De multitabfunctie
inschakelen.
Schakel de multitab-functie in of
uit, voordat u een programma
start. U kunt de functie niet in-
schakelen of uitschakelen als er
een programma bezig is.
1. Druk op de aan-/uittoets om het ap-
paraat te activeren. Zorg dat het ap-
paraat in de instelmodus staat. Zie
‘HET PROGRAMMA INSTELLEN EN
STARTEN'.
2. Druk op de multitabtoets. Het multi-
tabindicatielampje gaat branden.
De functie blijft aan tot u de
functie uitschakelt. Druk op de
multitabtoets. Het multitabindi-
catielampje gaat uit.
Voer deze stappen uit als u stopt met
het gebruik van alles-in-1-tabeltten en
apart vaatwasmiddel,
glansspoelmiddel en vaatwaszout gaat
gebruiken:
1. Schakel de multitabfunctie uit
2. Stel de waterontharder in op het
hoogste niveau.
3. Zorg ervoor dat het zoutreservoir en
het glansmiddeldoseerbakje vol zijn.
4. Start het kortste programma met een
spoelfase, zonder vaatwasmiddel en
zonder servies.
5. Stel de waterontharder af op de wa-
terhardheid in uw omgeving.
6. Stel de hoeveelheid glansmiddel in.
5.3 Geluidssignalen
De geluidssignalen klinken onder de vol-
gende omstandigheden:
• Het programma is voltooid.
• Het niveau van de waterontharder is
elektronisch gewijzigd.
• Er een storing in het apparaat op-
treedt
Fabrieksinstelling: aan. U kunt de
geluidssignalen uitschakelen.
De geluidssignalen uitschakelen
1. Druk op de aan-/uittoets om het ap-
paraat te activeren. Zorg dat het ap-
paraat in de instelmodus staat. Zie
‘HET PROGRAMMA INSTELLEN EN
STARTEN'.
2. Druk tegelijkertijd op toets (4) en (5)
en houd de toetsen ingedrukt totdat
de indicatielampjes van toets (3), (4)
en (5) knipperen.
3. Druk op toets (5),
• De indicatielampjes van toets (3)
en (4) gaan uit.
• Het indicatielampje van toets (5)
blijft knipperen.
• Wordt de instelling van de geluids-
signalen op de display weergege-
ven.
Aan
Uit
4. Druk op toets (5) om de instelling te
wijzigen.
5. Schakel het apparaat uit om te be-
vestigen.
6. VOOR HET EERSTE GEBRUIK
1. Controleer of het ingestelde niveau
van de waterontharder juist is voor
de waterhardheid in uw omgeving.
Als dat niet het geval is, dan stelt u
de waterontharder in. Neem contact
op met uw plaatselijke waterinstantie
voor informatie over de hardheid van
het water in uw omgeving.
2. Vul het zoutreservoir.
3. Vul het glansmiddeldoseerbakje.
4. Draai de waterkraan open.
5. Er kunnen wasmiddelen in het appa-
raat achtergebleven zijn. Start een
programma om dit te verwijderen.
8
www.aeg.com