AEG F55300VI0 Handleiding

Type
Handleiding
INHOUDSOPGAVE
1. VEILIGHEIDSINFORMATIE.......................................................................................22
2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN...............................................................................23
3. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT......................................................................25
4. BEDIENINGSPANEEL............................................................................................... 25
5. PROGRAMMA’S........................................................................................................ 26
6. INSTELLINGEN..........................................................................................................27
7. OPTIES........................................................................................................................29
8. VOORDAT U HET APPARAAT VOOR DE EERSTE KEER GEBRUIKT....................30
9. DAGELIJKS GEBRUIK................................................................................................31
10. AANWIJZINGEN EN TIPS...................................................................................... 33
11. ONDERHOUD EN REINIGING...............................................................................34
12. PROBLEEMOPLOSSING.........................................................................................36
13. TECHNISCHE INFORMATIE.................................................................................. 39
VOOR PERFECTE RESULTATEN
Bedankt dat u voor dit AEG-product heeft gekozen. Dit apparaat is ontworpen
om vele jaren uitstekend te presteren, met innovatieve technologieën die het
leven gemakkelijker helpen maken met functies die gewone apparaten wellicht
niet hebben. Neem een paar minuten de tijd om het door te lezen zodat u er
optimaal van kunt profiteren.
Ga naar onze website voor:
Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen en
onderhoudsinformatie:
www.aeg.com/webselfservice
Registreer uw product voor een betere service:
www.registeraeg.com
Koop accessoires, verbruiksartikelen en originele reserveonderdelen voor uw
apparaat:
www.aeg.com/shop
KLANTENSERVICE
Gebruik altijd originele onderdelen.
Als u contact opneemt met de klantenservice zorg dat u de volgende gegevens
bij de hand hebt: model, productnummer, serienummer.
Deze informatie wordt vermeld op het typeplaatje.
Waarschuwing / Belangrijke veiligheidsinformatie
Algemene informatie en tips
Milieu-informatie
Wijzigingen voorbehouden.
NEDERLANDS
21
1. VEILIGHEIDSINFORMATIE
Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor
installatie en gebruik van het apparaat. De fabrikant is
niet verantwoordelijk voor letsel of schade veroorzaakt
door een verkeerde installatie of verkeerd gebruik.
Bewaar de instructies altijd op een veilige en
toegankelijke plaats voor toekomstig gebruik.
1.1 Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen
• Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen vanaf
8 jaar en ouder en door personen met beperkingen,
mits ze zijn voorgelicht over het veilige gebruik van
het apparaat en de potentiële gevaren en/of ze onder
toezicht staan.
• Laat kinderen niet met het apparaat spelen.
• Houd wasmiddelen uit de buurt van kinderen.
• Houd kinderen en huisdieren uit de buurt van het
apparaat als de deur open is.
• Kinderen mogen zonder toezicht geen reinigings- en
onderhoudswerkzaamheden aan het apparaat
uitvoeren.
1.2
Algemene veiligheid
•
Dit apparaat is bedoeld voor huishoudelijk gebruik of
gelijksoortige toepassingen zoals:
– boerderijen, personeelskeukens in winkels,
kantoren of andere werkomgevingen
– door gasten in hotels, motels, bed&breakfasts en
andere woonomgevingen.
• De specificatie van het apparaat mag niet worden
veranderd.
• De waterdruk (minimaal en maximaal) moet liggen
tussen 0.5 (0.05) / 8 (0.8) bar (Mpa)
• Houd rekening met het maximale aantal 13 plaatsen.
• Als de voedingskabel beschadigd is, moet de
fabrikant, een erkende serviceverlener of een
www.aeg.com
22
gekwalificeerd persoon deze vervangen teneinde
gevaarlijke situaties te voorkomen.
• Doe messen en bestek met scherpe punten in het
bestekmandje met de punten omlaag in horizontale
positie.
• Laat de deur van het apparaat niet open staan zonder
toezicht om te voorkomen dat er iemand over
struikelt.
• Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het
stopcontact voordat u onderhoudshandelingen
verricht.
• Gebruik geen waterstralen onder druk en/of stoom
om het apparaat te reinigen.
• De ventilatie-openingen in de onderkant (indien van
toepassing) mogen niet worden afgedekt door tapijt.
• Het apparaat moet met de nieuwe slangset worden
aangesloten op een kraan. Oude slangsets mogen
niet opnieuw worden gebruikt.
2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
2.1 Montage
• Verwijder de verpakking en de
transportbouten.
• Installeer en gebruik geen
beschadigd apparaat.
• Installeer of gebruik het apparaat niet
op een plek waar de temperatuur
onder de 0 °C komt.
• Volg de installatie-instructies op die
zijn meegeleverd met het apparaat.
• Zorg ervoor dat het apparaat onder
en naast veilige installaties wordt
geïnstalleerd.
2.2 Aansluiting op het
elektriciteitsnet
WAARSCHUWING!
Gevaar voor brand en
elektrische schokken.
• Dit apparaat moet worden
aangesloten op een geaard
stopcontact.
• Controleer of de elektrische
informatie op het typeplaatje
overeenkomt met de
stroomvoorziening. Zo niet, neem dan
contact op met een elektromonteur.
• Gebruik altijd een correct
geïnstalleerd, schokbestendig
stopcontact.
• Gebruik geen meerwegstekkers en
verlengsnoeren.
• Zorg dat u de hoofdstekker en kabel
niet beschadigt. Indien de
voedingskabel moet worden
vervangen, dan moet dit gebeuren
door onze Klantenservice.
• Steek de stekker pas in het
stopcontact als de installatie is
voltooid. Zorg ervoor dat het
netsnoer na installatie bereikbaar is.
• Trek niet aan het netsnoer om het
apparaat los te koppelen. Trek altijd
aan de stekker.
• Dit apparaat voldoet aan de EEG-
richtlijnen.
• Alleen voor VK en Ierland. Het
apparaat heeft een stekker van 13
NEDERLANDS
23
ampère. Als de zekering van de
stekker verwisseld moet worden,
gebruik dan zekering: 13 amp ASTA
(BS 1362).
2.3 Aansluiting aan de
waterleiding
• Beschadig de waterslangen niet.
• Indien buizen lang niet zijn gebruikt,
er reparaties hebben plaatsgevonden
of er nieuwe apparaten zijn geplaatst
(watermeters, enz.), moet u, voordat
de nieuwe buizen worden
aangesloten, het water laten stromen
tot het schoon en helder is.
• Zorg ervoor dat er geen zichtbare
waterlekken zijn tijdens en na het
eerste gebruik van het apparaat.
• De watertoevoerslang heeft een
veiligheidsventiel en een omhulsel
met een hoofdkabel aan de
binnenkant.
WAARSCHUWING!
Gevaarlijke spanning.
• Als de watertoevoerslang beschadigd
is, haal dan onmiddellijk de stekker uit
het stopcontact. Neem contact op
met de service-afdeling om de
watertoevoerslang te vervangen.
2.4 Gebruik
• Ga niet op de open deur zitten of
staan.
• Vaatwasmiddel is gevaarlijk. Volg de
veiligheidsinstructies op de
verpakking van het vaatwasmiddel op.
• Speel niet met het water van het
apparaat en drink het niet op.
• Verwijder de borden pas uit het
apparaat als het programma is
voltooid. Er kan vaatwasmiddel op de
borden zitten.
• Het apparaat kan hete stoom laten
ontsnappen als u de deur opent
terwijl er een programma wordt
uitgevoerd.
• Plaats geen ontvlambare producten
of gerechten die vochtig zijn gemaakt
met ontvlambare producten in, bij of
op het apparaat.
2.5 Servicedienst
• Contact opnemen met de
klantenservice voor reparatie van het
apparaat. Wij raden uitsluitend het
gebruik van originele onderdelen aan.
• Zorg er als u contact opneemt met de
klantenservice voor dat u de volgende
informatie heeft van het typeplaatje.
Model:
PNC:
Serienummer:
2.6 Verwijdering
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of
verstikking.
• Haal de stekker uit het stopcontact.
• Snij het netsnoer van het apparaat af
en gooi dit weg.
• Verwijder de deurgreep om te
voorkomen dat kinderen en
huisdieren opgesloten raken in het
apparaat.
www.aeg.com
24
3. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
4
3
7
9
8
10
56
11
1
2
1
Bovenste sproeiarm
2
Onderste sproeiarm
3
Filters
4
Typeplaatje
5
Zoutreservoir
6
Luchtopening
7
Glansmiddeldoseerbakje
8
Afwasmiddeldoseerbakje
9
Bestekkorf
10
Onderkorf
11
Bovenkorf
4. BEDIENINGSPANEEL
1
2
3 4
5
1
Aan/uit-toets
2
Weergave
3
Delay-toets
4
Programmakeuzetoetsen
5
Indicatielampjes
NEDERLANDS 25
4.1 Indicatielampjes
Aanduiding Beschrijving
XtraDry-indicatielampje.
Glansmiddelindicatielampje. Dit indicatielampje is altijd uit als het pro-
gramma in werking is.
Zoutindicatielampje. Dit indicatielampje is altijd uit als het programma in
werking is.
5. PROGRAMMA’S
Programma Mate van vervui-
ling
Type belading
Programmafasen Opties
1)
• Normaal bevuild
• Serviesgoed en
bestek
• Voorspoelen
• Wassen 50 °C
• Spoelingen
• Drogen
• XtraDry
2)
• Sterk bevuild
• Serviesgoed, be-
stek en pannen
• Voorspoelen
• Wassen 70 °C
• Spoelingen
• Drogen
• XtraDry
• Normaal bevuild
• Serviesgoed en
bestek
• Voorspoelen
• Wassen 65 °C
• Spoelingen
• Drogen
• XtraDry
3)
• Pas bevuild
• Serviesgoed en
bestek
• Wassen 60 °C of 65 °C
• Spoelingen
• XtraDry
4)
• Alle • Voorspoelen
1)
Dit programma biedt het meest efficiënte water- en energieverbruik voor normaal vervuild servies-
goed en bestek. (Dit is het standaard programma voor testinstituten).
2)
Dit programma heeft een spoelfase bij hoge temperatuur voor betere resultaten voor de hygiëne. Tij-
dens de spoelfase blijft de temperatuur gedurende minimaal 10 minuten op 70 °C.
3)
Met dit programma kunt u een pas vervuilde lading afwassen. Het biedt goede afwasresultaten in een
kort tijdsbestek.
4)
Met dit programma kunt u snel serviesgoed afspoelen om te voorkomen dat etensresten vastkoeken
en het apparaat gaat stinken. U hoeft voor dit programma geen afwasmiddel te gebruiken.
www.aeg.com26
5.1 Verbruiksgegevens
Programma
1)
Water
(l)
Energie-
(kWh)
Programmaduur
(min)
11 1.050 195
13 - 15 1.5 - 1.6 150 - 170
15 - 17 1.3 - 1.6 120 - 130
9 0.8 30
4 0.1 14
1)
De druk en temperatuur van het water, de variaties in stroomtoevoer, de opties en de hoeveelheid
vaat kan de verbruikswaarden veranderen.
5.2 Aanwijzingen voor
testinstituten
Stuur voor alle benodigde informatie
over testprestaties een e-mail naar:
Schrijf het productnummer (PNC) op dat
u op het typeplaatje vindt.
6. INSTELLINGEN
6.1 Programmakeuzemodus en
gebruikersmodus
Als het apparaat in de
programmakeuzemodus staat, kan een
programma worden ingesteld en de
gebruikersmodus worden ingevoerd.
In de gebruikersmodus kunnen de
volgende instellingen worden
gewijzigd:
• Het niveau van de waterverzachter
afgestemd op de waterhardheid.
• De activering of de deactivering van
het geluidsignaal voor het
programma-einde.
• De activering of deactivering van de
aanduiding leeg
glansmiddelreservoir.
Deze instellingen worden opgeslagen
tot u ze weer wijzigt.
De programmakeuzemodus
instellen
Het apparaat staat in de
programmakeuzemodus als de
programma-indicator aan is en
op het display de programmaduur staat.
Als u het apparaat activeert, staat het
meestal in de programmakeuzemodus.
Maar als dit niet gebeurt, kunt u de
programmakeuzemodus op de volgende
manier instellen:
Houd tegelijkertijd
en
ingedrukt tot het apparaat in de
programmakeuzemodus staat.
6.2 De waterontharder
De waterontharder verwijdert mineralen
uit van de watertoevoer die een nadelige
invloed hebben op de wasresultaten en
het apparaat.
Hoe hoger het gehalte van deze
mineralen, des te harder is het water. De
waterhardheid wordt gemeten in de
volgende gelijkwaardige schalen.
De waterontharder moet worden
afgesteld op de hardheid van het water
in uw woonplaats. Uw waterleidingbedrijf
kan u informeren over de hardheid van
het water in uw woonplaats. Het is
NEDERLANDS
27
belangrijk om het correcte niveau voor
de waterontharder in te stellen voor
goede wasresultaten.
Waterhardheid
Duitse graden
(°dH)
Franse graden
(°fH)
mmol/l Clarke-gra-
den
Wateronthardings-
niveau
47 - 50 84 - 90 8.4 - 9.0 58 - 63 10
43 - 46 76 - 83 7.6 - 8.3 53 - 57 9
37 - 42 65 - 75 6.5 - 7.5 46 - 52 8
29 - 36 51 - 64 5.1 - 6.4 36 - 45 7
23 - 28 40 - 50 4.0 - 5.0 28 - 35 6
19 - 22 33 - 39 3.3 - 3.9 23 - 27
5
1)
15 - 18 26 - 32 2.6 - 3.2 18 - 22 4
11 - 14 19 - 25 1.9 - 2.5 13 - 17 3
4 - 10 7 - 18 0.7 - 1.8 5 - 12 2
<4 <7 <0.7 < 5
1
2)
1)
Fabrieksinstelling.
2)
Gebruik geen zout op dit niveau.
Indien u gebruik maakt van
multitabletten die zout bevatten en de
waterhardheid lager is dan 21°dH, kunt u
het laagste wateronthardingsniveau
instellen. Het deactiveert de aanduiding
voor het bijvullen van zout.
Indien u gebruik maakt van standaard
vaatwasmiddel of multitabletten
zonder zout, stel dan het
waterhardheidniveau juist in om de
aanduiding voor het bijvullen van zout
actief te laten.
Het waterontharderniveau
instellen
Het apparaat moet in de
programmakeuzemodus staan.
1. Om de gebruikersmodus in te
voeren, drukt u tegelijkertijd
en totdat de lampjes ,
en gaan knipperen en
het display leeg is.
2. Druk op .
• De indicatielampjes en
gaan uit.
• Het indicatielampje blijft
knipperen.
• Het display toont de huidige
instelling: bijv. = niveau 5.
3. Druk herhaaldelijk op om de
instelling te wijzigen.
4. Druk op de knop aan/uit om de
instelling te bevestigen.
6.3 De aanduiding van leeg
glansmiddelreservoir
Als het glansmiddelreservoir leeg is, gaat
de glansmiddelindicator branden om
aan te geven dat u glansmiddel moet
bijvullen. Als u multitabletten gebruikt
die glansmiddel bevatten en u tevreden
bent met het droogresultaat, kunt u de
aanduiding voor het bijvullen van
glansmiddel uitschakelen. We raden u
echter aan voor de beste
droogresultaten altijd glansmiddel te
gebruiken.
www.aeg.com
28
Schakel de aanduiding in om de
glansmiddelindicator actief te houden als
u standaard wasmiddel of multitabletten
zonder glansmiddel bevat.
Het uitschakelen van de
melding van een leeg
glansmiddeldoseerbakje
Het apparaat moet in de
programmakeuzemodus staan.
1. Om de gebruikersmodus in te
voeren, drukt u tegelijkertijd
en totdat de lampjes ,
en gaan knipperen en
het display leeg is.
2. Druk op
.
• De indicatielampjes en
gaan uit.
• Het indicatielampje
blijft
knipperen.
• Het display toont de huidige
instelling.
– = aanduiding
glansmiddelreservoir leeg
geactiveerd.
–
= aanduiding
glansmiddelreservoir leeg
gedeactiveerd.
3. Druk op
om de instelling te
wijzigen.
4. Druk op de knop aan/uit om de
instelling te bevestigen.
6.4 Geluidssignalen
Er klinken geluidssignalen als het
apparaat een storing heeft. Het is niet
mogelijk deze geluidssignalen uit te
schakelen.
Na het beëindigen van het programma
klinkt er tevens een geluidssignaal. Dit
geluidssignaal is standaard
uitgeschakeld, maar kan worden
geactiveerd.
Het geluidssignaal voor het
einde van het programma
inschakelen
Het apparaat moet in de
programmakeuzemodus staan.
1. Om de gebruikersmodus in te
voeren, drukt u tegelijkertijd
en totdat de lampjes ,
en gaan knipperen en
het display leeg is.
2. Druk op .
• De indicatielampjes
en
gaan uit.
• Het indicatielampje blijft
knipperen.
• Het display toont de huidige
instelling:
–
= Geluidssignaal uit.
– = Geluidssignaal aan.
3. Druk op
om de instelling te
wijzigen.
4. Druk op de knop aan/uit om de
instelling te bevestigen.
7.
OPTIES
De gewenste opties moeten
elke keer dat u een
programma start worden
geactiveerd.
De opties kunnen niet
worden in- of uitgeschakeld
als een programma in
werking is.
Niet alle opties kunnen met
elkaar worden
gecombineerd. Als u opties
hebt geselecteerd die niet
met elkaar te combineren
zijn, dan schakelt het
apparaat automatisch één of
meerdere opties uit. Alleen
de indicatielampjes van de
actieve opties blijven aan.
NEDERLANDS 29
7.1 XtraDry
Activeer deze optie als u het
droogresultaat een boost wilt geven. Bij
het gebruik van deze optie kunnen de
duur van sommige programma´s, het
waterverbruik en de temperatuur van de
laatste spoeling worden beïnvloed.
De optie XtraDry is geen permanente
optie en moet elke cyclus geselecteerd
worden.
Het activeren van XtraDry
Houd
en
gelijktijdig ingedrukt tot het
indicatielampje
gaat branden.
Als de optie niet van toepassing is op
het programma, dan gaat het
bijbehorende indicatielampje niet
branden of het knippert even en gaat
dan uit.
Het display geeft de bijgewerkte
programmaduur weer.
8. VOORDAT U HET APPARAAT VOOR DE EERSTE
KEER GEBRUIKT
1. Controleer of het ingestelde
niveau van de waterontharder juist
is voor de waterhardheid in uw
omgeving. U kunt het niveau van
de waterontharder instellen.
2. Vul het zoutreservoir.
3. Vul het glansmiddeldoseerbakje.
4. Draai de waterkraan open.
5. Start een programma om resten te
verwijderen die misschien nog in het
apparaat zijn achtergebleven.
Gebruik geen afwasmiddel en belaad
de manden niet.
Als u een programma start, doet het
apparaat er ongeveer 5 minuten over om
de hars in de waterontharder te
herladen. Het lijkt alsof het apparaat niet
werkt. De wasfase start pas nadat deze
procedure voltooid is. De procedure
wordt periodiek herhaald.
8.1 Het zoutreservoir
LET OP!
Gebruik uitsluitend zout dat
specifiek is bedoeld voor
gebruik in vaatwassers.
Het zout wordt gebruikt om de hars in de
waterontharder te herladen en voor
goede wasresultaten voor dagelijks
gebruik.
Het zoutreservoir vullen:
1. Draai de dop linksom om het
zoutreservoir te openen.
2. Doe 1 liter water in het zoutreservoir
(alleen de eerste keer).
3. Vul het zoutreservoir met
regenereerzout.
4. Verwijder het zout rond de opening
van het zoutreservoir.
5. Draai de dop van het zoutreservoir
rechtsom om het zoutreservoir te
sluiten.
www.aeg.com
30
Water en zout kunnen uit het
zoutreservoir stromen als u
het bijvult. Gevaar voor
roest. Start om dit te
voorkomen een programma
nadat u het zoutreservoir
heeft bijgevuld.
8.2 Het vullen van het
glansmiddeldoseerbakje
A
B
D
C
M
A
X
1
2
3
4
+
-
A
B
D
C
LET OP!
Gebruik alleen
glansspoelmiddel voor
afwasautomaten.
1. Druk op de ontgrendelknop (D) om
de deksel te openen (C).
2. Giet het glansmiddel in het
doseervakje (A) tot de vloeistof het
niveau 'max' heeft bereikt.
3. Verwijder gemorst glansmiddel met
een absorberend doekje om te
voorkomen dat er te veel schuim
ontstaat.
4. Sluit het deksel. Zorg ervoor dat het
ontgrendelknopje op zijn plaats
dichtklikt.
U kunt het schuifje voor de
vrij te geven hoeveelheid (B)
instellen tussen stand 1
(laagste hoeveelheid) en
stand 4 of 6 (hoogste
hoeveelheid).
9. DAGELIJKS GEBRUIK
1. Draai de waterkraan open.
2. Druk op de aan-/uittoets om het
apparaat te activeren.
Zorg dat het apparaat in de
programmakeuzemodus staat.
• Vul het zoutreservoir als het
zoutindicatielampje brandt.
• Vul het glansmiddeldoseerbakje
als het indicatielampje van het
glansmiddel brandt.
3. Ruim de korven in.
4. Voeg vaatwasmiddel toe.
5. U dient het juiste programma in te
stellen en te starten voor het type
lading en de mate van vervuiling.
NEDERLANDS
31
9.1 Vaatwasmiddel gebruiken
30
20
A BD
C
20
30
B
A D
C
1. Druk op de ontgrendelknop (B) om
de deksel te openen (C).
2. Doe de vaatwastablet of het poeder
in het doseerbakje (A).
3. Als het programma over een
voorspoelfase beschikt, plaats dan
een kleine dosis afwasmiddel in
doseerbakje (D).
4. Sluit het deksel. Zorg ervoor dat het
ontgrendelknopje op zijn plaats
dichtklikt.
9.2 Een programma instellen
en starten
De Auto Off-functie
Deze functie verlaagt het energieverbruik
door het apparaat automatisch uit te
schakelen als het niet werkt.
De functie gaat werken:
• 5 minuten na voltooiing van het
programma.
• Als het programma na 5 minuten nog
niet is gestart.
Een programma starten
1. Laat de deur op een kier staan.
2. Druk op de aan/uit-toets om het
apparaat te activeren. Zorg dat het
apparaat in de keuzemodus
Programma staat.
3. Druk op de toets van het
desbetreffende programma dat u
wilt starten.
Het display geeft de programmaduur
weer.
4. Stel de bruikbare opties in.
5. Sluit de deur van de afwasmachine
om het programma te starten.
Een programma starten met
een uitgestelde start
1. Stel een programma in.
2. Blijf op drukken tot het display de
uitgestelde tijd toont die u wilt
instellen (van 1 tot 24 uur).
Het controlelampje startuitstel gaat
branden.
3. Sluit de deur van het apparaat om
het aftellen te starten.
Als het aftellen loopt, kan de uitsteltijd
worden vergroot maar het programma
en de opties kunnen niet worden
gewijzigd.
Als het aftelproces voltooid is, wordt het
programma gestart.
De deur openen als het
apparaat in werking is
Als u de deur opent terwijl een
programma loopt, stopt het apparaat.
Het kan het energieverbruik en de
programmaduur beïnvloeden. Als u de
deur weer sluit, gaat het apparaat verder
vanaf het punt van onderbreking.
Als de deur tijdens de
droogfase langer dan 30
seconden wordt geopend,
stopt het lopende
programma.
www.aeg.com32
De uitgestelde start annuleren
tijdens het aftellen
Als u de uitgestelde start annuleert,
moet u het programma en de opties
opnieuw instellen.
Houd tegelijkertijd en
ingedrukt tot het apparaat in de
programmakeuzemodus staat.
Het programma annuleren
Houd tegelijkertijd en
ingedrukt tot het apparaat in de
programmakeuzemodus staat.
Controleer of er vaatwasmiddel in het
vaatwasmiddelbakje aanwezig is voordat
u een nieuw programma start.
Einde van het programma
Als het programma voltooid is, toont het
display 0:00 .
1. Druk op de aan/uit-toets of wacht
totdat de Auto Off-functie het
apparaat automatisch heeft
uitgeschakeld.
2. Draai de waterkraan dicht.
10. AANWIJZINGEN EN TIPS
10.1 Algemeen
De volgende tips zorgen voor optimale
schoonmaak- en droogresultaten en
helpen ook het milieu te beschermen.
• Verwijder grotere etensresten van de
borden en gooi ze in de vuilnisbak.
• Spoel de vaat niet eerst af. Gebruik
indien nodig een voorwasprogramma
(indien beschikbaar) of selecteer een
programma met een voorwasfase.
• Gebruik altijd de hele ruimte van de
mandjes.
• Zorg er bij het inladen van het
apparaat voor dat de vaat helemaal
kan worden bereikt en gewassen door
het water uit de sproeiarmen. Zorg
ervoor dat de vaat elkaar niet raakt of
overlapt.
• U kunt apart vaatwasmiddel,
glansmiddel en zout gebruiken of
kiezen voor het gebruik van
multitabletten (bijv. ''3in1'', ''4in1'',
''All in 1''). Volg de aanwijzing op de
verpakking.
• U dient het juiste programma in te
stellen voor het type lading en de
mate van vervuiling. Het programma
ECO biedt het meest efficiënte water-
en energieverbruik voor normaal
vervuild serviesgoed en bestek.
10.2 Gebruik van zout,
glansmiddel en vaatwasmiddel
• Gebruik enkel zout, glansmiddel en
vaatwasmiddel voor afwasautomaten.
Overige producten kunnen het
apparaat beschadigen.
• Multitabletten zijn doorgaans
geschikt voor een waterhardheid tot
21 °dH. Bij een hogere waterhardheid
moet zout, glansmiddel en
vaatwasmiddel worden gebruikt naast
het gebruik van multitabletten. Maar
in gebieden met hard en erg hard
water raden we het gebruik aan van
enkelvoudig vaatwasmiddel (poeder,
gel, tabletten zonder extra functies),
glansmiddel en zout apart voor
optimale reinigings- en
droogresultaten.
• Vaatwasmiddeltabletten lossen bij
korte programma's niet geheel op.
Om te voorkomen dat
vaatwasmiddelresten op het servies
achterblijven, raden we u aan om
tabletten enkel bij lange programma's
te gebruiken.
• Gebruik niet meer dan de juiste
hoeveelheid vaatwasmiddel. Zie de
instructies van de
vaatwasmiddelfabrikant.
NEDERLANDS
33
10.3 Wat moet u doen als u
wilt stoppen met het gebruik
van multitabletten
Doe het volgende voordat u begint met
het gebruiken van apart wasmiddel, zout
en glansmiddel.
1. Stel het hoogste niveau van de
waterontharder in.
2. Zorg ervoor dat het zout- en het
glansmiddeldoseerbakje gevuld zijn.
3. Start het kortste programma met een
spoelfase. Voeg geen afwasmiddel
toe en ruim de mandjes niet in.
4. Als het programma is voltooid,
wijzigt u de waterontharder in de
waterhardheid van uw omgeving.
5. Stel de hoeveelheid glansmiddel in.
6. De aanduiding leeg
glansmiddelreservoir activeren.
10.4 De korven inruimen
• Gebruik het apparaat alleen om
voorwerpen af te wassen die
vaatwasbestendig zijn.
• Doe geen voorwerpen in het
apparaat die gemaakt zijn van hout,
hoorn, aluminium, tin en koper.
• Plaats geen voorwerpen in het
apparaat die water kunnen
absorberen (sponzen,
keukenhanddoeken).
• Verwijder alle voedselresten van de
voorwerpen.
• Maak aangebrande voedselresten op
de voorwerpen zachter.
• Plaats holle voorwerpen (bijv. kopjes,
glazen en pannen) met de opening
naar beneden.
• Zorg ervoor dat serviesgoed en
bestek niet in elkaar schuiven. Meng
lepels met ander bestek.
• Zorg er voor dat glazen andere glazen
niet aanraken
• Leg kleine voorwerpen in de
bestekmand.
• Leg lichte voorwerpen in het
bovenrek. Zorg ervoor dat de
voorwerpen niet verschuiven.
• Zorg er voor dat de sproeiarm vrij kan
ronddraaien voordat u een
programma start.
10.5 Voor het starten van een
programma
Controleer of:
• De filters schoon zijn en correct zijn
geplaatst.
• De dop van het zoutreservoir goed
dicht zit.
• De sproeiarmen niet zijn verstopt.
• Er regenereerzout en glansmiddel is
toegevoegd (tenzij u gecombineerde
afwastabletten gebruikt).
• De positie van de items in de mandjes
correct is.
• Het programma van toepassing is op
het type lading en de mate van
bevuiling.
• De juiste hoeveelheid afwasmiddel is
gebruikt.
10.6 De rekken uitruimen
1. Laat de borden afkoelen voordat u
deze uit het apparaat neemt. Hete
borden zijn gevoelig voor
beschadigingen.
2. Ruim eerst het onderrek en dan het
bovenrek uit.
Aan het einde van het
programma kan er water aan
de zijkanten en de deur van
het apparaat achterblijven.
11. ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING!
Schakel het apparaat uit en
trek de stekker uit het
stopcontact voordat u
onderhoudshandelingen
verricht.
Vuile filters en verstopte
sproeiarmen verminderen
de wasresultaten. Controleer
regelmatig de filters en
reinig deze zo nodig.
www.aeg.com34
11.1 De filters reinigen
Het filtersystem bestaat uit 3 delen.
C
B
A
1. Draai de filter (B) linksom en
verwijder het.
2. Verwijder de filter (C) uit de filter (B).
3. Verwijder de platte filter (A).
4. Was de filters.
5.
Zorg ervoor dat er geen etensresten
of vuil in of rond de rand van de
opvangbak zitten.
6. Plaats de platte filter terug (A). Zorg
ervoor dat het goed onder de 2
geleidingen zit.
7. Plaats de filters (B) en (C) terug.
8. Plaats de filter (B) terug in de platte
filter (A). Rechtsom draaien tot het
vastzit.
NEDERLANDS
35
LET OP!
Een onjuiste plaatsing van
de filters kan leiden tot
slechte wasresultaten en het
apparaat beschadigen.
11.2 Buitenkant reinigen
• Maak het apparaat schoon met een
vochtige, zachte doek.
• Gebruik alleen neutrale
schoonmaakmiddelen.
• Gebruik geen schuurmiddelen,
schuursponsjes of oplosmiddelen.
11.3 De binnenkant van de
machine reinigen
• Reinig het apparaat zorgvuldig,
inclusief de rubberen afdichting van
de deur, met een zachte, vochtige
doek.
• Als u regelmatig korte programma's
gebruikt dan kunnen er vetresten en
kalkaanslag achterblijven in het
apparaat. Om dit te voorkomen raden
we aan minstens 2 keer per maand
progamma's met een lange duur te
gebruiken.
• Om de prestaties van uw apparaat op
en top te houden raden we u aan
iedere maand een specifiek
schoonmaakproduct voor
vaatwasmachines te gebruiken. Volg
de instructies op de verpakking van
de producten zorgvuldig op.
12. PROBLEEMOPLOSSING
Het apparaat start of stopt niet tijdens de
werking. Kijk voordat u contact opneemt
met de klantenservice of u het probleem
zelf kunt oplossen met behulp van de
informatie in de tabel.
WAARSCHUWING!
Niet juist uitgevoerde
reparaties kunnen de
veiligheid van de gebruiker
ernstig in gevaar brengen.
Alle reparaties moeten
worden uitgevoerd door
bevoegd personeel.
Bij sommige problemen wordt er op
de display een alarmcode
weergegeven.
Het merendeel van de problemen die
ontstaan kunnen worden opgelost
zonder contact op te nemen met een
erkend servicecentrum.
Probleem en alarmcode Mogelijke oorzaak en oplossing
U kunt het apparaat niet ac-
tiveren.
• Zorg dat de stekker in het stopcontact zit.
• Zorg dat er geen zekering in de zekeringenkast is door-
gebrand.
Het programma begint niet. • Zorg dat de deur van het apparaat is gesloten.
• Druk op Start.
• Als startuitstel is ingesteld, annuleert u deze functie of
wacht u tot het einde van het aftellen.
• Het apparaat is begonnen met de oplaadprocedure van
de hars in de waterontharder. De duur van de procedu-
re is ongeveer 5 minuten.
www.aeg.com36
Probleem en alarmcode Mogelijke oorzaak en oplossing
Het apparaat wordt niet ge-
vuld met water.
Op het display verschijnt
.
• Controleer of de waterkraan is geopend.
• Zorg dat de waterdruk niet te laag is. Neem hiervoor zo
nodig contact op met uw lokale waterleidingbedrijf.
• Controleer of de waterkraan niet verstopt is.
• Controleer of het filter in de toevoerslang niet verstopt
is.
• Controleer of er geen knikken of bochten in de water-
toevoerslang aanwezig zijn.
Het apparaat pompt geen
water weg.
Op het display verschijnt
.
• Controleer of de gootsteenafvoer niet verstopt is.
• Controleer of het filter in de afvoerslang niet verstopt is.
• Controleer of het binnenfiltersysteem niet verstopt is.
• Controleer of er geen knikken of bochten in de wateraf-
voerslang aanwezig zijn.
De anti-overstromingsbevei-
liging is aan.
Op het display verschijnt
.
• Draai de waterkraan dicht en neem contact op met de
service-afdeling.
Het apparaat stopt en start
meerdere keren tijdens de
werking.
• Dat is normaal. Het voorziet in optimale reinigingsresul-
taten en energiebesparing.
Het programma duurt te
lang.
• Als de optie uitgestelde start is ingesteld, annuleert u
deze functie of wacht u tot het aftellen is voltooid.
De resterende duur in het
display wordt verlengd en
schakelt bijna naar het eind
van de programmaduur.
• Dit is geen storing. Het apparaat werkt goed.
Kleine lekkage uit de deur
van het apparaat.
• Het apparaat staat niet waterpas. Draai aan de verstel-
bare pootjes (indien van toepassing).
• De deur van het apparaat is niet gecentreerd op de
kuip. Verstel de achterpoot (indien van toepassing).
De deur van het apparaat
sluit moeilijk.
• Het apparaat staat niet waterpas. Draai aan de verstel-
bare pootjes (indien van toepassing).
• Delen van het serviesgoed steken uit de korven.
Ratelende / kloppende ge-
luiden vanuit het apparaat.
• Het serviesgoed is niet juist in de korven gerangschikt.
Raadpleeg de folder voor het laden van de korven.
• Zorg ervoor dat de sproeiarmen vrij kunnen ronddraai-
en.
Het apparaat maakt kortslui-
ting.
• De stroomsterkte is onvoldoende om alle tegelijk wer-
kende apparaten van stroom te voorzien. Controleer de
stroomsterkte van het stopcontact en het vermogen op
de meter, of zet één van de in gebruik zijnde apparaten
uit.
• Interne elektrische storing van het apparaat. Neem con-
tact op met een servicecentrum.
NEDERLANDS 37
Raadpleeg "Voor het
eerste gebruik", "Dagelijks
gebruik", of "Aanwijzingen
en tips" voor andere
mogelijke oorzaken.
Schakel het apparaat na controle aan en
uit. Als het probleem opnieuw optreedt,
neemt u contact op met onze
klantenservice.
Voor alarmcodes die niet in de tabel
vermeld zijn, neemt u contact op met de
service-afdeling.
12.1 De was- en droogresultaten zijn niet naar tevredenheid
Probleem Mogelijke oorzaak en oplossing
Slechte wasresultaten. • Raadpleeg "Dagelijks gebruik", "Aanwijzingen en
tips" en de folder voor het laden van de korf.
• Gebruik intensievere wasprogramma´s.
• Maak de inspuiters van de sproeiarm en het filter
schoon. Zie "Onderhoud en reiniging".
Slechte droogresultaten. • Serviesgoed heeft te lang in het gesloten apparaat
gestaan.
• Het glansmiddel is op of de dosering van glansmiddel
is niet voldoende. Stel de dosering van het glansmid-
del in op een hogere stand.
• Plastic voorwerpen moeten mogelijk met een doek
worden afgedroogd.
• Activeer voor de beste droogprestatie de optie Xtra-
Dry.
• We raden aan altijd glansmiddel te gebruiken, zelfs in
combinatie met wastabletten.
Witte strepen of een blauwe
waas op glazen en servies-
goed.
• De vrijgegeven hoeveelheid glansmiddel is te hoog.
Zet de dosering van het glansmiddel op een lagere
stand.
• Er is te veel vaatwasmiddel gebruikt.
Vlekken en opgedroogde wa-
tervlekken op glazen en ser-
vies.
• De vrijgegeven hoeveelheid glansmiddel is te laag.
Zet de dosering van het glansmiddel op een hogere
stand.
• De kwaliteit van het glansmiddel kan de oorzaak zijn.
Het serviesgoed is nat. • Activeer voor de beste droogprestatie de optie Xtra-
Dry.
• Het programma heeft geen droogfase of heeft een
droogfase met lage temperatuur.
• Het glansmiddeldoseerbakje is leeg.
• De kwaliteit van het glansmiddel kan de oorzaak zijn.
• De kwaliteit van de multitabletten kan de oorzaak zijn.
Probeer een ander merk of activeer het glansmiddel-
doseerbakje en gebruik het glansmiddel samen met
de multitabletten.
• Houd de deur van de vaatwasser een tijdje op een kier
voordat u de vaat eruit haalt.
www.aeg.com38
Probleem Mogelijke oorzaak en oplossing
De binnenkant van het appa-
raat is nat.
• Dit is geen fout van het apparaat. Het wordt veroor-
zaakt door de vochtigheid in de lucht die tegen de
wanden condenseert.
Opvallend veel schuim tijdens
het wassen.
• Gebruik alleen wasmiddel voor afwasautomaten.
• Het glansmiddeldoseerbakje is lek. Neem contact op
met een servicecentrum.
Roestresten op bestek. • Er wordt voor het wassen teveel zout in het water ge-
bruikt. Zie 'De waterontharder instellen'.
• Zilver en roestvrijstalen bestek zijn samen geplaatst.
Zet zilveren en roestvrijstalen voorwerpen niet dicht bij
elkaar.
Er bevinden zich aan het einde
van het programma resten van
vaatwasmiddel in het vaatwas-
middeldoseerbakje.
• De vaatwastablet raakte klem in het vaatwasmiddeldo-
seerbakje en is daardoor niet volledig weggespoeld
door het water.
• Het water kan het vaatwasmiddel niet uit het vaatwas-
middeldoseerbakje spoelen. Zorg ervoor dat de bo-
venste sproeiarm niet geblokkeerd of verstopt is.
• Zorg dat voorwerpen in de rekken het openen van het
klepje van het afwasmiddeldoseerbakje niet kunnen
belemmeren.
Geuren in het apparaat. • Raadpleeg "Reiniging binnenkant".
Kalkresten op het servies-
goed, op de kuip en aan de
binnenkant van de deur.
• Zie 'De waterontharder instellen'.
Dof, ontkleurd of afgeschil-
verd serviesgoed.
• Zorg dat alleen vaatwasmachinebestendige voorwer-
pen in het apparaat worden gewassen.
• Laad de korf voorzichtig in en uit. Raadpleeg de folder
voor het laden van de korven.
• Leg tere voorwerpen in de bovenkorf.
Raadpleeg "Voor het
eerste gebruik", "Dagelijks
gebruik" of "Aanwijzingen
en tips" voor mogelijke
andere oorzaken.
13. TECHNISCHE INFORMATIE
Afmetingen Breedte / hoogte / diepte
(mm)
596 / 818 - 898 / 555
Elektrische aansluiting
1)
Voltage (V) 220 - 240
Frequentie (Hz) 50
NEDERLANDS 39
Watertoevoerdruk Min. / max. bar (MPa) 0.5 (0.05) / 8 (0.8)
Watertoevoer
Koud water of warm water
2)
max. 60 °C
Vermogen Couverts 13
Energieverbruik Modus aan laten (W) 5.0
Energieverbruik Uit-modus (W) 0.10
1)
Zie het typeplaatje voor andere waarden.
2)
Als het hete water door alternatieve, milieuvriendelijkere energiebronnen geproduceerd wordt (bijv.
zonnepanelen en windenergie), gebruik dan een heetwatervoorziening om het energieverbruik te ver-
minderen.
14. MILIEUBESCHERMING
Recycle de materialen met het symbool
. Gooi de verpakking in een geschikte
verzamelcontainer om het te recyclen.
Help om het milieu en de
volksgezondheid te beschermen en
recycle het afval van elektrische en
elektronische apparaten. Gooi apparaten
gemarkeerd met het symbool niet weg
met het huishoudelijk afval. Breng het
product naar het milieustation bij u in de
buurt of neem contact op met de
gemeente.
www.aeg.com40

Documenttranscriptie

NEDERLANDS 21 INHOUDSOPGAVE 1. VEILIGHEIDSINFORMATIE....................................................................................... 22 2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN...............................................................................23 3. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT......................................................................25 4. BEDIENINGSPANEEL............................................................................................... 25 5. PROGRAMMA’S........................................................................................................ 26 6. INSTELLINGEN.......................................................................................................... 27 7. OPTIES........................................................................................................................29 8. VOORDAT U HET APPARAAT VOOR DE EERSTE KEER GEBRUIKT....................30 9. DAGELIJKS GEBRUIK................................................................................................31 10. AANWIJZINGEN EN TIPS...................................................................................... 33 11. ONDERHOUD EN REINIGING...............................................................................34 12. PROBLEEMOPLOSSING.........................................................................................36 13. TECHNISCHE INFORMATIE.................................................................................. 39 VOOR PERFECTE RESULTATEN Bedankt dat u voor dit AEG-product heeft gekozen. Dit apparaat is ontworpen om vele jaren uitstekend te presteren, met innovatieve technologieën die het leven gemakkelijker helpen maken met functies die gewone apparaten wellicht niet hebben. Neem een paar minuten de tijd om het door te lezen zodat u er optimaal van kunt profiteren. Ga naar onze website voor: Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen en onderhoudsinformatie: www.aeg.com/webselfservice Registreer uw product voor een betere service: www.registeraeg.com Koop accessoires, verbruiksartikelen en originele reserveonderdelen voor uw apparaat: www.aeg.com/shop KLANTENSERVICE Gebruik altijd originele onderdelen. Als u contact opneemt met de klantenservice zorg dat u de volgende gegevens bij de hand hebt: model, productnummer, serienummer. Deze informatie wordt vermeld op het typeplaatje. Waarschuwing / Belangrijke veiligheidsinformatie Algemene informatie en tips Milieu-informatie Wijzigingen voorbehouden. 22 1. www.aeg.com VEILIGHEIDSINFORMATIE Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor installatie en gebruik van het apparaat. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor letsel of schade veroorzaakt door een verkeerde installatie of verkeerd gebruik. Bewaar de instructies altijd op een veilige en toegankelijke plaats voor toekomstig gebruik. 1.1 Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen • • • • • Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen vanaf 8 jaar en ouder en door personen met beperkingen, mits ze zijn voorgelicht over het veilige gebruik van het apparaat en de potentiële gevaren en/of ze onder toezicht staan. Laat kinderen niet met het apparaat spelen. Houd wasmiddelen uit de buurt van kinderen. Houd kinderen en huisdieren uit de buurt van het apparaat als de deur open is. Kinderen mogen zonder toezicht geen reinigings- en onderhoudswerkzaamheden aan het apparaat uitvoeren. 1.2 Algemene veiligheid • • • • • Dit apparaat is bedoeld voor huishoudelijk gebruik of gelijksoortige toepassingen zoals: – boerderijen, personeelskeukens in winkels, kantoren of andere werkomgevingen – door gasten in hotels, motels, bed&breakfasts en andere woonomgevingen. De specificatie van het apparaat mag niet worden veranderd. De waterdruk (minimaal en maximaal) moet liggen tussen 0.5 (0.05) / 8 (0.8) bar (Mpa) Houd rekening met het maximale aantal 13 plaatsen. Als de voedingskabel beschadigd is, moet de fabrikant, een erkende serviceverlener of een NEDERLANDS • • • • • • 23 gekwalificeerd persoon deze vervangen teneinde gevaarlijke situaties te voorkomen. Doe messen en bestek met scherpe punten in het bestekmandje met de punten omlaag in horizontale positie. Laat de deur van het apparaat niet open staan zonder toezicht om te voorkomen dat er iemand over struikelt. Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact voordat u onderhoudshandelingen verricht. Gebruik geen waterstralen onder druk en/of stoom om het apparaat te reinigen. De ventilatie-openingen in de onderkant (indien van toepassing) mogen niet worden afgedekt door tapijt. Het apparaat moet met de nieuwe slangset worden aangesloten op een kraan. Oude slangsets mogen niet opnieuw worden gebruikt. 2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN 2.1 Montage • Verwijder de verpakking en de transportbouten. • Installeer en gebruik geen beschadigd apparaat. • Installeer of gebruik het apparaat niet op een plek waar de temperatuur onder de 0 °C komt. • Volg de installatie-instructies op die zijn meegeleverd met het apparaat. • Zorg ervoor dat het apparaat onder en naast veilige installaties wordt geïnstalleerd. 2.2 Aansluiting op het elektriciteitsnet WAARSCHUWING! Gevaar voor brand en elektrische schokken. • Dit apparaat moet worden aangesloten op een geaard stopcontact. • Controleer of de elektrische informatie op het typeplaatje overeenkomt met de stroomvoorziening. Zo niet, neem dan contact op met een elektromonteur. • Gebruik altijd een correct geïnstalleerd, schokbestendig stopcontact. • Gebruik geen meerwegstekkers en verlengsnoeren. • Zorg dat u de hoofdstekker en kabel niet beschadigt. Indien de voedingskabel moet worden vervangen, dan moet dit gebeuren door onze Klantenservice. • Steek de stekker pas in het stopcontact als de installatie is voltooid. Zorg ervoor dat het netsnoer na installatie bereikbaar is. • Trek niet aan het netsnoer om het apparaat los te koppelen. Trek altijd aan de stekker. • Dit apparaat voldoet aan de EEGrichtlijnen. • Alleen voor VK en Ierland. Het apparaat heeft een stekker van 13 24 www.aeg.com ampère. Als de zekering van de stekker verwisseld moet worden, gebruik dan zekering: 13 amp ASTA (BS 1362). 2.3 Aansluiting aan de waterleiding • Beschadig de waterslangen niet. • Indien buizen lang niet zijn gebruikt, er reparaties hebben plaatsgevonden of er nieuwe apparaten zijn geplaatst (watermeters, enz.), moet u, voordat de nieuwe buizen worden aangesloten, het water laten stromen tot het schoon en helder is. • Zorg ervoor dat er geen zichtbare waterlekken zijn tijdens en na het eerste gebruik van het apparaat. • De watertoevoerslang heeft een veiligheidsventiel en een omhulsel met een hoofdkabel aan de binnenkant. • Vaatwasmiddel is gevaarlijk. Volg de veiligheidsinstructies op de verpakking van het vaatwasmiddel op. • Speel niet met het water van het apparaat en drink het niet op. • Verwijder de borden pas uit het apparaat als het programma is voltooid. Er kan vaatwasmiddel op de borden zitten. • Het apparaat kan hete stoom laten ontsnappen als u de deur opent terwijl er een programma wordt uitgevoerd. • Plaats geen ontvlambare producten of gerechten die vochtig zijn gemaakt met ontvlambare producten in, bij of op het apparaat. 2.5 Servicedienst • Contact opnemen met de klantenservice voor reparatie van het apparaat. Wij raden uitsluitend het gebruik van originele onderdelen aan. • Zorg er als u contact opneemt met de klantenservice voor dat u de volgende informatie heeft van het typeplaatje. Model: PNC: Serienummer: 2.6 Verwijdering WAARSCHUWING! Gevaarlijke spanning. • Als de watertoevoerslang beschadigd is, haal dan onmiddellijk de stekker uit het stopcontact. Neem contact op met de service-afdeling om de watertoevoerslang te vervangen. 2.4 Gebruik • Ga niet op de open deur zitten of staan. WAARSCHUWING! Gevaar voor letsel of verstikking. • Haal de stekker uit het stopcontact. • Snij het netsnoer van het apparaat af en gooi dit weg. • Verwijder de deurgreep om te voorkomen dat kinderen en huisdieren opgesloten raken in het apparaat. NEDERLANDS 3. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT 1 2 11 10 1 2 3 4 5 6 9 8 7 6 Bovenste sproeiarm Onderste sproeiarm Filters Typeplaatje Zoutreservoir Luchtopening 5 7 8 9 10 11 4 3 Glansmiddeldoseerbakje Afwasmiddeldoseerbakje Bestekkorf Onderkorf Bovenkorf 4. BEDIENINGSPANEEL 1 1 Aan/uit-toets 2 Weergave 3 Delay-toets 2 3 4 5 4 Programmakeuzetoetsen 5 Indicatielampjes 25 26 www.aeg.com 4.1 Indicatielampjes Aanduiding Beschrijving XtraDry-indicatielampje. Glansmiddelindicatielampje. Dit indicatielampje is altijd uit als het programma in werking is. Zoutindicatielampje. Dit indicatielampje is altijd uit als het programma in werking is. 5. PROGRAMMA’S Programma Programmafasen Opties 1) • Normaal bevuild • Voorspoelen • Serviesgoed en • Wassen 50 °C bestek • Spoelingen • Drogen • XtraDry 2) • Sterk bevuild • Voorspoelen • Serviesgoed, be- • Wassen 70 °C stek en pannen • Spoelingen • Drogen • XtraDry • Normaal bevuild • Voorspoelen • Serviesgoed en • Wassen 65 °C bestek • Spoelingen • Drogen • XtraDry • Pas bevuild • Serviesgoed en bestek • Wassen 60 °C of 65 °C • Spoelingen • XtraDry • Alle • Voorspoelen 3) 4) Mate van vervuiling Type belading 1) Dit programma biedt het meest efficiënte water- en energieverbruik voor normaal vervuild serviesgoed en bestek. (Dit is het standaard programma voor testinstituten). 2) Dit programma heeft een spoelfase bij hoge temperatuur voor betere resultaten voor de hygiëne. Tijdens de spoelfase blijft de temperatuur gedurende minimaal 10 minuten op 70 °C. 3) Met dit programma kunt u een pas vervuilde lading afwassen. Het biedt goede afwasresultaten in een kort tijdsbestek. 4) Met dit programma kunt u snel serviesgoed afspoelen om te voorkomen dat etensresten vastkoeken en het apparaat gaat stinken. U hoeft voor dit programma geen afwasmiddel te gebruiken. NEDERLANDS 27 5.1 Verbruiksgegevens Programma 1) Water (l) Energie(kWh) Programmaduur (min) 11 1.050 195 13 - 15 1.5 - 1.6 150 - 170 15 - 17 1.3 - 1.6 120 - 130 9 0.8 30 4 0.1 14 1) De druk en temperatuur van het water, de variaties in stroomtoevoer, de opties en de hoeveelheid vaat kan de verbruikswaarden veranderen. 5.2 Aanwijzingen voor testinstituten Stuur voor alle benodigde informatie over testprestaties een e-mail naar: [email protected] Schrijf het productnummer (PNC) op dat u op het typeplaatje vindt. 6. INSTELLINGEN 6.1 Programmakeuzemodus en gebruikersmodus programma-indicator aan is en op het display de programmaduur staat. Als het apparaat in de programmakeuzemodus staat, kan een programma worden ingesteld en de gebruikersmodus worden ingevoerd. Als u het apparaat activeert, staat het meestal in de programmakeuzemodus. Maar als dit niet gebeurt, kunt u de programmakeuzemodus op de volgende manier instellen: In de gebruikersmodus kunnen de volgende instellingen worden gewijzigd: • Het niveau van de waterverzachter afgestemd op de waterhardheid. • De activering of de deactivering van het geluidsignaal voor het programma-einde. • De activering of deactivering van de aanduiding leeg glansmiddelreservoir. Deze instellingen worden opgeslagen tot u ze weer wijzigt. De programmakeuzemodus instellen Het apparaat staat in de programmakeuzemodus als de en Houd tegelijkertijd ingedrukt tot het apparaat in de programmakeuzemodus staat. 6.2 De waterontharder De waterontharder verwijdert mineralen uit van de watertoevoer die een nadelige invloed hebben op de wasresultaten en het apparaat. Hoe hoger het gehalte van deze mineralen, des te harder is het water. De waterhardheid wordt gemeten in de volgende gelijkwaardige schalen. De waterontharder moet worden afgesteld op de hardheid van het water in uw woonplaats. Uw waterleidingbedrijf kan u informeren over de hardheid van het water in uw woonplaats. Het is 28 www.aeg.com belangrijk om het correcte niveau voor de waterontharder in te stellen voor goede wasresultaten. Waterhardheid Duitse graden (°dH) Franse graden (°fH) mmol/l Clarke-graden Wateronthardingsniveau 47 - 50 84 - 90 8.4 - 9.0 58 - 63 10 43 - 46 76 - 83 7.6 - 8.3 53 - 57 9 37 - 42 65 - 75 6.5 - 7.5 46 - 52 8 29 - 36 51 - 64 5.1 - 6.4 36 - 45 7 23 - 28 40 - 50 4.0 - 5.0 28 - 35 6 19 - 22 33 - 39 3.3 - 3.9 23 - 27 5 1) 15 - 18 26 - 32 2.6 - 3.2 18 - 22 4 11 - 14 19 - 25 1.9 - 2.5 13 - 17 3 4 - 10 7 - 18 0.7 - 1.8 5 - 12 2 <4 <7 <0.7 <5 1 2) 1) Fabrieksinstelling. 2) Gebruik geen zout op dit niveau. Indien u gebruik maakt van multitabletten die zout bevatten en de waterhardheid lager is dan 21°dH, kunt u het laagste wateronthardingsniveau instellen. Het deactiveert de aanduiding voor het bijvullen van zout. Indien u gebruik maakt van standaard vaatwasmiddel of multitabletten zonder zout, stel dan het waterhardheidniveau juist in om de aanduiding voor het bijvullen van zout actief te laten. Het apparaat moet in de programmakeuzemodus staan. 1. Om de gebruikersmodus in te voeren, drukt u tegelijkertijd totdat de lampjes , en gaan knipperen en het display leeg is. 2. Druk op . en gaan uit. • Het indicatielampje blijft knipperen. • Het display toont de huidige instelling: bijv. = niveau 5. 3. Druk herhaaldelijk op om de instelling te wijzigen. 4. Druk op de knop aan/uit om de instelling te bevestigen. 6.3 De aanduiding van leeg glansmiddelreservoir Het waterontharderniveau instellen en • De indicatielampjes Als het glansmiddelreservoir leeg is, gaat de glansmiddelindicator branden om aan te geven dat u glansmiddel moet bijvullen. Als u multitabletten gebruikt die glansmiddel bevatten en u tevreden bent met het droogresultaat, kunt u de aanduiding voor het bijvullen van glansmiddel uitschakelen. We raden u echter aan voor de beste droogresultaten altijd glansmiddel te gebruiken. NEDERLANDS Schakel de aanduiding in om de glansmiddelindicator actief te houden als u standaard wasmiddel of multitabletten zonder glansmiddel bevat. Het uitschakelen van de melding van een leeg glansmiddeldoseerbakje 1. Om de gebruikersmodus in te voeren, drukt u tegelijkertijd totdat de lampjes , en gaan knipperen en het display leeg is. 2. Druk op Na het beëindigen van het programma klinkt er tevens een geluidssignaal. Dit geluidssignaal is standaard uitgeschakeld, maar kan worden geactiveerd. Het apparaat moet in de programmakeuzemodus staan. 1. Om de gebruikersmodus in te voeren, drukt u tegelijkertijd en . • De indicatielampjes gaan uit. mogelijk deze geluidssignalen uit te schakelen. Het geluidssignaal voor het einde van het programma inschakelen Het apparaat moet in de programmakeuzemodus staan. en 29 en blijft • Het indicatielampje knipperen. • Het display toont de huidige instelling. – = aanduiding glansmiddelreservoir leeg geactiveerd. – = aanduiding glansmiddelreservoir leeg gedeactiveerd. om de instelling te 3. Druk op wijzigen. 4. Druk op de knop aan/uit om de instelling te bevestigen. totdat de lampjes , en gaan knipperen en het display leeg is. 2. Druk op . • De indicatielampjes gaan uit. en • Het indicatielampje blijft knipperen. • Het display toont de huidige instelling: – = Geluidssignaal uit. – = Geluidssignaal aan. om de instelling te 3. Druk op wijzigen. 4. Druk op de knop aan/uit om de instelling te bevestigen. 6.4 Geluidssignalen Er klinken geluidssignalen als het apparaat een storing heeft. Het is niet 7. OPTIES De gewenste opties moeten elke keer dat u een programma start worden geactiveerd. De opties kunnen niet worden in- of uitgeschakeld als een programma in werking is. Niet alle opties kunnen met elkaar worden gecombineerd. Als u opties hebt geselecteerd die niet met elkaar te combineren zijn, dan schakelt het apparaat automatisch één of meerdere opties uit. Alleen de indicatielampjes van de actieve opties blijven aan. 30 www.aeg.com 7.1 XtraDry Activeer deze optie als u het droogresultaat een boost wilt geven. Bij het gebruik van deze optie kunnen de duur van sommige programma´s, het waterverbruik en de temperatuur van de laatste spoeling worden beïnvloed. Als de optie niet van toepassing is op het programma, dan gaat het bijbehorende indicatielampje niet branden of het knippert even en gaat dan uit. Het display geeft de bijgewerkte programmaduur weer. De optie XtraDry is geen permanente optie en moet elke cyclus geselecteerd worden. Het activeren van XtraDry en Houd gelijktijdig ingedrukt tot het indicatielampje gaat branden. 8. VOORDAT U HET APPARAAT VOOR DE EERSTE KEER GEBRUIKT 1. Controleer of het ingestelde niveau van de waterontharder juist is voor de waterhardheid in uw omgeving. U kunt het niveau van de waterontharder instellen. 2. Vul het zoutreservoir. 3. Vul het glansmiddeldoseerbakje. 4. Draai de waterkraan open. 5. Start een programma om resten te verwijderen die misschien nog in het apparaat zijn achtergebleven. Gebruik geen afwasmiddel en belaad de manden niet. Als u een programma start, doet het apparaat er ongeveer 5 minuten over om de hars in de waterontharder te herladen. Het lijkt alsof het apparaat niet werkt. De wasfase start pas nadat deze procedure voltooid is. De procedure wordt periodiek herhaald. 8.1 Het zoutreservoir Het zoutreservoir vullen: 1. Draai de dop linksom om het zoutreservoir te openen. 2. Doe 1 liter water in het zoutreservoir (alleen de eerste keer). 3. Vul het zoutreservoir met regenereerzout. 4. Verwijder het zout rond de opening van het zoutreservoir. LET OP! Gebruik uitsluitend zout dat specifiek is bedoeld voor gebruik in vaatwassers. Het zout wordt gebruikt om de hars in de waterontharder te herladen en voor goede wasresultaten voor dagelijks gebruik. 5. Draai de dop van het zoutreservoir rechtsom om het zoutreservoir te sluiten. NEDERLANDS Water en zout kunnen uit het zoutreservoir stromen als u het bijvult. Gevaar voor roest. Start om dit te voorkomen een programma nadat u het zoutreservoir heeft bijgevuld. 8.2 Het vullen van het glansmiddeldoseerbakje A D B C B A M AX 4 1 3 2 + - C D 9. DAGELIJKS GEBRUIK 1. Draai de waterkraan open. 2. Druk op de aan-/uittoets om het apparaat te activeren. Zorg dat het apparaat in de programmakeuzemodus staat. • Vul het zoutreservoir als het zoutindicatielampje brandt. • Vul het glansmiddeldoseerbakje als het indicatielampje van het glansmiddel brandt. 3. Ruim de korven in. 4. Voeg vaatwasmiddel toe. 5. U dient het juiste programma in te stellen en te starten voor het type lading en de mate van vervuiling. 31 LET OP! Gebruik alleen glansspoelmiddel voor afwasautomaten. 1. Druk op de ontgrendelknop (D) om de deksel te openen (C). 2. Giet het glansmiddel in het doseervakje (A) tot de vloeistof het niveau 'max' heeft bereikt. 3. Verwijder gemorst glansmiddel met een absorberend doekje om te voorkomen dat er te veel schuim ontstaat. 4. Sluit het deksel. Zorg ervoor dat het ontgrendelknopje op zijn plaats dichtklikt. U kunt het schuifje voor de vrij te geven hoeveelheid (B) instellen tussen stand 1 (laagste hoeveelheid) en stand 4 of 6 (hoogste hoeveelheid). 32 www.aeg.com 9.1 Vaatwasmiddel gebruiken 1. Laat de deur op een kier staan. 2. Druk op de aan/uit-toets om het apparaat te activeren. Zorg dat het apparaat in de keuzemodus Programma staat. 3. Druk op de toets van het desbetreffende programma dat u wilt starten. Het display geeft de programmaduur weer. 4. Stel de bruikbare opties in. 5. Sluit de deur van de afwasmachine om het programma te starten. D A B 30 20 C A 30 B Een programma starten D Een programma starten met een uitgestelde start 1. Stel een programma in. 20 C 1. Druk op de ontgrendelknop (B) om de deksel te openen (C). 2. Doe de vaatwastablet of het poeder in het doseerbakje (A). 3. Als het programma over een voorspoelfase beschikt, plaats dan een kleine dosis afwasmiddel in doseerbakje (D). 4. Sluit het deksel. Zorg ervoor dat het ontgrendelknopje op zijn plaats dichtklikt. 9.2 Een programma instellen en starten De Auto Off-functie Deze functie verlaagt het energieverbruik door het apparaat automatisch uit te schakelen als het niet werkt. De functie gaat werken: • 5 minuten na voltooiing van het programma. • Als het programma na 5 minuten nog niet is gestart. 2. Blijf op drukken tot het display de uitgestelde tijd toont die u wilt instellen (van 1 tot 24 uur). Het controlelampje startuitstel gaat branden. 3. Sluit de deur van het apparaat om het aftellen te starten. Als het aftellen loopt, kan de uitsteltijd worden vergroot maar het programma en de opties kunnen niet worden gewijzigd. Als het aftelproces voltooid is, wordt het programma gestart. De deur openen als het apparaat in werking is Als u de deur opent terwijl een programma loopt, stopt het apparaat. Het kan het energieverbruik en de programmaduur beïnvloeden. Als u de deur weer sluit, gaat het apparaat verder vanaf het punt van onderbreking. Als de deur tijdens de droogfase langer dan 30 seconden wordt geopend, stopt het lopende programma. NEDERLANDS De uitgestelde start annuleren tijdens het aftellen Als u de uitgestelde start annuleert, moet u het programma en de opties opnieuw instellen. Houd tegelijkertijd en ingedrukt tot het apparaat in de programmakeuzemodus staat. Het programma annuleren Houd tegelijkertijd en ingedrukt tot het apparaat in de programmakeuzemodus staat. 33 Controleer of er vaatwasmiddel in het vaatwasmiddelbakje aanwezig is voordat u een nieuw programma start. Einde van het programma Als het programma voltooid is, toont het display 0:00 . 1. Druk op de aan/uit-toets of wacht totdat de Auto Off-functie het apparaat automatisch heeft uitgeschakeld. 2. Draai de waterkraan dicht. 10. AANWIJZINGEN EN TIPS 10.1 Algemeen De volgende tips zorgen voor optimale schoonmaak- en droogresultaten en helpen ook het milieu te beschermen. • Verwijder grotere etensresten van de borden en gooi ze in de vuilnisbak. • Spoel de vaat niet eerst af. Gebruik indien nodig een voorwasprogramma (indien beschikbaar) of selecteer een programma met een voorwasfase. • Gebruik altijd de hele ruimte van de mandjes. • Zorg er bij het inladen van het apparaat voor dat de vaat helemaal kan worden bereikt en gewassen door het water uit de sproeiarmen. Zorg ervoor dat de vaat elkaar niet raakt of overlapt. • U kunt apart vaatwasmiddel, glansmiddel en zout gebruiken of kiezen voor het gebruik van multitabletten (bijv. ''3in1'', ''4in1'', ''All in 1''). Volg de aanwijzing op de verpakking. • U dient het juiste programma in te stellen voor het type lading en de mate van vervuiling. Het programma ECO biedt het meest efficiënte wateren energieverbruik voor normaal vervuild serviesgoed en bestek. 10.2 Gebruik van zout, glansmiddel en vaatwasmiddel • Gebruik enkel zout, glansmiddel en vaatwasmiddel voor afwasautomaten. Overige producten kunnen het apparaat beschadigen. • Multitabletten zijn doorgaans geschikt voor een waterhardheid tot 21 °dH. Bij een hogere waterhardheid moet zout, glansmiddel en vaatwasmiddel worden gebruikt naast het gebruik van multitabletten. Maar in gebieden met hard en erg hard water raden we het gebruik aan van enkelvoudig vaatwasmiddel (poeder, gel, tabletten zonder extra functies), glansmiddel en zout apart voor optimale reinigings- en droogresultaten. • Vaatwasmiddeltabletten lossen bij korte programma's niet geheel op. Om te voorkomen dat vaatwasmiddelresten op het servies achterblijven, raden we u aan om tabletten enkel bij lange programma's te gebruiken. • Gebruik niet meer dan de juiste hoeveelheid vaatwasmiddel. Zie de instructies van de vaatwasmiddelfabrikant. 34 www.aeg.com 10.3 Wat moet u doen als u wilt stoppen met het gebruik van multitabletten Doe het volgende voordat u begint met het gebruiken van apart wasmiddel, zout en glansmiddel. 1. Stel het hoogste niveau van de waterontharder in. 2. Zorg ervoor dat het zout- en het glansmiddeldoseerbakje gevuld zijn. 3. Start het kortste programma met een spoelfase. Voeg geen afwasmiddel toe en ruim de mandjes niet in. 4. Als het programma is voltooid, wijzigt u de waterontharder in de waterhardheid van uw omgeving. 5. Stel de hoeveelheid glansmiddel in. 6. De aanduiding leeg glansmiddelreservoir activeren. 10.4 De korven inruimen • Gebruik het apparaat alleen om voorwerpen af te wassen die vaatwasbestendig zijn. • Doe geen voorwerpen in het apparaat die gemaakt zijn van hout, hoorn, aluminium, tin en koper. • Plaats geen voorwerpen in het apparaat die water kunnen absorberen (sponzen, keukenhanddoeken). • Verwijder alle voedselresten van de voorwerpen. • Maak aangebrande voedselresten op de voorwerpen zachter. • Plaats holle voorwerpen (bijv. kopjes, glazen en pannen) met de opening naar beneden. • Zorg ervoor dat serviesgoed en bestek niet in elkaar schuiven. Meng lepels met ander bestek. • Zorg er voor dat glazen andere glazen niet aanraken • Leg kleine voorwerpen in de bestekmand. • Leg lichte voorwerpen in het bovenrek. Zorg ervoor dat de voorwerpen niet verschuiven. • Zorg er voor dat de sproeiarm vrij kan ronddraaien voordat u een programma start. 10.5 Voor het starten van een programma Controleer of: • De filters schoon zijn en correct zijn geplaatst. • De dop van het zoutreservoir goed dicht zit. • De sproeiarmen niet zijn verstopt. • Er regenereerzout en glansmiddel is toegevoegd (tenzij u gecombineerde afwastabletten gebruikt). • De positie van de items in de mandjes correct is. • Het programma van toepassing is op het type lading en de mate van bevuiling. • De juiste hoeveelheid afwasmiddel is gebruikt. 10.6 De rekken uitruimen 1. Laat de borden afkoelen voordat u deze uit het apparaat neemt. Hete borden zijn gevoelig voor beschadigingen. 2. Ruim eerst het onderrek en dan het bovenrek uit. Aan het einde van het programma kan er water aan de zijkanten en de deur van het apparaat achterblijven. 11. ONDERHOUD EN REINIGING WAARSCHUWING! Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact voordat u onderhoudshandelingen verricht. Vuile filters en verstopte sproeiarmen verminderen de wasresultaten. Controleer regelmatig de filters en reinig deze zo nodig. NEDERLANDS 35 11.1 De filters reinigen Het filtersystem bestaat uit 3 delen. C B A 1. Draai de filter (B) linksom en verwijder het. 5. Zorg ervoor dat er geen etensresten of vuil in of rond de rand van de opvangbak zitten. 6. Plaats de platte filter terug (A). Zorg ervoor dat het goed onder de 2 geleidingen zit. 7. Plaats de filters (B) en (C) terug. 8. Plaats de filter (B) terug in de platte filter (A). Rechtsom draaien tot het vastzit. 2. Verwijder de filter (C) uit de filter (B). 3. Verwijder de platte filter (A). 4. Was de filters. 36 www.aeg.com LET OP! Een onjuiste plaatsing van de filters kan leiden tot slechte wasresultaten en het apparaat beschadigen. 11.2 Buitenkant reinigen • Maak het apparaat schoon met een vochtige, zachte doek. • Gebruik alleen neutrale schoonmaakmiddelen. • Gebruik geen schuurmiddelen, schuursponsjes of oplosmiddelen. 11.3 De binnenkant van de machine reinigen de deur, met een zachte, vochtige doek. • Als u regelmatig korte programma's gebruikt dan kunnen er vetresten en kalkaanslag achterblijven in het apparaat. Om dit te voorkomen raden we aan minstens 2 keer per maand progamma's met een lange duur te gebruiken. • Om de prestaties van uw apparaat op en top te houden raden we u aan iedere maand een specifiek schoonmaakproduct voor vaatwasmachines te gebruiken. Volg de instructies op de verpakking van de producten zorgvuldig op. • Reinig het apparaat zorgvuldig, inclusief de rubberen afdichting van 12. PROBLEEMOPLOSSING Het apparaat start of stopt niet tijdens de werking. Kijk voordat u contact opneemt met de klantenservice of u het probleem zelf kunt oplossen met behulp van de informatie in de tabel. WAARSCHUWING! Niet juist uitgevoerde reparaties kunnen de veiligheid van de gebruiker ernstig in gevaar brengen. Alle reparaties moeten worden uitgevoerd door bevoegd personeel. Bij sommige problemen wordt er op de display een alarmcode weergegeven. Het merendeel van de problemen die ontstaan kunnen worden opgelost zonder contact op te nemen met een erkend servicecentrum. Probleem en alarmcode Mogelijke oorzaak en oplossing U kunt het apparaat niet activeren. • Zorg dat de stekker in het stopcontact zit. • Zorg dat er geen zekering in de zekeringenkast is doorgebrand. Het programma begint niet. • Zorg dat de deur van het apparaat is gesloten. • Druk op Start. • Als startuitstel is ingesteld, annuleert u deze functie of wacht u tot het einde van het aftellen. • Het apparaat is begonnen met de oplaadprocedure van de hars in de waterontharder. De duur van de procedure is ongeveer 5 minuten. NEDERLANDS 37 Probleem en alarmcode Mogelijke oorzaak en oplossing Het apparaat wordt niet gevuld met water. Op het display verschijnt • Controleer of de waterkraan is geopend. • Zorg dat de waterdruk niet te laag is. Neem hiervoor zo nodig contact op met uw lokale waterleidingbedrijf. • Controleer of de waterkraan niet verstopt is. • Controleer of het filter in de toevoerslang niet verstopt is. • Controleer of er geen knikken of bochten in de watertoevoerslang aanwezig zijn. . Het apparaat pompt geen water weg. Op het display verschijnt . • • • • Controleer of de gootsteenafvoer niet verstopt is. Controleer of het filter in de afvoerslang niet verstopt is. Controleer of het binnenfiltersysteem niet verstopt is. Controleer of er geen knikken of bochten in de waterafvoerslang aanwezig zijn. De anti-overstromingsbevei- • Draai de waterkraan dicht en neem contact op met de liging is aan. service-afdeling. Op het display verschijnt . Het apparaat stopt en start meerdere keren tijdens de werking. • Dat is normaal. Het voorziet in optimale reinigingsresultaten en energiebesparing. Het programma duurt te lang. • Als de optie uitgestelde start is ingesteld, annuleert u deze functie of wacht u tot het aftellen is voltooid. De resterende duur in het display wordt verlengd en schakelt bijna naar het eind van de programmaduur. • Dit is geen storing. Het apparaat werkt goed. Kleine lekkage uit de deur van het apparaat. • Het apparaat staat niet waterpas. Draai aan de verstelbare pootjes (indien van toepassing). • De deur van het apparaat is niet gecentreerd op de kuip. Verstel de achterpoot (indien van toepassing). De deur van het apparaat sluit moeilijk. • Het apparaat staat niet waterpas. Draai aan de verstelbare pootjes (indien van toepassing). • Delen van het serviesgoed steken uit de korven. Ratelende / kloppende geluiden vanuit het apparaat. • Het serviesgoed is niet juist in de korven gerangschikt. Raadpleeg de folder voor het laden van de korven. • Zorg ervoor dat de sproeiarmen vrij kunnen ronddraaien. Het apparaat maakt kortslui- • De stroomsterkte is onvoldoende om alle tegelijk werting. kende apparaten van stroom te voorzien. Controleer de stroomsterkte van het stopcontact en het vermogen op de meter, of zet één van de in gebruik zijnde apparaten uit. • Interne elektrische storing van het apparaat. Neem contact op met een servicecentrum. 38 www.aeg.com Raadpleeg "Voor het eerste gebruik", "Dagelijks gebruik", of "Aanwijzingen en tips" voor andere mogelijke oorzaken. neemt u contact op met onze klantenservice. Voor alarmcodes die niet in de tabel vermeld zijn, neemt u contact op met de service-afdeling. Schakel het apparaat na controle aan en uit. Als het probleem opnieuw optreedt, 12.1 De was- en droogresultaten zijn niet naar tevredenheid Probleem Mogelijke oorzaak en oplossing Slechte wasresultaten. • Raadpleeg "Dagelijks gebruik", "Aanwijzingen en tips" en de folder voor het laden van de korf. • Gebruik intensievere wasprogramma´s. • Maak de inspuiters van de sproeiarm en het filter schoon. Zie "Onderhoud en reiniging". Slechte droogresultaten. • Serviesgoed heeft te lang in het gesloten apparaat gestaan. • Het glansmiddel is op of de dosering van glansmiddel is niet voldoende. Stel de dosering van het glansmiddel in op een hogere stand. • Plastic voorwerpen moeten mogelijk met een doek worden afgedroogd. • Activeer voor de beste droogprestatie de optie XtraDry. • We raden aan altijd glansmiddel te gebruiken, zelfs in combinatie met wastabletten. Witte strepen of een blauwe waas op glazen en serviesgoed. • De vrijgegeven hoeveelheid glansmiddel is te hoog. Zet de dosering van het glansmiddel op een lagere stand. • Er is te veel vaatwasmiddel gebruikt. Vlekken en opgedroogde watervlekken op glazen en servies. • De vrijgegeven hoeveelheid glansmiddel is te laag. Zet de dosering van het glansmiddel op een hogere stand. • De kwaliteit van het glansmiddel kan de oorzaak zijn. Het serviesgoed is nat. • Activeer voor de beste droogprestatie de optie XtraDry. • Het programma heeft geen droogfase of heeft een droogfase met lage temperatuur. • Het glansmiddeldoseerbakje is leeg. • De kwaliteit van het glansmiddel kan de oorzaak zijn. • De kwaliteit van de multitabletten kan de oorzaak zijn. Probeer een ander merk of activeer het glansmiddeldoseerbakje en gebruik het glansmiddel samen met de multitabletten. • Houd de deur van de vaatwasser een tijdje op een kier voordat u de vaat eruit haalt. NEDERLANDS 39 Probleem Mogelijke oorzaak en oplossing De binnenkant van het apparaat is nat. • Dit is geen fout van het apparaat. Het wordt veroorzaakt door de vochtigheid in de lucht die tegen de wanden condenseert. Opvallend veel schuim tijdens het wassen. • Gebruik alleen wasmiddel voor afwasautomaten. • Het glansmiddeldoseerbakje is lek. Neem contact op met een servicecentrum. Roestresten op bestek. • Er wordt voor het wassen teveel zout in het water gebruikt. Zie 'De waterontharder instellen'. • Zilver en roestvrijstalen bestek zijn samen geplaatst. Zet zilveren en roestvrijstalen voorwerpen niet dicht bij elkaar. Er bevinden zich aan het einde • De vaatwastablet raakte klem in het vaatwasmiddeldovan het programma resten van seerbakje en is daardoor niet volledig weggespoeld vaatwasmiddel in het vaatwasdoor het water. middeldoseerbakje. • Het water kan het vaatwasmiddel niet uit het vaatwasmiddeldoseerbakje spoelen. Zorg ervoor dat de bovenste sproeiarm niet geblokkeerd of verstopt is. • Zorg dat voorwerpen in de rekken het openen van het klepje van het afwasmiddeldoseerbakje niet kunnen belemmeren. Geuren in het apparaat. • Raadpleeg "Reiniging binnenkant". Kalkresten op het serviesgoed, op de kuip en aan de binnenkant van de deur. • Zie 'De waterontharder instellen'. Dof, ontkleurd of afgeschilverd serviesgoed. • Zorg dat alleen vaatwasmachinebestendige voorwerpen in het apparaat worden gewassen. • Laad de korf voorzichtig in en uit. Raadpleeg de folder voor het laden van de korven. • Leg tere voorwerpen in de bovenkorf. Raadpleeg "Voor het eerste gebruik", "Dagelijks gebruik" of "Aanwijzingen en tips" voor mogelijke andere oorzaken. 13. TECHNISCHE INFORMATIE Afmetingen Breedte / hoogte / diepte (mm) 596 / 818 - 898 / 555 Elektrische aansluiting 1) Voltage (V) 220 - 240 Frequentie (Hz) 50 40 www.aeg.com Watertoevoerdruk Min. / max. bar (MPa) 0.5 (0.05) / 8 (0.8) Watertoevoer Koud water of warm water2) max. 60 °C Vermogen Couverts 13 Energieverbruik Modus aan laten (W) 5.0 Energieverbruik Uit-modus (W) 0.10 1) Zie het typeplaatje voor andere waarden. 2) Als het hete water door alternatieve, milieuvriendelijkere energiebronnen geproduceerd wordt (bijv. zonnepanelen en windenergie), gebruik dan een heetwatervoorziening om het energieverbruik te verminderen. 14. MILIEUBESCHERMING Recycle de materialen met het symbool . Gooi de verpakking in een geschikte verzamelcontainer om het te recyclen. Help om het milieu en de volksgezondheid te beschermen en recycle het afval van elektrische en elektronische apparaten. Gooi apparaten gemarkeerd met het symbool niet weg met het huishoudelijk afval. Breng het product naar het milieustation bij u in de buurt of neem contact op met de gemeente.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60

AEG F55300VI0 Handleiding

Type
Handleiding

in andere talen