functie voor het bereiden van zachte, magere stukken vlees en vis.
De oven bereikt de ingestelde temperatuur en er klinkt een signaal. Daarna wordt de
oven automatisch omgeschakeld naar een lagere temperatuur.
Altijd zonder deksel garen als u gebruikmaakt van de functie Lage Temp. .
1. Het braadstuk in de pan heel heet aanbraden.
2. Plaats het vlees in een braadschaal of direct op het rooster. Zet de plaat onder het
rooster om vet op te vangen.
3. Stel de ovenfunctie Lage Temp. in, wijzig de temperatuur indien nodig en laat gaar
worden (zie tabel).
U kunt niet Lage Temp. in combinatie met de klokfuncties gebruiken: Bereidingsduur en
Einde.
Lees voor de juiste ovenfunctie de ovenfunctielijst in het hoofdstuk "Dagelijks gebruik".
Gerecht Gewicht g Instelling Inzetniveau Totale tijd in mi-
nuten
Engelse rosbief 1000-1500 Twee 1 90-110
Runderbiefstuk 1000-1500 Twee 3 90-110
Kalfsbraadstuk 1000-1500 Twee 1 100-120
Steaks 200 - 300 Een 3 20-30
Tabel voor ovenschotels en gegratineerde gerechten
Schotel Ovenfunctie Rek-
stand
Temperatuur
°C
Tijd in uren : Mi-
nimaal
Pastaschotel Conventioneel 1 180-200 0:45-1:00
Lasagne Conventioneel 1 180-200 0:25-0:40
Groentegratin
1)
Infratherm 1 160-170 0:15-0:30
Stokbrood bedekt met
smeltkaas
1)
Infratherm 1 160-170 0:15-0:30
20
Nuttige aanwijzingen en tips
Schotel Ovenfunctie Rek-
stand
Temperatuur
°C
Tijd in uren : Mi-
nimaal
Zoete ovenschotels Conventioneel 1 180-200 0:40-0:60
Visschotels Conventioneel 1 180-200 0:30-1:00
Gevulde groente Infratherm 1 160-170 0:30-1:00
1) Oven voorverwarmen
Kant-en-klaargerechten
Gerecht Ovenfunctie Rekstand Temperatuur °C Tijd
Friet
1)
Infratherm 3 200-220 Zie de instruc-
ties van de fa-
brikant
1) Opmerking: Patat frites tijdens bakken 2 tot 3 keer omkeren
Braden
Braadservies
Gebruik hittebestendig servies om te braden (lees de instructies van de fabrikant).
Grote braadstukken kunt u direct in de diepe braadpan braden of op een rooster met
boven een braadpan. (Indien aanwezig)
Braad mager vlees in een braadpan met deksel. Op die manier blijft het vlees sappiger.
Alle soorten vlees, die een korst moeten krijgen, kunt u in de braadschaal zonder dek-
sel braden.
De gegevens in de volgende tabel dienen slechts als richtlijn.
Aanwijzingen met betrekking tot de braadtabel.
Braden van vlees en vis met een gewicht van meer dan 1 kg.
Giet een beetje water op de roosterplaat om het inbranden van vrijkomende vleessap-
pen of vet te voorkomen.
Braadstukken naar behoefte (na 1/2 - 2/3 van de bereidingstijd) omkeren.
Voor een optimaal resultaat grote braadstukken en gevogelte tijdens de bereiding meer-
maals met braadvocht begieten.
Zet de oven ca. 10 minuten voor het einde van de baktijd uit, om te profiteren van de
restwarmte.
Rundvlees
Soort vlees Hoeveelheid Ovenfunctie Rek-
stan
d
Tempera-
tuur °C
Tijd (u:min)
Suddervlees 1 – 1.5 kg Conventio-
neel
1 200 - 250 2:00 - 2:30
Rosbief of ossenhaas per cm dik-
te
- van binnen rood
1)
per cm dikte Infratherm 1 190 - 200 0:05 - 0:06
Nuttige aanwijzingen en tips
21
Soort vlees Hoeveelheid Ovenfunctie Rek-
stan
d
Tempera-
tuur °C
Tijd (u:min)
- binnen roze (medium) per cm dikte Infratherm 1 180 - 190 0:06 - 0:08
- helemaal gaar per cm dikte Infratherm 1 170 - 180 0:08 - 0:10
1) Oven voorverwarmen
Varkensvlees
Soort vlees Hoeveelheid Ovenfunctie Rek-
stan
d
Tempera-
tuur °C
Tijd (u:min)
Schouderstuk, nekstuk,
hamlap
1 – 1,5 kg Infratherm 1 160 - 180 1:30 - 2:00
Tussenribstuk, casseler-
rib
1 – 1,5 kg Infratherm 1 170 - 180 1:00 - 1:30
Gehaktbrood 750 g - 1 kg Infratherm 1 160 - 170 0:45 - 1:00
Varkensribstuk (voorge-
kookt)
750 g - 1 kg Infratherm 1 150 - 170 1:30 - 2:00
Kalfsvlees
Soort vlees Hoeveelheid Ovenfunctie Rek-
stan
d
Tempera-
tuur °C
Tijd (u:min)
Geroosterd kalfsvlees 1 kg Infratherm 1 160 - 180 1:30 - 2:00
Kalfsbout 1,5 -2 kg Infratherm 1 160 - 180 2:00 - 2:30
Lamsvlees
Soort vlees Hoeveelheid Ovenfunctie Rek-
stan
d
Tempera-
tuur °C
Tijd (u:min)
Lamsbout, lamsgebraad 1 – 1.5 kg Infratherm 1 150 - 170 1:15 - 2:00
Lamsrug 1 – 1.5 kg Infratherm 1 160 - 180 1:00 - 1:30
Wild
Soort vlees Hoeveelheid Ovenfunctie Rek-
stan
d
Tempera-
tuur °C
Tijd (u:min)
Hazenrug, hazenbout
1)
tot 1 kg Conventio-
neel
3 220 - 250 0:25 - 0:40
Reerug, hertenrug 1,5 – 2 kg Conventio-
neel
1 210 - 220 1:15 - 1:45
Reebout, hertenbout 1,5 – 2 kg Conventio-
neel
1 200 - 210 1:30 - 2:15
1) Oven voorverwarmen
22
Nuttige aanwijzingen en tips
Gevogelte
Soort vlees Hoeveelheid Ovenfunctie Rek-
stan
d
Tempera-
tuur °C
Tijd (u:min)
Stukken gevogelte 200 – 250 g
p.p.
Infratherm 1 200 - 220 0:35 - 0:50
Halve kip 400 – 500 g
p.p.
Infratherm 1 190 - 210 0:35 - 0:50
Kip, braadkip 1 – 1.5 kg Infratherm 1 190 - 210 0:45 - 1:15
Eend 1,5 – 2 kg Infratherm 1 180 - 200 1:15 - 1:45
Gans 3,5 – 5 kg Infratherm 1 160 - 180 2:30 - 3:30
Kalkoen 2,5 – 3,5 kg Infratherm 1 160 - 180 1:45 - 2:30
Kalkoen 4 – 6 kg Infratherm 1 140 - 160 2:30 - 4:00
Vis (stoven)
Soort vlees Hoeveelheid Ovenfunctie Rek-
stan
d
Tempera-
tuur °C
Tijd (u:min)
Hele vissen 1 – 1.5 kg Conventio-
neel
1 210 - 220 0:45 - 1:15
Grillen
Gebruik de grilfunctie altijd met maximale temperatuurinstelling
Tijdens het grillen moet de ovendeur altijd gesloten zijn
Lege oven met grilfuncties altijd 5 minuten voorverwarmen.
Bakplaat op inzetniveau plaatsen, zoals aangeraden in grilleertabel.
Altijd de pan plaatsen om vet op te vangen op het eerste inzetniveau.
Alleen platte stukken vlees of vis grillen.
Lees voor de juiste ovenfunctie de ovenfunctielijst in het hoofdstuk "Dagelijks gebruik".
Voedsel om te grillen Rekstand Tijd
1e kant 2e kant
Burgers 4 8 - 10 min. 6 - 8 min.
Varkenshaas 4 10 - 12 min. 6 - 10 min.
Worstjes 4 8 - 10 min. 6 - 8 min.
Runderhaas, kalfsfilet 4 6 - 7 min. 5 - 6 min.
Rundsfilet, rosbief (ca.
1 kg)
3 10 - 12 min. 10 - 12 min.
Nuttige aanwijzingen en tips
23
Voedsel om te grillen Rekstand Tijd
1e kant 2e kant
Geroosterd brood
1)
3 4 - 6 min. 3 - 5 min.
Sandwiches 3 6 - 8 min. -------
1) Niet voorverwarmen
Inmaken
Gebruik uitsluitend normale wekglazen van dezelfde afmeting.
Gebruik geen wekglazen met een draai- of bajonetsluiting en metalen bakken.
Gebruik het eerste inzetniveau vanaf de bodem.
Gebruik de bakplaat. U kunt max. zes 1 liter wekglazen plaatsen.
Vul alle wekglazen tot hetzelfde niveau en sluit deze correct.
Plaats de wekglazen los van elkaar op het rooster.
Vul ca. 1/2 liter water op de plaat, zodat er voldoende vocht in de oven ontstaat.
Zodra de vloeistof in de eerste wekglazen begint te borrelen (na. ca. 35-60 minuten bij
1 liter glazen) de oven uitschakelen of de temperatuur verlagen tot 100°C (zie tabel).
Lees voor de juiste ovenfunctie de ovenfunctielijst in het hoofdstuk "Dagelijks gebruik".
Bessen
In te maken eetwaar Temperatuur in °C Tijd in min. tot aan
sudderen
Doorkoken bij 100
°C in min.
Aardbeien, bosbessen, frambo-
zen, rijpe kruisbessen
160 - 170 35 - 45 ---
Onrijpe kruisbessen 160 - 170 35 - 45 10 - 15
Steenvruchten
In te maken eetwaar Temperatuur in °C Tijd in min. tot aan
sudderen
Doorkoken bij 100
°C in min.
Peren, kweeperen, pruimen 160 - 170 35 - 45 10 - 15
Groenten
In te maken eetwaar Temperatuur in °C Tijd in min. tot aan
sudderen
Doorkoken bij 100
°C in min.
Wortelen
1)
160 - 170 50 -60 5 - 10
Komkommers 160 - 170 50 - 60 ---
Gemengde pickles 160 - 170 50 - 60 15
Koolrabi, erwten, asperges 160 - 170 50 - 60 15 - 20
1) In de uitgeschakelde oven laten staan
Roosteren
Dek de roosters met bakpapier af.
24
Nuttige aanwijzingen en tips
Lees voor de juiste ovenfunctie de ovenfunctielijst in het hoofdstuk "Dagelijks gebruik".
Groenten
Gerecht Temperatuur
in °C
Rekstand Tijd in uren (richt-
waarde)
1 niveau 2 niveaus
Bonen 60 - 70 3 1 / 4 6 - 8
Paprika (reepjes) 60 - 70 3 1 / 4 5 - 6
Soepgroenten 60 - 70 3 1 / 4 5 - 6
Paddenstoelen 50 - 70 3 1 / 4 6 - 8
Zuurkool 40 - 50 3 1 / 4 2 - 3
Fruit
Gerecht Temperatuur
in °C
Rekstand Tijd in uren (richt-
waarde)
1 niveau 2 niveaus
Pruimen 60 - 70 3 1 / 4 8 - 10
Abrikozen 60 - 70 3 1 / 4 8 - 10
Schijfjes appel 60 - 70 3 1 / 4 6 - 8
Peren 60 - 70 3 1 / 4 6 - 9
Ontdooien
Haal de etenswaren uit de verpakking en leg deze op een plaat op het rooster.
Gebruik voor het afdekken geen borden of schotels. Hierdoor kan de ontdooitijd aan-
zienlijk worden verlengd.
Zet het rooster op het eerste inzetniveau vanaf de bodem.
Lees voor de juiste ovenfunctie de ovenfunctielijst in het hoofdstuk "Dagelijks gebruik".
Schotel Ontdooitijd in min. Verdere ontdooitijd in
min.
