MARYNEN CMS 780 Handleiding

Categorie
Accessoires voor het maken van koffie
Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

AFWASMASCHINE
CMS 780
Gebruiksaanwijzing
PID02NL
2
INHOUD
TECHNISCHE GEGEVENS
Waarschuwingen en belangrijke adviezen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 3
Installatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 4
Opstelling, waterpas stellen, instellen van het werkblad, onderbouwen-bevestiging onder het aanrecht . . Blz. 4
Waterafvoer, watertoevoer, elektrische aansluiting. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 5
Het gebruik . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 6
Het bedieningspaneel. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 6
Waterontharder, vullen van het zoutvat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 7
Gebruik van het glansmiddel en van het afwasmiddel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 8
Beladen van de korven, gebruik van de korven . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 9
Regeling hoogte bovenste korf . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 10
Praktische tips voor het afwassen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 10
Programma-overzicht. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 11
Volgorde van handelingen bij het afwassen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 12
Onderhoud. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 13
Het reinigen van de afvoerzeven en van de bodemzeef, het reinigen van de binnen- en buitenkant
van de machine. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 13
Langere tijd buiten gebruik, tegen vriesgevaar, transport. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 13
Herstel van eenvoudige storingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 14
Garantiebepalingen en Service . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 15
AFMETINGEN Breedte 60 cm
Hoogte met werkblad 85 cm
Hoogte zonder werkblad 82 cm
Maximale diepte 60 cm
Maximale diepte bij open deur 120 cm
LICHTSPANNING / FREQUENTIE 220-230 V /50 Hz
OPGENOMEN MOTORVERMOGEN 200 W
OPGENOMEN VERMOGEN VERWARMINGSELEMENT 2800 W
AANSLUITWAARDE 3000 W
WATERLEIDINGDRUK Minimum 5 N/cm
2
Maximum 80 N/cm
2
AANTAL IEC STANDAARD COUVERTS 12
WATERGEBRUIK 20 l
ENERGIEVERBRUIK 1,5 kWh
Dit apparaat voldoet aan de volgende richtlijnen van de Europese Gemeenschap:
- 73/23/EG van 19/02/73 (Laag spanning) en daaropvolgende wijzigingen;
- 89/336/EG van 03/05/89 (Electromagnetische compatibiliteit) en daaropvolgende wijzigingen.
Het is uiterst belangrijk dat het bij het apparaat
behorende instructieboekje bewaard blijft. Zou het
apparaat door u aan iemand anders gegeven of
verkocht worden, of zou het apparaat in het huis
van waaruit u verhuist achterblijven, dan dient de
nieuwe gebruik(st)er over het instructieboekje en
de daarin opgenomen waarschuwingen te kunnen
beschikken.
Deze waarschuwingen zijn bedoeld voor uw en
andermans veiligheid. U wordt geacht ze gelezen
te hebben, alvorens u het apparaat installeert
en/of in gebruik neemt.
Indien u tijdens de aflevering een schade aan het
apparaat vastgesteld hebt, meldt u dit dan, vóór u
het apparaat installeert en/of in gebruik neemt, di-
rect aan uw leverancier.
Dit apparaat is bedoeld en gemaakt voor het ge-
bruik door volwassenen. Het is gevaarlijk om kinde-
ren het apparaat te laten bedienen of als speelgoed
te laten gebruiken.
Het is gevaarlijk om, in welke vorm dan ook, dit ap-
paraat of de eigenschappen daarvan te verande-
ren.
Een eventueel noodzakelijke wijziging aan de elek-
trische huisinstallatie ten behoeve van de installatie
van dit apparaat, mag uitsluitend door een daartoe
bevoegd persoon uitgevoerd worden.
Een eventueel noodzakelijke wijziging van de water-
toe- en/of afvoervoorzieningen ten behoeve van de
installatie van dit apparaat, mag uitsluitend door
een daartoe bevoegd persoon uitgevoerd worden.
Overtuig u ervan dat na de installatie of het ver-
plaatsen het apparaat niet op het aansluitsnoer
staat.
Schakel, tenzij de gebruiksaanwijzing anders aan-
geeft, het apparaat na gebruik volledig uit en draai
de watertoevoerkraan dicht. Het verdient aanbeve-
ling om het apparaat door middel van een tegen
barsten beveiligde toevoerslang op de waterkraan
aan te sluiten. Een stijve polyethyleen slang is
barstbestendig.
Tenzij de gebruiksaanwijzing anders vermeldt, mag
tijdens het in werking zijn de vuldeur niet geopend
worden; mocht dat onverhoopt toch gebeuren,
schakel het apparaat dan voortijds geheel uit, even-
tueel door de steker uit de wandcontactdoos te ne-
men.
Raak het verwarmingselement niet aan tijdens of
direct na het afwerken van het programma.
Indien het installatievoorschrift aangeeft dat het ap-
paraat aan het keukenmeubel vastgeschroefd moet
worden, dan moet u zich daaraan houden om te
voorkomen dat het voorover kiept als de beladen
onderkorf op de deur staat.
Sluit na gebruik altijd direkt de vuldeur, teneinde te
voorkomen dat iemand over de openstaande deur
struikelt.
De afwasautomaat is bedoeld en gemaakt voor het
afwassen van huishoudelijk kook-, eet- en drinkge-
rei. Attributen welke bevuild zijn met verf, chemica-
lien, agressieve zuren en dergelijke, mogen niet in
de afwasautomaat.
Tenzij de fabrikant van het betreffende artikel uit-
drukkelijk aangeeft dat het afwasmachine-besten-
dig is, mogen niet in de afwasautomaat: hout, arti-
kelen met houten grepen, artikelen met gelijmde
delen, brons, aluminium, kristalglas, gelood glas,
gedecoreerd porcelein en plastics.
Door chemische reactie kan zilver reageren met be-
stek wat uit ijzer bestaat; u doet er verstandig aan
zilverbestek niet samen met ijzerbestek in de ma-
chine af te wassen, teneinde te voorkomen dat het
zilver lelijk wordt of gaat pitten.
Tracht in geval van een storing of defect, dit appa-
raat niet zelf te repareren. Reparaties welke door
niet deskundige personen uitgevoerd worden, kun-
nen tot schade of letsel leiden.
Afdanken
Maak het oude apparaat dat u, in afwachting van
het weghalen of wegbrengen, zolang terzijde zet,
onbruikbaar. Knip het netsnoer eraf en verwijder de
deursluiting.
Informeer bij de gemeente wie het oude apparaat
ophaalt of waar u het moet bezorgen, teneinde er
zeker van te zijn dat het apparaat zorgvuldig ver-
schrot wordt.
WAARSCHUWINGEN EN BELANGRIJKE ADVIEZEN
PAV01NL
3
Opstelling
Plaats de machine, indien mogelijk, zo dicht mogelijk
bij de aansluitingen voor de watertoe- en afvoer.
De machine mag met zowel een zijwand als de ach-
terkant tegen een muur staan.
Waterpas stellen
Teneinde het goed en lekvrij sluiten van de deur te
garanderen, is het noodzakellijk dat u de machine wa-
terpas opstelt.
Daartoe draait u één of
meerdere van de verstel-
bare voeten in of uit, tot de
machine in de richtingen
voor-achter en linksrechts
waterpas staat.
Instellen van het werkblad
Om de voorkant van het werkblad van de machine
met andere apparaten of keukenmeubels in lijn te
brengen, kunt u het werkblad 25 mm naar voren of
naar achteren schuiven.
Daartoe draait u de beide
bevestigingsschroeven
aan de voorkant los. Dan
verschuift u het werkblad
en draait u de schroeven
weer vast.
Onderbouwen-bevestiging onder het aan-
recht
Afhankelijk van de beschikbare hoogte onder het aan-
recht kunt u het werkblad van de machine al dan niet
verwijderen. Daartoe verwijdert u de beide bevesti-
gingsschroeven aan de voorkant, dan tilt u het blad
iets op en schuift u het uit de achterste vergrendelin-
gen.
Van te voren draait u de vier stelvoeten op de ge-
wenste hoogte en zodanig dat de machine waterpas
staat nadat hij ondergebouwd is.
Nu schuift u de machine in
de nis, zodanig dat de
slangen niet kunnen knik-
ken en het aansluitsnoer
niet beklemd raakt.
Belangrijk. Ten behoeve
van eventuele service
moet de machine zonder
hak of breekwerk uit de
nis geschoven kunnen
worden.
INSTALLATIE
PIN01NL
4
IN01
IN03
820
570÷600
600
IN05
PIN03NL
5
Waterafvoer
De waterafvoerslang kan op de volgende manieren
gemonteerd worden:
In de afvoer van een spoelbak door middel van een
aangesloten slang.
In een standpijp uit de vloer of uit de muur.
De slang moet belucht zijn. Dat wil zeggen dat de bin-
nendiameter van de pijp groter moet zijn dan de bui-
tendiameter van de slang. Wij adviseren een binnen-
diameter van 4 cm.
In elk geval moet het uitstroomeind van de slang zich
niet lager dan 30 cm en niet hoger dan 100 cm van de
vloer waarop de machine staat bevinden.
De slang kan vanuit de machine zowel naar links als
naar rechts gelegd worden.
De slang mag nimmer geknikt raken, want dat zou de
waterstroom kunnen belemmeren. De slang mag ver-
lengd worden tot een totale lengte van 2 meter. Het
verlengstuk moet dezelfde diameter hebben en de
koppeling moet passen.
De verlengde slang legt u vanuit de machine over de
vloer en pas bij de afvoermogelijkheid omhoog.
Watertoevoer
Wij adviseren u koud water te gebruiken.
De slangwartel van de toe-
voerslang sluit u aan op
een kraan met 3/4”
schroefdraad, of op een
watertoevoer met snelaan-
sluiting (press block).
De slang is voorzien van
een veiligheidsinrichting
om de waterstroom te
stoppen als de interne
slang vanwege slijtage stuk gaat. Het defect wordt
door middel van het naar buiten komen van het rode
staafje in het venster (B) aangegeven.
In dit geval moet u de waterkraan sluiten en de slang
verwisselen.
Draai de slangwartel (A) stevig vast om waterlekken
te voorkomen.
De slang mag niet geknikt te raken, om de water-
stroom niet te belemmeren of vertragen.
Zie erop toe dat de waterleidingdruk niet de bij de
technische gegevens vermelde waarde overschrijdt.
Belangrijk:
De slang kan vanuit de machine zowel naar links als
naar rechts gelegd worden.
Wartel losdraaien, slang-
richting veranderen en
wartel weer stevig vast-
draaien.
Indien de waterleiding
nieuw is of lange tijd niet
gebruikt werd, adviseren wij
u eerst enige tijd water te
laten stromen alvorens u de
slang op de kraan aansluit.
Elektrische aansluiting
De machine is gemaakt voor 220-230V met een fre-
guentie van 50Hz. Het gebruik op 60Hz (verhuizing
naar dienovereenkomstig land) is uitgesloten, daar de
machine met synchroonmotoren uitgerust is.
De aansluitwaarde is circa 3,00kW, hetgeen een
groepzekering van minimaal 16A vereist.
De machine is voorzien van een 3-aderig aansluit-
snoer en een steker met aardcontacten.
De steker mag u alleen plaatsen in een stopcontact
met (aangesloten en functionerende) aardcontacten.
De aardverbinding dient deugdelijk te zijn.
Het stopcontact dient altijd bereikbaar te zijn, ook na-
dat de machine onder- of ingebouwd is.
Indien het aansluitsnoer te kort blijkt te zijn, laat dan
de installateur het betreffende stopcontact verplaat-
sen of een langer, op de aansluitwaarde van de ma-
chine aangepast, aansluitsnoer aan de machine mon-
teren.
De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade of
letsel, ontstaan door het niet voldoen aan deze
veiligheidsvoorschriften.
min 30 cm
max 100 cm
max 100 cm
+ 2 m max
min 4 cm
Ø 21
Ø 18
Ø 18
Ø 21
C
S01
B
A
CA01
CA06
1 «AAN/UIT» toets en lampje «in bedrijf»
Inschakelen
Na het drukken op deze toets schakelt de machine in
en licht het controlelampje op.
Uitschakelen
Zodra de machine klaar is, stopt hij automatisch. Het
controlelampje gaat uit.
Door opnieuw op deze toets te drukken schakelt u de
machine geheel uit.
Voor het instellen van een programma of het verande-
ren van een reeds lopend programma dient u de ma-
chine uit te schakelen door op de AAN/UlT-toets te
drukken.
2 Spaartoets “55”
Door middel van deze toets kiest u de afwastempera-
tuur van 55°C.
Bij niet-ingedrukte toets wordt het water tot 65°C ver-
warmd.
3 Programma-overzicht
Een tabel met afwasprogramma's die u bij uw dagelijkse
programmakeus helpen kan.
4 Handgreep
Om de deur te sluiten drukt u hem eenvoudig goed in
het slot.
5 Start-markering
6 Programmaknop
Door middel van deze draaiknop kiest u het gewenste
programma. Draai de knop rechtsom tot de gewenste
programmacijfer onder de start-markering (5) staat.
7 Programma indicator
Tijdens het afwasproces draait de programmaknop en
wijst daarmee aan waar de machine op dat moment
mee bezig is.
De symbolen betekenen:
Voorspoelen
Afwassen
Koud spoelen
Warm spoelen
Drogen met warme lucht
HET GEBRUIK
PPC02NL
6
55
3
NORMAAL ZONDER VOORSP.
55°C
SPAAR MET VOORSPOELEN
55°C
SPAAR ZONDER VOORSP.
55°C
SNEL PROGRAMMA
2
3
4
65°C
NORMAAL MET VOORSPOELEN
2
65°C
VOORSPOELEN
1
AAN
UIT
4
1
2
3
1
2
3 4
6
5
7
Het bedieningspaneel
PAA01NL
7
Waterontharder
Het leidingwater bevat kalk. Hoe meer kalk, hoe har-
der het water. Kalk zet zich in de vorm van vlekken op
het vaat-en glaswerk af.
Uw nieuwe machine is uitgerust met een automatisch
werkende waterontharder, die gevuld wordt met spe-
ciaal-zout voor afwasmachines.
De ontharder kan leidingwater tot 50°dH (graden
hardheid op de Duitse schaal) zodanig ontharden dat
het voor de machine geschikt is.
Voor het gemak worden de hardheid-bereiken in vijf
stappen opgedeeld.
Wij adviseren u om bij het waterleidingbedrijf te infor-
meren hoe hard het aan u geleverde water is.
In de hierna volgende tabel leest u hoe u, éénmalig,
de instellingen moet doen:
*
De fabrieksinstelling is stand 2.
**
Bij gebruik van laag-alkalische afwasmiddelen welke enzymen
bevatten, adviseren wij u regenereerzout vanaf een waterhardheid
van 4° dH in de zouthouder te doen.
Stand 1.
Is de hardheid van het leidingwater binnen het bereik
van stand 1, dan hoeft u geen zout te gebruiken.
Standen 3 en 5. (Instellen zoutvat)
Is de hardheid van het leidingwater binnen het bereik
van stand 3 of stand 5, dan:
trekt u de onderste korf uit
de machine en draait u de
schroefdop van het zout-
vat, in de bodem van het
machine-interieur, en zet u
de waterontharder (met
een schroevendraaier of
een mes) 180° linksom
van stand op stand +.
Standen 4 en 5. (Instellen machine)
Is de hardheid van het leidingwater binnen het bereik
van stap 4 of stap 5, dan boort u de membraan (A)
die zich linksboven aan de voorkant van uw machine
bevindt door.
Noot. Vanaf stand 2 moet zout gebruikt worden.
Noot. Bij een hardheid volgens stand 5 moet u dus
beide handelingen verrichten.
Vullen van het zoutvat
Het zoutvat mag u uitsluitend met speciaal-zout voor
de afwasmachine vullen.
Andere zoutsoorten bevatten stoffen welke schadelijk
voor de ontharder zijn.
Trek de onderste korf uit de machine en draai de
schroefdop van het zoutvat.
Vul het zoutvat met water. Dit is slechts de eerste
keer nodig.
Vul, door middel van de meegeleverde trechter, het
zoutvat met circa 1,5 - 1,8 kg speciaal-zout.
Verwijder gemorst zout
van de schroefdraad en
draai de dop weer op het
zoutvat.
Bij zout navullen vult u het
zoutvat eenvoudig met
speciaal-zout op tot het
vol is.
Hiertoe is de afwasmachine voorzien van een groene
indicator op de dop van het zouthouder. Als die indicator
niet meer zichtbaar wordt, is het nodig zout bijtevullen.
Het zoutvat bevat altijd water. Het is normaal dat tij-
jens het zout bijvullen het water overloopt.
Noot. Vullen of navullen doet u direct vóór het starten
van een volledig afwasprogramma (met uitzondering
an het voorspoelprogramma).
Daarmee voorkomt u dat op de bodem gemorst zout
en overgelopen zoutwater het materiaal van de ma-
chine aantast.
AA02
A
AA04
SALE
SALT
SALZ
SEL
SR05
Stand
1 0-7 0-14** NEE NEE NEE
*2 8-21 15-39 JA NEE NEE
3 22-28 40-50 JA JA NEE
4 29-39 51-70 JA NEE JA
5 40-50 71-90 JA JA JA
°dH
Duitse
schaal
°TH
Franse
schaal
Waterhardheid
Zout
gebruiken
Instellen
zoutvat
Instellen
machine
PBR01NL
8
Gebruik van het glansmiddel
Het glansmiddel is een «waterontspanner».
Het wordt, automatisch, vóór het drogen aan het
spoelwater toegevoegd.
De glansmiddelhouder, in de binnendeur, heeft een
inhoud van circa 110 ml. Dat is, al naar gelang de do-
seer-instelling, voldoende voor 16 tot 40 afwasbeur-
ten.
Vullen van de glansmiddelhouder
Draai de dop (A), linksom, van de houder.
Giet het glansmiddel in de houder tot de indikator (B)
geheel donker (vol) is.
Draai de dop weer op de houder.
Verwijder eventueel gemorst glansmiddel van de hou-
der of de binnendeur. Glansmiddel veroorzaakt
schuimvorming als het in het afwasproces terecht-
komt.
Wanneer de indicator lichter wordt, dient u glansmid-
del bij te vullen (ca. 70-80 ml).
Dosering
De instelling van de dosering is afhankelijk van de be-
reikte glans en van het droogresultaat. In de vulope-
ning van de glansmiddelhouder vindt u een zes-stan-
den regelschijfje en de markeringen 1 tot 6 (stand 1 is
laagste, stand 6 hoogste dosering).
Het beste is met stand 3 te beginnen.
Het schijfje (C) kunt u met een schroevendraaier of
een mes verdraaien.
Verhoog de dosering als
op het serviesgoed drup-
pels of druppelvlekken
achterblijven. Verlaag de
dosering als het servies-
goed witte, kleverige stre-
pen vertoont.
Gebruik van de afwasmiddelhouder
Gebruik uitsluitend poeder-, tablet- of gelvormige
afwasmiddelen welke voor het afwassen in de ma-
chine gemaakt zijn.
Met uitzondering van het voorspoelprogramma doet
u, vóór u de machine start, afwasmiddel in het vakje
van de afwasmiddelhouder, dat zich in de vuldeur be-
vindt.
Zou het klepje gesloten zijn, dan opent u dit door aan
het palletje (D) te trekken.
Aan de binnenkant van de
houder staan twee dose-
ringen aangegeven:
- MIN = 15 ml
- MAX = 30ml
De hoeveelheid is afhan-
kelijk van de aard en de
bevuiling van het serviesgoed. In het programma-
overzlcht geven wij u enkele adviezen voor de hoevel-
heid in grammen.
Nadat u de afwasmiddelhouder gevuld heeft, doet
u het klepje weer dicht.
Voor een programma met
voorspoelen dient u naast
het afwasmiddel in de
houder ook een kleine
hoeveelheid afwasmiddel
op het klepje te strooien
(ca 5 g = 1/2 eetlepel).
Het klepje zal, tijdens het in werking zijn, automatisch
en op het juiste moment openen. Na de afwas staat
het klepje dus open, klaar voor een volgende keer
vullen.
Daar was- en afwasmiddelen regelmatig veranderen,
adviseren wij u ook te lezen wat de fabrikant van het
afwasmiddel op z’n verpakking schrijft.
Te weinig doseren veroorzaakt een slecht afwasresul-
taat.
Fosfaatvrije, geconcentreerde afwasmiddelen
De concentratie en de werkingswijze van de verkrijg-
bare afwasmiddelen zijn verschillend. Lees daarom
aandachtig wat de fabrikant van het afwasmiddel over
de dosering op z’n verpakking schrijft.
Bij het gebruik van fosfaatvrije, geconcentreerde af-
wasmiddelen is het van groot belang dat de automati-
sche waterontharder in uw afwasmachine goed werkt.
AIs de ontharder niet goed werkt ontstaan kalkvlek-
ken op het serviesgoed.
Daarom moet u bij gebruik van deze afwasmiddelen
ook bij zacht water (water van minder dan 4° dH) re-
genereerzout in de zouthouder doen.
6
5
4
3
2
1
B
A
BR05
D
MIN
MAX
DE07
DE02
Teveel doseren brengt geen beter resultaat, is
slechts een onnodige verspilling en een extra belas-
ting voor het milieu.
PCE02NL
9
Beladen van de korven
Trek de korven naar buiten om ze te beladen.
Vóór het plaatsen in de korven moet het serviesgoed
ontdaan worden van grove resten, zoals botjes, gra-
ten, tandenstokers, groente- en vleesresten en fruit-
schillen.
Daarmee voorkomt u verstoppen van de zeven en be-
vordert u een optimale reiniging.
Gebruik van de onderste korf
In de onderste korf kunt u pannen, deksels, borden
(tot 27 cm diameter), schalen en bestek kwijt. Plaats
ze naar het voorbeeld in de volgende figuren.
Dienschalen en grote deksels zo veel mogelijk aan de
rand van de korf en er op toezien dat de bovenste
sproeiarm niet belemmerd kan worden.
Bestek in het speciale bestekmandje, met de grepen
naar beneden. Is een greep zo dun dat hij door het
mandje heen steekt, dan dat bestek met de greep
naar boven.
In het betreffende vak,
aan weerskanten van de
korf, legt u lepels, dessert-
lepels, messen en ander
kleinbestek.
Lepels zoveel mogelijk
tussen ander bestek in
plaatsen, om te voorko-
men dat ze aan elkaar kle-
ven.
Was zilver bestek niet tegelijkertijd met andere meta-
len.
Gebruik van de bovenste korf
De bovenste korf is hoofdzakelijk bedoeld voor kop-
jes, schoteltjes, dessertbordjes, kleine borden (max.
24 cm diameter) en glazen. Glazen met lange steel
kunnen in het hoge gedeelte opgehangen worden.
Erg kleine voorwerpen welke gemakkeljk door de korf
kunnen vallen, kunt u beter niet in de machine afwas-
sen.
IEC 436 / DIN 44990
UI05
UI19
IEC 436 / DIN 44990
US13
US12
UI03
PCL02NL
10
Voor een goed resultaat
Potten, pannen, kopjes, glazen en dergelijke altijd met
de opening naar beneden.
In principe plaatst u alles scheef in de korven opdat
het afwaswater niet langs maar op en in het servies-
goed gesproeid wordt.
Aangekoekte en aangebrande pannen moeten eerst
afgespoeld worden.
Lange messen en lepels horizontaal, bij voorkeur in
de bovenste korf.
Hoe minder het serviesgoed tegen elkaar staat, hoe
beter het afwasresultaat.
Staat er echter heel licht, bijvoorbeeld kunststof, ser-
viesgoed tussen, probeer dan een zodanige opstelling
dat de lichte stukken niet van hun plaats gesproeid
kunnen worden.
Water-, tijd- en energiebesparing
Het is niet nodig om normaal vuil serviesgoed en be-
stek eerst onder de stromende kraan voor te spoelen.
Plaats, na de maaltijd alles meteen in de machine en
kies eventueel een het voorspoelen - programma (zie
het programmaoverzicht). Dat maar zorgt ervoor dat
de resten alvast wat weggespoeld worden. Zet alleen
een goed gevulde machine in werking.
Kies alleen een economisch programma als de ma-
chine niet vol is en/of het serviesgoed nauwelijks vuil
is. Raadpleeg daarvoor de aanwijzingen in de tabel
(Spaarprogramma, Snelwas).
Niet alles is geschikt voor machinaal
afwassen
Tenzij de fabrikant van het artikel anders aangeeft,
zijn de volgende artikelen in de regel niet voor machi-
naal afwassen geschikt:
Bestek met houten of hoornen aangelijmde grepen.
Houten borden en schalen, ongeglazuurd aarde
werk en handbeschilderd porcelein. Decoraties op
porcelein kunnen vervagen of verdwijnen.
Kristal en kunststof.
Indien niet uitdrukkelijk door de fabrikant aangegeven
is dat het artikel afwasmachinebestendig is, kunt u het
beter met de hand afwassen. Mocht u ze toch in de
machine willen wassen, plaats ze dan in de bovenste
korf en kies een snel programma.
Na vele keren in de machine afwassen kunnen som-
mige glassoorten mat worden.
Zilver bestek kan uitstekend in de machine afgewassen
worden, onder voorbehoud dat het tijdens het afwas-
sen niet met andere metalen in aanraking kan komen.
IJzer of gietijzer kan roest veroorzaken, waardoor an-
dere voorwerpen verkleuren.
Aluminium verkleurt.
Koper, tin en messing kunnen vlekken gaan vertonen.
Bij aankoop van nieuw serviesgoed
Onder glazuur gebakken motiefjes op serviesgoed
van porselein of aardewerk kunnen in de machine ge-
wassen worden, terwijl op glazuur gebakken motiefjes
op jen duur verbleken.
Ook goudversieringen kunnen tegenwoordig in de
machine. Zij moeten wel van een garantiemerk van
de fabrikant voorzien zijn.
Kies altijd serviesgoed met een vlakke bodem, zodat
er geen water in kan blijven staan (glazen, kopjes,
kommen...).
Belangrijk.
Let u er vooral op dat de
trechter, in het midden
van de korf, niet afgedekt
wordt.
Regeling hoogte bovenste korf
Mocht u erg grote borden willen afwassen (diameter
tussen 27-31 cm.), dan kunt u deze in de onderste
korf plaatsen, nadat u de bovenste korf hoger ge-
plaatst heeft.
Ga als volgt te werk:
Open de knippen (A) aan
de voorkant van de bo-
venste korf en haal de korf
eruit. Schuif de korf op
grotere hoogte in de ma-
chine en doe de knippen
(A) dicht. U kunt in de bo-
venste korf nu geen bor-
den meer plaatsen die
een diameter van meer
dan 20 cm. hebben. Het kopjesrekje is tevens on-
bruikbaar.
PRAKTISCHE TIPS VOOR HET AFWASSEN
US16
US16
Probeer, vóór u de machine inschakelt, of beide
sproeiarmen vrij kunnen ronddraaien.
A
RC01
PTP02NL
11
Programma
Geschikt voor:
Programma
knop
Toetsen
indrukken
Programma-beschrijving
1 x koud spoelen ( om te voor-
komen dat de voedselresten
opdrogen).
Koud voorspoelen
65°C afwassen
1 x koud spoelen
1 x 65°C spoelen
Drogen met hetelucht
65°C afwassen
1 x koud spoelen
1 x 65°C spoelen
Drogen met hetelucht
Koud voorspoelen
55°C afwassen
1 x koud spoelen
1 x 55°C spoelen
Drogen met hetelucht
55°C afwassen
1 x koud spoelen
1 x 55°C spoelen
Drogen met hetelucht
55°C afwassen
1 x koud spoelen
1 x 55°C spoelen
Sterk vervuild serviesgoed en
kookgerei met opgedroogde etens-
resten, vooral eiwit en zetmeel.
Normaal vervuild serviesgoed en
kookgerei met opgedroogde etens-
resten.
Normaal tot licht vervuild tafel-, kof-
fieren dessertserviesgoed alsmede
teer glaswerk. Bijzonder geschikt bij
gebruik van compacte reinigers.
Normaal vervuild serviesgoed en
kookgerei, ook met temperatuur-
gevoelige stukken (bijv. glaswerk,
kunststof).
Licht vervuild koffie- en dessert-
serviesgoed alsmede teer glas-
werk.
Gebruikt serviesgoed, dat in de
machine wordt verzameld en op
een later tijdstip moet worden
afgewassen.
VOORSPOELEN
1
*
NORMAAL
MET
VOORSPOELEN
2
NORMAAL
ZONDER
VOORSPOELEN
3
SPAAR
MET
VOORSPOELEN
4
SPAAR
ZONDER
VOORSPOELEN
5
**
SNEL
PROGRAMMA
6
1
2
3
55
55
55
2
3
4
*
Dit is het norm-programma volgens IEC 436/DIN 44990:
- Normaal programma met voorspoelen met wasmiddel type A en Spaar
programma met voorspoelen met wasmiddel type B;
- Standaard bevattingsvermogen: 12 couverts;
- Aanbevolen hoeveelheid reinigingsmiddel:20 g in houder
5 g op houder.
Programma-overzicht
**
Het is een bijzonder programma bedoeld om binnen korte tijd (ongeveer 40 min.)
een volle lading, bestaande uit borden, glazen en nauwelijks bevuild serviesgoed
(met uitzondering van pannen) te spoelen wat hun onmiddelijk gebruik bevordert.
Aangezien het om een snel-programma gaat, wordt er niet heet gedroogd.
PSO02NL
12
Volgorde van handelingen bij het afwassen
1 Controleer of de zeven schoon zijn
(zie het
hoofdstuk «Onderhoud»)
2 Controleer of zout en glansmiddel aan-
wezig zijn (zie het betreffende hoofdstuk)
3 Vullen van de korven
Verwijder grove resten uit schalen en borden.
Trek de onderste korf naar voren en plaats daarin
pannen, schalen, grote borden en bestek.
Trek de bovenste korf naar voren en plaats daarin
kleine borden, schoteltjes, kopjes en glazen.
Schuif de korven terug in de machine en controleer of
beide sproeiarmen vrij kunnen draaien.
4 Vullen van de afwasmiddelhouder
Strooi of giet afwasmiddel het vakje van de afwasmid-
delhouder. Sluit de machinedeur.
5 Programma kiezen
Draai de programmaknop
rechtsom tot het gewenste
programmacijfer tegenover
de start-markering ( ) staat.
6 Temperatuurkeuze
Voor het kiezen van de temperatuur de aanwijzingen in
het programma-overzicht opvolgen (zie «toets indruk-
ken»).
Druk deze toets in voor
koud voorspoelen en 55°C
afwassen.
Geen toets indrukken voor koud voorspoelen en 65°C
afwassen.
7 Starten
Steek de steker in het stop-
contact.
Draai de kraan open.
Druk op de AAN/UIT-toets
. De machine (aange-
nomen dat de kraan open
is) begint.
Het programma tussentijds onderbreken is niet aan te
raden. Moet dat door omstandigheden toch, dan drukt
u op de AAN/UIT-toets om de machine te stoppen.
Door wederom drukken start u de machine weer; hij
gaat dan verder met waar hij gebleven was.
8 Machine is klaar
De machine stopt automatisch.
Schakel de machine uit door op de AAN/UIT toets
te drukken.
Sluit de kraan.
Open de deur. Wacht een paar minuten met het uit-
nemen, want het serviesgoed is zeer heet.
Bovendien, is het droogresultaat beter als u de deur
niet direct opent.
Om te voorkomen dat, door het bewegen, druppels uit
de bovenste korf op serviesgoed in de onderste korf
vallen, adviseren wij om eerst de onderste korf naar
buiten te trekken en te legen.
Belangrijk
Het is af te raden om de deur te openen als de
machine in werking is. Gebeurt dat toch, dan zal een
veiligheidsschakelaar ervoor zorgen dat de machine
direct stopt.
Wij adviseren u om vóór u de deur tussentijds opent,
de machine uit te schakelen door middel van de AAN/
UIT-toets .
SO60
55
AAN
UIT
SO16
SO59
55
AAN
UIT
Het reinigen van de afvoerzeven
(Na iedere afwasbeurt)
De zeven (B) en (C) controleren en onder de stro-
mende kraan reinigen. Eventuele voedselresten met
een borsteltje verwijderen.
Dit zeven-setje tilt u daartoe aan het trechtertje om-
hoog (het zit licht geklikt vast).
Dan drukt u de twee vleugeltjes (D) naar elkaar toe
om zo het grove filter uit het fijne filter te trekken.
Na het reinigen klikt u het setje weer in de machi-
nebodem terug.
Het reinigen van de bodemzeef
(Elke maand)
De bodemzeef (A) onder stromend water afborstelen.
Deze zeef verwijdert u door eerst de onderste
sproeiarm te verwijderen; daartoe de vleugeltjes (E)
indrukken.
Dan draait u de bevestiging (F) linksom en tilt u de
zeef uit de bodem.
Na het reinigen in omgekeerde volgorde weer terug-
plaatsen.
Belangrijk:
Gebruik de machine nooit zonder de zeven. Zorg
er bovendien voor dat de zeven correct op hun
plaats zitten.
Het is belangrijk de zeven te reinigen om een goe-
de werking van de machine te garanderen.
Het reinigen van binnen en buitenkant
van de machine
(Naar behoefte)
Reinig af en toe de rubberen dichtingen van de deur
en de klepjes van de afwas- en glansmiddelhouder
met een vochtige doek (gebruik geen schoonmaak-
middelen).
Overtuig u er af en toe van dat de gaatjes in de
sproeiarmen niet verstopt zijn.
Verwijder de onderste sproeiarm door de twee vleu-
geltjes, die zich aan de zijkanten bevinden, in te druk-
ken. Om de gaatjes van de bovenste sproeiarm te rei-
nigen, trektude bovenste korf naar buiten; op die ma-
nier kunt u de sproeiarm makkelijk bereiken. Wilt u
hem verwijderen, neem dan de middentrechter uit
door de twee vleugeltjes in te drukken en schroef de
bevestiging los. Reinig de sproeiarm en plaats hem
terug.
De machine nooit zonder sproeiarmen laten func-
tioneren!
Doe één of twee keer per jaar een volledige afwas-
beurt zonder afwas in de machine, maar metwel een
beetje afwasmiddel. Er zijn voor het reinigen van de
machine ook speciale reinigingsmiddelen te koop.
De buitenkant van de machine, voor zover bereikbaar,
kunt u naar behoefte reinigen met lauwwarm water en
een neutraal huishoudschoonmaakmiddel dat niet
krast. Geen oplosmiddelen gebruiken.
Langere tijd buiten gebruik
Nordt de machine voor langere tijd niet gebruikt, dan:
Kraan dichtdraaien.
Steker uit het stopcontact nemen.
Deur op een kier laten staan om het ontstaan van een
onaangename geur te vermijden.
Binnenkant en accessoires reinigen.
Tegen vriesgevaar
Plaats de afwasmachine nooit in een ruimte waar de
temperatuur onder het vriespunt kan zakken. Mocht
zat toch het geval zijn, maak de machine dan leeg,
draai de kraan dicht, verwijder de waterafvoerslang
en laat deze leeg lopen.
Transport
Gaat u de machine verhuizen, zorgt u er dan voor dat
ze machine rechtop vervoerd wordt.
ONDERHOUD
PMA01NL
13
MA13
B
C
D
MA08
MA01
F
A
E
Een storing ligt vaak aan een kleinigheid welke u zelf
kunt opsporen en verhelpen. Wij adviseren u, vóór u
de servicedienst belt, eerst de onderstaande tabel te
raadplegen .
De machine start niet
De machinedeur is niet goed dicht.
De steker zit niet in het stopcontact.
Er staat geen spanning op het stopcontact
De groepzekering is defect.
De machine neemt geen water
De kraan is dichtgedraaid.
Er is geen druk op de kraan.
De toevoerslang is geknikt.
Het zeefje in de toevoer is verstopt.
De machine pompt niet af
De afvoerslang is geknikt.
De afvoermogelijkheid is verstopt.
De verlenging van de afvoerslang ligt niet goed.
De afvoer is niet belucht.
Het afwasresultaat is niet goed
De korven zijn te vol beladen.
Het serviesgoed is onjuist geplaatst.
Eén of beide sproeiarmen kan (kunnen) niet draaien.
Eén of enkele gaatjes in één of beide sproeiarmen is
of zijn verstopt.
Trechter van bovenste sproeiarm was ergens mee af-
gedekt.
Uiteinde van de afvoerslang steekt onder water (in
spoelbak) .
Eén of meerdere zeven verstopt.
Een zeef zit niet goed op z’n plaats.
Verkeerd of te weinig afwasmiddel gebruikt, het is te
oud en/of te klonterig en/of van slechte kwaliteit.
De draaidop van het zoutvat zit los.
Het gekozen programma was niet geschikt voor de
aard en/of hoeveelheid van de bevuiling.
Kalkvlekken, strepen, waas op het
serviesgoed
Kijk in alle gevallen naar zowel het zoutvat als de
giansmiddelhouder. In beide moet voldoende aan-
wezlg zijn.
Teveel geluid
Er slaan serviesdelen tegen elkaar.
Een sproeiarm stoot tegen serviesgoed.
De afwas is niet droog
Het serviesgoed is na het beëindigen van het pro-
gramma te lang in de machine gebleven.
De vuldeur is moeilijk te sluiten
De afwasmachine is niet deugdelijk waterpas opge-
steld of niet goed ingebouwd.
Kunt u de oorzaak van een storing niet zelf opsporen
en verhelpen, belt u dan de servicedienst. Houd merk
en modelnummer van uw machine bij de hand; de
servicedienst zal u erom vragen. U vindt het merk en
mozelnummer op het typeplaatje van de machine. Zie
de figuur.
Veiligheidsinrichtingen tot bescherming
tegen overstroming
De machine is voorzien van twee supplementaire vei-
ligheidsinrichtingen tot bescherming tegen overstro-
ming van water, met de volgende eigenschappen:
1. Aan de toevoerslang (zie wateraansluiting); hij gaat
werken als de toevoerslang kapot gaat doordat hij
de waterstroom blokkeert. Deze inrichting is ook
met afgezette machine werkzaam.
2. Op de bodem van de machine; hij gaat werken als
er waterlekken binnen de machine zijn. Deze
inrichting is bij functionerende machine werkzaam.
Om de machine te laten repareren moet u de service-
dienst bellen.
HERSTEL VAN EENVOUDIGE STORINGEN
PRA02NL
14
Prod.No.
........
Ser. No.
.........
Mod.
........
RA01
PGA01NL
15
GARANTIEBEPALINGEN EN SERVICE VOOR DE BENELUX
(B-NL en L)
Bij aanspraak op kosteloos herstel dient het origineel van de betreffende aankoopnota of kwitan-
tie te worden getoond of meegezonden.
Algemene garantiebepalingen
1 De fabrikant verleent één jaar garantie op het op de bijbehorende koopnota vermelde apparaat, gere-
kend vanaf de koopdatum. Indien zich binnen deze periode een storing voordoet, welke het gevolg is van
een materiaal- en/of constructiefout, heeft de koper het recht op kosteloos herstel.
1a Voor stofzuigers, bedoeld voor huishoudelijk gebruik, geldt een algemene garantieperiode van twee
jaar. Accessoires zijn aan directe slijtage onderhevig; deze verbruiksartikelen zijn derhalve van garantie
uitgesloten.
2 De fabrikant verleent één jaar garantie op door haar servicedienst uitgevoerde herstelwerkzaamheden
en het daarbij nieuw aangebrachte materiaal, gerekend vanaf de hersteldatum. Indien zich binnen deze
periode een storing voordoet, welke het direkte gevolg is van de uitgevoerde herstelwerkzaamheden of
het daarbij nieuw aangebrachte materiaal, heeft de koper het recht op kosteloos herstel.
Door de uitvoering van herstelwerkzaamheden wordt de algemene garantieperiode, welke het gehele ap-
paraat omvat, niet verlengd.
3 Servicebezoeken aan huis worden alleen gebracht voor grote, moeilijk transporteerbare apparaten, per
definitie: wasautomaten, droogtrommelautomaten, afwasautomaten, koelkasten, diepvrieskasten/-kisten,
ovens, fornuizen en inbouwapparaten.
3a De regeling als bedoeld onder punt 3 geldt ook voor caravankoelkasten, mits de plaats waar zich het
apparaat bevindt binnen de landsgrenzen ligt en over normale, voor het autoverkeer opengestelde we-
gen bereikbaar is. Voorts dient ten tijde van het bezoek het apparaat en de eigenaar, of diens gemachtig-
de plaatsvervanger, op de afgesproken bezoekplaats aanwezig te zijn.
4 Indien, naar het oordeel van de fabrikant, het apparaat zoals bedoeld onder punt 3 naar haar service-
werkplaats getransporteerd moet worden, dan geschiedt dit transport op de door de fabrikant vastgestel-
de wijze en voor rekening en risico van de fabrikant.
5 Alle niet onder punt 3 en 3a genoemde apparaten, alsmede apparaten welke wel de betreffende func-
tionele eigenschappen hebben maar daarnaast juist bedoeld zijn voor gemakkelijk transport, dienen fran-
co aan het adres van de servicedienst verzonden of aangeboden te worden. Binnen de algemene garan-
tieperiode vindt terugzending voor rekening van de fabrikant plaats.
6 Indien een onder garantie en binnen de algemene garantieperiode vallend defect aan een apparaat
niet hersteld kan worden, vindt kosteloze vervanging van het apparaat plaats.
Garantie uitbreidingen
7 Voor koel/vries-motorcompressoren (exclusief startrelais en motorbeveiliging) geldt een aflopende ga-
rantieperiode, in gelijke percentages van twintig procent per jaar, van vijf jaar na koopdatum van het op
de bijbehorende koopnota vermelde apparaat, met inachtname van volledig kosteloos herstel binnen de
algemene garantieperiode.
Na de algemene garantieperiode worden bezoek-. arbeldsloon- en bijkomende materiaalkosten in reke-
ning gebracht.
PGA02NL
16
Garantie uitsluitingen
8 Het kosteloos uitvoeren van herstel- en/of vervangingswerkzaamheden, zoals bedoeld in de betreffen-
de hieraan voorafgaande punten, is niet van toepassing indien:
- de aankoopnota of kwitantie, waaruit tenminste de aankoopdatum en de identificatie van het apparaat
blijkt, niet getoond kan worden of meegezonden werd:
- het apparaat voor andere, of óók voor andere dan de huishoudelijke doeleinden, waarvoor het apparaat
bestemd is, gebruikt wordt;
- het apparaat niet volgens de aanwijzingen in het installatievoorschrift of de gebruiksaanwijzing geïnstal-
leerd, bediend, behandeld of gebruikt wordt;
- het apparaat op ondeskundige wijze door daartoe niet bevoegde personen hersteld of gewijzigd werd.
8a Indien het apparaat zodanig ingebouwd, ondergebouwd, opgehangen of geplaatst is dat de benodig-
de tijd voor het uit- en inbouwen samen meer dan dertig minuten bedraagt, dan worden de hierdoor ont-
stane extra kosten aan de eigenaar in rekening gebracht.
8b Schade welke ontstaat door het, met toestemming van de eigenaar, op abnormale wijze uit- of inbou-
wen van een apparaat, kan niet op de fabrikant of haar servicedienst verhaald worden.
8c Beschadigingen, zoals krassen en deuken of zoals breuk van uit- of afneembare delen, welke niet ten
tijde van de aflevering ter kennis van de fabrikant gebracht worden, vallen niet onder garantie.
Belangrijk advies
De constructie van dit apparaat is zodanig, dat de veiligheid daarvan gewaarborgd is. Ondeskundige re-
paraties kunnen echter de veiligheid in gevaar brengen. Terwille van een blijvende veiligheid, en ook om
mogelijke schade te voorkomen, is het raadzaam dat reparaties uitsluitend verricht worden door perso-
nen die daarvoor de vereiste vakbekwaamheid bezitten. Wij adviseren u herstel- en/of controlewerk-
zaamheden door uw vakhandelaar of door ELGROEP SERVICE te laten uitvoeren en uitsluitend origine-
le DISTRIPARTS onderdelen te laten plaatsen.
Nederland België Luxembourg/
Luxemburg
Vennootsweg 1
Postbus 120
2400 AC Alphen aan den Rijn
Storingsmeldingen:
Tel.: 0172-468300
Fax: 0172-469366
Onderdelenverkoop:
Tel.: 0172-468400
Fax: 0172-468376
Telex: 39906 elgrp
Bergensesteenweg 719
1502 Halle (Lembeek)
Thuisherstellingen:
Tel.: 02-3630444
Fax: 02-3630400
Wisselstukken:
Tel.: 02-3630555
Fax: 02-3630500
Telex: 22915 eluxbe
3, Route d’Arlon
L-8009 Strassen
Dépannages à domicile:
Kundendienst:
Tel.: 45 33 50
Fax: 45 84 34
Pièces détachées:
Ersatzteile:
Tel.: 45 33 50
Fax: 45 84 34
ELGROEP
SERVICE
ELGROEP
SERVICE
DISTRI
PARTS
ELGROEP
SERVICE
152995 65/0
0/0896
Total Chlorine free
NL
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17

MARYNEN CMS 780 Handleiding

Categorie
Accessoires voor het maken van koffie
Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor

Gerelateerde artikelen