Whirlpool AMD 025/1 Gebruikershandleiding

Type
Gebruikershandleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

VOOR U HET APPARAAT GEBRUIKT
Om uw nieuwe apparaat zo goed mogelijk te gebruiken, vragen wij dat u de instructies voor de gebruiker
grondig doorneemt en ze bij de hand houdt om ze later te kunnen raadplegen.
VOORZORGSMAATREGELEN
De installatie en het onderhoud/de reparatie
moeten worden uitgevoerd door een
gekwalificeerd technicus, in overeenstemming
met de instructies van de fabrikant en de lokale
veiligheidsnormen. Repareer of vervang geen
enkel onderdeel van het apparaat tenzij dit
specifiek is opgenomen in de instructies voor de
gebruiker.
Trek niet aan het netsnoer om het uit het
stopcontact te trekken. Draai of duw niet aan
het netsnoer en zorg ervoor dat het niet kapot
is.
Raak de stekker, stroomonderbreker of
noodknop niet aan met natte handen.
Stop geen vingers of vreemde voorwerpen in de
luchtinlaat/-uitlaat van de binnen- & buitenunit.
Blokkeer de luchtinlaat of -uitlaat van de binnen-
en buitenunit nooit.
Personen met een fysieke of mentale beperking,
kinderen en personen zonder ervaring met het
product mogen het apparaat slechts gebruiken
nadat ze specifieke training hebben gekregen
over hoe het product moet worden bediend
door een persoon die verantwoordelijk is voor
hun veiligheid en welzijn. Het apparaat is niet
bedoeld om te worden gebruikt door personen
met een beperking en erg jonge kinderen
zonder supervisie.
Kinderen moeten onder supervisie staan om
ervoor te zorgen dat ze niet spelen met het
apparaat (inclusief de afstandsbediening).
79
VOORZORGSMAATREGELEN
AIRCONDITIONER
Gelieve de onderstaande instructies strikt na
te leven:
Langdurige en directe blootstelling aan koele
lucht kan schadelijk zijn voor de gezondheid.
Het wordt aanbevolen dat de ventilatieroosters
zo worden ingesteld dat directe koele lucht
wordt vermeden en dat deze koele lucht in de
kamer wordt verspreid.
Als er een defect optreedt, schakelt u het
apparaat eerst uit door op de AAN/UIT-toets op
de afstandsbediening te drukken en trekt u
daarna de stekker uit het stopcontact.
Schakel het apparaat niet te vaak aan en uit. Zo
voorkomt u schade aan het apparaat.
Plaats geen objecten op de buitenunit.
Trek de stekker van de airconditioner uit het
stopcontact als deze lange tijd niet zal worden
gebruikt of tijdens een onweer.
Dit product bevat Broeikasgassen met Fluor
opgenomen in het Kyoto-protocol, waarbij het
koelgas in een hermetisch afgesloten systeem
zit. Koelgas: R410a heeft een GWP (Global
Warming Potential) 1975.
Dit apparaat werd gemaakt van materiaal dat
kan worden gerecycled of hergebruikt. Het
apparaat moet worden weggeruimd in
overeenstemming met de lokale regelgeving
betreffende afvalverwijdering. Voor het apparaat
wordt weggeruimd, moet u ervoor zorgen dat u
het netsnoer afknipt zodat het apparaat niet
opnieuw kan worden gebruikt.
Voor meer gedetailleerde informatie over de
verwerking en recycling van dit product, kunt u
contact opnemen met uw lokale overheid inzake
de gescheiden ophaling van afval of de winkel
waar u het apparaat hebt gekocht.
WEGRUIMEN VAN VERPAKKING
De verpakking kan 100% worden gerecycled,
zoals wordt aangeduid met het symbool voor
recycling . De verschillende onderdelen van
de verpakking mogen niet in het milieu worden
verspreid, maar moeten worden weggeruimd in
overeenstemming met de lokale regelgeving.
WEGRUIMEN VAN APPARAAT
Dit apparaat is gemarkeerd in overeenstemming
met de Europese Richtlijn 2002/96/EG voor
elektrisch en elektronisch afval (WEEE).
Door ervoor te zorgen dat dit product op de
juiste manier wordt weggeruimd, helpt u de
potentieel negatieve effecten op het milieu en
de volksgezondheid te vermijden.
Het symbool op het product of op de
documenten bij het product wijst erop dat het
apparaat niet mag worden behandeld als
huishoudelijk afval, maar moet worden
ingezameld op de geschikte lokale
verzamelplaats waar elektrische en
elektronische apparaten worden opgeslagen en
gerecycled.
MILIEUBEHOUD
80
De afbeeldingen in de gebruikershandleiding zijn gebaseerd op externe weergaven van standaardmodellen,
de vorm en het ontwerp variëren naargelang het model.
81
PRODUCTBESCHRIJVING
Binnenunit
1. Luchtinlaat
2. Voorpaneel
3. Weergavepaneel
4. Luchtuitlaat
5. Elektrische doos
6. Toets voor noodbediening
7. Ventilatierooster verticale aanpassing
8. Ventilatierooster horizontale aanpassing
9. Luchtfilter
10. Afstandsbediening
Buitenunit
11. Luchtinlaat
12. Leidingwerk en stroomkabel
13. Afvoerslang
Opmerking: Condenswater wordt afgevoerd
in de werkingsmodi KOELEN of DROGEN.
14. Luchtuitlaat
82
BESCHRIJVING INDICATOREN DISPLAY
BEDIENINGSPANEEL
Indicator temperatuur (1)
Geeft de ingestelde temperatuur weer.
Indicator In werking (2)
Gaat branden tijdens de werking.
Knippert tijdens het ontdooien van de buitenunit.
Indicator timer (3)
Gaat branden gedurende de ingestelde tijd.
Gaat uit als de werking van de timer eindigt.
83
FUNCTIES EN INDICATOREN
AFSTANDSBEDIENING
1. AAN/UIT-TOETS
Druk op deze toets om het apparaat te starten en/of
te stoppen.
2. MODE-TOETS
Gebruikt om de werkingsmodus te selecteren.
3. FAN-TOETS
Gebruikt om de ventilatorsnelheid te kiezen,
achtereenvolgens automatisch, hoog, gemiddeld of
laag.
4-5. TEMPERATUURTOETS
Gebruikt om de kamertemperatuur te selecteren.
Gebruikt om de ingestelde tijd in de timer-modus en
om de tijd van de klok in te stellen.
6. 6th SENSE-TOETS
Hiermee wordt de werking van 6th Sense-modus
ingesteld of geannuleerd.
7. SWING-TOETS
Hiermee wordt het kantelen van de ventilatorroosters
voor verticale aanpassing gestart of gestopt, en wordt
de gewenste richting van de luchtstroom
omhoog/omlaag ingesteld.
8. SLEEP-TOETS
Hiermee wordt de werking van Sleep-modus ingesteld
of geannuleerd.
9. AROUND U-TOETS
Wanneer u op deze toets drukt, zendt de
afstandsbediening elke 10 minuten een signaal van de
huidige kamertemperatuur naar de binnenunit. Bewaar
de afstandsbediening daarom op een plaats waarop
deze het signaal goed naar de binnenunit kan
verzenden. Druk eenmaal om deze functie in te stellen
en druk nogmaals om te annuleren.
10. TIMER ON/CLOCK-TOETS
Gebruikt om de huidige tijd in te stellen. Gebruikt om
de werking van de timer voor inschakeling van de
airconditioner in te stellen of te annuleren.
11 TIMER OFF-TOETS
Gebruikt om de werking van de timer voor
uitschakeling van de airconditioner in te stellen of te
annuleren.
12. JET-TOETS
Gebruikt om snel koelen te starten of te stoppen.
13. DIM-TOETS
Gebruikt om de verlichting van het display van de
binnenunit in of uit te schakelen.
14. POWER SAVE-TOETS
Gebruikt om de energiebesparende werking te starten
of te stoppen.
15. SUPER SILENT-TOETS
Gebruikt om de stille werking te starten of te stoppen.
Deze functie is alleen beschikbaar op bepaalde
modellen. Modellen zonder deze functie hebben deze
toets niet op de afstandsbediening.
rq
e
t
d
f
i
o
g
s
u
w
y
a
h
INDICATORSYMBOLEN OP DISPLAY
AFSTANDSBEDIENING
Koelindicator
Droogindicator
Indicator Alleen ventilator
Verwarmingsindicator
Automatische ventilatorsnelheid
Hoge ventilatorsnelheid
Gemiddelde ventilatorsnelheid
Lage ventilatorsnelheid
Indicator Super Silent
Indicator 6th Sense
Indicator Sleep 1 (aantal indicatoren hangt af van het model)
Indicator Sleep 2 (aantal indicatoren hangt af van het model)
Indicator Sleep 3 (aantal indicatoren hangt af van het model)
Indicator Sleep 4 (aantal indicatoren hangt af van het model)
Indicator Around U
Indicator Jet
Signaaloverdracht
Weergave ingestelde timer
Weergave huidig tijdstip
Weergave ingestelde temperatuur
Indicator Power Save
O
ON
OFF
OPSLAG EN TIPS VOOR HET GEBRUIK VAN
DE AFSTANDSBEDIENING
Plaatsen van de batterijen
1. Steek uw nagel tussen het batterijdeksel en druk
het voorzichtig omlaag in de richting van de pijl
om het te verwijderen, zoals weergegeven.
2. Plaats 2 AAA-batterijen (1,5 V) in het batterijvak.
Zorg ervoor dat de "+" en "-" polen correct
geplaatst zijn.
3. Sluit het batterijdeksel van de afstandsbediening.
Verwijderen van de batterijen
Verwijder het batterijdeksel in de richting van de
pijl. Druk met uw vingers zachtjes op de plus pool
van de batterij, en trek vervolgens de batterijen uit
het vak. Deze handelingen dienen te worden
uitgevoerd door volwassenen. Het is kinderen
verboden om de batterijen uit de
afstandsbediening te verwijderen, om het gevaar
van het inslikken van de batterijen te voorkomen
Het afdanken van de batterijen
Dank de batterijen af als gescheiden gemeentelijk
afval en geef ze af bij een toegankelijk
verzamelpunt.
Precautions
Wanneer u de batterijen vervangt, mag u geen
nieuwe batterijen samen met oude batterijen of
verschillende types batterijen plaatsen. Dit kan
leiden tot een defect aan de afstandsbediening.
Als u van plan bent de afstandsbediening enige
tijd niet te gebruiken, moet u de batterijen eruit
halen, om lekken van batterijzuur in de
afstandsbediening te voorkomen.
Gebruik de afstandsbediening binnen het
effectieve bereik. Houd de afstandsbediening
minstens 1 meter van een tv-toestel of HiFi-
apparatuur verwijderd.
Als de afstandsbediening niet normaal werkt,
haalt u de batterijen eruit en plaatst u ze na 30
seconden terug. Plaats nieuwe batterijen als de
afstandsbediening nog steeds niet werkt.
Om het apparaat via de afstandsbediening te
bedienen, richt u de afstandsbediening naar de
ontvanger op de binnenunit. Zo garandeert u
een optimale ontvangst.
Als een boodschap van de afstandsbediening
wordt verzonden, gaat het symbool will
flash for 1 second. On receipt of the message,
the appliance will emit a beep.
De airconditioner kan met de afstandsbediening
tot een afstand van 7 m worden bediend.
Telkens wanneer de batterijen in de
afstandsbediening worden vervangen, wordt de
afstandsbediening automatisch ingesteld op de
modus Verwarmen.
Signaalontvanger
84
85
BESCHRIJVING VAN DE WERKINGSMODI
Werkingsmodi:
1. Selecteren van de modus
Telkens wanneer u op de MODE-toets drukt,
verandert de werkingsmodus achtereenvolgens in:
KOELEN DROGEN ALLEEN VENTILATIE VERWARMEN
De verwarmingmodus is niet beschikbaar bij
airconditioners met alleen een koelfunctie.
2. VENTILATIE-modus
Telkens wanneer u op de toets "FAN" drukt,
verandert de ventilatorsnelheid achtereenvolgens in:
Auto Hoog Gemiddeld Laag
In de modus "ALLEEN VENTILATIE" zijn alleen
"Hoog","Gemiddeld" en "Laag" beschikbaar.
In de modus "DROGEN" wordt de
ventilatorsnelheid automatisch ingesteld op "Auto";
de toets "FAN" werkt dan niet.
3. Instellen van de temperatuur
Druk eenmaal op deze toets om de
temperatuurinstelling met 1 °C te verhogen
Druk eenmaal op deze toets om de
temperatuurinstelling met 1 °C te verlagen
*Opmerking: De verwarmingmodus is NIET
beschikbaar bij modellen met alleen een
koelfunctie.
4. Inschakelen
Druk op de toets . Wanneer het apparaat
het signaal ontvangt, gaat de indicator IN
WERKING op de binnenunit branden.
Wanneer u een andere modus kiest, moet u enkele
seconden wachten en de handeling herhalen als de
unit niet onmiddellijk reageert.
Wanneer u de functie verwarmen selecteert, zal de
luchtstroom na 2 tot 5 minuten starten.
Bereik van beschikbare temperatuurinstellingen
*VERWARMEN,
KOELEN
18°C~32°C
DROGEN +/-7°C
ALLEEN VENTILATIE
kan niet ingesteld
worden
4
1 2
3
86
REGELING RICHTING LUCHTSTROOM
5. Regeling van de luchtstroomrichting
De verticale luchtstroom wordt automatisch
afgesteld op een bepaalde hoek, in
overeenstemming met de bedieningsmode nadat
de unit is ingeschakeld.
U kunt de richting van de luchtstroom ook naar
uw eigen persoonlijke behoefte afstellen door op
de "SWING"-toets op de afstandsbediening te
drukken.
* De verwarmingsmode is alleen beschikbaar voor
modellen met een verwarmingspomp.
Bediening van de verticale luchtstroom (met
de afstandbediening)
Gebruik de afstandsbediening om de hoek voor de
luchtstroom in te stellen.
Kantelen van de luchtstroom
Door eenmaal op de "SWING"-toets te drukken
wordt de verticale jaloezie automatisch omhoog of
omlaag gekanteld.
Gewenste richting van de luchtstroom
Druk nogmaals op de "SWING"-toets tot de
jaloezieën in de gewenste hoek gekanteld zijn.
Bediening van de horizontale luchtstroom
(handmatig)
Draai de bedieningsroedes van de horizontale
jaloezieën om de horizontale luchtstroom te
veranderen, zoals aangegeven wordt.
Opmerking: De vorm van de unit kan er anders
uitzien dan de airconditioner die u gekocht heeft.
A - Draai de verticale jaloezieën niet handmatig;
anders kan er storing optreden. Als dit
gebeurt, zet dan eerst de unit uit en koppel
het apparaat los van de elektriciteit; sluit het
vervolgens opnieuw aan.
B - Het is beter om de verticale jaloezie niet te
lang schuin naar beneden te laten staan in de
modi KOELEN of DROGEN om te
voorkomen dat er condenswater naar beneden
druppelt.
Bedieningsmode
Richting van de
luchtstroom
KOELEN, DROGEN Horizontaal
* VERWARMEN,
ALLEEN VENTILATIE
Naar beneden
bedieningsroedes van de
horizontale jaloezieën
87
BESCHRIJVINGEN MODI EN FUNCTIES
6th SENSE-MODUS
Druk op de toets; de unit gaat dan
onmiddellijk over in de 6th sense-modus,
ongeacht of hij aan of uit staat. In deze modus
worden de temperatuur en de ventilatorsnelheid
automatisch ingesteld op basis van de
kamertemperatuur.
De werkingsmodus en temperatuur worden
bepaald door de binnentemperatuur.
Modellen met warmtepomp
toets werkt niet in de modi Jet en Sleep.
Opmerking: Temperatuur, luchtstroom en richting
worden automatisch geregeld in de 6th Sense-
modus. Als u de temperatuur desondanks nog niet
aangenaam vindt, kunt u een verhoging of verlaging
van maximaal 7°C instellen met de
afstandsbediening.
Wat u kunt doen in de 6th Sense-modus
Binnen-
temperatuur
Werkings-
modus
Doel-
temperatuur
21°C of lager VERWARMEN 22°C
21°C-23°C
ALLEEN
VENTILATIE
23°C-26°C DROGEN
De
kamertemperat
uur wordt
1,5 °C lager na
3 minuten
werking
Boven de 26°C KOELEN 26°C
Uw gevoel To e t s Werkwijze aanpassing
Onaangenaam door te veel of te
weinig luchtstroom.
Ventilatorsnelheid binnenunit wisselt tussen Hoog,
Gemiddeld en Laag telkens wanneer deze toets
wordt ingedrukt.
Onaangenaam door ongeschikte
richting luchtstroom.
Druk eenmaal op de toets; het ventilatorrooster
voor verticale aanpassing kantelt, zodat de richting
van de verticale luchtstroom verandert. Druk
nogmaals op de toets om het kantelen te stoppen.
Zie voor de richting van de horizontale luchtstroom
het hoofdstuk "Regeling van de
luchtstroomrichting".
88
KLOK-functie
U kunt de tijd van de dag instellen door op de
toets TIMER ON/CLOCK te drukken. Gebruik
vervolgens de toetsen en om de juiste tijd
in te stellen. Druk opnieuw op de toets TIMER
ON/CLOCK; de tijd is nu ingesteld.
SLEEP-modus
SLEEP modus kan ingesteld worden op
bedrijfsmodus KOELEN, VERWARMEN of
DROGEN.
Deze functie biedt u een aangename omgeving om
in te slapen.
Het apparaat stopt na 8 uur automatisch met
werken.
De ventilatorsnelheid wordt automatisch op lage
snelheid ingesteld.
Alleen voor 9K/12K modellen.
Elke keer als de toets SLEEP wordt ingedrukt,
wordt de bedrijfsmodus achtereenvolgens
gewijzigd:
SLEEP 1SLEEP 2SLEEP 3SLEEP 4NORMAAL
SLEEP voor Volwassenen (modus 1)
De ingestelde temperatuur stijgt met max. 2°C als
het apparaat gedurende 2 uur continu in
koelmodus werkt, daarna blijft de temperatuur
constant.
De ingestelde temperatuur daalt met max. 2°C als
het apparaat gedurende 2 uur in de
verwarmingsmodus werkt, daarna blijft de
temperatuur constant.
SLEEP voor Senioren (modus 2):
De ingestelde temperatuur stijgt met max. 2°C als
het apparaat gedurende 2 uur continu in
koelmodus werkt, daalt met 1°C na 6 uur, daalt
daarna met 1°C na 7 uur.
De ingestelde temperatuur daalt met 2°C als het
apparaat gedurende 2 uur continu in
verwarmingsmodus werkt, stijgt met 1°C na 6 uur,
stijgt daarna met 1°C na 7 uur.
SLEEP voor Jongeren/Tieners (modus 3):
De ingestelde temperatuur stijgt met 1°C als het
apparaat gedurende 1 uur in koelmodus werkt,
stijgt met 2°C na 2 uur, daalt daarna met 2°C na 6
uur, daalt daarna met 1°C na 7 uur.
De ingestelde temperatuur daalt met 2°C als het
apparaat gedurende 1 uur in verwarmingsmodus
werkt, daalt met 2°C na 2 uur, stijgt daarna met
2°C na 6 uur, stijgt daarna met 2°C na 7 uur.
89
SLEEP voor Kinderen (modus 4):
De ingestelde temperatuur blijft constant.
Voor 18K/22K modellen: Er is 1 sleepmodus.
De ingestelde temperatuur stijgt met max. 1°C als
het apparaat gedurende 1 uur in de koelmodus
werkt.
De ingestelde temperatuur daalt met max. 3°C als
het apparaat gedurende 3 uur in de
verwarmingsmodus werkt.
Opmerking: Verwarming is NIET beschikbaar bij
airconditioners met alleen een koelfunctie.
JET-modus
De JET-modus wordt gebruikt om snel koelen of
snel verwarmen te starten of te stoppen.
Snel koelen werkt met een hoge
ventilatorsnelheid, waarbij de ingestelde
temperatuur automatisch wordt veranderd in
18°C. Snel verwarmen werkt met automatische
ventilatorsnelheid, waarbij de ingestelde
temperatuur automatisch wordt veranderd in
32 °C.
In de JET-modus kunt u de richting van de
luchtstroom of de timer instellen. Als u de JET-
modus wilt afsluiten, druk dan op een van de
toetsen - JET , MODUS, VENTILATOR,
AAN/UIT of TEMPERATUURINSTELLING; het
display keert dan terug naar de oorspronkelijke
modus.
Opmerking:
De toetsen SLEEP en 6th Sense zijn niet
beschikbaar in de JET-modus.
Het apparaat blijft in de JET-modus werken als u
niet op een van de bovengenoemde toetsen
drukt.
90
Timerfunctie
U kunt de timer op een handige manier
inschakelen. Druk gewoon op de toets TIMER
ON/CLOCK om een aangename
kamertemperatuur te hebben wanneer u thuis
komt. U kunt de timer uitzetten door op de toets
TIMER OFF te drukken, zodat u 's nachts goed
kunt slapen.
TIMER ON instellen
De toets TIMER ON/CLOCK kan worden gebruikt
om de timer naar wens te programmeren om het
apparaat op het gewenste tijdstip in te schakelen.
I) Houd de toets TIMER ON/CLOCK 3 seconden
ingedrukt. Wanneer "ON 12:00" knippert op het
scherm, kunt u op de toetsen of drukken
om de gewenste tijd te kiezen om het apparaat in
te schakelen.
Druk eenmaal op de toets of om de
tijdinstelling met 1 minuut te verhogen of te
verlagen.
Houd de toets of 5 seconden ingedrukt
om de tijdinstelling met 10 minuten te verhogen of
te verlagen.
Houd de toets of nog langer ingedrukt
om de tijdinstelling met 1 uur te verhogen of te
verlagen.
Opmerking: Als u de tijd niet instelt binnen 10
seconden nadat u op de toets TIMER ON/CLOCK
heeft gedrukt, dan wordt de TIMER ON-modus op
de afstandsbediening automatisch afgesloten.
II) Als de door u gewenste tijd wordt weergegeven
op het scherm, drukt u op de toets TIMER
ON/CLOCK om deze te bevestigen.
Er klinkt een "piep".
"ON" stopt met knipperen.
De TIMER-indicator op de binnenunit gaat
branden.
III) Nadat de ingestelde tijd 5 seconden is
weergegeven, wordt de klok weergegeven op het
scherm van de afstandsbediening in plaats van de
ingestelde timer.
TIMER ON annuleren
Druk nogmaals op de toets TIMER ON/CLOCK. Er
klinkt een "piep" en de indicator gaat uit. De TIMER
ON-modus is nu geannuleerd.
Opmerking: Op dezelfde manier kunt u TIMER
OFF instellen, het tijdstip waarop u wilt dat het
apparaat automatisch uitgeschakeld wordt.
OON
Increase
Decrease
Around U-functie
Als u op deze toets drukt, wordt
weergegeven. De afstandsbediening stuurt dan de
effectieve kamertemperatuur om de
afstandsbediening heen naar de binnenunit en het
apparaat zal werken op basis van deze temperatuur
om u een aangenamer gevoel te geven.
Bewaar de afstandsbediening op een plaats waarop
deze het signaal goed naar het apparaat kan
verzenden.
Druk eenmaal om deze functie in te stellen en druk
nogmaals om te annuleren.
DIM-functie
Druk op deze knop om de verlichting van het
display op het bedieningspaneel van de binnenunit
in of uit te schakelen.
POWER SAVE-functie
De POWER SAVE-modus (Energiebesparing) is
beschikbaar in de werkingsmodi KOELEN,
VERWARMEN, DROGEN en ALLEEN
VENTILATIE.
Als u op deze toets drukt, wordt weergegeven
op de afstandsbediening.
Met de POWER SAVE-functie in de modi KOELEN,
VERWARMEN en DROGEN wordt de
temperatuur ingesteld op 25°C met lage
ventilatorsnelheid.
Met de POWER SAVE-functie in de modus
ALLEEN VENTILATIE wordt het apparaat ingesteld
op een lage ventilatorsnelheid.
Kies een andere modus of druk op de toets Power
Save om deze functie uit te schakelen.
Opmerking: In deze modus kan de
ventilatorsnelheid en de temperatuur niet worden
aangepast.
SUPER SILENT-functie
Druk op de toets om de unit zo geruisloos
mogelijk te laten werken, zodat u een stille en
comfortabele woonomgeving krijgt. wordt
weergegeven op de afstandsbediening.
Opmerking: De Super silent-functie wordt
uitgeschakeld als u op de MODE-toets drukt of als
u nogmaals op de toets SUPER SILENT drukt.
Op sommige modellen is deze functie niet
beschikbaar.
91
92
NOODWERKING
In een noodsituatie of wanneer de
afstandsbediening niet beschikbaar is, kunt u de
unit bedienen via de Aan/uit-schakelaar op de
binnenunit.
Het apparaat inschakelen: druk op deze knop
wanneer de unit is uitgeschakeld. Het apparaat
zal opstarten en werken in de 6th SENSE-
modus.
Het apparaat uitschakelen: druk op deze knop
wanneer de unit is ingeschakeld. Het apparaat
stopt met werken.
Aan/uit-schakelaar
BEVEILIGING
Bedrijfsconditie
Het beveiligingsapparaat kan worden uitgeschakeld
en het apparaat stoppen in de onderstaande
gevallen.
*Voor modellen voor tropische (T3)
klimaatomstandigheden, is het temperatuurpunt
52°C in plaats van 43°C. Als de airconditioner
lange tijd in de modus KOELEN of DROGEN
werkt terwijl er een deur of raam openstaat en de
relatieve vochtigheid meer dan 80% is, dan kan er
condenswater uit de uitlaat druppelen.
Geluidsoverlast
Installeer het apparaat op een plaats waar het
gewicht ervan wordt gedragen zodat het
apparaat minder luid kan werken.
Installeer de buitenunit op een plaats waar de
afgevoerde lucht en het geluid van het werkende
apparaat uw buren niet stoort.
Plaats geen obstakels voor de luchtuitlaat van de
buitenunit, waardoor het geluidsniveau kan
versterken.
Kenmerken van beveiligingsapparaat
Wacht minstens 3 minuten voor u de unit opnieuw
start als deze stopt met werken of als u een
andere modus kiest tijdens de werking. Nadat u de
stekker hebt aangesloten en het apparaat
onmiddellijk inschakelt, kan een vertraging van 20
seconden optreden voor het apparaat begint te
werken. Als de werking volledig is gestopt, drukt u
opnieuw op de toets AAN/UIT om het apparaat
opnieuw op te starten. De timer moet opnieuw
worden ingesteld alsof u deze geannuleerd hebt.
Kenmerken van modus KOELEN
Antivries
Wanneer de temperatuur van de warmtewisselaar
binnen onder 0°C zakt, zal de compressor stoppen
met werken om het apparaat te beschermen.
Kenmerken van de modus VERWARMEN
Voorverwarmen
Om te vermijden dat er koude lucht uit het
apparaat wordt geblazen, zijn er 2 tot 5 minuten
nodig om de binnenunit voor te verwarmen bij de
start van de modus VERWARMEN. De ventilator
van de binnenunit zal niet werken tijdens het
voorverwarmen.
Ontdooien
In de modus VERWARMEN zal het apparaat
automatisch ontdooien (ijs verwijderen) om de
doeltreffendheid te verhogen. Deze procedure
duurt gewoonlijk 6 tot 10 minuten. Tijdens het
ontdooien stopt de ventilator met draaien en
knippert de indicator IN WERKING.
Wanneer het ontdooien voltooid is, keert het
apparaat automatisch terug naar de modus
VERWARMEN.
Verwarmen
Buitentemperatuur is hoger dan 24°C.
Buitentemperatuur is lager dan -10°C.
Kamertemperatuur is hoger dan 27°C.
Koken
Buitentemperatuur is hoger dan *43°C.
Kamertemperatuur is lager dan 21°C.
Ontvochtigen
Kamertemperatuur is lager dan 18°C.
ONDERHOUD
Voorpaneel binnenunit reinigen
1. Trek de stekker uit het stopcontact
Schakel het apparaat eerst uit voor u de stekker
uit het stopcontact trekt.
2. Voorpaneel verwijderen
Open het voorpaneel zoals afgebeeld met de pijl
(Afb. A). Trek hard aan de gleuven aan de zijkant
van het voorpaneel om het voorpaneel eraf te
nemen (Afb. B).
3. Voorpaneel reinigen
Veeg het voorpaneel schoon met een zachte en
schone doek. Gebruik lauw water (minder dan
40°C) om te reinigen als het apparaat erg vuil is.
Laat het gereinigde apparaat drogen.
4. Plaats het voorpaneel terug en sluit het
Plaats het voorpaneel terug en sluit het door het
naar beneden te duwen.
Opmerking:
Gebruik geen producten zoals benzine of
polijstmiddel om het apparaat te reinigen.
Sproei geen water op de binnenunit
Gevaar! Elektrische schok!
Luchtfilter reinigen
Het luchtfilter moet worden gereinigd na ongeveer
100 uur gebruik. Reinig het luchtfilter om de twee
weken als de airconditioner in een extreem stoffige
omgeving wordt gebruikt.
1. Stekker uit stopcontact trekken
Schakel het apparaat eerst uit voor u de stekker
uit het stopcontact trekt.
2.
Neem het luchtfilter uit het apparaat (Afb. C).
1. Open het voorpaneel.
2. Druk lichtjes op de handgreep van het filter.
3. Schuif het filter uit het apparaat.
3. Luchtfilter reinigen (Afb. D)
Als het filter erg vuil is, reinigt u het met een
oplossing van lauw water met een neutraal
wasmiddel. Als het Laat het gereinigde apparaat
drogen.
4. Plaats het filter terug en sluit het
voorpaneel.
Opmerking:
Om verwondingen te vermijden, moet u
ervoor zorgen dat u de schoepen van de
binnenunit niet aanraakt met uw vingers
nadat u het filter hebt verwijderd.
Probeer de binnenkant van de
airconditioner niet zelf te reinigen.
Reinig het filter niet in de (af)wasmachine.
Afb. A
Afb. B
Afb. C
Afb. D
93
94
PROBLEMEN/OPLOSSINGEN
Probleem Analyse
Werkt niet
Is het beveiligingsapparaat uitgeschakeld of is er een zekering gesprongen?
Wacht 3 minuten en start het apparaat opnieuw, het beveiligingsapparaat kan de
werking van de unit verhinderen.
Zijn de batterijen in de afstandsbediening bijna leeg?
Zit de stekker niet goed in het stopcontact?
Geen koele of
warme lucht
Is het luchtfilter vuil?
Zijn de inlaat en uitlaat van de airconditioner geblokkeerd?
Is de temperatuur juist ingesteld?
Staan er deuren of ramen open?
Ondoeltreffende
regeling
Is er een sterke interferentie geweest (van buitensporige statische elektrische
ontlading, abnormale toevoerspanning)? Als het apparaat op een abnormale
manier werkt, moet u het netsnoer uit het stopcontact halen en na 2 tot 3
seconden opnieuw in het stopcontact steken.
Werkt niet
onmiddellijk
Wanneer u een andere modus kiest tijdens de werking, zal het apparaat met 3
minuten vertraging werken.
Rare geur
Deze geur kan van een andere bron komen, zoals het meubilair, een sigaret enz.,
die in de unit wordt gezogen en met de lucht wordt uitgeblazen.
Geluid van
stromend water
Normaal verschijnsel dat veroorzaakt wordt door de koelvloeistof die door de
airconditioner stroomt.
Geluid van ontdooien in verwarmingsmodus.
Krakend geluid
Het geluid kan veroorzaakte worden door het uitzetten of krimpen van het
voorpaneel door temperatuurschommelingen.
Er wordt nevel uit
de uitlaat geblazen
Is er nevel aanwezig in de ruimte bij lage temperaturen? Normaal verschijnsel dat
veroorzaakt wordt door koele lucht die wordt uitgeblazen uit de binnenunit
tijdens de modi KOELEN of DROGEN.
De indicator IN
WERKING
knippert, maar de
ventilator van de
binnenunit is
gestopt.
De unit gaat van de verwarmingsmodus over naar ontdooien. De indicator gaat
uit en de unit keert terug naar de verwarmingsmodus.
Problemen met de werking van het apparaat zijn meestal te wijten aan minder
belangrijke oorzaken. Controleer en verwijs naar de volgende tabel voor u contact
opneemt met de servicedienst. Dit kan tijd en onnodige kosten besparen.
Opmerking: Als de problemen aanhouden, zet het apparaat dan uit, trek de stekker uit
het stopcontact en neem contact op met het dichtstbijzijnde erkende servicecentrum van
Whirlpool. Probeer het apparaat niet zelf te verplaatsen, te repareren, uit elkaar te halen
of te wijzigen.
INSTALLATIE-INSTRUCTIES
Installatieschema
OPMERKING: De bovenstaande afbeelding is slechts een vereenvoudigde weergave van de unit, die
mogelijk niet helemaal overeenstemt met het uitzicht van het product dat u hebt gekocht. De installatie
moet worden uitgevoerd in overeenstemming met de nationale normen voor bedrading en mag alleen
door gemachtigd onderhoudspersoneel worden uitgevoerd.
Afstand van muur
moet meer dan 50 mm zijn
Afstand van plafond
moet meer dan 200 mm zijn
Afstand van vloer
moet meer dan 2500 mm zijn
Afstand van muur
moet meer dan 50 mm zijn
Afstand tussen
luchtinlaat en muur
moet meer dan 250 mm
zijn
Afstand tussen
luchtinlaat en muur
moet meer dan 250 mm
zijn
Afstand tussen luchtuitlaat en muur
moet meer dan 500 mm zijn
Meer dan
250 mm
95
Binnenunit
Buitenunit
Kies de beste locatie
Locatie om binnenunit te installeren
Waar er zich geen obstakel in de buurt van de
luchtuitlaat bevindt en de lucht makkelijk naar elke
hoek van de ruimte kan worden geblazen.
Waar het leidingwerk en de opening in de muur
makkelijk kunnen worden geplaatst.
Neem de vereiste afstand naar het plafond en de
muur in acht, in overeenstemming met het
installatieschema.
Waar het luchtfilter makkelijk kan worden verwijderd.
Houd de unit en de afstandsbediening mintens 1 m
verwijderd van een tv-toestel, radio enz.
Houd de unit zo ver mogelijk verwijderd van een
fluorescerende lamp, om de effecten van deze lamp te
voorkomen.
Plaats niets in de buurt van de luchtinlaat dat deze
inlaat zou kunnen blokkeren.
Op een plaats die het gewicht kan dragen en het
geluid en de trillingen van het apparaat in werking kan
zal versterken.
De binnenunit is niet geschikt voor installatie in
ruimtes die worden gebruikt als wasplaats
(wasmachines).
Locatie om buitenunit te installeren
Installeer de buitenunit op een handige en goed
geventileerde plaats.
Vermijd de buitenunit te installeren waar het
brandbare gas kan lekken.
Neem de vereiste afstand naar de muur in acht, in
overeenstemming met het installatieschema.
De afstand tussen de binnen- en de buitenunit moet 5
meter zijn en kan tot maximum 15 meter zijn met een
extra lading van koelmiddel.
Installeer de buitenunit niet op een vuile of vette
plaats, in de buurt van een gasuitlaat voor vulcanisatie.
Vermijd de buitenunit te installeren aan de wegkant,
waar de unit vuil kan worden door opspattend
modderwater.
Een vaste basis waardoor het geluid van het apparaat
in werking niet wordt versterkt.
Waar de luchtuitlaat niet wordt geblokkeerd.
De wijze van installatie moet in staat zijn om het
gewicht en de trillingen van de buitenunit te
weerstaan en voor een veilige installatie te zorgen.
Waar het afvoerwater geen probleem vormt.
Model Standaardlengte
leidingwerk (m)
Maximale lengte
leidingwerk (m)
Maximaal hoogte-
verschil H (m)
Benodigd extra
koelmiddel met
aangesloten
leiding langer dan
5 m (g/m)
9K/12K/18K 5 15 5 20
Binnenunit
Lengte leiding is
3 ~ 15 meter
Buitenunit
Hoogte moet
minder dan 5 m zijn
Buitenunit
Lengte leiding is
3 ~ 15 meter
Binnenunit
Hoogte moet minder
dan 5 m zijn
96
97
INSTALLATIE SERVICE
Voor installatie
1. Lees deze handleiding grondig door voor u het
apparaat installeert.
2. Het apparaat moet worden geïnstalleerd in
overeenstemming met de nationale regelgeving
voor bedrading en door gekwalificeerd technisch
personeel volgens de instructies in deze
handleiding.
3. Elke wijziging van positie van de installatie moet
worden uitgevoerd door professionals.
4. Controleer het product om na te gaan dat het
niet beschadigd werd voor de installatie.
5. Monteer het apparaat met de laagste
bewegende onderdelen van de binnenunit
minstens 2,5 m boven het vloerniveau.
6. Na installatie moet de consument het apparaat
correct bedienen in overeenstemming met deze
handleiding, een geschikte opslag voor
onderhoud bewaren en verplaatsen in de
toekomst.
VOORZORGSMAATREGELEN
1. De stroomvoorziening moet met een nominale
spanning met een speciaal circuit voor het
apparaat zijn. Het normale spanningsbereik is
90%~110% van de nominale spanning. De
diameter van de stroomkabel moet voldoen
aan de vereisten.
2. De stroomkabel van de gebruiker moet een
betrouwbare aardingsklem hebben. Het is
verboden de aarddraad aan te sluiten op de
volgende items: 1) Leiding watertoevoer 2)
Gasleiding 3) Afvoerleiding 4) Andere posities
die als onveilig worden beschouwd
3. Zorg voor een veilige aarding en een aarddraad
aangesloten op het speciale aardingssysteem
van het gebouw, geïnstalleerd door
professionals. Het apparaat moet worden
uitgerust met een aardlekschakelaar en een
luchtschakelaar met voldoende capaciteit (Zie
de volgende tabel). De luchtschakelaar moet
ook een magnetische en thermische
uitschakelfunctie hebben om beveiliging te
garanderen bij kortsluiting en overbelasting.
4. Zorg ervoor dat de stroomkabel lang genoeg is
voor de juiste aansluiting. Gebruik geen
verlengsnoer voor de stroomvoorziening.
5. Als de stroomkabel beschadigd is, moet deze
worden vervangen door de fabrikant of zijn
servicevertegenwoordiger of een evenwaardig
gekwalificeerd persoon om alle gevaren te
voorkomen.
6. Een schakelaar om alle polen uit te schakelen
met een contactscheiding van minstens 3 mm
in alle polen moet worden bevestigd in de
vaste bedrading.
7. Risico op elektrische schokken kan leiden tot
verwondingen of de dood. Koppel alle
stroomkabels los voor er onderhoud aan het
apparaat wordt uitgevoerd.
8. De aansluiting van de stroomkabel en de
kabelaansluiting tussen de binnenunit en de
buitenunit moet in overeenstemming zijn met
het bedradingsschema dat zich op het apparaat
bevindt.
9. Nadat de installatie is voltooid, mogen de
elektrische componenten niet toegankelijk zijn
voor de gebruikers.
10. Maak gebruik van twee of meer personen om
het apparaat te installeren en het risico op
overtollig gewicht te vermijden.
11. Nadat u de airconditioner hebt uitgepakt, moet
u alle verpakkingsmateriaal buiten het bereik
van kinderen houden.
12. Volgens de aard van het koelmiddel (R410a) is
de druk van de buis erg hoog. Wees dus
voorzichtig als u het apparaat installeert en
repareert.
Ty p e Model
Vereiste capaciteit van
luchtschakelaar
Omvormer
9k 16A
12k 16A
18k 25A
24k 32A
INSTALLATIE BINNENUNIT
1. Montageplaat installeren
Kies waar u de montageplaat wilt installeren
naargelang de locatie van de binnenunit en de
richting van het leidingwerk.
Pas de montageplaat horizontaal aan met een
waterpas of loodlijn.
Boor gaten van 32 mm diep in de muur om de
plaat te bevestigen.
Druk de plastic pluggen in het boorgat en bevestig
de montageplaat met zelftappende schroeven.
• Controleer dat de montageplaat goed bevestigd is.
Boor vervolgens een gat voor het leidingwerk.
OPMERKING: De vorm van uw montageplaat kan verschillen van de bovenstaande afbeelding, maar de
installatiemethode is gelijkaardig.
2. Gat boren voor leidingwerk
Kies waar de opening voor het leidingwerk zich
moet bevinden op basis van de locatie van de
montageplaat.
Boor een gat in de muur. Het gat moet lichtjes
naar beneden hellen naar buiten toe.
Installeer een mof in het gat in de muur om de
muur netjes en schoon te houden.
3. Leidingwerk binnenunit installeren
Leid het leidingwerk (vloeistof- en gasleiding) en
de kabels van buitenaf door de opening in de muur
of leid ze van binnenin nadat u klaar bent met de afwerking van het leidingwerk en de kabelaansluitingen
binnen om ze aan te sluiten op de buitenunit.
Beslis of u het plastic gedeelte wilt afzagen in overeenstemming met de richting van het leidingwerk
(zoals hieronder afgebeeld).
OPMERKING: Wanneer u de leiding in de richtingen 1, 2 of 4 bevestigt, moet u het overeenkomstige
plastic gedeelte van de basis van de binnenunit afzagen.
Installeer de afvoerslang nadat u het leidingwerk hebt aangesloten zoals vereist. Sluit daarna de
stroomkabel aan. Na aansluiting omwikkelt u het leidingwerk, de kabel en de afvoerslang samen met
thermisch isolatiemateriaal.
OPMERKING: Sluit de stroomkabel niet aan op de stroomvoorziening tijdens de installatie.
Mof gat muur (harde buis
van polytheen voorbereid
door de gebruiker)
Binnen
Buiten
5 mm (helling naar
beneden toe)
1
2
3
4
goot
Richting leidingwerk
Afvoerstuk
Zaag het afvoerstuk af
langs de goot
98
Tapschroef
Montageplaat
BELANGRIJK:
Thermische isolatie verbindingsstukken leidingwerk:
Omwikkel de verbindingsstukken van het leidingwerk met thermisch isolatiemateriaal en omwikkel ze
daarna met vinyltape.
Thermische isolatie leidingwerk:
a. Plaats de afvoerslang onder het leidingwerk.
b. Isolatiemateriaal: polytheenschuim met een dikte van 6 mm.
OPMERKING: Afvoerslang is voorbereid door de
gebruiker.
De afvoerslang moet naar beneden gericht zijn,
voor een makkelijke doorstroming. Draai de
afvoerleiding niet, laat ze niet uit het gat steken of in
het rond wapperen, dompel het uiteinde niet onder
in water. Als er op de afvoerleiding een verlengstuk
van een afvoerslang is aangesloten, moet u ervoor
zorgen dat u dit thermisch isoleert wanneer het
door de binnenunit gaat.
Als het leidingwerk naar rechts is gericht, moeten
leidingwerk, stroomkabel en afvoerslang thermisch
worden geïsoleerd en bevestigd aan de achterkant
van de unit.
Aansluiting leidingwerk:
a. Sluit het leidingwerk van de binnenunit aan met
twee moersleutels. Besteed veel aandacht aan het
koppel, zoals hieronder afgebeeld, om te
voorkomen dat het leidingwerk, de connectoren en
de moeren vervormd en beschadigd worden.
b. Draai ze eerst aan met de hand en gebruik daarna
de moersleutels.
Thermische isolatie
Omwikkeld met vinyltape
Grote leiding
Thermisch
geïsoleerde
buis
Kleine leiding
Afvoerslang
(voorbereid door gebruiker)
Stroomkabel
99
Leidingdiameter Koppel Breedte moer Min. dikte
Vloeistofzijde (1/4 inch) 1,5~2kg.m 17mm 0,5mm
Vloeistofzijde (3/8 inch) 3,1~3,5kg.m 22mm 0,6mm
Gaszijde (3/8 inch) 3,1~3,5kg.m 22mm 0,6mm
Gaszijde (1/2 inch) 5,0~5,5kg.m 24mm 0,8mm
Gaszijde (5/8 inch) 6,0~6,5kg.m 27mm 0,8mm
4. Kabel aansluiten
Binnenunit
1) Open het voorpaneel, verwijder de dekplaat door
de schroef los te maken.
2) Sluit de stroomkabel aan op de binnenunit door de
draden individueel aan te sluiten op de
aansluitklemmen op het schakelbord als volgt.
3) Bevestig de stroomkabel op het schakelbord met
een kabelklem.
4) Plaats de dekplaat terug en draai de schroef aan.
OPMERKING: (afhankelijk van het model) De kast
moet worden verwijderd om de verbindingen met de
aansluitklemmen van de binnenunit uit te voeren.
Buitenunit
1) Verwijder de toegangsdeur van de unit door de
schroef los te maken. Sluit de draden individueel aan
op de aansluitklemmen op het schakelbord in
overeenstemming met de aansluiting van de
binnenunit.
2) Bevestig de stroomkabel op het schakelbord met
een kabelklem.
3) Plaats de toegangsdeur terug in de oorspronkelijke
positie en draai de schroef aan.
4) Gebruik een goedgekeurde stroomonderbreker
tussen de netvoeding en de unit bij het model 24K.
Er moet een afkoppelingsapparaat worden
gemonteerd om alle voedingslijnen volledig af te
koppelen.
Dekplaat
Voorpaneel
Binnenunit
Buitenunit
Aansluitklem (binnenkant)
Behuizing
Stroom-
kabel
100
Toegangsdeurtje
aansluitklem
(binnenkant)
Ty p e
Capaciteit
(Btu/u)
Netsnoer Stroomkabel
Hoofdstroom-
voorziening
(Opmerking)
Omvormer
9k
H05VV-F, 3G x 1.0 mm² / 1.5 mm² H07RN-F, 4G 1.0 mm² / 1.5 mm²
Naar binnenunit
12k
H05VV-F, 3G x 1.0 mm² / 1.5 mm² H07RN-F, 4G 1.0 mm² / 1.5 mm²
Naar binnenunit
18k
H07RN-F, 3G 2.5 mm² H07RN-F, 4G 1.5 mm²
Naar binnenunit
24k
H07RN-F, 3G 2.5 mm² H07RN-F, 4G 2.5 mm²
Naar binnenunit
LET OP:
1. Zorg ervoor dat de kleur van de draden en het nummer van de aansluitklem van de buitenunit dezelfde
zijn als die van de binnenunit.
