Juno JBK111D5 Handleiding

Type
Handleiding
JBK111D5
Gebruik‐
saanwijzing
NL
Oven
INHOUDSOPGAVE
Veiligheidsinformatie 2
Veiligheidsvoorschriften 3
Beschrijving van het product 6
Bedieningspaneel 6
Voordat u het apparaat voor de eerste keer
gebruikt 8
Dagelijks gebruik 9
Klokfuncties 11
Automatische programma's 12
Gebruik van de accessoires 13
Extra functies 14
Aanwijzingen en tips 16
Onderhoud en reiniging 30
Probleemoplossing 31
Energiezuinigheid 33
Wijzigingen voorbehouden.
VEILIGHEIDSINFORMATIE
Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor installatie en
gebruik van het apparaat. De fabrikant is niet verantwoordelijk
voor letsel of schade veroorzaakt door een verkeerde installatie
of verkeerd gebruik. Bewaar de instructies altijd op een veilige
en toegankelijke plaats voor toekomstig gebruik.
Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen
Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8 jaar
en ouder en door mensen met beperkte lichamelijke,
zintuiglijke of verstandelijke vermogens of een gebrek aan
ervaring en kennis, indien zij onder toezicht staan of
instructies hebben gekregen over het veilig gebruiken van
het apparaat en indien zij de eventuele gevaren begrijpen.
Laat kinderen niet met het apparaat spelen.
Houd alle verpakking uit de buurt van kinderen en gooi het
op passende wijze weg.
Houd kinderen en huisdieren uit de buurt van het apparaat
als het in werking is of afkoelt. Het apparaat is heet.
Als het apparaat is voorzien van een kinderslot, dient dit te
worden geactiveerd.
Kinderen mogen zonder toezicht geen reinigings- en
onderhoudswerkzaamheden aan het apparaat uitvoeren.
Kinderen van 3 jaar en jonger moeten tijdens de werking van
dit apparaat altijd uit te buurt worden gehouden.
2
Algemene veiligheid
Alleen een erkende installatietechnicus mag het apparaat
installeren en de kabel vervangen.
WAARSCHUWING: Het apparaat en de toegankelijke
onderdelen ervan worden heet tijdens gebruik. U dient op te
passen dat u de verwarmingselementen niet aanraakt. Houd
kinderen jonger dan 8 jaar uit de buurt of onder permanent
toezicht.
Gebruik altijd ovenhandschoenen om accessoires of
kookgerei te plaatsen of verwijderen.
Zet de stroomtoevoer uit alvorens onderhoud te plegen.
Zorg ervoor dat het apparaat is uitgeschakeld voordat u de
lamp vervangt om elektrische schokken te voorkomen.
Gebruik geen stoomreiniger om het apparaat schoon te
maken.
Gebruik nooit agressieve reinigingsmiddelen of scherpe
metalen schrapers om de glazen deur schoon te maken,
deze kunnen krassen veroorzaken op het oppervlak,
waardoor het glas zou kunnen breken.
Als het netsnoer beschadigd is, moet de fabrikant, een
erkende serviceverlener of een gekwalificeerd persoon deze
vervangen teneinde gevaarlijke situaties te voorkomen.
Om de inschuifrails te verwijderen trekt u eerst de voorkant
van de inschuifrail en dan de achterkant uit de zijwanden.
Installeer de inschuifrails in de omgekeerde volgorde.
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Montage
WAARSCHUWING! Alleen een
erkende installatietechnicus mag
het apparaat installeren.
Verwijder alle verpakkingsmaterialen.
Installeer en gebruik geen beschadigd
apparaat.
Volg de installatie-instructies op die zijn
meegeleverd met het apparaat.
Pas altijd op bij verplaatsing van het
apparaat, want het is zwaar. Gebruik
altijd veiligheidshandschoenen en
gesloten schoeisel.
Trek het apparaat nooit aan de
handgreep van zijn plaats.
Houd de minimumafstand naar andere
apparaten en units in acht.
Zorg ervoor dat het apparaat onder en
naast veilige installaties wordt
geïnstalleerd.
De zijkanten van het apparaat moeten
naast apparaten of units staan van
dezelfde hoogte.
3
Elektrische aansluiting
WAARSCHUWING! Gevaar
voor brand en elektrische
schokken.
Alle elektrische aansluitingen moeten
door een gediplomeerd elektromonteur
worden gemaakt.
Dit apparaat moet worden aangesloten
op een geaard stopcontact.
Controleer of de elektrische informatie
op het typeplaatje overeenkomt met de
stroomvoorziening. Zo niet, neem dan
contact op met een elektromonteur.
Gebruik altijd een correct geïnstalleerd,
schokbestendig stopcontact.
Gebruik geen meerwegstekkers en
verlengsnoeren.
Zorg dat u de hoofdstekker en kabel niet
beschadigt. Indien de voedingskabel
moet worden vervangen, dan moet dit
gebeuren door onze Klantenservice.
Laat de stroomkabel niet in aanraking
komen met de deur van het apparaat,
met name niet als deze heet is.
De schokbescherming van delen onder
stroom en geïsoleerde delen moet op
zo'n manier worden bevestigd dat het
niet zonder gereedschap kan worden
verplaatst.
Steek de stekker pas in het stopcontact
als de installatie is voltooid. Zorg ervoor
dat het netsnoer na installatie bereikbaar
is.
Sluit de stroomstekker niet aan op een
losse stroomaansluiting.
Trek niet aan het netsnoer om het
apparaat los te koppelen. Trek altijd aan
de stekker.
Gebruik alleen de juiste isolatie-
apparaten: stroomonderbrekers,
zekeringen (schroefzekeringen moeten
uit de houder worden verwijderd),
aardlekschakelaars en contactgevers.
De elektrische installatie moet een
isolatieapparaat bevatten waardoor het
apparaat volledig van het lichtnet
afgesloten kan worden. Het
isolatieapparaat moet een
contactopening hebben met een
minimale breedte van 3 mm.
Dit apparaat voldoet aan de EEG-
richtlijnen.
Gebruik
WAARSCHUWING! Gevaar op
letsel, brandwonden, elektrische
schokken of een explosie.
Dit apparaat is uitsluitend bestemd voor
huishoudelijk gebruik.
De specificatie van het apparaat mag
niet worden veranderd.
Zorg ervoor dat de ventilatieopeningen
niet geblokkeerd zijn.
Laat het apparaat tijdens het gebruik niet
onbeheerd achter.
Schakel het apparaat telkens na gebruik
uit.
Wees voorzichtig met het openen van de
deur van het apparaat als het apparaat
aan staat. Er kan hete lucht ontsnappen.
Bedien het apparaat niet met natte
handen of als het contact maakt met
water.
Oefen geen kracht uit op een geopende
deur.
Het apparaat mag niet worden gebruikt
als werkblad of aanrecht.
Open de deur van het apparaat
voorzichtig. Als u alcoholische
toevoegingen gebruikt, kan er alcohol-
luchtmengsel ontstaan.
Houd vonken of open vlammen uit de
buurt van het apparaat bij het openen
van de deur.
Plaats geen ontvlambare producten of
gerechten die vochtig zijn gemaakt met
ontvlambare producten in, bij of op het
apparaat.
De magnetronfunctie mag niet worden
gebruikt om de oven voor te verwarmen.
WAARSCHUWING! Risico op
schade aan het apparaat.
Om schade of verkleuring van het email
te voorkomen:
zet geen kookgerei of andere
voorwerpen direct op de bodem van
het apparaat.
leg geen aluminiumfolie op de
bodem van het apparaat.
4
plaats geen water direct in het hete
apparaat.
haal vochthoudende schotels en
eten uit het apparaat als u klaar bent
met koken.
wees voorzichtig bij het verwijderen
of bevestigen van accessoires.
Verkleuring van het email heeft geen
ongewenst effect op de werking van het
apparaat.
Gebruik een diepe pan voor vochtige
taarten. Fruitsappen kunnen permanente
vlekken maken.
Dit apparaat is uitsluitend bestemd om
mee te koken. Het mag niet worden
gebruikt voor andere doeleinden, zoals
het verwarmen van een kamer.
Alle bereidingen moeten worden
uitgevoerd met gesloten ovendeur.
Als het apparaat achter een
meubelpaneel gemonteerd is (bijv. een
deur), zorg er dan voor dat de deur nooit
gesloten is als het apparaat in werking
is. Warmte en vocht kunnen achter een
gesloten meubelpaneel ophopen en
schade aan het apparaat, de behuizing
of de vloer veroorzaken. Sluit het
meubelpaneel niet tot het apparaat
volledig afgekoeld is na gebruik.
Onderhoud en reiniging
WAARSCHUWING! Gevaar
voor letsel, brand en schade aan
het apparaat.
Schakel het apparaat uit en trek de
stekker uit het stopcontact voordat u
onderhoudshandelingen verricht.
Zorg dat het apparaat is afgekoeld. Er
bestaat een risico dat de glasplaten
kunnen breken.
Vervang direct de glazen deurpanelen
als deze beschadigd zijn. Neem contact
op met de erkende servicedienst.
Wees voorzichtig als u de deur van het
apparaat verwijdert. De deur is zwaar!
Reinig het apparaat regelmatig om te
voorkomen dat het materiaal van het
oppervlak achteruitgaat.
Reinig het apparaat met een vochtige
zachte doek. Gebruik alleen neutrale
reinigingsmiddelen. Gebruik geen
schuurmiddelen, schuursponsjes,
oplosmiddelen of metalen voorwerpen.
Raadpleeg als u een ovenspray gebruikt
eerst de aanwijzingen op de verpakking.
Reinig niet het katalytisch email (indien
van toepassing) met een
schoonmaakmiddel.
Binnenverlichting
De gloeilampen of halogeenlampen in dit
apparaat zijn uitsluitend bedoeld voor
gebruik in huishoudelijke apparaten.
Gebruik deze niet voor andere
doeleinden.
WAARSCHUWING! Gevaar
voor elektrische schokken!
Voordat u het lampje vervangt, dient u
de stekker van het apparaat uit het
stopcontact te halen.
Gebruik alleen lampjes met dezelfde
specificaties.
Verwijdering
WAARSCHUWING! Gevaar
voor letsel of verstikking.
Haal de stekker uit het stopcontact.
Snijd het netsnoer vlak bij het apparaat
af en gooi het weg.
Verwijder de deurvergrendeling om te
voorkomen dat kinderen of huisdieren
binnen in het apparaat vast komen te
zitten.
Servicedienst
Neem contact op met een erkende
servicedienst voor reparatie van het
apparaat.
Gebruik uitsluitend originele
reserveonderdelen.
5
BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
Algemeen overzicht
1 2
3
4
5
6
7
1
2
3
4
1
Bedieningspaneel
2
Elektronische tijdschakelklok
3
Verwarmingselement
4
Lampje
5
Ventilator
6
Verwijderbare inschuifrail
7
Roosterhoogtes
Accessoires
Bakrooster
Voor kookgerei, bak- en braadvormen.
Bakplaat
Voor gebak en koekjes.
BEDIENINGSPANEEL
Elektronische tijdschakelklok
21 3 4 5 6 7 8 9 10 11
6
Gebruik de tiptoetsen om het apparaat te bedienen.
Tip-
toets
Functie Beschrijving
1
- WEERGAVE Toont de huidige instellingen van het apparaat.
2
AAN/UIT Het apparaat in- en uitschakelen.
3
OPTIES Om een ovenfunctie of een automatisch programma
in te stellen (alleen als het apparaat is ingeschakeld).
4
MIJN FAVORIETE
PROGRAMMA
Het opslaan van uw favoriete programma's. Gebruik
deze functie om uw favoriete programma recht-
streeks te openen, ook als het apparaat is uitge-
schakeld.
5
TEMPERATUUR/
SNEL OPWARMEN
De temperatuur in de oven of de temperatuur van
de vleesthermometer instellen en controleren (indien
aanwezig). Als u de knop drie seconden ingedrukt
houdt, wordt de functie Snel opwarmen in- en uit-
geschakeld.
6
OMLAAG Omlaag gaan in het menu.
7
OMHOOG Omhoog gaan in het menu.
8
OK De selectie of instelling bevestigen.
9
OVENVERLICH-
TING
Het in- of uitschakelen van de ovenlamp.
10
KLOK De klokfuncties instellen.
11
KOOKWEKKER De Kookwekker instellen.
Display
A B C
DEFG
A. Ovenfunctiesymbool
B. Temperatuur /tijddisplay
C. Klok / restwarmtedisplay / kookwekker
D. Restwarmte-indicatie
E. Lampjes voor de klokfuncties
F. Lampje opwarmen / lampje Snel opwarmen
G. Nummer van een ovenfunctie / programma
7
Andere indicaties op het display:
Sym-
bool
Naam Beschrijving
Automatisch programma
U kunt een automatisch programma kiezen.
Mijn favoriete programma
Het programma Favoriet is in werking.
/
kg / g
Een automatisch programma met gewicht-
invoer is in werking.
/
u / min
Een klokfunctie is in werking.
Temperatuur / Snel opwarmen
De functie werkt.
Température
De huidige temperatuur wordt getoond.
Température
U kunt de temperatuur wijzigen.
Binnenverlichting
U heeft het licht uitgeschakeld.
Kookwekker
De kookwekker staat aan.
Voorverwarmindicatie
Als u een ovenfunctie inschakelt, gaan de
balkjes op het display branden. De
balkjes geven aan dat de temperatuur in het
apparaat toe- of afneemt.
Wanneer het apparaat de ingestelde
temperatuur heeft bereikt, verdwijnen de
balkjes van het display.
VOORDAT U HET APPARAAT VOOR DE EERSTE KEER
GEBRUIKT
WAARSCHUWING! Raadpleeg
de hoofdstukken Veiligheid.
Eerste reiniging
Verwijder alle accessoires en verwijderbare
inschuifrails uit het apparaat.
Zie het hoofdstuk 'Onderhoud
en reiniging'.
Reinig het apparaat voor het eerste gebruik.
Zet de accessoires en verwijderbare
inschuifrails terug in de beginstand.
Tijd instellen
Na de eerste aansluiting op het
elektriciteitsnet, blijven alle symbolen op het
display enkele seconden branden. In de
volgende seconden toont het display de
softwareversie.
Als de weergave van de softwareversie uit
gaat, verschijnt h en 12:00 op het scherm.
1. Raak
of aan om het uur in te
stellen.
2. Tik op .
3. Raak of aan om de minuten in te
stellen.
4. Raak of aan.
Het display Temperatuur/Tijd geeft de
nieuwe tijd weer.
8
Tijd veranderen
U kunt de dagtijd alleen wijzigen als het
apparaat uit staat.
Tik op .
knippert op het display.
Om de nieuwe dagtijd in te stellen,
raadpleeg "Tijd instellen".
DAGELIJKS GEBRUIK
WAARSCHUWING! Raadpleeg
de hoofdstukken Veiligheid.
Het apparaat gebruiken
U kunt het apparaat gebruiken in:
de handmatige modus
automatische programma's
Ovenfuncties
Ovenfunctie Applicatie
Multi hetelucht Om op 2 rekstanden te bakken en tegelijk voedsel te dro-
gen.Stel de temperatuur 20 - 40 °C lager in dan bij Boven-
en onderwarmte.
Pizza hetelucht Om gerechten op één niveau te bakken met intensief brui-
nen en een krokantere korst. Stel de temperatuur 20 - 40
°C lager in dan voor Boven + onderwarmte.
Lage tempera-
tuur garen
Voor het bereiden van bijzonder mals en sappig braad-
vlees.
Conventionele
functie (Boven +
Onderwarmte)
Voor het bakken en braden op 1 ovenniveau.
Bevroren ge-
rechten
Voor kant-en-klaar gerechten zoals patat, aardappelkroket-
ten, loempia's.
Circulatiegrill Voor het braden van grotere stukken vlees of gevogelte
met botten op 1 niveau. Ook om te gratineren en te brui-
nen.
Grill intens Voor het roosteren van plat voedsel in grote hoeveelheden
en voor het maken van toast.
Grill Om vlak voedsel te grillen en te toasten.
Multi hetelucht
(vochtig)
Voor het besparen van stroom als u droog gebakken voed-
sel bakt en bereidt. Ook om gebakken voedsel in bakblik-
ken op één rekniveau te bakken. Deze functie wordt ge-
bruikt om de energie-efficiëntieklasse vast te stellen over-
eenkomstig EN50304.
9
Ovenfunctie Applicatie
Warmhouden Om het voedsel warm te houden.
Ontdooien Om bevroren gerechten te ontdooien.
Onderwarmte Voor het bakken van cake met een knapperige bodem en
voor het inmaken van voedsel.
ECO Braden Dankzij ECO-functies kunt u het energieverbruik tijdens het
koken optimaliseren. Het is daarom nodig om de kooktijd
eerst in te stellen. Voor meer informatie over de aanbevolen
instellingen raadpleegt u de kooktabellen met de equivalen-
te functie.
De ovenfunctie instellen
1. Schakel het apparaat in met .
Het display geeft de ingestelde
temperatuur, het symbool en het nummer
van de ovenfunctie weer.
2. Raak of aan om een ovenfunctie
in te stellen.
3. Raak aan. Anders start het apparaat
na vijf seconden automatisch.
Als u het apparaat activeert en
geen ovenfunctie of programma
instelt, wordt het apparaat na 20
seconden automatisch
uitgeschakeld.
Temperatuur wijzigen
Raak of om de temperatuur in
stappen van 5 °C te wijzigen.
Wanneer het apparaat de ingestelde
temperatuur heeft bereikt, weerklinkt er drie
keer een geluidssignaal en gaat de
verwarmingsindicatie uit.
Temperatuur opvragen
U kunt de temperatuur in het apparaat
controleren wanneer de functie of het
programma in werking is.
1. Tik op .
Het temperatuur-/tijddisplay geeft de
temperatuur in het apparaat aan.
Als u de temperatuur wilt wijzigen, raakt u
nog een keer aan en gebruikt u of
.
2. Raak aan om terug te keren naar de
ingestelde temperatuur. Het display
geeft dit na vijf seconden automatisch
weer.
Snel opwarmen
Leg geen voedsel in de oven
wanneer de functie Snel
opwarmen is ingeschakeld.
De functie Snel opwarmen is niet bij elke
ovenfunctie beschikbaar. Er is een
geluidssignaal te horen als de functie Snel
opwarmen niet voor de ingestelde functie
beschikbaar is als de fouttoon geactiveerd
is in het instelmenu.
De functie Snel opwarmen verlaagt de
opwarmtijd.
Houd om de functie Snel opwarmen in te
schakelen
langer dan drie seconden
ingedrukt.
Als u de functie Snel opwarmen activeert,
gaan de balkjes op het display
één voor
één knipperen en
gaat branden om
aan te geven dat de functie werkt.
10
KLOKFUNCTIES
Tabel klokfuncties
Klokfunctie Applicatie
TIMER MET OP-
TELFUNCTIE
Het tellen instellen dat aantoont hoe lang het apparaat in
werking is. Deze functie heeft geen invloed op de werking
van het apparaat.
DAGTIJD De tijd instellen. Zie 'De dagtijd instellen' om de tijd te wijzi-
gen.
DUUR Instellen hoe lang het apparaat in werking is.
EINDE Instellen wanneer het apparaat wordt uitgeschakeld. Berei-
dingsduur en einde kunnen gelijktijdig worden gebruikt (uit-
stel) als het apparaat op een later tijdstip automatisch wordt
in- en uitgeschakeld.
SET+GO Het apparaat wordt op een later tijdstip met één aanraking
van het sensorveld met de benodigde instellingen gestart.
Timer met optelfunctie
De timer met optelfunctie is niet
geactiveerd als Duur of Einde
zijn ingesteld.
De timer met optelfunctie begint met tellen
als het apparaat met opwarmen start.
1. Raak om de timer met optelfunctie te
resetten
aan.
2. Raak aan totdat op het display
"00:00" staat en de timer met
optelfunctie weer opnieuw begint te
tellen.
De DUUR instellen
1.
Activeer het apparaat en stel een
ovenfunctie en de temperatuur in.
2.
Raak
herhaaldelijk aan totdat het
display
weergeeft.
knippert op het display.
3. Raak
of aan om de minuten van
de DUUR in te stellen.
4. Raak aan om te bevestigen.
5. Gebruik of om de uren van de
DUUR in te stellen.
Als u tijdens het instellen van
de DUUR
of
aanraakt, schakelt het
apparaat over naar de
instelling van de functie
EINDE.
6. Wanneer de ingestelde tijd is verlopen,
klinkt er gedurende twee minuten een
geluidssignaal.
en tijdinstelling knippert in het display.
Het apparaat wordt uitgeschakeld.
7. Raak een tiptoets aan, of open de
ovendeur om het geluidssignaal te
stoppen.
8.
Schakel het apparaat uit.
Het EINDE instellen
1.
Activeer het apparaat en stel een
ovenfunctie en de temperatuur in.
2.
Raak
herhaaldelijk aan totdat het
display
weergeeft.
knippert op het display.
3. Gebruik
of om het EINDE in te
stellen en of om te bevestigen. U
stelt eerst de minuten en dan de uren
in.
11
Wanneer de ingestelde tijd eindigt, klinkt er
gedurende twee minuten een
geluidssignaal. Symbool en de
tijdinstelling knipperen in het display. Het
apparaat wordt uitgeschakeld.
4. Raak een tiptoets aan, of open de
ovendeur om het geluidssignaal te
stoppen.
5. Schakel het apparaat uit.
SET+GO instellen
U kunt de functie SET+GO alleen gebruiken
als de DUUR is ingesteld.
1.
Stel een ovenfunctie (of programma) en
temperatuur in (zie "De ovenfunctie
instellen" en "De temperatuur wijzigen").
2.
Stel de DUUR in (zie "De duur
instellen").
3.
Raak
herhaaldelijk aan totdat in
het display knippert.
4.
Raak aan om de functie SET+GO in
te stellen.
Het display geeft en met een indicatie
weer. Deze indicatie wordt weergegeven
wanneer de klokfunctie wordt geactiveerd.
5. Raak een sensorveld aan (behalve AAN/
UIT) om de functie SET+GO te starten.
De KOOKWEKKER instellen
Gebruik de KOOKWEKKER om de tijd af te
tellen (maximaal 2 uur 30 minuten). Deze
functie heeft geen invloed op de werking
van de oven. U kunt de KOOKWEKKER op
elk gewenst moment instellen, ook als het
apparaat uit staat.
1. Tik op
.
en "00" knipperen in het display.
2. Gebruik of om de
KOOKWEKKER in te stellen. U moet
eerst seconden en dan minuten en uren
instellen.
3. Raak aan. Anders start de
KOOKWEKKER na vijf seconden
automatisch.
Wanneer de ingestelde tijd eindigt,
weerklinkt er gedurende twee minuten een
geluidssignaal en knipperen "00:00" en
in het display.
4.
Raak een tiptoets aan, of open de
ovendeur om het geluidssignaal te
stoppen.
De tijdvertragingsfunctie
instellen
DUUR en EINDE kunnen tegelijkertijd
worden gebruikt, wanneer het apparaat op
een later tijdstip automatisch wordt in- en
uitgeschakeld. In dit geval wordt de DUUR
eerst ingesteld, en dan EINDE (zie
"De DUUR instellen" en "Het EINDE
instellen").
Wanneer de
tijdvertragingsfunctie wordt
ingeschakeld, geeft het display
het statische symbool van de
ovenfunctie
weer, met een
punt en
. De punt geeft aan
welke klokfunctie zich op het
display voor de klok-/
restwarmte bevindt.
AUTOMATISCHE PROGRAMMA'S
WAARSCHUWING! Raadpleeg
de hoofdstukken Veiligheid.
Er zijn 9 automatische recepten. Gebruik
een automatisch programma of een recept
als u geen kennis over of ervaring in het
bereiden van een gerecht hebt. Het display
toont de rekstand en de
standaardkooktijden voor alle automatische
programma's.
12
Automatische programma's
Programmanummer Programmanaam
1 BIEFSTUK
2 GEROOSTERD VARKENSVLEES
3 HELE KIP
4 PIZZA
5 MUFFINS
6 QUICHE LORRAINE
7 WITBROOD
8 AARDAPPELGRATIN
9 LASAGNE
Automatische programma's
1. Schakel het apparaat in.
2. Tik op
.
Het display toont
en het nummer van
het automatische programma.
3. Raak of aan om het
automatische programma te kiezen.
4. Raak
aan of wacht vijf seconden tot
het apparaat na vijf seconden
automatisch begint.
5. Wanneer de ingestelde tijd is verlopen,
klinkt er gedurende twee minuten een
geluidssignaal. Het symbool
knippert.
Het apparaat wordt uitgeschakeld.
6.
Raak een tiptoets aan, of open de deur
om het geluidssignaal te stoppen.
Automatische programma's met
gewichtinvoer
Als u het gewicht van het vlees instelt,
berekent het apparaat de braadtijd.
1. Schakel het apparaat in.
2. Tik op
.
3. Raak of aan om het
gewichtprogramms in te stellen.
Op het display verschijnt: kooktijd,
duursymbool, , een standaard gewicht,
een maateenheid (kg, gr).
4. Raak
aan. Anders worden de
instellingen na vijf seconden
automatisch opgeslagen.
Het apparaat wordt ingeschakeld.
5. U kunt het standaardgewicht wijzigen
met of . Tik op .
6.
Wanneer de ingestelde tijd is verlopen,
klinkt er gedurende twee minuten een
geluidssignaal. knippert.
Het apparaat wordt uitgeschakeld.
7.
Raak een tiptoets aan, of open de deur
om het geluidssignaal te stoppen.
GEBRUIK VAN DE ACCESSOIRES
WAARSCHUWING! Raadpleeg
de hoofdstukken Veiligheid.
Accessoires plaatsen
Bakrooster:
13
Plaats het rooster tussen de geleidestangen
van de roostersteun en zorg ervoor dat de
pootjes omlaag staan.
Bakplaat:
Schuif de bakplaat tussen de
geleidestangen van de roostersteun.
Bakrooster en bakplaat samen:
Schuif de bakplaat tussen de
geleidestangen van de roostersteun en het
rooster op de roostersteun er boven.
Alle accessoires hebben links
en rechts bovenaan kleine
inkepingen om de veiligheid
te verhogen. Deze
inkepingen zorgen er ook
voor dat ze niet omkantelen.
Door de verhoogde lijst die
om het rooster loopt, is
kookgerei beveiligd tegen
wegglijden.
EXTRA FUNCTIES
Gebruik van de functie Mijn
favoriet programma
Gebruik deze functie voor het opslaan van
uw favoriete temperatuur- en tijdinstellingen
van een ovenfunctie of programma.
1. Stel de temperatuur en tijd voor een
ovenfunctie of programma in.
2. Raak
gedurende langer dan drie
seconden aan. Er klinkt een
geluidssignaal.
3. Schakel het apparaat uit.
Voor het inschakelen van de functie
raakt u
aan. Het apparaat start het
programma Favoriet.
Wanneer de functie in
werking is, kunt u de tijd en
temperatuur veranderen.
Voor het uitschakelen van de functie
raakt u aan. Het apparaat beëindigt
het programma Favoriet.
Het kinderslot gebruiken
Het kinderslot voorkomt dat het apparaat
per ongeluk in werking wordt gesteld.
1. Schakel het apparaat uit met
om de
functie te activeren. Stel geen
ovenfunctie in.
2. Houd en gedurende ten minste 2
seconden samen ingedrukt.
14
Er klinkt een geluidssignaal.
SAFE verschijnt op het display.
Herhaal stap 2 om het kinderslot uit te
schakelen.
Gebruik van de
Functievergrendeling
U kunt de functie alleen inschakelen als het
apparaat in werking is.
Toetsblokkering voorkomt dat een
ovenfunctie per ongeluk wordt
ingeschakeld.
1.
Om de functie te activeren, schakel het
apparaat in.
2.
Schakel een ovenfunctie of instelling in.
3.
Houd
en gedurende ten minste 2
seconden samen ingedrukt.
Er klinkt een geluidssignaal.
Loc verschijnt op het display.
Om de Functievergrendeling te deactiveren,
herhaal stap 3.
U kunt het apparaat
uitschakelen als de
toetsblokkering aan is. Als u het
apparaat uit zet, wordt de
toetsblokkering uitgeschakeld.
Gebruik van het instelmenu
U kunt het instelmenu alleen instellen
wanneer het apparaat is uitgeschakeld.
Het instelmenu laat u toe om functies in het
hoofdmenu te activeren en deactiveren. Het
display toont SET en het nummer van de
instelling.
Beschrijving In te stellen waarde
1 SET+GO AAN/UIT
2 RESTWARMTE-INDICATIE AAN/UIT
3
TOETSVOLUME
1)
KLIKKEN/PIEPEN/UIT
4 FOUTTOON AAN/UIT
5 ONDERHOUDSMENU -
6 INSTELLINGEN RESETTEN AAN/UIT
1)
Het geluid van de tiptoets aan/uit kan niet worden uitgeschakeld.
1. Als het apparaat uit staat, houdt 3
seconden ingedrukt.
Het display geeft "SET1" weer en "1"
knippert.
2. Raak of aan om de instelling te
bevestigen.
3. Tik op .
4. Raak of aan om de waarde van
de instelling te wijzigen.
5. Tik op .
Automatische uitschakeling
Om veiligheidsredenen wordt het apparaat
na een tijdje automatisch uitgeschakeld als
een ovenfunctie werkt en u geen
instellingen wijzigt.
Temperatuur (°C) Uitschakeltijd (u)
30 - 115 12.5
120 - 195 8.5
200 - 245 5.5
250 - maximum 1.5
Na een automatische uitschakeling, raakt u
een tiptoets aan om het apparaat weer in
werking te stellen.
De automatische uitschakeling
werkt niet met de functies: licht,
langzaam garen, duur, einde,
tijduitstel.
15
Helderheid van het display
Er zijn twee standen voor de helderheid van
het display:
Helderheid 's nachts - wanneer het
apparaat uit staat, is de helderheid van
het display tussen 22:00 en 06:00 lager.
Helderheid overdag:
als het apparaat aan staat.
als u tijdens helderheid 's nachts een
tiptoets aanraakt (behalve AAN/UIT),
keert het display gedurende 10
seconden terug naar helderheid voor
overdag.
als het apparaat uit staat en u de
kookwekker hebt ingesteld.
Wanneer de kookwekker eindigt,
keert het display terug naar
helderheid voor 's nachts.
Koelventilator
Als het apparaat in werking is, wordt de
koelventilator automatisch ingeschakeld om
de oppervlakken van het apparaat koel te
houden. Na het uitschakelen van het
apparaat kan de ventilatie doorgaan totdat
het apparaat is afgekoeld.
AANWIJZINGEN EN TIPS
WAARSCHUWING! Raadpleeg
de hoofdstukken Veiligheid.
De temperaturen en baktijden in
de tabellen zijn slechts als
richtlijn bedoeld. Deze zijn
afhankelijk van de recepten en
de kwaliteit en de hoeveelheid
van de gebruikte ingrediënten.
Bakken
Uw oven kan een andere bak-/
braadverhouding hebben dan het
apparaat dat u tot nu toe gebruikt heeft.
Pas uw normale instellingen
(temperatuur, gaartijden) en de
ovenniveaus aan de tabelwaarden aan.
De fabrikant raadt u aan de eerste keer
een lagere temperatuur in te stellen.
Als u geen concrete aanwijzingen kunt
vinden voor een speciaal recept, kijkt u
bij een soortgelijk product.
Bij het bereiden van cake op meerdere
niveaus kan de baktijd ca. 10 - 15
minuten langer zijn.
Als de cake niet overal even hoog is,
wordt de cake in het begin van het
bakproces niet overal even bruin.
Verander in dit geval de
temperatuurinstelling niet. De verschillen
verminderen tijdens het bakproces.
Bij langere baktijden kunt u de oven ca.
10 minuten voor het einde van de baktijd
uitschakelen en profiteren van de
restwarmte.
Wanneer u bevroren gerechten gebruikt,
kunnen de bakplaten in de oven tijdens het
bakken vervormen. Wanneer de bakplaten
afkoelen, verdwijnt de vervorming.
Baktips
Bakresultaat Mogelijke oorzaak Oplossing
De onderkant van de cake is
niet voldoende gebruind.
De rekstand is incorrect. Plaats de cake op een lagere
rekstand.
De cake zakt in en wordt klef,
klonterig, streperig.
De oventemperatuur is te
hoog.
De volgende keer dat u een
cake bakt, stelt u de baktem-
peratuur lager in.
16
Bakresultaat Mogelijke oorzaak Oplossing
De cake zakt in en wordt klef,
klonterig, streperig.
Te korte baktijd. Baktijd verlengen. U kunt de
baktijd niet verlagen door
een hogere temperatuur in
te stellen.
De cake zakt in en wordt klef,
klonterig, streperig.
Er zit te veel vloeistof in het
mengsel.
Minder vocht gebruiken. Let
op de kneedtijden, vooral bij
het gebruik van keukenma-
chines.
De cake is te droog. De oventemperatuur is te
laag.
De volgende keer dat u een
cake bakt, stelt u de baktem-
peratuur hoger in.
De cake is te droog. Te lange baktijd. De volgende keer dat u een
cake bakt, gebruikt u een
kortere baktijd.
De cake wordt ongelijkmatig
bruin.
De oventemperatuur is te
hoog en de baktijd te kort.
De baktemperatuur lager in-
stellen en de baktijd verlen-
gen.
De cake wordt ongelijkmatig
bruin.
Het deeg is niet gelijkmatig
verdeeld.
Verdeel het deeg gelijkmatig
over de bakplaat.
De cake wordt niet gaar bin-
nen de aangegeven baktijd.
De oventemperatuur is te
laag.
De volgende keer dat u een
cake bakt, stelt u de baktem-
peratuur een beetje hoger in.
Bakken op één gebruiksniveau
Bakken in een bakblik
Gerecht
Functie Tempe-
ratuur
(°C)
Tijd (min) Rooster-
hoogte
Tulband of brioche Multi hetelucht 150 -
160
50 - 70 1
Moskovisch gebak/
vruchtencake
Multi hetelucht 140 -
160
70 - 90 1
Sponge cake / Cake,
zacht
Multi hetelucht 140 -
150
35 - 50 1
Sponge cake / Cake,
zacht
Boven + on-
derwarmte
160 35 - 50 1
Taartbodem van zand-
taartdeeg
1)
Multi hetelucht 170 -
180
10 - 25 2
17
Gerecht Functie Tempe-
ratuur
(°C)
Tijd (min) Rooster-
hoogte
Taartbodem - zacht ca-
kedeeg
Multi hetelucht 150 -
170
20 - 25 2
Apple pie / Appeltaart (2
vormen Ø 20 cm, diago-
naal geplaatst)
Multi hetelucht 160 70 - 90 2
Apple pie / Appeltaart (2
vormen Ø 20 cm, diago-
naal geplaatst)
Boven + on-
derwarmte
180 70 - 90 1
Kwarktaart, bakplaat
2)
Boven + on-
derwarmte
160 -
170
70 - 90 2
1)
Oven voorverwarmen.
2)
Gebruik de braadpan.
Gebak op bakplaat
Gerecht Functie Tempe-
ratuur
(°C)
Tijd (min) Rooster-
hoogte
Vlechtbrood/broodkrans Boven + on-
derwarmte
170 - 190 30 - 40 1
Kerststol
1)
Boven + on-
derwarmte
160 - 180 50 - 70 1
Brood (roggebrood)
1)
Boven + on-
derwarmte
1
eerst 230 20
dan 160 - 180 30 - 60
Roomsoezen/tompoe-
zen
1)
Boven + on-
derwarmte
190 - 210 20 - 35 2
Biscuitrol
1)
Boven + on-
derwarmte
180 - 200 10 - 20 2
Kruimeltaart (droog) Multi hetelucht 150 - 160 20 - 40 2
Boter-/Suikerkoek
1)
Boven + on-
derwarmte
190 - 210 20 - 30 2
Vruchtentaart (bereid
met gistdeeg/spons-
deeg)
2)
Multi hetelucht 150 - 160 35 - 55 2
18
Gerecht Functie Tempe-
ratuur
(°C)
Tijd (min) Rooster-
hoogte
Vruchtentaart (bereid
met gistdeeg/spons-
deeg)
2)
Boven + on-
derwarmte
170 35 - 55 2
Vruchtentaart met krui-
meldeeg
Multi hetelucht 160 - 170 40 - 80 2
Plaatkoek met kwetsba-
re garnering (bijvoor-
beeld kwark, room, pud-
dingvulling)
1)
Boven + on-
derwarmte
160 - 180 40 - 80 2
1)
Oven voorverwarmen.
2)
Gebruik de braadpan.
Koekjes
Gerecht Functie Tempe-
ratuur
(°C)
Tijd (min) Rooster-
hoogte
Zandkoekjes Multi hetelucht 150 - 160 10 - 20 2
Short bread / Zandtaart-
deeg/ Deegreepjes
Multi hetelucht 140 20 - 35 2
Short bread / Zandtaart-
deeg/ Deegreepjes
1)
Boven + on-
derwarmte
160 20 - 30 2
Koekjes gemaakt van
sponsdeeg
Multi hetelucht 150 - 160 15 - 20 2
Eiwitgebak, schuimge-
bak
Multi hetelucht 80 - 100 120 - 150
Bitterkoekjes Multi hetelucht 100 - 120 30 - 50 2
Koekjes gemaakt van
gistdeeg
Multi hetelucht 150 - 160 20 - 40 2
Klein bladerdeegge-
bak
1)
Multi hetelucht 170 - 180 20 - 30 2
Broodjes
1)
Multi hetelucht 160 10 - 25 2
Broodjes
1)
Boven + on-
derwarmte
190 - 210 10 - 25 2
Small cakes Kleine ca-
kes
1)
Multi hetelucht 160 20 - 35 2
19
Gerecht Functie Tempe-
ratuur
(°C)
Tijd (min) Rooster-
hoogte
Small cakes Kleine ca-
kes
1)
Boven + on-
derwarmte
170 20 - 35 2
1)
Oven voorverwarmen.
Ovenschotels en gegratineerde gerechten
Gerecht Functie Temperatuur
(°C)
Tijd (min) Roosterhoog-
te
Pastaschotel Boven + On-
derwarmte
180 - 200 45 - 60 1
Lasagne Boven + On-
derwarmte
180 - 200 25 - 40 1
Groentegratin
1)
Circulatiegrill 160 - 170 15 - 30 1
Stokbroden be-
dekt met ge-
smolten kaas
Multi hetelucht 160 - 170 15 - 30 1
Zoete oven-
schotels
Boven + On-
derwarmte
180 - 200 40 - 60 1
Visschotels Boven + On-
derwarmte
180 - 200 30 - 60 1
Gevulde groen-
te
Multi hetelucht 160 - 170 30 - 60 1
1)
Oven voorverwarmen.
Multi hetelucht (vochtig)
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Roosterhoogte
Pastaschotel 180 - 200 45 - 60 1
Lasagne 180 - 200 45 - 60 1
Aardappelgratin 190 - 210 55 - 80 1
Zoete gerechten 180 - 200 45 - 60 1
Tulband of brioche 160 - 170 50 - 70 1
Vlechtbrood/brood-
krans
170 - 190 40 - 50 1
Kruimeltaart (droog) 160 - 170 20 - 40 2
20
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Roosterhoogte
Koekjes gemaakt van
gistdeeg
160 - 170 20 - 40 2
Bakken op meerdere niveaus
Gebruik de functie Multi hetelucht.
Gebak op bakplaat
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Rooster-
hoogte
Roomsoezen /Eclairs
1)
160 - 180 25 - 45 1 / 4
Kruimeltaart 150 - 160 30 - 45 1 / 4
1)
Oven voorverwarmen.
Gebak / cakejes / brood op bakplaat
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Rooster-
hoogte
Zandkoekjes 150 - 160 20 - 40 1 /4
Short bread / Zand-
taartdeeg/ Deegreep-
jes
140 25 - 45 1 / 4
Koekjes gemaakt van
sponsdeeg
160 - 170 25 - 40 1 / 4
Eiwitgebak, schuim-
gebak
80 - 100 130 - 170 1 / 4
Bitterkoekjes 100 - 120 40 - 80 1 / 4
Koekjes gemaakt van
gistdeeg
160 - 170 30 - 60 1 / 4
Traag garen
Gebruik deze functie voor het bereiden van
zachte, magere stukken vlees en vis. Deze
functie is niet geschikt voor suddervlees of
een vet varkensbraadstuk.
In de eerste 10 minuten kunt u een
oventemperatuur instellen tussen 80°C en
150°C. De standaard is 90°C. Nadat de
temperatuur is ingesteld, blijft de oven
werken bij 80 °C. Gebruik deze functie niet
voor gevogelte.
Altijd zonder deksel garen als u
gebruik maakt van de functie.
1. Braad het vlees aan in een pan op de
kookplaat op een zeer hoge stand
gedurende 1 - 2 minuten aan elke kant.
2. Plaats het vlees in een diepe braadpan
in de oven op het bakrooster.
3. Selecteer de functie Lage temperatuur
garen.
21
Gerecht Aantal Temperatuur
(°C)
Tijd (min) Rooster-
hoogte
Biefstuk 1000 - 1.500
g
150 120 - 150 1
Runderbiefstuk 1000 - 1.500
g
150 90 - 110 1
Geroosterd kalfsvlees 1000 - 1.500
g
150 120 - 150 1
Steak 200 - 300 g 120 20 - 40 1
Pizza hetelucht
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Roosterhoogte
Pizza (dun)
1)
200 - 230 15 - 20 2
Pizza (met veel garne-
ring)
2)
180 - 200 20 - 30 2
Taarten 180 - 200 40 - 55 1
Spinazietaart 160 - 180 45 - 60 1
Quiche Lorraine (hartige
taart)
170 - 190 45 - 55 1
Zwitserse flan 170 - 190 45 - 55 2
Kwarktaart 140 - 160 60 - 90 1
Appeltaart, bedekt 150 - 170 50 - 60 1
Groentetaart 160 - 180 50 - 60 1
Ongedesemd brood
1)
230 - 250 10 - 20 2
Bladerdeegtaart
1)
160 - 180 45 - 55 2
Flammekuchen
1)
230 - 250 12 - 20 2
Piroggen (Russische vari-
ant op calzone)
1)
180 - 200 15 - 25 2
1)
Oven voorverwarmen.
2)
Gebruik de braadpan.
Braden
Gebruik hittebestendig servies om te
braden (lees de instructies van de
fabrikant).
Grote braadstukken kunt u direct in de
diepe braadpan braden (indien
aanwezig) of op een rooster boven de
braadpan.
22
Braad mager vlees in een braadpan met
deksel. Op die manier blijft het vlees
sappiger.
Alle soorten vlees die een korst moeten
krijgen, kunt u in de braadschaal zonder
deksel braden.
Wij raden u aan vlees en vis vanaf 1 kg
in het apparaat te bereiden.
Giet een beetje vloeistof in de braadpan
om het aanbranden van vleessap of vet
te voorkomen.
Indien nodig het braadstuk (na 1/2 - 2/3
van de gaartijd) keren.
Besprenkel grote braadstukken en
gevogelte diverse keren tijdens het
braden met het eigen vleessap. Hiermee
bereikt u een beter braadresultaat.
U kunt het apparaat ongeveer 10
minuten voor het einde van de
bereidingstijd uitschakelen om de
restwarmte te gebruiken.
Tabel braadstukken
Rundvlees
Gerecht Functie Aantal Tempe-
ratuur
(°C)
Tijd (min) Rooster-
hoogte
Stoofvlees Conventionele
functie (Boven +
Onderwarmte)
1 – 1,5
kg
230 120 - 150 1
Rosbief of
ossehaas:
rood
1)
Circulatiegrill per cm
dikte
190 -
200
5 - 6 per cm
dikte
1
Rosbief of
ossehaas:
medium
Circulatiegrill per cm
dikte
180 -
190
6 - 8 per cm
dikte
1
Rosbief of
ossehaas:
gaar
Circulatiegrill per cm
dikte
170 -
180
8 - 10 per cm
dikte
1
1)
Oven voorverwarmen.
Varkensvlees
Gerecht Functie Aantal Tempe-
ratuur
(°C)
Tijd (min) Rooster-
hoogte
Schouder-
stuk, nek-
stuk, ham-
lap
Circula-
tiegrill
1 – 1,5 kg 160 - 180 90 - 120 1
Kotelet, rib-
betje
Circula-
tiegrill
1 – 1,5 kg 170 - 180 60 - 90 1
Gehakt-
brood
Circula-
tiegrill
750 g - 1 kg 160 - 170 50 - 60 1
23
Gerecht Functie Aantal Tempe-
ratuur
(°C)
Tijd (min) Rooster-
hoogte
Varkens-
schenkel
(voorge-
kookt)
Circula-
tiegrill
750 g - 1 kg 150 - 170 90 - 120 1
Kalfsvlees
Gerecht Functie Aantal Tempe-
ratuur
(°C)
Tijd (min) Rooster-
hoogte
Geroosterd
kalfsvlees
Circula-
tiegrill
1 kg 160 - 180 150 - 120 1
Kalfsschen-
kel
Circula-
tiegrill
1,5 – 2 kg 160 - 180 120 - 150 1
Lamsvlees
Gerecht Functie Aantal Tempe-
ratuur
(°C)
Tijd (min) Rooster-
hoogte
Lamsbout,
geroosterd
lamsvlees
Circula-
tiegrill
1 – 1,5 kg 150 - 180 100 - 120 1
Lamsrug Circula-
tiegrill
1 – 1,5 kg 160 - 180 40 - 60 1
Wild
Gerecht
Functie Aantal Tempe-
ratuur
(°C)
Tijd (min) Rooster-
hoogte
Hazenrug,
hazenbout
1)
Con-
ventio-
nele
functie
(Boven
+ On-
der-
warmte)
tot 1 kg 230 30 - 40 1
24
Gerecht Functie Aantal Tempe-
ratuur
(°C)
Tijd (min) Rooster-
hoogte
Reerug, her-
tenrug
Con-
ventio-
nele
functie
(Boven
+ On-
der-
warmte)
1,5 – 2 kg 210 - 220 35 - 40 1
Reebout,
hertenbout
Con-
ventio-
nele
functie
(Boven
+ On-
der-
warmte)
1,5 – 2 kg 180 - 200 60 - 90 1
1)
Oven voorverwarmen.
Gevogelte
Gerecht Functie Aantal Tempe-
ratuur
(°C)
Tijd (min) Rooster-
hoogte
Kip Circula-
tiegrill
200 – 250 g
p.p.
200 -
220
30 - 50 1
Halve kip Circula-
tiegrill
400 – 500 g
p.p.
190 -
210
35 - 50 1
Stukken ge-
vogelte
Circula-
tiegrill
1 – 1,5 kg 190 -
210
50 - 70 1
Eend Circula-
tiegrill
1,5 – 2 kg 180 -
200
80 - 100 1
Vis (gestoomd)
Gerecht
Functie Aantal Tempe-
ratuur
(°C)
Tijd (min) Rooster-
hoogte
Hele vis Con-
ventione-
le func-
tie (Bo-
ven +
Onder-
warmte)
1 – 1,5 kg 210 -
220
45 - 60 1
25
Grill
Grill alltijd met de maximale
temperatuurinstelling.
Rooster in de rekstand plaatsen, zoals
aangeraden in grilleertabel.
Altijd de pan plaatsen om vet op te
vangen op de eerste rekstand.
Alleen platte stukken vlees of vis grillen.
Lege oven met grilfuncties altijd 5
minuten voorverwarmen.
LET OP! Tijdens het grillen moet
de ovendeur altijd gesloten zijn.
Grill
Gerecht Temperatuur
(°C)
Grilltijd (min.) Roosterhoog-
te
1e kant 2e kant
Biefstuk, medi-
um
210 - 230 30 - 40 30 - 40 1
Runderfilet, me-
dium
230 20 - 30 20 - 30 1
Varkensrug 210 - 230 30 - 40 30 - 40 1
Kalfsrug 210 - 230 30 - 40 30 - 40 1
Lamsrug 210 - 230 25 - 35 20 - 35 1
Hele vis, 500 -
1000 g
210 - 230 15 - 30 15 - 30 1
Tweekrings grill
Gerecht Grilltijd (min.) Roosterhoogte
1e kant 2e kant
Burgers / Burgers
1)
9 - 13 8 - 10 3
Varkenshaas 10 - 12 6 - 10 3
Worstjes 10 - 12 6 - 8 3
Runderfilet, kalfsbief-
stukken
7 - 10 6 - 8 3
Toast / Geroosterd
brood
1)
1 - 3 1 - 3 3
Brood met iets erop 6 - 8 - 3
1)
Oven voorverwarmen.
Bevroren voedsel
Haal het voedsel uit de verpakking. Doe
het voedsel op een bord.
Gebruik voor het afdekken geen borden
of schotels. Hierdoor kan de ontdooitijd
worden verlengd.
26
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Roosterhoogte
Pizza, bevroren 200 - 220 15 - 25 2
American pizza, bevro-
ren
190 - 210 20 - 25 2
Pizza, gekoeld 210 - 230 13 - 25 2
Pizza snacks, bevroren 180 - 200 15 - 30 2
Patat, dun 200 - 220 20 - 30 2
Patat, dik 200 - 220 25 - 35 2
Aardappel partjes 220 - 230 20 - 35 2
Rösties 210 - 230 20 - 30 2
Lasagne/Cannelloni,
vers
170 - 190 35 - 45 2
Lasagne / Cannelloni,
bevroren
160 - 180 40 - 60 2
Oven gegratineerde
kaas
170 - 190 20 - 30 2
Kippenvleugels 190 - 210 20 - 30 2
Bevroren kant-en-klaarmaaltijden
Gerecht
Functie Tempe-
ratuur
(°C)
Tijd (min) Roosterhoogte
Pizza, bevroren Boven + onder-
warmte
volgens
aanwijzin-
gen van
de fabri-
kant
volgens aanwij-
zingen van de fa-
brikant
2
Patates frites
1)
(300 - 600 g)
Boven + onder-
warmte of Circula-
tiegrill
200 - 220 volgens aanwij-
zingen van de fa-
brikant
2
Baguettes Boven + onder-
warmte
volgens
aanwijzin-
gen van
de fabri-
kant
volgens aanwij-
zingen van de fa-
brikant
2
27
Gerecht Functie Tempe-
ratuur
(°C)
Tijd (min) Roosterhoogte
Vruchtencake Boven + onder-
warmte
volgens
aanwijzin-
gen van
de fabri-
kant
volgens aanwij-
zingen van de fa-
brikant
2
1)
Patates frites tussendoor 2 tot 3 keer keren
Ontdooien
Haal het gerecht uit de verpakking en
plaats het op een bord.
Gebruik het eerste roosterniveau vanaf
de bodem.
Bedek het bord niet met een kom of
ander bord, aangezien het ontdooien
hierdoor langer kan duren.
Ge-
recht
Aantal Ontdooi-
tijd (min.)
Nadooitijd
(min)
Opmerkingen
Kip 1 kg 100 - 140 20 - 30 Kip op een omgedraaid schoteltje in
een groot bord leggen. Halverwege
de bereidingstijd omdraaien.
Vlees 1 kg 100 - 140 20 - 30 Halverwege de bereidingstijd om-
draaien.
Vlees 500 g 90 - 120 20 - 30 Halverwege de bereidingstijd om-
draaien.
Forel 150 g 25 - 35 10 - 15 -
Aard-
beien
300 g 30 - 40 10 - 20 -
Boter 250 g 30 - 40 10 - 15 -
Room 2 x 200 g 80 - 100 10 - 15 Klop de nog licht bevroren slag-
room.
Gebak 1,4 kg 60 60 -
Inmaken - Onderwarmte
Gebruik alleen weckpotten van dezelfde
afmetingen.
Gebruik geen weckpotten met een
draai- of bajonetsluiting en metalen
bakken.
Gebruik het eerste rooster van de
bodem van deze functie.
Zet niet meer dan zes weckflessen van 1
liter op het bakrooster.
Vul de glazen potten gelijkmatig en sluit
ze af met een klem.
De weckpotten mogen elkaar niet raken.
Vul ca. 1/2 liter water op de bakplaat,
zodat er voldoende vocht in de oven
ontstaat.
Als de vloeistof in de weckpotten begint
te borrelen (na ca. 35 - 60 minuten bij
28
weckpotten van 1 liter), stop de oven of
verlaag de temperatuur tot 100 °C
(raadpleeg de tabel).
Zachte vruchten
Gerecht Temperatuur (°C) Inmaken/wecken
tot het parelen be-
gint (min)
Door blijven koken
op 100 °C (min.)
Aardbeien / bosbes-
sen / frambozen / rij-
pe kruisbessen
160 - 170 35 - 45 -
Steenvruchten
Gerecht Temperatuur (°C) Inmaken/wecken
tot het parelen be-
gint (min)
Door blijven koken
op 100 °C (min.)
Peren / kweeperen /
pruimen
160 - 170 35 - 45 10 - 15
Groenten
Gerecht Temperatuur (°C) Inmaken/wecken
tot het parelen be-
gint (min)
Door blijven koken
op 100 °C (min.)
Wortelen
1)
160 - 170 50 - 60 5 - 10
Komkommers 160 - 170 50 - 60 -
Gemengde augurken 160 - 170 50 - 60 5 - 10
Koolrabi / erwten /
asperges
160 - 170 50 - 60 15 - 20
1)
Na uitschakeling in de oven laten staan.
Drogen - Multi hetelucht
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (u) Roosterhoogte
Bonen 60 - 70 6 - 8 2
Paprika's 60 - 70 5 - 6 2
Soepgroenten 60 - 70 5 - 6 2
Paddenstoelen 50 - 60 6 - 8 2
Kruiden 40 - 50 2 - 3 2
Pruimen 60 - 70 8 - 10 2
Abrikozen 60 - 70 8 - 10 2
29
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (u) Roosterhoogte
Schijfjes appel 60 - 70 6 - 8 2
Peren 60 - 70 6 - 9 2
ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING! Raadpleeg
de hoofdstukken Veiligheid.
Opmerkingen over
schoonmaken
Maak de voorkant van het apparaat
schoon met een zachte doek en een
warm sopje.
Gebruik voor metalen oppervlakken een
universeel reinigingsmiddel.
Reinig de binnenkant van het apparaat
na elk gebruik. Opeenhopingen van
vetten of andere voedselresten kunnen
brand veroorzaken.
Verwijder hardnekkig vuil met een
speciale ovenreiniger.
Reinig alle accessoires na elk gebruik en
laat ze drogen. Gebruik een zachte doek
en een warm sopje en een
reinigingsmiddel.
Toebehoren met antiaanbaklaag mogen
niet worden schoongemaakt met een
agressief reinigingsmiddel, voorwerpen
met scherpe randen of een
afwasautomaat. Dit kan de
antiaanbaklaag beschadigen.
Verwijderbare inschuifrails
Als u de binnenkant van de oven wilt
reinigen, verwijdert u de inschuifrails.
1. Trek de inschuifrail bij de voorkant uit de
zijwand.
2. Trek de geleider bij de achterkant uit de
zijwand en verwijder deze.
1
2
Installeer de inschuifrails in omgekeerde
volgorde.
De deur verwijderen en
installeren
U kunt de ovendeur en het interne glazen
paneel verwijderen om het schoon te
maken. Het aantal glasplaten verschilt per
model.
WAARSCHUWING! Wees
voorzichtig bij het verwijderen
van de deur uit het apparaat. De
deur is zwaar.
1. Open de deur helemaal.
2. Duw de klemhendels (A) volledig op de
twee scharnieren.
A
A
3. Sluit de ovendeur in de eerste
openingsstand (in een hoek van
ongeveer 70°).
30
4. Pak de deur aan de zijkanten met beide
handen vast en trek deze onder een
opwaartse hoek weg van het apparaat.
5. Plaats de ovendeur met de buitenkant
omlaag op een zachte en egale
ondergrond. Dit voorkomt krassen.
6. Deurafdekking (B) aan de bovenkant
van de deur aan beide kanten
vastpakken en naar binnen drukken om
de klemsluiting te ontgrendelen.
1
2
B
7.
Trek de deur naar voren om hem te
verwijderen.
8.
Houd de glasplaten aan de bovenkant
vast en trek deze een voor een omhoog
uit de geleiding.
9. Reinig de glasplaat met een sopje.
Droog de glasplaat voorzichtig af.
Als u de glasplaten en de ovendeur heeft
schoongemaakt, plaatst u ze terug. Voer
bovenstaande stappen uit in de
omgekeerde volgorde. Plaats de kleinste
glasplaat eerst, daarna de grotere
glasplaten.
Het lampje vervangen
Leg een doek op de bodem van de
binnenkant van het apparaat. Dit voorkomt
schade aan het afdekglas en de
ovenruimte.
WAARSCHUWING! Gevaar
voor elektrocutie! Maak de
zekering los voordat u de lamp
vervangt.
De lamp en het afdekglas
kunnen heet zijn.
1.
Schakel het apparaat uit.
2.
Verwijder de zekeringen in de
zekeringenkast, of schakel de
stroomonderbreker uit.
De bovenlamp
1.
Draai het afdekglas van de lamp naar
rechts en verwijder het.
2. Reinig het afdekglas.
3. Vervang de lamp door een geschikte
300°C hittebestendige lamp.
4. Plaats het afdekglas terug.
PROBLEEMOPLOSSING
WAARSCHUWING! Raadpleeg
de hoofdstukken Veiligheid.
Problemen oplossen
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
De oven wordt niet warm. De oven is uitgeschakeld. Schakel de oven in.
De oven wordt niet warm. De klok is niet ingesteld. Stel de klok in.
31
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
De oven wordt niet warm. De benodigde kookstanden
zijn niet ingesteld.
Zorg ervoor dat de instellin-
gen correct zijn.
De oven wordt niet warm. De automatische uitschake-
ling is actief.
Raadpleeg "Automatisch uit-
schakelen".
De oven wordt niet warm. Het kinderslot is geactiveerd. Raadpleeg "Het kinderslot
gebruiken".
De oven wordt niet warm. De zekering is doorgebrand. Controleer of de zekering de
oorzaak van de storing is. Als
de zekeringen keer op keer
doorslaan, neemt u contact
op met een erkende installa-
teur.
Het lampje brandt niet. Het lampje is stuk. Vervang het lampje.
Als de oven uit staat, toont
het display de tijd niet.
Het display is uitgeschakeld.
Raak en tegelijkertijd
aan om het display opnieuw
te activeren.
De bereiding van de gerech-
ten duurt te lang of de ge-
rechten worden te snel gaar.
De temperatuur is te laag of
te hoog.
Pas indien nodig de tempera-
tuur aan. Volg het advies in
de handleiding op.
Stoom en condens slaan
neer op de gerechten en in
de ovenruimte.
Het gerecht heeft te lang in
de oven gestaan.
Laat gerechten na het berei-
den niet langer dan 15 - 20
minuten in de oven staan.
Het display toont een foutco-
de die niet in deze lijst voor-
komt.
Er is een elektrische fout. Schakel de oven uit via de
huiszekering of de veilig-
heidsschakelaar in de ze-
keringkast en schakel de-
ze weer in
Neem contact op met de
klantenservice wanneer
de foutcode opnieuw
wordt weergegeven.
Onderhoudgegevens
Als u niet zelf het probleem kunt verhelpen,
neem dan contact op met uw verkoper of
de serviceafdeling.
De contactgegevens van het
servicecentrum staan op het typeplaatje.
Het typeplaatje bevindt zich voor aan de
binnenkant van het apparaat. Verwijder het
typeplaatje niet uit de ovenruimte.
32
Wij adviseren u om de gegevens hier te noteren:
Model (MOD.) .........................................
Productnummer (PNC) .........................................
Serienummer (S.N.) .........................................
ENERGIEZUINIGHEID
Productfiche en informatie volgens EU 65-66/2014
Naam leverancier Juno
Modelidentificatie JBK111D5
Energie-efficiëntie Index 105.5
Energie-efficiëntieklasse A
Energieverbruik bij een standaardbelasting, stand boven
+ onderwarmte
0.85 kWh/cyclus
Energieverbruik bij een standaardbelasting, stand hete-
lucht
0.77 kWh/cyclus
Aantal ruimten 1
Warmtebron Electriciteit
Volume 43 l
Soort oven Inbouwoven
Massa 29.6 kg
EN 60350-1 - Elektrische huishoudelijke
kookapparaten - Deel 1: Reeksen, ovens,
stoomovens en grills - Methoden voor
prestatiemeting.
Energie besparen
Dit apparaat bevat functies die u helpen
energie te besparen tijdens het dagelijks
koken.
Algemene tips
Zorg ervoor dat de ovendeur goed is
gesloten als het apparaat werkt en
houd de deur tijdens de bereiding zo
veel mogelijk gesloten.
Gebruik metalen schalen om meer
energie te besparen.
Zet indien mogelijk het eten in de
oven zonder voor te verwarmen.
Verlaag bij een bereidingsduur langer
dan 30 minuten de oventemperatuur
met minimaal 3 - 10 minuten,
afhankelijk van de bereidingsduur
voordat de kooktijd verstrijkt. De
restwarmte in de oven zorgt ervoor
dat het gerecht wordt voltooid.
U kunt de restwarmte gebruiken om
ander eten op te warmen.
Bereiding met hete lucht - gebruik
indien mogelijk de bereidingsfuncties
met hete lucht om energie te besparen.
Restwarmte
Bij sommige ovenfuncties worden,
als een programma met tijdselectie
(Duur, Einde, Tijdsvertraging) in
werking is en de bereidingstijd langer
is dan 30 minuten, de
verwarmingselementen automatisch
33
10% eerder uitgeschakeld. De lamp
en ventilator blijven wel werken.
Bereiding met de lamp uit - schakel
de lamp uit tijdens de bereiding en
schakel de lamp alleen in indien nodig.
Eeten warm houden - kies de laagste
temperatuur als u de restwarmte wilt
gebruiken om eten warm te houden. Het
display toont de restwarmtetemperatuur.
Eco-functies - raadpleeg
"Ovenfuncties".
Wanneer u de functie Multi hetelucht
(vochtig) gebruikt, wordt de lamp na 30
seconden uitgeschakeld. Vervolgens
schakelt u de oven opnieuw in.
Als u de Eco-functies, gebruikt,
schakelt de lamp uit. Vervolgens
schakelt u de oven opnieuw in.
MILIEUBESCHERMING
Recycle de materialen met het symbool .
Gooi de verpakking in een geschikte
verzamelcontainer om het te recyclen. Help
om het milieu en de volksgezondheid te
beschermen en recycle het afval van
elektrische en elektronische apparaten.
Gooi apparaten gemarkeerd met het
symbool niet weg met het huishoudelijk
afval. Breng het product naar het
milieustation bij u in de buurt of neem
contact op met de gemeente.
34
*
35
867314941-B-202016
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36

Juno JBK111D5 Handleiding

Type
Handleiding