Nautilus E626 Assembly & Owner's Manual

Type
Assembly & Owner's Manual
MONTAGE- / GEBRUIKERSHANDLEIDING
Dit product voldoet aan de geldende
CE-eisen.
2
Belangrijke veiligheidsvoorschriften - Montage 3
Waarschuwingsklevers / serienummer 4
Instructies i.v.m. de aarding 5
Specicaties 6
Voorafgaandaandemontage 6
Onderdelen 7
Montagemateriaal 8
Gereedschap 8
Montage 9
Het toestel verplaatsen 22
Het toestel nivelleren 23
Belangrijke veiligheidsvoorschriften 24
Kenmerken 25
Consolekenmerken 26
Bluetooth
®
-connectiviteit 29
Op afstand bediende hartslagmonitor 30
Bedieningen 32
Opstart/Stand-by-modus 32
Initiële installatie 33
Snelstartprogramma 33
Gebruikersproelen 33
Proelprogramma's 35
Pauzeren of stoppen 39
Resultaten/Afkoel-modus 39
GOAL TRACK-statistieken 39
Instelmodus van de console 42
Onderhoud 43
Onderhoudsonderdelen 44
Problemenoplossen 46
INHOUDSOPGAVE
Nautilus, Inc., www.NautilusInc.com - Klantenservice: [email protected] | Nautilus, Inc., 18225 NE Riverside Parkway, Portland,
OR 97230 USA | Gedrukt in China | © 2013 Nautilus, Inc. | ® wijst op handelsmerken die in de Verenigde Staten zijn geregistreerd. Deze
merken mogen in andere landen worden geregistreerd of anderszins worden beschermd door het gemeen recht. Nautilus, het Cam-logo,
NautilusDualTrack,NautilusConnect,Bowex,SchwinnenUniversalzijnhandelsmerkenineigendomvanofinlicentiegegevenaan
Nautilus, Inc. Polar
®
, OwnCode
®
, Bluetooth
®
, iTunes
®
en MyFitnessPal
®
zijn handelsmerken van hun respectieve eigenaars.
ORIGINELE HANDLEIDING - ENGELSE VERSIE ALLEEN
Bewaar het oorspronkelijke bewijs van aankoop en noteer de volgende informatie om de
garantieondersteuning te valideren:
Serienummer __________________________
Datum van aankoop ____________________
Neem contact op met uw lokale verdeler om uw productgarantie te registreren.
Voor meer informatie over uw productgarantie of als u vragen hebt of problemen ondervindt met uw product,
neem dan contact op met uw lokale Nautilus-verdeler. Om uw plaatselijke verdeler te vinden kunt u terecht op:
www.nautilusinternational.com
3
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
-MONTAGE
Dit pictogram wijst op een potentieel gevaarlijke situatie die kan leiden tot de dood of ernstig letsel.
Neem de volgende waarschuwingen in acht:
Lees aandachtig alle waarschuwingsklevers op dit toestel.
!
Lees aandachtig de montage-instructies. Lees aandachtig de volledige handleiding. Bewaar de
handleiding voor later gebruik.
!
Om het risico op een elektrische schok of het gebruik van de apparatuur zonder toezicht te beperken
trekt u altijd het best de stekker uit het stopcontact onmiddellijk na het gebruik van het toestel of voordat
u het schoonmaakt.
Houd omstanders en kinderen te allen tijde uit de buurt van het toestel dat u aan het monteren bent.
Sluit het toestel niet op het elektriciteitsnet aan totdat u dit gevraagd wordt.
Het toestel mag nooit onbewaakt worden achtergelaten wanneer het is aangesloten. Trek de stekker uit het
stopcontact wanneer het toestel niet in gebruik is en voordat u onderdelen installeert of verwijdert.
Controleer dit toestel voor elk gebruik op schade aan het stroomsnoer, losse onderdelen of tekenen van slijtage.
Gebruik het toestel niet als u een probleem vaststelt. Neem contact op met uw lokale verdeler voor informatie over
een eventuele reparatie.
U mag geen voorwerpen in een opening van het toestel steken of laten vallen.
Monteer het toestel niet buiten of in een vochtige of natte plaats.
Zorg ervoor dat u voldoende werkruimte hebt, uit de buurt van voorbijgangers en zonder blootstelling van omstanders.
Sommige componenten van het toestel kunnen zwaar of moeilijk hanteerbaar zijn. Roep de hulp in van een tweede
persoon wanneer u deze onderdelen monteert. Monteer geen zware of moeilijk hanteerbare onderdelen zonder de
hulp van een tweede persoon.
Installeer het toestel op een stevige, vlakke en horizontale ondergrond.
Probeer het design of de functionaliteit van het toestel niet te wijzigen. Dit zou de veiligheid van dit toestel in gevaar
kunnen brengen en maakt de garantie ongeldig.
Als u vervangingsonderdelen nodig hebt, gebruik dan uitsluitend originele vervangingsonderdelen en
montagemateriaal van Nautilus. Als u geen originele vervangingsonderdelen gebruikt, dan kan dit een risico inhouden
voor de gebruikers, het toestel verhinderen om correct te functioneren en de garantie ongeldig maken.
Gebruik het toestel niet totdat het volledig gemonteerd en gecontroleerd is op correcte werking in overeenstemming
met de handleiding.
Gebruik dit toestel alleen voor het beoogde gebruik, zoals beschreven in deze handleiding. Gebruik geen accessoires
die niet door de fabrikant worden aanbevolen.
Voer alle montagestappen in de opgegeven volgorde uit. Onjuiste montage kan leiden tot lichamelijke letsels of
onjuiste werking.
Sluit dit toestel aan op een correct geaard stopcontact (raadpleeg Instructies i.v.m. aarding).
Houd het stroomsnoer altijd uit de buurt van warmtebronnen of hete oppervlakken.
Gebruik het toestel niet in een ruimte waar met spuitbussen wordt gespoten.
Zet om het toestel uit te schakelen alle bedieningselementen op de UIT-stand en verwijder daarna de stekker uit het
stopcontact.
Dit product bevat magneten. Magnetische velden kunnen interfereren met het normale gebruik van bepaalde
medische hulpmiddelen in de directe nabijheid. Gebruikers kunnen in de nabijheid van de magneten komen bij de
montage, het onderhoud en/of het gebruik van het product. Vanwege het voor de hand liggende belang van deze
hulpmiddelen, zoals een pacemaker, is het belangrijk dat u uw arts om advies vraagt in verband met het gebruik van
dezeapparatuur.Raadpleegdesectie'WaarschuwingskleversenSerienummer'omdelocatievandemagnetenop
dit product te bepalen.
BEWAAR DEZE VOORSCHRIFTEN.
4
WAARSCHUWINGSKLEVERS EN SERIENUMMER
Serienummer
Productspecificatie
WAARSCHUWING
• Houd handen en voeten veilig uit
de buurt.
5
Instructies i.v.m. de aarding
Dit product moet elektrisch geaard worden. Als er een storing optreedt, dan vermindert een correcte aarding het risico op
een elektrische schok. Het stroomsnoer is uitgerust met een apparatuuraardgeleider en moet worden aangesloten op een
stopcontact dat goed is geïnstalleerd en geaard.
!
De elektrische bedrading moet voldoen aan alle geldende plaatselijke en provinciale normen en eisen. Door
verkeerde aansluiting van de apparatuuraardgeleider kan er een risico bestaan op een elektrische schok.
Vraag om advies aan een erkend elektricien als u niet zeker weet of het toestel correct is geaard. Voer geen
wijzigingen uit aan de stekker van het toestel. Als de stekker niet in het aanwezige stopcontact past, laat
dan een erkend elektricien een geschikt stopcontact installeren.
Als u het toestel aansluit op een stopcontact met RCBO (differentieelschakelaar met beveiliging tegen overbelasting), dan
kan de werking van het toestel een kortsluiting veroorzaken. Een overspanningsbeveiliging is aanbevolen om het toestel te
beschermen.
Als er een overspanningsbeveiliging op dit toestel wordt gebruikt, zorg dan dat deze overeenstemt met het vermogen
van deze apparatuur (220-240 V AC). Sluit geen andere toestellen of apparaten samen met dit toestel op de
overspanningsbeveiliging aan.
Zorg dat het product wordt aangesloten op een stopcontact met dezelfde configuratie als de stekker. Er mag bij dit
product geen adapter worden gebruikt.
6
SPECIFICATIES
Voorafgaand aan de montage
Kies de plaats waar u het toestel wilt installeren en gebruiken. Voor een veilige werking moet het toestel op een harde
envlakkeondergrondwordengeïnstalleerd.Voorzieeentrainingsruimtevanminimaal193x305cm.Zorgdatde
trainingsruimtedieugebruikt,voldoendehoogis.Houdhierbijrekeningmetdelengtevandegebruikerendemaximale
helling van de crosstrainer.
Basisprincipes bij het monteren
Volg deze basisprincipes bij het mon-
teren van uw toestel:
Leesaandachtigde'Belangrijke
veiligheidsvoorschriften'voorde
montage.
Verzamel alle onderdelen die u
nodig hebt bij iedere montagestap.
Met behulp van de aanbevolen
moersleutels draait u de bouten en
moeren naar rechts (met de klok
mee) om aan te spannen en naar
links (tegen de klok in) om los te
draaien.
Wanneer u twee onderdelen
vastmaakt, heft u de constructie
voorzichtig op en kijkt u door de
boutgaten. Op die manier kunt u de
bout gemakkelijker door de gaten
glijden.
Voor de montage zijn mogelijk twee mensen nodig.
Maximaal gebruikersgewicht: 136kg
Totale benodigde ruimte (voetafdruk) van de apparatuur:
12,301 cm
2
Gewicht van het toestel: 78,6kg
Stroomvoorziening:
Werkspanning: 220 V - 240 V AC, 50 Hz
Werkstroom: 1 A
Voldoet aan de volgende norm:
ISO 20957
Connectiviteit:
160.5 cm
(63.2”)
181.7 cm
(71.5”)
67.7 cm
(26.7”)
Zet dit toestel NIET bij het afval. Dit product moet worden gerecycled. Volg de voorgeschreven methoden op een
erkend afvalinzamelpunt om dit product correct te recyclen.
3.05m ( 120 )
1.93m
( 76” )
0.6m
( 24” )
0.6m
( 24” )
0.6m
( 24” )
0.6m
( 24” )
7
Allerechtse('R')enlinkse('L')onderdelenzijnvoorzienvaneenkleveromdemontagetevergemakkelijken.
Item Aantal Omschrijving Item Aantal Omschrijving
1 1 Consolemast 15 1 Linkerpedaal
2 1 Afdekkap consoleverbindingsstuk 16 1 Frame
3 1 Console 17 1 Voorste stabilisatiesteun
4 1 Vast handvat 18 1 Onderste handgreeparm rechts
5 1 Beschermkapdrinkeshouder,rechts 19 1 Bovenste handgreeparm rechts
6 1 Drinkeshouder 20 1 Bovenste beschermkap
7 1 Beschermkapdrinkeshouder,links 21 1 Dop beschermkap
8 1 Bovenste handgreeparm links 22 1 Rechterbeen
9 2 Beschermkap handgreep, buitenkant 23 1 Rechterpedaal
10 2 Beschermkap handgreep, binnenkant 24 1 Mp3-snoer
11 1 Railconstructie 25 1 AC-stroomsnoer - Type E/F (EU)
12 1 Armdraaistang 1 AC-stroomsnoer - Type G (VK)
13 1 Linkerbeen 1 AC-stroomsnoer - Type I (AU/NZ)
14 1 Onderste handgreeparm links 26 1 Smeermiddel op basis van silicone,
es(nietafgebeeld)
ONDERDELEN
1
2
3
5
12
4
6
7
9
10
8
11
13
14
15
16
17
18
20
9
10
19
22
23
21
25
24
8
Item Aantal Omschrijving Item Aantal Omschrijving
A 6 Platbolkopinbusbout,M8x16(metLocti-
te
®
-lijm)
G 8 Borgring, M8
B 4 Getande veerring, M8 H 2 Ashuls
C 8 Brede sluitring, M8 I 5 Zelftappendekruiskopschroef,M4,2x16
D 4 Platbolkopinbusbout,M8x16 J
2
Dop
E 2 Zeskantschroef,M8x20 K 5 Zelftappendekruiskopschroef,M5x12
F 6 Gegolfde sluitring
MONTAGEMATERIAAL / GEREEDSCHAP
Gereedschap
Inbegrepen Niet inbegrepen
6mm
(aanbevolen)
A B C D E F
G H
I
J
K
#2
13 mm
15 mm
19 mm
9
MONTAGE
1. Bevestig de voorste stabilisatiesteunen op het frame
Opmerking: Het montagemateriaal (*) is vooraf geïnstalleerd en is niet aanwezig op de montagekaart.
6mm
*
X4
*
17
16
*
10
2. Bevestig de railconstructie op het gemonteerde frame
Opmerking: Het montagemateriaal (*) is vooraf geïnstalleerd en is niet aanwezig op de montagekaart.
11
11
3. Sluit de kabels aan en bevestig de consolemast aan het gemonteerde frame
NB: Krimp de kabels niet.
21
B
D
6mm
X4
1
20
12
4. Bevestig de benen aan het gemonteerde frame
13
22
A
C
G
F
X2
X2
6mm
13
I
X5
5
7
6
5. Bevestig de drinkfleshouder aan het gemonteerde frame
14
6. Bevestig de armdraaistang en de onderste handgreeparmen aan het gemonteerde frame
18
12
14
F
X2
C
G
E
X2
13 mm
J
15
7. Bevestig de linkerpedaal aan het gemonteerde frame
NB: Herhaal deze stap aan de andere kant met de rechterpedaal (item 23).
23
C
H
G
A
6mm
F
A
C
G
15
H
16
8. Bevestig en verstel de bovenste handgreeparmen aan het gemonteerde frame
Opmerking: Het montagemateriaal (*) is vooraf geïnstalleerd en is niet aanwezig op de montagekaart.
Zorg dat de bovenste handgreeparmen veilig bevestigd zijn voordat u gaat trainen.
*
*
X8
6mm
8
19
*
17
9. Bevestig de beschermkappen van de handgrepen aan het gemonteerde frame
K
#2
X4
10
9
10
9
18
10. Schroef het montagemateriaal uit de console
Opmerking: Het montagemateriaal (*) is vooraf geïnstalleerd en is niet aanwezig op
de montagekaart.
11. Leid de kabels door de afdekkap van het consoleverbindingsstuk en het vaste handvat en bevestig ze op de
consolemast
NB: Krimp de consolekabels niet. Denk eraan dat het vaste handvat niet veilig is bevestigd.
*
X4
#2
3
2
4
19
12. Sluit de kabels aan en bevestig de console aan het vaste handvat
NB: Plaats de clips tegenover de kabelconnectoren en zorg dat de connectoren vastklikken. Krimp de kabels niet.
Denk eraan dat het vaste handvat niet veilig is bevestigd.
*
X4
20
13. Bevestig de afdekkap van het consoleverbindingsstuk en zet vervolgens het vaste handvat vast
6mm
*
X3
*
*
X1
K
21
14. Sluit het stroomsnoer aan het gemonteerde frame aan
Opmerking: Breng smeermiddel op basis van silicone aan op een doek en smeer de rails om geluidshinder van de
rol te voorkomen.
Sluit dit toestel aan op een correct geaard stopcontact (raadpleeg Instructies i.v.m. aarding).
15. Laatste controle
Zorg dat al het montagemateriaal goed vastzit en dat de componenten correct gemonteerd zijn.
Noteer het serienummer in het daarvoor bedoelde veld vooraan in deze handleiding.
Gebruik het toestel niet totdat het volledig gemonteerd en gecontroleerd is op correcte werking, in overeenstemming met de
gebruikershandleiding.
25
26
22
Het toestel verplaatsen
Het toestel kan door één of meerdere personen worden verplaatst, afhankelijk van hun fysieke mogelijkheden en capaciteiten.
Zorg dat u en de andere personen allemaal fysiek fit zijn en in staat zijn om het toestel veilig te verplaatsen.
1. Verwijder het stroomsnoer.
2. Gebruik de transporthendel om het toestel voorzichtig op de transportwielen te tillen.
3. Duw het toestel naar zijn plaats.
4. Laat het toestel voorzichtig op zijn plaats zakken.
NB: Wees voorzichtig wanneer u de crosstrainer verplaatst. Abrupte bewegingen kunnen de werking van de computer
beïnvloeden.
VOORDAT U VAN START GAAT
23
Het toestel nivelleren
Het toestel moet worden genivelleerd als uw trainingsruimte oneffen is of als de railconstructie lichtjes van de vloer komt.
Werkwijze voor het afstellen:
1. Plaats het toestel in uw trainingsruimte.
2. Ga gedurende ongeveer 20 seconden veilig achteraan op de railconstructie staan.
3. Stap van het toestel.
4. Draai de borgmoeren los en verstel de stelpootjes totdat ze allemaal de vloer raken.
Verstel de stelpootjes niet te hoog, waardoor ze loskomen of van het toestel worden afgeschroefd. Dit zou
lichamelijk letsel of schade aan het toestel kunnen veroorzaken.
5. Verstel totdat het toestel waterpas staat. Draai de borgmoeren vast.
Zorg dat het toestel waterpas staat en stabiel is voordat u begint te trainen.
24
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Dit pictogram wijst op een potentieel gevaarlijke situatie die kan leiden tot de dood of ernstig letsel.
Neem de volgende waarschuwingen in acht alvorens dit toestel te gebruiken:
Lees aandachtig de volledige handleiding. Bewaar de handleiding voor later gebruik.
Lees aandachtig alle waarschuwingsklevers op dit toestel. Als de waarschuwingsklevers op een gegeven
moment niet meer goed kleven, onleesbaar worden of loskomen, neem dan contact op met uw lokale verdeler
om de klevers te vervangen.
Laat kinderen niet alleen op of in de buurt van dit toestel. Bewegende onderdelen en andere voorzieningen van
het toestel kunnen gevaarlijk zijn voor kinderen.
Niet geschikt voor gebruik door kinderen jonger dan 14 jaar.
Vraag een arts om advies voordat u een trainingsprogramma begint. Staak de training als u pijn of benauwdheid
opdeborstvoelt,kortademigwordtofuauwvoelt.Vraaguwartsomadviesvoordatuhettoestelopnieuw
begint te gebruiken. Gebruik de waarden die door de computer van het toestel worden berekend of opgemeten
uitsluitend ter informatie.
Controleer voor elk gebruik of het toestel geen losse onderdelen heeft of tekenen van slijtage vertoont. Gebruik
het toestel niet als u een probleem vaststelt. Houd nauw toezicht over de pedalen en de krukarmen. Neem
contact op met uw lokale verdeler voor informatie over een eventuele reparatie.
• Maximalegebruikersgewicht:136kg.Gebruikhettoestelnietwanneerumeerweegt.
Dit toestel is alleen geschikt voor thuisgebruik.
Draag geen losse kleding of sieraden. Dit toestel heeft bewegende onderdelen. Plaats uw vingers of andere
voorwerpen niet in de bewegende onderdelen van de trainingsapparatuur.
Installeer en gebruik dit toestel op een stevige, vlakke en horizontale ondergrond.
Maak de voetpedalen stabiel voordat u erop gaat staan. Wees voorzichtig bij het op- en afstappen van het toestel.
Bij onderhoud zorgt u ervoor dat het toestel niet meer op het elektriciteitsnet is aangesloten.
Gebruik dit toestel niet buiten of in vochtige of natte plaatsen.
• Bewaaraanbeidezijdenvanhettoesteleenvrijeruimtevantenminste0,6m.Ditisdeaanbevolen
veiligheidsafstand voor toegang en doorgang rond het toestel en voor het afstappen bij noodgevallen. Houd
omstanders buiten deze ruimte tijdens het gebruik van het toestel.
Span uzelf niet overdreven in tijdens het trainen. Gebruik het toestel in overeenstemming met de voorschriften in
deze handleiding.
Verstel en bevestig alle verstelbare onderdelen op een correcte en veilige manier. Zorg dat de verstelbare
onderdelen de gebruiker niet kunnen raken.
Houd de voetpedalen schoon en droog.
Het gebruik van dit toestel vereist coördinatie en evenwicht. Tijdens het trainen kunt u snelheids- en
weerstandsveranderingen verwachten. Wees dus voorzichtig om evenwichtsverlies en mogelijk letsel te
voorkomen.
Een toestel mag nooit onbewaakt worden achtergelaten wanneer het is aangesloten. Trek de stekker uit het
stopcontact wanneer het toestel niet in gebruik is en voordat u onderdelen installeert of verwijdert.
Dit toestel is niet geschikt voor gebruik door kinderen of personen met een verminderd lichamelijk, gevoels- of
mentaal vermogen, of personen zonder kennis over en ervaring met dit toestel, tenzij dit gebruik plaatsvindt onder
het toezicht van, of nadat men is geïnstrueerd over het gebruik van het toestel door, iemand die verantwoordelijk
is voor de veiligheid.
25
KENMERKEN
A Vast handvat L Transportwiel
B Contactsensoren voor hartslagmeting (CHR) M Stelpootje
C Luidsprekers N Hellingsarm
D Ventilator O Rail
E Mediadraagblad P Transportgreep
F Console Q Voetpedaal
G USB-poort R Drinkeshouder
H Mp3-input S Bovenste handgreep
I Volledig overkapt vliegwiel T Telemetrische hartslagontvanger (HR)
J Stroomconnector/-schakelaar U Bluetooth
®
-connectiviteit (niet afgebeeld)
K Stabilisatiesteun V Mp3-snoer
F
H
G
T
F
E
A
C
D
I
V
J
K
L
M
N
O
P
Q
R
S
B
WAARSCHUWING! Hartslagmeetsystemen kunnen onnauwkeurig zijn. Overmatig trainen kan ernstig letsel of de
dood veroorzaken. Staak de training onmiddellijk als u zich zwak voelt.
26
Consolekenmerken
De console verstrekt belangrijke informatie over uw training en verleent u controle over de weerstandsniveaus tijdens
het trainen. De console is voorzien van het Nautilus Dual Track
-display met aanraaktoetsen waarmee u door de
trainingsprogramma'skuntnavigeren.
TIMESPEED DISTANCE LEVEL CALORIESRPM HEART RATE
MPH km/h Hr MIN AVG MILES KM AVG BPM AV G
DISTANCE
QUICK START PAUSE/END
PROGRAMS
GOAL TRACK
USER
OK
100%
Anaerobic
80-90%
Aerobic
70-80%
Fat burn
50-70%
Warm up
Less than
50%
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
LONGEST WORKOUT LAST 7 DAYS
LAST 30 DAYSCALORIE RECORD
LAST WORKOUTCURRENT WORKOUT
SHARE AND TRACK
YOUR PROGRESS
1
25
18
10
100%
70%
20%
0%
5
40%
Toetsenblokfuncties
Toets weerstandsverhoging () - Verhoogt het weerstandsniveau van de training
Toets weerstandsverlaging () - Verlaagt het weerstandsniveau van de training
Toets hellingsverhoging () - Verhoogt de hellingshoek van de railconstructie
Toets hellingsverlaging () - Verlaagt de hellingshoek van de railconstructie
QUICK START-toets - Start een Quick Start-training
USER-toets-Voorhetselecterenvaneengebruikersproel
PROGRAMS-toets - Voor het selecteren van een categorie en een trainingsprogramma
PAUSE/END-toets - Pauzeert een actieve training, beëindigt een onderbroken training of gaat terug naar het vorige
scherm
GOALTRACK-toets-Geeftdetrainingsresultatenenprestatiesvoorhetgeselecteerdegebruikersproelweer
Verhoogtoets () - Verhoogt een waarde (leeftijd, tijd, afstand of calorieën) of beweegt door de opties
Toets Links () - Geeft de verschillende trainingswaarden tijdens een training weer en beweegt door de opties
Bovenste display
Onderste display
Sneltoetsen hellingsniveau
Sneltoetsen weerstandsniveau
Prestatie-indicatielampjes
Ventilator
27
OK-toets - Start een programmatraining, bevestigt informatie of hervat een onderbroken training.
Toets Rechts () - Geeft de verschillende trainingswaarden tijdens een training weer en beweegt door de opties
Verlaagtoets () - Verlaagt een waarde (leeftijd, tijd, afstand of calorieën) of beweegt door de opties
FAN-toets - Bedient de ventilator met drie snelheden
Sneltoetsen weerstandsniveaus - Verschuift de weerstandsniveaus snel tijdens een training naar de instelling
Sneltoetsen helling - Verschuift de helling snel tijdens een training naar de instelling
Prestatie-indicatielampen - wanneer een prestatieniveau wordt bereik of een trainingsresultaat wordt bekeken, gaat de
prestatie-indicatielamp aan
Nautilus Dual Track
-display
Gegevens van het bovenste display
Programmadisplay
Hetprogrammadisplaygeeftinformatievoordegebruikerweerenhetrasterdisplaygebiedgeefthettrajectproelvanhet
programmaweer.Elkekolominhetproelgeeftéénintervalweer(trainingssegment).Hoehogerdekolom,hoehogerde
weerstand. De knipperende kolom geeft uw huidige interval weer.
Intensiteitsdisplay
Het intensiteitsdisplay toont het intensiteitsniveau op dat moment op basis van de huidige weerstand.
Hartslagzonedisplay
Het hartslagzonedisplay toont in welke zone de huidige hartslagwaarde valt voor de huidige gebruiker. Deze
hartslagzones kunnen worden gebruikt als een trainingsrichtlijn voor een bepaalde doelzone (anaeroob, aeroob of
vetverbranding).
Vraag een arts om advies voordat u een trainingsprogramma start. Staak de training als u pijn of benauwdheid op
deborstvoelt,kortademigwordtofuauwvoelt.Vraaguwartsomadviesvoordatuhettoestelopnieuwbegintte
gebruiken. De hartslag die wordt weergegeven, is een benadering en mag alleen ter referentie worden gebruikt.
Opmerking: Als er geen hartslag wordt gedetecteerd, dan is het display leeg.
NB: Plaats geen persoonlijke elektronische apparaten aan de linkerkant van het mediadraagblad om interferentie met
de telemetrische hartslagontvanger te voorkomen.
Doeldisplay
Het Doeldisplay geeft het geselecteerde type doel (Afstand, Tijd of Calorieën) weer, de huidige waarde voor het bereiken
van het doel en het voltooide percentage van het te bereiken doel.
TIMESPEED DISTANCE LEVEL CALORIESRPM HEART RATE
MPH km/h Hr MIN AVG MILES KM AV G BPM AVG
DISTANCE
QUICK START PAUSE/END
PROGRAMS
GOAL TRACK
USER
OK
100%
Anaerobic
80-90%
Aerobic
70-80%
Fat burn
50-70%
Warm up
Less than
50%
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
LONGEST WORKOUT LAST 7 DAYS
LAST 30 DAYSCALORIE RECORD
LAST WORKOUTCURRENT WORKOUT
SHARE AND TRACK
YOUR PROGRESS
1
25
18
10
100%
70%
20%
0%
5
40%
Gebruikersdisplay
Prestatiedisplay
Programmadisplay
28
Gebruikersdisplay
HetGebruikersdisplaytoontwelkgebruikersproelmomenteelisgeselecteerd.
Prestatiedisplay
Het Prestatiedisplay wordt geactiveerd wanneer een trainingsdoel is bereikt of wanneer een trainingsmijlpaal wordt
overtroffen ten opzichte van vorige trainingen. Het consoledisplay zal de gebruiker feliciteren en hem informeren van zijn
prestatie. Dit gaat gepaard met een feestelijk geluidje.
Gegevens van het onderste display
Het onderste display toont de trainingswaarden en kan voor iedere gebruiker worden aangepast. (Raadpleeg de sectie
'Gebruikersproelbewerken'indezehandleiding).
Snelheid
Het Snelheidsdisplay toont de snelheid van het toestel in mijl per uur (mph) of kilometer per uur (km/u).
Tijd
HetTijdsdisplaytoontdetotaleduurvandetraining,degemiddeldeduurvoorhetgebruikersproelofdetotalewerkings-
tijd van het toestel.
Opmerking: In geval van een Quick Start-training van meer dan 99 minuten en 59 seconden (99:59) verspringen de
tijdseenheden naar uren en minuten (1 uur, 40 minuten).
Afstand
Het Afstandsdisplay toont de afgelegde afstand (mijl of km) tijdens de training.
Opmerking:Raadpleegdesectie'Instelmodusvandeconsole'vandezehandleidingomdemeeteenhedenteverande-
ren naar Engelse of metrische maten.
Niveau
Het Niveaudisplay toont het huidige weerstandsniveau in de training.
TPM
Het TPM-display toont de pedaalomwentelingen per minuut (TPM).
Hartslag (pols)
Het Hartslagdisplay toont het aantal slagen per minuut (BPM) vanaf de hartslagmonitor. Wanneer de console een hart-
slagsignaal opvangt, begint het pictogram te knipperen.
Vraag een arts om advies voordat u een trainingsprogramma start. Staak de training als u pijn of benauwdheid op
deborstvoelt,kortademigwordtofuauwvoelt.Vraaguwartsomadviesvoordatuhettoestelopnieuwbegintte
gebruiken. De hartslag die wordt weergegeven, is een benadering en mag alleen ter referentie worden gebruikt.
TIMESPEED DISTANCE LEVEL CALORIESRPM HEART RATE
MPH km/h Hr MIN AVG MILES KM AV G BPM AVG
DISTANCE
QUICK START PAUSE/END
PROGRAMS
GOAL TRACK
USER
OK
100%
Anaerobic
80-90%
Aerobic
70-80%
Fat burn
50-70%
Warm up
Less than
50%
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
LONGEST WORKOUT LAST 7 DAYS
LAST 30 DAYSCALORIE RECORD
LAST WORKOUTCURRENT WORKOUT
SHARE AND TRACK
YOUR PROGRESS
1
25
18
10
100%
70%
20%
0%
5
40%
29
Calorieën
Het Calorieëndisplay toont het aantal calorieën dat u naar schatting tijdens het trainen hebt verbrand.
Connectiviteit op uw fitnesstoestel
DittnesstoestelvanNautilus
isuitgerustmetBluetooth-connectiviteitenkandraadloossynchroniserenmetdet-
ness-app op ondersteunde apparaten.
Opmerking: Ga naar www.nautilusconnect.com voor een volledige lijst van ondersteunde apparaten.
Fitness-app ('Nautilus
Trainer')
Deappsynchroniseertmetuwtnesstoestelvoorhetvolgenvanhettotaleaantalverbruiktecalorieën,deduur,
de afstand en nog veel meer. Elke training wordt geregistreerd en opgeslagen voor snelle consultatie. Bovendien
synchroniseert de app uw trainingsgegevens automatisch met MyFitnessPal®, waardoor het bereiken van uw dagelijkse
doelen gemakkelijker wordt dan ooit tevoren! Volg uw resultaten en deel ze met vrienden en familie.
1. Downloaddeapp,'Nautilus
Trainer',gratisvandeiTunes
®
App Store.
Opmerking: Ga naar www.nautilusconnect.com voor een volledige lijst van ondersteunde apparaten.
2. Volgdeinstructiesopdeappomuwapparaatmetuwtnesstoesteltesynchroniseren.
Op www.nautilusconnect.com kunt u een gids met informatie en veelgestelde vragen over de app vinden.
Exporteer uw trainingsresultaten naar een USB-stick
Dit fitnesstoestel van Nautilus
is uitgerust met een USB-poort en kan uw trainingsresultaten naar een USB-stick
exporteren.SluitdeUSB-sticknahetexporterenvandetrainingenopeencomputeraanenuploadhetbestandnaaruw
Nautilus Connect™-account.
DeGOALTRACK-statistiekenvaneengebruikersproelexporteren:
1. Druk vanaf het opstartscherm op de USER-toets om een gebruikersprofiel te kiezen.
2. Druk op de GOAL TRACK-toets. Op de console worden de meest recente trainingswaarden weergegeven en wordt
het overeenkomstige prestatielampje geactiveerd.
3. Druk op de toets Lager ()omnaardeboodschap'CLEARWORKOUTDATA-OK?'(Trainingsgegevenswissen-
OK?)tegaan.
4. Druk op de toets Lager ()omnaardeboodschap'SAVETOUSB-OK?'(OpslaanopUSB-OK?)tegaan.Drukop
OK. Nu verschijnt deboodschap'AREYOUSURE?-NO'(Bentuzeker?-Nee').Drukopde toets Hoger ()om'Ja'
teselecterenendrukopOK.DeconsolezaluvragenomdeUSB-stickintevoeren('INSERTUSB').SteekeenUSB-
stick in de USB-poort. De console zal de statistieken op de USB-stick opslaan.
Opdeconsoleverschijnteerst'SAVING'(Bezigmetopslaan),envervolgens'REMOVEUSB'(VerwijderUSB-stick)
wanneer het veilig is om de USB-stick te verwijderen.
Opmerking:DrukopdePAUSE/END-toetsomdeboodschap'SAVING'testoppen.
5. Druk op GOAL TRACK om terug te keren naar het opstartscherm.
Volg uw resultaten op www.nautilusconnect.com
HaalprojtuitNautilusConnect™omuwvooruitgangindetijdtezienenuwgegevenstedelenmetMyFitnessPal®.
Bekijk uw trainingen en resultaten op afstand wanneer het u past. Met Nautilus Connect™ kunt u een trainingswaarde
kiezenendezeineenweek-,maand-ofjaargraekvoorstellen.
Indien u een Bluetooth
®
-apparaat gebruikt om trainingsresultaten naar Nautilus Connect™ te importeren:
1. Meld u aan bij Nautilus Connect™ om uw trainingsgegevens direct te synchroniseren. Zodra u een account hebt, zul-
len uw trainingen onmiddellijk na een training via uw Bluetooth-apparaat naar Nautilus Connect™ worden geüpload.
