Documenttranscriptie

Gebruikershandleiding (Nederlands) Inleiding Belangrijkste kenmerken: • 400 watt piekvermogen • Oplaadbare li-ion-batterij voor continu gebruik tot 8 uur • 305 mm (12 inch) woofer, 25 mm (1 inch) HF-compressiedriver • Draagbaar draadloos UHF-microfoonsysteem meegeleverd • XLR+6,35 mm gecombineerde mic-/lijningang • Functie voor stemprioriteit die automatisch het muziekvolume verlaagt tijdens aankondigingen • Geïntegreerde USB-mediaspeler, handig voor het afspelen van muziek: geen dj nodig • Uitschuifbare handgreep en kantelbare wielen voor transportgemak • 35 mm aansluiting voor luidsprekerstaander, voor flexibele plaatsing Inhoud van de doos Transport 12 Draadloze microfoon Houder voor draadloze microfoon BNC-antenne Stroomkabel Gebruikershandleiding Veiligheidsvoorschriften en garantiehandleiding Ondersteuning Ga voor de laatste informatie over dit product (documentatie, technische specificaties, systeemvereisten, informatie over compatibiliteit, enz.) en voor productregistratie naar altoprofessional.com. 48 Belangrijke veiligheidsvoorschriften Opgelet: Alto Professional en inMusic zijn niet verantwoordelijk voor het gebruik van hun producten of het misbruik van deze informatie voor enig doel. Alto Professional en inMusic zijn niet verantwoordelijk voor het misbruik van hun producten dat wordt veroorzaakt door niet-naleving van de inspectie- en onderhoudsprocedures. Raadpleeg voor meer informatie ook de bijgeleverde handleiding veiligheid en garantie. Let op: Om het risico op elektrische schokken te verkleinen, Transport 12 niet aan op een stopcontact terwijl de grille wordt verwijderd. Op stang monteren • Installeer luidsprekers bouwvoorschriften. • Installeer de luidspreker volgens zijn maximale gewicht. Controleer de specificaties van uw statief of stang om ervoor te zorgen dat deze het gewicht van de luidspreker kunnen dragen. Houd alle veiligheidsmaatregelen van de fabrikant in acht. • Hang nooit meerdere speakers op aan een statief of stang. • Controleer altijd of het statief of de stang op een vlakke en stabiele ondergrond staan. Spreid volledig de poten van het statief en zorg ervoor dat er geen risico van struikelen bestaat. • Controleer het statief (of de stang en bijbehorende hardware) voor elk gebruik en gebruik geen apparatuur met versleten, beschadigde of ontbrekende onderdelen. • Wees altijd voorzichtig in winderige buitenomstandigheden. Het kan nodig zijn om extra gewicht (bv. zandzakken) op het voetstuk te leggen om de stabiliteit te verbeteren. Hang geen banners of soortgelijke voorwerpen aan een deel van een luidsprekersysteem. Dergelijke hulpstukken kunnen zich gedragen als een zeil en het systeem omver doen waaien. • Indien u niet zeker weet of u het gewicht van de luidspreker kan tillen, vraag dan een andere persoon om u te helpen de luidspreker op het statief of de stang te heffen. • Houd de kabels uit de weg van de artiesten, de productiecrew en het publiek, zodat ze er niet over struikelen. Anders kan de luidspreker van het statief of de stang worden getrokken. altijd in overeenstemming met de geldende elektriciteits- en Geluidsniveau Blootstelling aan extreem hoge geluidsniveaus kan permanent gehoorverlies veroorzaken. De Amerikaanse Occupational Safety and Health Administration (OSHA) heeft voor bepaalde geluidsniveaus toelaatbare risico’s vastgelegd. Volgens OSHA kan blootstelling aan een geluidsdruk (SPL) die hoger ligt dan deze grenzen tot gehoorverlies leiden. Bij het gebruik van een apparaat dat hoge SPL genereert, draagt u het best gehoorbescherming. Uren per dag SPL (dB) Voorbeeld 8 90 Kleine bijeenkomst 6 92 Trein 4 95 Metro 3 97 Desktopmonitoren op hoog volume 2 100 Concert van klassieke muziek 1,5 102 Klinkmachine 1 105 Machinefabriek 0,50 110 Vliegveld 0,25 of minder 115 Rockconcert 49 Installatie Artikelen die niet zijn vermeld in Inleiding > Inhoud van de doos worden afzonderlijk verkocht. Voorbeeld 1 Sluit een gitaar met een actieve pickup aan op de Ingang Mic/Line 1 met behulp van een 6,35 mm TS-kabel. Zie Bediening > Microfoons en andere audiobronnen gebruiken voor meer informatie. Opmerking: Wanneer u de Transport 12 met een gitaar gebruikt, raden wij u aan om een gitaar met actieve pickups te gebruiken in plaats van een met passieve pickups. Als u een gitaar met passieve pickups gebruikt, sluit deze dan aan op een externe voorversterker of DI-box en sluit de uitgang op lijnniveau aan op de luidspreker. Voorbeeld 2 Zet de draadloze microfoon aan, stel het kanaal in op de draadloze ontvanger en verstuur het vervolgens naar de draadloze microfoon. Gebruik de draadloze microfoon op een afstand van maximum 76 meter (250 ft) van de ontvanger. Zie Bediening > De draadloze microfoon gebruiken voor meer informatie. Voorbeeld 3 Sluit een smartphone, tablet of andere muziekspeler aan op de RCA-ingangen met behulp van een stereo RCA-kabel. Zie Bediening > Microfoons en andere audiobronnen gebruiken voor meer informatie. Voorbeeld 4 Sluit een USB-schijf met afspeelbare muziekbestanden aan op deze USB-poort. Zie Bediening > De USB-speler gebruiken voor meer informatie. 50 Kenmerken Achterpaneel 1. Stroomingang (IEC): Gebruik de meegeleverde kabel om deze ingang aan te sluiten op een stopcontact. Controleer of de aan-uitschakelaar op “uit” staat bij het aansluiten of afkoppelen van de kabel. 2. Zekeringhouder: Als de zekering van het apparaat kapot is, til dan dit klepje op om de zekering te vervangen. Vervang het met een zekering van een geschikte waarde (af te lezen op of naast de zekeringhouder). Een zekering met onjuiste waarde kan het apparaat en/of de zekering beschadigen. 3. Aan-uitschakelaar: Gebruik deze schakelaar om de luidspreker aan of uit te zetten. Zorg ervoor dat alle volumeknoppen op “nul” staan voor het inschakelen. Zet deze schakelaar op Recharge als u de interne batterij oplaadt, maar het apparaat niet gebruikt. 4. Stroomlampje: Dit lampje brandt wanneer de Transport 12 is ingeschakeld. 11 12 12 13 9 14 16 25 8 26 7 15 10 17 18 24 5 6 4 23 22 19 20 21 5. Batterij-indicator: Deze lampjes geven het oplaadniveau weer van de interne batterij van de Transport 12. Als alleen het lampje Low brandt, sluit de stroomingang van de Transport 12 dan aan op een stopcontact om de batterij op te laden. 6. Laadindicator: Dit lampje wordt rood wanneer de interne batterij van de Transport 12 aan het opladen is. Wanneer de batterij volledig is opgeladen, wordt het lampje groen. 7. Mic/lijningang 1 (XLR of 6,35 mm): Gebruik een standaard 6,35 mm TRS- of XLR-kabel (niet meegeleverd) om een geluidsbron op deze ingang aan te sluiten. Gebruik de volumeknop mic/lijn 1 om dit niveau af te stellen. 8. Keuzeschakelaar mic/lijn 1: Druk op deze knop om te selecteren of de ingang mic/lijn 1 is aangesloten op een audiobron op lijnniveau (niet ingedrukt) of een microfoon (ingedrukt). 3 1 2 9. Volume mic/lijn 1: Draai aan deze knop om het volume van de ingang mic/lijn 1 te regelen. 10. Voice Priority: Druk op deze knop om de stemprioriteit te activeren of uit te schakelen. Als deze functie actief is (ingedrukt) en als de ingang mic/lijn 1 of de draadloze microfoon een audiosignaal ontvangt, wordt het volume van alle andere audiobronnen verlaagd (“ducking”), zodat het binnenkomend signaal beter hoorbaar wordt. Als deze functie niet actief is (niet ingedrukt), behouden alle andere audiobronnen hun ingestelde volume. Zie Bediening > De draadloze microfoon gebruiken en Microfoons en andere audiobronnen gebruiken voor meer informatie. 51 11. Scherm draadloze microfoon: Dit scherm geeft de huidige ontvangstinstellingen weer van de draadloze module. Zie Bediening > De draadloze microfoon gebruiken voor meer informatie. 12. Omhoog/omlaag: Gebruik deze knoppen om naar het volgende hoogste of laagste kanaal van de draadloze module te gaan. Zie Bediening > De draadloze microfoon gebruiken voor meer informatie. 13. Instellen: Druk op deze knop om de huidige instelling van de draadloze ontvanger te bevestigen. Zie Bediening > De draadloze microfoon gebruiken voor meer informatie. 14. Volume draadloze microfoon: Draai aan deze knop om het volume aan te passen van de draadloze microfoon (meegeleverd). Zie Bediening > De draadloze microfoon gebruiken voor meer informatie. 15. RCA-ingangen: Gebruik een stereo RCA-kabel (niet meegeleverd) om een audiobron op deze ingangen aan te sluiten. Gebruik de USB/Aux-volumeknop om het niveau aan te passen. 16. USB/Aux-volume: Draai aan deze knop om het volume in te stellen van de RCA-ingangen en USB-speler. Deze knop werkt samen met de Vol -/+ knoppen op de USB-speler. 17. Scherm USB-speler: Dit scherm geeft de huidige afspeelstatus weer van de USB-speler. Zie Bediening > De USB-speler gebruiken voor meer informatie. 18. USB-poort: Sluit een USB-schijf met afspeelbare muziekbestanden aan op deze USB-poort. Zie Bediening > De USB-speler gebruiken voor meer informatie. 19. Vorige/volgende ( / ): Gebruik deze knoppen om naar het vorige of volgende nummer te gaan. Als u zich in het midden van een nummer bevindt, druk dan op Vorige ( ) om naar het begin van het nummer terug te keren. Zie Bediening > De USB-speler gebruiken voor meer informatie. 20. Vol +/-: Gebruik deze knoppen om het volume van de USB-speler te verlagen of verhogen. Deze knoppen werken samen met de USB/Aux-volumeknop. Zie Bediening > De USB-speler gebruiken voor meer informatie. 21. Afspelen/pauzeren ( ): Druk op deze knop om het afspelen te starten/pauzeren. Zie Bediening > De USB-speler gebruiken voor meer informatie. 22. Aan-uit/Stop ( ): Houd deze knop 3 seconden lang ingedrukt om de USB-speler aan of uit te zetten. Druk tijdens het afspelen op deze knop om het afspelen stop te zetten en naar het begin van het nummer terug te keren. Zie Bediening > De USB-speler gebruiken voor meer informatie. 23. Herhalen ( ): Druk op deze knop om te bladeren door de afspeelmodi: • Normaal (geen melding): De nummers worden afgespeeld in normale volgorde en stoppen. • Herhalen 1 (REP 1): Het huidige nummer wordt herhaald. • Alles herhalen (REP ALL): Alle nummers worden herhaald. • Willekeurig (RAN): Alle nummers worden afgespeeld in een willekeurige volgorde. Zie Bediening > De USB-speler gebruiken voor meer informatie. 24. Lijnuitgang (6,35 mm): Gebruik een standaardkabel van 6,35 mm (niet meegeleverd) om deze uitgang aan te sluiten op de ingang van een andere luidspreker, mixer, audiointerface, enz. Het signaal dat vanaf deze uitgang wordt verstuurd is een opgeteld monosignaal van alle audiobronnen en de USB-speler, na EQ. 25. EQ (Treble): Draai aan deze knop om de hoge (treble) frequenties te verhogen of verlagen. 26. EQ (Bass): Draai aan deze knop om de lage (bass) frequenties te verhogen of verlagen. 52 Werking De batterij opladen De batterij-indicator geeft de huidige levensduur weer van de interne batterij van de Transport 12. Als alleen het lampje Low brandt, sluit dan de stroomingang van de Transport 12 aan op een stopcontact en zet de aan-uitschakelaar op On of Recharge om te batterij op te laden. Zolang de Transport 12 aan het opladen is, blijft het lampje Recharge branden. Tip: Als u de interne batterij oplaadt, maar de Transport 12 niet gebruikt, zet de aan-uitschakelaar dan op Recharge. Microfoons en andere audiobronnen gebruiken U kunt met de Transport 12 een ‘bedrade’ microfoon (in tegenstelling tot de meegeleverde draadloze microfoon) of een andere bron op lijnniveau gebruiken. Om een microfoon of andere audiobron aan te sluiten, moet u het volgende doen: • Gebruik een standaard XLR- of 6,35mm-kabel om uw microfoon of geluidsbron op lijnniveau met de ingang mic/lijn 1 te verbinden. Druk op de mic/lijn 1 keuzeschakelaar om de bron te selecteren: druk de schakelaar in als u een microfoon gebruikt; de schakelaar niet indrukken bij het gebruik van een audiobron op lijnniveau. Om het volume te regelen draait u aan de mic/lijn 1volumeknop. Als uw audiobron over een eigen volumeregeling beschikt, kunt u ook deze gebruiken. • Gebruik een standaard RCA-kabel om een audiobron op lijnniveau aan te sluiten op de RCA-ingangen. Gebruik de USB/Aux-volumeknop om het volume te regelen. Als uw audiobron over een eigen volumeregeling beschikt, kunt u ook deze gebruiken. Dit kanaal beschikt over een functie “stemprioriteit” die u kunt activeren of desactiveren. Als deze functie actief is en als het kanaal een audiosignaal ontvangt, wordt het volume van alle andere audiobronnen verlaagd (“ducking”), zodat het binnenkomend signaal beter hoorbaar wordt. Wanneer deze functie niet actief is, behouden alle andere audiobronnen hun ingestelde volumeniveau. Om stemprioriteit te activeren of desactiveren, drukt u op Voice Priority. Deze functie is actief wanneer de knop is ingedrukt, niet actief wanneer de knop niet is ingedrukt. Opmerking: De ingang mic/lijn 1 en draadloze microfoon delen de stemprioriteit. 53 De draadloze microfoon gebruiken Met de Transport 12 wordt een draadloze microfoon meegeleverd die zijn signaal verstuurt naar de draadloze ontvanger op het achterpaneel van de Transport 12. Het scherm van de draadloze ontvanger beschikt over de volgende instellingen: • Kanaal: Het grote getal van twee cijfers aan de linkerkant is het huidige kanaal. Het aantal beschikbare kanalen hangt af van uw regio. • MHz: Het getal van 6 cijfers onderaan is de huidige frequentie. • Dempen: De doorkruiste muzieknoot verschijnt wanneer het signaal van de draadloze microfoon wordt gedempt. • RF: Deze meter toont het huidige ontvangstniveau tussen de draadloze microfoon en de ontvanger. • AF: Deze meter toont het huidige signaalniveau dat wordt verstuurd naar de ontvanger van de draadloze microfoon. • Batterij-indicator: Het batterijpictogram toont de huidige levensduur van de batterij van de draadloze microfoon. De draadloze microfoon en ontvanger instellen: 1. Verwijder het deksel van het batterijvak op de draadloze microfoon en plaats 2 AAbatterijen in het vak. Controleer of de polariteit van de batterijen (+ en –) juist is. Het deksel van het batterijvak niet terugplaatsen. 2. Druk en houd de aan-uitknop op de draadloze microfoon ingedrukt om deze aan te zetten. Het lampje Dempen gaat groen branden om te tonen dat de microfoon aan staat. 3. Zet de aan-uitschakelaar op de Transport 12 op On om het apparaat aan te zetten. 4. Selecteer op de ontvanger een beschikbaar kanaal door het volgende te doen: • Druk op de knop Omhoog of Omlaag om door alle selecteerbare kanalen te bladeren. • Druk de knop Omhoog of Omlaag 3 seconden lang in en houd deze ingedrukt om snel in beide richtingen te zoeken naar een ongebruikt kanaal. • Druk en houd de knop Omhoog of Omlaag 6 seconden lang ingedrukt om snel naar boven of naar onder te bewegen. 5. Controleer of de draadloze microfoon en ontvanger zich binnen een afstand van 31 cm (1ft) van elkaar bevinden en of de infraroodzender (naast het scherm) en de infraroodontvanger (naast de Gain-knop) naar elkaar toe zijn gericht. 6. Druk na het selecteren van een kanaal op de knop Omhoog of Omlaag tot de tekens op het scherm beginnen te knipperen. Laat de knop los terwijl ze knipperen. De tekens blijven een seconde lang branden en beginnen vervolgens opnieuw te knipperen om aan te geven dat de draadloze ontvanger de kanaalinformatie naar de draadloze microfoon verstuurt (via infrarood). 7. Het batterijvakdeksel van de draadloze microfoon terugplaatsen. Tips: Om een goede ontvangst te behouden tijdens het gebruik van de draadloze microfoon: • Blijf binnen een afstand van 76 meter (250 ft) van de Transport 12. • Houd het pad tussen de microfoon en de Transport 12 vrij van obstakels. • Controleer of de batterij van de draadloze microfoon niet bijna leeg is. 54 Het versterkingsniveau van de draadloze microfoon bijregelen: verwijder het batterijvakdeksel van de draadloze microfoon en gebruik het kleine plastic gereedschap in het batterijvak om te draaien aan de Gainknop. Het batterijvakdeksel terugplaatsen wanneer u klaar bent. Opmerking: Deze instelling werkt samen met de volumeknop van de draadloze microfoon en de regeling van het ingangsvolume. Het ingangsvolumeniveau regelen: 1. Druk op de draadloze ontvanger een keer snel op Omhoog. 2. Gebruik de knoppen Omhoog/omlaag om het ingangsvolume te verhogen of verlagen. 3. Druk op Instellen om de nieuwe instelling te bevestigen. Opmerking: Deze instelling werkt samen met de gainknop en volumeknop van de draadloze microfoon. Draai om het uitgangsvolume te regelen aan de volumeknop van de draadloze microfoon. Opmerking: Deze bediening werkt samen met de gainknop van de draadloze microfoon en de regeling van het ingangsvolume. De draadloze microfoon beschikt over een functie “stemprioriteit” die u kunt activeren of desactiveren. Als deze functie actief is en als de microfoon een audiosignaal ontvangt, wordt het volume van alle andere audiobronnen verlaagd (“ducking”), zodat het signaal van de draadloze microfoon beter hoorbaar wordt. Wanneer deze functie niet actief is, behouden alle andere audiobronnen hun ingestelde volumeniveau. Om stemprioriteit te activeren of desactiveren, drukt u op Voice Priority. Deze functie is actief wanneer de knop is ingedrukt, niet actief wanneer de knop niet is ingedrukt. Opmerking: De ingang mic/lijn 1 en draadloze microfoon delen de stemprioriteit. De ruis (squelch)-instelling is een functie voor ruisonderdrukking om op stille momenten achtergrond- of omgevingsgeluid te minimaliseren. Een hogere stand reduceert meer achtergrondlawaai en dynamisch bereik, maar een te hoge instelling kan ervoor zorgen dat stillere geluiden worden onderdrukt samen met de ruis. Experimenteer met verschillende instellingen om een optimale balans te vinden. Het niveau van ruisonderdrukking instellen: 1. Druk op de draadloze ontvanger twee keer snel op Omhoog. 2. Gebruik de knoppen Omhoog/omlaag om het ruisonderdrukkingsniveau te verhogen of verlagen. 3. Druk op Instellen om de nieuwe instelling te bevestigen. 55 De USB-speler gebruiken Belangrijk: Om de USB-speler te gebruiken, moet uw USB-schijf geformatteerd zijn als een FAT32-bestandssysteem. De USB-speler kan mp3-, wav- en wma-bestanden afspelen. Druk om de USB-speler te activeren of desactiveren drie seconden lang op Aan-uit/Stop. Druk om het afspelen te starten of te hervatten wanneer het afspelen is gestopt of onderbroken op Afspelen/Onderbreken. Druk om afspelen te onderbreken tijdens het afspelen op Afspelen/Onderbreken. Druk om het afspelen te stoppen tijdens het afspelen op Aan-uit/Stop. Gebruik om het volume te regelen de knoppen Vol -/+ en de USB/Aux-volumeknop. Gebruik om naar het vorige of volgende nummer te gaan de knoppen Vorige/volgende. Druk om een afspeelmodus te selecteren op Repeat om te bladeren door de beschikbare opties: Repeat 1 (het huidige nummer wordt herhaald), Repeat All (alle nummers worden herhaald), of Off (geen enkel nummer wordt herhaald). 56