Aeg-Electrolux 61500G-M Handleiding

Type
Handleiding
61500G-M
Gebruiksaanwijzing
en installatievoorschrift
Gaskookplaat
NL
2
Wij danken u voor uw keuze voor een van onze producten van hoogwaardige kwaliteit.
Lees deze gebruiksaanwijzing alstublieft zorgvuldig door, zo kunt u zeker zijn van
optimale en professionele prestaties van uw apparaat. De handleiding zal u in staat
stellen om alle processen perfect en op de meest efficiënte wijze te laten verlopen. Wij
adviseren u deze handleiding op een veilige plaats te bewaren, dan kunt u hem te allen
tijde raadplegen. Geef deze handleiding ook aan een eventuele toekomstige eigenaar van
het apparaat.
Wij wensen u veel plezier met uw nieuwe apparaat.
3
Voor de gebruiker
Waarschuwingen en adviezen.......................................................................................................... 4
Aanwijzingen voor de gebruiker ..................................................................................................... 6
Onderhoud ............................................................................................................................................... 9
Service en originele onderdelen .................................................................................................... 18
Voor de installateur
Technische gegevens.......................................................................................................................... 11
Aanwijzingen voor de installateur................................................................................................ 11
Elektrische aansluiting ...................................................................................................................... 12
Gasaansluiting ......................................................................................................................................13
Ombouw naar vloeibaar gas ...........................................................................................................14
Inbouw ..................................................................................................................................................... 15
Inbouw en montage ...........................................................................................................................16
Inbouwmogelijkheden ....................................................................................................................... 17
Inhoud
Over deze gebruiksaanwijzing
Onderstaande symbolen vindt u in de tekst en hebben de volgende betekenis:
Aanwijzingen m.b.t. de veiligheid
Aanwijzingen m.b.t. het gebruik
Adviezen en tips
Informatie m.b.t. het milieu
)
Dit apparaat voldoet aan de EU-richtlijnen:
2006/95 - 2004/108 - 90/396
en de daarbij behorende besluiten.
FABRIKANT:
ELECTROLUX ITALIA S.p.A.
C.so Lino Zanussi, 30
33080 Porcia (PN) - ITALY
Deze instructies gelden alleen voor de landen waarvan het identificatie symbool is
aangebracht op het titelblad van het instructieboekje en het apparaat zelf.
4
Installatie
Het installeren en aansluiten van het
apparaat dient door een erkend
installateur te geschieden.
Sluit het apparaat aan op het juiste type
gas, zoals vermeld op de sticker naast de
gasaansluiting van de kookplaat.
Dit toestel is niet aangesloten op een
afvoerkanaal voor verbrandingsgassen.
Het moet geplaatst en aangesloten
worden in overeenstemming met de
geldende voorschriften. Bijzondere
aandacht moet worden gegeven aan die
punten die betrekking hebben op de
ventilatie.
Door het gebruik van een kooktoestel op
gas wordt et warmte en vochtigheid
geproduceerd in het lokaal waar het
toestel is opgesteld. Waak erover dat de
keuken goed verlucht wordt waarbij u de
natuurlijke verluchting openlaat of een
mechanische voorziening aanbrengt
(mechanische dampkap).
Een langduring en intensief gebruik van
het toestel kan een bijkomende
verluchting vereisen, bijv. door het
openen van een raam, of een efficiëntere
verluchting, bijv. door het vermogen van
de mechanische ventilatie te verhogen,
als deze aanwezing is.
Controleer het apparaat na het
uitpakken op beschadigingen.
Controleer ook het aansluitsnoer op
beschadigingen. Neem in geval van
beschadiging contact op met uw
leverancier.
De fabrikant wijst elke aansprakelijkheid
ten aanzien van schade of letsel af,
indien bovenstaande veiligheidsmaatre-
gelen niet zijn getroffen of in acht
genomen.
Tijdens het gebruik
Dit apparaat is bedoeld voor het gebruik
door volwassenen. Het is gevaarlijk om
kinderen het apparaat te laten bedienen
of als speelgoed te laten gebruiken.
Dit apparat is bedoeld en gemaakt voor
het bereiden van voedsel in het
huishouden; gebruik het nergens anders
voor.
• Het is gevaarlijk om, in welke vorm dan
ook, dit apparaat of eigenschappen
daarvan te veranderen.
Om hygiënische en veiligheidsredenen
moet het apparaat altijd schoon worden
gehouden. Vet- en/of voedselresten
kunnen brand veroorzaken.
Controleer altijd of de
bedieningsknoppen in de “UIT” stand
staan, als de kookplaat niet meer wordt
gebruikt.
Mocht er in de buurt van de kookplaat
een stopcontact zijn, waarop af en toe
een ander huishoudelijk apparaat wordt
aangesloten, zorg er dan voor, dat het
snoer niet in contact komt met hete
delen van de kookplaat.
Als de kookplaat niet wordt gebruikt,
trek dan de stekker van de
vonkontsteking uit het stopcontact.
Trek altijd de stekker van de
vonkontsteking uit het stopcontact bij
het schoonmaken en onderhoud van de
kookplaat.
Zorg altijd voor voldoende ventilatie.
Deze waarschuwingen zijn bedoeld voor uw en andermans veiligheid. U wordt
geacht ze gelezen te hebben, alvorens u het apparaat installeert en/of in gebruik
neemt.
Waarschuwingen en adviezen
Nederlands
5
Gebrek aan ventilatie kan gebrek aan
zuurstof veroorzaken.
Veiligheid van personen
• Houd tijdens het in gebruik zijn van de
kookplaat kinderen uit de buurt. Ook na
het uitschakelen blijft het apparaat lang
heet. Let op dat kinderen de warme
delen niet aanraken tijdens het afkoelen.
Dit apparaat mag niet gebruikt worden
door kinderen of andere personen wiens
lichamelijke, motorische of geestelijke
gesteldheid of gebrek aan ervaring en
kennis die daardoor het apparaat niet
kunnen gebruiken zonder supervisie of
instructies van een verantwoordelijk
persoon om zeker te zijn van dat het
apparaat veilig kan worden gebruikt.
• Laat inspectie- en/of herstelwerkzaam-
heden uitvoeren door ELECTROLUX
SERVICE en laat geen andere dan
originele DISTRIPARTS onderdelen
plaatsen.
Service
Reparaties aan het apparaat mogen
alleen door vakmensen worden
uitgevoerd. Onvakkundige reparaties
kunnen tot aanzienlijke risico's leiden.
Informatie m.b.t. het
milieu
Houd bij het weggooien van de
verpakking rekening met de veiligheid en
het milieu.
Als u een oud apparaat afdankt, maak
het dan onbruikbaar door het
aansluitsnoer af te snijden.
Het symbool
op het product of op
de verpakking wijst erop dat dit product
niet als huishoudafval mag worden
behandeld. Het moet echter naar een
plaats worden gebracht waar elektrische
en elektronische apparatuur wordt
gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit
product op de correcte manier wordt
verwijderd, voorkomt u mogelijk voor
mens en milieu negatieve gevolgen die
zich zouden kunnen voordoen in geval
van verkeerde afvalbehandeling. Voor
meer details in verband met het recyclen
van dit product, neemt u het best contact
op met de gemeentelijke instanties, het
bedrijf of de dienst belast met de
verwijdering van huishoudafval of de
winkel waar u het product hebt gekocht.
Het is uiterst belangrijk dat het bij het apparaat behorende instructieboekje
bewaard blijft. Zou het apparaat door u aan iemand anders gegeven of verkocht
worden, of zou het apparaat in het huis van waaruit u verhuist achterblijven, dan dient
de nieuwe gebruik(st)er over het instuctieboekje en de daarin opgenomen
waarschuwingen te kunnen beschikken.
6
Bedieningsknoppen
De bedieningsknoppen van de branders
hebben drie standen:
z gesloten - uit
maximale gastoevoer
minimale gastoevoer
Aansteken van de branders
Steek de brander altijd aan
voordat u er een pan opzet.
Geïntegreerde ontsteking
Druk de bij de brander horende knop
geheel in en draai hem op de hoogste
stand
( ).
Maar houdt vervolgens de knop nog
55
55
5
secondenseconden
secondenseconden
seconden geheel ingedrukt. Dat is nodig
om de vlambeveiliging in te schakelen. De
vlam beveiliging voorkomt (afb. 1 -
DD
DD
D), dat
het gas blijft doorstromen, als de vlam
uitwaait of uitgaat door een storing in het
gasnet.
Zet vervolgens de knop in de gewenste
stand.
Mocht na verschillende pogingen de
brander niet aan gaan, controleer dan of
de vlamverdeler (afb. 1 - B) en het bran-
derdeksel (afb. 1 - A) goed op hun plaats
liggen.
Om de brander uit te schakelen draait
u de knop rechtsom op de UIT "
z" stand.
Luciferontsteking
Steek de lucifer aan. Druk de knop
van de betreffendebrander in en
draai hem linksom. Steek de
brander direkt aan.
Zet vervolgens de knop in de
gewenste stand.
)
Aanwijzingen voor de gebruiker
afb. 1
A - Branderdeksel
B - Vlamverdeler
C - Vonkontsteking
D - Vlambeveiliging
7
Het ontstekingsmechanisme mag
niet langer dan 15 seconden
ingedrukt worden. Als de brander
niet aan is na 15 seconden, wacht
dan minstens 1 minuut voordat u
het nogmaals probeert.
Als de brander per ongeluk dooft,
zet dan de knop op UIT "
z " en
wacht minstens
1 minuut1 minuut
1 minuut1 minuut
1 minuut voordat
u het nogmaals probeert.
Waarschuwing
Druk nooit op de knop van de
brander als het branderdeksel niet
op de brander ligt. Doet u dat wel,
dan kan de ontstekingsunit z’n zeer
hoge spanning niet kwijt hetgeen
tot beschadiging van de
ontstekingsunit kan leiden.
Zet altijd eerst de brander lager
of uit voordat u de pan van de
brander neemt.
8
Brander minimale maximale
diameter diameter
Sterk 180 mm 260 mm
Normaal 120 mm 220 mm
Sudder 80 mm 160 mm
Optimaal rendement
Voor een optimaal rendement moet de
diameter van de pan aangepast zijn aan de
brander, zodat de vlammen niet langs de
zijkant uitslaan (zie tabel).
Wij adviseren ook om de vlam lager te
zetten zodra het kookpunt bereikt is.
Gebruik alleen pannen met een vlakke
bodem.
Wees voorzichtig als u olie of
andere vetstoffen gebruikt (zo-
als bij het frituren). Olie en vet
ontbranden gemakkelijk bij
oververhitting.
Voor een juist gebruik van de
kookplaat
Om minder gas te verbruiken en een
beter rendement te behalen, alleen pannen
gebruiken met een platte bodem en met
afmetingen die geschikt zijn voor de
branders, zoals aangegeven in de tabel
onderaan deze pagina.
Let er bovendien op dat u, zodra een
vloeistof gaat koken, de vlam lager zet op
een stand die voldoende is om de
vloeistof aan de kook te houden.
Tijdens bereidingsmethoden waarbij
vetten of oliën gebruikt worden uw
gerechten goed in de gaten houden; deze
stoffen kunnen, wanneer ze op hoge
temperatuur gebracht worden, in brand
vliegen.
Roestvrij staal kan, als het blootgesteld
wordt aan extreme hitte, bruin worden.
Daarom raden wij langdurig gebruik van
een grillsteen, schaal van ongeglazuurd
aardewerk of pan van gietijzer af. Vermijd
het gebruik van aluminiumfolie om de
kookplaat tijdens het gebruik te
beschermen.
Vergewis u ervan dat de pannen niet
uitsteken buiten de randen van de
kookplaat en dat ze midden op de branders
staan teneinde minder gas te verbruiken.
Zet geen onstabiele of vervormde
pannen op de branders: ze zouden om
kunnen vallen of de inhoud zou over de
rand kunnen lopen, waardoor ongelukken
kunnen ontstaan.
De pannen mogen niet op de bedie-De pannen mogen niet op de bedie-
De pannen mogen niet op de bedie-De pannen mogen niet op de bedie-
De pannen mogen niet op de bedie-
ningszone staan.ningszone staan.
ningszone staan.ningszone staan.
ningszone staan.
9
Onderhoud
Trek voordat u de kookplaat
gaat schoonmaken altijd eerst de
stekker uit het stopcontact en
laat de kookplaat afkoelen.
Dit apparaat kan niet gereinigd
worden met stoom of een
stoomreiniger.
Voor het reinigen van de emaille delen
mag nooit een agressief middel gebruikt
worden. Maak een sopje van warm water
met afwasmiddel.
Maak zeer regelmatig de branders
schoon, verwijder voedselresten, maak de
branderringen en -deksels goed droog met
een zacht doekje voordat u ze weer terug
zet.
De pannendragers ook met een sopje
van afwasmiddel schoonmaken.
Gebruik voor het verwijderen van
lastige vlekken nooit een pannenspons van
staalwol, een agressief schoonmaakmiddel
of een pannenspons met een harde laag.
Gebruik voor het verwijderen van
hardnekkig vuil daarvoor in de handel
zijnde schoonmaakmiddelen zonder
schurende werking.
Laat geen zure alkalische
stoffen (bijv, azijn, zout,
citroensap enz...) op de
kookplaat liggen.
De pannendragers van de kookplaat
De pannendragers kunnen van de
kookplaat verwijderd worden zodat ze
beter kunnen worden schoongemaakt.
De pannensteunen
mogen nietmogen niet
mogen nietmogen niet
mogen niet in
de vaatwasser worden afgewassen;
ze moeten
met de handmet de hand
met de handmet de hand
met de hand worden
afgewassen.
De geëmailleerde roosters kunnen met
warm zeepsop worden gereinigd.
Zorg ervoor dat u de
pannensteunen op de juiste manier
10
terugplaatst nadat u ze heeft
afgewassen.
Voor een juiste werking van de
branders moet u ervoor zorgen dat de
pannendragers met de concentrische
spaken op de brander staan.
Vonkontsteking
De vonkontsteking, bestaand uit een
elektrode gevat in een keramisch omhulsel,
moet vrij worden gehouden van
voedselresten en vocht, omdat anders de
ontsteking niet functioneert (afb. 1 - C).
Controleer of de branderring poorten
schoon zijn.
Periodiek onderhoud
Laat af en toe door een erkend
installateur of ELECTROLUX SERVICE
controleren of de gasslang en/of
gasaansluiting nog in een goede staat
verkeren.
11
Technische gegevens
Vermogen gasbranders
Sterkbrander 3,0 kW
Normaalbrander 2,0 kW
Sudderbrander 1,0 kW
Categorie II2L3B/P
Voeding gas Aardgas G25 (2L) 25 mbar
Koppeling gas G 1/2"
Aansluiting aan 230 V ~50 Hz
Apparaat klasse 3
Aanwijzingen voor de installateur
De installatie en de aansluiting
dienen door een erkend installateur
uitgevoerd te worden, volgens de
hem bekende voorschriften en
eventuele voorschriften van het
plaatselijk energiebedrijf.
De fabrikant wijst elke
aansprakelijkheid ten aanzien
van schade of letsel of, indien
bovenstaande
veiligheidsmaatregelen niet zijn
getroffen.
Uitsnijmaat
Breedte 550 mm
Diepte 470 mm
Kookplaat
Breedte 580 mm
Diepte 500 mm
De aansluiting dient van een GIVEG-
goedgekeurde aansluitgaskraan met
koppeling te worden voorzien.
Het vervangen van elektrische
bekabeling mag alleen gebeuren
door het technische service center of
door personeel met gelijke
kundigheid, overeenkomstig met de
huidige bepalingen.
12
Elektrische aansluiting
De aansluiting moet volgens NEN 1010
en eventuele speciale voorschriften van
het plaatselijke energiebedrijf worden
uitgevoerd.
Het apparaat wordt stekkerklaar
geleverd. Het aansluitsnoer moet
worden aangesloten op een geaarde
wandcontactdoos (230 V~ 50 Hz). Deze
wandcontactdoos moet overeenkomstig
de voorschriften geïnstalleerd zijn.
Controleer of de zekeringen en de
huisinstallatie de belasting van het
apparaat kunnen verdragen (zie
typeplaatje).
Het stopcontact moet geaard zijn.
Het stopcontact of de meerpolige
schakelaar moeten makkelijk
toegankelijk zijn.
Als u het apparaat direct aan het net
aansluit, moet tussen net en apparaat
een meerpolige schakelaar worden
aangebracht die tussen de contacten
een opening van minimaal 3 mm heeft.
De aardleiding mag nooit worden
onderbroken.
Het aansluitsnoer moet zodanig worden
geïnstalleerd dat het niet heter kan
worden dan 90°C.
De gaskookplaat is voorzien van een 3-
aderig aansluitsnoer met randaardestek-
ker. De netspanning moet 230 V ~ 50Hz
zijn.
Vervangen van het aansluitsnoer
Het aansluitsnoer mag alleen door een
erkend installateur worden vervangen.
Voor het vervangen van het snoer mag
alleen type H05V2V2-F T90 worden
gebruikt, aangepast aan temperatuur en
belasting.
Bovendien moet de groen/gele
aardleiding zo’n 2 cm langer zijn dan de
faseleiding en de nulleiding (afb. 2).
Om de klep van het klemmenbord te
openen gaat u te werk als in afb. 3.
afb. 3
afb. 2
Neutraal
Aarde (geel/groen)
Het vervangen van elektrische
bekabeling mag alleen gebeuren
door het technische service center
of door personeel met gelijke
kundigheid, overeenkomstig met
de huidige bepalingen.
13
afb. 4
A) Aansluitpijp met wartel
B) Ringetje
C) Haakse fitting
Tabel 1: Inspuitstukken
Gasaansluiting
Attentie
Bij het gebruik van het apparaat
wordt er bij de verbranding van
aardgas zuurstof onttrokken aan de
lucht. Zorg daarom voor voldoende
ventilatie.
De aansluiting moet volgens NEN 1078
gemaakt worden.
De kookplaat is vanuit de fabriek
gemaakt en ingesteld voor de gassoort
zoals aangegeven op het typeplaatje.
Overtuig u ervan dat deze gegevens
overeenkomen met de geleverde gassoort
in de woning.
Een haakse fitting met 1/2" wartel A
(NEN 3258) en ringetje worden
meegeleverd (afb. 4).
Schroef de onderdelen eerst losjes in
elkaar, bepaal de juiste richting en draai de
wartel daarna stevig vast. Indien de
koppeling van de gasslang niet past op de
schroefdraad van de meegeleverde haakse
fitting, gebruik dan de met de kookplaat
meegeleverde adapter.
WAARSCHUWING
Controleren of alle verbindingen naar
het apparaat
goed gasdicht zijn, dient te
geschieden met zeep-oplossing,
nooit met een vlam.
g/hg/h
g/hg/h
g/h
G30G30
G30G30
G30
TYPETYPE
TYPETYPE
TYPE
BRANDERBRANDER
BRANDERBRANDER
BRANDER
sudderbrander 1,0 0,33 071 0,111 50 73
normaalbrander 2,0 0,45 100 0,221 71 145
sterkbrander
Aardgas 3,0
0,75 125 0,332 86 204
Flessengas 2,8
MAXIMALEMAXIMALE
MAXIMALEMAXIMALE
MAXIMALE
WARMTE-WARMTE-
WARMTE-WARMTE-
WARMTE-
AFGIFTEAFGIFTE
AFGIFTEAFGIFTE
AFGIFTE
kWkW
kWkW
kW
MAXIMALE WARMTE-MAXIMALE WARMTE-
MAXIMALE WARMTE-MAXIMALE WARMTE-
MAXIMALE WARMTE-
AFGIFTEAFGIFTE
AFGIFTEAFGIFTE
AFGIFTE
aardgas
25 mbar
flessengas
30 mbar
sproeierssproeiers
sproeierssproeiers
sproeiers
11
11
1
00/mm00/mm
00/mm00/mm
00/mm
verbruikverbruik
verbruikverbruik
verbruik
mm
mm
m
33
33
3
/h/h
/h/h
/h
MINIMALEMINIMALE
MINIMALEMINIMALE
MINIMALE
WARMTE-WARMTE-
WARMTE-WARMTE-
WARMTE-
AFGIFTEAFGIFTE
AFGIFTEAFGIFTE
AFGIFTE
kWkW
kWkW
kW
sproeierssproeiers
sproeierssproeiers
sproeiers
11
11
1
00/mm00/mm
00/mm00/mm
00/mm
14
Aanwijzingen m.b.t. de veiligheid
Het ingestelde type gas is aangegeven
op een sticker naast de gasaansluiting. Bij
ombouw moet de sticker worden
vervangen.
Het ombouwen van gasinstallaties
mag alleen door een erkend installa-
teur uitgevoerd worden.
Vóór het ombouwen moet het apparaat
worden losgekoppeld van gas- en stroom-
voorziening: draai de gaskraan dicht en
schakel de zekeringen in de huisinstallatie
uit.
Vervangen van de sproeiers
1.De pannendragers verwijderen.
2.De branders en de vonkontsteking
verwijderen.
3.M.b.v. een steeksleutel van 7 mm de
gassproeiers losschroeven en
verwijderen (afb. 5).
4.In omgekeerde volgorde nieuwe
gassproeiers monteren (zie tabel 1).
5.De sticker naast de gasaansluiting
vervangen. Deze sticker wordt met het
apparaat meegeleverd.
Als de gasdruk afwijkt van de waarde
zoals vermeld op de sticker naast de
gasaansluiting, moet volgens de geldende
normen een passende drukregelaar op de
inlaattube worden geplaatst.
Regeling gaspitten
1.De brander ontsteken.
2.De bedieningsknop op “minimale
gastoevoer” draaien.
3.De knop verwijderen.
4.Regel de bypass vijs met een dunne
schroevendraaier (afb. 6).
In geval van transformatie van aardgas
noor flessengas, het by-pass schroofje
van de kranen goed vastschroeven.
In geval van transformatie van
flessengas noor aardgas, het by-pass
Ombouw naar vloeibaar gas
schroofje ongeveer 1/4 draai
losschroeven, totdat men een kleine
regelmatige vlam verkrijgt.
5.Controleer of de vlam blijft branden als
u de knop snel van maximaal naar
minimaal draait.
afb. 5
afb. 6
bypass afregelschroef
Tabel 2: diameters bypass afregelschroeven
Brander Ø bypass
1/100 mm
Sudderbrander 28
Normaalbrander 32
Sterkbrander 42
15
Inbouw
Su = sudderbrander
N = normaalbrander
St = sterkbrander
Deze kookplaten zijn bestemd om te worden ingebouwd in geschikte werkbladen met
een diepte tussen 550 en 600 mm.
De afmetingen van de kookplaat zijn aangegeven in afb. 7.
afb. 7
Su
N
N
St
580
500
Afmentigen in millimeters
16
Inbouw en montage
Inbouw in en bevestiging in het
werkblad
De kookplaat kan gemonteerd worden
in een werkblad met uitsnijmaten zoals
aangegeven in figuur 8. De afstand van de
uitsnede tot de achterwand moet minstens
55 mm zijn.
De afstand tussen de uitsnede en een
eventuele rechter of linker zijwand die
hoger is dan de kookplaat dient minstens
100 mm100 mm
100 mm100 mm
100 mm te bedragen.
De bevestiging van de kookplaat in het
werkblad dient als volgt te worden
uitgevoerd:
1.Plak de meegeleverde kit-stroken op de
randen van de uitsparing in het werkblad.
2.Niet overlappen op de hoeken.
3.Plaats de kookplaat in de uitsparing. Let
erop dat de kookplaat haaks en
gecentreerd ligt.
4.Bevestig de kookplaat met de bijgeleverde
bevestigingsklemmen, die u kunt vinden
in de zak met accessoires (afb. 9). De
zijkanten snijden daarbij automatisch de
overtollige kit af.
Het aandraaien van de schroeven is
voldoende om de afdichting te laten
hechten, het teveel aan
afdichtingsmateriaal kan makkelijk
worden verwijderd.
De rand van de kookplaat zorgt voor
een dubbele afdichting die een absolute
garantie biedt tegen het binnendringen
van vloeistoffen.
afb. 8
afb. 9
afdichting
a
FO 0199
600 MIN.
17
Op een keukenmeubel met deur
Zorg er altijd voor, dat de
onderzijde van de kookplaat minimaal
20 mm verwijderd is van
onderliggende kastdelen of
voorwerpen.
Een aanbevolen oplossing ziet u in
afb. 10. Het paneel onder de kookplaat
moet eenvoudig kunnen worden
verwijderd, zodat bij evt. reparatie de
kookplaat kan worden losgekoppeld.
Boven een oven
Voor de inbouwopeningen, zie
afb. 8.
Er zijn twee ventilatie-openingen
vereist. De afbeeldingen 11 en 12
tonen twee mogelijke oplossingen.
De elektrische aansluitingen voor
de oven en de kookplaat moeten
toegankelijk blijven en afzonderlijk
gelegd worden.
Zorg ervoor dat de onderzijde van
een bovenkast altijd minimaal 650 mm
verwijderd is van de kookplaat (afb. 8).
a) Verwijderbaar paneel
b) Ruimte voor eventuele
aansluitingen
afb. 10
afb. 11
afb. 12
Inbouwmogelijkheden
18
Deze machine is voor het verlaten van
de fabriek getest en bestudeerd door
experts en specialisten, om u het beste
resultaat te geven.
Eventuele reparatiewerkzaamheden
moeten met de grootste zorg en attentie
gedaan worden.
Daarom adviseren wij dat in het geval
van problemen u contact opneemt met de
dichtsbijzijnde Service Centre en opgave
doet van de aard van het probleem, het
model (Mod.), het produktnummer
(Prod.No.) en het serienummer (Ser.No.)
aangegeven op het typeplaatje in de
inspuitset.
Originele onderdelen, goedgekeurd
door de fabrikant en met dit symbool zijn
alleen verkrijgbaar bij ons Service Centre
en erkende onderdelen winkels.
Service en originele onderdelen
19
39714-1201 09/09 R.A
www.aeg-electrolux.nl
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20

Aeg-Electrolux 61500G-M Handleiding

Type
Handleiding