30
2. OmuwtrainingsgegevensmetMyFitnessPal®tesynchroniserenkiestu'Menu'indelinkerbovenhoekvande
webpaginaenkliktuop'SynctoMyFitnessPal®'(SynchroniserennaarMyFitnessPal®).
Opmerking: Nautilus Connect™ zal uw trainingen automatisch synchroniseren met MyFitnessPal® na de eerste
synchronisatie.
Indien u een USB-stick gebruikt om trainingsresultaten naar Nautilus Connect™ te importeren:
1. Steek de USB-stick met uw trainingsgegevens in een apparaat dat is aangesloten op het internet.
2. Meld u aan bij Nautilus Connect™.
3. Klikopdetoets'Upload'opdewebsite.
4. Inhet'Upload'-vensterzoektuuwUSB-stick.Selecteerdemapmetdetrainingsgegevensenklikopdeuploadtoets.
Uw trainingsgegevens worden naar uw account geüpload.
5. To sync your workout data with MyFitnessPal
®
, select the Menu option in the upper left corner of the web page and
select the “Sync to MyFitnessPal
®
” option.
Opmerking: Nautilus Connect™ zal uw trainingen automatisch synchroniseren met MyFitnessPal® na de eerste
synchronisatie.
Op www.nautilusconnect.com kunt u een gebruikershandleiding voor Nautilus Connect™ vinden.
Op afstand bediende hartslagmonitor
Het volgen van uw hartslag is een van de beste procedures om de intensiteit
van uw training te beheersen. De aanwezige Contact Heart Rate-sensoren
(CHR) verzenden uw hartslagsignalen naar de console. De console
kanooktelemetrischehartslagsignalenaezendoormiddelvaneen
hartslagborstbandzender die uitzendt op een frequentie van 4,5 - 5,5 kHz.
Opmerking: De borstband moet een ongecodeerde hartslagborstband van
Polar Electro zijn, of een ongecodeerd POLAR®-compatibel
model. (Gecodeerde Polar®-hartslagbanden zoals POLAR®
OwnCode®-borstbanden zullen niet werken met deze
apparatuur.)
Vraag uw arts om advies voordat u een draadloze borstband of een
andere telemetrische hartslagmonitor gebruikt als u een pacemaker of ander geïmplanteerd elektronisch apparaat
draagt.
NB: Plaats geen persoonlijke elektronische apparaten aan de linkerkant van het mediadraagblad om interferentie met
de telemetrische hartslagontvanger te voorkomen.*
Contactsensoren voor hartslagmeting
Contact Heart Rate-sensoren (CHR) verzenden uw hartslagsignalen naar de console. De CHR-sensoren zijn de roestvrij-
stalen onderdelen van de handgrepen. Om deze te gebruiken plaatst u uw handen comfortabel rond de sensoren. Zorg
dat uw handen de boven- en de onderkant van de sensoren aanraken. Houd de handgrepen stevig vast, maar niet te vast
of te los. Beide handen moeten contact maken met de sensoren, opdat de console een hartslag zou kunnen detecteren.
Zodra de console vier stabiele pulssignalen detecteert, wordt uw initiële hartslag weergegeven.
Zodra de console uw initiële hartslag heeft, blijft u gedurende 10 tot 15 seconden stilstaan zonder uw handen te bewegen.
De console gaat de hartslag nu valideren. Heel wat factoren hebben een invloed op het vermogen van de sensoren om
uw hartslag te detecteren:
Beweging van de spieren van het bovenlichaam (met inbegrip van de armen) produceert een elektrisch signaal (spier-
artefact) dat de pulsdetectie kan verstoren. Lichte beweging van de handen tijdens het contact met de sensoren kan
ook storingen veroorzaken.
*
31
Eelt op de handen en handlotion vormen een isolatielaag en verminderen de signaalsterkte.
Sommige personen wekken een onvoldoende sterk ECG-signaal op, dat niet kan worden gedetecteerd door de senso-
ren.
De nabijheid van andere elektronische apparaten kan storing veroorzaken.
Als uw hartslagsignaal op enig moment verstoord lijkt te zijn na validatie, maakt u uw handen en de sensoren schoon en
probeert u het opnieuw.
Hartslagberekeningen
Uwmaximalehartslagdaalttypischvan220slagenperminuut(BPM)alskindtotongeveer160BPMopdeleeftijd
van60.Dezedalingvandemaximalehartslagverlooptmeestallineair,metongeveeréénBPMperjaar.Erzijngeen
aanwijzingendatdedalingvandemaximalehartslagdoortrainingkanwordenbeïnvloed.Mensenvandezelfdeleeftijd
kunnenverschillendemaximalehartslagenhebben.Omdezewaardenauwkeurigteberekenenlegtudusbetereen
stresstest af in plaats van de formule op basis van de leeftijd toe te passen.
Uw hartslag in rusttoestand wordt beïnvloed door duurtraining. De doorsnee volwassene heeft een hartslag in
rusttoestand van ongeveer 72 slagen per minuut, terwijl intensief getrainde lopers 40 slagen per minuut of lager kunnen
halen.
De hartslagtabel is een schatting van welke hartslagzone (HRZ) effectief is om vet te verbranden en uw cardiovasculaire
systeem te verbeteren. Fysieke omstandigheden variëren. Daarom is het mogelijk dat uw individuele HRZ verschillende
slagen hoger of lager ligt dan wat wordt weergegeven.
Demeestefciënteprocedureomvetteverbrandentijdenshettrainenistebeginnenopeenlaagtempoendeintensiteit
geleidelijkteverhogentotdatuwhartslag60-85%vanuwmaximalehartslagbereikt.Gadooropdattempo,waarbijuuw
hartslag in die doelzone houdt gedurende meer dan 20 minuten. Hoe langer u uw doelhartslag aanhoudt, hoe meer vet
uw lichaam verbrandt.
Degraekiseenbeknopterichtlijnmetdedoorgaansvoorgesteldedoelhartslagwaardenvoorpersonenvanuwleeftijd.
Zoals we hierboven reeds vermeldden, kan uw optimale doelhartslag hoger of lager liggen. Vraag uw arts om advies in
verband met uw persoonlijke doelhartslagzone.
Opmerking:Zoalsmetalletrainingenentnessprogramma'shetgevalis,moetuookhierdeintensiteitendeduurvan
de training naar eigen goeddunken verhogen.
20-24
VETVERBRANDING HARTSLAGZONE
Hartslag BPM
(beats per minuut)
Leeftijd
25-29
0
50
100
150
200
250
30-34 35-39 40-44 45-49 50-54 55-59 60-64 65-69 70+
196
191
186
181
176
171
166
161
156
151
146
167
162
158
154
150
145
141
137
133
128
126
Maximale Hartslag
Hartslagzone
(houden binnen dit bereik
voor optimale vetverbranding)
118
115
112
109
106
103
100
97
94
91
88
32
BEDIENINGEN
Wat te dragen
Draag sportschoenen met rubberen zolen Om te trainen hebt u geschikte kleding nodig waarin u vrij kunt bewegen.
Hoe vaak moet u trainen
Vraag een arts om advies voordat u een trainingsprogramma start. Staak de training als u pijn of benauwdheid op
deborstvoelt,kortademigwordtofuauwvoelt.Vraaguwartsomadviesvoordatuhettoestelopnieuwbegintte
gebruiken. Gebruik de waarden die door de computer van het toestel worden berekend of opgemeten uitsluitend ter
informatie. De hartslag die op de console wordt weergegeven, is onnauwkeurig en mag alleen ter referentie worden
gebruikt.
3 keer per week gedurende 30 minuten per dag.
Plan trainingen op voorhand en probeer het schema te volgen.
Opstappen en afstappen
Wees voorzichtig wanneer u op en af het toestel stapt.
Denk eraan dat de pedalen en het handvat met elkaar zijn verbonden en dat beide onderdelen bewegen wanneer
een van deze onderdelen wordt bewogen. Neem alleen het vaste handvat vast om uzelf in evenwicht te houden. U
zou zich anders ernstig kunnen verwonden.
Hettnesstoestelopstappen:
1. Draai de pedalen totdat het dichtstbijzijnde pedaal helemaal naar onderen staat.
2. Neem het vaste handvat vast onder de console.
3. Houd u vast aan het vaste handvat, ga op het onderste pedaal staan en plaats uw andere voet op het andere pedaal.
Hettnesstoestelafstappen:
1. Draai het pedaal waarvan u wilt afstappen helemaal naar boven en breng het toestel volledig tot stilstand.
Dit toestel is niet uitgerust met een vrijwielsysteem. Houd de pedaalsnelheid onder controle en vertraag geleidelijk.
2. Neem het vaste handvat vast onder de console om uzelf in evenwicht te houden.
3. Steun met uw gewicht op de onderste voet en zwaai de bovenste voet van het toestel neer op de vloer.
4. Stap van het toestel en laat het vaste handvat los.
Opstart/Stand-by-modus
De console zal in de Opstart/Stand-by-modus worden geplaatst wanneer hij op een stroombron wordt aangesloten en de
stroomschakelaar wordt ingeschakeld, wanneer er een toets wordt ingedrukt of wanneer hij een signaal ontvangt van de
toerentalsensor als gevolg van trapbewegingen op het toestel.
Automatisch uitschakelen (slaapstand)
Als de console in een tijdspanne van ongeveer 5 minuten geen enkele input ontvangt, dan wordt hij automatisch uitge-
schakeld. Het lcd-display is uitgeschakeld wanneer de console in de slaapstand staat.
Opmerking: De console heeft geen Aan/Uit-schakelaar.
Om de console uit te schakelen zet u alle bedieningselementen op de uit-stand en verwijdert u daarna de stekker uit
het stopcontact.
33
Initiële installatie
Wanneer de console voor de eerste keer wordt opgestart, moeten de datum, de tijd en uw voorkeur van de meeteenhe-
den worden ingesteld.
1. Datum: Druk op de toetsen Hoger/Lager om de huidige actieve waarde (die knippert) aan te passen. Druk op de toet-
sen Links/Rechts om de selectie van de huidige actieve waarde (maand/dag/jaar) te veranderen.
2. Druk op OK om in te stellen.
3. Tijd: Druk op de toetsen Hoger/Lager om de huidige actieve waarde (die knippert) aan te passen. Druk op de toetsen
Links/Rechts om de selectie van de huidige actieve waarde (uur/minuten/AM of PM) te veranderen.
4. Druk op OK om in te stellen.
5. Meeteenheden:DrukopdetoetsenHoger/Lageromtekiezentussen'MILES'(Engelsematen)of'KM'(metrische
maten).
6. DrukopOKomintestellen.DeconsolekeertterugnaarhetOpstart/Stand-by-scherm.
Opmerking: Omdezeinstellingenaantepassengaatunaardesectie'Instelmodusvandeconsole'.
Snelstartprogramma (handmatig)
Met het handmatige snelstartprogramma kunt u een training starten zonder enige informatie in te voeren.
Bij een handmatige training staat iedere kolom voor een periode van 2 minuten. De actieve kolom zal om de 2 minuten
verder over het scherm verschuiven. Als de training langer duurt dan 30 minuten, dan wordt de actieve kolom vastgezet
op de verste kolom aan de rechterkant en worden de vorige kolommen van het display geduwd.
1. Ga op het toestel staan.
2. Drukopde'User'-toetsomhetjuistegebruikersproeltekiezen.Alsunoggeengebruikersproelhebtingesteld,dan
kuntueenproelzonderaangepastegegevenskiezen(alleenstandaardwaarden).
3. Druk op de QUICK START-knop om het handmatige programma te starten.
4. Om de weerstand te veranderen drukt u op de toetsen voor het verhogen of verlagen van de weerstand. Het huidige
interval en de daaropvolgende intervallen worden ingesteld op het nieuwe niveau. De standaardwaarde van de
weerstand voor het handmatige programma is 4. De klok telt op vanaf 0:00.
Opmerking: In geval van een handmatige training van meer dan 99 minuten en 59 seconden (99:59) verspringen de
tijdseenheden naar uren en minuten (1 uur, 40 minuten).
5. Stop met trappen en druk op PAUSE/END om de training te pauzeren wanneer u klaar bent. Druk nogmaals op PAU-
SE/END om de training te beëindigen.
Opmerking: De trainingsresultaten worden in het huidige gebruikersprofiel opgeslagen.
Gebruikersprofielen
Op de console kunt u 4 gebruikersprofielen opslaan en gebruiken. De resultaten van iedere training worden automatisch
in de gebruikersprofielen opgeslagen, waar ze kunnen worden bekeken.
De volgende gegevens worden in het gebruikersprofiel opgeslagen:
Naam-maximaal10tekens
Leeftijd
Gewicht
Lengte
Geslacht
Gewenste trainingswaarden
34
Een gebruikersprofiel kiezen
Iederetrainingwordtopgeslagenineengebruikersproel.Zorgdatuhetjuistegebruikersproelkiestvoordatueentrai-
ning start. De laatste gebruiker die een training heeft voltooid, wordt standaard geselecteerd.
Gebruikersproelenzijningesteldopdestandaardwaardentotdatzewordenaangepast.Vergeetuwgebruikersproeldus
niet te bewerken voor meer accurate informatie over calorieverbruik en hartslagwaarden.
KiesophetOpstartschermeenvandegebruikersproelenmetbehulpvande'User'-toets.Opdeconsolewordtdenaam
enhetpictogramvanhetgebruikersproelweergegeven.
Gebruikersprofiel bewerken
1. Kies op het Opstartscherm een van de gebruikersprofielen metbehulpvande'User'-toets.
2. Druk op OK om het profiel te selecteren.
3. Op het consoledisplay verschijnt de boodschap EDIT en de naam van het huidige gebruikersprofiel. Druk op OK om
deoptie'Gebruikersprofielbewerken'testarten.
DrukopdetoetsPAUSE/ENDomdeoptie'Gebruikersproelbewerken'teverlaten.Deconsolezalnaarhet
Opstartscherm terugkeren.
4. Op het consoledisplay verschijnt de boodschap NAME en de naam van het huidige gebruikersprofiel.
Opmerking: Het veld voor de naam van de gebruiker is leeg als dit de eerste bewerking is. De naam van een gebrui-
kersprofiel is beperkt tot 10 tekens.
Het huidige actieve segment knippert. Gebruik de toetsen Hoger/Lager om door het alfabet en een spatie (te vinden
tussen A en Z) te navigeren. Voor het instellen van elk segment gebruikt u de toetsen Links () of Rechts () om van
het ene segment naar het andere te gaan.
Druk op OK om de weergegeven gebruikersnaam te accepteren.
5. Voor het bewerken van de andere gebruikersgegevens (EDIT AGE, EDIT WEIGHT, EDIT HEIGHT, EDIT GENDER)
gebruikt u de toetsen Hoger/Lager om de waarden aan te passen en drukt u op OK om iedere invoer vast te leggen.
6. OphetconsoledisplayverschijntdeboodschapSCAN.Metdezeoptiecontroleertuhoedetrainingswaardentijdens
een training op het onderste display worden weergegeven. Wanneer deze optie is uitgeschakeld, kan de gebruiker
met behulp van de toetsen RECHTS of LINKS de andere trainingswaarden bekijken wanneer hij dat wenst. Wanneer
deoptieisingeschakeld,geeftdeconsoleomde6secondeneenanderetrainingswaardeweer.
De optie is standaard uitgeschakeld.
Druk op de OK-toets om de manier waarop de trainingswaarden worden weergegeven, vast te leggen.
7. Op het consoledisplay verschijnt de boodschap WIRELESS HR. Als u de luidsprekers van de console gebruikt met
hoge instellingen en/of een groter persoonlijk elektronisch apparaat gebruikt, dan wordt de hartslagmeting op de
console mogelijk verstoord door interferentie. Met deze optie kunt u de telemetrische hartslagontvanger uitschakelen
om de interferentie te blokkeren.
Ophetbovenstedisplayzietudehuidigewaarde-instelling:'ON'of'OFF'.DrukopdetoetsenHoger() of Lager ()
om de waarde te veranderen.
De optie is standaard ingeschakeld.
Druk op de OK-toets om de telemetrische hartslagontvanger te activeren.
8. OphetconsoledisplayverschijntdeboodschapEDITLOWERDISPLAY.Metdezeoptiebepaaltuwelke
trainingswaarden worden weergegeven tijdens een training.
Op het onderste display verschijnen alle trainingswaarden, waarbij de actieve trainingswaarde knippert. Op het
bovenstedisplayzietudeactievewaarde-instelling:'ON'of'OFF'.DrukopdetoetsenHoger() of Lager () om de
actieve trainingswaarde te verbergen en gebruik de toetsen Links () of Rechts () om de actieve trainingswaarde te
veranderen.
Opmerking: Om een verborgen trainingswaarde zichtbaar te maken herhaalt u de procedure en verandert u de instel-
lingvoordiewaardeophetbovenstedisplaynaar'ON'.
Wanneer u klaar bent met het bewerken van het onderste display, drukt u op OK om de instellingen vast te leggen.
35
Hr
9. De console keert terug naar het Opstartscherm met de geselecteerde gebruiker.
Een gebruikersprofiel resetten
1. Kies op het Opstartscherm een van de gebruikersprofielen metbehulpvande'User'-toets.
2. Druk op OK om het profiel te selecteren.
3. Op het consoledisplay verschijnt de naam van het huidige gebruikersprofiel en de boodschap EDIT. Druk op de toet-
sen Hoger () of Lager () om de boodschap te veranderen.
Opmerking: DrukopdetoetsPAUSE/ENDomdeoptie'Gebruikersproelbewerken'teverlaten.Deconsolezalnaar
het Opstartscherm terugkeren.
4. Op het consoledisplay verschijnt de boodschap RESET en de naam van het huidige gebruikersprofiel. Druk op OK
omdeoptie'Gebruikersprofielresetten'testarten.
5. De console zal nu vragen om het verzoek voor het resetten van het gebruikersprofiel te bevestigen (de
standaardkeuzeis'NO').Drukopde toetsen Hoger () of Lager () om de keuze aan te passen.
6. Druk op OK om uw keuze te maken.
7. De console keert terug naar het Opstartscherm.
De weerstand aanpassen
Druk op de toetsen voor het verhogen () of verlagen () van het weerstandsniveau om de weerstand op ieder
gewenst moment in een trainingsprogramma te wijzigen. Om de weerstand snel aan te passen drukt u op de gewenste
weerstandssneltoets. De console zal de weerstand aanpassen tot het ingestelde weerstandsniveau van de sneltoets.
De helling aanpassen
Druk op de toetsen voor het verhogen () of verlagen () van de helling om de hoek
van de railconstructie op ieder gewenst moment in een trainingsprogramma te wijzi-
gen. Om de helling snel aan te passen drukt u op de gewenste hellingssneltoets. De
console zal de helling aanpassen tot het ingestelde hellingsniveau van de sneltoets.
Zorg dat de ruimte onder het toestel vrij is voordat u de railconstructie laat
zakken. Laat de hellingsinrichting na elke training volledig zakken.
Het gebruik van dit toestel vereist coördinatie en evenwicht. Tijdens het trainen
kunt u snelheids-, hellings- en weerstandsveranderingen verwachten. Wees dus
voorzichtig om evenwichtsverlies en mogelijk letsel te voorkomen.
Opmerking: Zorg dat de trainingsruimte die u gebruikt, voldoende hoog is. Houd
hierbijrekeningmetdelengtevandegebruikerendemaximalehellingvandecrosstrainer.Hoeweldehellingshoek
de beweging verandert, heeft deze geen invloed op de caloriewaarden.
Profielprogramma's
Dezeprogramma'sautomatiserenverschillendeweerstands-entrainingsniveaus.Deproelprogramma'szijngeorgani-
seerd in categorieën (Fun Rides, Mountains en Challenges).
Opmerking:Zodraeengebruikerallecategorieënziet,wordenzeuitgevouwenzodatdeprogramma'sbinnenelke
categorie worden weergegeven.
36
FUN RIDES
Rolling Hills Ride in the Park
Secondary Case 6: Profile Programs
Rolling Hills
FUN RIDES
Ride in the Park Easy Tour
Pike’s Peak
MOUNTAINS
Mount Hood Pyramids
Uphill Finish
CHALLENGES
Cross-Training Interval
Stream Crossing
Summit Pass
Stairs
REVED : 122612
Secondary Case 6: Profile Programs
Rolling Hills
FUN RIDES
Ride in the Park Easy Tour
Pike’s Peak
MOUNTAINS
Mount Hood Pyramids
Uphill Finish
CHALLENGES
Cross-Training Interval
Stream Crossing
Summit Pass
Stairs
REVED : 122612
Easy Tour Stream Crossing
Secondary Case 6: Profile Programs
Rolling Hills
FUN RIDES
Ride in the Park Easy Tour
Pike’s Peak
MOUNTAINS
Mount Hood Pyramids
Uphill Finish
CHALLENGES
Cross-Training Interval
Stream Crossing
Summit Pass
Stairs
REVED : 122612
Secondary Case 6: Profile Programs
Rolling Hills
FUN RIDES
Ride in the Park Easy Tour
Pike’s Peak
MOUNTAINS
Mount Hood Pyramids
Uphill Finish
CHALLENGES
Cross-Training Interval
Stream Crossing
Summit Pass
Stairs
REVED : 122612
MOUNTAINS
Pike’s Peak Mount Hood
Secondary Case 6: Profile Programs
Rolling Hills
FUN RIDES
Ride in the Park Easy Tour
Pike’s Peak
MOUNTAINS
Mount Hood Pyramids
Uphill Finish
CHALLENGES
Cross-Training Interval
Stream Crossing
Summit Pass
Stairs
REVED : 122612
Pyramids Summit Pass
Secondary Case 6: Profile Programs
Rolling Hills
FUN RIDES
Ride in the Park Easy Tour
Pike’s Peak
MOUNTAINS
Mount Hood Pyramids
Uphill Finish
CHALLENGES
Cross-Training Interval
Stream Crossing
Summit Pass
Stairs
REVED : 122612
Secondary Case 6: Profile Programs
Rolling Hills
FUN RIDES
Ride in the Park Easy Tour
Pike’s Peak
MOUNTAINS
Mount Hood Pyramids
Uphill Finish
CHALLENGES
Cross-Training Interval
Stream Crossing
Summit Pass
Stairs
REVED : 122612
CHALLENGES
Uphill Finish Cross-Training
Secondary Case 6: Profile Programs
Rolling Hills
FUN RIDES
Ride in the Park Easy Tour
Pike’s Peak
MOUNTAINS
Mount Hood Pyramids
Uphill Finish
CHALLENGES
Cross-Training Interval
Stream Crossing
Summit Pass
Stairs
REVED : 122612
Secondary Case 6: Profile Programs
Rolling Hills
FUN RIDES
Ride in the Park Easy Tour
Pike’s Peak
MOUNTAINS
Mount Hood Pyramids
Uphill Finish
CHALLENGES
Cross-Training Interval
Stream Crossing
Summit Pass
Stairs
REVED : 122612
Interval Stairs
Secondary Case 6: Profile Programs
Rolling Hills
FUN RIDES
Ride in the Park Easy Tour
Pike’s Peak
MOUNTAINS
Mount Hood Pyramids
Uphill Finish
CHALLENGES
Cross-Training Interval
Stream Crossing
Summit Pass
Stairs
REVED : 122612
Secondary Case 6: Profile Programs
Rolling Hills
FUN RIDES
Ride in the Park Easy Tour
Pike’s Peak
MOUNTAINS
Mount Hood Pyramids
Uphill Finish
CHALLENGES
Cross-Training Interval
Stream Crossing
Summit Pass
Stairs
REVED : 122612
Trainingsprofiel en doelprogramma
Opdeconsolekuntuhetproelprogrammaenhettypedoelvooruwtrainingkiezen(Afstand,DuurofCalorieën).Ukunt
ook de doelwaarde instellen.
1. Ga op het toestel staan.
2. Drukopde'User'-toetsomhetjuistegebruikersproeltekiezen.
3. Druk op de toets Programs.
4. Druk op de toetsen Links () of Rechts () om een trainingscategorie te kiezen.
5. Druk op de toetsen Hoger () of Lager () om een profieltraining te kiezen en druk op OK.
6. Gebruikde toetsen Hoger () of Lager () om een doeltype (Afstand, Duur of Calorieën) te kiezen en druk op OK.
7. Gebruik de toetsen Hoger () of Lager () om de trainingswaarde aan te passen.
37
8. Druk op OK om de doelgerichte training te starten. De GOAL-waarde neemt af naarmate de waarde voor voltooid
percentage toeneemt.
Opmerking: Bij een caloriedoel staat iedere kolom voor een periode van 2 minuten. De actieve kolom zal om de 2
minuten verder over het scherm verschuiven. Als de training langer duurt dan 30 minuten, dan wordt de actieve
kolom vastgezet op de laatste kolom aan de rechterkant en worden de vorige kolommen van het display geduwd.
Conditietestprogramma
De Fitness Test meet de verbeteringen van uw fysieke conditie. De test vergelijkt uw afgeleverde vermogen (in watt) met
uw hartslag. Als uw conditie verbetert, dan zal uw afgeleverde vermogen bij een bepaalde hartslag stijgen.
Opmerking: Voor een goede werking moet de console de hartslaggegevens van de Contact Heart Rate-sensoren
(CHR) of de hartslagmeter (HRM) kunnen aflezen.
U kunt de Fitness Test starten vanuit de categorie FEEDBACK. Het Fitness Test-programma vraagt u eerst om uw condi-
tieniveautekiezen-Beginner('BEG')ofAdvanced('ADV').Deconsolezalopbasisvandeleeftijds-engewichtwaarden
vanhetgeselecteerdegebruikersproeluwconditiescoreberekenen.
Start de training en houd de hartslagsensoren vast. Wanneer de test start, wordt de intensiteit van de training langzaam
opgevoerd. Dit betekent dat u harder moet werken en uw hartslag zal toenemen. De intensiteit blijft automatisch
toenementotdatuwhartslagde'TestZone'bereikt.Dezezoneisindividueelberekendopongeveer75procentvande
maximalehartslagvanuwgebruikersproel.Wanneerude'TestZone'bereikt,houdthettoesteldeintensiteitconstant
gedurende 3 minuten. Hierdoor kunt u een stabiele toestand bereiken (waarin uw hartslag constant wordt). Na deze 3
minuten meet de console uw hartslag en het afgeleverde vermogen. De computer gebruikt deze waarden, samen met uw
leeftijd en gewicht, om een conditiescore te berekenen.
Opmerking: Fitness Test-scores mogen alleen worden vergeleken met uw vorige scores en niet met andere
gebruikersprofielen.
Vergelijk uw conditiescores om uw vooruitgang te zien.
Hersteltestprogramma
De'RecoveryTest'geeftaanhoesneluwhartzichvanuiteentrainingstoestandhersteltnaareenmeerrustigetoestand.
Een hoger herstel is een indicator van toenemende conditie.
Opmerking: Voor een goede werking moet de console de hartslaggegevens van de Contact Heart Rate-sensoren
(CHR) of de hartslagmeter (HRM) kunnen aflezen.
Kiesbijeenverhoogdehartslaghethersteltestprogramma.Opdeconsoleverschijnt'STOPEXERCISING'(Stopmet
trainen), waarbij de doelwaarde begint af te tellen. Stop met trainen, maar blijf de hartslagsensoren vasthouden. Na 5
secondenverschijnter'RELAX'(Ontspan)ophetdisplayenwordterafgeteldtot00:00.Gedurendedeheleminuutwordt
ook uw hartslag op de console weergegeven. U moet de hartslagsensoren gedurende de hele test vasthouden als u geen
draadloze hartslagmeter gebruikt.
Ophetdisplayblijftdeboodschap'RELAX'enuwhartslagtezientotdathetdoel00:00bereikt.Deconsolezalvervolgens
uw herstelscore berekenen.
Herstelscore = uw hartslag bij 1:00 (het begin van de test) minus uw hartslag bij 00:00 (het einde van de test).
Hoehogerde'RecoveryTest'-score,destesnelleruwhartslagterugvaltnaareenmeerrustigetoestand,wateenindicatie
is van een verbeterende conditie. Wanneer u deze waarden registreert over een langere periode, kunt u een tendens zien
naar een betere gezondheid.
Wanneeruhet'RecoveryTest'-programmakiestenergeenhartslagsignaalof-weergaveis,verschijnteropdeconsole
'NEEDHEARTRATE'(Hartslagnodig).Dezeboodschapwordtgedurende5secondenweergegeven.Alsergeensignaal
wordt gedetecteerd, wordt het programma beëindigd.
38
Praktische tip: Voor een meer relevante score probeert u gedurende 3 minuten een stabiele hartslag te verkrijgen voordat
u het herstelprogramma start. Dit is gemakkelijker in het handmatige programma, waar u de beste resultaten verkrijgt,
omdat u er het weerstandsniveau kunt regelen.
Trainingsprogramma's met hartslagcontrole (HRC)
Indeprogramma'smethartslagcontrole(HRC)kuntueenhartslagdoelvooruwtraininginstellen.Hetprogrammabe-
waakt uw hartslag in slagen per minuut (BPM) door middel van de CHR-sensoren op het toestel of een hartslagborstband,
en past de training zo aan dat uw hartslag in de geselecteerde zone blijft.
Opmerking: Voor een goede werking van het HRC-programma moet de console de hartslaggegevens van de CHR-
sensoren of de HRM-borstband kunnen aflezen.
Deprogramma'smetdoelhartslaggebruikenuwleeftijdenanderegebruikersinformatieomdehartslagzonewaardenvoor
uw training in te stellen. Op het consoledisplay verschijnen vervolgens boodschappen voor het instellen van uw training:
1. Kies het niveau van de Heart Rate Control-training: BEGINNER ('BEG')of ADVANCED ('ADV')endrukopOK.
2. Gebruik de toetsen Hoger () of Lager () omhetpercentagevandemaximalehartslagteselecteren:50–60%,
60–70%,70–80%,80–90%.
Vraag een arts om advies voordat u een trainingsprogramma start. Staak de training als u pijn of benauwdheid op
deborstvoelt,kortademigwordtofuauwvoelt.Vraaguwartsomadviesvoordatuhettoestelopnieuwbegintte
gebruiken. Gebruik de waarden die door de computer van het toestel worden berekend of opgemeten uitsluitend ter
informatie. De hartslag die op de console wordt weergegeven, is onnauwkeurig en mag alleen ter referentie worden
gebruikt.
3. Druk op de toetsen Hoger () of Lager () om het doeltype te kiezen en druk op OK.
4. Druk op de toetsen Hoger () of Lager () om de doelwaarde voor de training in te stellen.
Opmerking: Voorzie bij het instellen van het doel tijd voor het bereiken van de gewenste hartslagzone.
5. Druk op OK om de training te starten.
Eengebruikerkaneenhartslagzoneinstelleninplaatsvaneenwaardedoorde'HeartRateControl-User'-programmate
kiezen. De console zal de training aanpassen om de gebruiker in de gewenste hartslagzone te houden.
1. Kies HEART RATE CONTROL - USER en druk op OK.
2. Druk op de toetsen Hoger () of Lager () om de hartslagzone voor de training in te stellen, en druk op OK. Op de
console verschijnen links de hartslagzone (procent) en rechts het hartslagbereik voor de gebruiker.
Vraag een arts om advies voordat u een trainingsprogramma start. Staak de training als u pijn of benauwdheid op
deborstvoelt,kortademigwordtofuauwvoelt.Vraaguwartsomadviesvoordatuhettoestelopnieuwbegintte
gebruiken. Gebruik de waarden die door de computer van het toestel worden berekend of opgemeten uitsluitend ter
informatie. De hartslag die op de console wordt weergegeven, is onnauwkeurig en mag alleen ter referentie worden
gebruikt.
3. Druk op de toetsen Hoger () of Lager () om het doeltype te kiezen en druk op OK.
4. Druk op de toetsen Hoger () of Lager () om de waarde voor de training in te stellen.
5. Druk op OK om de training te starten.
Van trainingsprogramma veranderen tijdens een training
Via de console kunt u vanuit een actieve training een ander trainingsprogramma starten.
1. Druk tijdens een actieve training op PROGRAMS.
2. Druk op de toetsen Hoger () of Lager () om het gewenste trainingsprogramma te kiezen en druk op OK.
39
3. Druk op de toetsen Hoger () of Lager () om het doeltype te kiezen en druk op OK.
4. Druk op de toetsen Hoger () of Lager () om de waarde voor de training in te stellen.
5. Druk op OK om de actieve training te stoppen en de nieuwe training te starten.
Devorigetrainingswaardenwordenopgeslageninhetgebruikersproel.
Pauzeren of stoppen
De console wordt in de pauzestand gezet als de gebruiker tijdens een training stopt met trappen en op PAUSE/END drukt,
of wanneer er gedurende 5 seconden geen toerentalsignaal meer is (gebruiker trapt niet). De console doorloopt een reeks
berichten die om de 4 seconden veranderen:
- WORKOUT PAUSED (Training op pauze gezet)
-PEDALTOCONTINUE(Trapomverdertegaan-indieneenets)/STRIDETOCONTINUE(Stapomverderte
gaan - indien een crosstrainer)
- PUSH END TO STOP (Druk op END om te stoppen)
Tijdens een onderbroken training kunt u de toetsen Hoger/Lager gebruiken om handmatig door de resultaten te navige-
ren.
1. Stop met trappen en druk op de toets PAUSE/END om uw training te onderbreken.
2. Om uw training voort te zetten drukt u op OK of begint u te trappen.
Om de training te stoppen drukt u op de PAUSE/END-toets. De console wordt in de Resultaten/Afkoel-modus ge-
plaatst.
Resultaten/Afkoel-modus
Na een training wordt op het GOAL-display de resterende tijd van de afkoelperiode weergegeven, waarbij er wordt afge-
teld vanaf 03:00. Tijdens deze afkoelperiode verschijnen de trainingsresultaten op de console. Alle trainingen, behalve
Quick Start, hebben een afkoelperiode van 3 minuten.
Op het lcd-scherm worden de huidige trainingswaarden weergegeven in drie kanalen:
a.) TIJD (totaal), AFSTAND (totaal) en CALORIEËN (totaal)
b.) SNELHEID (gemiddeld), TPM (gemiddeld) en HARTSLAG (gemiddeld)
c.) TIJD (gemiddeld), NIVEAU (gemiddeld) en CALORIEËN (gemiddeld).
Druk op de toetsen Links () of Rechts () om handmatig door de resultaten te navigeren.
Tijdens de afkoelperiode wordt de weerstand aangepast naar een derde van het gemiddelde niveau van de training. De
weerstand in de afkoelperiode kan met behulp van de toetsen voor het verhogen en verlagen van de weerstand worden
aangepast. De console zal de waarde echter niet weergeven.
Met de PAUSE/END-toets kunt u de afkoelperiode onderbreken en naar de opstartmodus terugkeren. Zonder toerental- of
hartslagsignaal wordt de console automatisch in slaapstand gezet.
GOAL TRACK-statistieken (en prestaties)
Destatistiekenvanelketrainingwordenopgeslagenineengebruikersproel.
De Nautilus Dual Track™-console geeft de Goal Track-trainingsstatistieken weer op het onderste display in drie kanalen:
a.) TIJD (totaal), AFSTAND (totaal) en CALORIEËN (totaal)
b.) SNELHEID (gemiddeld), TPM (gemiddeld) en HARTSLAG (gemiddeld)
c.) TIJD (gemiddeld), AFSTAND (gemiddeld) of NIVEAU (gemiddeld) * en CALORIEËN (gemiddeld)
* Als de Goal Track-statistiek een enkele training betreft, dan wordt NIVEAU (gemiddeld) weergegeven. Als
40
de Goal Track-statistiek een combinatie van meerdere trainingen betreft, dan wordt AFSTAND (gemiddeld)
weergegeven in plaats van NIVEAU (gemiddeld).
DeGOALTRACK-statistiekenvaneengebruikersproelbekijken:
1. Druk vanaf het opstartscherm op de 'User'-toetsomhetjuistegebruikersproeltekiezen.
2. Druk op de GOAL TRACK-toets. Op de console worden de meest recente trainingswaarden weergegeven en wordt
het overeenkomstige prestatielampje geactiveerd.
Opmerking: Goal Track-statistieken kunnen zelfs tijdens een training worden bekeken. Druk op GOAL TRACK
om de meest recente trainingswaarden weer te geven. De trainingswaarden voor de huidige training zullen
worden verborgen, behalve voor het GOAL-display. Druk nogmaals op GOAL TRACK om terug te keren naar het
opstartscherm.
3. Druk op de toets Hoger ()omnaardevolgendeGOALTRACK-statistiektegaan,'LAST7DAYS'(afgelopen7
dagen). Op de console worden de verbruikte calorieën weergegeven (50 calorieën per segment) voor de afgelopen
zeven dagen, samen met de totalen van de trainingswaarden. Gebruik de toetsen Links () of Rechts () om door
alle trainingsstatistieken te navigeren.
4. Druk op de toets Hoger ()omnaar'LAST30DAYS'(afgelopen30dagen)tegaan.Opdeconsoleverschijnende
totale waarden van de afgelopen dertig dagen. Gebruik de toetsen Links () of Rechts () om door alle trainingssta-
tistieken te navigeren.
5. Druk op de toets Hoger ()omnaar'LONGESTWORKOUT'(Langstetraining)tegaan.Opdeconsoleverschijnen
de trainingswaarden met de hoogste Tijd-waarde. Gebruik de toetsen Links () of Rechts () om door alle trainings-
statistieken te navigeren.
6. Drukopdetoets Hoger ()omnaar'CALORIERECORD'(Calorierecord)tegaan.Opdeconsoleverschijnende
trainingswaarden met de hoogste Calorie-waarde. Gebruik de toetsen Links () of Rechts () om door alle trainings-
statistieken te navigeren.
7. Druk op de toets Hoger ()omnaar'BMI',ofBodyMassIndex, te gaan. Op de console wordt de BMI-waarde weer-
gegeven op basis van de gebruikersinstellingen. Zorg ervoor dat uw lengte correct is ingevoerd in uw gebruikerspro-
el,endatuwgewichtactueelis.
De BMI-meting is een nuttig hulpmiddel dat de verhouding tussen gewicht en lengte aantoont, die verband houdt met
lichaamsvet en gezondheidsrisico. In de onderstaande tabel vindt u een algemene beoordeling van de BMI-score:
Ondergewicht Onder 18,5
Normaal 18,5–24,9
Overgewicht 25,0–29,9
Zwaarlijvigheid 30,0 en hoger
Opmerking: De beoordeling overschat mogelijk het lichaamsvet bij atleten en andere personen die atletisch gebouwd
zijn. De beoordeling kan het lichaamsvet echter ook onderschatten, onder andere bij oudere mensen en
andere personen die spiermassa hebben verloren.
Raadpleeguwartsvoormeerinformatieoverde'BodyMassIndex'(BMI)enhetgewichtdatvooruideaalis.
Gebruik de waarden die door de computer van het toestel worden berekend of opgemeten uitsluitend ter informatie.
8. Druk op de toets Hoger ()omnaardeboodschap'SAVETOUSB-OK?'(OpslaanopUSB-OK?)tegaan.Drukop
OK. Nu verschijnt deboodschap'AREYOUSURE?-NO'(Bentuzeker?-Nee').Drukopde toets Hoger ()om'Ja'
teselecterenendrukopOK.DeconsolezaluvragenomdeUSB-stickintevoeren('INSERTUSB').Steek een USB-
stick in de USB-poort. De console zal de statistieken op de USB-stick opslaan.
41
Opdeconsoleverschijnteerst'SAVING'(Bezigmetopslaan),envervolgens'REMOVEUSB'(VerwijderUSB-stick)
wanneer het veilig is om de USB-stick te verwijderen.
Opmerking:DrukopdePAUSE/END-toetsomdeboodschap'SAVING'testoppen.
9. Druk op de toets Hoger ()omnaardeboodschap'CLEARWORKOUTDATA-OK?'(Trainingsgegevenswissen
-OK?)tegaan.DrukopOK.Nuverschijntdeboodschap'AREYOUSURE?-NO'(Bentuzeker?-Nee').Drukopde
toets Hoger () om 'AREYOUSURE?-YES'teselecteren,endrukopOK. De trainingen van de gebruiker werden
gereset.
10. Druk op GOAL TRACK om terug te keren naar het opstartscherm.
Wanneer een gebruiker tijdens een training de waarden 'LONGESTWORKOUT' of 'CALORIERECORD' van de vorige
trainingen overtreft, zal de console de gebruiker feliciteren met een hoorbaar geluid en hem informeren van de nieuwe
prestatie. Het overeenkomstige prestatie-indicatielampje zal ook gaan branden.
42
INSTELMODUS VAN DE CONSOLE
In de Instelmodus van de console kunt u de datum en de tijd invoeren, de meeteenheden instellen op Engelse of
metrischematen,degeluidsinstellingenregelen(aan/uit)ofonderhoudsstatistiekenbekijken(foutenlogenwerkuren–
alleen voor de onderhoudsmonteur).
1. Houd de PAUSE/END-toets en de toets Rechts gedurende 3 seconden samen ingedrukt terwijl u in de Opstartmodus
bent om naar de Instelmodus van de console te gaan.
Opmerking: Druk op PAUSE/END om de Instelmodus van de console te verlaten en naar het Opstartscherm terug te
keren.
2. Ophetconsoledisplayverschijntdeboodschap'Date'(Datum)metdehuidigeinstelling.DrukopdetoetsenHoger/
Lager om de huidige actieve waarde (die knippert) aan te passen. Druk op de toetsen Links/Rechts om de selectie
van de huidige actieve waarde (maand/dag/jaar) te veranderen.
3. Druk op OK om in te stellen.
4. Ophetconsoledisplayverschijntdeboodschap'Time'(Tijd)metdehuidigeinstelling.DrukopdetoetsenHoger/Lager
om de huidige actieve waarde (die knippert) aan te passen. Druk op de toetsen Links/Rechts om de selectie van de
huidige actieve waarde (uur/minuten/AM of PM) te veranderen.
5. Druk op OK om in te stellen.
6. Ophetconsoledisplayverschijntdeboodschap'Units'(Eenheden)metdehuidigeinstelling.Omdezeinstellingte
wijzigendruktuopOKomdeoptie'Units'testarten.DrukopdetoetsenHoger/Lageromtekiezentussen'MILES'
(Engelsematen)of'KM'(metrischematen).
Opmerking: Als de eenheden worden gewijzigd wanneer er in de gebruikersstatistieken gegevens aanwezig zijn, dan
worden de statistieken omgezet naar de nieuwe eenheden.
7. Druk op OK om in te stellen.
8. Ophetconsoledisplayverschijntdeboodschap'SoundSettings'(Geluidsinstellingen)metdehuidigeinstelling.Druk
opdetoetsenHoger/Lageromtekiezentussen'ON'(Aan)en'OFF'(Uit).
9. Druk op OK om in te stellen.
10. Opdeconsoleverschijnendetotalewerkuren('TOTALRUNHOURS')vanhettoestel.
11. Druk op OK voor de volgende boodschap.
12. Ophetconsoledisplayverschijntdeboodschap'SoftwareVersion'.
13. Druk op OK voor de volgende boodschap.
14. De console keert terug naar het Opstartscherm.
43
ONDERHOUD
Lees alle onderhoudsinstructies volledig voordat u aan een reparatie begint. Sommige taken kunt u alleen met de hulp
van een tweede persoon uitvoeren.
De apparatuur moet regelmatig worden geïnspecteerd om schade vast te stellen en reparaties uit te voeren. De
eigenaar is verantwoordelijk voor het regelmatig uitvoeren van onderhoud. Versleten of beschadigde onderdelen
moeten onmiddellijk worden gerepareerd of vervangen. Er mogen uitsluitend door de fabrikant aangeleverde
onderdelen worden gebruikt om de apparatuur te onderhouden en te repareren.
Als de waarschuwingsklevers op een gegeven moment niet meer goed kleven, onleesbaar worden of loskomen,
neem dan contact op met uw lokale verdeler om de klevers te vervangen.
!
Om het risico op een elektrische schok of het gebruik van de apparatuur zonder toezicht te beperken
trekt u altijd het best de stekker uit het stopcontact en het toestel en wacht u 5 minuten voordat u het
toestel begint schoon te maken, te onderhouden of te repareren. Bewaar het stroomsnoer op een veilige
plaats.
Dagelijks:
Inspecteer het trainingstoestel voor elk gebruik op loszittende, defecte, beschadigde of ver-
sleten onderdelen. Gebruik het toestel niet als u een probleem vaststelt. Repareer of vervang
alle onderdelen bij de eerste tekenen van slijtage. Veeg na elke training vocht van het toestel
en de console met behulp van een vochtige doek.
Opmerking: Gebruik voor de console niet te veel water.
Wekelijks:
Controleer of de rol nog vlot draait. Veeg het toestel schoon om stof, vuil of viezigheid te ver-
wijderen. Maak de rails en het oppervlak van de rol schoon met een vochtige doek.
Breng smeermiddel op basis van silicone aan op een droge doek en smeer de rails om
geluidshinder van de rol te voorkomen.
Opmerking: Gebruik geen producten op basis van aardolie.
Maandelijks
of na 20 uur:
Controleer of alle bouten en schroeven zijn aangedraaid. Zet ze indien nodig beter vast.
NB: Maak het toestel niet schoon met een oplosmiddel op basis van aardolie of met een reinigingsmiddel voor
auto's.Zorgdatdeconsolenietnatwordt.
44
Onderhoudsonderdelen
A
B
C
D
E
F
G
H
I
J
K
L
M
N
O
P
Q
R
S
T
U
V
W
X
Y
Z
AA
BB
CC
DD
R
S
QQ
EE
FF
GG
HH
II
KK
JJ
OO
MM
NN
PP
U
LL
SS
RR
TT
45
A Console Q Beschermkap, links GG Aandrijfriem
B Hartslagkabel R Beschermkap handgreep,
buitenkant
HH Aandrijfpulley
C Vast handvat S Beschermkap handgreep,
binnenkant
II Snelheidssensormagneet
D Gegevenskabel (I/O),
bovenaan
T Gegevenskabel (I/O),
onderaan
JJ TPM-sensor (snelheid)
E Armdraaistang U Hellingsverstelinrichting KK Vliegwiel
F Consolemast V Gemonteerd frame LL Motorbesturingspaneel (MCB)
G Drinkeshouder W Voorste stabilisatiesteun MM Servomotor
H Handgreep, rechts onderaan X Railconstructie NN Reminrichting
I Handgreep, rechts
bovenaan
G Gemonteerde krukas, links OO Hellingsmotorblok
J Pedaalarm, rechts Z Been, links PP Aan/uit-schakelaar
K Gemonteerde krukas, rechts AA Pedaalarm, links QQ AC-stroomsnoer - Type E/F (EU)
L Been, rechts BB Handgreep, links onderaan AC-stroomsnoer - Type G (VK)
M Rol CC Handgreep, links bovenaan AC-stroomsnoer - Type I (AU/NZ)
N Beschermkap, rechts DD Transportwielsamenstel RR Mediakabel
O Dop beschermkap EE Motorkabelhenrichting,
bovenaan
SS Smeermiddel op basis van silicone,
es
P Beschermkap, bovenaan FF Motorkabelhenrichting,
onderaan
TT Afdekkap, consoleverbindingsstuk
46
Situatie/Probleem Te controleren Oplossing
Geen weergave/gedeelte-
lijke weergave/toestel wil
niet opstarten
Controleer het stopcontact Zorg dat het toestel is aangesloten op een werkend stopcon-
tact.
Controleer de aansluiting
aan de voorkant van het
toestel.
De aansluiting moet veilig en onbeschadigd zijn. Vervang de
adapter of aansluiting van een toestel als een van beide be-
schadigd is.
Controleer de integriteit
van de datakabel.
Alle draden in de kabel moeten intact zijn. Vervang de kabel
als u vaststelt dat er draden gekrompen of doorgesneden zijn.
Controleer de
aansluitingen/oriëntatie
van de datakabel.
Zorg dat de kabel veilig is aangesloten en goed georiënteerd
is. De kleine kabelsluiting op de connector moet juist zijn inge-
voerd en vastklikken.
Controleer of het console-
display niet beschadigd is.
Zoek naar zichtbare tekenen dat het consoledisplay gebar-
sten of anderszins beschadigd is. Vervang de console indien
beschadigd.
Consoledisplay Als alle aansluitingen prima zijn en de console toch niet alles
behoorlijk weergeeft, dan moet u hem vervangen.
Als de bovenstaande stappen het probleem niet oplossen,
neem dan contact op met uw lokale verdeler voor verdere hulp.
Het toestel werkt, maar
de contactsensoren voor
de hartslagmeting worden
niet weergegeven.
Hartslagkabel aangeslo-
ten op console
Zorg dat de kabel veilig op de console is aangesloten.
Aansluiting aftakdoos van
hartslagkabel
Zorg dat de kabels van het handvat en de kabel naar de con-
sole veilig en onbeschadigd zijn.
Sensorgreep Zorg dat uw handen goed op de hartslagsensoren geplaatst
zijn. U moet uw handen stil houden met een relatief gelijke
drukuitoefening aan beide kanten.
Droge of eeltige handen Sensoren kunnen moeite hebben met uitgedroogde of eeltige
handen. Een geleidende elektrodecrème (hartslaggel) kan de
geleiding beter maken. Deze crèmes zijn verkrijgbaar op het
internet,inmedischewinkelsofinenkelegroteretnesscentra.
Vast handvat Als uit tests blijkt dat er geen andere problemen zijn, dan moet
het handvat worden vervangen.
Het toestel werkt,
maar de telemetrische
hartslagmeting wordt niet
weergegeven.
Borstband (optioneel)
Deborstbandmoet'POLAR
®
'-compatibelenongecodeerdzijn.
Zorg ervoor dat de borstband direct contact maakt met de huid
en dat het contactvlak nat is.
Gebruikersproelcontro-
leren
Selecteerdeoptie'EditUserProle'(Gebruikersproelbewer-
ken)voorhetgebruikersproel.Ganaardeinstelling'WIRE-
LESSHR'(Draadlozehartslagmeting)enzorgervoordatde
huidigewaardeisingesteldop'ON'.
Interferentie Probeer het toestel wat verder uit de buurt van storingsbronnen
(tv, magnetron, enz.) te plaatsen.
Borstband vervangen Als de storing is verholpen en de hartslagmeting nog niet
werkt, vervang dan de borstband.
Console vervangen Als de hartslagmeting nog altijd niet werkt, vervang dan de
console.
PROBLEMEN OPLOSSEN
47
Situatie/Probleem Te controleren Oplossing
Het toestel werkt,
maar de telemetrische
hartslagmeting wordt
verkeerd weergegeven.
Interferentie Zorg dat de HR-ontvanger niet wordt verstoord door een
persoonlijk elektronisch apparaat aan de linkerkant van het
mediadraagblad.
Geen weergave van snel-
heid/toerental, console
geeftfoutmelding'Gelieve
testappen'weer
Controleer de integriteit
van de datakabel.
Alle draden in de kabel moeten intact zijn. Vervang de kabel
als u vaststelt dat er draden gekrompen of doorgesneden zijn.
Controleer de
aansluitingen/oriëntatie
van de datakabel.
Zorg dat de kabel veilig is aangesloten en goed georiënteerd
is. De kleine kabelsluiting op de connector moet juist zijn inge-
voerd en vastklikken.
Controleer de positie van
de magneet (hiervoor
moet de beschermkap
worden verwijderd)
De magneet moet op de katrol bevestigd zijn.
Controleer de
snelheidssensor (hiervoor
moet de beschermkap
worden verwijderd)
De snelheidssensor moet gelijk worden gezet met de magneet
en op de datakabel worden aangesloten. Verplaats de sensor
indien nodig. Vervang de sensor als u schade vaststelt aan de
sensor of de aansluitdraad.
De console wordt uitge-
schakeld (slaapstand)
tijdens het gebruik
Controleer het stopcontact Zorg dat het toestel is aangesloten op een werkend stopcon-
tact.
Controleer de aansluiting
aan de voorkant van het
toestel.
De aansluiting moet veilig en onbeschadigd zijn. Vervang de
adapter of aansluiting van een toestel als een van beide be-
schadigd is.
Controleer de integriteit
van de datakabel.
Alle draden in de kabel moeten intact zijn. Vervang de kabel
als u vaststelt dat er draden gekrompen of doorgesneden zijn.
Controleer de
aansluitingen/oriëntatie
van de datakabel.
Zorg dat de kabel veilig is aangesloten en goed georiënteerd
is. De kleine kabelsluiting op de connector moet juist zijn inge-
voerd en vastklikken.
Het toestel resetten Trek de stekker uit het stopcontact gedurende 3 minuten.
Steek de stekker terug in het stopcontact.
Controleer de positie van
de magneet (hiervoor
moet de beschermkap
worden verwijderd)
De magneet moet op de katrol bevestigd zijn.
Controleer de
snelheidssensor (hiervoor
moet de beschermkap
worden verwijderd)
De snelheidssensor moet gelijk worden gezet met de magneet
en op de datakabel worden aangesloten. Verplaats de sensor
indien nodig. Vervang de sensor als u schade vaststelt aan de
sensor of de aansluitdraad.
De ventilator start of stopt
niet
Controleer de integriteit
van de datakabel.
Alle draden in de kabel moeten intact zijn. Vervang de kabel
als u vaststelt dat er draden gekrompen of doorgesneden zijn.
Controleer de
aansluitingen/oriëntatie
van de datakabel.
Zorg dat de kabel veilig is aangesloten en goed georiënteerd
is. De kleine kabelsluiting op de connector moet juist zijn inge-
voerd en vastklikken.
Het toestel resetten Trek de stekker uit het stopcontact gedurende 3 minuten.
Steek de stekker terug in het stopcontact.
48
Situatie/Probleem Te controleren Oplossing
De ventilator start niet,
maar de console werkt
Controleer of de ventilator
niet geblokkeerd is
Trek de stekker uit het stopcontact gedurende 5 minuten.
Verwijder materiaal van de ventilator. Maak de console indien
nodig los om dit te vergemakkelijken. Vervang de console als u
niet in staat bent om de blokkering te verhelpen.
Het toestel schommelt/
staat niet gelijk
Controleer de afstelling
van de stelpootjes
Verstel de stelpootjes totdat het toestel waterpas staat.
Controleer de vloer onder
het toestel
Het verstellen van de stelpootjes is mogelijk niet voldoende in
hetgevalvanextreemoneffenvloeren.Verplaatshettoestel
naar een effen ruimte.
Losse voetpedalen/toestel
moeilijk te bedienen
Bevestigingsmateriaal Draai al het bevestigingsmateriaal op de pedaalarmen en de
handvatarmen stevig aan.
Klik/tik-geluidaandrijijn
eenmaal per volledige
krukasomwenteling
Controleer krukas/katrol-
assemblage
Koppel de linker- en rechtervoetassemblages los en draai de
krukas om. Vervang de krukas/katrol-assemblage als het geluid
aanhoudt. Als het geluid niet van de draaiende krukas komt,
controleer dan de voetassemblages en de bovenste/onderste
handvatten.
Controleer de voet-, been-
en handvat-
assemblages
Beweeg de voet-, been- en handvatassemblages met de hand
om het geluid te isoleren. Vervang het onderdeel dat lawaai
maakt.
Controleer op loszittend
bevestigingsmateriaal
Draai al het bevestigingsmateriaal op de stabilisatiesteunen en
de basis van de consolemast stevig aan.
Klopgeluid tijdens de
werking van het toestel
Controleer het
bevestigingsmateriaal aan
de verbinding tussen de
onderste handgreep en
het pedaal.
Controleer of het gelijkstellipje op de ashuls in de sleuf in de
opening zit. Zorg dat de ashuls ook door de tegenoverliggende
opening in de afdekking van de verbinding verdergaat.
Piepend geluid dat enkele
minuten na het starten
van een training optreedt
en normaal gezien
geleidelijk erger wordt
naarmate de training
vordert
Bout die de
bewegingsarmen met de
as verbindt die door de
consolemast loopt
Draai de draaistangbout lichtjes los totdat het lawaai verdwijnt.
Wit lithiumvet kan ook worden aangebracht voor een tijdelijke
oplossing. Neem contact op met uw lokale verdeler voor hulp.
Rol piept op rail Breng smeermiddel op basis van silicone aan op een droge
doek en smeer de rails om geluidshinder van de rol te
voorkomen.
49
Nautilus® Bowex® Schwinn® Fitness Universal®
NL
8008736.060115.C
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50

Nautilus E626 Assembly & Owner's Manual

Type
Assembly & Owner's Manual