2. Gebruik een apart stroomcircuit dat specifiek voor de airconditioner is bestemd. Zie het circuitdiagram
op het apparaat voor de bedradingsmethode.
3. Controleer dat de kabelspecificaties overeenstemmen met de volgende tabel.
4. Controleer de bedrading en zorg ervoor dat alle draden goed zijn vastgemaakt nadat de kabels zijn
aangesloten. De kabel moet goed vastgemaakt zijn met een kabelklem.
5. Zorg ervoor dat u een aardlekschakelaar installeert in een natte of vochtige omgeving.
Kabelspecificaties
101
INSTALLATIE BUITENUNIT
BEDRADINGSDIAGRAM
1. Afvoeropening en afvoerslang installeren
De condens wordt afgevoerd van de buitenunit
wanneer de unit in verwarmingsmodus werkt.
Installeer een afvoeropening en -slang om het
condenswater op te vangen. Zo stoort u uw buren
niet en beschermt u het milieu. Installeer de
afvoeropening op het frame van de buitenunit en
sluit een afvoerslang aan op de opening zoals
afgebeeld op de afbeelding rechts.
2. Buitenunit installeren en bevestigen
Maak de buitenunit stevig vast met bouten en
moeren op een vlakke en stevige vloer. Als de unit
op een muur of dak wordt geïnstalleerd, moet u
ervoor zorgen dat u de houder stevig bevestigt. Zo
verhindert u dat deze gaat schudden omwille van
grote trillingen of een stevige wind.
3. Leidingwerk buitenunit aansluiten
• Verwijder de doppen van de 2-wegs en 3-wegs klep.
• Sluit de leidingen apart aan op de 2-wegs en 3-wegs kleppen met het vereiste koppel.
4. Kabel buitenunit installeren (zie vorige pagina)
Frame
Afvoeropening
Afvoerslang
(voorbereiding door gebruiker)
Opmerking:
Bij de modellen 9K en 12K wordt de netvoeding aangesloten via de binnenunit met een stekker.
Bij de modellen 18K en 24 K wordt de netvoeding aangesloten via de binnenunit met een
stroomonderbreker.
Modellen 9K/12K
AC L-IN
AC N-IN
1(N)
2(L)
1(N)
3(SI)
2(L)
3(SI)
Netsnoer
Binnenunit
Aansluitklem
Buitenunit
Aansluitklem
Geel-Groen
Blauw (Grijs)
Bruin
Zwart
Geel-Groen
Blauw (Grijs)
Bruin
Zwart
Verdamper
Schakelbord binnenunit
Netvoeding
YE/GN
BN
BU
Modellen 18K/24K
Netsnoer
Binnenunit
Aansluitklem
Buitenunit
Aansluitklem
Geel-Groen
Blauw (Grijs)
Bruin
Zwart
Geel-Groen
Blauw (Grijs)
Bruin
Zwart
Netvoeding
YE/GN
BN
BU
Vacuümpomp
Binnenunit
Stroomrichting koelmiddel
3-wegs klep
Opening voor
onderhoud
(2) Draaien
(8) Aanspannen
(7) Draai om de klep
volledig te openen
Dop klep
(1) Draaien
(8) Aanspannen
2-wegs klep
(6) Open 1/4-draai
(7) Draai om de klep volledig te openen
(1) Draaien
Dop klep
(8) Aanspannen
Aansluiten op binnenunit
Doorsnede 3-wegs klep
Open stand
AsAansluiten op buitenunit
Kern klep
Naald
Dop opening voor
onderhoud
102
LUCHT ZUIVEREN
Als er vochtige lucht in de koelcyclus blijft zitten, kan dit ertoe leiden dat de compressor defect raakt.
Nadat u de binnen- en buitenuit hebt geïnstalleerd, moet u met een vacuümpomp de lucht en het vocht
uit de koelcyclus halen, zoals hieronder afgebeeld.
Opmerking: Aangezien de systeemdruk hoog is en om het milieu te beschermen, moet u ervoor zorgen
dat u het koelmiddel niet rechtstreeks in de lucht laat.
Luchtleidingen purgeren:
1. Schroef de doppen van de 2- en 3-wegs kleppen los en verwijder ze.
2. Schroef de dop van de klep voor onderhoud los en verwijder de dop.
3. Sluit de flexibele slang van de vacuümpomp aan op de klep voor onderhoud.
4. Start de vacuümpomp gedurende 10-15 minuten tot een absoluut vacuüm van 10 mm Hg wordt
bereikt.
5. Terwijl de vacuümpomp nog draait, sluit u de knop voor lage druk op de verdeelinrichting van de
vacuümpomp. Stop vervolgens de vacuümpomp.
6. Open de 2-wegs klep 1/4 draai, sluit ze vervolgens na 10 seconden. Controleer dat alle pakkingen goed
vast zitten met vloeibare zeep of een elektronische lekdetectie.
7. Draai de steel van 2- en 3-wegs kleppen. Koppel de flexibele slang van de vacuümpomp los.
8. Vervang alle doppen van de kleppen en draai ze aan.
103
KLANTENSERVICE
Voordat u contact opneemt met de
Klantenservice:
1. Probeer het probleem zelf op te lossen aan de
hand van de beschrijvingen in
"Problemen/Oplossingen".
2. Zet het apparaat uit en weer aan om te zien of
de storing aanhoudt.
Als de storing aanhoudt nadat u
bovengenoemde controles heeft uitgevoerd,
neem dan contact op met de Klantenservice.
Geef a.u.b.:
een korte beschrijving van de storing;
het exacte model van de airconditioner;
het servicenummer (dit is het nummer onder
het woord Service op de servicesticker, die aan
de zijkant of op de onderkant van de binnenunit
is aangebracht).
Het servicenummer staat ook in het
garantieboekje;
uw volledige adres;
uw telefoonnummer.
Als er een reparatie moet worden uitgevoerd,
neem dan contact op met de Klantenservice
(hierdoor is het gebruik van originele
vervangingsonderdelen en een deugdelijke
reparatie gegarandeerd).
U moet de originele aankoopbon laten zien.
Het niet naleven van deze instructies kan de
veiligheid en kwaliteit van uw product in
gevaar brengen.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25

Whirlpool AMD 025/1 Gebruikershandleiding

Type
Gebruikershandleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor