Liebherr IRd 4151 Prime Handleiding

Categorie
Accessoires voor het maken van koffie
Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

Gebruikshandleiding
Quality, Design and Innovation
home.liebherr.com/fridge-manuals
Inhoudsopgave
1 Het apparaat in vogelvlucht.................................. 3
1.1 Leveringsomvang......................................................... 3
1.2 Apparaten- en uitrustingsoverzicht.......................... 3
1.3 SmartDevice.................................................................. 3
1.4 Toepassingsgebied van het apparaat....................... 4
1.5 Conformiteit.................................................................. 4
1.6 SVHC-stoffen volgens de REACH-verordening....... 4
1.7 EPREL-database........................................................... 4
2 Algemene veiligheidsvoorschriften...................... 4
3 In gebruik nemen................................................... 6
3.1 Apparaat inschakelen.................................................. 6
3.2 Uitrusting aanbrengen................................................ 6
4 Levensmiddelenbeheer......................................... 6
4.1 Levensmiddelen opslaan............................................ 6
4.2 Opslagtijden.................................................................. 7
5 Energie sparen....................................................... 7
6 Bediening............................................................... 7
6.1 Bedienings- en weergave-elementen....................... 7
6.1.1 Status-weergave........................................................ 8
6.1.2 Navigatie...................................................................... 8
6.1.3 Symbolen..................................................................... 8
6.2 Bedieningslogica.......................................................... 8
6.2.1 Functie activeren / deactiveren...............................8
6.2.2 Functiewaarde selecteren.........................................8
6.2.3 Instelling activeren / deactiveren........................... 8
6.2.4 Instellingswaarde selecteren................................... 9
6.2.5 Klantenmenu oproepen............................................. 9
6.3 Apparaatfuncties......................................................... 9
Apparaat uitschakelen...............................................9
WLAN........................................................................... 9
Temperatuur...............................................................10
C-Value*..................................................................... 10
SuperCool...................................................................10
PartyMode...................................................................11
HolidayMode...............................................................11
SabbathMode............................................................ 11
EnergySaver............................................................... 11
CleaningMode............................................................ 12
Helderheid display.................................................... 12
Deuralarm...................................................................12
Invoerblokkering........................................................12
Taal.............................................................................. 12
Info...............................................................................12
Resetten..................................................................... 13
6.4 Foutmeldingen.............................................................. 13
6.4.1 Waarschuwingen...................................................... 13
6.4.2 DemoMode................................................................. 13
7 Uitrusting.............................................................. 13
7.1 Vriesvak 4 sterren*...................................................... 13
7.2 Deurafsteller................................................................. 13
7.3 Draagplateaus.............................................................. 15
7.4 Deelbaar draagplateau............................................... 15
7.5 VarioSafe*..................................................................... 15
7.6 Plaats voor de bakplaat*............................................ 16
7.7 Laden.............................................................................. 16
7.8 Deksel EasyFresh-Safe............................................... 17
7.9 Vochtregeling................................................................ 17
7.10 Botervloot...................................................................... 18
7.11 Eierhouder..................................................................... 18
7.12 Flessenhouder.............................................................. 18
7.13 IJsblokjeshouder met deksel*................................... 19
8 Onderhoud............................................................. 19
8.1 Uitschuifsystemen demonteren/monteren............. 19
8.2 Apparaat ontdooien..................................................... 19
8.3 Vriesvak handmatig ontdooien*................................ 19
8.4 Apparaat reinigen......................................................... 20
9 Klantenhulp........................................................... 20
9.1 Technische gegevens.................................................. 20
9.2 Bedrijfsgeluiden........................................................... 20
9.3 Technische storing....................................................... 21
9.4 Klantenservice.............................................................. 22
9.5 Typeplaatje.................................................................... 22
10 Buiten bedrijf stellen............................................ 22
11 Afvalverwijdering.................................................. 22
11.1 Apparaat op afvoer voorbereiden.............................. 22
11.2 Apparaat volgens milieuvoorschriften afvoeren.... 23
De fabrikant werkt voortdurend aan de verdere ontwikkeling
van alle typen en modellen. Daarom vragen wij uw begrip
dat wij ons het recht voorbehouden veranderingen in vorm,
inrichting en technologie aan te brengen.
Symbool Uitleg
Gebruiksaanwijzing lezen
Om alle voordelen van uw nieuwe apparaat te
leren kennen, moet u de instructies in deze
gebruiksaanwijzing aandachtig doorlezen.
Volledige gebruiksaanwijzing op internet
U vindt de uitvoerige gebruiksaanwijzing op
internet via de QR-code aan de voorkant van
de gebruiksaanwijzing, op door het service‐
nummer in te voeren op home.liebherr.com/
fridge-manuals.
Het servicenummer vindt u op het typeplaatje:
Fig. Voorbeeld
Apparaat controleren
Controleer alle onderdelen op transportschade.
Neem bij op- of aanmerkingen contact op met
de distributeur of de klantenservice.
2 * afhankelijk van model en uitvoering
Symbool Uitleg
Afwijkingen
De gebruiksaanwijzing geldt voor verschillende
modellen, afwijkingen zijn mogelijk. Secties die
alleen van toepassing zijn op bepaalde appa‐
raten worden met een sterretje (*) aangeduid.
Instructies voor actie en resultaten van de
actie
Instructies voor actie worden aangeduid met
een .
De resultaten van de actie worden aangeduid
met een .
Video’s
Video’s over de apparaten vindt u op het
YouTube-kanaal van Liebherr-Hausgeräte.
Deze gebruiksaanwijzing geldt voor:
IRc / d 39.. / 41..
1 Het apparaat in vogelvlucht
1.1 Leveringsomvang
Controleer alle onderdelen op transportschade. Neem bij op-
of aanmerkingen contact op met de handelaar of de klan‐
tenservice (zie 9.4 Klantenservice) .
De levering bestaat uit de volgende onderdelen:
-Inbouwapparaat
-Uitrusting (afhankelijk van het model)
-Montagemateriaal (afhankelijk van het model)
-„Quick Start Guide”
-„Installation Guide
-Servicebrochure
1.2 Apparaten- en uitrustingsoverzicht
Fig. 1 Voorbeeld weergave
Temperatuurbereik
(A) Koelgedeelte (B) EasyFresh
(C) Koudste zone
Uitrusting
(1) Bedieningselementen (8) Afvoeropening
(2) Vriesvak 4 sterren* (9) Typeplaatje
(3) Deelbaar draagplateau (10) EasyFresh-Safe
(4) Draagplateaus (11) Deurafsteller
(5) VarioSafe* (12) Flessenhouder
(6) Plaats voor de
bakplaat*
(13) VarioBoxen
(7) Deksel EasyFresh-Safe
Aanwijzing
uDraagplateaus, laden of manden zijn in de leveringstoe‐
stand geplaatst voor een optimale energie-efficiëntie.
Veranderingen in de opstelling binnen de gegeven
inschuifmogelijkheden van bijv. draagplateaus in het
koelgedeelte, hebben echter geen effect op het energie‐
verbruik.
1.3 SmartDevice
SmartDevice is de netwerkoplossing voor uw koelapparaat.
Als uw apparaat compatibel is met SmartDevice is of hier
voor is voorbereid, kunt u uw apparaat snel en eenvoudig
in uw WLAN integreren. Met de SmartDevice-app kunt u
uw apparaat vanaf een mobiel eindapparaat bedienen. In
de SmartDevice-app zijn aanvullende functies en instelmo‐
gelijkheden beschikbaar.
Op een voor
SmartDevice voor
bereid apparaat:
Uw apparaat is op gebruik met de
SmartDeviceBox voorbereid. U moet
eerst de SmartDeviceBox kopen en
deze dan installeren. Om uw apparaat
met WLAN te kunnen verbinden, moet
u de SmartDevice-app downloaden.
Meer informatie
over SmartDevice:
smartdevice.liebherr.com
SmartDeviceBox
in de Liebherr-
Hausgeräte-shop
kopen:
home.liebherr.com/shop/de/deu/
smartdevicebox.html
SmartDevice-app
downloaden:
Na installatie en configuratie van de
SmartDevice-app kunt u uw apparaat
met de SmartDevice-app en de appa‐
raatfunctie WLAN (zie WLAN) in uw
WLAN integreren.
Aanwijzing
In de volgende landen is de SmartDevice-functie niet
beschikbaar: Rusland, Belarus, Kazachstan.
U kunt de SmartDeviceBox niet gebruiken.
Het apparaat in vogelvlucht
* afhankelijk van model en uitvoering 3
1.4 Toepassingsgebied van het apparaat
Gebruik volgens de voorschriften
Het apparaat is uitsluitend geschikt voor het
koelen van levensmiddelen voor huishoude‐
lijke of soortgelijke doeleinden. Hieronder valt
bijv. het gebruik
-in privékeukens, ontbijtgelegenheden,
-door gasten in landhuizen, hotels, motels
en andere accommodaties,
-bij catering en vergelijkbare service in de
groothandel.
Het apparaat is niet geschikt voor het
invriezen van levensmiddelen.*
Alle andere toepassingen zijn niet toege‐
staan.
