Documenttranscriptie
FAVORIT 75500 VI
Gebruiksaanwijzing
Notice d'utilisation
Afwasautomaat
Lave-vaisselle
2
Inhoud
Wij danken u voor uw keuze voor een van onze producten van hoogwaardige
kwaliteit.
Lees deze gebruiksaanwijzing alstublieft zorgvuldig door, zo kunt u zeker zijn van
optimale en professionele prestaties van uw apparaat. De handleiding zal u in staat
stellen om alle processen perfect en op de meest efficiënte wijze te laten verlopen.
Wij adviseren u deze handleiding op een veilige plaats te bewaren, dan kunt u hem
te allen tijde raadplegen. Geef deze handleiding ook aan een eventuele toekomstige
eigenaar van het apparaat.
Wij wensen u veel plezier met uw nieuwe apparaat.
INHOUD
VEILIGHEIDSINFORMATIE
Veiligheid van kinderen en kwetsbare
mensen
Algemene veiligheid
Gebruik
Onderhoud en reiniging
Montage
Voorzorgsmaatregelen bij vorst
Aansluiting aan de waterleiding
Elektrische aansluiting
Service-afdeling
Het apparaat wegdoen
BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
BEDIENINGSPANEEL
Aan-/uit-toets
Display
Toets Uitgestelde start
Programmakeuzetoetsen
Functie-toetsen
Instelmodus
Geluidssignalen
BEDIENING VAN HET APPARAAT
DE WATERONTHARDER INSTELLEN
Elektronische instelling
GEBRUIK VAN ZOUT VOOR DE
AFWASAUTOMAAT
GEBRUIK VAN AFWASMIDDEL EN
GLANSMIDDEL
Gebruik van vaatwasmiddelen:
Gebruik van glansspoelmiddel
Stel de glansmiddeldosering in
DE MULTITABFUNCTIE
DE AFWASAUTOMAAT INRUIMEN
3
3
3
3
4
4
4
4
5
6
6
7
7
8
8
8
9
9
9
9
10
10
11
11
12
12
12
13
13
14
Adviezen
De onderkorf
De bestekmand
Bovenkorf
Hoogteverstelling van de bovenkorf
AFWASPROGRAMMA'S
EEN AFWASPROGRAMMA SELECTEREN EN
STARTEN
Het afwasprogramma starten zonder
uitgestelde start
Het afwasprogramma starten met
uitgestelde start
De uitgestelde start annuleren
Het afwasprogramma onderbreken
Het afwasprogramma annuleren
Einde van het afwasprogramma
Verwijder de voorwerpen uit de manden.
ONDERHOUD EN REINIGING
De filters verwijderen en reinigen
De sproeiarmen verwijderen en reinigen
14
14
15
17
18
19
20
20
21
21
21
21
21
22
22
22
23
De buitenoppervlakken reinigen
24
PROBLEMEN OPLOSSEN
24
De afwas- en droogresultaten zijn niet
bevredigend
26
Het glansmiddeldoseerbakje inschakelen
27
TECHNISCHE GEGEVENS
27
MILIEUBESCHERMING
27
MONTAGE
28
De scharnierdeur installeren en afstellen
28
Veiligheidsinformatie
De scharnierdeur afstellen
3
29
Wijzigingen voorbehouden
VEILIGHEIDSINFORMATIE
Lees deze handleiding zorgvuldig alvorens het apparaat te installeren of te gebruiken:
• Voor uw veiligheid en de veiligheid van uw eigendommen.
• Om het milieu te helpen.
• voor de correcte werking van het apparaat.
Houd deze instructies altijd in de buurt van het apparaat, ook als u verhuist of het apparaat
aan iemand anders geeft.
De fabrikant is niet verantwoordelijk voor schade veroorzaakt door een foutieve installatie.
Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen
• Mensen, met inbegrip van kinderen, met beperkte lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of gebrek aan ervaring en kennis, mogen dit apparaat niet gebruiken. Zij
moeten onder toezicht staan of instructies krijgen over het gebruik van dit apparaat van
iemand die verantwoordelijk is voor hun veiligheid.
• Kinderen moeten onder toezicht staan om ervoor te zorgen dat ze niet met het apparaat
spelen.
• Houd alle verpakkingsmaterialen uit de buurt van kinderen. Gevaar voor verstikking of
letsel.
• Bewaar alle afwasmiddelen op een veilige plaats. Laat kinderen de afwasmiddelen niet
aanraken.
• Houd kinderen en huisdieren uit de buurt van het apparaat als de deur open is.
Algemene veiligheid
• De specificaties van het apparaat mogen niet worden veranderd. Risico op letsel en beschadiging van het apparaat.
• Volg de veiligheidsinstructies van de afwasmiddelfabrikant om brandwonden aan ogen,
mond en keel te voorkomen.
• Drink geen water uit het apparaat. Er kan afwasmiddel in uw apparaat achtergebleven
zijn.
• Houd de deur van het apparaat niet open zonder toezicht. Hierdoor voorkomt u persoonlijk letsel en vallen op een open deur.
• Ga niet op de open deur zitten of staan.
117936571-A-172011
Gebruik
• Dit apparaat is uitsluitend bestemd voor huishoudelijk gebruik. Gebruik het apparaat niet
voor andere doeleinden om persoonlijk letsel en schade aan uw eigendommen te voorkomen.
• Gebruik het apparaat alleen om accessoires dat geschikt is voor afwasmachines, schoon
te maken.
• Plaats geen ontvlambare producten of items die vochtig zijn door ontvlambare producten in, bij of op het apparaat. Risico op explosie of brand.
4
Veiligheidsinformatie
• Plaats de messen en alle voorwerpen met scherpe punten met de punt naar beneden in
de bestekmand. Als dat niet past, leg ze dan horizontaal op het bovenrek of in het messenrek. (Niet alle modellen hebben een messenrek).
• Gebruik alleen gespecificeerde producten voor afwasmachines (afwasmiddel, zout, glansspoelmiddel).
• Zout dat niet gespecificeerd is voor afwasmachines, veroorzaakt schade aan de waterontharder.
• Vul het apparaat met zout voordat u een afwasprogramma start. Zout dat in het apparaat is achtergebleven, kan roest veroorzaken of een gat in de onderkant van het apparaat maken.
• Vul het glansmiddeldoseerbakje nooit met andere middelen dan glansspoelmiddel (bijv.
afwasmachinereinigingsmiddel, vloeibaar afwasmiddel). Dit kan het apparaat beschadigen.
• Zorg er voor dat de sproeiarmen vrij kunnen ronddraaien voordat u een afwasprogramma start.
• Het apparaat kan hete stoom laten ontsnappen als u de deur opent terwijl er een wasprogramma wordt uitgevoerd. Hierdoor ontstaat een risico op brandwonden.
• Verwijder pas borden uit het apparaat als het wasprogramma is voltooid.
Onderhoud en reiniging
• Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact voordat u het apparaat
gaat schoonmaken.
• Gebruik geen ontvlambare producten of producten die corrosie kunnen veroorzaken.
• Gebruik het apparaat niet zonder filters. Zorg dat de filters op de juiste wijze worden geinstalleerd. Een onjuiste installatie levert onbevredigende wasresultaten en schade aan
het apparaat op.
• Gebruik geen waterstralen of stoom om het apparaat te reinigen. Gevaar op een elektrische schok en schade aan het apparaat.
Montage
• Zorg ervoor dat het apparaat niet is beschadigd. Installeer een beschadigd apparaat niet
en sluit een beschadigd apparaat niet aan. Neem contact op met de leverancier.
• Verwijder alle verpakking voordat u het apparaat installeert en gebruikt.
• Alleen een erkende persoon mag de elektrische installatie, het loodgieterswerk en de installatie van het apparaat uitvoeren. Dit om het risico op structurele schade of lichamelijk letsel te voorkomen.
• Zorg er tijdens de installatie voor dat de stekker uit het stopcontact is gehaald.
• Boor niet in de zijkanten van het apparaat om schade aan de hydraulische en elektrische
onderdelen te voorkomen.
• Zorg ervoor dat het apparaat onder en naast veilige installaties wordt geïnstalleerd.
Voorzorgsmaatregelen bij vorst
• Installeer het apparaat niet op een plek waar de temperatuur onder de 0°C komt.
• De fabrikant is niet aansprakelijk voor enige schade door bevriezing.
Aansluiting aan de waterleiding
• Gebruik nieuwe slangen om het apparaat aan te sluiten op de watertoevoer. Gebruik
geen gebruikte slangen.
Veiligheidsinformatie
5
• Sluit het apparaat niet op nieuwe leidingen aan of op leidingen die lang niet zijn gebruikt. Laat het water enkele minuten stromen en sluit dan de toevoerslang pas aan.
• Zorg ervoor dat de waterslangen niet knakken of beschadigd raken bij installatie van het
apparaat.
• Zorg er voor dat de waterkoppelingen stevig vast zitten om waterlekkage te voorkomen.
• Let er bij het eerste gebruik op dat de watertoevoerslangen niet lek zijn.
• Het hoogste punt van de waterafvoerslang mag niet hoger zijn dan 500 mm vanaf de
bodem van het apparaat.
• De watertoevoerslang heeft een veiligheidsventiel en een dubbel omhulsel met een
hoofdkabel aan de binnenkant. De watertoevoerslang staat alleen onder druk wanneer er
water stroomt. Als er een lek in de watertoevoerslang aanwezig is, onderbreekt de veiligheidsklep de waterstroom.
– Wees voorzichtig als u de watertoevoerslang aansluit:
– Laat de watertoevoerslang of de veiligheidsklep niet in het water komen.
– Als de watertoevoerslang of de veiligheidsklep beschadigd is, haal dan onmiddellijk
de stekker uit het stopcontact.
– Laat alleen de service-afdeling de watertoevoerslang met de veiligheidsklep repareren.
WAARSCHUWING!
Gevaarlijke spanning.
Elektrische aansluiting
• Dit apparaat moet worden geaard.
• Zorg er voor dat de elektrische informatie op het typeplaatje overeenkomt met de
stroomtoevoer.
• Gebruik altijd een correct geïnstalleerd, schokbestendig stopcontact.
• Gebruik geen meerwegspluggen en verlengsnoeren. Er kan brand ontstaan.
• Vervang of verander het netsnoer niet zelf. Neem contact op met het servicecentrum.
• Zorg ervoor dat de stroomsnoeren en kabel niet knakken of beschadigd raken achter het
apparaat.
• Zorg ervoor dat het netsnoer na installatie bereikbaar is.
• Trek niet aan het netsnoer om het apparaat los te koppelen. Trek altijd aan de stekker.
6
Veiligheidsinformatie
Service-afdeling
• Alleen een erkende persoon mag dit apparaat repareren. Neem contact op met het servicecentrum.
• Gebruik alleen originele reserveonderdelen.
Het apparaat wegdoen
• Om lichamelijk letsel of schade te voorkomen:
– Trek de stekker uit het stopcontact.
– Snij het netsnoer van het apparaat af en gooi dit weg.
– Verwijder de deurvergrendeling. Dit voorkomt dat er kinderen of huisdieren in het apparaat vast komen te zitten. Er bestaat gevaar voor verstikking.
– Gooi het apparaat weg bij uw lokale afvalverwerkingsbedrijf.
WAARSCHUWING!
Het afwasmiddel is gevaarlijk en kan corrosie veroorzaken!
• Als er een ongeval met deze afwasmiddelen optreedt, neemt u onmiddellijk contact op
met een arts.
• Als het afwasmiddel in iemands mond komt, neemt u onmiddellijk contact op met een
arts.
• Als het afwasmiddel in iemands ogen komt, neemt u onmiddellijk contact op met een
arts en maakt u de ogen schoon met water.
• Berg alle wasmiddelen op een veilige plaats, buiten het bereik van kinderen, op.
• Laat de deur van het apparaat niet open staan als er afwasmiddel in het afwasmiddelbakje zit.
• Vul het afwasmiddelbakje alleen voordat u een wasprogramma start.
Beschrijving van het product
7
BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
1
2
3
4
5
6
7
8
9
Top sproeiarm
Bovenrek
Bovenste sproeiarm
Filters
Onderste sproeiarm
Afwasmiddeldoseerbakje
Glansmiddeldoseerbakje
Typeplaatje
Zoutreservoir
BEDIENINGSPANEEL
De knoppen bevinden zich op de bovenkant van het bedieningspaneel. Als u de afwasautomaat met de knoppen wilt bedienen, moet u de deur van het apparaat een klein beetje openen.
8
Bedieningspaneel
2
1
A
5
4
3
B
C
D
E
6
1
2
3
4
5
6
Aan-/uit-toets
Display
Toets Uitgestelde start
Programmakeuzetoetsen
Indicatielampjes
Functie-toetsen
Indicatielampjes
Multitab-indicatielampje. Gaat aan als u de functie hebt ingeschakeld.
Zoutindicatielampje. Gaat aan wanneer het zoutreservoir bijgevuld moet worden. 1)
Het indicatielampje voor zout blijft enkele uren aan nadat u het reservoir hebt
bijgevuld. Dit heeft geen ongewenst effect op de werking van het apparaat.
Glansmiddelindicatielampje. Gaat aan wanneer het glansmiddeldoseerbakje bijgevuld moet worden. 1)
1) Wanneer het zoutreservoir en/of het glansmiddeldoseerbakje leeg zijn, gaan de bijbehorende indicatielampjes
niet aan als er een afwasprogramma loopt.
Aan-/uit-toets
Druk op deze toets om het apparaat in of uit te schakelen.
Display
Op het display verschijnt:
• De elektronische instelling van het niveau van de waterontharder.
• Het inschakelen en uitschakelen van het glansmiddeldoseerbakje (alleen als de multitabfunctie ingeschakeld is)
• De tijd van het afwasprogramma
• De resterende tijd tot het einde van het afwasprogramma
• Het einde van een afwasprogramma (op de display verschijnt een nul)
• Het aftellen van de uitgestelde start
• De alarmcodes
• Het inschakelen en uitschakelen van de geluidssignalen.
Toets Uitgestelde start
Druk herhaaldelijk op deze toets om de start van het afwasprogramma 1 tot 19 uur uit te
stellen.
Bedieningspaneel
9
Programmakeuzetoetsen
Druk op één van deze toetsen om een afwasprogramma in te stellen. Het bijbehorende indicatielampje gaat branden. Zie 'Wasprogramma's'.
Functie-toetsen
Met deze toetsen kunt u:
• Het niveau van de waterontharder elektronisch instellen. Zie 'De waterontharder instellen'.
• De multitab-functie in- en uitschakelen. Zie 'Multitab-functie'.
• Het glansmiddeldoseerbakje in- en uitschakelen (alleen als de multitab-functie is ingeschakeld). Zie 'Problemen oplossen'.
• Een lopend programma annuleren. Zie 'Een afwasprogramma selecteren en starten'.
• De geluidssignalen in- en uitschakelen. Zie 'Geluidssignalen'.
Instelmodus
Het apparaat moet in de instelmodus staan voor de volgende bewerkingen:
• Het instellen en starten van een afwasprogramma.
• Het instellen en starten van een uitgestelde start.
• Het niveau van de waterontharder elektronisch instellen.
• Het in- of uitschakelen van de multitabfunctie.
• Het glansmiddeldoseerbakje in- of uitschakelen (alleen als de multitabfunctie is ingeschakeld).
• De geluidssignalen in- of uitschakelen.
Schakel het apparaat in. Het apparaat staat in de instelmodus als:
• Alle programmalampjes aan gaan.
Schakel het apparaat in. Het apparaat staat niet in de instelmodus als:
• Slechts één programma-indicatielampje aan gaat.
• De display de duur van een afwasprogramma of van een uitgestelde start weergeeft.
– Het programma of de uitgestelde start moet worden geannuleerd om terug te keren
naar de instelmodus. Zie 'Een afwasprogramma selecteren en starten'.
Geluidssignalen
U hoort onder de volgende omstandigheden geluidssignalen:
• Het afwasprogramma is voltooid.
• Het niveau van de waterontharder is elektronisch gewijzigd.
• Het apparaat ondervindt een storing.
Fabrieksinstelling: aan.
De geluidssignalen uitschakelen
1. Schakel het apparaat in.
2. Zorg dat het apparaat in de instelmodus staat.
3. Druk tegelijkertijd op functietoets (B) en functietoets (C) en houd deze toetsen ingedrukt totdat de indicatielampjes van functietoets (A), (B) en (C) knipperen.
4. Laat functietoets (B) en functietoets (C) los.
5. Als u op functietoets (C) drukt,
10
Bediening van het apparaat
• gaan de indicatielampjes van functietoetsen (A) en (B) uit.
• Blijft het indicatielampje van functietoets (C) knipperen.
• Wordt de instelling van de geluidssignalen op de display weergegeven.
De geluidssignalen staan aan.
De geluidssignalen staan uit.
6. Druk op functietoets (C) om de instelling te wijzigen.
7. Schakel het apparaat uit om te bevestigen.
Als u de geluidssignalen weer wilt inschakelen, volgt u stap (1) tot en met (7).
BEDIENING VAN HET APPARAAT
1. Controleer of het ingestelde niveau van de waterontharder juist is voor de waterhardheid in uw omgeving. Als dat niet het geval is, dan stelt u de waterontharder in.
2. Vul het zoutreservoir met zout voor afwasmachines.
3. Vul het glansmiddeldoseerbakje met glansmiddel.
4. Plaats bestek en serviesgoed in de afwasmachine.
5. Stel het juiste programma in voor het type lading en de mate van vervuiling.
6. Vul het afwasmiddeldoseerbakje met de juiste hoeveelheid afwasmiddel.
7. Start het afwasprogramma.
Als u gecombineerde afwasmiddeltabletten gebruikt ('3 in 1', '4 in 1', '5 in 1' enz.), gebruikt
u de multitabfunctie (zie 'De Multitabfunctie').
DE WATERONTHARDER INSTELLEN
De waterontharder verwijdert mineralen en zouten van de watertoevoer. Deze mineralen en
zouten kunnen schade aan het apparaat toebrengen.
Pas het niveau van de waterontharder aan als dit niveau niet overeenstemt met de hardheid van het water in uw omgeving.
Neem contact op met uw plaatselijke waterinstantie voor informatie over de hardheid van
het water in uw omgeving.
Waterhardheid
Instelling waterhardheid
Duitse graden (dH
°)
Franse graden
(TH°)
mmol/l
51 - 70
91 - 125
9,1 - 12,5
10
43 - 50
76 - 90
7,6 - 9,0
9
37 - 42
65 - 75
6,5 - 7,5
8
29 - 36
51 - 64
5,1 - 6,4
7
23 - 28
40 - 50
4,0 - 5,0
6
19 - 22
33 - 39
3,3 - 3,9
5
15 - 18
26 - 32
2,6 - 3,2
4
Gebruik van zout voor de afwasautomaat
Waterhardheid
11
Instelling waterhardheid
11 - 14
19 - 25
1,9 - 2,5
3
4 - 10
7 - 18
0,7 - 1,8
21)
<4
<7
< 0,7
12)
1) Fabrieksinstelling.
2) Gebruik geen zout op dit niveau.
Elektronische instelling
1. Schakel het apparaat in. Zorg dat het apparaat in de instelmodus staat.
2. Druk tegelijkertijd op functietoetsen (B) en (C) en houd deze toetsen ingedrukt totdat
de indicatielampjes van functietoets (A), (B) en (C) knipperen.
3. Laat de functietoetsen (B) en (C) los.
4. Als u op functietoets (A) drukt,
• gaan de indicatielampjes van functietoets (B) en (C) uit.
• Blijft het indicatielampje van functietoets (A) knipperen.
• Klinken er geluidssignalen.
• Wordt de instelling van de waterontharder op de display weergegeven (bijvoorbeeld:
en u hoort vijf geluidssignalen = niveau 5).
5. Druk herhaaldelijk op functietoets (A) om de instelling te wijzigen.
6. Schakel het apparaat uit om te bevestigen.
GEBRUIK VAN ZOUT VOOR DE AFWASAUTOMAAT
Het zoutreservoir vullen:
1. Draai de dop linksom om het zoutreservoir te openen.
2. Vul het zoutreservoir met 1 liter water (u
vult alleen bij het eerste gebruik zout
bij).
3. Vul het zoutreservoir met zout.
4. Verwijder het zout rond de opening van
het zoutreservoir.
5. Draai de dop rechtsom om het zoutreservoir te sluiten.
Het is normaal dat er water uit het zoutreservoir stroomt wanneer u dit vult met zout.
12
Gebruik van afwasmiddel en glansmiddel
GEBRUIK VAN AFWASMIDDEL EN GLANSMIDDEL
1
2
30
3
4
20
MAx
+
-
7
6
4
1
2
3
5
Gebruik van vaatwasmiddelen:
Gebruik niet meer dan de juiste hoeveelheid afwasmiddel om het milieu te beschermen.
Volg het advies van de afwasmiddelfabrikant op de verpakking.
Volg deze stappen om het afwasmiddelbakje te vullen:
1. Druk op de vrijgaveknop 2 om het deksel 7 van het afwasmiddelbakje te openen.
2. Doe het afwasmiddeltablet in het afwasmiddeldoseerbakje 1 .
3. Als het afwasprogramma over een voorspoelfase beschikt, plaats dan een kleine dosis
afwasmiddel in het afwasmiddelbakje voor voorspoelen 3 .
4. Als u afwasmiddeltabletten gebruikt, plaatst u deze in het afwasmiddelbakje 1 .
5. Sluit het afwasmiddelbakje. Druk op het deksel totdat het op zijn plaats klikt.
Verschillende merken afwasmiddel hebben een ander oplostraject. Sommige afwasmiddeltabletten geven niet het beste reinigingsresultaat tijdens korte wasprogramma's. Gebruik
lange wasprogramma's als u afwasmiddeltabletten gebruikt om het afwasmiddel volledig te
verwijderen.
Gebruik van glansspoelmiddel
Met glansmiddel wordt het serviesgoed zonder vlekken of strepen gedroogd.
Het glansmiddeldoseerbakje voegt automatisch glansmiddel toe tijdens de laatste keer
spoelen.
Voer deze stappen uit om het glansmiddeldoseerbakje bij te vullen:
1. Om het glansmiddeldoseerbakje te openen, draait u het dekseltje 4 naar links
2. Vul het glansmiddeldoseerbakje met glansmiddel 5 . De markering 'max' toont het
maximale niveau.
3. Verwijder gemorst glansmiddel met een absorberend doekje om te voorkomen dat er te
veel schuim ontstaat tijdens het afwassen.
4. Om het glansmiddeldoseerbakje te sluiten, plaats u het dekseltje terug en draait u het
rechtsom.
De Multitabfunctie
13
Stel de glansmiddeldosering in
Fabrieksinstelling: stand 3.
U kunt de dosering van het glansmiddel instellen tussen stand 1 (laagste dosering) en stand
4 (hoogste dosering).
Draai de glansmiddelknop om de dosering te verhogen of verlagen 6 .
DE MULTITABFUNCTIE
De multitabfunctie is voor gecombineerde afwastabletten.
Deze tabletten bevatten middelen zoals afwasmiddel, glansmiddel en regenereerzout. Sommige soorten tabletten kunnen andere middelen bevatten.
Zorg dat deze tabletten geschikt zijn voor de waterhardheid in uw omgeving (raadpleeg de
instructies op de verpakking van de producten).
De multitabfunctie stopt de stroom van glansmiddel en zout.
De multitabfunctie schakelt de indicatielampjes voor zout en glansmiddel uit.
De programmaduur kan toenemen als u de multitabfunctie gebruikt.
Schakel de multitabfunctie in of uit, voordat u een afwasprogramma start. U kunt de functie niet inschakelen of uitschakelen als er een afwasprogramma bezig is.
De multitabfunctie inschakelen
1. Schakel het apparaat in.
2. Zorg dat het apparaat in de instelmodus staat.
3. Druk tegelijkertijd op functietoets (D) en (E) en houd de functietoetsen ingedrukt, totdat het multitab-indicatielampje aan gaat.
4. Laat de functietoetsen (D) en (E) los. De functie is ingeschakeld.
• Als u de multitabfunctie hebt ingeschakeld, blijft deze functie ingeschakeld totdat u
de functie zelf weer uitschakelt.
De multitabfunctie uitschakelen en apart afwasmiddel, zout en glansmiddel gebruiken
1. Schakel het apparaat in.
2. Zorg dat het apparaat in de instelmodus staat.
3. Druk tegelijkertijd op functietoetsen (D) en (E) en houd de functietoetsen ingedrukt,
totdat het multitab-indicatielampje aan gaat.
4. Laat de functietoetsen (D) en (E) los. De functie is uitgeschakeld.
5. Vul het zoutreservoir en het glansmiddeldoseerbakje.
6. Stel de waterontharder op het hoogste niveau in.
7. Start een afwasprogramma zonder serviesgoed.
8. Als het afwasprogramma is voltooid, wijzigt u de waterontharder in de waterhardheid
van uw omgeving.
9. Stel de hoeveelheid glansmiddel in.
14
De afwasautomaat inruimen
DE AFWASAUTOMAAT INRUIMEN
Adviezen
• Plaats geen voorwerpen in het apparaat die water kunnen absorberen (sponzen, keukenhanddoeken).
• Verwijder alle voedselresten van de voorwerpen.
• Maak aangebrande voedselresten op de voorwerpen zachter.
• Plaats holle voorwerpen (bijv. kopjes, glazen en pannen) met de opening naar beneden.
• Zorg ervoor dat zich geen water kan ophopen in opbergdozen of kommen.
• Zorg ervoor dat serviesgoed en bestek niet in elkaar liggen.
• Zorg ervoor dat glazen andere glazen niet aanraken.
• Leg kleine voorwerpen in de bestekmand.
• Meng lepels met ander bestek om te voorkomen dat ze aan elkaar kleven.
• Als u de voorwerpen in de manden plaatst, zorg er dan voor dat het water alle oppervlakken kan bereiken.
• Leg lichte voorwerpen in het bovenrek. Zorg ervoor dat de voorwerpen niet verschuiven.
• Waterdruppels kunnen zich ophopen op plastic voorwerpen en antiaanbakpannen.
De onderkorf
Plaats steelpannen, deksels, borden, slakommen en
bestek in de onderkorf. Plaats serviesgoed voorin
de korf.
De afwasautomaat inruimen
U kunt de rijen met punten achterin de onderforf
laten zakken om ruimte te maken voor potten,
pannen, kommen en schalen.
1. Houd de twee rijen met punten aan de rechterkant, achterin de onderkorf vast.
2. Til de rijen met punten uit de geleiders.
3. Vouw de rijen met punten omlaag.
1. Houd de twee rijen met punten aan de linkerkant, achterin de onderkorf vast.
2. Til de rijen met punten uit de geleiders.
3. Vouw de rijen met punten omlaag.
U kunt de breedte van de linkerrij punten aanpassen.
1. Houd de rij met punten achterin de onderkorf vast.
2. Trek aan de rij met punten totdat de rij
loslaat.
3. Duw de rij met punten uit de geleider.
4. Plaats de rij met punten in de andere geleider.
5. Duw de rij met punten omlaag, totdat deze vastzit.
De bestekmand
Plaats vorken en lepels met het handvat naar beneden.
Plaats messen met het handvat naar boven.
Meng lepels met ander bestek om te voorkomen
dat ze aan elkaar kleven.
15
16
De afwasautomaat inruimen
Doe het handvat van het bestek naar beneden om
het bestek in de bestekmand te plaatsen.
Gebruik de bestekroosters. Als u de bestekroosters
door de afmetingen van het bestek niet kunt gebruiken, verwijdert u ze.
De bestekmand bestaat uit twee delen. U kunt deze
delen afzonderlijk gebruiken voor meer laadflexibiliteit. Schuif om de twee delen te scheiden, beide
delen horizontaal in tegengestelde richting en trek
ze uit elkaar. Schuif om de delen te monteren, beide delen samen en beweeg deze horizontaal naar
elkaar toe.
De afwasautomaat inruimen
Bovenkorf
De bovenkorf is geschikt voor schotels, kommen,
kopjes, glazen, potten en deksels. Plaats voorwerpen zo dat het water alle oppervlakken kan bereiken.
Klap de kopjesrekken op voor langere voorwerpen.
Zet glazen met een lange voet ondersteboven in
de kopjesrekken.
• Vouw de glazenhouder bij glazen met een
lange voet omhoog (afbeelding 1).
• Als u geen gebruik van de glazenhouder
maakt, verplaatst u hem naar rechts (afbeelding 2).
17
18
De afwasautomaat inruimen
Plaats de glazen op de punten.
Hoogteverstelling van de bovenkorf
Als u grote borden in de onderkorf plaatst, moet u eerst het bovenkorf in de hoogste stand
zetten.
Volg deze stappen om de bovenkorf in de bovenste
of onderste stand te zetten:
1. Trek de korf tot de aanslag naar buiten.
2. Til de bovenkorf op en verplaats het rek omlaag, totdat het boven of onder vast wordt geklemd.
Maximale afmetingen van borden met de
bovenkorf in de hoogste stand.
18
32
25
Afwasprogramma's
Maximale afmetingen van borden met de
bovenkorf in de laagste stand.
20
30
25
Plaatsing van zeer grote borden in de onderste
korf.
AFWASPROGRAMMA'S
Programma
Soort vuil
Type lading
Programmabeschrijving
1)
Alles
Serviesgoed, bestek
en pannen
Voorspoelen
Wassen 50°C of 65°C
Spoelgangen
Drogen
2)
Recent bevuild
Serviesgoed en bestek Wassen 65 °C
Spoelgang
Sterk vervuild
Serviesgoed, bestek
en pannen
Voorspoelen
Wassen 70 °C
Spoelgangen
Drogen
19
20
Een afwasprogramma selecteren en starten
Programma
3)
Soort vuil
Normaal bevuild
Type lading
Programmabeschrijving
Serviesgoed en bestek Voorspoelen
Wassen 50 °C
Spoelgangen
Drogen
Gebruik dit programma om serviesgoed
Spoelgang
snel te spoelen. Hierdoor kunnen voedselresten niet aan het serviesgoed vastkoeken en ontstaan er geen vieze geurtjes in
het apparaat.
U hoeft voor dit programma geen afwasmiddel te gebruiken.
1) Het apparaat detecteert het soort vuil en de hoeveelheid serviesgoed in de korven. De temperatuur en
hoeveelheid water, het energieverbruik en de programmatijd worden automatisch aangepast.
2) Met dit programma kunt u een recent bevuilde lading afwassen. Het biedt goede afwasresultaten in een kort
tijdsbestek.
3) Dit is het standaard programma voor testinstituten. Met dit programma hebt u de meest efficiënte water- en
energieverbruik voor normaal bevuild serviesgoed en bestek. Raadpleeg de apart bijgeleverde documentatie voor
testgegevens.
Verbruikswaarden
Programma
Programmatijd (minuut)
Energie (kWh)
Water (liter)
85 - 105
1,1 - 1,5
12 - 22
30
0,9
8
105 - 115
1,8 - 2,0
22 - 24
165 - 175
1,0 - 1,1
14 - 15
7
0,1
4
De druk en temperatuur van het water, de variaties in stroomtoevoer en de hoeveelheid
vaat kan deze waarden veranderen.
EEN AFWASPROGRAMMA SELECTEREN EN STARTEN
Het afwasprogramma starten zonder uitgestelde start
1. Schakel het apparaat in.
2. Zorg dat het apparaat in de instelmodus staat.
3. Stel het afwasprogramma in.
• Het bijbehorende programma-indicatielampje gaat branden.
• De tijd van het programma knippert op de display.
4. Sluit de deur van de afwasmachine, het aftellen start automatisch.
Een afwasprogramma selecteren en starten
21
Het afwasprogramma starten met uitgestelde start
1.
2.
3.
4.
Schakel het apparaat in.
Zorg dat het apparaat in de instelmodus staat.
Stel het afwasprogramma in.
Druk herhaaldelijk op de uitgestelde start-toets totdat de tijd van de uitgestelde start
op de display wordt weergegeven.
• De tijd van de uitgestelde start knippert op de display.
• Het indicatielampje van de uitgestelde start staat aan.
5. Sluit de deur van de afwasmachine, het aftellen start automatisch.
• Nadat het aftelproces voltooid is, wordt het wasprogramma automatisch gestart.
Het openen van de deur van het apparaat onderbreekt het aftelproces. Als u de deur weer
sluit, gaat het aftellen verder vanaf het punt van de onderbreking.
De uitgestelde start annuleren
Als de deur van het apparaat open staat en de aftelling nog niet is begonnen
1. Druk herhaaldelijk op de uitgestelde start-toets totdat de tijd van het afwasprogramma
op de display wordt weergegeven.
• De tijd knippert op de display.
2. Sluit de deur van de afwasmachine, het aftellen start automatisch.
Als de deur van het apparaat is gesloten en het aftellen is begonnen
1. Open de deur van het apparaat.
2. Druk herhaaldelijk op de uitgestelde start-toets totdat de tijd van het afwasprogramma
op de display wordt weergegeven.
3. Sluit de deur van de afwasmachine, het aftellen start automatisch.
Het afwasprogramma onderbreken
• Open de deur van het apparaat.
– Het afwasprogramma stopt.
• Sluit de deur van het apparaat.
– Het afwasprogramma gaat verder vanaf het punt waar het werd onderbroken.
Het afwasprogramma annuleren
Als het afwasprogramma nog niet is begonnen, kunt u de selectie veranderen.
Als u de selectie wilt veranderen terwijl een afwasprogramma in werking is, moet u het programma annuleren.
1. Druk tegelijkertijd op functietoetsen (B) en (C) en houd de functietoetsen ingedrukt,
totdat alle programmatoets-indicatielampje aan gaan.
2. Laat de functietoetsen (B) en (C) los. Het ingestelde programma is geannuleerd.
Controleer of er afwasmiddel in het afwasmiddeldoseerbakje aanwezig is voordat u een
nieuw afwasprogramma start.
Einde van het afwasprogramma
Wanneer het afwasprogramma is voltooid, hoort u met tussenpozen een geluidssignaal.
1. Open de deur van het apparaat. Op de display wordt een nul weergegeven.
22
Onderhoud en reiniging
2. Schakel het apparaat uit.
Laat de deur van het apparaat een paar minuten op een kier staan, voor betere droogresultaten.
• Als u het apparaat binnen drie minuten na afloop van het afwasprogramma niet uitschakelt:
– gaan alle indicatielampjes uit,
– geeft het display één horizontaal streepje weer,
Dit helps om het energieverbruik te beperken.
Druk op één van de knoppen (niet de aan/uit-toets) en het display en de indicatielampjes
gaan weer aan.
Verwijder de voorwerpen uit de manden.
• Laat de borden afkoelen voordat u deze uit het apparaat neemt. Hete borden zijn gevoelig voor beschadigingen.
• Ruim eerst het onderrek en dan het bovenrek uit.
• Er kan water liggen aan de zijkanten en op de deur van het apparaat. Roestvrij staal koelt
sneller af dan borden.
ONDERHOUD EN REINIGING
De filters verwijderen en reinigen
Vuile filters verminderen de wasresultaten.
Het apparaat beschikt over twee filters:
• Grof filter (1).
• Fijn filter (2).
Controleer het groffe filter na elk afwasprogramma.
Controleer het fijne filter regelmatig.
Het groffe filter (1) verwijderen en reinigen
1. Verwijder het groffe filter.
2. Maak het groffe filter helemaal schoon onder
stromend water.
3. Plaats het groffe filter terug.
Onderhoud en reiniging
23
Het fijne filter (2) verwijderen en reinigen
1. Houd het fijne filter aan de hendel vast en
draai het filter linksom.
2. Reinig het fijne filter helemaal met een
borstel onder de kraan.
3. Plaats het fijne filter terug.
4. Houd het fijne filter aan de hendel vast en
draai het filter rechtsom om het te vergrendelen. Zorg dat de markeringen op
het filter met elkaar zijn uitgelijnd.
De sproeiarmen verwijderen en reinigen
Controleer regelmatig dat de spuitmonden in de sproeiarmen niet worden geblokkeerd.
Gebruik een voorwerp met een dunne punt om de
spuitmonden te reinigen. Maak de spuitmonden
voorzichtig schoon om schade te voorkomen.
De top sproeiarm verwijderen en reinigen
1. Draai de bevestigingsschroef (A) naar links los.
2. Trek de top sproeiarm uit de schacht.
3. Reinig de top sproeiarm en de bevestigingsschroef onder stromend water.
4. Plaats de top sproeiarm terug en draai de
bevestigingsschroeven naar rechts vast.
24
Problemen oplossen
De bovenste sproeiarm verwijderen en reinigen
1. Verwijder de bovenste sproeiarm door
hem opzij te draaien.
2. Reinig de bovenste sproeiarm onder stromend water.
3. Plaats de bovenste sproeiarm terug en
druk erop om hem weer te installeren.
De onderste sproeiarm verwijderen en
reinigen
1. Draai de bevestigingsschroef los (B) naar
links los.
2. Trek de onderste sproeiarm uit de schacht.
3. Reinig de onderste sproeiarm en de bevestigingsschroef onder stromend water.
4. Plaats de onderste sproeiarm terug en
draai de bevestigingsschroeven naar
rechts vast.
De buitenoppervlakken reinigen
Reinig de buitenoppervlakken van het apparaat en het bedieningspaneel met een vochtige
zachte doek.
Gebruik alleen neutrale schoonmaakmiddelen.
Gebruik geen schuurmiddelen, schuursponsjes of oplosmiddelen (bijv. aceton).
PROBLEMEN OPLOSSEN
Het apparaat start niet of stopt tijdens de werking.
Probeer eerst het probleem zelf op te lossen (zie tabel). Neem als dit niet lukt contact op
met de service-afdeling.
Bij sommige storingen wordt er op de display een alarmcode weergegeven:
- Het apparaat wordt niet gevuld met water
•
- Het apparaat pompt geen water weg
•
- De anti-overstromingsinrichting is ingeschakeld.
•
WAARSCHUWING!
Schakel het apparaat uit voordat u de controles uitvoert.
Storing
Het apparaat wordt niet gevuld
met water.
Mogelijke oorzaak
Mogelijke oplossing
De waterkraan is verstopt of
aangezet met kalkaanslag.
Maak de waterkraan schoon.
De waterdruk is te laag.
Neem contact op met de waterleidingsmaatschappij.
De waterkraan is dicht.
Draai de waterkraan open.
Problemen oplossen
Storing
Het apparaat pompt geen water weg.
Mogelijke oorzaak
Mogelijke oplossing
Het filter in de wateraanvoerslang is verstopt.
Maak het filter schoon.
De aansluiting van de wateraanvoerslang is niet correct.
Zorg dat de aansluiting altijd
correct is.
De watertoevoerslang is beschadigd.
Verzeker u ervan dat de watertoevoerslang niet is beschadigd.
De gootsteenafvoer is geblokkeerd.
Ontstop de gootsteenafvoer.
De aansluiting van de waterafvoerslang is niet correct.
Zorg dat de aansluiting altijd
correct is.
De waterafvoerslang is beschadigd.
Verzeker u ervan dat de waterafvoerslang niet is beschadigd.
De anti-overstromingsinrichting is ingeschakeld.
Het afwasprogramma start
niet.
25
Draai de waterkraan dicht en
neem contact op met de service-afdeling.
De deur van het apparaat is
open.
Sluit de deur van het apparaat.
De stekker zit niet in het stopcontact.
Sluit de stekker aan.
De zekering in de zekeringkast
is doorgebrand.
Vervang de zekering.
De uitgestelde start is ingesteld.
• Annuleer de uitgestelde
start.
• Nadat het aftelproces voltooid is, wordt het wasprogramma automatisch gestart.
Schakel het apparaat na de controle in. Het programma gaat verder vanaf het punt waar
het werd onderbroken.
Als het probleem opnieuw optreedt, neem dan contact op met onze service-afdeling.
Als de display andere alarmcodes meldt, neem dan contact op met onze service-afdeling.
De benodigde informatie voor de service-afdeling staan op het typeplaatje.
Leg deze informatie vast:
– Model (MOD.) ........................................................
– Productnummer (PNC) ..........................................
– Serienummer (S.N.) ..............................................
26
Problemen oplossen
De afwas- en droogresultaten zijn niet bevredigend
Probleem
De borden zijn niet schoon.
Er zitten kalkresten op de borden.
De glazen en borden vertonen
strepen, witachtige vlekken of
een blauwzweem.
Mogelijke oorzaak
Mogelijke oplossing
Het afwasprogramma is niet
geschikt voor het type lading
en de mate van vervuiling.
Zorg ervoor dat het afwasprogramma geschikt is voor het
type lading en de mate van
vervuiling.
U heeft de items niet goed in
de mandjes geplaatst. Het water heeft niet alle oppervlakken
aangeraakt.
Plaats de items correct in de
mandjes.
De sproeiarmen konden niet
vrij draaien. Onjuiste positie
van de items in de mandjes.
Controleer of een verkeerde
plaatsing van de items geen
blokkering van de sproeiarmen
veroorzaakt.
De filters zijn vuil of niet juist
gemonteerd en geplaatst.
Zorg ervoor dat de filters
schoon zijn en op de juiste manier zijn gemonteerd en geïnstalleerd.
Er is te weinig of geen afwasmiddel gebruikt.
Zorg voor voldoende afwasmiddel.
Het zoutreservoir is leeg.
Vul het zoutreservoir met zout
voor afwasmachines.
Verkeerde instelling van niveau
waterontharder.
Stel de waterontharder in op
het correcte niveau.
De dop van het zoutreservoir is
niet goed gesloten.
Zorg ervoor dat de dop van het
zoutreservoir goed gesloten is.
Er wordt teveel glansmiddel
gebruikt.
Verminder de hoeveelheid
glansmiddel.
Opgedroogde waterdruppels op Er wordt te weinig glansmiddel
de glazen en de borden.
gebruikt.
Verhoog de hoeveelheid glansmiddel.
Het afwasmiddel kan de oorzaak zijn.
Gebruik een ander merk afwasmiddel.
Het serviesgoed is nat.
Het afwasprogramma bevatte
geen droogfase of een kortere
droogfase.
Laat de deur een paar minuten
op een kier staan voor betere
droogresultaten.
Het serviesgoed is nat en mat.
Het glansmiddeldoseerbakje is
leeg.
Vul het glansmiddeldoseerbakje
met glansmiddel.
De multitabfunctie is ingescha- Schakel het glansmiddeldoseerkeld (deze functie schakelt het bakje in.
glansmiddeldoseerbakje automatisch uit).
Technische gegevens
27
Het glansmiddeldoseerbakje inschakelen
1. Schakel het apparaat in.
2. Zorg dat het apparaat in de instelmodus staat.
3. Druk tegelijkertijd op functietoetsen (B) en (C) en houd deze toetsen ingedrukt totdat
de indicatielampjes van functietoets (A), (B) en (C) knipperen.
4. Laat de functietoetsen (B) en (C) los.
5. Druk op functietoets (B).
• De indicatielampjes van functietoetsen (A) en (C) gaan uit.
• Het indicatielampje van functietoets (B) blijft knipperen.
• Op de display wordt de instelling van het glansmiddeldoseerbakje weergegeven.
Glansmiddeldoseerbakje is uit.
Glansmiddeldoseerbakje is aan.
6. Druk op functietoets (B) om de instelling te wijzigen.
7. Schakel het apparaat uit om te bevestigen.
TECHNISCHE GEGEVENS
Afmeting
Leidingwaterdruk
Breedte
546 mm
Hoogte
759 mm
Diepte
556 mm
Minimaal
0,5 bar (0,05 MPa)
Maximaal
8 bar (0,8 MPa)
Watertoevoer 1)
Koud water of warm water
maximaal 60 °C
Capaciteit
Couverts
11
1) Sluit de slang aan op een kraan met 3/4”-schroefdraad.
Informatie over de elektrische aansluiting staat op het typeplaatje op de binnenrand van de
deur van het apparaat.
Gebruik een heet watervoorziening om het energieverbruik te verminderen, als het hete
water door alternatieve, milieuvriendelijkere energiebronnen geproduceerd wordt (bijv. zonne- of fotovoltaïsche panelen en wind).
MILIEUBESCHERMING
Het symbool op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als
huishoudafval mag worden behandeld, maar moet worden afgegeven bij een verzamelpunt
waar elektrische en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit
product op de juiste manier wordt verwijderd, voorkomt u mogelijke negatieve gevolgen
voor mens en milieu die zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde
afvalverwerking. Voor gedetailleerdere informatie over het recyclen van dit product, kunt u
28
Montage
contact opnemen met de gemeente, de gemeentereiniging of de winkel waar u het product
hebt gekocht.
Recycle de materialen met het symbool . Gooi de verpakking in een geschikte verzamelcontainer om het te recyclen.
MONTAGE
De scharnierdeur installeren en afstellen
Er kan een deur van een normaal keukenkastje
met de volgende afmetingen als scharnierdeur
worden gebruikt:
• Max breedte 596 mm
• Max hoogte 720 mm
• Max diepte 20 mm
• Gewicht (inclusief handvat) 3 kg tot max. 8 kg
Zorg ervoor dat de maximale deurhoogte niet
overschreden wordt, anders kan de deur niet
goed sluiten.
De scharnierdeur krijgt een handvat. De scharnieren en bijbehorende schroeven die voor de installatie nodig zijn, zijn standaardonderdelen
(bijgeleverd).
De plint is nog zichtbaar als de scharnierdeur is
geïnstalleerd en kan worden weggewerkt achter
een bijpassend paneel, of door het verlengen van
het paneel van de keukeneenheid dat zich onder
het apparaat bevindt.
Montage
De scharnierdeur afstellen
1. Plaats de twee zijbalken (A) zoals getoond in de afbeelding hiernaast. Lijn de
balken aan de bovenkant uit, zodat de
bovenste opening over de voorgemonteerde uitlijningsschijf ligt. Maak bij een
breedte van 568 mm eerst de bijgeleverde, extra uitlijningsschijven (B) vast aan
de al voorgemonteerde uitlijningsschijven.
2. Schroef de balken alleen aan de bovenkant vast.
3. Plaats het apparaat voor de nis waarin
hij geïnstalleerd moet worden. Leg kabels en slangen in het kastje ernaast. Bij
het plaatsen van het apparaat in de nis
moet u zorgen dat de kabels en slangen
meegetrokken worden en niet bekneld
raken.
4. Lijn het apparaat zijwaarts in de plint uit
met de hoek (AN) en draai de schroef (V)
licht aan.
5. Voor het installeren van de scharnierondersteuning: schroeft u de onderkant
van het scharnier in de gaten die zijn
voorzien in de scharnierondersteuning.
29
30
Montage
6. Plaats de scharnierondersteuningen op
gelijkmatige afstand op de onderkant
van de uitsparing en lijn uit met de
voorkant van de onderkant van de uitsparing. Niet uit laten steken. Maak vast
met de 6 houtschroeven.
7. Merk met het boorsjabloon twee gaten
en boor ze (a) (ø35 mm, 11 mm diep)
voor de scharnieren aan de onderkant
van de scharnierdeur. Hiertoe moet het
boorsjabloon worden uitgelijnd met de
onderste rand van de scharnierdeur.
Montage
8. Markeer met het boorsjabloon 8 gaten
en boor ze (b) voor de twee geleiders (ø2
mm, 12 mm diep) aan de bovenkant van
de scharnierdeur. Hiertoe moet het
boorsjabloon worden uitgelijnd met de
bovenste rand van de scharnierdeur.
9. Schroef de scharnieren met behulp van
4 houtschroeven met verzonken kop
vast en de geleiders met behulp van 8
Spax-schroeven (4,0 x 20, pozidriv) vast
aan de scharnierdeur.
10. Klik de scharnieren op de scharnierdeur
in de vloereenheden van de scharnieren.
Houd de scharnierdeur zorgvuldig vast,
zodat de scharnieren niet buigen.
11. Stel de scharnieren af met behulp van de
schroeven (A), (B) en (C), zodat ze goed
op het keukenkastje passen (openingsbreedte, etc.).
31
32
Montage
12. Plaats de geleiders in de rails.
13. Maak de geleiders met schroeven links
en rechts vast aan de deur van het apparaat.
Montage
14. Het apparaat waterpas afstellen. Open
de deur van het apparaat voorzichtig,
zonder het apparaat te bewegen. Maak
het apparaat aan de bovenkant met een
houtschroef zijdelings vast.
15. Maak het apparaat zijdelings vast door
de schroef (V) aan te draaien. Hiervoor
vindt u 2 rechthoekige gaten links en
rechts in de scharnierondersteuning, zodat u er met een schroevendraaier bij
kunt.
33