Opmerkingen
Kip 1000 g 100-140 20-30 Kip op een omge-
draaid schoteltje in
een groot bord leg-
gen, halverwege de
tijd omdraaien
Vlees, 1000 g 100-140 20-30 Halverwege de berei-
dingstijd omdraaien
Vlees, 500 g 90-120 20-30 Halverwege de berei-
dingstijd omdraaien
Forel, 150 g 25-35 10-15 -------
Aardbeien, 300 g 30-40 10-20 -------
Nuttige aanwijzingen en tips
25
Schotel Ontdooitijd in min. Verdere ontdooitijd in
min.
Opmerkingen
Boter, 250 g 30-40 10-15 -------
Room, 2 x 200 g 80-100 10-15 Room kan ook met
nog licht bevroren
deeltjes goed worden
geklopt
Taart, 1400 g 60 60 -------
Vleesthermometer
Lees voor de juiste ovenfunctie de ovenfunctielijst in het hoofdstuk "Dagelijks gebruik".
Rundvlees
Gerecht Kerntemperatuur vlees in ºC
Rosbief of ossenhaas van binnen rood 45 - 50
Rosbief of ossenhaas medium 60 - 65
Rosbief of ossenhaas helemaal gaar 75 - 80
Varkensvlees
Gerecht Kerntemperatuur vlees in ºC
Fricandeau, hamlap 80 - 82
Tussenribstuk, kasselerrib 75 - 80
Gehakt 75 - 80
Kalf
Gerecht Kerntemperatuur vlees in ºC
Kalfsbraadstuk 75 - 80
Kalfsbout 85 - 90
Schapenvlees / lamsvlees
Gerecht Kerntemperatuur vlees in ºC
Schapenbout 80 - 85
Schapenrug 80 - 85
Lamsbout, lamsbraadstuk 75 - 80
wild
Gerecht Kerntemperatuur vlees in ºC
Hazenrug 70 - 75
Hazenpoot, hazenbout 70 - 75
Gehele haas 70 - 75
26
Nuttige aanwijzingen en tips
Gerecht Kerntemperatuur vlees in ºC
Reerug, hertenrug 70 - 75
Ree- /hertenrug 70 - 75
Informatie over acrylamides
Belangrijk! Volgens recente wetenschappelijke informatie kan het intensief bruinen van
levensmiddelen (met name in producten die zetmeel bevatten), een gezondheidsrisico
vormen tengevolge van acrylamides. Om die reden adviseren wij levensmiddelen zoveel
mogelijk bij lage temperaturen gaar te laten worden en de gerechten niet te veel te bruinen.
ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING!
Zie het hoofdstuk 'Veiligheidsinformatie'.
Maak de voorkant van het apparaat schoon met een zachte doek en een warm sopje.
Gebruik voor de metalen oppervlakken een universeel reinigingsmiddel.
Reinig de binnenkant van de oven na elk gebruik. Verontreinigingen laten zich dan het
makkelijkst verwijderen en kunnen dan niet aanbranden.
Verwijder hardnekkig vuil met een speciale ovenreiniger.
Maak alle oventoebehoren na elk gebruik schoon met een zachte doek en een warm
sopje en een reinigingsmiddel en laat ze drogen.
Toebehoren met antiaanbaklaag mogen niet worden schoon gemaakt met een agres-
sieve reinigingsmiddel, voorwerpen met scherpe randen of afwasautomaat. Hierdoor
kan de antiaanbaklaag onherstelbaar worden beschadigd!
Pyrolytisch schoonmaken
WAARSCHUWING!
De oven wordt zeer heet. Houd kinderen erbij weg.
Verwijder alle onderdelen van de oven.
De pyrolytische reinigingsprocedure kan niet worden gestart:
Als u de inschuifrails of de telescopische geleiders (indien aanwezig) niet verwijdert,
verschijnt er op de klok 'C1'
als u de ovendeur niet correct sluit (het klokdisplay toont 'C3') .
1. Grove vervuilingen dienen handmatig verwijderd te worden.
2. Stel de ovenfunctie op het menu pyrolyse in
In het display verschijnt 'P2'.
Op het klokdisplay verschijnt "2:45",
Bereidingsduur
knippert ongeveer 5 seconden.
Terwijl Bereidingsduur
knippert kunt u met of de gewenste duur voor de
procedure instellen:
2:15 voor een lage vuilgraad,
2:45 voor een normale vuilgraad,
3:15 voor een hoge vuilgraad.
