Ariston KZT 6124 ID F Gebruikershandleiding

Categorie
Kookplaten
Type
Gebruikershandleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

Gebruiksaanwijzingen
KOOKPLAAT
Inhoud
Installatie, 2-3
Plaatsing
Elektrische aansluiting
Beschrijving van het apparaat, 4
Bedieningspaneel
Starten en gebruik, 5-7
Inschakelen kookplaat
Inschakelen kookgedeeltes
Booster functie
Uitschakelen kookgedeeltes
Programmering kooktijd
Blokkering van het bedieningspaneel
Uitschakelen kookplaat
Praktische tips voor het gebruik van het apparaat
Veiligheidsmechanismen
Voorzorgsmaatregelen en advies, 8
Algemene veiligheid
Afvalverwijdering
Onderhoud en verzorging, 9
De elektrische stroom afsluiten
Reinigen van het apparaat
De kookplaat verwijderen
Technische beschrijving van de modellen, 10
KZT 6124 ID F/HA
NL
Nederlands, 1
NL
Português, 21Deutsch,11
DE PT
2
NL
Installatie
! Bewaar dit boekje zorgvuldig voor eventuele
raadpleging in de toekomst. Wanneer u het product
weggeeft, verkoopt, of wanneer u verhuist, dient u
dit boekje bij het apparaat te bewaren zodat alle
nodige informatie voorhanden blijft.
! Lees de gebruiksaanwijzing zorgvuldig door: er
staat belangrijke informatie in over installatie,
gebruik en veiligheid.
Plaatsing
! Het verpakkingsmateriaal is niet bestemd voor
kinderen en dient daarom te worden verwijderd
volgens de geldende normen voor gescheiden
afvalverzameling (zie Voorzorgsmaatregelen en
advies).
! De installatie moet worden uitgevoerd door een
bevoegde installateur en volgens de instructies van
de fabrikant. Een verkeerde installatie kan schade
berokkenen aan personen, dieren of dingen.
Inbouw
Voor een goede werking van het apparaat moet het
keukenmeubel de juiste kenmerken hebben:
het keukenblad moet uit hittebestendig materiaal
zijn vervaardigd en een temperatuur van circa
100°C kunnen verdragen;
als de kookplaat boven een oven wordt
geïnstalleerd moet deze zijn voorzien van een
geforceerd geventileerd afkoelingssysteem;
installeer de kookplaat nooit boven een
vaatwasser: indien u dit toch doet, breng dan een
waterdichte afscheiding aan tussen de twee
apparaten;
naar gelang van het type kookplaat dat u wenst te
installeren (zie afbeeldingen), moet het
keukenmeubel de volgende afmetingen hebben:
560 +/- 1
490 +/- 1
48
590
520
Ventilatie
Om een juiste ventilatie te bereiken en een
oververhitting van de oppervlakken rondom het
apparaat te voorkomen, moet de kookplaat
geïnstalleerd worden op:
een minimum afstand van 40 mm van de
achterwand of van elk ander verticaal oppervlak;
op zodanige wijze dat er een minimum afstand
overblijft van 20 mm tussen het inbouwmeubel en
het onderstaande meubel.
5 mm
min. 20 mm
min. 20 mm
min. 40 mm
LADE
5 mm
min. 40 mm
HETELUCHTOVEN
VOORZIJDE
VAN DE KOOKPLAAT
KEUKENBLAD
30
40
KOOKPLAAT
ONDERSTEBOVEN
NLNL
NLNL
NL
3
Bevestigen
Het apparaat moet op een absoluut horizontaal
oppervlak worden geïnstalleerd.
Eventuele door onjuiste installatie veroorzaakte
vervormingen kunnen de eigenschappen en de
prestaties van de kookplaat aantasten.
De lengte van de regelschroef van de
bevestigingshaken moet op basis van de dikte van het
keukenblad worden ingesteld voordat de haken worden
gemonteerd:
als de dikte 30 mm is: schroef 17,55 mm;
als de dikte 40 mm is: schroef 7,55 mm.
Voor het bevestigen moet u als volgt te werk gaan:
1. Schroef met korte, puntloze schroeven de 4
centreringsklemmen in de openingen in het midden van
elke zijde van het blad vast;
2. zet de kookplaat in het midden van de opening van
het keukenmeubel door gelijke druk uit te oefenen op de
hele omtrek, totdat de kookplaat perfect aansluit op het
keukenblad.
3. voor een blad met zijprofielen: nadat u de kookplaat in
het keukenmeubel heeft geplaatst moet u de 4
bevestigingshaken aan de onderste rand van de
kookplaat vastschroeven met gepunte, lange schroeven,
net zolang tot het glas goed aan het blad vastzit.
De schroeven van de centreringsklemmen moeten te
allen tijde bereikbaar blijven.
Volgens de veiligheidsnormen mag er geen contact
meer mogelijk zijn met de elektrische onderdelen nadat
het apparaat is ingebouwd.
Alle beschermende onderdelen moeten zodanig
worden bevestigd dat ze niet kunnen worden verwijderd
zonder gereedschap te gebruiken.
Elektrische aansluiting
De elektrische aansluitingen van de kookplaat en de
eventuele inbouwoven moeten apart worden uitgevoerd,
zowel om elektrische veiligheidsredenen als om de
oven eventueel eenvoudiger te kunnen verwijderen.
Eenfasige aansluiting
De kookplaat is voorzien van een voedingskabel
bestemd voor een eenfasige aansluiting. Voer de
draadverbinding uit zoals aangegeven in de volgende
tabel en tekeningen:
Spanningstype en
netfrequentie
Elektrische kabel Draadverbinding
230V 1+N ~
50 Hz
: geel/groen;
N: de 2 blauwe
draden samen
L: bruin en zwart
samen
Andere soorten aansluitingen
Als het elektrische net overeenkomt met een van de
volgende eigenschappen:
Spanningstype en netfrequentie
 400V - 2+N ~ 50 Hz
 230V 3 ~ 50 Hz
 400V - 2+2N ~ 50 Hz
Scheid de kabels en voer de draadverbinding uit zoals
aangegeven in de volgende tabel en tekeningen:
Spanningstype en
netfrequentie
Elektrische kabel Draadverbinding
400V - 2+N ~
50 Hz
230V 3 ~
50Hz
: geel/groen;
N: de 2 blauwe draden samen
L1: zwart
L2: bruin
400V - 2+2N ~ ı 50
Hz
: geel/groen;
N1: blauw
N2: blauw
L1: zwart
L2: bruin
Het aansluiten van de voedingskabel aan het
elektrische net
Bij een rechtstreekse aansluiting op het net moet u
tussen het apparaat en het net een meerpolige
schakelaar aanbrengen met een minimum afstand van 3
mm tussen de contacten.
De installateur is verantwoordelijk voor een correcte
elektrische aansluiting en de inachtneming van de
veiligheidsnormen.
Voor het aansluiten moet u controleren dat:
de contactdoos geaard is en voldoet aan de
geldende normen;
de contactdoos in staat is het maximale vermogen
van het apparaat te verdragen, zoals aangegeven op
het typeplaatje dat zich op het apparaat bevindt;
de spanning zich bevindt tussen de waarden die
staan aangegeven op het typeplaatje;
de contactdoos en de stekker overeenkomen. Als dat
niet zo is, dient u ofwel de stekker ofwel de
contactdoos te vervangen; gebruik geen
verlengsnoeren of dubbelstekkers.
Wanneer het apparaat geïnstalleerd is moeten de
elektrische kabel en de contactdoos gemakkelijk te
bereiken zijn.
De kabel mag niet gebogen of samengedrukt worden.
De kabel moet van tijd tot tijd worden gecontroleerd en
mag alleen door erkende monteurs worden vervangen.
De fabrikant kan nergens aansprakelijk voor worden
gesteld als deze normen niet worden nageleefd.
4
NL
Beschrijving
van het apparaat
Bedieningspaneel
Het bedieningspaneel dat hier wordt beschreven en afgebeeld geldt alleen als voorbeeld: het is mogelijk dat
het niet precies overeenkomt met het door u aangeschafte model.
Booster
15.
0
00
5.
Aanwijzer
STROOMSTERKTE
Controlelampje
BLOKKERING BEDIENINGSPANEEL
Controlelampje
GESELECTEERD KOOKGEDEELTE
Toets
SELECTEREN KOOKGEDEELTE
Toets
BOOSTER
Toets
BLOKKERING BEDIENINGSPANEEL
Toets
ON/OFF
Toets
MEER VERMOGEN
Controlelampje
GEPROGRAMMEERD KOOKGEDEELTE
Display
PROGRAMMERINGSTIMER
Toets
PROGRAMMERINGSTIMER
Toets
VERMINDEREN STROOMSTERKTE
Display PROGRAMMERINGSTIMER toont de
keuzes betreffende de programmering (zie
Starten en gebruik).
Toetsen PROGRAMMERINGSTIMER om de
programmering van elk kookgedeelte te regelen
(zie Starten en gebruik).
Controlelampjes GEPROGRAMMEERD
KOOKGEDEELTE geven aan dat betreffend
kookgedeelte geprogrammeerd is (zie Starten en
gebruik).
Toets ON/OFF voor het in- en uitschakelen van het
apparaat.
Toets BLOKKERING BEDIENINGSPANEEL om te
voorkomen dat er ongewilde wijzigingen aan de
programmering van het kookvlak worden
uitgevoerd (zie Starten en gebruik).
Controlelampje BLOKKERING
BEDIENINGSPANEEL toont dat de blokkering
van het bedieningspaneel is uitgevoerd (zie
Starten en gebruik).
Toets BOOSTER om het extra vermogen - 3000 W
- van het kookgedeelte in te schakelen (zie
Starten en gebruik).
Controlelampje GESELECTEERD KOOKGEDEELTE
geeft aan dat het betreffende kookgedeelte
geselecteerd is en dat u het kunt regelen.
Toets SELECTEREN KOOKGEDEELTE om het
gewenste kookgedeelte te selecteren
Aanwijzer VERMOGEN geeft het bereikte
warmteniveau aan.
Toets MEER VERMOGEN om de kookplaat aan te
zetten en het vermogen te regelen (zie Starten en
gebruik).
Toets MINDER VERMOGEN om het vermogen te
regelen en de kookplaat uit te zetten (zie Starten
en gebruik).
NLNL
NLNL
NL
5
De lijm die gebruikt is voor de afdichtingen laat wat
vetvlekjes achter op het glas. Voordat u het
apparaat gebruikt raden wij u aan de vlekken te
verwijderen met een speciaal niet-schurend
schoonmaakmiddel. Gedurende de eerste paar uur
dat u het apparaat gebruikt kan het zijn dat u een
rubbergeur ruikt. Deze zal echter snel wegtrekken.
Als de kookplaat elektrisch wordt aangesloten
hoort u na enkele seconden een kort geluidssignaal
afgaan. Alleen dan kunt u de kookplaat aanzetten.
Inschakelen kookplaat
Druk ongeveer 1 seconde lang op de knop voor
het inschakelen van de kookplaat.
Inschakelen kookgedeeltes
Iedere kookgedeelte wordt door middel van een
stroomsterkteregelaar bediend. Deze regelaar
bestaat uit twee toetsen (- en +).
Druk op de toets
om de kookplaat in te schakelen
en stel vervolgens het gewenste vermogen in door op
de toetsen
en te drukken.
Om de kookplaat direct op het maximale vermogen
in te stellen drukt u kort op de toets
.
Booster functie*
Om in het achterste kookgedeelte de verwarmingstijd
te versnellen kunt u de booster functie activeren door
op de knop
te drukken. Op de display van de
stroomsterkte aanwijzer verschijnt P. Door middel
van deze functie wordt het vermogen in dit
kookgedeelte verhoogd tot 3000 W.
De boosterfunctie stopt automatisch na 4 minuten.
Zolang de booster in het achterste kookgedeelte
actief is, zal het gedeelte daarvoor slechts over een
maximaal vermogen van 600 W beschikken (bv.: als
in het kookgedeelte linksachter de booster is
ingeschakeld, zal het vermogen in het kookgedeelte
linksvoor verminderen).
Uitschakelen kookgedeeltes
Druk op de toets : het vermogen van het
kookgedeelte wordt langzaam minder totdat het
uitgaat.
Of druk tegelijkertijd op de toetsen
en : het
vermogen gaat onmiddellijk terug naar 0 en het
kookgedeelte gaat uit.
Programmering kooktijd
Alle kookgedeeltes kunnen geprogrammeerd worden
voor een tijdsduur van tussen de 1 en de 99 minuten.
1. Kies het kookgedeelte door middel van de
overeenkomende selectietoets.
2. Regel de temperatuur.
3. Druk op de programmeringstoets
.
3. Stel de gewenste kookduur in door middel van de
toetsen - en +.
4. Bevestig door op de toets
te drukken.
De timer begint gelijk met aftellen. Het einde van de
geprogrammeerde kooktijd wordt aangegeven door
een geluidssignaal (van 1 minuut) waarna het
kookgedeelte uitgaat.
Herhaal de hierboven beschreven procedure voor
iedere kookplaat die u wilt programmeren.
Blokkering van het bedieningspaneel
Als de kookplaat in werking is kunt u het
bedieningspaneel blokkeren om een ongewenst
aanraken te vermijden (kinderen,
schoonmaakhandelingen, enz.). Door op de toets
te
drukken zal het bedieningspaneel worden geblokkeerd.
Het controlelampje boven de toets gaat aan. Als u het
bedieningspaneel weer wilt gebruiken (bv. als u wilt
stoppen met koken) moet u de blokkering uitschakelen:
druk even op de toets
. Het controlelampje gaat uit
en het bedieningspaneel wordt weer geactiveerd.
Uitschakelen kookplaat
Druk op de toets ; het apparaat gaat uit.
Als het bedieningspaneel is geblokkeerd, blijft dit ook
geblokkeerd nadat u de kookplaat opnieuw inschakelt.
Als u de kookplaat opnieuw wilt inschakelen moet u
eerst het bedieningspaneel deblokkeren.
Starten en gebruik
6
NL
Praktische tips voor het gebruik van het
apparaat
Gebruik pannen die gemaakt zijn van materiaal dat
geschikt is voor inductie (ferromagnetisch
materiaal). Wij raden het gebruik aan van pannen
van: gietijzer, geëmailleerd staal of speciaal inductie
roestvrij staal. U kunt zelf testen of een pan geschikt
is door hem uit te proberen met een magneet.
Om optimale resultaten te bereiken met de
kookplaat:
Gebruik alleen pannen met een dikke, platte
bodem zodat ze perfect aansluiten op het
verwarmingsvlak.
Gebruik pannen die groot genoeg zijn om de
kookplaat geheel te bedekken zodat alle
beschikbare hitte wordt benut.
Houd de bodem van de pannen altijd goed
schoon en droog zodat ze goed aansluiten op het
kookvlak. Dit verlengt de levensduur van zowel
de pannen als het kookvlak zelf.
Vermijd dezelfde pannen te gebruiken die u ook
op een gasfornuis heeft gebruikt: de
warmteconcentratie van gasbranders kan de
bodem van pannen vervormen, waardoor ze niet
goed meer aansluiten.
Veiligheidsmechanismen
Pannensensor
Ieder kookgedeelte is voorzien van een systeem dat
waarneemt of er een pan op staat. De plaat straalt
alleen warmte uit als er een pan van de juiste
afmetingen op staat. Het knipperende
controlelampje kan betekenen:
dat de pan niet geschikt is
dat de pan een te kleine diameter heeft
dat de pan niet goed aansluit
Aanwijzers van de resterende warmte
Zolang de temperatuur van de kookgedeeltes boven
de 60°C blijft, zal ook na het uitschakelen van het
kookgedeelte de aanwijzer van de resterende
warmte, die zich naast het kookgedeelte bevindt,
aanblijven. Dit om te voorkomen dat u zich
verbrandt.
Oververhitting
In het geval van oververhitting van de elektronische
onderdelen gaat de kookplaat automatisch uit en
verschijnt op het display . Deze boodschap
verdwijnt en u kunt de kookplaat weer gebruiken
zodra de temperatuur voldoende is gezakt.
Veiligheidsschakelaar
Het apparaat beschikt over een veiligheidsschakelaar
die de kookgedeeltes automatisch uitschakelt als de
tijdslimiet voor een bepaald vermogensniveau is
bereikt. Tijdens deze veiligheidsonderbreking
vertoont het display het cijfer 0.
B.v.: de kookplaat rechtsachter staat op 5, terwijl de
plaat linksvoor op 2 staat. De plaat rechtsachter zal
automatisch na 3 uur uitgaan, de plaat linksvoor na
10 uur.
Niveau
stroomster-
kte
Tijdslimiet werking in uren
110
26
3-4-5 5
64
7-8 3
9-10 2
11 1
*
GESCHIKTE MATERIALEN
ONGESCHIKTE MATERIALEN
Gietijzer
Ge‘mailleerd staal
Speciaal roestvrij staal
Koper,
Aluminium, Glas, Terracotta,
Aardewerk, Niet magnetisch roestvrij staal
NLNL
NLNL
NL
7
Geluidssignaal
Enkele storingen, zoals:
een voorwerp (pan, bestek, enz.) dat meer dan 10
seconden op het bedieningspaneel ligt,
gemors op het bedieningspaneel,
een lange druk op een toets, kunnen een
geluidssignaal veroorzaken. Verwijder de oorzaak
van de storing en het geluidssignaal houdt op. In
deze gevallen zal het bedieningspaneel
automatisch worden geblokkeerd: om het weer in
te schakelen moet u op de toets
drukken. De
instellingen worden behouden. Als de oorzaak
van de storing niet wordt verwijderd blijft het
geluidssignaal gaan en gaat het kookvlak uit.
8
NL
Voorzorgsmaatregelen en advies
Dit apparaat is ontworpen en vervaardigd volgens de
geldende internationale veiligheidsvoorschriften. Deze
aanwijzingen zijn geschreven voor uw veiligheid en u dient
ze derhalve goed door te nemen.
Deze apparatuur voldoet aan de volgende EU
voorschriften:
- 73/23/EEG van 19/02/73 (Laagspanning) en
daaropvolgende wijzigingen
- 89/336/EEG van 03/05/89 (Elektromagnetische
Compatibiliteit) en daaropvolgende wijzigingen
- 93/68/EEG van 22/07/93 en daaropvolgende wijzigingen.
Algemene veiligheidsmaatregelen
Controleer dat de luchttoevoeropening van het rooster
van de ventilator niet verstopt is. De inbouwkookplaat
moet voorzien zijn van een goede ventilatie voor het
afkoelen van de elektronische componenten.
Het is niet aan te raden de inductiekookplaat boven een
koelkast te plaatsen (hitte) of boven een wasautomaat
(trillingen). Er zou geen voldoende ruimte zijn voor de
ventilatie van de elektronische elementen.
Dit apparaat is vervaardigd voor niet-professioneel
gebruik binnenshuis.
Het apparaat dient niet buitenshuis te worden
geplaatst, ook niet in overdekte toestand. Het is erg
gevaarlijk als het in aanraking komt met regen of
onweer.
Raak het apparaat niet blootsvoets aan of met natte
handen of voeten.
Het apparaat dient om gerechten te koken. Het mag
uitsluitend door volwassenen worden gebruikt en alleen
volgens de instructies die beschreven staan in deze
handleiding. Gebruik het kookvlak niet om voorwerpen
op te plaatsen en ook niet als snijplank.
Het glaskeramische kookvlak is bestand tegen
mechanische stoten. Het kan echter worden
beschadigd (of barsten) als het wordt geraakt door een
puntig object, bijvoorbeeld door gereedschap. Als dit
gebeurt moet u onmiddellijk het apparaat afsluiten van
de elektrische stroom en contact opnemen met de
Technische Dienst.
Voorkom dat elektrische snoeren van andere kleine
keukenapparaten op warme delen van de kookplaat
terechtkomen.
Vergeet niet dat de temperatuur in het kookgedeelte
aanzienlijk hoog blijft tot minstens 30 minuten nadat u
het uitschakelt. De resterende warmte wordt aangeduid
door een aanwijzer (zie Starten en gebruik).
Houd voorwerpen die kunnen smelten op afstand van
de kookplaat, zoals bv. plastic, aluminium of
suikerhoudende etenswaren. Let vooral op plastic of
aluminium verpakkingen en folie:
als u ze op het nog warme of lauwe kookvlak neerlegt,
kunt u zware schade aanrichten.
Richt de handvaten van de pannen altijd naar de
binnenzijde van de kookplaat zodat u er niet per
ongeluk tegenaan stoot.
Trek de stekker nooit uit het stopcontact door aan het
snoer te trekken, maar altijd door de stekker beet te
pakken.
Maak de oven niet schoon of voer geen onderhoud uit
als de stekker nog in het stopcontact zit.
Mededeling voor dragers van een pacemaker of een
ander actief ingeplant medisch apparaat:
De kookplaat voldoet aan alle geldende normen
betreffende elektromagnetische storing.
Dit product is aldus in volkomen overeenstemming met
de voorschriften van de wet (richtlijn 89/336/EEG). Het
ontwerp is zodanig ontworpen dat het geen storingen
veroorzaakt bij andere elektrische apparaten die worden
gebruikt, mits ook dezen voldoen aan bovengenoemde
normen.
De inductieplaat creëert elektromagnetische velden op
korte afstand.
Teneinde ieder risico van storing tussen de kookplaat en
de pacemaker te vermijden moet deze laatste ook
voldoen aan de geldende normen.
Wat dat betreft kunnen wij slechts de conformiteit van
ons eigen product garanderen. Voor informatie omtrent
conformiteit of eventuele problemen verzoeken wij u zich
tot uw behandelend arts te wenden of tot de fabrikant
van de pacemaker.
Afvalverwijdering
Het verwijderen van het verpakkingsmateriaal: houdt u
aan de plaatselijke normen zodat het materiaal
hergebruikt kan worden.
De Europese richtlijn 2002/96/EG, betreffende afgedankte
elektrische en elektronische apparatuur (AEEA), voorziet
dat huishoudelijke apparatuur niet met het normale afval
mag worden meegegeven. De verwijderde apparaten
moeten apart worden opgehaald om het terugwinnen en
recyclen van de materialen waaruit ze bestaan te
optimaliseren en te voorkomen dat er eventuele schade
voortvloeit voor de gezondheid en het milieu. Het symbool
van de afvalemmer met een kruis staat op alle producten
om de consument eraan te herinneren dat dit gescheiden
afval is. Om meer informatie te verkrijgen betreffende een
juiste verwijdering van huishoudapparaten kan de
consument zich richten tot de gemeentelijke
reinigingsdienst of de verkopers.
NLNL
NLNL
NL
9
Onderhoud en verzorging
De elektrische stroom afsluiten
Sluit altijd eerst de stroom af voordat u tot enige
handeling overgaat.
Schoonmaken van het apparaat
Vermijd het gebruik van schuurmiddelen of
bijtende middelen, zoals sprays voor barbecues en
ovens, vlekkenmiddelen, roestverwijderende
producten, schoonmaakmiddelen in poedervorm of
schuursponzen: deze kunnen het oppervlak
onherstelbaar krassen.
Gebruik nooit stoom- of hogedrukreinigers voor het
reinigen van het apparaat.
Voor normaal onderhoud moet u de kookplaat met
een vochtige spons reinigen en afdrogen met
keukenpapier.
Als de plaat erg vuil is moet hij worden
schoongemaakt met een speciaal middel voor
keramiekplaten. Daarna moet u hem afspoelen en
afdrogen.
Voor het verwijderen van hardnekkig vuil gebruikt
u het bijgeleverde schrapertje. Doe dit zo snel
mogelijk voordat het apparaat afkoelt, zodat de
etensresten niet aankoeken. Uitstekende
resultaten bereikt u ook met een speciaal voor
keramiekplaten vervaardigd roestvrij staal
sponsje dat u in een sopje doopt.
Het bijgeleverde schrapertje is erg scherp: wees
voorzichtig in het gebruik.
Als er op de kookplaat onverhoopt voorwerpen of
plastic materiaal of suiker zouden smelten, moet
u ze onmiddellijk met het schrapertje verwijderen
zolang het oppervlak nog warm is.
Als de plaat is schoongemaakt, kan hij worden
behandeld met een speciaal product voor
onderhoud en bescherming: het onzichtbare
laagje dat dit product achterlaat beschermt de
plaat in het geval er iets overkookt. Dit soort
handelingen moeten worden uitgevoerd als de
plaat lauw of koud is.
Vergeet niet de kookplaat altijd met schoon water
af te spoelen en goed af te drogen: restjes
schoonmaakmiddel kunnen de volgende keer dat
u kookt aankoeken.
Raamwerk van roestvrij staal
(slechts bij modellen met lijst)
Roestvrij staal kan vlekken gaan vertonen als er voor
langere tijd kalkhoudend water op blijft liggen of als
gevolg van gebruik van schoonmaakmiddelen die
fosfor bevatten.
Spoel en droog de kookplaat altijd goed af nadat u
hem heeft schoongemaakt. Droog gemorst water
altijd meteen goed af.
Enkele kookplaten hebben een lijst van aluminium
die lijkt op roestvrij staal. Gebruik voor het reinigen
en ontvetten geen producten die niet geschikt zijn
voor aluminium.
De kookplaat verwijderen
Als u de kookplaat moet verwijderen:
1. verwijder de schroeven die de
centreringsklemmen aan de zijkant vasthouden;
2. maak de schroeven van de bevestigingshaken op
de hoeken los;
3. haal de kookplaat uit het meubel.
U mag nooit aan het interne systeem sleutelen om
een reparatie proberen uit te voeren. Als er een storing
is moet u contact opnemen met de Service Dienst.
10
NL
Technische beschrijving
van de modellen
Het inductiesysteem is het snelste kooksysteem dat er bestaat. In tegenstelling tot conventionele kookplaten
wordt niet het kookgedeelte verwarmd: de warmte wordt rechtstreeks binnenin de pan gecreëerd, die daarom
een bodem van ferromagnetisch materiaal moet bezitten.
Kookplaten
KZT 6124 ID F
Kookgedeeltes
Vermogen (in W)
Rechts achter
I 1800 W  B 3000 W*
Rechts voor
I 1200  600 als Rechts achter*
Links achter
I 1200
Links voor
I 1800
Totaal vermogen
6000
Legenda:
I = kookgedeelte met eenvoudige inductie
B = booster: inschakelen van het extra vermogen tot 3000 W in het kookgedeelte
* = het maximale vermogen wordt beperkt tot 600 W terwijl de booster in het kookgedeelte erachter actief is
(zie Starten en gebruik).

Documenttranscriptie

Gebruiksaanwijzingen KOOKPLAAT Inhoud NL DE Nederlands, 1 Deutsch,11 PT Português, 21 Installatie, 2-3 Plaatsing Elektrische aansluiting Beschrijving van het apparaat, 4 Bedieningspaneel Starten en gebruik, 5-7 KZT 6124 ID F/HA Inschakelen kookplaat Inschakelen kookgedeeltes Booster functie Uitschakelen kookgedeeltes Programmering kooktijd Blokkering van het bedieningspaneel Uitschakelen kookplaat Praktische tips voor het gebruik van het apparaat Veiligheidsmechanismen Voorzorgsmaatregelen en advies, 8 Algemene veiligheid Afvalverwijdering Onderhoud en verzorging, 9 De elektrische stroom afsluiten Reinigen van het apparaat De kookplaat verwijderen Technische beschrijving van de modellen, 10 NL Installatie min. 20 mm 5 mm ! Bewaar dit boekje zorgvuldig voor eventuele raadpleging in de toekomst. Wanneer u het product weggeeft, verkoopt, of wanneer u verhuist, dient u dit boekje bij het apparaat te bewaren zodat alle nodige informatie voorhanden blijft. ! Lees de gebruiksaanwijzing zorgvuldig door: er staat belangrijke informatie in over installatie, gebruik en veiligheid. LADE min. 40 mm Plaatsing min. 20 mm 5 mm ! Het verpakkingsmateriaal is niet bestemd voor kinderen en dient daarom te worden verwijderd volgens de geldende normen voor gescheiden afvalverzameling (zie Voorzorgsmaatregelen en advies). ! De installatie moet worden uitgevoerd door een bevoegde installateur en volgens de instructies van de fabrikant. Een verkeerde installatie kan schade berokkenen aan personen, dieren of dingen. HETELUCHTOVEN min. 40 mm Inbouw Voor een goede werking van het apparaat moet het keukenmeubel de juiste kenmerken hebben: 590 0 52 /- 0+ 56 0+ /- 1 1 49 Ventilatie Om een juiste ventilatie te bereiken en een oververhitting van de oppervlakken rondom het apparaat te voorkomen, moet de kookplaat geïnstalleerd worden op: • een minimum afstand van 40 mm van de achterwand of van elk ander verticaal oppervlak; • op zodanige wijze dat er een minimum afstand overblijft van 20 mm tussen het inbouwmeubel en het onderstaande meubel. 2 KEUKENBLAD KOOKPLAAT ONDERSTEBOVEN 30 VOORZIJDE VAN DE KOOKPLAAT 40 • het keukenblad moet uit hittebestendig materiaal zijn vervaardigd en een temperatuur van circa 100°C kunnen verdragen; • als de kookplaat boven een oven wordt geïnstalleerd moet deze zijn voorzien van een geforceerd geventileerd afkoelingssysteem; • installeer de kookplaat nooit boven een vaatwasser: indien u dit toch doet, breng dan een waterdichte afscheiding aan tussen de twee apparaten; • naar gelang van het type kookplaat dat u wenst te installeren (zie afbeeldingen), moet het keukenmeubel de volgende afmetingen hebben: 48 NL Bevestigen Het apparaat moet op een absoluut horizontaal oppervlak worden geïnstalleerd. Eventuele door onjuiste installatie veroorzaakte vervormingen kunnen de eigenschappen en de prestaties van de kookplaat aantasten. De lengte van de regelschroef van de bevestigingshaken moet op basis van de dikte van het keukenblad worden ingesteld voordat de haken worden gemonteerd: • als de dikte 30 mm is: schroef 17,55 mm; • als de dikte 40 mm is: schroef 7,55 mm. Voor het bevestigen moet u als volgt te werk gaan: 1. Schroef met korte, puntloze schroeven de 4 centreringsklemmen in de openingen in het midden van elke zijde van het blad vast; 2. zet de kookplaat in het midden van de opening van het keukenmeubel door gelijke druk uit te oefenen op de hele omtrek, totdat de kookplaat perfect aansluit op het keukenblad. 3. voor een blad met zijprofielen: nadat u de kookplaat in het keukenmeubel heeft geplaatst moet u de 4 bevestigingshaken aan de onderste rand van de kookplaat vastschroeven met gepunte, lange schroeven, net zolang tot het glas goed aan het blad vastzit.  De schroeven van de centreringsklemmen moeten te allen tijde bereikbaar blijven.  Volgens de veiligheidsnormen mag er geen contact meer mogelijk zijn met de elektrische onderdelen nadat het apparaat is ingebouwd.  Alle beschermende onderdelen moeten zodanig worden bevestigd dat ze niet kunnen worden verwijderd zonder gereedschap te gebruiken. Elektrische aansluiting  De elektrische aansluitingen van de kookplaat en de eventuele inbouwoven moeten apart worden uitgevoerd, zowel om elektrische veiligheidsredenen als om de oven eventueel eenvoudiger te kunnen verwijderen. Eenfasige aansluiting De kookplaat is voorzien van een voedingskabel bestemd voor een eenfasige aansluiting. Voer de draadverbinding uit zoals aangegeven in de volgende tabel en tekeningen: Spanningstype en netfrequentie 230V 1+N ~ 50 Hz Elektrische kabel Draadverbinding : geel/groen; N: de 2 blauwe draden samen L: bruin en zwart samen Andere soorten aansluitingen NL Als het elektrische net overeenkomt met een van de volgende eigenschappen: Spanningstype en netfrequentie • 400V - 2+N ~ 50 Hz • 230V 3 ~ 50 Hz • 400V - 2+2N ~ 50 Hz Scheid de kabels en voer de draadverbinding uit zoals aangegeven in de volgende tabel en tekeningen: Spanningstype en netfrequentie 400V - 2+N ~ 50 Hz 230V 3 ~ 50Hz Elektrische kabel Draadverbinding : geel/groen; N: de 2 blauwe draden samen L1: zwart L2: bruin : geel/groen; N1: blauw 400V - 2+2N ~ ı 50 Hz N2: blauw L1: zwart L2: bruin Het aansluiten van de voedingskabel aan het elektrische net Bij een rechtstreekse aansluiting op het net moet u tussen het apparaat en het net een meerpolige schakelaar aanbrengen met een minimum afstand van 3 mm tussen de contacten.  De installateur is verantwoordelijk voor een correcte elektrische aansluiting en de inachtneming van de veiligheidsnormen. Voor het aansluiten moet u controleren dat: • de contactdoos geaard is en voldoet aan de geldende normen; • de contactdoos in staat is het maximale vermogen van het apparaat te verdragen, zoals aangegeven op het typeplaatje dat zich op het apparaat bevindt; • de spanning zich bevindt tussen de waarden die staan aangegeven op het typeplaatje; • de contactdoos en de stekker overeenkomen. Als dat niet zo is, dient u ofwel de stekker ofwel de contactdoos te vervangen; gebruik geen verlengsnoeren of dubbelstekkers.  Wanneer het apparaat geïnstalleerd is moeten de elektrische kabel en de contactdoos gemakkelijk te bereiken zijn.  De kabel mag niet gebogen of samengedrukt worden.  De kabel moet van tijd tot tijd worden gecontroleerd en mag alleen door erkende monteurs worden vervangen.  De fabrikant kan nergens aansprakelijk voor worden gesteld als deze normen niet worden nageleefd. 3 Beschrijving van het apparaat NL Bedieningspaneel Het bedieningspaneel dat hier wordt beschreven en afgebeeld geldt alleen als voorbeeld: het is mogelijk dat het niet precies overeenkomt met het door u aangeschafte model. Controlelampje GEPROGRAMMEERD KOOKGEDEELTE Display PROGRAMMERINGSTIMER Aanwijzer STROOMSTERKTE 15. 0 Toets PROGRAMMERINGSTIMER 5. Controlelampje GESELECTEERD KOOKGEDEELTE Toets SELECTEREN KOOKGEDEELTE 0 0 Booster Toets VERMINDEREN STROOMSTERKTE Toets BOOSTER Toets MEER VERMOGEN Toets BLOKKERING BEDIENINGSPANEEL Toets ON/OFF Controlelampje BLOKKERING BEDIENINGSPANEEL • Display PROGRAMMERINGSTIMER toont de keuzes betreffende de programmering (zie Starten en gebruik). • Toetsen PROGRAMMERINGSTIMER om de programmering van elk kookgedeelte te regelen (zie Starten en gebruik). • Controlelampjes GEPROGRAMMEERD KOOKGEDEELTE geven aan dat betreffend kookgedeelte geprogrammeerd is (zie Starten en gebruik). • Toets ON/OFF voor het in- en uitschakelen van het apparaat. • Toets BLOKKERING BEDIENINGSPANEEL om te voorkomen dat er ongewilde wijzigingen aan de programmering van het kookvlak worden uitgevoerd (zie Starten en gebruik). • Controlelampje BLOKKERING BEDIENINGSPANEEL toont dat de blokkering 4 • • • • • • van het bedieningspaneel is uitgevoerd (zie Starten en gebruik). Toets BOOSTER om het extra vermogen - 3000 W - van het kookgedeelte in te schakelen (zie Starten en gebruik). Controlelampje GESELECTEERD KOOKGEDEELTE geeft aan dat het betreffende kookgedeelte geselecteerd is en dat u het kunt regelen. Toets SELECTEREN KOOKGEDEELTE om het gewenste kookgedeelte te selecteren Aanwijzer VERMOGEN geeft het bereikte warmteniveau aan. Toets MEER VERMOGEN om de kookplaat aan te zetten en het vermogen te regelen (zie Starten en gebruik). Toets MINDER VERMOGEN om het vermogen te regelen en de kookplaat uit te zetten (zie Starten en gebruik). Starten en gebruik  De lijm die gebruikt is voor de afdichtingen laat wat vetvlekjes achter op het glas. Voordat u het apparaat gebruikt raden wij u aan de vlekken te verwijderen met een speciaal niet-schurend schoonmaakmiddel. Gedurende de eerste paar uur dat u het apparaat gebruikt kan het zijn dat u een rubbergeur ruikt. Deze zal echter snel wegtrekken.  Als de kookplaat elektrisch wordt aangesloten hoort u na enkele seconden een kort geluidssignaal afgaan. Alleen dan kunt u de kookplaat aanzetten. Druk ongeveer 1 seconde lang op de knop het inschakelen van de kookplaat. voor Inschakelen kookgedeeltes Iedere kookgedeelte wordt door middel van een stroomsterkteregelaar bediend. Deze regelaar bestaat uit twee toetsen (- en +). • Druk op de toets om de kookplaat in te schakelen en stel vervolgens het gewenste vermogen in door op en te drukken. • Om de kookplaat direct op het maximale vermogen in te stellen drukt u kort op de toets NL • Druk op de toets : het vermogen van het kookgedeelte wordt langzaam minder totdat het uitgaat. en : het • Of druk tegelijkertijd op de toetsen vermogen gaat onmiddellijk terug naar 0 en het kookgedeelte gaat uit. Programmering kooktijd  Alle kookgedeeltes kunnen geprogrammeerd worden voor een tijdsduur van tussen de 1 en de 99 minuten. Inschakelen kookplaat de toetsen Uitschakelen kookgedeeltes 1. Kies het kookgedeelte door middel van de overeenkomende selectietoets. 2. Regel de temperatuur. 3. Druk op de programmeringstoets . 3. Stel de gewenste kookduur in door middel van de toetsen “-” en “+”. 4. Bevestig door op de toets te drukken. De timer begint gelijk met aftellen. Het einde van de geprogrammeerde kooktijd wordt aangegeven door een geluidssignaal (van 1 minuut) waarna het kookgedeelte uitgaat. Herhaal de hierboven beschreven procedure voor iedere kookplaat die u wilt programmeren. . Blokkering van het bedieningspaneel Booster functie* Om in het achterste kookgedeelte de verwarmingstijd te versnellen kunt u de booster functie activeren door op de knop te drukken. Op de display van de stroomsterkte aanwijzer verschijnt “P”. Door middel van deze functie wordt het vermogen in dit kookgedeelte verhoogd tot 3000 W. De boosterfunctie stopt automatisch na 4 minuten. Zolang de booster in het achterste kookgedeelte actief is, zal het gedeelte daarvoor slechts over een maximaal vermogen van 600 W beschikken (bv.: als in het kookgedeelte linksachter de booster is ingeschakeld, zal het vermogen in het kookgedeelte linksvoor verminderen). Als de kookplaat in werking is kunt u het bedieningspaneel blokkeren om een ongewenst aanraken te vermijden (kinderen, schoonmaakhandelingen, enz.). Door op de toets te drukken zal het bedieningspaneel worden geblokkeerd. Het controlelampje boven de toets gaat aan. Als u het bedieningspaneel weer wilt gebruiken (bv. als u wilt stoppen met koken) moet u de blokkering uitschakelen: druk even op de toets . Het controlelampje gaat uit en het bedieningspaneel wordt weer geactiveerd. Uitschakelen kookplaat Druk op de toets ; het apparaat gaat uit. Als het bedieningspaneel is geblokkeerd, blijft dit ook geblokkeerd nadat u de kookplaat opnieuw inschakelt. Als u de kookplaat opnieuw wilt inschakelen moet u eerst het bedieningspaneel deblokkeren. 5 NL Praktische tips voor het gebruik van het apparaat  Gebruik pannen die gemaakt zijn van materiaal dat geschikt is voor inductie (ferromagnetisch materiaal). Wij raden het gebruik aan van pannen van: gietijzer, geëmailleerd staal of speciaal inductie roestvrij staal. U kunt zelf testen of een pan geschikt is door hem uit te proberen met een magneet. GESCHIKTE MATERIALEN ONGESCHIKTE MATERIALEN Veiligheidsmechanismen Pannensensor Ieder kookgedeelte is voorzien van een systeem dat waarneemt of er een pan op staat. De plaat straalt alleen warmte uit als er een pan van de juiste afmetingen op staat. Het knipperende controlelampje kan betekenen: • dat de pan niet geschikt is • dat de pan een te kleine diameter heeft • dat de pan niet goed aansluit Aanwijzers van de resterende warmte * Gietijzer Ge‘mailleerd staal Speciaal roestvrij staal Koper, Aluminium, Glas, Terracotta, Aardewerk, Niet magnetisch roestvrij staal Om optimale resultaten te bereiken met de kookplaat: • Gebruik alleen pannen met een dikke, platte bodem zodat ze perfect aansluiten op het verwarmingsvlak. • Gebruik pannen die groot genoeg zijn om de kookplaat geheel te bedekken zodat alle beschikbare hitte wordt benut. • Houd de bodem van de pannen altijd goed schoon en droog zodat ze goed aansluiten op het kookvlak. Dit verlengt de levensduur van zowel de pannen als het kookvlak zelf. • Vermijd dezelfde pannen te gebruiken die u ook op een gasfornuis heeft gebruikt: de warmteconcentratie van gasbranders kan de bodem van pannen vervormen, waardoor ze niet goed meer aansluiten. 6 Zolang de temperatuur van de kookgedeeltes boven de 60°C blijft, zal ook na het uitschakelen van het kookgedeelte de aanwijzer van de resterende warmte, die zich naast het kookgedeelte bevindt, aanblijven. Dit om te voorkomen dat u zich verbrandt. Oververhitting In het geval van oververhitting van de elektronische onderdelen gaat de kookplaat automatisch uit en verschijnt op het display “—”. Deze boodschap verdwijnt en u kunt de kookplaat weer gebruiken zodra de temperatuur voldoende is gezakt. Veiligheidsschakelaar Het apparaat beschikt over een veiligheidsschakelaar die de kookgedeeltes automatisch uitschakelt als de tijdslimiet voor een bepaald vermogensniveau is bereikt. Tijdens deze veiligheidsonderbreking vertoont het display het cijfer “0”. B.v.: de kookplaat rechtsachter staat op 5, terwijl de plaat linksvoor op 2 staat. De plaat rechtsachter zal automatisch na 3 uur uitgaan, de plaat linksvoor na 10 uur. Niveau stroomsterkte Tijdslimiet werking in uren 1 10 2 6 3-4-5 5 6 4 7-8 3 9-10 2 11 1 Geluidssignaal NL Enkele storingen, zoals: • een voorwerp (pan, bestek, enz.) dat meer dan 10 seconden op het bedieningspaneel ligt, • gemors op het bedieningspaneel, • een lange druk op een toets, kunnen een geluidssignaal veroorzaken. Verwijder de oorzaak van de storing en het geluidssignaal houdt op. In deze gevallen zal het bedieningspaneel automatisch worden geblokkeerd: om het weer in te schakelen moet u op de toets drukken. De instellingen worden behouden. Als de oorzaak van de storing niet wordt verwijderd blijft het geluidssignaal gaan en gaat het kookvlak uit. 7 Voorzorgsmaatregelen en advies NL  Dit apparaat is ontworpen en vervaardigd volgens de geldende internationale veiligheidsvoorschriften. Deze aanwijzingen zijn geschreven voor uw veiligheid en u dient ze derhalve goed door te nemen. Deze apparatuur voldoet aan de volgende EU voorschriften: - 73/23/EEG van 19/02/73 (Laagspanning) en daaropvolgende wijzigingen - 89/336/EEG van 03/05/89 (Elektromagnetische Compatibiliteit) en daaropvolgende wijzigingen - 93/68/EEG van 22/07/93 en daaropvolgende wijzigingen. Algemene veiligheidsmaatregelen  Controleer dat de luchttoevoeropening van het rooster van de ventilator niet verstopt is. De inbouwkookplaat moet voorzien zijn van een goede ventilatie voor het afkoelen van de elektronische componenten.  Het is niet aan te raden de inductiekookplaat boven een koelkast te plaatsen (hitte) of boven een wasautomaat (trillingen). Er zou geen voldoende ruimte zijn voor de ventilatie van de elektronische elementen. • Dit apparaat is vervaardigd voor niet-professioneel gebruik binnenshuis. • Het apparaat dient niet buitenshuis te worden geplaatst, ook niet in overdekte toestand. Het is erg gevaarlijk als het in aanraking komt met regen of onweer. • Raak het apparaat niet blootsvoets aan of met natte handen of voeten. • Het apparaat dient om gerechten te koken. Het mag uitsluitend door volwassenen worden gebruikt en alleen volgens de instructies die beschreven staan in deze handleiding. Gebruik het kookvlak niet om voorwerpen op te plaatsen en ook niet als snijplank. • Het glaskeramische kookvlak is bestand tegen mechanische stoten. Het kan echter worden beschadigd (of barsten) als het wordt geraakt door een puntig object, bijvoorbeeld door gereedschap. Als dit gebeurt moet u onmiddellijk het apparaat afsluiten van de elektrische stroom en contact opnemen met de Technische Dienst. • Voorkom dat elektrische snoeren van andere kleine keukenapparaten op warme delen van de kookplaat terechtkomen. • Vergeet niet dat de temperatuur in het kookgedeelte aanzienlijk hoog blijft tot minstens 30 minuten nadat u het uitschakelt. De resterende warmte wordt aangeduid door een aanwijzer (zie Starten en gebruik). • Houd voorwerpen die kunnen smelten op afstand van de kookplaat, zoals bv. plastic, aluminium of suikerhoudende etenswaren. Let vooral op plastic of aluminium verpakkingen en folie: als u ze op het nog warme of lauwe kookvlak neerlegt, kunt u zware schade aanrichten. 8 • Richt de handvaten van de pannen altijd naar de binnenzijde van de kookplaat zodat u er niet per ongeluk tegenaan stoot. • Trek de stekker nooit uit het stopcontact door aan het snoer te trekken, maar altijd door de stekker beet te pakken. • Maak de oven niet schoon of voer geen onderhoud uit als de stekker nog in het stopcontact zit. • Mededeling voor dragers van een pacemaker of een ander actief ingeplant medisch apparaat: De kookplaat voldoet aan alle geldende normen betreffende elektromagnetische storing. Dit product is aldus in volkomen overeenstemming met de voorschriften van de wet (richtlijn 89/336/EEG). Het ontwerp is zodanig ontworpen dat het geen storingen veroorzaakt bij andere elektrische apparaten die worden gebruikt, mits ook dezen voldoen aan bovengenoemde normen. De inductieplaat creëert elektromagnetische velden op korte afstand. Teneinde ieder risico van storing tussen de kookplaat en de pacemaker te vermijden moet deze laatste ook voldoen aan de geldende normen. Wat dat betreft kunnen wij slechts de conformiteit van ons eigen product garanderen. Voor informatie omtrent conformiteit of eventuele problemen verzoeken wij u zich tot uw behandelend arts te wenden of tot de fabrikant van de pacemaker. Afvalverwijdering • Het verwijderen van het verpakkingsmateriaal: houdt u aan de plaatselijke normen zodat het materiaal hergebruikt kan worden. • De Europese richtlijn 2002/96/EG, betreffende afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (AEEA), voorziet dat huishoudelijke apparatuur niet met het normale afval mag worden meegegeven. De verwijderde apparaten moeten apart worden opgehaald om het terugwinnen en recyclen van de materialen waaruit ze bestaan te optimaliseren en te voorkomen dat er eventuele schade voortvloeit voor de gezondheid en het milieu. Het symbool van de afvalemmer met een kruis staat op alle producten om de consument eraan te herinneren dat dit gescheiden afval is. Om meer informatie te verkrijgen betreffende een juiste verwijdering van huishoudapparaten kan de consument zich richten tot de gemeentelijke reinigingsdienst of de verkopers. Onderhoud en verzorging De elektrische stroom afsluiten Sluit altijd eerst de stroom af voordat u tot enige handeling overgaat. Schoonmaken van het apparaat  Vermijd het gebruik van schuurmiddelen of bijtende middelen, zoals sprays voor barbecues en ovens, vlekkenmiddelen, roestverwijderende producten, schoonmaakmiddelen in poedervorm of schuursponzen: deze kunnen het oppervlak onherstelbaar krassen. Raamwerk van roestvrij staal (slechts bij modellen met lijst) NL Roestvrij staal kan vlekken gaan vertonen als er voor langere tijd kalkhoudend water op blijft liggen of als gevolg van gebruik van schoonmaakmiddelen die fosfor bevatten. Spoel en droog de kookplaat altijd goed af nadat u hem heeft schoongemaakt. Droog gemorst water altijd meteen goed af.  Enkele kookplaten hebben een lijst van aluminium die lijkt op roestvrij staal. Gebruik voor het reinigen en ontvetten geen producten die niet geschikt zijn voor aluminium.  Gebruik nooit stoom- of hogedrukreinigers voor het reinigen van het apparaat. • Voor normaal onderhoud moet u de kookplaat met een vochtige spons reinigen en afdrogen met keukenpapier. • Als de plaat erg vuil is moet hij worden schoongemaakt met een speciaal middel voor keramiekplaten. Daarna moet u hem afspoelen en afdrogen. • Voor het verwijderen van hardnekkig vuil gebruikt u het bijgeleverde schrapertje. Doe dit zo snel mogelijk voordat het apparaat afkoelt, zodat de etensresten niet aankoeken. Uitstekende resultaten bereikt u ook met een speciaal voor keramiekplaten vervaardigd roestvrij staal sponsje dat u in een sopje doopt. De kookplaat verwijderen Als u de kookplaat moet verwijderen: 1. verwijder de schroeven die de centreringsklemmen aan de zijkant vasthouden; 2. maak de schroeven van de bevestigingshaken op de hoeken los; 3. haal de kookplaat uit het meubel. U mag nooit aan het interne systeem sleutelen om een reparatie proberen uit te voeren. Als er een storing is moet u contact opnemen met de Service Dienst.  Het bijgeleverde schrapertje is erg scherp: wees voorzichtig in het gebruik. • Als er op de kookplaat onverhoopt voorwerpen of plastic materiaal of suiker zouden smelten, moet u ze onmiddellijk met het schrapertje verwijderen zolang het oppervlak nog warm is. • Als de plaat is schoongemaakt, kan hij worden behandeld met een speciaal product voor onderhoud en bescherming: het onzichtbare laagje dat dit product achterlaat beschermt de plaat in het geval er iets overkookt. Dit soort handelingen moeten worden uitgevoerd als de plaat lauw of koud is. • Vergeet niet de kookplaat altijd met schoon water af te spoelen en goed af te drogen: restjes schoonmaakmiddel kunnen de volgende keer dat u kookt aankoeken. 9 Technische beschrijving van de modellen NL Het inductiesysteem is het snelste kooksysteem dat er bestaat. In tegenstelling tot conventionele kookplaten wordt niet het kookgedeelte verwarmd: de warmte wordt rechtstreeks binnenin de pan gecreëerd, die daarom een bodem van ferromagnetisch materiaal moet bezitten. Kookplaten Kookgedeeltes Rechts achter Rechts voor Links achter Links voor Totaal vermogen KZT 6124 ID F Vermogen (in W) I 1800 W – B 3000 W* I 1200 – 600 als Rechts achter* I 1200 I 1800 6000 Legenda: I = kookgedeelte met eenvoudige inductie B = booster: inschakelen van het extra vermogen tot 3000 W in het kookgedeelte * = het maximale vermogen wordt beperkt tot 600 W terwijl de booster in het kookgedeelte erachter actief is (zie Starten en gebruik). 10
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32

Ariston KZT 6124 ID F Gebruikershandleiding

Categorie
Kookplaten
Type
Gebruikershandleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor