Vega Water/Air cooling FIBERTRAC 31 Supplementary instructions

Type
Supplementary instructions

Deze handleiding is ook geschikt voor

Aanvullende handleiding
Luchtkoeling - FIBERTRAC
31 met conduit-buisaanslui-
ting
Actief lucht-koelsysteem voor radiometri-
sche sensoren
Document ID: 52847
2
Inhoudsopgave
Luchtkoeling - FIBERTRAC 31 met conduit-buisaansluiting • Actief lucht-koelsysteem voor radiometrische
sensoren
52847-NL-201120
Inhoudsopgave
1 Productbeschrijving ................................................................................................................ 3
1.1 Constructie ....................................................................................................................... 3
2 Montage .................................................................................................................................... 5
3 Reserve-onderdelen .............................................................................................................. 18
3.1 Beschikbare reservedelen - luchtkoeling ........................................................................ 18
4 Bijlage ..................................................................................................................................... 20
4.1 Technische gegevens ..................................................................................................... 20
4.2 Afmetingen ..................................................................................................................... 21
Uitgave: 2020-10-15
3
1 Productbeschrijving
Luchtkoeling - FIBERTRAC 31 met conduit-buisaansluiting • Actief lucht-koelsysteem voor radiometrische
sensoren
52847-NL-201120
1 Productbeschrijving
1.1 Constructie
Het actieve luchtkoelsysteem is geschikt voor radiometrische senso-
ren uit de serie FIBERTRAC 31.
Het luchtkoelsysteem bestaat uit meerdere modulen.
De behuizingskoelbox wordt over de behuizing van het instrument
geplaatst en maakt koeling mogelijk.
De koelmodule voor de behuizing wordt door de behuizingskoelbox
(A) meegekoeld.
De koelleiding (lokaal) koelt het meetactieve deel van de sensor.
B
C
A
Fig. 1: Actief lucht-koelsysteem met bevestigingsbeugel
A Behuizingskoelbox
B Behuizingskoeling
C Scintilatorkoelbuis (lokaal)
De volgende onderdelen behoren tot de leveringsomvang van het
luchtkoelsysteem:
Inbusbout M5 x 14 (6 stuks)
Veerring voor M5 (6 stuks)
Bevestigingsbeugel
Behuizingskoelbox met afneembaar deksel
Isolatiebus (6 stuks)
Bevestigingsbout M8 x 35 (2 stuks)
Behuizingskoelbox (A)
Behuizingskoeling (B)
Scintillatorkoeling (C)
Leveringsomvang
4
1 Productbeschrijving
Luchtkoeling - FIBERTRAC 31 met conduit-buisaansluiting • Actief lucht-koelsysteem voor radiometrische
sensoren
52847-NL-201120
Bevestigingsbout M8 x 40 (4 stuks)
Vulring voor M8 (10 stuks)
Veerring voor M8 (2 stuks)
Zeskantmoer M8 (4 stuks)
Wervelstroomkoeler (type FOS 208SS HVE BSP) voor behui-
zingskoelbox - optie
Wervelstroomkoeler (type FOS 208SS 35 HVE BSP) voor scintilla-
torkoeling - optie
Blindplug ¼" (3 stuks)
NPT-schroefdraadadapter voor wervelstroomkoeler (optie)
Informatie:
Wanneer de sensor met koeling wordt besteld, worden sensor en
luchtkoelsysteem voorgemonteerd geleverd.
Wanneer de koeling naderhand wordt besteld, moet u het luchtkoel-
systeem op de sensor monteren.
Meer informatie vindt u in het hoofdstuk " Montage".
5
2 Montage
Luchtkoeling - FIBERTRAC 31 met conduit-buisaansluiting • Actief lucht-koelsysteem voor radiometrische
sensoren
52847-NL-201120
2 Montage
Montagevoorbereidingen
Houd de handleidingen aan van de bijbehorende radiometrische
sensor en de bronhouder.
Waarschuwing:
Bij alle montage- en demontagewerkzaamheden moet de bronhouder
in de schakelaarstand "UIT" staan en zijn beveiligd met een slot.
Voer alle werkzaamheden zo snel mogelijk en op zo groot mogelijke
afstand uit. Zorg voor een geschikte afscherming.
Vermijd gevaar voor andere personen door geschikte maatregelen
(bijv. afzettingen enz.)
De montage mag alleen door toegelaten specialistisch personeel,
voor wie de stralingsblootstelling wordt bewaakt, worden uitgevoerd
conform de lokale wetgeving resp. de gebruikstoestemming. Let
hiervoor op de bepalingen in de gebruikstoestemming. Houd rekening
met de plaatselijke omstandigheden.
Opgelet:
Het koelsysteem wordt binnen bereiken met hoge temperaturen
gebruikt. Gebruik daarom temperatuurbestendige kabels en installeer
deze zodanig, dat deze nooit met hete onderdelen in aanraking
komen.
Informatie:
Wanneer de sensor met koeling wordt besteld, worden sensor en
luchtkoelsysteem voorgemonteerd geleverd.
Wanneer de koeling naderhand wordt besteld, moet u het luchtkoel-
systeem op de sensor monteren.
Benodigd gereedschap:
Steeksleutel SW13 mm (2 stuks) - voor de behuizingskoeling
Steeksleutel SW19 mm (2 stuks) - voor de wervelstroomkoeler
Zuurvrij vet - voor gemakkelijker inschroeven van de wartelmoeren
Houd de volgende algemene montage-instructies aan:
Monteer eerst de bevestigingsbeugel en de behuizingskoeling,
dan pas de sensor.
De kleine deksel van de instrumentbehuizing moet na de montage
op de bevestigingsbeugel naar voren wijzen (x)
De sensor is samen met het luchtkoelsysteem zeer zwaar. Gebruik
bij de montage een hijswerktuig, bijvoorbeeld een hijsbandinstal-
latie.
Montage
1. Plaats de isolatiebussen (4) tussen de behuizingskoeling (5) en
de bevestigingsbeugel (1).
Handleiding
Algemene monta-
ge-instructies
Bevestigingsbeugel
monteren
6
2 Montage
Luchtkoeling - FIBERTRAC 31 met conduit-buisaansluiting • Actief lucht-koelsysteem voor radiometrische
sensoren
52847-NL-201120
1
2
3
4
5
6
Fig. 2: Behuizingskoeling met gemonteerde sensor
1 Bevestigingsbeugel
2 Zeskantbout M8 (4 stuks)
3 Vulringen voor M8 (4 stuks)
4 Isolatiebus (4 stuks)
5 Behuizingskoeling
6 Zeskantmoer M8 (2 stuks)
2. Plaats de bevestigingsbeugel (1) op de behuizingskoeling (5).
Let erop, dat de koelluchtaansluitingen in een geschikte richting
wijzen. Naderhand verdraaien van de bevestigingsbeugel (1) is
zeer ingewikkeld.
3. Verbind de bevestigingsbeugel (1) conform de afbeelding met
de behuizingskoeling (5) en trek de schroeven (2, 6) met een
draaimoment van 15 Nm vast.
1. Plaats de sensor in de behuizingskoeling.
De kleine deksel van de instrumentbehuizing moet na de monta-
ge op de bevestigingsbeugel naar voren wijzen (x).
5
1
x
Fig. 3: Montagerichting van de sensor ten opzichte van de bevestigingsbeugel
1 Bevestigingsbeugel
5 Behuizingskoeling
x Montagerichting van de behuizing
Plaatsen van de sensor
7
2 Montage
Luchtkoeling - FIBERTRAC 31 met conduit-buisaansluiting • Actief lucht-koelsysteem voor radiometrische
sensoren
52847-NL-201120
2. Het is handig, de sensor en de behuizingskoeling voor het
inschuiven vlak op de vloer te plaatsen. Bescherm daarbij de sen-
sor, door de sensorbehuizing tijdens de montage af te dekken.