Onderhoud en reiniging
27
Daarna start de pyrolytische reiniging.
Indien Bereidingsduur niet meer knippert, drukt u meerdere malen op de keuzet-
oets en stelt u de duur voor de pyrolytische procedure in.
Tijdens pyrolytische reiniging werkt het lampje niet.
De deur wordt vergrendeld, wanneer de oven de ingestelde temperatuur heeft bereikt.
Het symbool
en de balkjes van de verwarmingsindicatie lichten op totdat de deur
weer is ontgrendeld.
U kunt ook de uitschakeltijd aanpassen voor pyrolytische reiniging aan de hand van de
klokfunctie einde
(binnen 2 minuten na het starten van de pyrolytische reiniging).
Inschuifrails
Inschuifrails uitnemen
1. Trek de rails bij de voorkant uit de zijwand.
2. Trek de rails bij de achterkant uit de zij-
wand en verwijder deze.
Installeren van de inschuifrails
Installeer de inschuifrails in omgekeerde volgorde.
BELANGRIJK De afgeronde uiteinden van de inschuifrails moeten naar voren wijzen!
Ovenlampje
WAARSCHUWING!
Gevaar voor elektrische schokken!
Voordat u het ovenlampje vervangt:
•Schakel de oven uit.
Verwijder de zekeringen in de zekeringenkast of schakel de stroomonderbreker uit.
2
1
28
Onderhoud en reiniging
Leg een doek op de bodem van de oven om het ovenlampje en het afdekglaasje te be-
schermen.
Het ovenlampje vervangen
1. Het afdekglas van het lampje bevindt zich in de achterkant van de ovenruimte.
Draai het afdekglas van de lamp naar rechts en verwijder het.
2. Reinig het afdekglas.
3. Vervang de ovenlamp met de relevante tegen 300°C warmte bestendige ovenlamp.
Gebruik hetzelfde ovenlamptype.
4. Plaats het afdekglas terug.
Het ovenlampje vervangen:
1. U kunt de afdekking van het lampglas aan de linkerkant van de binnenruimte vinden.
Verwijder de inschuifrails aan de linkerkant.
2. Glazen kapje met een smal, stomp voor-
werp (b.v. een theelepel) loshalen en rei-
nigen.
3. Indien nodig: Vervang het ovenlampje
door een geschikt 300 °C hittebestendig
ovenlampje.
Gebruik hetzelfde ovenlamptype.
4. Plaats het afdekglas terug.
5. Plaats de inschuifrails aan de linkerkant.
Ovendeur en glasplaten
Verwijder de ovendeur om deze te verwijderen.
LET OP!
Wees voorzichtig bij het verwijderen van de deur uit het apparaat. De deur is zwaar!
Uitnemen van de ovendeur
1. Zet de ovendeur helemaal open.
2. Til de hendels (A) op de twee scharnieren
volledig omhoog.
A
A
Onderhoud en reiniging
29
3. Sluit de ovendeur in de eerste openings-
stand (ongeveer 45°).
4. Pak de ovendeur aan de zijkanten met
beide handen vast en trek deze onder
een opwaartse hoek van de oven weg.
5. U kunt de binnenste ruiten nu verwijde-
ren om schoon te maken.
Om de deur te installeren volgt u de pro-
cedure in omgekeerde volgorde.
LET OP!
Wees voorzichtig met het glas, aangezien dit
kan breken.
De ovendeur beschikt over 2, 3 of 4 glasplaten (afhankelijk van het model)
Plaats de ovendeur met de buitenkant omlaag op een zachte en egale ondergrond om
krassen te voorkomen
Verwijderen en reinigen van de deurglazen
1. Deurafdekking (B) aan de bovenkant van
de deur aan beide kanten vastpakken en
naar binnen drukken om de klemsluiting
te ontgrendelen.
2. Trek de deur naar voor om deze te verwij-
deren.
3. Houd de glasplaten aan de bovenkant vast en trek deze een voor een omhoog uit de
geleiding
4. Reinigen van de glasplaten.
Om de platen te installeren volgt u de procedure in omgekeerde volgorde. Plaats de
kleinste glasplaat eerst, daarna de grotere glasplaten.
45°
B
30
Onderhoud en reiniging
PROBLEMEN OPLOSSEN
WAARSCHUWING!
Zie het hoofdstuk 'Veiligheidsinformatie'.
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
De oven wordt niet warm Het apparaat is uitgeschakeld Schakel het apparaat in
De oven wordt niet warm De klok is niet ingesteld Stel de klok in. Zie de para-
graaf "De klok instellen"
De oven wordt niet warm De benodigde kookstanden
zijn niet ingesteld
Zorg ervoor dat de instellin-
gen juist zijn
De oven wordt niet warm De automatische veiligheids-
uitschakeling is actief
Zie de paragraaf "Automati-
sche uitschakeling"
De oven wordt niet warm De zekering is uitgeschakeld Controleer of de zekering de
oorzaak van de storing vormt.
Als de zekering steeds op-
nieuw wordt uitgeschakeld,
neem dan contact op met een
erkend elektricien
Het ovenlampje brandt niet Het ovenlampje is kapot. Vervang het ovenlampje.
De functie pyrolytisch reinigen
werkt niet (op het klokdisplay
staat "C1")
De inschuifrails/telescopische
geleiders zijn niet verwijderd
Verwijder de zijrails/ovenuit-
trekrails
De functie pyrolytisch reinigen
werkt niet (op het tijddisplay
staat "C3")
De deur is niet correct geslo-
ten of de deurvergrendeling is
defect
Sluit de deur correct
Op het display verschijnt F11 Er is kortsluiting in de vlees-
thermometer
De stekker van de vleesther-
mometer is niet goed in de
aansluiting gestoken
Steek de stekker van de vlees-
thermometer zover mogelijk
naar binnen
Op het display verschijnt F2 De deur is niet goed gesloten
De deurvergrendeling is de-
fect
Sluit de deur correct
Schakel het apparaat uit via
de huiszekering of de veilig-
heidsschakelaar in de zeke-
ringkast en schakel deze
weer in
Neem contact op met de
klantenservice, wanneer ‘F2’
opnieuw wordt weergege-
ven
Problemen oplossen
31
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Het display toont een foutco-
de die niet in deze lijst voor-
komt
Er is een elektronicafout Schakel het apparaat uit via
de huiszekering of de veilig-
heidsschakelaar in de zeke-
ringkast en schakel deze
weer in
Neem contact op met de
klantenservice, wanneer de
foutcode opnieuw wordt
weergegeven
Als u niet zelf het probleem kunt verhelpen, neem dan contact op met uw verkoper of de
klantenservice.
De benodigde gegevens voor de service-afdeling staan op het typeplaatje. Het typepla-
tje bevindt zich aan de voorkant van de binnenkant van de oven.
Wij adviseren u om de gegevens hier te noteren:
Model (MOD.) .........................................
Productnummer (PNC) .........................................
Serienummer (S.N.) .........................................
MILIEUBESCHERMING
Het symbool op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als
huishoudafval mag worden behandeld, maar moet worden afgegeven bij een
verzamelpunt waar elektrische en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u
ervoor zorgt dat dit product op de juiste manier wordt verwijderd, voorkomt u mogelijke
negatieve gevolgen voor mens en milieu die zich zouden kunnen voordoen in geval van
verkeerde afvalverwerking. Voor gedetailleerdere informatie over het recyclen van dit
product, kunt u contact opnemen met de gemeente, de gemeentereiniging of de winkel
waar u het product hebt gekocht.
Verpakkingsmateriaal
Het verpakkingsmateriaal is milieuvriendelijk en geschikt voor hergebruik. Kunststofon-
derdelen worden aangeduid met internationale afkortingen, zoals PE, PS, etc. Gooi het
verpakkingsmateriaal weg in de daarvoor bestemde containers van uw vuilnisophaaldienst.
WAARSCHUWING!
Om ervoor te zorgen dat het apparaat geen gevaar oplevert, moet het onklaar gemaakt
worden voordat u het weggooit.
Trek de stekker uit het stopcontact en verwijder de voedingskabel van het apparaat.
32
Milieubescherming
33
34
35
www.aeg-electrolux.com/shop
892946464-A-262010
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36

AEG Electrolux B 8871-5A Handleiding

Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor