Bauknecht EMCCE 8138 PT de handleiding

Categorie
Magnetrons
Type
de handleiding
1
Gebrauchsanweisung
Instructions for use
Mode d’emploi
Gebruiksaanwijzing
Istruzioni per l’uso
Brugsanvisning
Bruksanvisning
Käyttöohje
Manual de utilização
Instrucciones para el uso
Instrukcje użytkowania
Használati utasítás
Οδηγίες Χρήσης
Инструкция за употреба
Návod k použití
Návod na použitie
Instrucţiuni de utilizare
Инструкции по эксплуатации
EMCCE 8238EMCCE 8138
2
INSTALLATIE
VOORDAT U DE OVEN AANSLUIT
V
ERZEKER U ERVAN DAT HET APPARAAT NIET BESCHADIGD
IS. Controleer of de ovendeur goed sluit en of
de interne deurvergrendeling niet beschadigd
is. Haal de oven leeg en reinig de binnenkant
met een zachte, vochtige doek.
NA DE AANSLUITING
D
IT APPARAAT MOET WORDEN GEAARD . De fabrikant
kan niet aansprakelijk gesteld worden voor let-
sel aan personen of dieren noch voor mate-
riële schade als het apparaat niet is geaard.
De fabrikanten zijn niet aansprakelijk voor
eventuele problemen die worden veroorzaakt
doordat de gebruiker deze instructies niet in
acht heeft genomen.
G
EBRUIK HET APPARAAT NIET als het netsnoer of de
stekker beschadigd is, als het apparaat niet
goed werkt of als het beschadigd of geva-
llen is. Dompel het netsnoer of de stekker niet
onder in water. Houd het snoer uit de buurt
van warme oppervlakken. Hierdoor kunnen
elektrische schokken, brand of andere ongeva-
llen worden veroorzaakt.
V
ERWIJDER GEEN BESCHERMINGSPLAATJES VOOR AAN-
ZUIGOPENINGEN die zich aan
de zijkant in het ovengede-
elte bevinden. Deze zorgen
ervoor dat er geen vet en
voedseldeeltjes in de invo-
erkanalen van de magne-
tron terecht komen.
C
ONTROLEER of het ovengedeelte leeg is vóór de
montage.
C
ONTROLEER OF DE SPANNING op het typeplaatje
overeenstemt met de spanning in uw woning.
U
KUNT DE OVEN ALLEEN INSCHAKELEN als de deur
goed gesloten is.
HET APPARAAT MONTEREN
VOLG DE MEEGELEVERDE afzonderlijke montage-ins-
tructies voor het installeren van het apparaat.
GEBRUIK GEEN VER-
LENGSNOER:
A
LS HET NETSNOER TE KORT IS, laat dan door
een gekwalificeerde elektricien of servi-
cetechnicus een stopcontact in de buurt
van het apparaat installeren.
3
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSAANWIJZINGEN
VERWARM OF GEBRUIK GEEN ONTVLAMBARE MATERIALEN
in of bij de oven. De dampen kunnen brand of
een explosie veroorzaken.
G
EBRUIK UW MAGNETRON NIET om textiel, papi-
er, kruiden, hout, bloemen, fruit of andere
brandbare materialen te drogen. Er kan brand
ontstaan.
LAAT HET VOEDSEL NIET OVERKOKEN. Er kan brand
ontstaan.
L
AAT DE OVEN NIET ONBEWAAKT ACHTER, vooral niet
wanneer er papier, plastic of andere brandbare
materialen bij het koken worden gebruikt. Het
papier kan verkolen of vlam vatten en sommi-
ge kunststoffen kunnen smelten wanneer u
het voedsel opwarmt.
A
LS MATERIAAL BINNEN OF BUITEN DE OVEN IN BRAND VLIEGT
OF ALS ER ROOKONTWIKKELING IS, laat de ovendeur dan
dicht en schakel de oven uit. Verwijder de stekker
uit het stopcontact of sluit de stroom af via de
zekering of stroomonderbreker.
LEES DEZE AANWIJZINGEN ZORGVULDIG DOOR EN BEWAAR ZE VOOR RAADPLEGING IN DE
TOEKOMST
L
AAT KINDEREN HET APPARAAT ALLEEN zonder toezicht
van volwassenen gebruiken na voldoende uitleg
zodat het kind het apparaat veilig kan gebruiken
en de gevaren van onjuist gebruik begrijpt.
DIT APPARAAT IS NIET BEDOELD VOOR gebruik door per-
sonen (waaronder kinderen) met een verminderd
fysiek, sensorisch of mentaal vermogen, tenzij er
toezicht is door een persoon die verantwoordelijk
is voor hun veiligheid.
VOORZICHTIG!
TIJDENS GEBRUIK KUNNEN TOEGANKELIJKE DELEN VAN DE
OVEN HEET worden; houd kleine kinderen uit de
buurt.
G
EBRUIK UW MAGNETRON NIET voor het
verwarmen van materiaal in lucht-
dicht verzegelde schalen. Door
de druktoename kunnen deze
ontploff en of bij het openen schade veroorzaken.
EIEREN
G
EBRUIK UW MAGNETRON NIET om hele eieren met
of zonder schaal te verwarmen, om-
dat deze kunnen ontploffen,
zelfs nadat ze zijn verwarmd in
de magnetron.
C
ONTROLEER DE DEURAFDICHTINGEN en het gebied er
omheen regelmatig op beschadigingen. In geval
van beschadiging mag het apparaat niet worden
gebruikt voordat het is gerepareerd door een be-
voegde onderhoudsmonteur.
G
EBRUIK GEEN bijtende chemicaliën of gassen in
dit apparaat. Dit type oven is speciaal ontwor-
pen voor het verwarmen en bereiden van vo-
edsel. De oven is niet geschikt voor industrieel
of laboratoriumgebruik.
4
ALGEMEEN
D
IT APPARAAT IS UITSLUITEND BEDOELD VOOR HUIS-
HOUDELIJK GEBRUIK!
G
EBRUIK DE MAGNETRONFUNCTIE NOOIT zonder voedsel
in de oven te plaatsen. Hierdoor kan het appara-
at beschadigd raken.
P
LAATS EEN GLAS WATER IN DE OVEN als u deze wilt
testen. Het water absorbeert de microgolfe-
nergie en de oven raakt niet beschadigd.
V
ERWIJDER METALEN SLUITSTRIPS van pa-
pieren of plastic zakken voordat u de
zakken in de oven plaatst.
FRITUREN
G
EBRUIK UW MAGNETRON NIET om te frituren, om-
dat u de temperatuur van de olie niet
kunt regelen.
VLOEISTOFFEN
B
IJVOORBEELD DRANKEN OF WATER. De vloeistof kan
boven het kookpunt worden
oververhit zonder dat de vloe-
istof begint te borrelen. Als ge-
volg hiervan kan de hete vloe-
istof plotseling overkoken.
Om dit te voorkomen, kunt u het beste als
volgt te werk gaan:
1. Vermijd het gebruik van rechte potten of
essen met nauwe halzen.
2. Roer de vloeistof om alvorens de houder
in de oven te zetten en laat het lepeltje
erin staan.
3. Laat de vloeistof na het opwarmen even
staan, roer opnieuw en haal de houder
voorzichtig uit de oven.
VOORZICHTIG
R
AADPLEEG ALTIJD een magnetronkookboek voor
informatie. Vooral wanneer u alcoholhoudend
voedsel bereidt of opwarmt.
W
ANNEER U BABYVOEDING in een zuig-
es of potje in de magnetron
verwarmt, moet u het voed-
sel altijd doorroeren en de tem-
peratuur controleren voordat u het serveert. Zo
zorgt u ervoor dat de warmte gelijkmatig wordt
verdeeld en dat brandwonden worden voorko-
men.
Let erop dat u de ring en de speen vóór het
opwarmen verwijdert!
BELANGRIJKE VOORZORGSMAATREGELEN
GEBRUIK NA HET KOKEN OVENHANDSCHOENEN om u
niet aan de schalen, pannen of hete ovendelen
te branden.
GEBRUIK DE OVENRUIMTE NIET als opslagruimte.
5
ACCESSOIRES
ALGEMEEN
A
LS EEN METAALHOUDEND ACCESSOIRE in aanraking
komt met de binnenkant van de oven, terwijl
de oven werkt, kunnen er vonken overschieten
die de oven zouden kunnen beschadigen.
PLATEAUDRAGER
GEBRUIK ALTIJD DE PLATEAUDRAGER als
steun onder het glazen draaipla-
teau. Plaats nooit andere voorwer-
pen op de plateaudrager.
Plaats de plateaudrager in de oven.
GLAZEN DRAAIPLATEAU
G
EBRUIK HET GLAZEN DRAAIPLATEAU bij alle toepas-
singen. Het vangt spetters, sap-
pen en kruimels op die anders
de ovenruimte zouden bevuilen.
Plaats het glazen draaiplate-
au op de plateaudrager.
C
ONTROLEER VOOR GEBRUIK OF HET KOOKGEREI DAT U
GEBRUIKT geschikt is voor de
oven en microgolven do-
orlaat.
Z
ORG ERVOOR DAT VOEDSEL EN KOOKGEREI niet in aan-
raking komen met de binnenkant van de oven.
Dat is vooral belangrijk bij accessoires van
metaal of met metalen delen.
C
ONTROLEER ALTIJD of het draaiplateau vrij kan
draaien voordat u de oven start.
CRISPHANDGREEP
G
EBRUIK DE MEEGELEVERDE SPECIALE
CRISPHANDGREEP om de hete crispplaat
uit de oven te halen.
CRISPPLAAT
LEG HET VOEDSEL DIRECT OP DE CRISPPLAAT.
Gebruik altijd het glazen
draaiplateau als steun wan-
neer u de crispplaat ge-
bruikt.
ZET GEEN KEUKENGEREI op de crisppla-
at omdat deze erg heet wordt en het
gerei waarschijnlijk zal beschadigen.
DE CRISPPLAAT kan voorverwarmd worden
voor gebruik (max. 3 min). Gebruik altijd de
crispfunctie bij het voorverwarmen van de
crispplaat.
E
R ZIJN VERSCHILLENDE accessoires verkrijgbaar.
Overtuig u er vóór de aankoop van dat deze
geschikt zijn voor gebruik in de magnetron.
STARTBEVEILIGING / TOETSENVERGRENDELING
DEZE AUTOMATISCHE BEVEILIGING WORDT ÉÉN MIN-
UUT NADAT de oven teruggekeerd is in
"standby" geactiveerd. (De oven
is in de “standby”-modus als de
24-uursklok wordt weergegeven of
(als de klok niet is ingesteld) als het dis-
play leeg is).
DE DEUR MOET WORDEN GEOPEND EN GESLOTEN om er
bijvoorbeeld voedsel in te zetten, voordat de
veiligheidsvergrendeling wordt uitgeschakeld.
Anders verschijnt op het display “DOOR”.
6
GAARHEID (ALLEEN BIJ AUTOMATISCHE FUNCTIES)
G
AARHEID IS BESCHIKBAAR bij de meeste automa-
tische functies. U heeft de mogelijkheid om
het eindresultaat persoonlijk aan te passen via
de functie Gaarheid instellen. Met deze func-
tie kunt u een hogere of lagere eindtempera-
tuur instellen in vergelijking met de standaar-
dinstelling.
W
ANNEER U een van deze functies gebruikt, ki-
est de oven de standaardinstelling. Deze ins-
telling geeft gewoonlijk het beste resultaat.
Als het door u opgewarmde voedsel echter
te heet was om meteen te eten, kunt u dit ge-
makkelijk aanpassen voordat u de functie de
volgende keer gebruikt.
O
PMERKING:
DE GAARHEID kan alleen worden ingesteld of ge-
wijzigd gedurende de eerste 20 seconden na-
dat de oven gestart is.
B
IJ SOMMIGE AUTOMATISCHE FUNCTIES kan de oven
stoppen (afhankelijk van het gekozen pro-
gramma en de voedselcategorie) en kun-
nen de verzoeken "STIR FOOD" (voedsel om-
roeren) of "TURN FOOD" (voedsel omdraaien)
verschijnen.
G
E
AU
TO
MA
TI
SC
HE
F
UN
CT
IE
k
an
d
e
ov
en
ROEREN OF VOEDSEL OMDRAAIEN (ALLEEN BIJ AUTOMATISCHE FUNCTIES)
U DOET DIT DOOR EEN GAARHEIDSNIVEAU te kiezen
met de +/- toetsen, meteen nadat u op de
starttoets hebt gedrukt.
O
PMERKING: DE OVEN GAAT AUTOMATISCH VERDER NA
1 MIN. als het voedsel niet is omgedraaid / do-
orgeroerd. In dit geval zal het verwarmen lan-
ger duren.
V
ERDERGAAN MET DE BEREIDING:
Open de deur.
Roer of draai het voedsel om.
Sluit de deur en start opnieuw door de
starttoets in te drukken.
GAARHEID
N
IVEAU EFFECT
HIGH +2 GEEFT DE HOOGSTE EINDTEMPERATUUR
HIGH +1 GEEFT EEN HOGERE EINDTEMPERATUUR
MED 0GEEFT DE STANDAARDINSTELLING
LOW -1 GEEFT EEN LAGERE EINDTEMPERATUUR
LOW -2 GEEFT DE LAAGSTE EINDTEMPERATUUR
7
FOOD
DINNER PLAT E (250g - 500g)
SOUP (200g -
WANNEER U DE AUTOMATISCHE FUNCTIES GEBRUIKT
moet de oven weten om welke voedselcate-
gorie het gaat om de juiste resultaten te be-
reiken. Wanneer u een voedselcategorie selec-
teert met de +/- toetsen, verschijnt het woord
FOOD en een cijfer van de voedselcategorie.
AFKOELEN
ALS EEN FUNCTIE VOLTOOID IS, kan de oven een
afkoelprocedure uitvoeren. Dit is normaal.
Na deze procedure wordt de oven automatisch
uitgeschakeld.
ALS DE TEMPERATUUR HOGER DAN 50°C IS, dan wor-
den het woord “HOT” en de huidige tempera-
tuur van de oven weergegeven. Let erop dat u
de oven niet aanraakt wanneer u het gerecht
eruithaalt. Gebruik ovenwanten.
ALS DE TEMPERATUUR LAGER DAN 50°C IS,
wordt de 24-uursklok weergegeven.
DRUK OP DE TERUG-TOETS om tijdelijk de
24-uursklok te zien als “HOT” wordt
weergegeven.
DE AFKOELPROCEDURE kan zonder schadelijke ge-
volgen voor de oven worden onderbroken
door de deur te openen.
UTOMATISCHE FUNCTIES GEBRUIKT
VOEDSELCATEGORIEËN (ALLEEN BIJ AUTOMATISCHE FUNCTIES)
V
OOR VOEDSEL DAT NIET IN DEZE TABEL wordt geno-
emd of dat minder of meer weegt dan het aan-
bevolen gewicht, moet u de procedure voor
“Bereiden en opwarmen met de magnetron"
volgen.
D
E VOEDSELCATEGORIEËN staan in de tabellen bij
elke automatische functie.
8
KLOKINSTELLING
L
AAT DE DEUR OPEN TERWIJL U DE KLOK IN-
STELT. Dit geeft u 5 minuten de tijd
om de klok in te stellen. Anders
moet elke stap binnen 60 secon-
den worden uitgevoerd.
WANNEER HET APPARAAT VOOR HET
EERST WORDT INGESCHAKELD, wordt u
gevraagd de tijd in te stellen.
NA EEN STROOMUITVAL gaat de klok
knipperen en moet deze opni-
euw ingesteld worden.
U
W OVEN HEEFT een aantal functi-
es die kunnen worden aangepast
aan uw persoonlijke smaak.
INSTELLINGEN VERANDEREN
DRUK OP DE TOETS HANDMATIG tot "Setting" wordt weergegeven.
GEBRUIK DE +/- TOETSEN om één van de volgende instellingen te
kiezen om aan te passen.
Clock (Klok)
Sound (Geluid)
ECO
Brightness (Helderheid)
DRUK OP DE STOPTOETS om de instellingsfunctie te verlaten
en alle veranderingen op te slaan als u klaar bent.
DRUK OP DE OK-TOETS . (De linkercijfers (uren) knipperen).
DRUK OP DE +/- TOETSEN om de uren in te stellen.
DRUK OP DE OK-TOETS. (De twee rechtercijfers (minuten) knipperen).
DRUK OP DE +/- TOETSEN om de minuten in te stellen.
DRUK NOGMAALS OP DE OK-TOETS om uw verandering te bevestigen.
D
E KLOK IS INGESTELD EN IN WERKING.
ALS U DE KLOK VAN HET DISPLAY WILT VERWIJDEREN als deze eenmaal is in-
gesteld, dan gaat u opnieuw naar de klokinstelmodus en drukt u op
de stoptoets terwijl de cijfers knipperen.
9
GELUIDSINSTELLING
DRUK OP DE OK-TOETS .
DRUK OP DE +/- TOETSEN om de zoemer IN of UIT te schakelen.
DRUK NOGMAALS OP DE OK-TOETS om uw verandering te bevestigen.
ECO
DRUK OP DE OK-TOETS .
DRUK OP DE +/- TOETSEN om de ECO-instelling IN of UIT te schakelen.
DRUK NOGMAALS OP DE OK-TOETS om uw verandering te bevestigen.
A
LS AAN IS INGESTELD, zijn het display en de 24-uurs klok niet zichtba-
ar in de standby-modus.
ALS OFF (UIT) IS INGESTELD, dan wordt het display niet uitgeschakeld
en is de 24-uursklok altijd zichtbaar.
INSTELLINGEN VERANDEREN
10
GEBRUIK DEZE FUNCTIE als u een
kookwekker nodig heeft om de
tijd precies bij te houden, zo-
als voor het koken van eieren en
pasta of voor het laten rijzen van
deeg enz.
KOOKWEKKER
DRUK OP DE +/- TOETSEN om de gewenste tijd in te stellen.
DRUK OP DE OK-TOETS .
W
ANNEER DE INGESTELDE TIJD VERSTREKEN IS hoort u een geluidssignaal.
ALS U OP DE STOPTOETS DRUKT voordat de kookwekker is afgelopen,
wordt deze teruggezet op nul.
INSTELLINGEN VERANDEREN
HELDERHEID
DRUK OP DE OK-TOETS .
DRUK OP DE +/- TOETSEN om het door u gewenste helderheidsniveau in te stellen.
DRUK NOGMAALS OP DE OK-TOETS om uw selectie te bevestigen.
11
BEREIDEN EN OPWARMEN MET DE MAGNETRON
DRUK MEERDERE MALEN OP DE TOETS HANDMATIG tot u de magnetronfunctie heeft gevonden.
DRUK OP DE +/- TOETSEN om het magnetronvermogen in te stellen.
DRUK OP DE OK-TOETS om uw selectie te bevestigen. U gaat automatisch naar de volgende in-
stelling.
DRUK OP DE +/- TOETSEN om de bereidingstijd in te stellen.
DRUK OP DE STARTTOETS.
VERMOGEN
A
LS HET BEREIDINGSPROCES EENMAAL GESTART IS:
Kunt u de bereidingstijd eenvoudig met stappen van 30 seconden ver-
lengen door op de starttoets te drukken. Bij elke druk op de toets wordt
de bereidingstijd met 30 seconden verlengd. U kunt de kooktijd ook
verlengen of verkorten door de +⁄ tetsen in te drukken.
DOOR OP DE <<-TOETS te drukken kunt u terugkeren naar waar u de
bereidingstijd en het vermogen kunt veranderen. Beide kunnen
worden veranderd met de +⁄ tetsen tijdens het koken.
G
EBRUIK DEZE FUNCTIE voor normale bereidingen en het opwarmen van bijvoorbeeld groenten, vis,
aardappelen en vlees.
ALLEEN MAGNETRONFUNCTIE
V
ERMOGEN AANBEVOLEN GEBRUIK:
1000 W
V
ERWARMEN VAN DRANKEN, water, heldere soepen, koffie, thee of ander voedsel met een
hoog watergehalte. Wanneer het voedsel eieren of room bevat, moet u een lager nive-
au kiezen.
800 W B
EREIDEN VAN GROENTEN, vlees etc.
650 W B
EREIDEN VAN vis.
500 W
V
OORZICHTIG BEREIDEN VAN eiwitrijke sauzen, kaas- en eiergerechten en voor het afmaken
van casseroles.
350 W L
ATEN SUDDEREN VAN STOOFSCHOTELS, smelten van boter en chocolade.
160 W ONTDOOIEN. Zacht laten worden van boter, kaas.
90 W IJ
S ZACHT laten worden
0 W A
LLEEN BIJ GEBRUIK van de kookwekker.
12
RAPID START
DRUK MEERDERE MALEN OP DE TOETS HANDMATIG tot u de crispfunctie heeft gevonden.
DRUK OP DE +/- TOETSEN om de bereidingstijd in te stellen.
DRUK OP DE STARTTOETS.
CRISP
DRUK OP DE STARTTOETS OM AUTOMATISCH TE STARTEN op vol vermogen en met
de bereidingstijd ingesteld op 30 seconden. Elke keer dat de toets nog-
maals wordt ingedrukt, zal de tijd met 30 seconden verlengd worden.
GEBRUIK DEZE FUNCTIE voor het snel
opwarmen van voedsel met een
hoog watergehalte, zoals heldere
soepen, koffie of thee.
U
KUNT DE KOOKTIJD OOK VERLENGEN OF VERKORTEN DOOR DE +/- TOETSEN in te
drukken nadat de functie is gestart.
M
ET DEZE FUNCTIE kunt u pizza’s
en andere deegwaren bereiden
en opwarmen. De functie is ook
geschikt voor het bakken van
spek, eieren, worstjes, hambur-
gers enz.
D
E OVEN WERKT AUTOMATISCH met magnetron en grill om de crispplaat
op te warmen. Daardoor komt de crispplaat zeer snel op tempera-
tuur en wordt het voedsel bruin en krokant.
VERZEKER u ervan dat de crispplaat goed in het midden van het gla-
zen draaiplateau is geplaatst.
DE OVEN EN DE CRISPPLAAT worden heet wanneer u deze functie ge-
bruikt.
PLAATS DE HETE CRISPPLAAT NIET op een oppervlak dat gevoelig is voor
warmte.
LET EROP DAT U DE PLAAT onder het grillelement niet aanraakt.
GEBRUIK OVENHANDSCHOENEN
of de bijgeleverde speciale crisphandgreep om de hete
crispplaat uit de oven te halen.
GEBRUIK ALLEEN DE bijgeleverde crisppla-
at bij deze functie. Andere verkrijgba-
re crispplaten zullen bij gebruik niet het
juiste resultaat geven.
13
GRILL
DRUK MEERDERE MALEN OP DE TOETS HANDMATIG tot u de grillfunctie heeft gevonden.
DRUK OP DE +/- TOETSEN om de bereidingstijd in te stellen.
DRUK OP DE STARTTOETS.
COMBIGRILL
DRUK MEERDERE MALEN OP DE TOETS HANDMATIG tot u de Combi-grillfunctie heeft gevonden.
DRUK OP DE +/- TOETSEN om het magnetronvermogen in te stellen.
DRUK OP DE OK-TOETS om uw selectie te bevestigen. U gaat automatisch naar de volgende in-
stelling. Druk op de +/- toetsen om de bereidingstijd in te stellen.
DRUK OP DE STARTTOETS.
B
IJ GEBRUIK VAN DE GRILL is het maximale vermo-
gensniveau van de magnetron beperkt door
een fabrieksinstelling.
G
EBRUIK DEZE FUNCTIE om een bru-
in korstje te geven aan gerechten
op het rooster.
P
LAAT HET VOEDSEL op het rooster. Draai het voedsel tijdens de berei-
ding om.
CONTROLEER VOORDAT U MET GRILLEN BEGINT OF HET KOOKGEREI dat u gebruikt
hittestendig is en geschikt voor de oven.
GEBRUIK GEEN PLASTIC KOOKGEREI bij het grillen. Dit smelt. Kookgerei van
hout of papier is evenmin geschikt.
G
EBRUIK DEZE FUNCTIE om gerech-
ten als gratins, lasagne, gevogel-
te en gebakken aardappelen te
bereiden.
COMBIGRILL
V
ERMOGEN AANBEVOLEN GEBRUIK:
650 W
B
EREIDEN VAN groenten en
gegratineerde gerechten
350 - 500 W B
EREIDEN VAN gevogelte en lasagne
160 - 350 W
B
EREIDEN VAN vis en bevroren
gegratineerde gerechten
160 W B
EREIDEN VAN vlees
90 W G
RATINEREN VAN fruit
0 W
A
LLEEN EEN BRUIN KORSTJE GEVEN
tijdens de bereiding
14
HANDMATIG ONTDOOIEN
VOLG DE WERKWIJZE voor “Bereiden en opwarmen
met de magnetron” en kies vermogensniveau
160 W wanneer u handmatig ontdooit.
CONTROLEER EN INSPECTEER HET VOEDSEL REGELMATIG.
Ervaring zal u leren hoeveel tijd nodig is voor
verschillende hoeveelheden voedsel.
D
RAAI GROTE STUKKEN halverwege het ontdoo-
ien om.
BEVROREN VOEDSEL IN PLASTIC ZAKJES, plastic folie of
verpakkingen van karton kan rechtstreeks in
de oven geplaatst worden wanneer de
verpakking geen metalen delen bevat
(bijvoorbeeld metalen bindstrips).
D
E VORM VAN DE VERPAKKING IS van invloed
op de ontdooitijd. Platte pakjes ontdoo-
ien sneller dan grote blokken.
H
AAL STUKKEN UIT ELKAAR wanneer ze beginnen te
ontdooien.
Afzonderlijke plakken ontdooien sneller.
S
CHEID VERSCHILLENDE STUKKEN VOED-
SEL met stukjes aluminium-
folie wanneer ze warm be-
ginnen te worden (b.v. kip-
penpoten en vleugeltjes).
G
EKOOKT VOEDSEL, STOOFSCHOTELS EN VLEES-
SAUZEN ontdooien beter als u ze tijdens
het ontdooien doorroert.
W
ANNEER U ONTDOOIT is het beter het vo-
edsel iets bevroren te laten en het voed-
sel even te laten staan om het ontdooiproces
te voltooien.
A
LS U HET VOEDSEL NA HET ONTDOOIEN EVEN LAAT
STAAN WORDT HET RESULTAAT ALTI- JD
BETER, omdat de temperatuur
gelijkmatiger door het vo-
edsel verdeeld wordt.
15
AUTOVERWARMEN
DRUK MEERDERE MALEN OP DE AUTO-TOETS tot u de functie Auto-verwarmen heeft gevonden.
DRUK OP DE OK-TOETS om uw selectie te bevestigen. U gaat automatisch naar de volgende in-
stelling.
DRUK OP DE +/- TOETSEN om de voedselcategorie te selecteren. (“FOOD” en de voedselcatego-
rie worden weergegeven).
DRUK OP DE OK-TOETS om uw selectie te bevestigen. U gaat automatisch naar de volgende in-
stelling.
DRUK OP DE +/- TOETSEN om het gewicht in te stellen.
DRUK OP DE OK-TOETS om uw selectie te bevestigen.
DRUK OP DE STARTTOETS.
G
EBRUIK DEZE FUNCTIE voor het
opwarmen van reeds bereid vo-
edsel, zowel diepvries, koud als
op kamertemperatuur.
P
LAATS HET VOEDSEL op een bord of
schaal (magnetronbestendig en
ovenvast).
16
WANNEER U EEN MAALTIJD IN DE KOELKAST BEWAART
of op een bord om te worden verwarmd, leg
dan het dikkere voedsel aan
de buitenkant en het
dunnere in het mid-
den.
GEBRUIK ALTIJD HET BIJGELEVERDE DEKSEL bij deze
functie (alleen voor het verwarmen van soe-
pen is dit deksel niet nodig)!
ALS HET VOEDSEL ZODANIG VERPAKT IS dat het
niet afgedekt kan worden, moet de ver-
pakking op 2-3 plaatsen worden inges-
neden om de druk te laten ontsnappen
tijdens het verwarmen.
L
EG DUNNE PLAKJES VLEES boven op elkaar of laat
ze overlappen.
DIKKERE PLAKKEN , bijvoorbeeld gehaktbrood en
worst, moeten dicht bij elkaar worden gelegd.
P
LASTIC FOLIE moet worden inge-
prikt met een vork om de druk
op te heffen en zo openbars-
ten te voorkomen. Tijdens
het verhitten vindt namelijk
stoomvorming plaats.
1-2
MINUTEN NAGAARTIJD ZORGT
ALTIJD VOOR EEN BETER resulta-
at, met name bij bevroren
voedsel.
AUTOVERWARMEN
VOEDSEL TIPS
MAALTIJD OP BORD (250 g - 500 g)
B
EREID HET VOEDSEL overeenkomstig de
bovenstaande aanbevelingen.
Afgedekt verwarmen.
SOEP (200 g - 800 g)
O
NAFGEDEKT OPWARMEN in afzonderlijke kommen of
in één grote kom.
BEVROREN PORTIE (250 g - 500 g)
V
OLG DE AANWIJZINGEN OP DE VERPAKKING m.b.t.
ventilatie, inprikken enz.
DRANKEN (0,1 - 0,5 l)
O
NAFGEDEKT OPWARMEN en gebruik een metalen
lepel in een kom of mok.
DIEPVRIESLASAGNE (250 g - 500 g)
P
LAATS HET GERECHT in een oven- en
magnetronbestendige schaal.
V
OOR VOEDSEL DAT NIET IN DEZE TABEL wordt genoemd of dat minder of meer weegt dan het aanbevo-
len gewicht, moet u de procedure voor “Bereiden en opwarmen met de magnetron" volgen.
17
RAPID DEFROST
DRUK MEERDERE MALEN OP DE AUTO-TOETS tot u de functie Rapid Defrost heeft gevonden.
DRUK OP DE OK-TOETS om uw selectie te bevestigen. U gaat automatisch naar de volgende in-
stelling.
DRUK OP DE +/- TOETSEN om de voedselcategorie te selecteren. (“FOOD” en de voedselcatego-
rie worden weergegeven).
DRUK OP DE OK-TOETS om uw selectie te bevestigen. U gaat automatisch naar de volgende in-
stelling.
DRUK OP DE +/- TOETSEN om het gewicht in te stellen.
DRUK OP DE OK-TOETS om uw selectie te bevestigen.
DRUK OP DE STARTTOETS.
G
EBRUIK DEZE FUNCTIE voor het
ontdooien van vlees, gevogelte,
vis, groente en brood.
Rapid Defrost mag alleen gebruikt
worden als het netto gewicht tus-
sen de 100 g- 2,5 kg ligt.
P
LAATS HET VOEDSEL altijd op het gla-
zen draaiplateau.
18
BEVROREN VOEDSEL:
ALS HET VOEDSEL EEN HOGERE TEMPERATUUR HEEFT dan de diepvri-
estemperatuur (-1C), moet een lager voedselgewicht
worden gekozen.
ALS HET VOEDSEL EEN LAGERE TEMPERATUUR HEEFT dan de diepvri-
estemperatuur (-1C), moet een hoger voedselgewicht
worden gekozen.
GEWICHT:
V
OOR DEZE FUNCTIE MOET het nettogewicht van het voedsel
bekend zijn. De oven berekent daarna automatisch de be-
nodigde tijd om het ontdooi-/bereidingsproces te voltooien.
A
LS HET GEWICHT LAGER OF HOGER IS DAN HET AANBEVOLEN GEWICHT: Volg de
werkwijze voor “Bereiden en opwarmen met de magnetron en kies
160 W voor het ontdooien.
RAPID DEFROST
VOEDSEL TIPS
VLEES (100 g - 2,0 kg)
Gehakt, koteletten, biefstuk of braadvlees.
D
RAAI HET VOEDSEL als de oven dit aangeeft.
GEVOGELTE (100 g - 2,5 kg)
Hele kip, in stukken of  lets.
D
RAAI HET VOEDSEL als de oven dit aangeeft.
VIS (100 g - 2,0 kg)
Heel, moten of  lets.
D
RAAI HET VOEDSEL als de oven dit aangeeft.
GROENTEN (100 g - 2,0 kg)
Gemengde groenten, doperwten, broccoli enz.
D
RAAI HET VOEDSEL als de oven dit aangeeft.
BROOD (100 g - 1,0 kg)
Heel brood, zoete broodjes en kadetjes.
D
RAAI HET VOEDSEL als de oven dit aangeeft.
V
OOR VOEDSEL DAT NIET IN DEZE TABEL wordt genoemd of dat minder of meer weegt dan het aanbevo-
len gewicht, moet u de procedure voor "Bereiden en opwarmen met de magnetron" aanhouden
en 160 W kiezen voor het ontdooien.
19
AUTOCRISP
DRUK MEERDERE MALEN OP DE AUTO-TOETS tot u de Auto Crisp-functie heeft gevonden.
DRUK OP DE OK-TOETS om uw selectie te bevestigen. U gaat automatisch naar de volgende in-
stelling.
DRUK OP DE +/- TOETSEN om de voedselcategorie te selecteren. (“FOOD” en de voedselcatego-
rie worden weergegeven).
DRUK OP DE OK-TOETS om uw selectie te bevestigen. U gaat automatisch naar de volgende in-
stelling.
DRUK OP DE +/- TOETSEN om het gewicht in te stellen.
DRUK OP DE OK-TOETS om uw selectie te bevestigen.
DRUK OP DE STARTTOETS.
G
EBRUIK DEZE FUNCTIE OM uw voed-
sel snel van diepvries- tot serve-
ertemperatuur op te warmen.
Auto Crisp wordt alleen gebrui-
kt voor kant-en-klare diepvries-
producten.
VOEDSEL TIPS
FRITES (200 g - 500 g)
V
ERDEEL DE FRITES gelijkmatig over de
crispplaat. Indien g ewenst, bestrooien met
zout.
ROER HET VOEDSEL OM als de oven dit aangeeft.
PIZZA, dunne bodem (200 g - 600 g)
V
OOR PIZZA'S met een dunne bodem.
PANPIZZA (300 g - 800 g)
V
OOR PIZZA'S met een dikke bodem.
KIPPENVLEUGELS (200 g - 500 g)
V
OOR KIPNUGGETS bestrijkt u de crispplaat met
olie en stelt u de gaarheid in op Lo 2.
DRAAI HET VOEDSEL als de oven dit aangeeft.
QUICHE (200 g - 500 g)
V
OOR QUICHES en hartige taarten.
V
OOR VOEDSEL DAT NIET IN DEZE TABEL is genoemd of dat minder of meer weegt dan het aanbevolen
gewicht, moet u de procedure voor "Bereiden en opwarmen met de magnetron" aanhouden.
20
AUTO SOFT
DRUK MEERDERE MALEN OP DE AUTO-TOETS tot u de Auto Soft-functie heeft gevonden.
DRUK OP DE OK-TOETS om uw selectie te bevestigen. U gaat automatisch naar de volgende in-
stelling.
DRUK OP DE +/- TOETSEN om de voedselcategorie te selecteren. (“FOOD” en de voedselcatego-
rie worden weergegeven).
DRUK OP DE OK-TOETS om uw selectie te bevestigen. U gaat automatisch naar de volgende in-
stelling.
DRUK OP DE +/- TOETSEN om het gewicht in te stellen.
DRUK OP DE OK-TOETS om uw selectie te bevestigen.
DRUK OP DE STARTTOETS.
GEBRUIK DEZE FUNCTIE voor het zac-
ht laten worden van voedsel,
om het gemakkelijker te kunnen
verwerken.
A
UTO SOFT WORDT GEBRUIKT voor de
voedingsmiddelen in onders-
taande tabel.
VOEDSEL TIPS
BOTER (50 g - 100 g)
D
RAAI HET VOEDSEL als de oven dit aangeeft.
ROER HET ook na het zachtworden.
MARGARINE (50 g - 100 g)
D
RAAI HET VOEDSEL als de oven dit aangeeft.
ROER HET na het zachtworden.
IJS (0,5 l - 1,0 l)
D
RAAI HET VOEDSEL als de oven dit aangeeft.
SERVEER HET SNEL voordat het verder smelt.
V
OOR VOEDSEL DAT NIET IN DEZE TABEL is genoemd of dat minder of meer weegt dan het aan-
bevolen gewicht, moet u de procedure voor “Bereiden en opwarmen met de magne-
tron” aanhouden
21
AUTO MELT
DRUK MEERDERE MALEN OP DE AUTO-TOETS tot u de functie Auto-smelten heeft gevonden.
DRUK OP DE OK-TOETS om uw selectie te bevestigen. U gaat automatisch naar de volgende in-
stelling.
DRUK OP DE +/- TOETSEN om de voedselcategorie te selecteren. (“FOOD” en de voedselcatego-
rie worden weergegeven).
DRUK OP DE OK-TOETS om uw selectie te bevestigen. U gaat automatisch naar de volgende in-
stelling.
DRUK OP DE +/- TOETSEN om het gewicht in te stellen.
DRUK OP DE OK-TOETS om uw selectie te bevestigen.
DRUK OP DE STARTTOETS.
GEBRUIK DEZE FUNCTIE om voed-
sel eenvoudig te laten smelten
zonder spatten..
AUTO MELT WORDT GEBRUIKT voor de
voedingsmiddelen in ondersta-
ande tabel.
VOEDSEL TIPS
BOTER (50 g - 200 g)
R
OER HET VOEDSEL OM als de oven dit aangeeft.
ROER OOK na het smelten.
MARGARINE (50 g - 200 g)
R
OER HET VOEDSEL OM als de oven dit aangeeft.
ROER OOK na het smelten.
CHOCOLADE (50 g - 200 g)
B
REEK de chocolade in kleinere stukjes.
ROER HET VOEDSEL OM als de oven dit aangeeft.
ROER OOK na het smelten.
LET OP: bij chocolade met een hoog cacao-
gehalte is Gaarheidsniveau high (+2) nodig
V
OOR VOEDSEL DAT NIET IN DEZE TABEL is genoemd of dat minder of meer weegt dan het aan-
bevolen gewicht, moet u de procedure voor “Bereiden en opwarmen met de magne-
tron” aanhouden
22
AUTO COOK
GEBRUIK DEZE FUNCTIE UITSLUITEND
om te koken. Auto cook mag alle-
en worden gebruikt voor de vo-
edselcategorieën in de tabel.
P
LAATS HET VOEDSEL op een bord of
schaal (magnetronbestendig en
ovenvast).
DRUK MEERDERE MALEN OP DE AUTO-TOETS tot u de functie Auto cook heeft gevonden.
DRUK OP DE OK-TOETS om uw selectie te bevestigen. U gaat automatisch naar de volgende in-
stelling.
DRUK OP DE +/- TOETSEN om de voedselcategorie te selecteren. (“FOOD” en de voedselcatego-
rie worden weergegeven).
DRUK OP DE OK-TOETS om uw selectie te bevestigen. U gaat automatisch naar de volgende in-
stelling.
DRUK OP DE +/- TOETSEN om het gewicht in te stellen.
DRUK OP DE OK-TOETS om uw selectie te bevestigen.
DRUK OP DE STARTTOETS.
23
PLASTIC FOLIE moet worden in-
geprikt met een vork
om de druk op te hef-
fen en zo openbars-
ten te voorkomen.
Tijdens het verhit-
ten vindt namelijk sto-
omvorming plaats.
AUTO COOK
GROENTEN UIT BLIK: Maak het blik altijd open en
giet de inhoud in een magnetronbesten-
dige schaal. Verwarm de groenten nooit
in het blik zelf.
K
OOK verse en ingevroren groenten of
groente uit blik altijd afgedekt.
AANBEVOLEN GEWICHT
GEBAKKEN AARDAPPELEN
(200 g - 1 kg)
P
RIK DE AARDAPPELEN IN en doe ze in een ovenvas-
te en magnetronbestendige schaal. Draai de aar-
dappelen om wanneer de oven een pieptoon
geeft. Houd er rekening mee dat de oven, de sc-
haal en het voedsel heet zijn.
DRAAI HET VOEDSEL als de oven dit aangeeft.
VERSE GROENTEN (200 g - 800 g)
S
NIJD DE GROENTE in stukken van gelijke groot-
te. Voeg 2 tot 4 eetlepels water toe en dek de
groente af. Omroeren wanneer de oven een
pieptoon geeft.
ROER HET VOEDSEL OM als de oven dit aangeeft.
DIEPVRIESGROENTEN (200 g - 800 g)
M
ET DEKSEL BEREIDEN. O mroeren wanneer de
oven een pieptoon geeft.
ROER HET VOEDSEL OM als de oven dit aangeeft.
GROENTEN UIT BLIK (200 g - 600 g)
B
EREIDEN IN EEN MAGNETRONBESTENDIGE SCHAAL met
deksel.
POPCORN (100 g)
B
EREID SLECHTS ÉÉN ZAK per keer. Wanneer u
meer popcorn nodig hebt, bereidt u de
zakken één voor één.
V
OOR VOEDSEL DAT NIET IN DEZE TAB EL is genoemd of dat minder of meer weegt dan het aanbevolen
gewicht, moet u de procedure voor "Bereiden en opwarmen met de magnetron" aanhouden.
24
ONDERHOUD EN REINIGING
NORMAAL GESPROKEN IS SCHOONMAKEN de enige
vorm van onderhoud die nodig is.
GESCHIKT VOOR DE VAATWASMACHINE:
P
LATEAUDRAGER.
G
LAZEN DRAAIPLATEAU.
C
RISPHANDGREEP.
A
LS DE OVEN niet goed wordt schoongehouden,
kan dit tot aantasting van het ovenoppervlak
leiden, wat de levensduur van het apparaat
kan verkorten en mogelijk tot gevaarlijke situa-
ties kan leiden.
G
EBRUIK GEEN SCHUURSPONSJES,
SCHUURMIDDELEN, sponsjes van
staalwol, ruwe doeken
e.d.; deze kunnen het be-
dieningspaneel en het oppervlak van de
binnen- en buitenkant van de oven beschadi-
gen. Gebruik een spons met een mild schoon-
maakmiddel of een tissue met een spray die
geschikt is voor het schoonmaken van glas.
Sproei het schoonmaakmiddel op de tissue.
SPRAY NIET direct op de oven.
V
ERWIJDER REGELMATIG, vooral als u gemorst
heeft, het draaiplateau en de plate-
audrager en maak de bodem van
de magnetron goed schoon.
D
EZE OVEN IS ONTWORPEN om met draaiplateau te
worden gebruikt.
GEBRUIK DE MAGNETRON NIET wanneer u het
draaiplateau eruit heeft genomen om het
schoon te maken.
G
EBRUIK EEN MILD SCHOONM AAKMIDDEL, water en
een zachte doek om de ovenruimte, voor- en
achterkant van de deur en de deursponning
schoon te maken.
Z
ORG ERVOOR DAT ER GEEN VET- of voedselres-
ten in de deursponning achterblijven.
G
EBRUIK GEEN SCHOONMAAKAPPARATEN DIE MET
STOOM WERKEN wanneer u de magnetron
schoonmaakt.
U
HEEFT GEEN LAST VAN LUCHTJES als u regelmatig een
kopje water met wat citroensap op het draaipla-
teau plaatst en dit enkele minuten laat koken.
I
N GEVAL VAN HARDNEKKIGE vlekken laat u geduren-
de 2 of 3 minuten een kopje water in de oven
koken. Vuil laat zich door de stoomvorming
makkelijker verwijderen.
ZORGVULDIGE REINIGING:
D
E CRISPPLAAT moet worden
afgewassen in water met
een mild afwasmiddel. Sterk
vervuilde delen kunnen wor-
den schoongemaakt met een
schuursponsje en een mild schoonmaakmid-
del.
LAAT DE CRISPPLAAT ALTIJD afkoelen voordat u
deze schoonmaakt.
DOMPEL DE CRISPPLAAT NIET onder in wa-
ter en spoel de crispplaat niet af wanneer
deze heet is. Door snelle afkoeling kan de
crispplaat beschadigen.
GEBRUIK GEEN STAALWOLLEN SPONSJES. Deze
kunnen krassen veroorzaken op het op-
pervlak.
H
ET GRILLELEMENT hoeft niet gereinigd te worden
omdat de intense hitte vetspatten afbrandt,
maar het plafond van de oven moet wel re-
gelmatig gereinigd worden. Dit moet gebeu-
ren met warm water, reinigingsmiddel en een
spons. Als de grill niet regelmatig wordt ge-
bruikt, moet deze 10 minuten per maand wor-
den ingeschakeld om spatten af te branden,
om zo het risico op brand te voorkomen.
25
STORINGEN OPSPOREN
ALS DE OVEN NIET WERKT, bel dan pas de klanten-
service als u gecontroleerd heeft of:
Het draaiplateau en de drager van het dra-
aiplateau op hun plaats zitten.
De stekker goed in het stopcontact zit.
De deur goed gesloten is.
De zekeringen in orde zijn en er stroom is.
De oven voldoende ventilatie heeft.
Wacht 10 minuten en probeer dan de oven
opnieuw te laten werken.
Open en sluit de deur voordat u het opni-
euw probeert.
ZO KUNT U ONNODIGE kosten besparen.
Als u de klantenservice belt, dient u het seri-
enummer en het typenummer van de oven
door te geven (zie het serviceplaatje). Ra-
adpleeg het garantieboekje voor nadere infor-
matie.
A
LS HET NETSNOER MOET WORDEN VERVANGEN ,
moet dat gebeuren met een
origineel exemplaar, dat ver-
krijgbaar is via onze klanten-
service. Het netsnoer mag
uitsluitend door een bevoegde
onderhoudsmonteur worden
vervangen.
O
NDERHOUDSWERKZAAMHEDEN MO-
GEN UITSLUITEND DOOR EEN BEV-
OEGDE ONDERHOUDSMONTEUR WOR-
DEN UITGEVOERD. Het is gevaarlijk
voor ongetrainde personen
om onderhoudswerkzaamhe-
den of reparaties uit te voeren waarbij
beschermkappen moeten worden ver-
wijderd die bescherming bieden tegen blo-
otstelling aan de energie van microgolven.
VERWIJDER GEEN BESCHERMKAPPEN.
26
I
N OVEREENSTEMMING MET IEC 60705.
DE INTERNATIONALE ELEKTROTECHNISCHE COMMISSIE heeft een standaard ontworpen voor het verge-
lijkend testen van verwarmingsprestaties van verschillende magnetronovens. Voor deze oven ad-
viseren wij het volgende:
IN
OVEREENSTEMMING MET
I
I
EC
EC
6
6
07
07
0
05
GEGEVENS VOOR HET TESTEN VAN DE VERWARMINGSPRESTATIES
TECHNISCHE SPECIFICATIES
TEST HOEVEELHEID GESCHATTE TIJDSDUUR VERMOGEN OVENSCHAAL
12.3.1 1000 G 13 - 14 MIN.650 W PYREX 3.227
12.3.2 475
G 5 MIN. 800 W PYREX 3.827
12.3.3 900
G 13 - 14 MIN. 800 W PYREX 3.838
13.3 500
G 10 MIN.160 W
VOEDINGSSPANNING 230 V/50 HZ
NOMINAAL INGANGSVERMOGEN 2300 W
Z
EKERING 10 A
U
ITGANGSVERMOGEN MAGNETRON 1000 W
G
RILL 800 W
A
FMETINGEN BUITENKANT (HXBXD) 385 X 595 X 468
A
FMETINGEN BINNENKANT (HXBXD) 200 X 405 X 380
27
28
Made in Sweden.
NL
MILIEUTIPS
DE VERPAKKING kan volledig worden
gerecycled, zoals wordt aange-
geven door het recycling-
symbool. Voor de verwer-
king dienen de plaatselijke
voorschriften te worden na-
geleefd. Houd verpakkingsmateria-
al (plastic zakken, polystyreen enz.) buiten het
bereik van kinderen.
D
IT APPARAAT is voorzien van het merkteken vol-
gens de Europese richtlijn 2002/96/EC inzake
Afgedankte elektrische en elektronische ap-
paraten (AEEA). Door ervoor te zorgen dat dit
product op de juiste manier als afval wordt
verwerkt, helpt u mogelijk negatieve gevolgen
voor het milieu en de menselijke gezondheid
te voorkomen die anders zouden kunnen wor-
den veroorzaakt door een onjuiste verwerking
van dit product.
H
ET SYMBOOL op het product of op de bijbe-
horende documentatie
geeft aan dat dit product
niet als huishoudelijk afval
mag worden behandeld. In
plaats daarvan moet het wor-
den afgegeven bij een verza-
melpunt voor recycling van
elektrische en elektronisc-
he apparaten.
A
FDANKING moet worden
uitgevoerd in overeens-
temming met de plaatse-
lijke milieuvoorschriften voor afvalverwerking.
VOOR NADERE INFORMATIE over de behandeling,
terugwinning en recycling van dit product
wordt u verzocht contact op te nemen met het
stadskantoor in uw woonplaats, uw afvalopha-
aldienst of de winkel waar u het product heeft
aangeschaft.
SNIJD DE VOEDINGSKABEL VAN HET APPARAAT DOOR
voordat u het apparaat afdankt, zodat het
onbruikbaar wordt.
4619-694-74201
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28

Bauknecht EMCCE 8138 PT de handleiding

Categorie
Magnetrons
Type
de handleiding