Monteer de sensor met de beide schroeven (7) in de betreende
positie.
1
7
8
9
4
Fig. 4: Montage van de sensor
1 Bevestigingsbeugel
4 Isolatiebus (2 stuks)
7 Zeskantbout M8 (2 stuks)
8 Borgring voor M8 (2 stuks)
9 Vulringen voor M8 (4 stuks)
Houd de volgende algemene montage-instructies aan:
Monteer eerst de bevestigingsbeugel en de behuizingskoeling,
dan pas de sensor
De kleine deksel van de instrumentbehuizing moet na de montage
op de bevestigingsbeugel naar voren wijzen (x)
De sensor is samen met het luchtkoelsysteem erg zwaar. Gebruik
bij de montage een geschikt hijswerktuig
Monteer de lokale scintillatorkoelbuis conform de volgende montag-
etekening:
Behuizingskoeling
Montage van de scintilla-
torkoeling
8
2 Montage
Luchtkoeling - FIBERTRAC 31 met conduit-buisaansluiting • Actief lucht-koelsysteem voor radiometrische
sensoren
52847-NL-201120
10
15
Fig. 5: Montage van de scintillatorkoeling
10 Behuizingskoeling
15 Scintillator-koelbuis met NPT-schroefdraad (lokaal)
1. Maak een koelbuis (15) op de betreende lengte van de sensor.
De koelbuis (15) moet aan de bovenkant een NPT-aansluit-
schroefdraad 2" hebben.
2. Schuif de lokale koelbuis (15) van onderen op de zwarte scintilla-
tor van de sensor.
3. Smeer het bovenste schroefdraad van de scintillator-koelbuis
(15) in met een zuurvrij vet. Daarmee kunnen de onderdelen
gemakkelijker worden samengeschroefd.
4. Schuif de lokale koelbuis (15) van onderen in de schroefdraad-
aansluiting van de sensor en draai het buisschroefdraad in de
sensor.
5. De scintillator-koelbuis (15) moet van onderen open blijven. Let
erop, dat de koellucht ongehinderd kan uittreden.
De scintillatorkoeling is daarmee gemonteerd.
Informatie:
De sensor is samen met het luchtkoelsysteem erg zwaar. Gebruik bij
de montage een geschikt hijswerktuig.
Gebruik een hijsband met voldoende draagkracht. Let op de mar-
kering op de hijsband. Het betreende gewicht van het luchtkoelsy-
steem vindt u in hoofdstuk " Technische gegevens".
Plaats de hijsband direct onder de ens om de koelpijp. De lus is een
zogenaamde eenvoudige ankersteek.
Bevestig de hijsband conform de volgende afbeelding.
Optillen van het
luchtkoelsysteem
9
2 Montage
Luchtkoeling - FIBERTRAC 31 met conduit-buisaansluiting • Actief lucht-koelsysteem voor radiometrische
sensoren
52847-NL-201120
Fig. 6: Aanbrengen van de hijsband
Zodra het luchtkoelsysteem is gemonteerd, kunt u de sensor met het
luchtkoelsysteem op uw installatie monteren.
Opmerking:
Het luchtkoelsysteem bevat geen materiaal voor bevestiging op de
tank. Kies het bevestigingsmateriaal passend bij de omstandigheden
in uw installatie.
Bevestig de lokale koelbuis met geschikte montageklemmen
enzovoort.
Let erop, dat de buis goed is gezekerd tegen wegglijden.
Meer informatie over de sensormontage vindt u in de handleiding van
de sensor.
Montage van de sensor
10
2 Montage
Luchtkoeling - FIBERTRAC 31 met conduit-buisaansluiting • Actief lucht-koelsysteem voor radiometrische
sensoren
52847-NL-201120
1. Open de spansluiting (36) en neem het deksel (37) van het on-
derste deel van de behuizingskoelbox (38) af.
2. Draai de kabelwartels van de sensor voor een eenvoudiger mon-
tage uit de instrumentbehuizing.
3. Plaats het onderste deel van de behuizingskoelbox (38) op de
bevestigingsbeugel (1).
4. Steek de 6 inbusbouten (39) van onderen door de bevestigings-
beugel (1) en draai de schroeven vast met een aandraaimoment
van 4,5 Nm (3.3 lbf ft).
40
39
38
41
41
36
37
Fig. 7: Montage van de behuizingskoelbox
36 Spansluiting met veiligheidsborgingen
37 Deksel van de behuizingskoelbox
38 Onderste deel van de behuizingskoelbox
39 Veerring voor M5 (6 stuks)
40 Inbusbout M5 x 14 (6 stuks)
41 Aansluitopening voor wervelstroomkoeler (type FOS 208SS 25 HVE BSP)
1. Open de spansluiting (36) en neem het deksel (37) van de behui-
zingskoelbox (37) af.
2. Bepaal, welke kabelwartels u voor de aansluiting van de sensor
nodig heeft.
3. Maak met een spits gereedschap (bijv. naald enz.) een klein gat
in het midden door het betreende rubberen membraan (42).
Gebruik voor het doorsteken geen mes o.i.d.
Wanneer u per ongeluk een verkeerde membraan heeft doorsto-
ken, dan kunt u de rubberen membranen eenvoudig verwisselen.
Indien een membraan teveel is doorstoken, dan kunt u deze met
zelfklevend band weer sluiten.
Montage van de behui-
zingskoelbox
Elektrische aansluiting
11
2 Montage
Luchtkoeling - FIBERTRAC 31 met conduit-buisaansluiting • Actief lucht-koelsysteem voor radiometrische
sensoren
52847-NL-201120
42
38
36
37
Fig. 8: Voorbereidingen voor de elektrische aansluiting
36 Spansluiting met veiligheidsborgingen
37 Deksel van de behuizingskoelbox
38 Onderste deel van de behuizingskoelbox
42 Rubberen membraan
4. Steek de kabelwartel door de opening en schroef deze op de
sensorbehuizing vast.
Let erop, dat het rubberen membraan de kabelwartel goed om-
sluit, zodat er niet teveel koellucht ontsnapt.
5. Sluit de sensor aan op de voedingsspanning. Let op de instruc-
ties in de handleiding van de betreende sensor of het aansluit-
schema in het deksel van de behuizing.
Opmerking:
Het koelsysteem wordt binnen bereiken met hoge temperaturen
gebruikt. Gebruik daarom temperatuurbestendige kabels en installeer
deze zodanig, dat deze nooit met hete onderdelen in aanraking
komen.
6. Plaats het deksel van de behuizingskoelbox (37) van voren op het
onderste deel van de behuizingskoelbox (38).
7. Sluit de beide spansluitingen aan de zijkant (36).
Let erop, dat de spansluitingen (36) beschikken over veiligheids-
borgingen tegen onbedoeld openen. Voor het openen moet u de
veiligheidsborgingen indrukken.
De scintillatorkoeling en de behuizingskoelbox moeten op een koelsy-
steem worden aangesloten.
Alle schroefdraad voor de koelaansluiting op de sensor is binnen-
draad.
Er zijn twee koelmethoden mogelijk:
Koeling aansluiten
12
2 Montage
Luchtkoeling - FIBERTRAC 31 met conduit-buisaansluiting • Actief lucht-koelsysteem voor radiometrische
sensoren
52847-NL-201120
Wervelstroomkoeler (vortex-koeler)
Perslucht (uit het persluchtsysteem van de werkplaats)
Ook zijn combinaties van beide koelmethoden mogelijk.
Wij adviseren in elk geval het gebruik van wervelstroomkoelers. De
directe aansluiting op de sensor en de gedenieerde en planbare
koelwerking van de wervelstroomkoeler maken een eectieve koeling
van de meetplaats mogelijk.
Bij gebruik van perslucht uit het persluchtsysteem van de werkplaats
is zowel de doorstroomhoeveelheid als ook de temperatuur van de
perslucht niet gedenieerd. Een eectieve koeling is niet gewaar-
borgd.
Neem voor het projecteren contact op met de VEGA-service.
Opgelet:
Waarborg, dat een voldoende koelende werking wordt bereikt,
voordat u de meetplaats met werkplaatsperslucht in bedrijf neemt. De
maximaal toegestane temperatuur bij de scintillator is +50 °C (+122
°F); deze mag niet worden overschreden.
Koelsystemen - wervelstroomkoeler
Wervelstroomkoelers of zogenaamde vortex-koelers, zijn een bewe-
zen mogelijkheid, de sensor te koelen.
U kunt de koeluitgang van de wervelstroomkoeler direct op de behui-
zingskoelbox of op de scintillatorkoeling aansluiten.
Neem contact op met onze verkoopmedewerkers, om de wervel-
stroomkoeler voor wat betreft de grootte, koelvermogen en door-
stroomcapaciteit perfect op uw luchtkoelsysteem af te stemmen.
X
Z
Y
Fig. 9: Wervelstroomkoeler (vortex-koeler)
x Hete afvoerlucht
y Aanvoerlucht
z Koellucht
13
2 Montage
Luchtkoeling - FIBERTRAC 31 met conduit-buisaansluiting • Actief lucht-koelsysteem voor radiometrische
sensoren
52847-NL-201120
Opgelet:
De wervelstroomkoeler kan bij gebruik zeer heet worden. Aan de
afvoerluchtopening stroomt hete lucht uit van circa 100 °C (212 °F).
Bovendien kan de koeler of de sensor aan de koude luchtzijde zeer
koud zijn. Draag geschikte beschermende kleding en voorkom door
afzettingen en dergelijke, dat personen het koelsysteem kunnen
aanraken.
Zorg ervoor, dat de afvoerluchtstroom vrij kan uitstromen. Let erop,
dat er geen hittegevoelige componenten of kabels in de afvoer-
luchtstroom aanwezig zijn.
Wanneer u de afvoerluchtstroom in een andere richting wilt sturen,
gebruik dan standaard haakse metalen ttingen met ¼"-schroef-
draadaansluiting.
1. De behuizingskoelbox heeft twee aansluitopeningen met ¼"-aan-
sluiting.
Sluit de niet gebruikte opening af met een passende blindplug.
2. De beide openingen aan de zijkant van de behuizingskoeling
hebben geen functie. Sluit de openingen af met de meegeleverde
blindpluggen, om binnendringen van vuil en vocht te voorkomen.
3. Sluit de wervelstroomkoeler aan.
Alle schroefdraad voor de koelaansluiting op de sensor is binnen-
draad.
De wervelstroomkoeler type FOS 208SS 25 HVE BSP (optie)
voedt de behuizingskoelbox.
De wervelstroomkoeler type FOS 208SS 35 HVE BSP (optie)
wordt op de scintillatorkoeling aangesloten.
Draai daarvoor de korte koelluchtuitgang van de wervelstroom-
koeler in en trek de aansluiting met een draaimoment van 25 Nm
(18.43 lbf ft) vast.
14
2 Montage
Luchtkoeling - FIBERTRAC 31 met conduit-buisaansluiting • Actief lucht-koelsysteem voor radiometrische
sensoren
52847-NL-201120
a
d
c
c
Fig. 10: Aansluiting van de koelluchtsystemen (wervelstroomkoeler)
a Inlaat van de koellucht - scintillatorkoeling
(wervelstroomkoeler type FOS 208SS 35 HVE BSP - optie)
b Inlaat van de koellucht - behuizingskoelbox
(wervelstroomkoeler type FOS 208SS 25 HVE BSP - optie)
Aansluiting links of rechts mogelijk
Gebruik voor het koelen schone, droge perslucht klasse 3:3:2 con-
form ISO 8573-1:2010. Let op voldoende capaciteit van uw compres-
sor. Informatie over de kwaliteit, druk, capaciteit en temperatuur van
de koellucht vindt u in hoofdstuk " Technische gegevens".
Let erop, dat de koelluchtinlaten, bijvoorbeeld bij stilstand van de
installatie, niet bevriezen.
Opgelet:
Maak tijdens bedrijf geen schroeven of verbindingen los en zorg voor
een betrouwbare koelluchttoevoer zonder onderbrekingen. Stel de
benodigde procedure op voor het mogelijke geval van een perslucht-
uitval.
Wij adviseren, een temperatuursensor in de behuizingskoelbox op
te nemen, die bij het bereiken van een kritische temperatuur een
alarmmelding geeft.
Wanneer u de luchtkoeling in een toepassing wilt gebruiken, die con-
form SIL is gekwaliceerd, dan moet u de SIL-uitvalspecicaties van
het totale luchtkoelsysteem en de koelluchtaanvoer zelf beoordelen.
Koelsystemen - perslucht (lokaal)
Perslucht uit een werkplaatspersluchtsysteem is een andere mogelijk-
heid om de sensor te koelen.
15
2 Montage
Luchtkoeling - FIBERTRAC 31 met conduit-buisaansluiting • Actief lucht-koelsysteem voor radiometrische
sensoren
52847-NL-201120
U kunt de luchttoevoer direct op de behuizingskoelbox of op de scin-
tillatorkoeling aansluiten.
Stem het koelvermogen en de doorstroomhoeveelheid af op de eisen
van uw meettoepassing.
Opgelet:
Zorg ervoor, dat de afvoerluchtstroom ongehinderd en veilig naar de
atmosfeer kan ontwijken.
De lucht kan bij het koelen behoorlijk opwarmen. Let erop, dat er geen
hittegevoelige componenten of kabels in de luchtstroom aanwezig
zijn.
1. De behuizingskoelbox heeft twee aansluitopeningen met ¼"-aan-
sluiting.
Sluit de niet gebruikte opening af met een passende blindplug.
2. Sluit de werkplaatspersluchtleiding aan. Gebruik daarvoor een
¼"-aansluiting of een passende adapter.
Alle schroefdraad voor de koelaansluiting op de sensor is binnen-
draad.
Draai de koelluchtleiding in en trek de aansluiting vast met een
draaimoment van 25 Nm (18.43 lbf ft).
16
2 Montage
Luchtkoeling - FIBERTRAC 31 met conduit-buisaansluiting • Actief lucht-koelsysteem voor radiometrische
sensoren
52847-NL-201120
a
b
d
c
c
Fig. 11: Aansluiting van de koelluchtleidingen
a Inlaat van de koellucht - scintillatorkoeling
b Uitlaat van de koellucht - scintillatorkoeling
c Inlaat van de koellucht - behuizingskoelbox
Aansluiting links of rechts mogelijk
Gebruik voor het koelen schone, droge perslucht klasse 3:3:2 con-
form ISO 8573-1:2010. Let op voldoende capaciteit van uw compres-
sor. Informatie over de kwaliteit, druk, capaciteit en temperatuur van
de koellucht vindt u in hoofdstuk " Technische gegevens".
Opgelet:
Maak tijdens bedrijf geen schroeven of verbindingen los en zorg voor
een betrouwbare koelluchttoevoer zonder onderbrekingen. Stel de
benodigde procedure op voor het mogelijke geval van een perslucht-
uitval.
Wij adviseren, een temperatuursensor in de behuizingskoelbox op
te nemen, die bij het bereiken van een kritische temperatuur een
alarmmelding geeft.
Wanneer u de luchtkoeling in een toepassing wilt gebruiken, die con-
form SIL is gekwaliceerd, dan moet u de SIL-uitvalspecicaties van
het totale luchtkoelsysteem en de koelluchtaanvoer zelf beoordelen.
Houd de handleidingen aan van de bijbehorende radiometrische
sensor en de bronhouder.
Beschermrooster aan-
brengen
17
2 Montage
Luchtkoeling - FIBERTRAC 31 met conduit-buisaansluiting • Actief lucht-koelsysteem voor radiometrische
sensoren
52847-NL-201120
Bij het omgaan met radioactieve stralingsbronnen moet elke onnodi-
ge stralingsbelasting worden vermeden.
Indien na de montage van het koelsysteem gaten of tussenruimten
overblijven, moet met afzettingen en beschermroosters ingrijpen in
de gevaarlijke zone worden verhinderd. Dergelijke zones moeten
overeenkomstig worden gemarkeerd.
Breng op het koelsysteem aan beide zijden een beschermrooster
aan. Een bekleding met een metalen plaat of een passend gevormde
kunststofplaat zijn ook mogelijk.
18
3 Reserve-onderdelen
Luchtkoeling - FIBERTRAC 31 met conduit-buisaansluiting • Actief lucht-koelsysteem voor radiometrische
sensoren
52847-NL-201120
3 Reserve-onderdelen
3.1 Beschikbare reservedelen - luchtkoeling
Gekozen onderdelen van de koeling zijn als reservedelen leverbaar.
De volgende onderdelen zijn verkrijgbaar:
Het opgegeven aantal is de leveringshoeveelheid.
2
1
4
3
5
46
Fig. 12: Reservedelen - luchtkoeling met wervelstroomkoeler - scintillatorkoel-
buis met conduit-aansluiting
1 Rubberen membraan (2 stuks)
2 Deksel van de behuizingskoelbox
3 Afstandsschroefdraadadapter voor wervelstroomkoeler ¼ NPT (1 stuks)
4 Schroefdraadadapter voor wervelstroomkoeler ¼ NPT (1 stuks)
5 Wervelstroomkoeler type FOS 208SS 35 HVE BSP (inlaat van de koellucht -
scintillatorkoeling)
6 Wervelstroomkoeler type FOS 208SS 25 HVE BSP (inlaat van de koellucht -
behuizing-koelbox)
Luchtkoeling met wer-
velstroomkoeler - cond-
uit-aansluiting
19
3 Reserve-onderdelen
Luchtkoeling - FIBERTRAC 31 met conduit-buisaansluiting • Actief lucht-koelsysteem voor radiometrische
sensoren
52847-NL-201120
2
1
3
3
Fig. 13: Reservedelen - luchtkoeling met persluchtaansluiting (werkplaats) -
scintillatorkoeling met conduit-aansluiting
1 Rubberen membraan (2 stuks)
2 Deksel van de behuizingskoelbox
3 Schroefdraadadapter voor persluchtaansluiting ¼ NPT (1 stuk)
Luchtkoeling met pers-
luchtaansluiting (werk-
plaats) - conduit-aanslui-
ting
20
4 Bijlage
Luchtkoeling - FIBERTRAC 31 met conduit-buisaansluiting • Actief lucht-koelsysteem voor radiometrische
sensoren
52847-NL-201120
4 Bijlage
4.1 Technische gegevens
Algemene specicaties
Houd de instructies in de handleiding van de ingebouwde niveausensor FIBERTRAC 31 en de
stralingsbronhouder aan
Materiaal 316 L komt overeen met 1.4404 of 1.4435.
Materialen
Ʋ Behuizingskoeling 316L
Ʋ Behuizingskoelbox 316L
Gewicht
Ʋ Behuizingskoeling 2,3 kg (5.1 lbs)
Ʋ Behuizingskoelbox 3,2 kg (7.1 lbs)
Ʋ Bevestigingsbeugel 4,8 kg (10.6 lbs)
Totale lengte van het luchtkoelsysteem max. 7 m (22.97 ft)
Lokale koelbuis
Ʋ Max. diameter - sensorslang 45 mm (1.77 in)
Ʋ Schroefdraad
1)
2" NPT - buitendraad
Aandraaimomenten
Ʋ Schroeven, sensorbevestiging (M8) 15 Nm (11.06 lbf ft)
Ʋ Moeren, behuizingskoeling (M8) 15 Nm (11.06 lbf ft)
Ʋ Schroefdraadaansluitingen, wervel-
stroomkoeler resp. perslucht
25 Nm (18.43 lbf ft)
Aansluitschroefdraad koelluchtinlaten ¼" DIN ISO 228 buitendraad
(aansluitadapter voor NPT-aansluitingen meegeleverd bij
betreende uitvoering)
Doorstroomhoeveelheid - wervelstroomkoeler
Kwaliteit perslucht ISO 8573-1:2010 [3:3:2]
Capaciteit - compressor
2)
Ʋ Type FOS 208SS 25 HVE BSP
3)
708 L/min (25 SCFM)
Ʋ Type FOS 208SS 35 HVE BSP
4)
991 L/min (35 SCFM)
Luchtdruk van de aanvoerlucht 5 … 7,9 bar (72 … 114 psig)
Temperatuur aanvoerlucht +20 … +25 °C (+68 … +77 °F)
Omgevingstemperatuur
Ʋ Sensorlengte 0,3 … 5 m (1 … 16.4 ft) +80 °C (+176 °F)
Ʋ Sensorlengte 5 … 7 m (16.4 … 23 ft) +70 °C (+158 °F)
1)
Voor aansluiting op de sensor
2)
bij 6,9 bar (100 psig)
3)
optioneel
4)
optioneel
21
4 Bijlage
Luchtkoeling - FIBERTRAC 31 met conduit-buisaansluiting • Actief lucht-koelsysteem voor radiometrische
sensoren
52847-NL-201120
Doorstroomhoeveelheid - perslucht (lokaal)
Kwaliteit perslucht ISO 8573-1:2010 [3:3:2]
Luchtdruk van de aanvoerlucht Stem het koelvermogen en de doorstroomhoeveelheid
af op de eisen van uw meetplaats.
Temperatuur aan de scintillator max. +50 °C (+122 °F)
Toelatingen
Waarborg bij gebruik van het luchtkoelsysteem in explo-
siegevaarlijke omgeving, dat aan de sensor de maximaal
toegstane temperaturen uit de Ex-veiligheidsinstructies
worden aangehouden. In dit geval kan de sensor ook in
combinatie met het luchtkoelsysteem in explosiegevaar-
lijke omgeving worden toegepast.
4.2 Afmetingen
Actief luchtkoelsysteem
ø 141,3 mm
(5.56")
2
" NPT
38 mm
(1.50")
192 mm
(7.56")
273 mm
(10.75")
127 mm
(5.00")
51 mm
(2.01")
14 mm
(0.55")
152,5 mm
(6.00")
211 mm
(8.31")
111,5 mm
(4.39")
20 mm
(0.79")
G 1/4
63,5 mm
(2.50")
82 mm
(3.23")
1/4" NPT
82 mm
(3.23")
126,6 mm
(4.98")
254,6 mm
(10.02")
L
Fig. 14: Actief luchtkoelsysteem met scintillatorkoeling en behuizingskoelbox
L Totale lengte van het luchtkoelsysteem
22
Notes
Luchtkoeling - FIBERTRAC 31 met conduit-buisaansluiting • Actief lucht-koelsysteem voor radiometrische
sensoren
52847-NL-201120
23
Notes
Luchtkoeling - FIBERTRAC 31 met conduit-buisaansluiting • Actief lucht-koelsysteem voor radiometrische
sensoren
52847-NL-201120
Printing date:
VEGA Grieshaber KG
Am Hohenstein 113
77761 Schiltach
Germany
52847-NL-201120
De gegevens omtrent leveromvang, toepassing, gebruik en bedrijfsomstandighe-
den van de sensoren en weergavesystemen geeft de stand van zaken weer op het
moment van drukken.
Wijzigingen voorbehouden
© VEGA Grieshaber KG, Schiltach/Germany 2020
Phone +49 7836 50-0
Fax +49 7836 50-201
www.vega.com
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24

Vega Water/Air cooling FIBERTRAC 31 Supplementary instructions

Type
Supplementary instructions
Deze handleiding is ook geschikt voor