Voorzienbaar verkeerd gebruik
De volgende toepassingen zijn uitdrukkelijk
verboden:
-Opslag en koeling van medicijnen, bloed‐
plasma, laboratoriumpreparaten of verge‐
lijkbare, overeenkomstig de Europese
richtlijn 2007/47/EG medische hulpmid‐
delen, ten grondslag liggende stoffen en
producten
-Gebruik in explosiegevaarlijke gebieden
Verkeerd gebruik van het apparaat kan tot
beschadigingen van de opgeslagen goederen
of het bederf hiervan leiden.
Klimaatklassen
Het apparaat kan afhankelijk van de klimaat‐
klasse, bij begrensde omgevingstempera‐
turen, worden gebruikt. De voor uw apparaat
betreffende klimaatklasse staat op het type‐
plaatje vermeld.
Aanwijzing
uOm een probleemloze werking te waar
borgen, moet de aangegeven omgevings‐
temperatuur worden aangehouden.
Klimaatklasse voor omgevingstemperaturen van
SN 10 °C tot 32 °C
N 16 °C tot 32 °C
ST 16 °C tot 38 °C
T 16 °C tot 43 °C
SN-ST 10 °C tot 38 °C
SN-T 10 °C tot 43 °C
1.5 Conformiteit
De koelmiddelkringloop is gecontroleerd op lekkage. Het
apparaat voldoet in ingebouwde toestand aan de geldende
veiligheidsvoorschriften en de desbetreffende richtlijnen.
De volledige tekst van de EU-verklaring van overeen‐
stemming is beschikbaar op het volgende internetadres:
www.Liebherr.com
1.6 SVHC-stoffen volgens de REACH-
verordening
Onder de volgende link kunt u controleren
of uw apparaat SVHC-stoffen volgens de REACH-
verordening bevat: home.liebherr.com/de/deu/de/liebherr-
erleben/nachhaltigkeit/umwelt/scip/scip.html
1.7 EPREL-database
Vanaf 1 maart 2021 zijn informatie over etikettering inzake
energieverbruik en vereisten inzake ecologisch ontwerp
te vinden in de Europese productdatabase (EPREL). U
krijgt toegang tot de productdatabase via de link https://
eprel.ec.europa.eu/. Hier wordt u gevraagd de modelidenti‐
ficatie in te voeren. De modelidentificatie vindt u op het
typeplaatje.
2 Algemene veiligheidsvoor
schriften
Bewaar deze handleiding zorgvuldig, zodat u
hem te allen tijde kunt raadplegen.
Als u het apparaat doorgeeft, geef dan ook de
handleiding door aan de volgende eigenaar.
Om het apparaat goed en veilig te kunnen
gebruiken, moet u deze handleiding vóór
gebruik aandachtig doorlezen. Volg altijd
de instructies, veiligheidsvoorschriften en
waarschuwingen die hierin zijn opgenomen.
Deze zijn belangrijk om het apparaat veilig
en probleemloos te kunnen installeren en
gebruiken.
Gevaren voor de gebruiker:
-Dit apparaat kan door kinderen alsmede
door personen met verminderde psychi‐
sche, sensorische of mentale bekwaam‐
heden of een gebrek aan ervaring en
kennis worden gebruikt onder toezicht
van een derde of met betrekking tot het
veilige gebruik van het apparaat zijn onder
wezen en de gevaren kennen en begrijpen.
Kinderen mogen niet met het apparaat
spelen. De reiniging en het onderhoud mag
niet door kinderen zonder toezicht worden
uitgevoerd. Kinderen van 3-8 jaar mogen
het apparaat inladen en uitladen. Kinderen
jonger dan 3 jaar dienen uit de buurt van
het apparaat te worden gehouden, als het
apparaat niet continu onder toezicht staat.
-De contactdoos moet eenvoudig toeganke‐
lijk zijn, zodat het apparaat in noodgevallen
snel van de stroomvoorziening kan worden
losgekoppeld. Deze moet zich buiten de
achterkant van het apparaat bevinden.
Algemene veiligheidsvoorschriften
4 * afhankelijk van model en uitvoering
-Als u het stroomsnoer van het apparaat uit
het stopcontact trekt, altijd bij de stekker
nemen. Niet aan het snoer trekken.
-Trek, in geval van een storing, de stekker uit
het stopcontact of schakel de beveiliging
uit.
-Beschadig het netsnoer niet. Gebruik het
apparaat niet wanneer het netsnoer defect
is.
-Reparaties en ingrepen aan het apparaat
alleen door de klantenservice of ander hier
voor opgeleid vakpersoneel laten uitvoeren.
-Het apparaat alleen conform de beschrij‐
ving in de handleiding inbouwen,
aansluiten en afvoeren.
-Het apparaat alleen in ingebouwde
toestand in gebruik nemen.
Brandgevaar:
-Het gebruikte koelmiddel (gegevens op
het typeplaatje) is milieuvriendelijk maar
brandbaar. Koelmiddel dat ontsnapt kan
ontbranden.
Pijpleidingen van het koelcircuit niet
beschadigen.
Vermijd het hanteren van ontstekings‐
bronnen in de binnenkant van het appa‐
raat.
Binnen het apparaat geen elektrische
toestellen gebruiken (bijv. stoomreini‐
gers, verwarmingen, ijsmakers, enz.).
Als koudemiddel weglekt: Open vuur
of ontstekingsbronnen vlakbij het lek
verwijderen. Vertrek goed ventileren.
Informeer de klantendienst.
-Geen explosieve stoffen of spuitbussen
met brandbare drijfgassen, zoals b.v.
butaan, propaan, pentaan enz. in het
apparaat bewaren. Zulke spuitbussen zijn
herkenbaar aan de op de verpakking
vermelde inhoudsstoffen of een vlammen‐
symbool. Eventueel ontsnappende gassen
kunnen door elektrische componenten vlam
vatten.
-Brandende kaarsen, lampen en andere
voorwerpen met open vuur uit de buurt van
het apparaat houden, zodat ze het apparaat
niet in brand kunnen steken.
-Alkoholische dranken of andere verpak
kingen die alcohol bevatten, mogen uitslui‐
tend goed afgesloten worden bewaard.
Eventueel uittredende alcohol kan door
elektrische componenten vlam vatten.
Gevaar voor vallen en omkiepen:
-Plint, laden, deuren enz. niet als voeten‐
steun of om te leunen misbruiken. Dit geldt
in het bijzonder voor kinderen.
Gevaar voor voedselvergiftiging:
-Te lang opgeslagen levensmiddelen niet
meer nuttigen.
Gevaar voor bevriezingen, gevoelloosheid en
pijn:
-Vermijd permanent contact van de huid met
koude oppervlakken of gekoelde/bevroren
producten of tref beschermende maatre‐
gelen, gebruik bijvoorbeeld handschoenen.
Gevaar voor verwonding en beschadiging:
-Hete stoom kan letsel tot gevolg hebben.
Voor het ontdooien geen elektrische
kacheltjes of stoomreinigers, open vuur of
ontdooispray gebruiken.
-IJs niet met scherpe voorwerpen verwij‐
deren.
Knelgevaar:
-Bij het openen en sluiten van de deur niet
in het scharnier grijpen. De vingers kunnen
ingeklemd raken.
Symbolen op het apparaat:
Het symbool kan zich op de compressor
bevinden. Het heeft betrekking op de olie
in de compressor en wijst op het volgende
gevaar: Kan bij het inslikken en indringen
in de luchtwegen dodelijk zijn. Deze aanwij‐
zing is alleen voor het recyclingproces van
belang. In de normale modus bestaat er
geen gevaar.
Het symbool bevindt zich op de compressor
en wijst op het gevaar van ontvlambare
stoffen. De sticker niet verwijderen.
Deze of een vergelijkbare sticker kan op
de achterkant van het apparaat zijn aange‐
bracht. Deze wijst erop dat er zich vacuüm-
isolatiepanelen (VIP) of perlietpanelen in
de deur en/of de behuizing bevinden.
Deze aanwijzing is alleen van belang voor
het recyclingproces. De sticker niet verwij‐
deren.
Neem de specifieke waarschuwingen en de
andere specifieke instructies in de andere
hoofdstukken in acht:
GEVAAR duidt een direct gevaar aan, die de
dood of ernstig lichamelijk letsel
tot gevolg kan hebben wanneer dit
gevaar niet vermeden wordt.
Algemene veiligheidsvoorschriften
* afhankelijk van model en uitvoering 5
WAAR‐
SCHUWING
duidt een gevaarlijke situatie aan,
die de dood of ernstig lichame‐
lijk letsel tot gevolg kan hebben
wanneer dit gevaar niet vermeden
wordt.
VOORZICHTI
G
duidt een gevaarlijke situatie aan,
die licht of middelzwaar lichame‐
lijk letsel tot gevolg kan hebben
wanneer dit gevaar niet vermeden
wordt.
LET OP duidt een gevaarlijke situatie aan,
die materiële schade tot gevolg
kan hebben wanneer dit gevaar
niet vermeden wordt.
Aanwijzing duidt op nuttige informatie en tips.
3 In gebruik nemen
3.1 Apparaat inschakelen
Zorg ervoor dat aan de volgende eisen zijn voldaan:
qHet apparaat is overeenkomstig de montagehandleiding
ingebouwd en aangesloten.
qAlle bevestigingsstrips, plak- en beschermfolie en de
transportbeveiligingen in en op het apparaat zijn verwij‐
derd.
qAlle reclame-inserts zijn uit de laden verwijderd.
Fig. 2
uApparaat via het display inschakelen.
Fig. 3
uTaal selecteren.
wStatusweergave verschijnt.
Apparaat start in DemoMode:
Als het apparaat in DemoMode start, kunt u de DemoMode
binnen de volgende 5 minuten deactiveren.
Fig. 4
uDemoMode 3 seconden lang indrukken.
wDemoMode is gedeactiveerd.
Aanwijzing
De fabrikant adviseert:
uLevensmiddelen plaatsen: ca. 6 uur wachten tot de inge‐
stelde temperatuur is bereikt.
uDiepvriesproducten bij -18 °C of kouder in de diepvriezer
leggen.*
3.2 Uitrusting aanbrengen
Aanwijzing
Toebehoren zijn verkrijgbaar in de Liebherr-Hausgeräte-shop
op home.liebherr.com/shop/de/deu/zubehor.html.
uBijgevoegde uitrusting aanbrengen om het apparaat opti‐
maal te gebruiken.
4 Levensmiddelenbeheer
4.1 Levensmiddelen opslaan
WAARSCHUWING
Brandgevaar
uGeen elektrische apparaten in het levensmiddelenge‐
deelte van het apparaat gebruiken, wanneer deze daar
voor niet door de fabrikant zijn aanbevolen.
Aanwijzing
Het energieverbruik stijgt en het koelvermogen neemt af als
de ontluchting niet toereikende is.
uHoud de luchtopening altijd vrij.
Bij de opslag van levensmiddelen ervoor zorgen dat:
qVentilatieopeningen aan de achterkant vrij zijn.
qLevensmiddelen goed zijn verpakt.
qLevensmiddelen, die gemakkelijk een geur of smaak
aannemen of afgeven, zitten in gesloten reservoirs of zijn
afgedekt.
qRauw vlees of vis bevindt zich in schonen, afgesloten
bakjes, zodat deze geen contact met andere levensmid‐
delen kunnen maken of op ander voedsel kunnen druipen.
qVloeistoffen bevinden zich in gesloten bakjes.
qLevensmiddelen zijn op afstand opgeslagen, zodat de
lucht goed kan circuleren.
Aanwijzing
Het niet opvolgen van deze gegevens kan tot bederf van
levensmiddelen leiden.
4.1.1 Koelgedeelte
Door de natuurlijke luchtcirculatie zijn er verschillende
temperatuurzones.
In gebruik nemen
6 * afhankelijk van model en uitvoering
Levensmiddelen ordenen:
uIn het bovenste bereik en in de deur: Boter en kas,
conserven en tubes.
uIn de koudste zone Fig. 1 (C): Licht bederfelijke levens‐
middelen zoals klaargemaakte maaltijden, vleeswaren en
worsten
uOp het onderste plateau: Rauw vlees of vis
4.1.2 EasyFresh-Safe
Het vak is geschikt voor onverpakte levensmiddelen zoals
groente en fruit.
De luchtvochtigheid is afhankelijk van het in de lade
geplaatste koelgoed alsmede van de frequentie van het
openen en sluiten van de lade. U kunt de luchtvochtigheid
regelen.
Levensmiddelen ordenen:
uNiet-ingepakt fruit en groente plaatsen.
uTe hoge vochtigheid: Luchtvochtigheid regelen
(zie 7.9 Vochtregeling) .
4.1.3 Vriesvak*
De luchttemperatuur in het vak, gemeten met een thermo‐
meter of andere meetapparaten, kunnen verschillen. De
temperatuurverschillen kunnen in een halfvol of leeg vak
groter zijn en het is mogelijk temperaturen warmer dan
-18 °C te realiseren.
Levensmiddelen invriezen
U kunt maximaal zoveel kilogram aan verse levensmiddelen
invriezen binnen 24 uur, zoals aangegeven op het type‐
plaatje onder "vriescapaciteit ... kg/24u".
Om ervoor te zorgen dat de levensmiddelen door en door
ingevroren worden, dient u de volgende hoeveelheden per
verpakking in acht te nemen:
-Groente, fruit tot 1 kg
-Vlees tot 2,5 kg
Levensmiddelen ordenen:
VOORZICHTIG
Verwondingsgevaar door glasscherven!
Flessen en blikken met drank kunnen bij bevriezen openbar
sten. Dit geldt met name voor koolzuurhoudende dranken.
uFlessen en blikken met drank niet invriezen!
uverpakte levensmiddelen in het vriesvak leggen, zodat de
levensmiddelen contact met de bodem of de zijwanden
maken.
Levensmiddelen ontdooien
- in de koelruimte
- in de magnetron
- In de oven/heteluchtoven
- Bij kamertemperatuur
WAARSCHUWING
Gevaar voor voedselvergiftiging!
uOntdooide levensmiddelen nooit weer terug invriezen.
uVerwerk ontdooide levensmiddelen zo snel mogelijk.
uSlechts zoveel levensmiddelen eruit halen als nodig is.
uOntdooide levensmiddelen zo snel mogelijk verwerken.
4.2 Opslagtijden
De aangegeven opslagtijden zijn richtwaarden.
Bij levensmiddelen met gegevens over de minimale houd‐
baarheid geldt altijd de op de verpakking aangegeven
datum.
4.2.1 Koelgedeelte
De minimale houdbaarheidsdatum op de verpakking is van
toepassing.
4.2.2 Vriesvak*
Richtwaarden voor de opslagduur van verschillende
levensmiddelen
IJs bij -18 °C 2 tot 6 maanden
Worst, ham bij -18 °C 2 tot 3 maanden
Brood, bakkerijpro‐
ducten
bij -18 °C 2 tot 6 maanden
Wild, varkensvlees bij -18 °C 6 tot 9 maanden
Vis, vet bij -18 °C 2 tot 6 maanden
Vis, mager bij -18 °C 6 tot 8 maanden
Kaas bij -18 °C 2 tot 6 maanden
Gevogelte, rundvlees bij -18 °C 6 tot 12 maanden
Groente, fruit bij -18 °C 6 tot 12 maanden
5 Energie sparen
-Let altijd op de be- en ontluchting. Dek de ventilatieope‐
ningen resp. -roosters niet af.
-Plaats het apparaat niet naast een fornuis, verwarming
of dergelijke en stel het apparaat niet bloot aan direct
zonlicht.
-Het energieverbruik is afhankelijk van de plaatsings‐
omstandigheden zoals bijv. de omgevingstemperatuur
(zie 1.4 Toepassingsgebied van het apparaat) . Bij een
warmere omgevingstemperatuur kan het energieverbruik
toenemen.
-Open het apparaat, indien mogelijk zo kort mogelijk.
-Hoe lager de temperatuur wordt ingesteld, hoe hoger het
energieverbruik.
-Levensmiddelen gesorteerd rangschikken:
home.liebherr.com/food.
-Alle levensmiddelen goed verpakt en afgedekt bewaren.
Condensvorming wordt voorkomen.
-Levensmiddelen zolang als nodig eruit halen, zodat ze
niet te warm worden.
-Warme gerechten plaatsen: eerst tot op kamertempera‐
tuur laten afkoelen.
-Diepvriesproducten in de koelruimte ontdooien.*
-Als in het apparaat een dikke ijsaanslag aanwezig is:
Apparaat ontdooien.*
-Bij langere vakantieperioden de HolidayMode gebruiken
(zie HolidayMode) gebruiken.
6 Bediening
6.1 Bedienings- en weergave-elementen
Met het display kan in een oogopslag de temperatuurinstel‐
ling en de staat van de functies en instellingen worden
waargenomen. U kiest functies of stelt functies in door een
waarde te activeren/deactiveren of te selecteren.
Energie sparen
* afhankelijk van model en uitvoering 7
6.1.1 Status-weergave
Fig. 5
(1) Temperatuurweergave
van het koelgedeelte
6.1.2 Navigatie
U krijgt toegang tot de afzonderlijke functies via de menu‐
navigatie. Na bevestiging van een functie of instelling klinkt
een signaaltoon. Als na 10 seconden geen selectie wordt
uitgevoerd, wisselt de weergave naar de Status-weergave.
Navigatie Beschrijving
of
Kort tikken
Functie activeren/deactiveren.
Keuze bevestigen.
Submenu openen.
of
Lang tikken 3 seconden
Functie activeren/deactiveren. Oplo‐
pende/afnemende balk verschijnt op
het display.
Keuze bevestigen.
Apparaat/waarden resetten.
Apparaat in-/uitschakelen.
Vegen
In het menu navigeren.
Naar waarden zoeken.
Kort tikken op Terug
Weergave gaat een niveau terug.
Geen actie
gedurende 10
seconden
Weergave wisselt naar de Status-indi‐
catie.
6.1.3 Symbolen
De symbolen geven informatie over de actuele staat van het
apparaat.
Symbool Toestand van het apparaat
Stand-by
Apparaat of temperatuurzone is
uitgeschakeld.
Symbool Toestand van het apparaat
Knipperend cijfer
Apparaat werkt. Temperatuur knip‐
pert tot de ingestelde waarde is
bereikt.
Knipperend symbool
Apparaat werkt. Instelling wordt
uitgevoerd.
6.2 Bedieningslogica
6.2.1 Functie activeren / deactiveren
De volgende functies kunnen geactiveerd / gedeactiveerd
worden:
Symbool Functie
SuperCoolx
PartyModex
HolidayMode
EnergySaver
x Als functie actief is, werkt het apparaat met een hoger
vermogen. Hierdoor kunnen werkgeluiden van het apparaat
tijdelijk luider en het energieverbruik hoger zijn.
uOp het display zo vaak naar links vegen totdat de functie
wordt weergegeven.
uGeselecteerde functie door kort aantikken bevestigen.
wEr klinkt een bevestigingstoon.
wStatus wordt in het menu weergegeven.
wFunctie is geactiveerd / gedeactiveerd.
6.2.2 Functiewaarde selecteren
Bij de volgende functies kan een waarde in het submenu
worden ingesteld:
Symbool Functie
De temperatuur instellen
Apparaat in-/uitschakelen
uOp het display zo vaak naar links vegen totdat de functie
wordt weergegeven.
uGeselecteerde functie door kort aantikken bevestigen.
uDoor vegen in de weergave de instellingswaarde selec‐
teren.
uGeselecteerde waarde door kort aantikkelen bevestigen.
6.2.3 Instelling activeren / deactiveren
De volgende instellingen kunnen geactiveerd / gedeacti‐
veerd worden:
Symbool Instelling
WiFi1
Bediening
8 * afhankelijk van model en uitvoering
Symbool Instelling
Invoerblokkering2
SabbathMode2
Cleaning Mode2
Resetten2
Uitschakelen 2
uOp het display zo vaak naar links vegen totdat instel‐
lingen wordt weergegeven.
uInstellingen door aantikken te bevestigen.
uVegen totdat de gewenste instelling wordt weergegeven.
1 Instelling activeren (shortpress)
uDoor aantikken bevestigen.
wEr klinkt een bevestigingstoon.
wStatus wordt in het menu weergegeven.
wInstelling is geactiveerd/gedeactiveerd.
2 Instelling activeren (longpress)
uKeuze voor het bevestigen 3 seconden lang indrukken.
wEr klinkt een bevestigingstoon.
wStatus wordt in het menu weergegeven.
wDisplay wordt gewijzigd.
6.2.4 Instellingswaarde selecteren
Bij de volgende instellingen kan een waarde in het submenu
worden ingesteld:
Symbool Instellingen
Helderheid
Deuralarm
Taal
uOp het display zo vaak naar links vegen totdat instel‐
lingen wordt weergegeven.
uInstellingen door aantikken te bevestigen.
uVegen totdat de gewenste instelling wordt weergegeven.
uDoor aantikken bevestigen.
uDoor vegen in de weergave de gewenste instellings‐
waarde selecteren.
uDoor aantikken bevestigen.
wEr klinkt een bevestigingstoon.
wStatus wordt kort op het submenu weergegeven.
wDisplay keert terug naar het menu.
6.2.5 Klantenmenu oproepen
De volgende instellingen kunnen in het klantenmenu worden
opgeroepen:
Symbool Functie
*
C-Value 1*
Symbool Functie
Software
uOp het display naar links vegen tot Instellingen
verschijnt.
uOp instellingen tikken.
wHet submenu verschijnt.
uOp het display naar links vegen tot de informatie over het
apparaat verschijnt.
u3 seconden ingedrukt houden.
wHet invoermenu voor een cijfercode verschijnt.
uCijfercode 151 invoeren.
wHet klantmenu verschijnt.
uOp het display naar links vegen tot de gewenste instel‐
ling verschijnt.
1 waarde kiezen
uOm te bevestigen kort aantikken.
wEr klinkt een bevestigingstoon.
wStatus wordt kort op het display weergegeven.
wDisplay keert terug naar het menu.
2 Instelling activeren
uVoor het bevestigen het display 3 seconden lang
indrukken.
wEr klinkt een bevestigingstoon.
wStatus wordt op het display weergegeven.
wSymbool knippert zolang het apparaat werkt.
6.3 Apparaatfuncties
Apparaat uitschakelen
Deze instelling maakt het mogelijk om het complete appa‐
raat uit te schakelen.
Complete apparaat uitschakelen
Fig. 6
uActiveren / deactiveren (zie 6.2 Bedieningslogica) .
wGedeactiveerd: Display wordt zwart.
WLAN
Met deze functie verbindt u uw apparaat met WiFi. U
kunt uw apparaat vervolgens op een mobiel eindapparaat
bedienen via de SmartDevice-app. Met deze functie kunt u
de WiFi-verbinding ook weer verbreken of herstellen.
Om uw apparaat met WiFi te verbinden, hebt u de SmartDe‐
viceBox nodig.
Meer informatie over SmartDevice: (zie 1.3 SmartDevice)
Bediening
* afhankelijk van model en uitvoering 9
Aanwijzing
In de volgende landen is de SmartDevice-functie niet
beschikbaar: Rusland, Belarus, Kazachstan.
U kunt de SmartDeviceBox niet gebruiken.
WLAN-verbinding maken
Ervoor zorgen dat aan de volgende voorwaarden is voldaan:
qSmartDeviceBox is gekocht en aangebracht.
(zie 1.3 SmartDevice)
qSmartDevice-app is geïnstalleerd (zie
apps.home.liebherr.com).
qRegistratie in de SmartDevice-app is afgesloten.
Fig. 7
uInstelling activeren. (zie 6.2 Bedieningslogica)
wVerbinding wordt gemaakt: Connecting wordt weerge‐
geven. Het pictogram knippert.
wVerbinding is gemaakt: Wifi verschijnt, de weergave
wordt blauw.
wVerbinding is mislukt: WiFi Error wordt weergegeven.
WLAN-verbinding verbreken
uInstelling deactiveren. (zie 6.2 Bedieningslogica)
Fig. 8
w
Verbinding is verbroken: pictogram is continu zicht‐
baar.
WLAN-verbinding resetten
uInstellingen resetten. (zie 6.2 Bedieningslogica)
Fig. 9
wVerbinding en andere instellingen worden ook op de
toestand van levering gereset.
Temperatuur
Met deze functie stelt u de temperatuur in.
De temperatuur is afhankelijk van de volgende factoren:
-hoe vaak de deur wordt geopend
-hoe lang de deur geopend blijft
-de ruimtetemperatuur op de plaats van opstelling
-type, temperatuur en hoeveelheid van de levensmiddelen
Temperatuurzone Aanbevolen instelling
Koelgedeelte 5 °C
Temperatuur instellen
Fig. 10
uStappen volgens de afbeelding uitvoeren.
wTemperatuur is ingesteld.
C-Value*
Met de C-Value kan het 4*-vak iets warmer of kouder
worden ingesteld.*
De C-Value is standaard ingesteld op C5.*
Bij alle waarden lager dan C5 wordt het 4*-vak kouder. Bij
alle waarden hoger dan C5 wordt het 4*-vak warmer.*
Instelling kiezen*
uWaarde instellen in het klantenmenu (zie 6.2 Bedienings‐
logica) .
SuperCool
Met deze functie schakelt u naar het hoogste afkoelver
mogen. Daardoor kunt u lagere koeltemperaturen bereiken.
De functie heeft betrekking op het koelgedeelte Fig. 1 (A)
Bovendien bereikt u lagere temperaturen in het 4-sterren
vriesvak.*
Toepassing:
-Grotere hoeveelheden levensmiddelen snel afkoelen.
-Levensmiddelen invriezen.*
Functie activeren / deactiveren
uProducten in het 4-sterren vriesvak leggen: Functie bij
het plaatsen van de producten activeren.*
uProducten in het koelgedeelte leggen: Functie bij het
plaatsen van de producten activeren.
uActiveren / deactiveren (zie 6.2 Bedieningslogica) .
Bediening
10 * afhankelijk van model en uitvoering
De functie wordt automatisch gedeactiveerd. Daarna draait
het apparaat in de normale modus verder. De temperatuur
stelt zich op de ingestelde waarde in.
PartyMode
Deze functie biedt een verzameling van speciale functies en
instellingen die tijdens een feest handig zijn.
De volgende functies worden geactiveerd:
-SuperCool
Alle functies kunnen flexibel en individueel worden inge‐
steld. Wijzigingen worden verworpen wanneer de functie
wordt gedeactiveerd.
Functie activeren / deactiveren
uActiveren / deactiveren (zie 6.2 Bedieningslogica) .
wGeactiveerd: Alle functies zijn gelijktijdig geactiveerd.
wGedeactiveerd: Vooraf ingestelde temperaturen zijn
hersteld.
Na 24 uur wordt de functie automatisch gedeactiveerd.
HolidayMode
Deze functie zorgt voor een minimaal energieverbruik
tijdens langdurige afwezigheid. De temperatuur van het
koeldeel wordt op 15 °C ingesteld en bij het bereiken op
het statusbeeldscherm weergegeven.
Toepassing:
-Energie sparen tijdens een langere afwezigheid.
-Voorkomen van slechte geuren en schimmelvorming
tijdens een langere afwezigheid.
Functie activeren / deactiveren
uKoelgedeelte volledig leegmaken.
uActiveren / deactiveren. (zie 6.2 Bedieningslogica)
wGeactiveerd: Koeltemperatuur wordt verhoogd.
wGedeactiveerd: eerder ingestelde temperatuur wordt
hersteld.
SabbathMode
Met deze functie activeert of deactiveert u de
SabbathMode. Als u deze functie activeert, worden sommige
elektronische functies uitgeschakeld. Hierdoor voldoet het
apparaat aan de religieuze eisen op Joodse feestdagen
zoals sabbat en aan de Star-K Kosher Certification.
Apparaatstatus bij actieve SabbathMode
De statusweergave toont continu SabbathMode.
Alle functies op het display behalve de functie
SabbathMode deactiveren zijn geblokkeerd.
Actieve functies blijven actief.
Het display blijft verlicht, als de deur wordt gesloten.
De binnenverlichting is gedeactiveerd.
Herinneringen worden niet uitgevoerd. Het ingestelde
tijdsinterval wordt gestopt.
Herinneringen en waarschuwingen worden niet weerge‐
geven.
Er is geen deuralarm.
Er is geen temperatuuralarm.
Apparaatstatus bij actieve SabbathMode
De ontdooicyclus werkt alleen tot de ingestelde tijd,
zonder rekening te houden met het gebruik van de koel‐
kast.
Na een stroomuitval keert het apparaat terug naar de
SabbathMode.
Apparaatstatus
Aanwijzing
Dit apparaat is gecertificeerd door het „Institute for Science
and Halacha”. (www.machonhalacha.co.il)
Een lijst met STAR-K-gecertificeerde apparaten vindt u op
www.star-k.org/appliances.
SabbathMode activeren
WAARSCHUWING
Vergiftigingsgevaar door verdorven levensmiddelen!
Als u de SabbathMode geactiveerd hebt en de stroom
uitvalt, verschijnt er geen melding in de statusweergave
over de stroomuitval. Als de stroomuitval voorbij is, werkt
het apparaat verder in SabbathMode. Stroomuitval kan ertoe
leiden dat levensmiddelen bederven. De consumptie ervan
kan voedselvergiftiging veroorzaken.
Na een stroomuitval:
uLevensmiddelen die bevroren waren en ontdooid zijn niet
meer consumeren.
uInstellingenmenu oproepen. (zie 6.2 Bedieningslogica)
uNaar links of rechts vegen tot de benodigde functie wordt
weergegeven.
Fig. 11
uStappen volgens de afbeelding uitvoeren.
wSabbathMode is geactiveerd.
wStatusweergave toont continu SabbathMode.
SabbathMode deactiveren
uInstellingenmenu oproepen. (zie 6.2 Bedieningslogica)
uNaar links of rechts vegen tot de benodigde functie wordt
weergegeven.
Fig. 12
uStappen volgens de afbeelding uitvoeren.
wSabbathMode is gedeactiveerd.
EnergySaver
Deze functie activeert of deactiveert de energiebesparings‐
modus. Als u deze functie activeert, daalt het energiever
bruik en stijgt de temperatuur in het apparaat met 2 °C. De
levensmiddelen blijven vers, maar de houdbaarheid wordt
korter.
Bediening
* afhankelijk van model en uitvoering 11
Temperatuurzone Aanbevolen
instelling
Temperatuur bij
actieve EnergySaver
Koelgedeelte
5 °C 7 °C
Temperaturen
EnergySaver activeren
uNaar links of rechts vegen tot de benodigde functie wordt
weergegeven.
Fig. 13
uStappen volgens de afbeelding uitvoeren.
wEnergiebesparingsmodus is geactiveerd.
EnergySaver deactiveren
uNaar links of rechts vegen tot de benodigde functie wordt
weergegeven.
Fig. 14
uStappen volgens de afbeelding uitvoeren.
wDe energiebesparingsmodus is gedeactiveerd.
CleaningMode
Deze instelling maakt een comfortabele reiniging van het
apparaat mogelijk.
Deze instelling heeft betrekking op het koelgedeelte
Fig. 1 (A).
Toepassing:
-Koelgedeelte handmatig reinigen.
Gedrag van het apparaat wanneer de instelling is geacti‐
veerd:
-Het display toont continu CleaningMode.
-Het koelgedeelte is uitgeschakeld.
-De herinneringen en waarschuwingen worden niet weer‐
gegeven. Er klinkt geen geluidssignaal.
Instelling activeren / deactiveren
uInstelling activeren / deactiveren (zie 6.2 Bedieningslo‐
gica) .
wGeactiveerd: Het koelgedeelte is uitgeschakeld. Licht
blijft aan.
wGedeactiveerd: de vooraf ingestelde temperatuur is weer
hersteld.
Na 60 minuten wordt de instelling automatisch gedeacti‐
veerd. Daarna blijft het apparaat in normaal bedrijf werken.
Helderheid display
Deze instelling maakt de trapsgewijze instelling van de
helderheid van het display mogelijk.
De volgende helderheidsniveaus kunnen worden ingesteld:
-40%
-60%
-80%
-100%
Instelling kiezen
uWaarde instellen (zie 6.2 Bedieningslogica) .
Deuralarm
Deze instelling maakt het instellen van de tijd tot het deur
alarm (zie Deur sluiten) klinkt mogelijk.
De volgende waarden kunnen ingesteld worden:
-1 min.
-2 min.
-3 min.
-Uit
Instelling kiezen
uWaarde instellen (zie 6.4 Foutmeldingen) .
Invoerblokkering
Deze instelling voorkomt de abusievelijk bediening van het
apparaat, bijv. door kinderen.
Toepassing:
-Onbedoelde wijzigingen van instellingen en functies
voorkomen.
-Onbedoeld uitschakelen van het apparaat voorkomen.
-Onbedoelde temperatuurinstelling voorkomen.
Instelling activeren / deactiveren
uActiveren / deactiveren. (zie 6.2 Bedie‐
ningslogica)
Taal
Met deze instelling kan de taal van de weergave worden
ingesteld.
De volgende talen kunnen worden geselecteerd:
-Duits
-Engels
-Frans
-Spaans
-Italiaans
-Nederlands
-Tsjechisch
-Pools
-Portugees
-Russisch
-Chinees
Instelling activeren / deactiveren
uActiveren / deactiveren (zie 6.2 Bedieningslogica) .
Info
Deze instelling maakt het aflezen van apparaatinformatie en
de toegang tot het klantenmenu mogelijk.
Bediening
12 * afhankelijk van model en uitvoering
De volgende gegevens kunnen afgelezen worden:
-Modelnaam
-Index
-Serienummer
-Servicenummer
Apparaatgegevens oproepen
uOp het display vegen totdat instellingen wordt weer
gegeven.
uWeergave bevestigen.
uOp het display vegen tot de informatie wordt weerge‐
geven.
uApparaatgegevens aflezen.
Resetten
Met deze functie kunnen alle instellingen op de fabrieksin‐
stellingen worden teruggezet. Alle instellingen die u tot nu
toe heeft uitgevoerd worden teruggezet op hun oorspronke‐
lijke instelling.
Instelling activeren
uActiveren (zie 6.2 Bedieningslogica) .
6.4 Foutmeldingen
Foutmeldingen worden op het display weergegeven. Er zijn
twee categorieën van foutmeldingen:
Categorie Betekenis
Melding Herinnert aan algemene procedures. U kunt
deze procedures uitvoeren en zo de melding
opheffen.
Waarschu‐
wing
Verschijnt bij functiestoringen. Naast de
weergave op het display klinkt een signaal.
De signaaltoon wordt luider tot de weergave
door aantikken wordt bevestigd. Eenvoudige
storingen kunt u zelf verhelpen. Voor ernstige
storingen moet u contact met de klantenser
vice opnemen.
6.4.1 Waarschuwingen
Deur sluiten
De melding wordt weergegeven als de deur te lang open‐
staat.
De tijd totdat de melding wordt weergegeven kan worden
ingesteld .
uAlarm beëindigen: Melding bevestigen.
-of-
uDeur sluiten.
Storing
Deze melding wordt weergegeven als er een storing van het
apparaat optreedt. In een onderdeel van het apparaat is een
storing opgetreden.
uDeur openen.
uFoutcode noteren.
uMelding bevestigen.
wSignaaltoon dempt.
wStatusweergave verschijnt.
uDeur sluiten.
uContact met de klantenservice opnemen. (zie 9.4 Klan‐
tenservice)
6.4.2 DemoMode
Wanneer op het display „D” wordt weergegeven, is de
previewmodus actief. Deze functie is voor dealers ontwik
keld, omdat alle koudetechnische functies gedeactiveerd
zijn.
DemoMode deactiveren
Wanneer een tijd op het display afloopt:
uWeergave binnen de aflopende tijd bevestigen.
wDemoMode is gedeactiveerd.
Wanneer geen tijd afloopt:
uNetstekker uit het stopcontact halen.
uNetstekker weer aansluiten.
wDemoMode is gedeactiveerd.
7 Uitrusting
7.1 Vriesvak 4 sterren*
7.1.1 Vriesvak openen / sluiten
Fig. 15
Vriesvak openen:
uGreepbereik van onder pakken.
uGrijpplaat indrukken en gelijktijdig de deur naar voren
trekken.
Vriesvak sluiten:
uDeur sluiten en gelijktijdig vanaf de voorkant drukken.
wDeur is vastgeklikt.
7.2 Deurafsteller
7.2.1 Deurafsteller verplaatsen / verwijderen
Uitrusting
* afhankelijk van model en uitvoering 13
Fig. 16
uAfsteller naar boven schuiven.
uNaar voren trekken.
uIn omgekeerde volgorde weer aanbrengen.
Fig. 17
U kunt gebruikmaken van een of van beide VarioBoxen. Als
zeer hoge flessen geplaatst moeten worden, moet u slechts
één bakje boven het flessenrek aanbrengen.
Afsteller met VarioBoxen verplaatsen:
Fig. 18
uVanaf de bovenkant eruit halen.
uOp een willekeurige positie weer aanbrengen.
wAfsteller voor 4-sterren vriesvak: Een optimale luchtver
deling in het apparaat is niet meer gegarandeerd. Er kan
zich condens in het vriesvak vormen.*
Aanwijzing
Liebherr adviseert:*
uAfsteller met VarioBoxen, zoals op de locatie geleverd,
op een hoogte onder het 4-sterren vriesvak plaatsen.
Zo ontstaat er een optimale luchtverdeling in het koelge‐
deelte.*
VarioBoxen omzetten:
Fig. 19
Wanneer deurafsteller is verwijderd:
uBakjes eruit halen.
Fig. 20
uOpbergvak op tafel leggen.
Fig. 21
uMiddelste vasthouddeel lostrekken Fig. 21 (1).
uMiddelste vasthouddeel in tweede positie inzetten
Fig. 21 (2).
Fig. 22
uBakjes vervangen.
7.2.2 Deurafsteller demonteren
De deurafstellers kunnen voor het reinigen worden gede‐
monteerd.
Fig. 23
Fig. 24
uDeurafsteller demonteren.
Uitrusting
14 * afhankelijk van model en uitvoering
7.3 Draagplateaus
7.3.1 Draagplateaus verplaatsen / verwijderen
De draagplateaus moeten worden beveiligd tegen het per
ongelijk omlaag vallen door uittrekaanslagen.
Fig. 25
uDraagplateau omhoog tillen en naar voren trekken.
wZijdelingse uitsparing op positie van de steun.
uDraagplateau verplaatsen: Tot willekeurige hoogte
optillen of neerlaten en er inschuiven.
-of-
Fig. 26
uDraagplateau volledig uitnemen: Naar voren uittrekken.
uGemakkelijk verwijderbaar: Draagplateaus schuin zetten.
uDraagplateau weer inzetten: Er helemaal inschuiven.
wUittrekaanslagen zijn naar onder gericht.
wUittrekaanslagen bevinden zich achter het voorste draag‐
plateau.
De draagplateaus boven de EasyFresh-laden kunnen even‐
eens eruit worden gehaald.
Fig. 27
Draagplateaus eruit halen:
uDraagplateaus aan de voor- en achterkant omhoog tillen.
uAan de voorkant eruit halen.
Op de eronder liggende deksel van het vak geen producten
neerzetten!
Draagplateau erin schuiven:
uDraagplateaus schuin, naar achter geneigd, aanbrengen.
wUittrekaanslagen zijn naar onder gericht.
uDraagplateaus erin schuiven en afleggen.
7.3.2 Draagplateaus demonteren
De draagplateaus kunnen voor het reinigen gedemonteerd
worden.
Fig. 28
uDraagplateaus demonteren.
7.4 Deelbaar draagplateau
7.4.1 Deelbaar draagplateau gebruiken
De draagplateaus moeten worden beveiligd tegen het per
ongelijk omlaag vallen door uittrekaanslagen.
Fig. 29
uDeelbare draagplateaus overeenkomstig de afbeelding
eronder schuiven.
Fig. 30
In de hoogte verstellen:
uGlasplaten afzonderlijk vanaf de voorkant eruit trekken
Fig. 30 (1).
uSteunrails uit de vergrendeling trekken en op de
gewenste hoogte vastklikken.
uGlasplaten afzonderlijk achtereenvolgens erin schuiven.
wVlakke uittrekaanslagen aan de voorkant, direct achter de
steunrail.
wHoge uittrekaanslagen achter.
Beide oppervlakken gebruiken:
uMet een hand de onderste glasplaat vasthouden en naar
voren trekken.
wGlasplaat Fig. 30 (1) met sierlijst ligt voor.
wStops Fig. 30 (3) zijn naar onder gericht.
7.5 VarioSafe*
De VarioSafe biedt plaats voor kleine levensmiddelen,
verpakkingen, tubes en glazen.
7.5.1 VarioSafe gebruiken
De schuiflade kan eruit gehaald worden en op twee
verschillende hoogten erin geschoven worden. Daardoor
kunnen ook hogere kleine delen in de schuiflade worden
bewaard.
Uitrusting
* afhankelijk van model en uitvoering 15
Fig. 31
uHaal de schuiflade eruit.
uOp een willekeurige hoogte Fig. 31 (1) of Fig. 31 (2) erin
schuiven.
7.5.2 VarioSafe verplaatsen
De VarioSafe kan als geheel in de hoogte worden verplaatst.
Fig. 32
uNaar voren trekken.
wZijdelingse uitsparing op positie van de steun.
uTot een willekeurige hoogte heffen of laten zakken.
uNaar achter erin schuiven.
7.5.3 VarioSafe volledig eruit halen
De VarioSafe kan compleet eruit worden gehaald.
uNaar voren trekken.
wZijdelingse uitsparing op positie van de steun.
Fig. 33
uSchuin plaatsen en naar voren trekken.
7.5.4 VarioSafe uit elkaar halen
De VarioSafe kan voor het reinigen uit elkaar worden
gehaald.
Fig. 34
uVarioSafe uit elkaar halen.
7.6 Plaats voor de bakplaat*
Boven de schuifladen is plaats voor een bakplaat Fig. 1 (6).
Fig. 35
Zorg ervoor dat aan de volgende eisen zijn voldaan:
qMaximale maten voor de bakplaat zijn in acht genomen
(zie 9.1 Technische gegevens) .
qDe bakplaat is afgekoeld tot kamertemperatuur.
qOnderste deurafsteller is minimaal een positie hoger
ingesteld.
Wanneer de deur 90° is geopend:
uBakplaat op de onderste zijdelingse steunen schuiven.
7.7 Laden
U kunt de laden voor reiniging verwijderen.
De wijze van verwijderen en aanbrengen van de laden
is afhankelijk van het uitschuifsysteem. Uw apparaat kan
verschillende uitschuifsystemen bevatten.
Aanwijzing
Het energieverbruik stijgt en het koelvermogen neemt af als
de ontluchting niet toereikende is.
uLaat de ventilatieopeningen aan de binnenkant van de
achterwand altijd vrij!
7.7.1 Lade op apparaatbodem of glasplaat
De lade loopt direct op de apparaatbodem of op een glas‐
plaat. Er zijn geen rails.
Lade verwijderen
Fig. 36
uLade overeenkomstig de afbeelding verwijderen.
Lade plaatsen
Fig. 37
uLade overeenkomstig de afbeelding plaatsen.
Uitrusting
16 * afhankelijk van model en uitvoering
7.7.2 Lade op glijrails
Lade verwijderen
Fig. 38
uLade overeenkomstig de afbeelding verwijderen.
Lade plaatsen
Fig. 39
uLade overeenkomstig de afbeelding plaatsen.
7.7.3 Lade op telescooprails
De lade loopt op uitschuifbare rails (telescooprails). Er
zijn volledig uitschuifbare telescooprails en gedeeltelijk
uitschuifbare telescooprails. Volledig uitschuifbare laden
kunnen helemaal uit het apparaat getrokken worden.
Gedeeltelijk uitschuifbare laden kunnen niet helemaal uit
het apparaat worden getrokken. Welk systeem in uw appa‐
raat zit, hangt af van het type apparaat.
Gedeeltelijk uitschuifbaar koelgedeelte
Lade verwijderen
Fig. 40
uLade er half uittrekken. Fig. 40 (1)
uLade aan de onderkant optillen. Fig. 40 (2)
uLade naar boven gedrukt houden en tegelijkertijd naar
voren trekken.
uLinker rail erin schuiven. Fig. 40 (3)
uRechter rail erin schuiven. Fig. 40 (4)
uLade naar voren toe verwijderen. Fig. 40 (5)
Fig. 41
Als de rails na het verwijderen van de lade nog niet
volledig zijn ingeschoven:
uRails er volledig inschuiven.
Lade plaatsen
Fig. 42
uRails erin schuiven.
uLade op rails plaatsen.
uLade naar achteren erin schuiven.
7.8 Deksel EasyFresh-Safe
De deksel van het vak kan voor het reinigen worden verwij‐
derd.
7.8.1 Deksel van het vak verwijderen
Fig. 43
Wanneer de schuifladen zijn verwijderd:
uDeksel tot de opening in de vasthouddelen naar voren
trekken Fig. 43 (1).
uAan de achterkant vanaf de onderkant omhoog tillen en
vanaf de bovenkant verwijderen Fig. 43 (2).
7.8.2 De deksel van het vak aanbrengen
Fig. 44
Als de tekst THIS SIDE UP boven is:
uDekselranden via de opening van de achterste houder
Fig. 44 (1) aanbrengen en van voren in de houder
Fig. 44 (2) klikken.
uDeksel in de gewenste positie brengen (zie 7.9 Vochtrege‐
ling) .
7.9 Vochtregeling
U kunt het vochtgehalte in de schuiflade via de afstelling
van de deksel van het vak zelf instellen.
De deksel van het vak bevindt zich direct op de schuiflade
en kan door draagplateaus of extra schuifladen afgedekt
zijn.
Uitrusting
* afhankelijk van model en uitvoering 17
Fig. 45
Geringe luchtvochtigheid
uSchuiflade openen.
uDe deksel van het vak naar voren trekken.
wBij een gesloten schuiflade: Spleet tussen de deksel en
het vak.
wLuchtvochtigheid in Safe wordt verlaagd.
Hoge luchtvochtigheid
uSchuiflade openen.
uDeksel van het vak naar achter schuiven.
wBij een gesloten schuiflade: Deksel sluit het vak niet af.
wLuchtvochtigheid in Safe wordt verhoogd.
Als er te veel vocht in het vak zit:
uInstelling „te lage luchtvochtigheid” kiezen.
-of-
uVocht met een doek verwijderen.
7.10 Botervloot
7.10.1 Botervloot openen / sluiten
Fig. 46
7.10.2 Botervloot uit elkaar halen
De botorvloot kan voor het reinigen uit elkaar worden
gehaald.
Fig. 47
uBotervloot uit elkaar halen.
7.11 Eierhouder
De eierhouder kan eruit getrokken worden en is draaibaar.
De beide delen van de eierhouder kunnen bijvoorbeeld
worden gebruikt om verschillen qua aankoopdatum aan te
geven.
7.11.1 Eierhouder gebruiken
Fig. 48
uBovenkant: Kippeneieren opslaan.
uOnderkant: Kwarteleieren opslaan.
7.12 Flessenhouder
7.12.1 Flessenhouder gebruiken
Fig. 49
uFlessenhouder op de flessen schuiven.
wFlessen vallen niet om.
7.12.2 Flessenhouder verwijderen
Uitrusting
18 * afhankelijk van model en uitvoering
Fig. 50
uFlessenhouder volledig naar rechts tot de rand schuiven.
uVanaf de achterkant eruit halen.
7.13 IJsblokjeshouder met deksel*
7.13.1 IJsblokjeshouder gebruiken
Fig. 51
Als water is bevroren:
uIJsblokjesbakje kort onder warm water houden.
uDeksel eraf halen.
ubeide uiteinden van de ijsblokjeshouder licht in tegenge‐
stelde richting draaien.
uIJsblokjes eruit halen.
7.13.2 IJsblokjeshouder uit elkaar halen
De ijsblokjeshouder kan voor het reinigen uit elkaar worden
gehaald.
Fig. 52
uijsblokjeshouder uit elkaar halen.
8 Onderhoud
8.1 Uitschuifsystemen demonteren/
monteren
8.1.1 Opmerkingen over demontage
U kunt enkele uitschuifsystemen voor de reiniging demon‐
teren. Uw apparaat kan verschillende uitschuifsystemen
bevatten.
De volgende uitschuifsystemen kunnen worden gedemon‐
teerd of niet worden gedemonteerd:
Uitschuifsysteem demonteerbaar /
niet demonteerbaar
Lade op apparaatbodem of glasplaat niet demonteerbaar
Uitschuifsysteem demonteerbaar /
niet demonteerbaar
Lade op glijrails niet demonteerbaar
Gedeeltelijk uitschuifbaar koelge‐
deelte
niet demonteerbaar
8.2 Apparaat ontdooien
WAARSCHUWING
Apparaat op de verkeerde manier ontdooid!
Verwondingen en beschadigingen.
uOm het ontdooiproces te versnellen, geen mechanische
hulpmiddelen of andere middelen gebruiken die niet door
de fabrikant worden aanbevolen.
uGebruik voor het ontdooien geen elektrische verwar‐
mings- of stoomreinigingsapparaten, open vuur of
ontdooisprays.
uIJs niet met scherpe voorwerpen verwijderen.
Het ontdooien gebeurt automatisch. Het dooiwater wordt
via de afvoeropening afgevoerd en verdampt.
Waterdruppels of een dun laagje vorst of ijs aan het achter
paneel zijn functioneel en volkomen normaal. Deze hoeven
niet verwijderd te worden.
Door de energie-geoptimaliseerde regeling van het apparaat
kan zich tussentijds ook een laagje vorst of ijs vormen.
uAfvoeropening regelmatig reinigen (zie 8.4 Apparaat
reinigen) .
8.3 Vriesvak handmatig ontdooien*
Na langdurig gebruik vormt zich een laagje vorst of ijs.
De volgende factoren versnellen de vorming van rijp- of
ijslagen:
- Apparaat wordt vaak geopend.
- Er worden warme levensmiddelen in het apparaat gelegd.
uApparaat uitschakelen .
uNetstekker eruit trekker of zekering uitschakelen.
uBevroren levensmiddelen in kranten of dekens wikkelen
en op een koele plaats bewaren.
uPan met heet, niet kokend water op een tableau in het
midden zetten.
wZo gaat het ontdooien sneller.
uDe deur van de vakken en het apparaat tijdens het
ontdooien openlaten.
uLosse stukken ijs verwijderen.
uErop letten dat het dooiwater niet in de meubelombouw
terechtkomt.
uIndien nodig dooiwater meerdere keren met een spons of
doek opnemen.
uApparaat reinigen (zie 8.4 Apparaat reinigen) .
Onderhoud
* afhankelijk van model en uitvoering 19
8.4 Apparaat reinigen
8.4.1 Voorbereiden
WAARSCHUWING
Gevaar voor elektrische schok!
uTrek de stekker van de koelkast uit het stopcontact of
onderbreek de stroomtoevoer.
WAARSCHUWING
Brandgevaar
uDe buisleidingen van het koelmiddelcircuit niet bescha‐
digen.
uApparaat leegmaken.
uNetstekker eruit halen.
-of-
uCleaningMode activeren. (zie CleaningMode)
8.4.2 Binnenruimte reinigen
LET OP
Ondeskundige reiniging!
Beschadigingen aan het apparaat.
uUitsluitend zachte poetsdoekjes en een ph-neutrale
allesreiniger gebruiker.
uGebruik geen schurende of krassende sponzen of
staalwol.
uGebruik geen scherpe, schurende, zand-, chloor- of zuur
houdende schoonmaakmiddelen.
uKunststof vlakken: met een zachte, schone doek, lauw‐
warm water en een beetje spoelmiddel met de hand
reinigen.
uMetalen vlakken: met een zachte, schone doek, lauw‐
warm water en een beetje spoelmiddel met de hand
reinigen.
uAfvoeropening: afzettingen verwijderen met een dun
hulpmiddel, bijv. wattenstaafje.
8.4.3 Uitrusting reinigen
LET OP
Ondeskundige reiniging!
Beschadigingen aan het apparaat.
uUitsluitend zachte poetsdoekjes en een ph-neutrale
allesreiniger gebruiker.
uGebruik geen schurende of krassende sponzen of
staalwol.
uGebruik geen scherpe, schurende, zand-, chloor- of zuur
houdende schoonmaakmiddelen.
Reinigen met een zachte, schone doek, lauwwarm water en
een beetje spoelmiddel:
- VarioSafe*
- Deksel EasyFresh-Safe
- Schuiflade
Reinigen met een vochtige doek:
- Telescooprails
Let op: Het vet in de geleiders dient voor de smering en
mag niet worden verwijderd!
Reinigen in de vaatwasser tot 60 °C:
- Deurafsteller
- VarioBox
- Flessenhouder
- Draagplateaus
- Deelbaar draagplateau
- Vasthouddeel deelbaar draagplateau
- Eierhouder
- Botervloot
- IJsblokjeshouder*
uUitrusting demonteren: zie betreffende hoofdstuk.
uUitrusting reinigen.
8.4.4 Na het reinigen
uApparaat en uitrustingsdelen droogwrijven.
uApparaat aansluiten en inschakelen.
Wanneer de temperatuur voldoende koud is:
uLevensmiddelen plaatsen.
uReiniging regelmatig herhalen.
9 Klantenhulp
9.1 Technische gegevens
Temperatuurbereik
Koelen 2 °C tot 9 °C
Maximale invrieshoeveelheid/24 h
Vriesvak* zie typeplaatje onder „invriescapaci‐
teit …/24 h”*
Maximale afmeting bakplaat*
Breedte  466 mm
Diepte  386 mm
Hoogte  50 mm
9.2 Bedrijfsgeluiden
Het apparaat veroorzaakt tijdens de werking verschillende
loopgeluiden.
-Bij een lage koelcapaciteit werkt het apparaat zuiniger,
maar langer. De geluidssterkte is lager.
-Bij een krachtige koelcapaciteit worden levensmiddelen
sneller gekoeld. De geluidssterkte is hoger.
Voorbeelden:
Geactiveerde functies (zie 6.3 Apparaatfuncties)
Vers erin gelegde levensmiddelen
Hoge omgevingstemperatuur
Lang geopende deur
Geluiden Mogelijke oorzaak Type geluid
Borrelen en ruisen Koelmiddel
stroomt in het
koelcircuit.
Normaal
werkingsgeluid
Blazen en sissen Koelmiddel spuit in
het koelcircuit.
Normaal
werkingsgeluid
Brommen Het apparaat koelt.
De geluidssterkte
is afhankelijk van
de koelcapaciteit.
Normaal
werkingsgeluid
Slurpgeluiden De deur met
sluitdemper wordt
geopend en
gesloten.
Normaal
werkingsgeluid
Klikken Componenten
worden in- en
uitgeschakeld.
Normaal schakel
geluid
Klantenhulp
20 * afhankelijk van model en uitvoering
Geluiden Mogelijke oorzaak Type geluid
Ratelen of
zoemen
Ventielen of
klappen zijn actief.
Normaal schakel
geluid
Geluiden Mogelijke
oorzaak
Type geluid Oplossen
Trilling Ongeschikte
inbouw
Foutgeluid Inbouw
controleren.
Apparaat
uitlijnen.
Klapperen Uitrusting,
Voorwerpen
aan de
binnenkant
van het
apparaat
Foutgeluid Uitrustings‐
delen beves‐
tigen.
Afstand
tussen de
voorwerpen
laten.
9.3 Technische storing
Uw apparaat is zo geconstrueerd en gemaakt dat de func‐
tionele veiligheid en een lange levensduur gegarandeerd
zijn. Mocht er tijdens het bedrijf toch een storing optreden,
controleer dan a.u.b. of de storing te wijten is aan een
bedieningsfout. In dat geval moet u tijdens de garantiepe‐
riode de ontstane kosten zelf betalen.
De volgende storingen kunt u zelf oplossen.
9.3.1 Apparaatfunctie
Probleem Oorzaak Oplossing
Het apparaat werkt
niet.
Het apparaat is niet ingeschakeld. uApparaat inschakelen.
De netstekker zit niet correct in het
stopcontact.
uDe netstekker controleren.
De zekering van de netstekker is
niet in orde.
uZekering controleren.
→ Stroomuitval uApparaat gesloten houden.
uLevensmiddelen beschermen: Koelaccu's boven op de
levensmiddelen leggen of een decentrale vrieskast
gebruiken als de stroomuitval langer duurt.
uOntdooide levensmiddelen niet meer invriezen.
De apparaatstekker is niet correct
in het apparaat gestoken.
uApparaatstekker controleren.
Temperatuur is
niet voldoende
koud.
De apparaatdeur is niet correct
gesloten.
uApparaat sluiten.
De be- en ontluchting is niet toerei‐
kend.
uVentilatieroosters vrijmaken en reinigen.
De omgevingstemperatuur is te
hoog.
uProbleemoplossing: (zie 1.4 Toepassingsgebied van het
apparaat) .
Het apparaat werd te vaak of te
lang geopend.
uAfwachten of de vereiste temperatuur vanzelf terug‐
keert. Als dit niet gebeurt, contact opnemen met de
klantenservice. (zie 9.4 Klantenservice)
De temperatuur is verkeerd inge‐
steld.
uStel de temperatuur lager in en controleer deze na 24
uur.
Het apparaat staat te dicht bij een
warmtebron (fornuis, verwarming
enz.).
uVerander de standplaats van het apparaat of van de
warmtebron.
Het apparaat werd niet correct in
de nis ingebouwd.
uControleer of het apparaat correct werd ingebouwd en
de deur goed sluit.
Het deurrubber is
defect of moet om
een andere reden
worden vervangen.
Het deurrubber kan worden
vervangen. Er kan zonder gereed‐
schap een nieuw deurrubber
worden geplaatst.
uContact opnemen met de klantenservice. (zie 9.4 Klan‐
tenservice)
Het apparaat
is bevroren
of er heeft
zich condenswater
gevormd.
Het deurrubber kan uit de groef
geschoven zijn.
uHet deurrubber op een correcte passing in de groef
controleren.
Klantenhulp
* afhankelijk van model en uitvoering 21
9.3.2 Uitrusting
Probleem Oorzaak Oplossing
De binnenverlich‐
ting brandt niet.
Het apparaat is niet ingeschakeld. uApparaat inschakelen.
De deur was langer dan 15 min.
open.
uDe binnenverlichting schakelt zich bij een geopende
deur na ca. 15 min. automatisch uit.
De LED-verlichting is defect of de
afdekking is beschadigd.
uContact opnemen met de klantenservice. (zie 9.4 Klan‐
tenservice)
Het vriesvak
kan niet worden
gesloten.*
De vergrendeling is bij geopende
deur vastgeklikt.
uHandgreep opnieuw bedienen.
9.4 Klantenservice
Controleer eerst of u de fout zelf kunt oplossen (zie 9 Klan‐
tenhulp) . Als dit niet het geval is, dient u contact op te
nemen met de klantenservice.
U vindt het adres in de bijgevoegde brochure „Liebherr
Service” of op home.liebherr.com/service.
WAARSCHUWING
Ondeskundige reparatie!
Verwondingen.
uReparaties en ingrepen aan het apparaat en de stroom‐
aansluiting die niet uitdrukkelijk genoemd worden
(zie 8 Onderhoud) , uitsluitend door de Technische Dienst
laten uitvoeren.
uBeschadigde netaansluiting alleen door de fabrikant, de
klantenservice of een dergelijk gekwalificeerde persoon
laten vervangen.
uBij apparaten met stekker voor koelapparaten mag ook de
klant zelf de vervanging uitvoeren.
9.4.1 Contact opnemen met de klantenservice
Controleren of de volgende apparaatinformatie beschikbaar
is:
qApparaataanduiding (model en index)
qServicenr. (Service)
qSerienr. (S-Nr.)
uApparaatinformatie via het display oproepen. (zie Info)
-of-
uApparaatinformatie van het typeplaatje aflezen.
(zie 9.5 Typeplaatje)
uApparaatinformatie noteren.
uDe klantenservice informeren: Fout en apparaatinformatie
mededelen.
wDit maakt een snelle en doelgerichte service mogelijk.
uVerdere instructies van de klantenservice opvolgen.
9.5 Typeplaatje
Het typeplaatje bevindt zich aan de achterkant van de
schuifladen, aan de binnenkant van het apparaat.
Fig. 53
(1) Apparaatbeschrijving (3) Serienr.
(2) Servicenr.
uInformatie van het typeplaatje lezen.
10 Buiten bedrijf stellen
uApparaat leegmaken.
uApparaat uitschakelen. (zie Apparaat uitschakelen)
uNetstekker eruit halen.
uIndien nodig de apparaatstekker eruit halen: Eruit halen
en gelijktijdig van links naar rechts bewegen.
uApparaat reinigen. (zie 8.4 Apparaat reinigen)
uDeur open laten, zodat geen slechte geur kan ontstaan.
11 Afvalverwijdering
11.1 Apparaat op afvoer voorbereiden
Liebherr maakt bij sommige apparaten gebruik
van batterijen. In de EU is het nu voor de
consument wettelijk verplicht deze batterijen
voor de afvoer van apparaten te verwijderen.
Als uw apparaat batterijen bevat, wordt dit op
het apparaat aangegeven.
Lampen Als u lampen zelfstandig en zonder kapot te
maken kunt verwijderen, verwijder deze dan
eveneens voor het voeren.
uApparaat buiten bedrijf stellen.
uApparaat met batterijen: verwijder batterijen. Beschrij‐
ving zie hoofdstuk Onderhoud.
uIndien mogelijk: verwijder lampen zonder deze kapot te
maken.
Buiten bedrijf stellen
22 * afhankelijk van model en uitvoering
11.2 Apparaat volgens milieuvoor‐
schriften afvoeren
Het apparaat bevat waardevolle
materialen en moet gescheiden
van het ongesorteerde, huishou‐
delijke afval worden afgevoerd.
Voer batterijen gescheiden van
het apparaat af. Batterijen
kunnen gratis worden ingeleverd
bij de winkel en bij andere inle‐
verpunten zoals het gemeente‐
lijk depot en de chemokar.
Lampen Lever gedemonteerde lampen in
bij een daarvoor bestemd inle‐
verpunt.
Voor Duitsland: U kunt het apparaat gratis inle‐
veren bij de milieustraat. Bij de
aankoop van een nieuwe koel‐
kast of vriezer en een verkoop‐
oppervlak > 400 m2 neemt de
dealer het oude apparaat ook
gratis terug.
WAARSCHUWING
Vrijkomend koudemiddel en olie!
Brand. Het gebruikte koelmiddel is milieuvriendelijk maar
wel brandbaar. De gebruikte olie is ook brandbaar. Vrij‐
komend koelmiddel en vrijkomende olie kunnen bij hoge
concentratie en in contact met een externe warmtebron
ontvlammen.
uBuisleidingen van de koelmiddelkringloop en compressor
niet beschadigen.
uVoer het apparaten af zonder het te beschadigen.
uVoer batterijen, lampen en het apparaat af zoals hier
boven beschreven.
Afvalverwijdering
* afhankelijk van model en uitvoering 23
home.liebherr.com/fridge-manuals
Inbouwkoelkast
Datum van uitgave: 20230829 Artikelnr.-index: 7088259-00
Liebherr-Hausgeräte GmbH
Memminger Straße 77-79
88416 Ochsenhausen
Deutschland
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24

Liebherr IRd 4151 Prime Handleiding

Categorie
Accessoires voor het maken van koffie
Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor