Indesit I5GGG(W)/NL Gebruikershandleiding

Categorie
Ovens
Type
Gebruikershandleiding
FORNUIS EN OVEN
Inhoud
Installatie, 27-31
Plaatsen en waterpas zetten
Elektrische aansluitingen
Gas aansluitingen
Aanpassen aan de verschillende soorten gas
Technische gegevens
Tabel eigenschappen
Beschrijving van het apparaat, 32
Aanzichttekening
Bedieningspaneel
Starten en gebruik, 33-35
De kookzones
Gebruik van de oven
Kooktabel oven
Voorzorgsmaatregelen en advies,36
Algemene veiligheid
Afvalverwijdering
Energiebesparing en milieubehoud
Onderhoud en verzorging, 37
De elektrische stroom afsluiten
Reinigen van het apparaat
Vervangen van het ovenlampje
Reinigen van de glaskeramische kookplaat
Servicedienst
Gebruiksaanwijzing
Nederland, 26
NL
Français, 1
FR
English, 14
GB
I5GGG /NL
NL
27
! Bewaar dit instructieboekje zorgvuldig voor
eventuele raadpleging in de toekomst. In het geval u
het apparaat verkoopt, weggeeft of wanneer u
verhuist, moet het boekje bij het apparaat bewaard
worden.
! Lees de instructies aandachtig door: u vindt er
belangrijke informatie betreffende installatie, gebruik
en veiligheid.
! De installatie van het apparaat moet volgens deze
instructies worden uitgevoerd door een bevoegde
installateur.
! Sluit altijd eerst de elektrische stroom af voordat u
tot onderhoud of regeling van het fornuis overgaat.
Ventilatie van de vertrekken
Dit apparaat mag uitsluitend worden geïnstalleerd in
permanent geventileerde ruimten, overeenkomstig
de geldende nationale voorschriften. In het vertrek
waar het apparaat wordt geïnstalleerd moet zoveel
lucht kunnen toestromen als nodig is voor de
normale gasverbranding (de luchtcapaciteit mag niet
minder zijn dan 2 m
3
/h per kW geïnstalleerd
vermogen).
De luchttoevoeropeningen, beschermd door
roosters, moeten voorzien zijn van een leiding met
een minstens 100 cm
2
bruikbare doorsnede en zo
moeten zijn geplaatst dat ze, zelfs niet gedeeltelijk,
worden verstopt, (
zie afbeelding A
).
Deze openingen moeten met 100% worden verbreed
- met een minimum van 200 cm
2
- als het fornuis
niet voorzien is van een thermokoppelbeveiliging en
wanneer de toevoer van lucht op indirecte manier
van aangrenzende vertrekken plaatsvindt (
zie
afbeelding B
) - mits dit geen gemeenschappelijke
ruimtes zijn van het gebouw, vertrekken met een
verhoogd brandgevaar of slaapkamers, die
beschikken over een ventilatieopening die
verbonden is met buiten, zoals zojuist beschreven.
Installatie
A
! Na een langdurig gebruik van het apparaat is het
aan te raden een raam te openen of de draaisnelheid
van eventuele ventilatoren te vermeerderen.
Plaatsen en waterpas zetten
! Het apparaat kan
naast meubels worden
geplaatst die niet hoger
zijn dan het werkvlak.
! Controleer of de wand
die in contact komt met
de achterzijde van het
apparaat van niet
ontvlambaar materiaal
is gemaakt en bestand
is tegen hoge temperaturen (T 90°C).
Voor een correcte installatie:
plaats het apparaat in de keuken, in de eetkamer
of in een eenkamerappartement (niet in de
badkamer);
Afvoer van de verbrandingsgassen
De afvoer van de verbrandingsgassen moet
plaatsvinden door middel van een afzuigkap die is
aangesloten op een veilige en goedwerkende
schoorsteen met natuurlijke trek, ofwel door middel
van een elektrische ventilator die automatisch in
werking treedt elke keer dat u het apparaat aanzet
(
zie afbeeldingen
).
! De vloeibare petroleumgassen, die zwaarder zijn
dan de lucht, blijven laag hangen, daarom moeten
LPG flessen afvoeropeningen naar buiten toe
hebben om een eventuele gaslekkage naar onder
toe af te kunnen voeren.
Lege of halfvolle LPG flessen mogen dus niet
worden geïnstalleerd of bewaard in vertrekken die
lager liggen dan de vloer (kelders, enz.). Het is
beter alleen de in gebruik zijnde fles in het vertrek te
bewaren, ver van warmtebronnen (ovens, open
haard, kachels) die hem tot temperaturen van meer
dan 50°C zouden kunnen brengen.
HOOD
420
Min.
min.
650
mm. with hood
min.
700
mm. without hood
mm.
600
Min. mm.
420
Min. mm.
Afvoer door een
schoorsteen of vertakt
rookkanaal (alleen
bestemd voor
kookapparaten)
Aangrenzend vertrek
Te ventileren vertrek
Ventilatieopening voor
verbrandingslucht
Vergroting van de kier
tussen de deur en de vloer
B
A
Ventilatieopening voor
verbrandingslucht
28
NL
als het kookvlak hoger is dan de meubels, moeten
zij op minstens 200 mm van het apparaat vandaan
worden geplaatst;
als het fornuis onder een keukenkastje wordt
geïnstalleerd, moet de afstand tussen de twee
minstens 420 mm zijn.
Deze afstand moet 700 mm zijn als de keukenkastjes
zijn vervaardigd uit ontvlambaar materiaal (
zie
afbeelding
);
hang geen gordijnen achter het fornuis, of op
minder dan 200 mm van de zijkanten;
eventuele afzuigkappen moeten volgens de
instructies van hun eigen gebruiksaanwijzing
worden geïnstalleerd.
Waterpas zetten
Indien het nodig is het
apparaat te nivelleren, kunnen
de bijgeleverde stelvoetjes in
de daarvoor geschikte
openingen in de hoeken van
het onderstuk van het fornuis
worden geschroefd (
zie
afbeelding
).
De poten* moeten aan het
onderstuk van het fornuis
worden vastgezet.
Elektrische aansluiting
Gebruik voor de voedingskabel een stekker die
genormaliseerd is voor de lading aangegeven op het
typeplaatje(
zie tabel Technische gegevens
).
IWanneer het apparaat rechtstreeks op het
elektrische net wordt aangesloten, moet u tussen het
apparaat en het net een meerpolige schakelaar
aanbrengen met een afstand tussen de contacten van
minstens 3 mm, aangepast aan het elektrische
vermogen en voldoend aan de geldende nationale
normen (de aarding mag niet worden onderbroken
door de schakelaar). De voedingskabel moet zodanig
worden geplaatst dat hij nergens een temperatuur
bereikt van 50°C hoger dan de kamertemperatuur.
Voor de aansluiting moet u controleren dat:
de contactdoos geaard is en voldoet aan de
geldende normen;
het stopcontact in staat is het maximale
vermogen van het apparaat te dragen, zoals
aangegeven op het typeplaatje;
*
Slechts op enkele modellen aanwezig.
de spanning zich bevindt tussen de waarden die
staan aangegeven op het typeplaatje;
de contactdoos en de stekker overeenkomen. Als
dat niet zo is, dient u ofwel de stekker ofwel de
contactdoos te vervangen; gebruik geen
verlengsnoeren of dubbelstekkers.
! Wanneer het apparaat geïnstalleerd is, moeten de
elektrische kabel en de contactdoos gemakkelijk te
bereiken zijn.
! De kabel mag niet gebogen of samengedrukt worden.
! De kabel moet van tijd tot tijd worden gecontroleerd en
mag alleen door erkende monteurs worden vervangen.
! De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld
wanneer deze normen niet worden nageleefd.
Gasaansluiting
De aansluiting van het apparaat op de gasleiding of
-fles moet worden uitgevoerd m.b.v. een flexibele
rubberen of stalen buis, in overeenstemming met de
normen UNI-CIG 7129 en 7131 en daaropvolgende
aanpassingen, en uitsluitend na te hebben
gecontroleerd dat het apparaat is afgesteld op het
soort gas waarmee het zal worden gevoed (zie etiket
met de ijking op het deksel: als dit niet het geval is,
zie onder). Bij gebruik van vloeibaar gas uit een
gasfles gebruikt u drukregelaars die voldoen aan de
normen UNI EN 12864 en daaropvolgende
wijzigingen. Om de aansluiting te vergemakkelijken
kan de gasvoeding aan de zijkant worden
geplaatst*: verander de plaats van de slanghouder
voor de aansluiting met de afsluitdop en vervang de
bijgeleverde afdichting.
! Voor het veilig functioneren, een juist gebruik van
de energie en een langere levensduur van het
apparaat moet u zich ervan verzekeren dat de
gasdruk overeenkomt met de waarden die zijn
aangegeven in de Tabel Eigenschappen branders
en sproeiers (
zie onder
).
Aansluiting gas met flexibele rubberen buis
Controleer of de buis overeenkomt met de geldende
nationale normen. De interne diameter van de buis
moet zijn: 8 mm voor voeding met vloeibaar gas.
Zodra de verbinding is uitgevoerd moet u
controleren of de buis:
in geen enkel punt contact maakt met delen die
temperaturen bereiken van meer dan 50°C;
niet onderhevig is aan trekkracht en torsie en dat
er geen bochten of knelpunten zijn;
NL
29
niet in contact komt met scherpe voorwerpen,
scherpe randen, beweegbare onderdelen en niet
in de knel raakt;
gedurende de hele lengte makkelijk te
inspecteren is, zodat u probleemloos kunt
controleren of hij in goede staat verkeert;
korter is dan 1500 mm;
aan beide uiteinden nauw sluit. Hij moet worden
bevestigd met slangklemmen die voldoen aan de
geldende nationale normen.
! Als u aan één of meer van deze voorwaarden niet
kunt voldoen of als het fornuis wordt geïnstalleerd
volgens de voorwaarden van klasse 2 - onderklasse 1
(apparaat gemonteerd tussen twee meubels), dient u
een flexibele, stalen buis gebruiken (
zie onder
).
Aansluiting met een flexibele roestvrije stalen
buis aan een onafgebroken wand voorzien van
aanhechtingen met schroefdraad.
Controleer of de buis en de afdichtingen
overeenkomen met de geldende nationale normen.
Voordat u de buis monteert verwijdert u de
buishouder op het apparaat (het verbindingsstuk
waardoor het gas toegang krijgt tot het fornuis is
voorzien van schroefdraad: 1/2 gas cilindrische
schroefbout).
! Voer de verbinding zodanig uit dat de lengte van
de buis, in uitgestrekte toestand, niet langer is dan
2 meter. Verzeker u ervan dat de buis niet in contact
komt met bewegende delen en dat hij niet wordt
afgekneld.
Controle gasdichtheid
Nadat het installeren heeft plaats gevonden moet de
gasdichtheid van alle verbindingsstukken worden
gecontroleerd met een zeepoplossing en nooit met
een vlam.
Aanpassen aan de verschillende soorten
gas
Het is mogelijk het fornuis aan te passen voor een
verschillende gassoort (anders dan die staat
aangegeven op het typeplaatje op het deksel).
Aanpassen kookplaat
Het vervangen van de sproeiers van de branders
van de kookplaat:
1. verwijder de
pannendragers en haal de
branders van hun plek;
2. draai de sproeiers los met
een pijpsleutel van 7 mm
(
zie afbeelding
) en vervang
ze met de sproeiers die
geschikt zijn voor het nieuwe type gas (
zie Tabel
Eigenschappen branders en sproeiers
);
3. zet de onderdelen in omgekeerde volgorde weer
op hun plaats.
Het regelen van de minimum stand van de branders:
1. zet het kraantje op de minimum stand;
2. haal de knop eraf en draai aan het regelschroefje
in of naast de spil van het kraantje totdat u een
kleine regelmatige vlam krijgt.
! Bij vloeibaar gas moet het regelschroefje geheel
worden vastgeschroefd;
3. controleer of door de kraan snel van maximum
naar minimum te draaien de branders niet uitgaan.
! De branders hebben geen regeling van de primaire
lucht nodig.
! Na de afregeling van een ander soort gas dan het
goedgekeurde gas moet u het oude etiket van de
gasinstelling vervangen met het etiket dat
overeenkomt met het nieuwe gas, verkrijgbaar bij
onze Erkende Technische Servicedienst.
! Als de gasdruk van het gebruikte gas verschillend
(of variabel) is dan hetgeen is voorzien, moet op de
toevoerbuis een drukregelaar worden aangebracht
die voldoet aan de geldende landelijke normen voor
de “drukregelaars voor gekanaliseerd gas”.
HEET OPPERVLAK
Verbindingspunt
Isolatiekraan
Complete slang
Verbindingspunt
Isolatiekraan
Complete slang
30
NL
A
V
Aanpassingen op de oven
Het vervangen van de
sproeier van de brander van
de oven:
1. verwijder de
verwarmingslade;
2. trek de schuifbescherming
A van zijn plaats
(zie afbeelding);
3. verwijder de ovenbrander
nadat u de schroef V heeft
losgedraaid
(zie afbeelding)
;
deze handeling kan
makkelijker worden uitgevoerd
als u de ovendeur verwijdert.
4. schroef de sproeier van de
ovenbrander los met de
speciale steeksleutel voor
sproeiers
(zie afbeelding)
of
met een steeksleutel van 7
mm, en vervang hem met een
die geschikt is voor het nieuwe type gas
(zie tabel
Eigenschappen branders en sproeiers)
.
TECHNISCHE
GEGEVENS
Afmetingen Oven
HxBxD
34x39x44 cm
Inhoud liter 58
Afmetingen van de
verwarmingslade
breedte 42 cm
diepte 44 cm
hoogte 18 cm
Branders
geschikt voor alle soorten gas
aangegeven op het typeplaatje
Spanning en
frequentie van de
elektrische voeding
zie typeplaatje
EU Richtlijnen:
2006/95/EC
van
12/12/06 (Laagspanning) en
daaropvolgende wijzigingen -
2004/108/EC van 15/12/2004
(Elektromagnetische
Compatibiliteit) en
daaropvolgende wijzigingen -
2009/142/EC van 30/11/09 (Gas)
en daaropvolgende wijzigingen -
93/68/EC van 22/07/93 en
daaropvolgende wijzigingen -
2002/96/EC.
1275/2008 (Stand-by/ Off mode)
BELANGRIJK! De glazen afdekplaat kan
breken bij oververhitting. Doe alle bran-
ders of eventuele elektrische kookplaten
uit voordat u hem dicht doet.*Betreft al-
leen modellen met glazen deksel
NL
31
S
S
R
A
A 15°C en 1013 mbar-droog gas
P.C.S. Natuurlijk gas G25 = 32,49 MJ/m
3
Tabel 1 (Voor Hollande) Natuurlijk gas
 



 

 !"  #$%

#!
 &' '( $) &&$
*+
67
(% '8 ': : $
*7
;<
% ' ': (> 
? @ &' ' &$ &:&

B
67B
6D7B
$%
$
&
Kenmerken van de branders en straalpijpen
I5GGG /NL
32
NL
Beschrijving van het apparaat
Aanzichttekening
Bedieningspaneel
*
Slechts op enkele modellen aanwezig.
Knoppen
KOOKPLATEN
OVENKNOPP
NL
33
Starten en gebruik
Gebruik van de kookplaat
Aansteken van de branders
Naast elke BRANDER knop wordt met een vol rondje
aangegeven bij welke brander deze knop hoort.
Om een brander van de kookplaat aan te steken:
1. houd een vlam of aansteker bij de brander;
2. druk en draai tegelijkertijd de BRANDER knop
linksom tot aan het symbool van de grootste vlam E.
3. regel de sterkte van de gewenste vlam, door de
BRANDER knop linksom te draaien: op het minimum
C, op het maximum E of op een tussenliggende
stand.
Als het apparaat beschikt over
een elektronische
ontsteking*(C) (
zie afbeelding
)
is het voldoende tegelijkertijd
de BRANDER knop in te
drukken en linksom te draaien
tot op het symbool van de
grootste vlam, totdat de ontsteking heeft
plaatsgevonden. Het kan zijn dat de brander uitgaat
wanneer u de knop loslaat. In dit geval moet u de
handeling herhalen en de knop iets langer ingedrukt
houden.
Als het apparaat is voorzien van een
thermokoppelbeveiliging (X) dient u de BRANDER
knop circa 3-7 seconden ingedrukt te houden om de
vlam aan te houden en de beveiliging te activeren.
! Mocht de vlam per ongeluk uitgaan, doe dan de
brander uit en wacht minstens 1 minuut voordat u
hem weer probeert aan te steken.
! Op modellen die voorzien zijn van een
vlamverspreider moet deze alleen worden gebruikt
op de extra brander wanneer men pannen gebruikt
die een doorsnede hebben van minder dan 12 cm.
*
Slechts op enkele modellen aanwezig.
X
C
Brander s ø Diameter pan (cm)
Snel(R) 24E26
Half-snel(S) 16E20
Spaarbrander(A) 10E14
F
Praktisch advies voor het gebruik van de branders
Voor een beter rendement van de branders en een
minimaal gasverbruik dient u pannen te gebruiken met
een platte onderkant, die voorzien zijn van een deksel
en die afgestemd zijn op de afmetingen van de
brander:
Om het type brander te selecteren kunt u de
tekeningen raadplegen die staan weergegeven in het
hoofdstuk "Eigenschappen branders en sproeiers".
Gebruik van de oven
! Wij raden u aan bij het eerste gebruik de oven
minstens een uur leeg te laten functioneren, op
maximum temperatuur en met de deur dicht. Nadat u
de oven heeft uitgeschakeld, opent u de ovendeur en
lucht u het vertrek. De lucht die u ruikt komt door het
verdampen van de middelen die worden gebruikt om
de oven te beschermen.
! Voor gebruik moet u het plastic folie aan de zijkanten
van het apparaat te verwijderen.
! Zet nooit voorwerpen op de bodem van de oven; u
riskeert hiermee het email te beschadigen. Bij
bereidingen met het draaispit dient u uitsluitend stand
1 van de oven te gebruiken.
Ontsteking van de oven
Voor het aansteken van de
brander van de oven houdt u
een vlam of gasaansteker bij de
opening F (zie afbeelding)
terwijl u tegelijkertijd de knop
OVEN indrukt en tegen de klok
in draait tot aan MAX.
Als de brander na 15 seconden nog niet aan is moet u
de knop loslasten, de ovendeur openen en minstens
een minuut wachten voordat u het nogmaals probeert.
! De oven beschikt over een veiligheidsmechanisme
waardoor u de knop OVEN circa 6 seconden ingedrukt
dient te houden.
34
NL
! Mocht de vlam per ongeluk uitgaan, doe dan de
brander uit en wacht minstens 1 minuut voordat u de
oven weer probeert aan te steken.
Regelen van de temperatuur
Om de gewenste kooktemperatuur te bereiken draait
u de knop OVEN tegen de klok in. De temperaturen
worden aangegeven op het bedieningspaneel en
gaan van MIN (140°C) tot MAX (250°C).
Zodra de temperatuur is bereikt zal de oven deze
constant houden dankzij de thermostaat.
!!
!!
!
Bij de functies OVEN BOVEN en GRILL raden wij u
aan het rooster op stand 5 te zetten en de lekplaat
op stand 1 om eventueel vet of jus op te vangen. Bij
de functie GEVENTILEERDE GRILL raden wij u aan
het rooster op stand 2 of 3 te zetten en de lekplaat
op stand 1 om eventueel vet of jus op te vangen.
Ovenlade
Onderin de oven zit een ruimte die kan worden
gebruikt voor het bewaren van accessoires of pannen.
Om de lade te openen draait u hem naar beneden
toe (
zie afbeelding
).
! Plaats geen brandbaar materiaal in de onderste
lade.
! De interne
oppervlakken van de
lade (indien aanwezig)
kunnen warm worden.
Ovenverlichting
Het ovenlicht op ieder willekeurig moment aan
worden gedaan door op de toets OVENLICHT te
drukken.
! Plaats geen brandbaar materiaal in de onderste
lade.
In de modellen met gasfornuis zit een
schuifbescherming A die de onderste lade
beschermt tegen de hitte van de brander
(zie
afbeelding)
.
Om de schuifbescherming te
verwijderen draait u de
schroef S los
(zie afbeelding)
.
Om hem weer op zijn plek te
doen blokkeert u hem met de
schroef S.
! Voor u de oven gebruikt
moet u controleren of de
schuifbescherming goed is
bevestigd.
A
S
NL
35
Kooktabel oven
Gerecht Gewicht
Positie ovenrekken
van beneden af
Temperatuur
(°C)
Voor ve rwa rmen
(min.)
Kooktijd
(min.)
Pasta
F
H
#
$%
$%
$%
&
&
&
$@$
$
$



(%@)%
%@>
%@>
Vlees
;+
;
I
;K
L
F
(
%
)
$
$
)
&
&
&
&
&
&
$@$
$@$$
$
$
$
$






8%@
8@
@
(@)
(@)
@%
Vis
6
OQ
R

%

&
&
&
)@$
)@$
)@$



:%@%
:%@%%
:%@%
Pizza

 : $@$$ % $@$%
Gebak
;K
T
U7
H
%



:
:
:
:
)
)
)
(
%
%
%
%
$%@&%
:@:%
%@%%
:@:%
NB:
KVK+7Q7Q
36
NL
Voorzorgsmaatregelen
en advies
! Dit apparaat is ontworpen en vervaardigd volgens
de geldende internationale veiligheidsvoorschriften.
Deze aanwijzingen zijn geschreven voor uw veiligheid
en u dient ze derhalve goed door te nemen.
Algemene veiligheid
Dit apparaat is vervaardigd voor niet-
professioneel gebruik binnenshuis.
Het apparaat dient niet buitenshuis te worden
geplaatst, ook niet in overdekte toestand. Het is
erg gevaarlijk als het in aanraking komt met regen
of onweer.
Raak het apparaat niet aan als u blootsvoets bent
of met natte of vochtige handen of voeten.
Het apparaat dient om gerechten te koken. Het
mag uitsluitend door volwassenen worden
gebruikt en alleen volgens de instructies die
beschreven staan in deze handleiding.
Deze handleiding betreft een apparaat van klasse
1 (losstaand) of klasse 2 - subklasse 1
(ingebouwd tussen 2 meubels).
Tijdens het gebruik van de oven worden de
verwarmingselementen en enkele delen van de
ovendeur zeer heet. Raak ze niet aan en houd
kinderen op een afstand.
laat de apparatuur niet door kinderen of
gehandicapte personen gebruiken zonder toezicht
Voorkom dat elektrische snoeren van andere
kleine keukenapparaten op warme delen van het
apparaat terechtkomen.
Laat de ventilatieopeningen en warmteafvoer vrij.
Gebruik altijd ovenwanten om gerechten in de
oven te zetten en eruit te halen.
Gebruik geen ontvlambare vloeistoffen (alcohol,
benzine enz.) in de buurt van het apparaat als het
in gebruik is.
Plaats geen brandbaar materiaal in de onderste
opberglade of in de oven: als de oven plotseling
aan zou worden gezet, zou dit materiaal vlam
kunnen vatten.
De interne oppervlakken van de lade (indien
aanwezig) kunnen warm worden.
Controleer altijd dat de knoppen in de stand
staan als het apparaat niet gebruikt wordt.
Trek nooit de stekker aan het snoer uit het
stopcontact, maar pak altijd de stekker direct
beet.
Maak het apparaat niet schoon of voer geen
onderhoud uit als de stekker nog in het
stopcontact zit.
Probeer in geval van storingen nooit zelf de
interne mechanismen van het apparaat te
repareren. Neem contact op met de Technische
Dienst.
Plaats geen zware voorwerpen op de open
ovendeur.
Dit apparaat mag niet worden gebruikt door
personen (kinderen inbegrepen) met een beperkt
lichamelijk, sensorieel of geestelijk vermogen of
personen die niet de nodige ervaring of kennis
hebben met het apparaat, tenzij onder toezicht
van een persoon die verantwoordelijk is voor hun
veiligheid of nadat hun is uitgelegd hoe het
apparaat werkt.
Verwijder eventuele vloeistoffen die zich op de
dekplaat bevinden voordat u hem open doet.
Voorkom dat kinderen met het apparaat spelen.
Afvalverwijdering
Het verwijderen van het verpakkingsmateriaal:
houdt u aan de plaatselijke normen zodat het
materiaal hergebruikt kan worden.
De Europese richtlijn 2002/96/EG, betreffende
afgedankte elektrische en elektronische
apparatuur (AEEA), voorziet dat huishoudelijke
apparatuur niet met het normale afval mag worden
meegegeven. De verwijderde apparaten moeten
apart worden opgehaald om het terugwinnen en
recyclen van de materialen waaruit ze bestaan te
optimaliseren en te voorkomen dat er eventuele
schade voortvloeit voor de gezondheid en het
milieu. Het symbool van de afvalemmer met een
kruis staat op alle producten om de consument
eraan te herinneren dat dit gescheiden afval is.
Om meer informatie te verkrijgen betreffende een
juiste verwijdering van huishoudapparaten kan de
consument zich richten tot de gemeentelijke
reinigingsdienst of de verkopers.
Energiebesparing en milieubehoud
Door de oven te gebruiken vanaf het late
middaguur tot aan de vroege ochtend zorgt u
ervoor dat uw elektriciteitscentrale minder wordt
belast tijdens het ‘spitsuur’.
NL
37
Onderhoud en verzorging
De elektrische stroom afsluiten
Sluit altijd eerst de stroom af voordat u tot enige
handeling overgaat.
Reinigen van het apparaat
! Gebruik nooit stoom- of hogedrukreinigers voor het
reinigen van het apparaat.
De buitenkant, dus zowel het email en het roestvrij
staal als de rubberen afdichtingen, kunnen met
een spons en een sopje worden afgenomen. Als
de vlekken moeilijk te verwijderen zijn, kunt u een
speciaal reinigingsmiddel gebruiken. Spoel en
droog het na het schoonmaken goed af. Gebruik
geen schuurmiddelen of bijtende producten.
De pannendragers, de branderdeksels, de
vlamkronen en de branders van de kookplaat
kunnen worden verwijderd voor een
gemakkelijkere reiniging; was ze in warm water en
een niet schurend reinigingsmiddel. Zorg ervoor
de afzettingen te verwijderen en doe ze pas op
hun plaats als ze volledig droog zijn.
Reinig geregeld het uiteinde van de
thermokoppelbeveiliging*.
De binnenkant van de oven kunt u het beste
direct na gebruik schoonmaken, als hij nog lauw
is. Gebruik warm water en een
schoonmaakmiddel, spoel vervolgens af en droog
met een zachte doek. Gebruik geen
schuurmiddelen.
Reinig het glas van de deur met een spons en
niet schurende producten. Droog met een zachte
doek. Gebruik geen ruwe schurende materialen of
scherpe schrapertjes die het oppervlak zouden
kunnen krassen waardoor als gevolg het glas zou
kunnen barsten.
De accessoires kunnen gewoon worden
afgewassen (eventueel ook in de vaatwasser).
Sluit het deksel van de kookplaat nooit zolang de
gasbranders nog aan of warm zijn. Verwijder
eventuele vloeistoffen die zich op de dekplaat
bevinden voordat u hem open doet.
Het controleren van de afdichtingen van de oven
Controleer regelmatig de staat van de afdichtingen
rondom de ovendeur. In het geval de afdichting
beschadigd is, dient u zich tot de dichtstbijzijnde
Erkende Servicedienst te wenden. Gebruik de oven
niet voordat de reparatie is uitgevoerd.
Vervangen van het ovenlampje
1. Nadat u de oven heeft
losgekoppeld van het
elektrische net, verwijdert u
het glazen deksel van de
lamphouder (
zie afbeelding
).
2. Schroef het lampje los en
vervang het met eenzelfde
soort lampje: spanning 230 V,
vermogen 25 W, fitting E 14.
3. Doe het deksel weer op zijn plaats en verbind de
oven weer aan het elektrische net.
Onderhoud gaskranen
Met verloop van tijd kan een kraan stroef worden of
vast blijven zitten; in dat geval is het noodzakelijk
hem te vervangen.
!
Dit moet worden uitgevoerd door een door deDit moet worden uitgevoerd door een door de
Dit moet worden uitgevoerd door een door deDit moet worden uitgevoerd door een door de
Dit moet worden uitgevoerd door een door de
fabrikant bevoegde installateur.fabrikant bevoegde installateur.
fabrikant bevoegde installateur.fabrikant bevoegde installateur.
fabrikant bevoegde installateur.
Servicedienst
! Wendt u nooit tot niet erkende monteurs.
Dit dient u door te geven:
Het soort storing;
Het model apparaat (Mod.)
Het serienummer (S/N)
Deze informatie bevindt zich op het typeplaatje op
het apparaat.
Verwijderen van de dekplaat
De dekplaat van het fornuis
kan verwijderd worden om het
reinigen te vergemakkelijken.
Open hem helemaal en trek hem
naar boven (zie afbeelding).
38
NL
02/2014- 195118597.00
XEROX FABRIANO
40°
Demonteren en weer monteren van de
ovendeur
1. Open de deur
2. Laat de haken van de scharnieren van de ovendeur
helemaal naar achter draaien (zie foto)
3. Sluit de deur tot de uiterste stand van de haak (de
deur blijft ongeveer 40° geopend) (zie foto)
4. Druk op de twee knoppen op het bovenste profiel en
neem het profiel uit (zie foto)
5. Verwijder de glazen plaat en reinig de plaat zoals
aangegeven in het hoofdstuk: “Onderhoud en
verzorging”.
6. Plaats de glazen plaat weer terug.
WAARSCHUWING! De oven mag niet worden gebruikt
als de glazen plaat aan de binnenzijde is verwijderd!
WAARSCHUWING! Als u de glazen plaat aan de
binnenzijde weer in elkaar zet, dient u het paneel goed
op zijn plaats te schuiven zodat de waarschuwingstekst
niet achterstevoren staat en goed te lezen is.
7. Plaats het profiel weer terug: wanneer het onderdeel
juist geplaatst is hoort u een klikgeluid.
8. Open de deur volledig.
9. Sluit de haakbouten weer (zie foto)
10.Nu kan de deur volledig gesloten worden en de oven
voor normaal gebruik gestart worden.

Documenttranscriptie

Gebruiksaanwijzing FORNUIS EN OVEN Inhoud FR Français, 1 GB English, 14 Installatie, 27-31 NL Nederland, 26 Plaatsen en waterpas zetten Elektrische aansluitingen Gas aansluitingen Aanpassen aan de verschillende soorten gas Technische gegevens Tabel eigenschappen Beschrijving van het apparaat, 32 Aanzichttekening Bedieningspaneel Starten en gebruik, 33-35 I5GGG /NL De kookzones Gebruik van de oven Kooktabel oven Voorzorgsmaatregelen en advies,36 Algemene veiligheid Afvalverwijdering Energiebesparing en milieubehoud Onderhoud en verzorging, 37 De elektrische stroom afsluiten Reinigen van het apparaat Vervangen van het ovenlampje Reinigen van de glaskeramische kookplaat Servicedienst Installatie ! Bewaar dit instructieboekje zorgvuldig voor eventuele raadpleging in de toekomst. In het geval u het apparaat verkoopt, weggeeft of wanneer u verhuist, moet het boekje bij het apparaat bewaard worden. ! Lees de instructies aandachtig door: u vindt er belangrijke informatie betreffende installatie, gebruik en veiligheid. Afvoer van de verbrandingsgassen De afvoer van de verbrandingsgassen moet plaatsvinden door middel van een afzuigkap die is aangesloten op een veilige en goedwerkende schoorsteen met natuurlijke trek, ofwel door middel van een elektrische ventilator die automatisch in werking treedt elke keer dat u het apparaat aanzet (zie afbeeldingen). ! De installatie van het apparaat moet volgens deze instructies worden uitgevoerd door een bevoegde installateur. ! Sluit altijd eerst de elektrische stroom af voordat u tot onderhoud of regeling van het fornuis overgaat. Ventilatie van de vertrekken Te ventileren vertrek 420 mm. 600 mm. ! Het apparaat kan naast meubels worden geplaatst die niet hoger zijn dan het werkvlak. ! Controleer of de wand die in contact komt met de achterzijde van het apparaat van niet ontvlambaar materiaal is gemaakt en bestand is tegen hoge temperaturen (T 90°C). A Ventilatieopening voor verbrandingslucht Min. Min. A HOOD 420 mm. B Plaatsen en waterpas zetten Min. Aangrenzend vertrek Afvoer door een schoorsteen of vertakt rookkanaal (alleen bestemd voor kookapparaten) ! De vloeibare petroleumgassen, die zwaarder zijn dan de lucht, blijven laag hangen, daarom moeten LPG flessen afvoeropeningen naar buiten toe hebben om een eventuele gaslekkage naar onder toe af te kunnen voeren. Lege of halfvolle LPG flessen mogen dus niet worden geïnstalleerd of bewaard in vertrekken die lager liggen dan de vloer (kelders, enz.). Het is beter alleen de in gebruik zijnde fles in het vertrek te bewaren, ver van warmtebronnen (ovens, open haard, kachels) die hem tot temperaturen van meer dan 50°C zouden kunnen brengen. min. 650 mm. with hood min. 700 mm. without hood Dit apparaat mag uitsluitend worden geïnstalleerd in permanent geventileerde ruimten, overeenkomstig de geldende nationale voorschriften. In het vertrek waar het apparaat wordt geïnstalleerd moet zoveel lucht kunnen toestromen als nodig is voor de normale gasverbranding (de luchtcapaciteit mag niet minder zijn dan 2 m3/h per kW geïnstalleerd vermogen). De luchttoevoeropeningen, beschermd door roosters, moeten voorzien zijn van een leiding met een minstens 100 cm 2 bruikbare doorsnede en zo moeten zijn geplaatst dat ze, zelfs niet gedeeltelijk, worden verstopt, (zie afbeelding A). Deze openingen moeten met 100% worden verbreed - met een minimum van 200 cm 2 - als het fornuis niet voorzien is van een thermokoppelbeveiliging en wanneer de toevoer van lucht op indirecte manier van aangrenzende vertrekken plaatsvindt (zie afbeelding B) - mits dit geen gemeenschappelijke ruimtes zijn van het gebouw, vertrekken met een verhoogd brandgevaar of slaapkamers, die beschikken over een ventilatieopening die verbonden is met buiten, zoals zojuist beschreven. Ventilatieopening voor verbrandingslucht Vergroting van de kier tussen de deur en de vloer ! Na een langdurig gebruik van het apparaat is het aan te raden een raam te openen of de draaisnelheid van eventuele ventilatoren te vermeerderen. Voor een correcte installatie: • plaats het apparaat in de keuken, in de eetkamer of in een eenkamerappartement (niet in de badkamer); 27 NL NL • als het kookvlak hoger is dan de meubels, moeten zij op minstens 200 mm van het apparaat vandaan worden geplaatst; • als het fornuis onder een keukenkastje wordt geïnstalleerd, moet de afstand tussen de twee minstens 420 mm zijn. Deze afstand moet 700 mm zijn als de keukenkastjes zijn vervaardigd uit ontvlambaar materiaal (zie afbeelding); • hang geen gordijnen achter het fornuis, of op minder dan 200 mm van de zijkanten; • eventuele afzuigkappen moeten volgens de instructies van hun eigen gebruiksaanwijzing worden geïnstalleerd. • de contactdoos en de stekker overeenkomen. Als dat niet zo is, dient u ofwel de stekker ofwel de contactdoos te vervangen; gebruik geen verlengsnoeren of dubbelstekkers. ! Wanneer het apparaat geïnstalleerd is, moeten de elektrische kabel en de contactdoos gemakkelijk te bereiken zijn. ! De kabel mag niet gebogen of samengedrukt worden. ! De kabel moet van tijd tot tijd worden gecontroleerd en mag alleen door erkende monteurs worden vervangen. ! De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld wanneer deze normen niet worden nageleefd. Waterpas zetten Indien het nodig is het apparaat te nivelleren, kunnen de bijgeleverde stelvoetjes in de daarvoor geschikte openingen in de hoeken van het onderstuk van het fornuis worden geschroefd (zie afbeelding). De poten* moeten aan het onderstuk van het fornuis worden vastgezet. Elektrische aansluiting Gebruik voor de voedingskabel een stekker die genormaliseerd is voor de lading aangegeven op het typeplaatje( zie tabel Technische gegevens). IWanneer het apparaat rechtstreeks op het elektrische net wordt aangesloten, moet u tussen het apparaat en het net een meerpolige schakelaar aanbrengen met een afstand tussen de contacten van minstens 3 mm, aangepast aan het elektrische vermogen en voldoend aan de geldende nationale normen (de aarding mag niet worden onderbroken door de schakelaar). De voedingskabel moet zodanig worden geplaatst dat hij nergens een temperatuur bereikt van 50°C hoger dan de kamertemperatuur. Voor de aansluiting moet u controleren dat: • de contactdoos geaard is en voldoet aan de geldende normen; • het stopcontact in staat is het maximale vermogen van het apparaat te dragen, zoals aangegeven op het typeplaatje; • de spanning zich bevindt tussen de waarden die staan aangegeven op het typeplaatje; 28 Gasaansluiting De aansluiting van het apparaat op de gasleiding of -fles moet worden uitgevoerd m.b.v. een flexibele rubberen of stalen buis, in overeenstemming met de normen UNI-CIG 7129 en 7131 en daaropvolgende aanpassingen, en uitsluitend na te hebben gecontroleerd dat het apparaat is afgesteld op het soort gas waarmee het zal worden gevoed (zie etiket met de ijking op het deksel: als dit niet het geval is, zie onder). Bij gebruik van vloeibaar gas uit een gasfles gebruikt u drukregelaars die voldoen aan de normen UNI EN 12864 en daaropvolgende wijzigingen. Om de aansluiting te vergemakkelijken kan de gasvoeding aan de zijkant worden geplaatst*: verander de plaats van de slanghouder voor de aansluiting met de afsluitdop en vervang de bijgeleverde afdichting. ! Voor het veilig functioneren, een juist gebruik van de energie en een langere levensduur van het apparaat moet u zich ervan verzekeren dat de gasdruk overeenkomt met de waarden die zijn aangegeven in de Tabel Eigenschappen branders en sproeiers (zie onder). Aansluiting gas met flexibele rubberen buis Controleer of de buis overeenkomt met de geldende nationale normen. De interne diameter van de buis moet zijn: 8 mm voor voeding met vloeibaar gas. Zodra de verbinding is uitgevoerd moet u controleren of de buis: • in geen enkel punt contact maakt met delen die temperaturen bereiken van meer dan 50°C; • niet onderhevig is aan trekkracht en torsie en dat er geen bochten of knelpunten zijn; * Slechts op enkele modellen aanwezig. • niet in contact komt met scherpe voorwerpen, scherpe randen, beweegbare onderdelen en niet in de knel raakt; • gedurende de hele lengte makkelijk te inspecteren is, zodat u probleemloos kunt controleren of hij in goede staat verkeert; • korter is dan 1500 mm; • aan beide uiteinden nauw sluit. Hij moet worden bevestigd met slangklemmen die voldoen aan de geldende nationale normen. HEET OPPERVLAK Verbindingspunt Isolatiekraan Complete slang Verbindingspunt Aanpassen kookplaat Het vervangen van de sproeiers van de branders van de kookplaat: 1. verwijder de pannendragers en haal de branders van hun plek; 2. draai de sproeiers los met een pijpsleutel van 7 mm (zie afbeelding) en vervang ze met de sproeiers die geschikt zijn voor het nieuwe type gas (zie Tabel Eigenschappen branders en sproeiers); Isolatiekraan Complete slang ! Als u aan één of meer van deze voorwaarden niet kunt voldoen of als het fornuis wordt geïnstalleerd volgens de voorwaarden van klasse 2 - onderklasse 1 (apparaat gemonteerd tussen twee meubels), dient u een flexibele, stalen buis gebruiken (zie onder). Aansluiting met een flexibele roestvrije stalen buis aan een onafgebroken wand voorzien van aanhechtingen met schroefdraad. Controleer of de buis en de afdichtingen overeenkomen met de geldende nationale normen. Voordat u de buis monteert verwijdert u de buishouder op het apparaat (het verbindingsstuk waardoor het gas toegang krijgt tot het fornuis is voorzien van schroefdraad: 1/2 gas cilindrische schroefbout). ! Voer de verbinding zodanig uit dat de lengte van de buis, in uitgestrekte toestand, niet langer is dan 2 meter. Verzeker u ervan dat de buis niet in contact komt met bewegende delen en dat hij niet wordt afgekneld. 3. zet de onderdelen in omgekeerde volgorde weer op hun plaats. Het regelen van de minimum stand van de branders: 1. zet het kraantje op de minimum stand; 2. haal de knop eraf en draai aan het regelschroefje in of naast de spil van het kraantje totdat u een kleine regelmatige vlam krijgt. ! Bij vloeibaar gas moet het regelschroefje geheel worden vastgeschroefd; 3. controleer of door de kraan snel van maximum naar minimum te draaien de branders niet uitgaan. ! De branders hebben geen regeling van de primaire lucht nodig. ! Na de afregeling van een ander soort gas dan het goedgekeurde gas moet u het oude etiket van de gasinstelling vervangen met het etiket dat overeenkomt met het nieuwe gas, verkrijgbaar bij onze Erkende Technische Servicedienst. ! Als de gasdruk van het gebruikte gas verschillend (of variabel) is dan hetgeen is voorzien, moet op de toevoerbuis een drukregelaar worden aangebracht die voldoet aan de geldende landelijke normen voor de “drukregelaars voor gekanaliseerd gas”. Controle gasdichtheid Nadat het installeren heeft plaats gevonden moet de gasdichtheid van alle verbindingsstukken worden gecontroleerd met een zeepoplossing en nooit met een vlam. Aanpassen aan de verschillende soorten gas Het is mogelijk het fornuis aan te passen voor een verschillende gassoort (anders dan die staat aangegeven op het typeplaatje op het deksel). 29 NL NL Aanpassingen op de oven Het vervangen van de sproeier van de brander van de oven: 1. verwijder de verwarmingslade; 2. trek de schuifbescherming A A van zijn plaats (zie afbeelding); V 3. verwijder de ovenbrander nadat u de schroef V heeft losgedraaid (zie afbeelding); deze handeling kan makkelijker worden uitgevoerd als u de ovendeur verwijdert. 4. schroef de sproeier van de ovenbrander los met de speciale steeksleutel voor sproeiers (zie afbeelding) of met een steeksleutel van 7 mm, en vervang hem met een die geschikt is voor het nieuwe type gas (zie tabel Eigenschappen branders en sproeiers). BELANGRIJK! De glazen afdekplaat kan breken bij oververhitting. Doe alle branders of eventuele elektrische kookplaten uit voordat u hem dicht doet.*Betreft alleen modellen met glazen deksel 30 TECHNISCHE GEGEVENS Afmetingen Oven HxBxD Inhoud Afmetingen van de verwarmingslade 34x39x44 cm liter 58 breedte 42 cm diepte 44 cm hoogte 18 cm Branders geschikt voor alle soorten gas aangegeven op het typeplaatje Spanning en frequentie van de elektrische voeding zie typeplaatje EU Richtlijnen: 2006/95/EC van 12/12/06 (Laagspanning) en daaropvolgende wijzigingen 2004/108/EC van 15/12/2004 (Elektromagnetische Compatibiliteit) en daaropvolgende wijzigingen 2009/142/EC van 30/11/09 (Gas) en daaropvolgende wijzigingen 93/68/EC van 22/07/93 en daaropvolgende wijzigingen 2002/96/EC. 1275/2008 (Stand-by/ Off mode) Kenmerken van de branders en straalpijpen NL Tabel 1 (Voor Hollande)  Natuurlijk gas             !" #$%  #   !  &' '( $) &&$ *+ 67   (% '8 ': : $ *7 ;  < % ' ': (>  @ &' ' &$ &:& ?    6 7  6D 7  B B B $% $ & A 15°C en 1013 mbar-droog gas P.C.S. Natuurlijk gas G25 = 32,49 MJ/m3 S S A R I5GGG /NL 31 Beschrijving van het apparaat NL Aanzichttekening Bedieningspaneel OVENKNOPP * Slechts op enkele modellen aanwezig. 32 Knoppen KOOKPLATEN Starten en gebruik Gebruik van de kookplaat Aansteken van de branders Naast elke BRANDER knop wordt met een vol rondje aangegeven bij welke brander deze knop hoort. Om een brander van de kookplaat aan te steken: 1. houd een vlam of aansteker bij de brander; 2. druk en draai tegelijkertijd de BRANDER knop linksom tot aan het symbool van de grootste vlam E. 3. regel de sterkte van de gewenste vlam, door de BRANDER knop linksom te draaien: op het minimum C, op het maximum E of op een tussenliggende stand. Als het apparaat beschikt over een elektronische X ontsteking*(C) (zie afbeelding) is het voldoende tegelijkertijd de BRANDER knop in te drukken en linksom te draaien C tot op het symbool van de grootste vlam, totdat de ontsteking heeft plaatsgevonden. Het kan zijn dat de brander uitgaat wanneer u de knop loslaat. In dit geval moet u de handeling herhalen en de knop iets langer ingedrukt houden. Als het apparaat is voorzien van een thermokoppelbeveiliging (X) dient u de BRANDER knop circa 3-7 seconden ingedrukt te houden om de vlam aan te houden en de beveiliging te activeren. ! Mocht de vlam per ongeluk uitgaan, doe dan de brander uit en wacht minstens 1 minuut voordat u hem weer probeert aan te steken. ! Op modellen die voorzien zijn van een vlamverspreider moet deze alleen worden gebruikt op de extra brander wanneer men pannen gebruikt die een doorsnede hebben van minder dan 12 cm. Praktisch advies voor het gebruik van de branders Voor een beter rendement van de branders en een minimaal gasverbruik dient u pannen te gebruiken met een platte onderkant, die voorzien zijn van een deksel en die afgestemd zijn op de afmetingen van de brander: Om het type brander te selecteren kunt u de tekeningen raadplegen die staan weergegeven in het hoofdstuk "Eigenschappen branders en sproeiers". Gebruik van de oven ! Wij raden u aan bij het eerste gebruik de oven minstens een uur leeg te laten functioneren, op Branders ø Diameter pan (cm) Snel(R) 24E26 Half-snel(S) 16E20 Spaarbrander(A) 10E14 maximum temperatuur en met de deur dicht. Nadat u de oven heeft uitgeschakeld, opent u de ovendeur en lucht u het vertrek. De lucht die u ruikt komt door het verdampen van de middelen die worden gebruikt om de oven te beschermen. ! Voor gebruik moet u het plastic folie aan de zijkanten van het apparaat te verwijderen. ! Zet nooit voorwerpen op de bodem van de oven; u riskeert hiermee het email te beschadigen. Bij bereidingen met het draaispit dient u uitsluitend stand 1 van de oven te gebruiken. Ontsteking van de oven Voor het aansteken van de brander van de oven houdt u een vlam of gasaansteker bij de opening F (zie afbeelding) terwijl u tegelijkertijd de knop F OVEN indrukt en tegen de klok in draait tot aan MAX. Als de brander na 15 seconden nog niet aan is moet u de knop loslasten, de ovendeur openen en minstens een minuut wachten voordat u het nogmaals probeert. ! De oven beschikt over een veiligheidsmechanisme waardoor u de knop OVEN circa 6 seconden ingedrukt dient te houden. * Slechts op enkele modellen aanwezig. 33 NL NL ! Mocht de vlam per ongeluk uitgaan, doe dan de brander uit en wacht minstens 1 minuut voordat u de oven weer probeert aan te steken. Regelen van de temperatuur Om de gewenste kooktemperatuur te bereiken draait u de knop OVEN tegen de klok in. De temperaturen worden aangegeven op het bedieningspaneel en gaan van MIN (140°C) tot MAX (250°C). Zodra de temperatuur is bereikt zal de oven deze constant houden dankzij de thermostaat. !Bij de functies OVEN BOVEN en GRILL raden wij u aan het rooster op stand 5 te zetten en de lekplaat op stand 1 om eventueel vet of jus op te vangen. Bij de functie GEVENTILEERDE GRILL raden wij u aan het rooster op stand 2 of 3 te zetten en de lekplaat op stand 1 om eventueel vet of jus op te vangen. Ovenlade Onderin de oven zit een ruimte die kan worden gebruikt voor het bewaren van accessoires of pannen. Om de lade te openen draait u hem naar beneden toe (zie afbeelding). ! Plaats geen brandbaar materiaal in de onderste lade. ! De interne oppervlakken van de lade (indien aanwezig) kunnen warm worden. Ovenverlichting Het ovenlicht op ieder willekeurig moment aan worden gedaan door op de toets OVENLICHT te drukken. 34 ! Plaats geen brandbaar materiaal in de onderste lade. In de modellen met gasfornuis zit een schuifbescherming A die de onderste lade beschermt tegen de hitte van de brander (zie afbeelding). Om de schuifbescherming te verwijderen draait u de schroef S los (zie afbeelding). Om hem weer op zijn plek te doen blokkeert u hem met de A schroef S. ! Voor u de oven gebruikt moet u controleren of de schuifbescherming goed is bevestigd. S Kooktabel oven NL Gewicht Positie ovenrekken van beneden af Temperatuur (°C) Voorverwarmen (min.) Kooktijd (min.) Pasta F H  #   $% $% $% & & & $@$ $ $    (%@)% %@> %@> Vlees ;+ ; I ; K L F  ( % ) $ $ ) & & & & & & $@$ $@$$ $ $ $ $       8%@ 8@ @ (@) (@) @% Vis 6 OQ R   %  & & & )@$ )@$ )@$    :%@% :%@%% :%@% Pizza    : $@$$ % $@$% Gebak ; K T  U7 H %    : : : : ) ) ) ( % % % % $%@&% :@:% %@%% :@:% Gerecht NB: KVK+7Q 7Q 35 Voorzorgsmaatregelen en advies NL ! Dit apparaat is ontworpen en vervaardigd volgens de geldende internationale veiligheidsvoorschriften. Deze aanwijzingen zijn geschreven voor uw veiligheid en u dient ze derhalve goed door te nemen. Algemene veiligheid • Dit apparaat is vervaardigd voor nietprofessioneel gebruik binnenshuis. • Het apparaat dient niet buitenshuis te worden geplaatst, ook niet in overdekte toestand. Het is erg gevaarlijk als het in aanraking komt met regen of onweer. • Raak het apparaat niet aan als u blootsvoets bent of met natte of vochtige handen of voeten. • Het apparaat dient om gerechten te koken. Het mag uitsluitend door volwassenen worden gebruikt en alleen volgens de instructies die beschreven staan in deze handleiding. • Deze handleiding betreft een apparaat van klasse 1 (losstaand) of klasse 2 - subklasse 1 (ingebouwd tussen 2 meubels). • Tijdens het gebruik van de oven worden de verwarmingselementen en enkele delen van de ovendeur zeer heet. Raak ze niet aan en houd kinderen op een afstand. • laat de apparatuur niet door kinderen of gehandicapte personen gebruiken zonder toezicht • Voorkom dat elektrische snoeren van andere kleine keukenapparaten op warme delen van het apparaat terechtkomen. • Laat de ventilatieopeningen en warmteafvoer vrij. • Gebruik altijd ovenwanten om gerechten in de oven te zetten en eruit te halen. • Gebruik geen ontvlambare vloeistoffen (alcohol, benzine enz.) in de buurt van het apparaat als het in gebruik is. • Plaats geen brandbaar materiaal in de onderste opberglade of in de oven: als de oven plotseling aan zou worden gezet, zou dit materiaal vlam kunnen vatten. • De interne oppervlakken van de lade (indien aanwezig) kunnen warm worden. • Controleer altijd dat de knoppen in de stand staan als het apparaat niet gebruikt wordt. • • Trek nooit de stekker aan het snoer uit het stopcontact, maar pak altijd de stekker direct beet. • Maak het apparaat niet schoon of voer geen 36 onderhoud uit als de stekker nog in het stopcontact zit. • Probeer in geval van storingen nooit zelf de interne mechanismen van het apparaat te repareren. Neem contact op met de Technische Dienst. • Plaats geen zware voorwerpen op de open ovendeur. • Dit apparaat mag niet worden gebruikt door personen (kinderen inbegrepen) met een beperkt lichamelijk, sensorieel of geestelijk vermogen of personen die niet de nodige ervaring of kennis hebben met het apparaat, tenzij onder toezicht van een persoon die verantwoordelijk is voor hun veiligheid of nadat hun is uitgelegd hoe het apparaat werkt. • Verwijder eventuele vloeistoffen die zich op de dekplaat bevinden voordat u hem open doet. • Voorkom dat kinderen met het apparaat spelen. Afvalverwijdering • Het verwijderen van het verpakkingsmateriaal: houdt u aan de plaatselijke normen zodat het materiaal hergebruikt kan worden. • De Europese richtlijn 2002/96/EG, betreffende afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (AEEA), voorziet dat huishoudelijke apparatuur niet met het normale afval mag worden meegegeven. De verwijderde apparaten moeten apart worden opgehaald om het terugwinnen en recyclen van de materialen waaruit ze bestaan te optimaliseren en te voorkomen dat er eventuele schade voortvloeit voor de gezondheid en het milieu. Het symbool van de afvalemmer met een kruis staat op alle producten om de consument eraan te herinneren dat dit gescheiden afval is. Om meer informatie te verkrijgen betreffende een juiste verwijdering van huishoudapparaten kan de consument zich richten tot de gemeentelijke reinigingsdienst of de verkopers. Energiebesparing en milieubehoud • Door de oven te gebruiken vanaf het late middaguur tot aan de vroege ochtend zorgt u ervoor dat uw elektriciteitscentrale minder wordt belast tijdens het ‘spitsuur’. Onderhoud en verzorging De elektrische stroom afsluiten Sluit altijd eerst de stroom af voordat u tot enige handeling overgaat. Reinigen van het apparaat ! Gebruik nooit stoom- of hogedrukreinigers voor het reinigen van het apparaat. • De buitenkant, dus zowel het email en het roestvrij staal als de rubberen afdichtingen, kunnen met een spons en een sopje worden afgenomen. Als de vlekken moeilijk te verwijderen zijn, kunt u een speciaal reinigingsmiddel gebruiken. Spoel en droog het na het schoonmaken goed af. Gebruik geen schuurmiddelen of bijtende producten. • De pannendragers, de branderdeksels, de vlamkronen en de branders van de kookplaat kunnen worden verwijderd voor een gemakkelijkere reiniging; was ze in warm water en een niet schurend reinigingsmiddel. Zorg ervoor de afzettingen te verwijderen en doe ze pas op hun plaats als ze volledig droog zijn. • Reinig geregeld het uiteinde van de thermokoppelbeveiliging*. • De binnenkant van de oven kunt u het beste direct na gebruik schoonmaken, als hij nog lauw is. Gebruik warm water en een schoonmaakmiddel, spoel vervolgens af en droog met een zachte doek. Gebruik geen schuurmiddelen. • Reinig het glas van de deur met een spons en niet schurende producten. Droog met een zachte doek. Gebruik geen ruwe schurende materialen of scherpe schrapertjes die het oppervlak zouden kunnen krassen waardoor als gevolg het glas zou kunnen barsten. • De accessoires kunnen gewoon worden afgewassen (eventueel ook in de vaatwasser). • Sluit het deksel van de kookplaat nooit zolang de gasbranders nog aan of warm zijn. Verwijder eventuele vloeistoffen die zich op de dekplaat bevinden voordat u hem open doet. Erkende Servicedienst te wenden. Gebruik de oven niet voordat de reparatie is uitgevoerd. Vervangen van het ovenlampje 1. Nadat u de oven heeft losgekoppeld van het elektrische net, verwijdert u het glazen deksel van de lamphouder (zie afbeelding). 2. Schroef het lampje los en vervang het met eenzelfde soort lampje: spanning 230 V, vermogen 25 W, fitting E 14. 3. Doe het deksel weer op zijn plaats en verbind de oven weer aan het elektrische net. Onderhoud gaskranen Met verloop van tijd kan een kraan stroef worden of vast blijven zitten; in dat geval is het noodzakelijk hem te vervangen. ! Dit moet worden uitgevoerd door een door de fabrikant bevoegde installateur. Servicedienst ! Wendt u nooit tot niet erkende monteurs. Dit dient u door te geven: • Het soort storing; • Het model apparaat (Mod.) • Het serienummer (S/N) Deze informatie bevindt zich op het typeplaatje op het apparaat. Verwijderen van de dekplaat De dekplaat van het fornuis kan verwijderd worden om het reinigen te vergemakkelijken. Open hem helemaal en trek hem naar boven (zie afbeelding). Het controleren van de afdichtingen van de oven Controleer regelmatig de staat van de afdichtingen rondom de ovendeur. In het geval de afdichting beschadigd is, dient u zich tot de dichtstbijzijnde 37 NL 02/2014- 195118597.00 XEROX FABRIANO NL Demonteren en weer monteren van de ovendeur 1. Open de deur 2. Laat de haken van de scharnieren van de ovendeur helemaal naar achter draaien (zie foto) 6. Plaats de glazen plaat weer terug. WAARSCHUWING! De oven mag niet worden gebruikt als de glazen plaat aan de binnenzijde is verwijderd! WAARSCHUWING! Als u de glazen plaat aan de binnenzijde weer in elkaar zet, dient u het paneel goed op zijn plaats te schuiven zodat de waarschuwingstekst niet achterstevoren staat en goed te lezen is. 7. Plaats het profiel weer terug: wanneer het onderdeel juist geplaatst is hoort u een klikgeluid. 8. Open de deur volledig. 9. Sluit de haakbouten weer (zie foto) 3. Sluit de deur tot de uiterste stand van de haak (de deur blijft ongeveer 40° geopend) (zie foto) 40° 10.Nu kan de deur volledig gesloten worden en de oven voor normaal gebruik gestart worden. 4. Druk op de twee knoppen op het bovenste profiel en neem het profiel uit (zie foto) 5. Verwijder de glazen plaat en reinig de plaat zoals aangegeven in het hoofdstuk: “Onderhoud en verzorging”. 38
1 / 1

Indesit I5GGG(W)/NL Gebruikershandleiding

Categorie
Ovens
Type
Gebruikershandleiding