Zanussi ZTI 6859 Handleiding

Type
Handleiding
GESCHIRRSPÜLER
LAVE-VAISSELLE
AFWASMACHINE
ZTI 6859
GEBRAUCHSANWEISUNG
MODE D’EMPLOI
GEBRUIKSAANWIJZING
152991 57/2
de
fr
nl
Zo is de gebruiksaanwijzing opgezet
Onderstaande symbolen wijzen u de weg in de gebruiksaanwijzing:
Aanwijzingen m.b.t. de veiligheid
1. 2. 3. De bediening stap voor stap
Tips en adviezen
Voor de gebruiker
Waarschuwingen en belangrijke adviezen 57
Beschrijving van het apparaat 58
Het bedieningspaneel 59
Vóór het in gebruik nemen 61
Gebruik van het toestel 62
Zoutvat vullen 62
Glansmiddel 63
Dosering 63
Afwasmiddel 64
Beladen van de korven 65
Regeling hoogte bovenste korf 66
Praktische tips voor het afwassen 67
Toelichtingen voor testinstituten 68
Programma-overzicht 69
Zo gaat u te werk 70
Onderhoud 71
Binnenkant van de machine 71
Reiniging van de afvoerzeef 71
Reiniging van de bodemzeef 71
Buitenkant van de machine 72
Als de machine langere tijd buiten gebruik is 72
Bescherming tegen vorst 72
Vervoeren van de machine 72
Herstel van eenvoudige storingen 73
Veiligheidsinrichtingen tot bescherming
tegen overstroming 74
Service en onderdelen 74
Garantie 82
Installatie
Technische gegevens 75
Watertoevoer 76
Waterafvoer 77
Elektrische aansluiting 77
Onderbouw-aanwijzinge 78
Stellen van de stelpootjes 78
Montage van het decorpaneel 79
Montage van de wasembeschermplaat 80
Het aanbrengen van de profielen 80
Bevestigen aan aangrenzende
keukenmeubelen 80
Geluidsisolerende bescherming 81
Aanpassen van de plint 81
Inhoud
56
PCO08/1NL
Installatie
Indien u tijdens de aflevering een schade aan het
apparaat hebt vastgesteld, meldt u dit dan, voor u
het apparaat installeert en/of in gebruik neemt,
direct aan uw leverancier.
Het is gevaarlijk om, in welke vorm dan ook, dit
apparaat of de eigenschappen daarvan te
veranderen.
Overtuig u ervan dat na de installatie of het
verplaatsen het apparaat niet op het aansluitsnoer
staat.
Een eventueel noodzakelijke wijziging aan de
elektrische huisinstallatie ten behoeve van de
installatie van dit apparaat, mag uitsluitend door
een daartoe bevoegd persoon uitgevoerd worden.
Een eventueel noodzakelijke wijziging van de
watertoe- en/of afvoervoorzieningen ten behoeve
van de installatie van dit apparaat, mag uitsluitend
door een daartoe bevoegd persoon uitgevoerd
worden.
Raak het verwarmingselement niet aan tijdens of
direct na het afwerken van het programma.
Indien het installatievoorschrift aangeeft dat het
apparaat aan het keukenmeubel moet worden
vastgeschroefd dan moet u zich daaraan houden
om te voorkomen dat het voorover kiept als de
beladen onderkorf op de deur staat.
Veiligheid van kinderen
Dit apparaat is bedoeld en gemaakt voor het
gebruik door volwassenen. Het is gevaarlijk om
kinderen het apparaat te laten bedienen of als
speelgoed te laten gebruiken.
Houd alle verpakkingsmateriaal uit de buurt van
kinderen.
Houd afwasmiddel, glansmiddel en speciaal zout
uit de buurt van kinderen.
Tijdens het gebruik
De afwasautomaat is bedoeld en gemaakt voor
het afwassen van huishoudelijk kook-, eet- en
drinkgerei. Attributen welke bevuild zijn met verf,
chemicaliën, agressieve zuren en dergelijke,
mogen niet in de afwasautomaat.
Tenzij de gebruiksaanwijzing anders
vermeldt,mag tijdens het in werking zijn de
vuldeur niet geopend worden; mocht dat
onverhoopt toch gebeuren, schakel het
apparaat dan voortijds geheel uit, eventueel
door de steker uit de wandcontactdoos te
nemen.
Gebruik alleen speciale afwasmiddelen voor
huishoud-afwasmachines.
Sluit na gebruik altijd direct de vuldeur,
teneinde te voorkomen dat iemand over de
openstaande deur struikelt.
Ga niet op de open deur zitten of staan.
Schakel, tenzij de gebruiksaanwijzing anders
aangeeft, het apparaat na gebruik volledig uit
en draai de watertoevoerkraan dicht. Het
verdient aanbeveling om het apparaat door
middel van een tegen barsten beveiligde
toevoerslang op de waterkraan aan te sluiten.
Een stijve polyethyleen slang is
barstbestendig.
Wees voorzichtig bij het schoonmaken van de
binnenkant van de machine. U zou zich
kunnen
bezeren aan uitstekende metalen delen.
Tracht in geval van een storing of defect, dit
apparaat niet zelf te repareren. Reparaties
welke door niet deskundige personen
uitgevoerd worden, kunnen tot schade of letsel
leiden.
Afdanken
Materiaal met symbool kan gerecycled
worden.
Maak het oude apparaat dat u, in afwachting
van het weghalen of wegbrengen zolang
terzijde zet, onbruikbaar. Knip het netsnoer eraf
en verwijder de deursluiting.
Informeer bij de gemeente wie het oude
apparaat ophaalt of waar u het moet bezorgen,
teneinde er zeker van te zijn dat het apparaat
zorgvuldig verschrot wordt.
Waarschuwingen en belangrijke adviezen
57
PSI01NL
Het is uiterst belangrijk dat het bij het apparaat behorende instructieboekje bewaard blijft. Zou
het apparaat door u aan iemand anders gegeven of verkocht worden, of zou het apparaat in het
huis van waaruit u verhuist achterblijven, dan dient de nieuwe gebruik(st)er over het
instructieboekje en de daarin opgenomen waarschuwingen te kunnen beschikken.
Deze waarschuwingen zijn bedoeld voor uw en andermans veiligheid. U wordt geacht ze gelezen
te hebben, alvorens u het apparaat installeert en/of in gebruik neemt.
Beschrijving van het apparaat
58
PDA11NL
1
2
3
4
5
7
8
9
10
11
IN86
12
6
1. Waterpasnokje
2. Vergrendeling bovenste korf
3. Schroefdop van zoutvat
4. Onderste sproeiarm
5. Afwasmiddelhouder
6. Bedieningspaneel
7. Typeplaatje
8. Glansmiddelhouder
9. Bodemzeef
10. Afvoerzeef
11. Bovenste sproeiarm
12. Bovenste korf
Op dit apparaat, bestemd voor inbouw, zijn de
bedieningselementen boven aan de deur geplaatst.
Om een programma te stellen, moet u de deur iets
openen.
Om de verschillende fases van de
afwasprogramma’s te kunnen volgen is het
apparaat voorzien van geluidssignalen.
Kort geluidssignaal betekent “opdracht
geaccepteerd”
Druk op een willekeurige knop: een kort signaal
laat u horen dat de machine de opdracht heeft
ontvangen.
Lang geluidssignaal betekent “uitvoering
programma”
Een lang geluidssignaal dat ongeveer een seconde
duurt, slechts hoorbaar wanneer u de deur van de
afwasmachine dichtdoet, betekent dat het apparaat
begonnen is het afwasprogramma af te lopen.
Onderbroken geluidssignaal betekent “einde
programma”
Een onderbroken geluidssignaal dat vijf seconden
duurt, waarschuwt u dat het apparaat klaar is met
het afwasprogramma.
Indien u deze geluidssignalen wenst uit te
schakelen dient u tegelijkertijd de knoppen
“Economisch drogen” en “Uitgestelde start”
gedurende circa 3 seconden ingedrukt te houden
tot het onderbroken geluidssignaal verdwijnt.
Om de geluidssignalen weer in te schakelen, drukt
u weer tegelijkertijd op de twee knoppen
gedurende 3 seconden tot u het geluidssignaal
weer hoort.
1. Aan/Uit toets
Aan
Druk op deze toets om de vaatwasmachine
klaar te maken voor de verschillende functies
(keuze wasprogramma, drogen, timer, enz.).
Het controlelampje van het zout gaat branden
en het programmakeuzelampje gaat knipperen
als het zout bijgevuld moeten worden.
Op het digitale display verschijnt het nummer
“1” met het eerste keuzeprogramma
(Voorspoelen).
Uit
Wanneer het vaatwasprogramma afgelopen is,
stopt de machine automatisch (u hoort een
onderbroken geluidssignaal van ongeveer 5
seconden) en op de display verschijnt een
streepje dat flikkert.
Om de vaatwasmachine na afloop van het
programma uit te zetten, dient u deze toets in te
drukken.
2. Controlelampje zout navullen
Indien dit lampje brandt, geeft het aan dat het
zoutvat nagevuld moet worden.
3. Digitale display
4. Programmkeuze toets
Om het gewenste programma te kiezen, drukt u
net zolang op deze toets tot op het display het
nummer verschijnt van het gekozen programma
(zie de lijst vaatwasprogramma’s).
Om het programma te starten hoeft u slechts
de deur van de vaatwasmachine te sluiten. Een
lang geluidssignaal (ongeveer een seconde)
geeft aan dat het programma begonnen is.
Het bedieningspaneel
59
PCP15/1NL
1 2 3 4 5 6 78
SO79
5. Economisch drogen
Door deze toets in te drukken zorgt u ervoor dat
het laatste spoelwater niet verwarmd wordt,
waardoor u aanzienlijk veel stroom bespaart.
Het overeenkomstige controlelempje gaat branden.
Het vaatwerk zal in dit geval niet automatisch door
de vaatwasmachine worden gedroogd.
6. Uitgestelde start toets
Met deze toets kunt u de start van het
vaatwasprogramma uitstellen van minstens 1 uur
tot 9 uur later.
Instellen van de timer:
Druk de toets in en op het display verschijnt het
nummer “0”.
Druk de toets opnieuw in om te bepalen over
hoeveel uur u het programma wenst te laten
starten (tot maximaal 9 uur).
Bijv.: indien u het nummer “2” heeft gekozen zal
het vaatwasprogramma 2 uur later beginnen.
Om de voorgeprogrammeerde start uit te
schakelen, drukt u de toets net zolang in tot het
nummer “0” verschijnt.
Sluit de deur van de vaatwasmachine en de timer
begint af te tellen; een lang geluidssignaal
(ongeveer een seconde) laat u weten dat het
aftellen is begonnen. Wanneer u de deur weer
opent, kunt u op het display aflezen over hoeveel
uur de vaatwasmachine zal starten. Een
flikkerende stip op het digitale display geeft aan dat
de start met timer is voorgeprogrammeerd. Het
openen van de deur onderbreekt het aftellen van
de timer niet.
Indien u tijdens het aftellen op het display het
nummer van het gekozen programma wilt aflezen,
drukt u op de toets “Programmakeuze”.
Indien u de timer al hebt ingesteld en de deur van
de vaatwasmachine heeft gesloten, maar alsnog
de voorgeprogrammeerde start wilt uitschakelen,
houdt dan toets “Annuleren/Wijzigen” ongeveer 2
seconden ingedrukt totdat u het korte
geluidssignaal “opdracht geaccepteerd” hoort.
7. “Annuleren/Wijzigen” van een
programma toets
Indien u een net ingesteld of al draaiend
programma alsnog wilt wijzigen, drukt u deze
toets ongeveer twee seconden lang in, tot u het
korte geluidssignaal “opdracht geaccepteerd”
hoort. Op het display verschijnt het nummer “1”
van het eerste vaatwasprogramma
(Voorspoelen) en het controlelampje van de
programmakeuze knippert. Dit betekent dat het
programma is geannuleerd en dat u een ander
programma of andere functies kunt instellen.
8. Controlelempje “Intensief”
programma
Dit lampje gaat branden wanneer u het
energieke afwasprogramma kiest (nr. 2
“Intensief”) dat pannen en zeer vuil vaatwerk
met warm water voorweekt.
60
PCP16NL
Voordat u de machine in gebruik neemt moet u:
1. controleren of de machine volgens de
aanwijzingen is aangesloten
2. alle transportbeveiligingen uit de machine
verwijderen
3. de waterontharder instellen
4. giet 1 liter water in het zoutvat en vul het dan
met zout
5. de glansmiddelhouder vullen
Waterontharder instellen
De afwasmachine is uitgerust met een automatisch
werkende ontharder die kalkafzetting op het
servies en in de machine voorkomt. Hoe meer kalk
het leidingwater bevat, des te harder is het.
De waterhardheid wordt gemeten in verschillende
schalen (zie tabel).
Stel de waterontharder op de plaatselijke
waterhardheid in. Informatie daarover kunt u
krijgen bij het waterleidingbedrijf.
De machine is in de fabriek op stand 4 ingesteld.
Als de waterhardheid is uw woonplaats afwijkt,
moet u de ontharder verstellen.
Ga als volgt te werk bij het instellen van een
nieuwe stap:
- Op de Aan/Uit-toets drukken.
- Druk gedurende ca. 5 sec. tegelijkertijd op de
programmatoetsen “Economisch drogen” en
“Annuleren/Wijzigen” totdat u het korte
geluidssignaal “opdracht geaccepteerd” hoort.
Op het display verschijnt het nummer “4” van het
niveau dat op de fabriek ingesteld is.
- Druk net zolang op toets “Economisch drogen”
tot op het display het gewenste niveau verschijnt.
Het overeenkomstige controlelampje knippert om
aan te geven dat deze toets ingedrukt moet
worden. Elke keer dat u de toets indrukt komt u 1
niveau hoger.
- Wanneer deze toets 5 seconden niet ingedrukt
wordt keert de machine terug in de
oorspronkelijke programma-instelling en slaat hij
het gekozen niveau in het geheugen op.
Vóór het in gebruik nemen
61
PBU03/1NL
SO77
Waterhardheid
<4
5-8
9-11
12-17
18-22
23-28
29-33
34-39
40-45
46-67
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
in °dH
Stand
Als de hardheid van het leidingwater in uw
woning overeenstemt met peil 0, dan hoeft u
geen zout te gebruiken omdat het water al
zacht is (met de waterontharder op stand 0
brandt de led "zout bijvullen" nooit).
Gebruik zout bij stand 1 en hoger.
Zoutvat vullen
Voordat u het toestel in gebruik neemt, moeten het
zoutvat en de glansmiddelhouder gevuld worden.
Tijdens het gebruik moeten ze van tijd tot tijd
worden bijgevuld.
Houd de reinigingsmiddelen en het zout altijd uit de
buurt van kinderen!
Gebruik alleen speciaal zout voor
afwasmachines.
Alle andere soorten zout, vooral tafelzout,
beschadigen de waterontharder.
Zout dat tijdens het vullen van het vat
wordt gemorst kan corrosie bevorderen.
Vul daarom alleen kort voor het begin van
een afwasprogramma (met uitzondering
van het programma Voorspoelen) zout bij.
Vullen:
1. Draai de dop van het zoutvat.
2. Giet een liter water in het zoutvat (deze
operatie is alleen voor het eerste gebruik
nodig).
3. Vul m.b.v. de trechter het zoutvat.
4. Het is normaal dat tijdens het zout vullen het
water overloopt.
5. Verwijder gemorst zout van het schroefdraad
en de dop.
6. Draai de dop weer stevig vast.
Om u eraan te herinneren dat u moet navullen,
brandt het lampje.
Het speciale lampje zout navullen op het
bedieningspaneel blijft, als de
afwasmachine ingeschakeld is, nog 2 à 6
uur branden, nadat het zout is bijgevuld.
Bij gebruik van langzaam smeltend zout
kan het nog langer duren. Dit heeft echter
geen negatieve invloed op de werking van
het apparaat.
Gebruik van het toestel
62
PFS06NL
SALE
SALT
SALZ
SEL
SR06
Glansmiddel
Het glansmiddel is een "waterontspanner".
Het wordt, automatisch, vóór het drogen aan het
spoelwater toegevoegd.
De glansmiddelhouder, in de binnendeur, heeft een
inhoud van circa 110 ml. Dat is, al naar gelang de
doseer-instelling, voldoende voor 16 tot 40
afwasbeurten.
Vullen van de glansmiddelhouder
1.
Draai de dop (A), linksom, van de houder.
2.
Giet het glansmiddel in de houder tot de
indicator (B) geheel donker (vol) is.
Draai de dop weer op de houder.
Giet nooit afwasmiddel in de glansmiddelhouder.
Veeg gemorst glansmiddel altijd met een doekje
weg, anders wordt tijdens het afwassen te veel
schuim gevormd.
Dosering
De instelling van de dosering is afhankelijk van de
bereikte glans en van het droogresultaat. In de
vulopening van de glansmiddelhouder vindt u een
zes-standen regelschijfje en de markeringen 1 tot 6
(stand 1 is laagste, stand 6 hoogste dosering).
Het beste is met stand 3 te beginnen.
Het schijfje (C) kunt u met een schroevendraaier of
een mes verdraaien.
Verhoog de dosering als op het serviesgoed
druppels of druppelvlekken achterblijven. Verlaag
de dosering als het serviesgoed witte, kleverige
strepen vertoont.
63
PFR01NL
BR01
A
m
a
x
6
5
4
3
2
1
B
BR03
BR02
C
m
a
x
6
5
4
3
2
1
Afwasmiddel
Gebruik uitsluitend speciale middelen
voor huishoud-afwasmachines.
Afwasmiddel toevoegen
Handel als volgt als u afwaspoeder gebruikt:
1. Open de afwasmiddelhouder door aan het
palletje (D) te trekken.
2. Doseer afwasmiddel volgens de aanwijzingen
in de programmatabel. Lees ook de
aanwijzingen op de verpakking van het
afwasmiddel.
Aan de binnenkant van de houder vindt u twee
markeringen:
- MIN = 15 g
- MAX = 30 g
3. Sluit het dekseltje.
4. Voor een programma met voorspoelen moet u
ook een kleine hoeveelheid afwasmiddel
bovenop het klepje strooien.
Handel als volgt als u afwastabletten gebruikt:
1. Leg voor ieder programma 1 hele tablet in de
afwasmiddelhouder.
2. Sluit het dekseltje.
3. Leg voor programma’s met voorwas een stuk
van een andere tablet op het deksel van de
afwasmiddelhouder.
Als u onvoldoende afwasmiddel doseert,
veroorzaakt dat een slecht afwasresultaat. Te veel
afwasmiddel geeft geen beter resultaat, maar
alleen onnodige verspilling en belast het milieu.
64
PUD05NL
D
MIN
MAX
DE07
DE02
Fosfaatvrije afwasmiddelen met enzymen
Dit model afwasmachine biedt u naast de traditionele programma’s ook nieuwe Bio-programma’s, die
speciaal voor deze nieuwe geconcentreerde wasmiddelen zijn ontworpen. Temperatuur en duur van
deze programma’s zijn gekozen om een optimale werking van de enzymen te bevorderen. Met een
50°C-programma bereikt u dezelfde resultaten als met een 65°C-programma met traditionele
wasmiddelen.
Door de nieuwe Bio-programma’s en geconcentreerde afwasmiddelen te gebruiken helpt u niet alleen
het milieu, maar spaart u dus ook uw serviesgoed.
Trek de korven naar buiten om ze te beladen.
Vóór het plaatsen in de korven moet het
serviesgoed ontdaan worden van grove resten,
zoals botjes, graten, tandenstokers, groente- en
vleesresten en fruitschillen.
Daarmee voorkomt u verstoppen van de zeven en
bevordert u een optimale reiniging.
Was in de machine geen kleine
voorwerpen af die makkelijk door de korf
kunnen vallen.
Gebruik van de onderste korf
In de onderste korf kunt u pannen, deksels, borden
(tot 27 cm diameter), schalen en bestek kwijt.
Plaats ze naar het voorbeeld in de afbeeldingen.
Dienschalen en grote deksels zo veel mogelijk aan
de rand van de korf en er op toezien dat de
bovenste sproeiarm niet belemmerd kan worden.
De achterste rekken kunnen tevens snel en
gemakkelijk neergeklapt worden, zodat het laden
van pannen en schalen eenvoudiger gaat.
U klapt de rekken neer door ze voorzichtig omhoog
te trekken en dan te laten vallen; u zet ze weer op
door ze verticaal te plaatsen.
Gebruik van het bestekmandje
Messen met een lang lemmet die rechtop
staan kunnen gevaarlijk zijn.
Plaats daarom lange en/of scherpe
messen e.d. horizontaal in de bovenste
korf.
Pas op bij vullen en leeghalen van de
machine.
Bestek in het speciale bestekmandje, met de
grepen naar beneden. Is een greep zo dun dat hij
door het mandje heen steekt, dan dat bestek met
de greep naar boven. In het betreffende vak, aan
weerskanten van de korf, legt u lepels,
dessertlepels, messen en ander kleinbestek.
Lepels zoveel mogelijk tussen ander bestek in
plaatsen, om te voorkomen dat ze aan elkaar
kleven. Was zilver bestek niet tegelijkertijd met
andere metalen.
Beladen van de korven
65
PBA05/1NL
UI05
UI19
UI18
UI03
Gebruik van de bovenste korf
De bovenste korf is hoofdzakelijk bedoeld voor
kopjes, schoteltjes, dessertbordjes, kleine borden
(max. 24 cm diameter) en glazen. Glazen met
lange steel kunnen in het hoge gedeelte
opgehangen worden.
Probeer, vóór u de machine inschakelt, of
beide sproeiarmen vrij kunnen
ronddraaien.
Regeling hoogte bovenste korf
Mocht u erg grote borden willen afwassen
(diameter tussen 27-31 cm), dan kunt u deze in de
onderste korf plaatsen, nadat u de bovenste korf
hoger geplaatst heeft.
Ga als volgt te werk:
- haal de korf eruit;
- trek de korf door middel van de twee handgrepen
aan de zijkant omhoog.
U kunt in de bovenste korf nu geen
borden meer plaatsen die een diameter
van meer dan 20 cm hebben. Het
kopjesrekje is tevens onbruikbaar.
Om de korf weer op de lage stand te plaatsen,
dient u de twee handgrepen aan de zijkant nog
meer naar boven te trekken om de korf vervolgens
onder begeleiding naar beneden te laten zakken.
Pas op: trek de korf nooit aan één kant omhoog of
omloog.
Sluit de deur nadat u de machine hebt
beladen. Een open deur kan gevaarlijk
zijn.
66
PBA06/1NL
US29
RC04
Voor een goed resultaat
Potten, pannen, kopjes, glazen en dergelijke altijd
met de opening naar beneden.
In principe plaatst u alles scheef in de korven opdat
het afwaswater niet langs maar op en in het
serviesgoed wordt gesproeid.
Aangekoekte en aangebrande pannen moeten
eerst worden afgespoeld.
Lange messen en lepels horizontaal, bij voorkeur
in de bovenste korf.
Hoe minder het serviesgoed tegen elkaar staat hoe
beter het afwasresultaat.
Staat er echter heel licht, bijvoorbeeld kunststof,
serviesgoed tussen, probeer dan een zodanige
opstelling dat de lichte stukken niet van hun plaats
kunnen worden gesproeid.
Water-, tijd- en energiebesparing
Het is niet nodig om normaal vuil serviesgoed en
bestek eerst onder de stromende kraan voor te
spoelen. Plaats na de maaltijd alles meteen in de
machine en kies eventueel het voorspoelen
programma (zie het programma-overzicht). Dat
zorgt ervoor dat de resten alvast wat weggespoeld
worden. Zet alleen een goed gevulde machine in
werking.
Kies alleen een spaarprogramma als de machine
niet vol is en/of het serviesgoed nauwelijks vuil is.
Raadpleeg daarvoor de aanwijzingen in de tabel
(Bio-programma, Snelwas).
Niet alles is geschikt voor
machinaal afwassen
Tenzij de fabrikant van het artikel anders
aangeeft, zijn de volgende artikelen in de regel
niet voor machinaal afwassen geschikt:
Bestek met houten of hoornen aangelijmde
grepen.
Houten borden en schalen, ongeglazuurde
aardewerk en handbeschilderd porselein.
Decoraties op porselein kunnen vervagen of
verdwijnen.
Kristal en kunststof.
Indien niet uitdrukkelijk door de fabrikant
aangegeven is dat het artikel
afwasmachinebestendig is, kunt u het beter met
de hand afwassen. Mocht u ze toch in de
machine willen wassen, plaats ze dan in de
bovenste korf en kies een snel programma. Na
vele keren in de machine afwassen kunnen
sommige glassoorten mat worden.
Zilver bestek kan uitstekend in de machine
afgewassen worden, onder voorbehoud dat het
tijdens het afwassen niet met andere metalen in
aanraking kan komen.
IJzer of gietijzer kan roest veroorzaken, waardoor
andere voorwerpen verkleuren.
Aluminium verkleurt. Koper, tin en messing
kunnen vlekken gaan vertonen.
Bij aankoop van nieuw serviesgoed
Onder glazuur gebakken motiefjes op
serviesgoed van porselein of aardewerk kunnen
in de machine gewassen worden, terwijl op
glazuur gebakken motiefjes op den duur
verbleken.
Ook goudversieringen kunnen tegenwoordig in
de machine. Zij moeten wel van een
garantiemerk van de fabrikant voorzien zijn.
Kies altijd serviesgoed met een vlakke bodem,
zodat er geen water in kan blijven staan (glazen,
kopjes, kommen...).
Praktische tips voor het afwassen
67
PHT03/1NL
Voor het begin van de test moeten het zoutvat van de ontkalkingsinrichting en de glansmiddelhouder
volledig gevuld worden.
Toelichtingen voor testinstituten
68
PTP02NL
US50
UI49
Testnorm: EN 50242
Vergelijkend programma: BIO 50°C met voorspoelen
Laadvermogen: 12 couverts
Glansmiddelhouder: stand 5
Dosering afwasmiddel: 25 g in houder
5 g op het dekseltje
Rangschikking in de bovenste korf
Rangschikking in de onderste korf
Programma-overzicht
69
PWP12/1NL
Programma
Mate van
verontreiniging
en soort belading
Normaal verontreinigd.
Servies, bestek.
Normaal verontreinigd.
Servies, bestek.
Normaal verontreinigd.
Servies, bestek.
Licht verontreinigd.
Servies, bestek.
Licht verontreinigd.
Servies, bestek.
Licht verontreinigd.
Kristal en
porcelein
Licht verontreinigd.
Servies, bestek.
Toetsen
indrukken
Programma
beschrijving
Aanbevolen hoeveelheid
afwasmiddel
in de
houder
op het
dekseltje
3
Normaal 65°C
met
voorspoelen
Sterk verontreinigd.
Servies, bestek,
pannen.
2
Intensief 70°C
5
Spaar 55°C
met
voorspoelen
6
Bio 50°C
zonder
voorspoelen
7
Spaar 55°C
zonder
voorspoelen
8
Fijn 45°C
zonder
voorspoelen
4
Bio 50°C
met
voorspoelen
*
9
Snel 55°C
programma
/ /
25 g 10 g
25 g 5 g
25 g 5 g
25 g 5 g
25 g /
25 g /
20 g /
25 g /
Koud voorspoelen
50°C afwassen
1 x koud spoelen
1 x warm spoelen
Drogen met hetelucht
Koud voorspoelen
55°C afwassen
1 x koud spoelen
1 x warm spoelen
Drogen met hetelucht
50°C afwassen
1 x koud spoelen
1 x warm spoelen
Drogen met hetelucht
55°C afwassen
1 x koud spoelen
1 x warm spoelen
Drogen met hetelucht
45°C afwassen
1 x koud spoelen
1 x warm spoelen
Drogen met hetelucht
Warm voorspoelen
65°C afwassen
2 x koud spoelen
1 x warm spoelen
Drogen met hetelucht
1 x koud spoelen
(om te voorkomen dat
voedselresten opdrogen).
55°C afwassen
1 x koud spoelen
1 x warm spoelen
Warm voorspoelen
70°C afwassen
2 x koud spoelen
1 x warm spoelen
Drogen met hetelucht
*
Dit is een bijzonder programma bedoeld om binnen korte tijd een volle lading, bestaande uit borden,
glazen en nauwelijks bevuild serviesgoed (met uitzondering van pannen) te spoelen waardoor het
weer snel opnieuw kan worden gebruikt. Aangezien het om een snelprogramma gaat, wordt er niet
heet gedroogd.
Servies dat u pas later
gaat afwassen.
1
Voorspoelen
Aan
Uit
Aan
Uit
Aan
Uit
Aan
Uit
Aan
Uit
Aan
Uit
Aan
Uit
Aan
Uit
Aan
Uit
1. Controleer of de zeven schoon zijn
(zie het hoofdstuk «Onderhoud»)
2. Druk op de Aan/Uit-toets
Op het digitale display leest u het nummer “1”
van het eerste keuzeprogramma (Voorspoelen).
3. Controleer of zout en
glansmiddel aanwezig zijn
(zie het betreffende hoofdstuk)
4. Vullen van de korven
Verwijder grove resten uit schalen en borden.
Trek de onderste korf naar voren en plaats
daarin pannen, schalen, grote borden en
bestek.
Trek de bovenste korf naar voren en plaats
daarin kleine borden, schoteltjes, kopjes en
glazen.
Schuif de korven terug in de machine.
5. Controleer of beide sproeiarmen
vrij kunnen draaien
6. Vullen van afwasmiddelhouder
Strooi of giet afwasmiddel in het vakje van de
afwasmiddelhouder.
7. Programma kiezen
Om een programma in te stellen, moet u de
deur iets openen.
Druk de programmakeuzetoets net zolang in
tot u op het digitale display het nummer ziet
verschijnen dat overeenkomt met het
gewenste programma. Het controlelampje
blijft knipperen tot de start van het programma.
U kunt tevens kiezen voor:
Economisch drogen: m.b.v. de
desbetreffende toets. Het overeenkomstige
controlelampje zal aangaan.
Uitgestelde start: door de overeenkomstige
toets in te drukken en zo bepalen over
hoeveel uur de machine zal starten.
8. Starten
Sluit de deur.
Een geluidssignaal van circa 1 seconde
laat u weten dat het programma is begonnen.
Indien u de start met timer heeft
voorgeprogrammeerd, begint de klok in de
machine te lopen en kunt u op het display
aflezen over hoeveel uur de machine zal
starten.
Een flikkerende stip geeft aan dat de
timer-funktie is aangezet.
Bij het bereiken van de ingestelde
wachttijd zal het programma automatisch
starten.
9. Machine is klaar
De machine stopt automatisch. Een
onderbroken geluidssignaal van circa 5
seconden laat u weten dat het programma
is afgelopen. Op het display blijft een streepje
flikkeren, totdat de programmakeuzetoets
wordt ingedrukt.
10. Machine uitschakelen
Open de deur en druk op de Aan/Uit-toets.
Draai de kraan dicht.
11. Een programma annuleren
Om een vaatwasprogramma dat al bezig is
te annuleren, drukt u ongeveer 2 seconden
op de toets “Annuleren/Wijzigen” tot u het
korte geluidssignaal “opdracht geaccepteerd”
hoort.
Op het display verschijnt nummer “1” van het
eerste keuzeprogramma terwijl het
controlelampje van de programmakeuze
knippert: de vorige afstelling is geannuleerd
en er kan een ander programma gekozen
worden.
12. Machine leeghalen
Wacht een paar minuten, want het servies
is zeer heet. Bovendien is het
droogresultaat beter als u de deur niet
direct opent.
Om te voorkomen dat druppels uit de
bovenste korf op serviesgoed in de
onderste korf vallen, adviseren wij om eerst
de onderste korf naar buiten te trekken en
leeg te maken.
Het is af te raden om de deur te openen als
de machine in werking is. Gebeurt dat toch,
dan zal een veiligheidsschakelaar ervoor
zorgen dat de machine direct stopt.
Wij adviseren u om vóór u de deur
tussentijds opent, de machine uit te
schakelen door middel van de
AAN/ UlT-toets.
Voorzichtig! Als u de deur direct na
beëindiging van een programma opent, kan
er hete stoom naar buiten komen.
Zo gaat u te werk
70
POS11/1NL
Binnenkant van de machine
Maak de deurafdichting, de afwasmiddelhouder en
de glansmiddelhouder regelmatig schoon met een
vochtige doek.
Laat de machine elke drie maanden een
65°C-programma afwerken, zonder servies, met
afwasmiddel.
Reiniging van de afvoerzeef
(Na iedere afwasbeurt)
Voedselresten kunnen zich in de bodemzeef (A)
ophopen; daarom dient u de zeef regelmatig onder
stromend water schoon te maken.
-
U tilt de zeef met behulp van het handgreepje
uit de machine.
Na het reinigen klikt u de zeef weer in de
machinebodem terug.
Reiniging van de bodemzeef
(Elke maand)
Maak, indien noodzakelijk, de grote zeef (B) aan
beide kanten onder stromend water met een
borsteltje schoon.
Grote zeef losnemen:
1. Verwijder hiertoe de sproeiarm door deze
omhoog te trekken
2. Draai het asje (C) 90° naar links en haal de
zeef uit de machine.
3. Na het reinigen de zeef in omgekeerde
volgorde weer terugplaatsen.
4. Controleer of de zeef weer goed op z’n plek
zit. De hendel moet naar de voorkant van het
toestel wijzen.
Gebruik de machine nooit zonder de
zeven.
Zorg er bovendien voor dat de zeven
correct op hun plaats zitten.
Het is belangrijk de zeven te reinigen om
een goede werking van de machine te
garanderen.
Onderhoud
71
PMC01/1NL
A
MA04
C
90°
B
MA05
Buitenkant van de machine
Reinig de buitenkant van de machine en het
bedieningspaneel met een vochtig doekje. In geen
geval agressieve reinigingsmiddelen of
schuurmiddelen gebruiken.
Als de machine langere tijd buiten
gebruik is
Wordt de machine voor langere tijd niet gebruikt,
dan:
1. Kraan dichtdraaien.
2. Steker uit het stopcontact nemen.
3. Deur op een kier laten staan om het ontstaan
van een onaangename geur te vermijden.
4. Binnenkant en accessoires reinigen.
Bescherming tegen vorst
Plaats de afwasmachine nooit in een ruimte waar
de temperatuur onder het vriespunt kan zakken.
Mocht dat toch het geval zijn, maak de machine
dan leeg, draai de kraan dicht, verwijder de
waterafvoerslang en laat deze leeg lopen.
Vervoeren van de machine
Als u de machine gaat vervoeren (bijv. bij
verhuizing):
1. Steker uit het stopcontact trekken.
2. Waterkraan dichtdraaien.
3. Watertoevoerslang van de waterkraan
losschroeven en leeg laten lopen.
4. De machine samen met de slangen
vervoeren.
Zorg ervoor dat de machine tijdens het transport
rechtop blijft staan.
72
PMC02NL
Storing Foutcode Oplossing
De machine start niet De machinedeur is niet goed dicht.
De steker zit niet in het stopcontact.
Er staat geen spanning op het
stopcontact.
De groepzekering is defect.
De machine neemt geen Waarschuwingssignaal
De kraan is dichtgedraaid.
water in A Er is geen druk op de kraan.
De toevoerslang is geknikt.
Het zeefje in de toevoer is verstopt.
De zeven zijn verstopt Waarschuwingssignaal
Maak de zeven schoon (zie
F «Onderhoud»).
De sproeiarmen draaien niet.
Controleer of het servies goed staat
opgesteld.
De machine pompt niet af Waarschuwingssignaal
De afvoerslang is geknikt.
P De afvoermogelijkheid is verstopt.
De verlenging van de afvoerslang ligt
niet goed.
De afvoer is niet belucht.
Algemeen Waarschuwingssignaal
Schakel het apparaat uit; schakel het
C, L, H weer aan en start het
afwasprogramma. Als het alarm blijft
knipperen, wendt u zich dan tot de
Technische Dienst.
Teveel geluid
Er slaan serviesdelen tegen elkaar.
Een sproeiarm stoot tegen
serviesgoed.
De deur gaat moeilijk dicht
De machine staat niet waterpas of is
niet op de juiste wijze ingebouwd.
Kalkvlekken, strepen,
Kijk in alle gevallen naar zowel het
waas op het serviesgoed zoutvat als de glansmiddelhouder. In
beide moet voldoende aanwezig zijn.
De afwas is niet droog
Het serviesgoed is na het beëindigen
van het programma te lang in de
machine gebleven.
Herstel van eenvoudige storingen
73
PSN07NL
Een storing is vaak het gevolg van een kleinigheid die u zelf kunt verhelpen. Wij adviseren u eerst
onderstaande tabel te raadplegen voordat u de servicedienst belt. Deze afwasmachine is voorzien van
enkele alarmsystemen die u snel kunnen helpen bij het zoeken naar de oorzaak van eventuele
storingen. Op het digitale display verschijnen de volgende waarschuwingssignalen in de vorm van
flikkerende letters (A, C, F, L, H, P).
De vaatwasmachine start niet of blokkeert tijdens de werking; alle controlelampjes zijn uit, behalve de
letter op het digitale display, alle toetsen zijn buiten werking behalve de Aan/Uit-toets.
Als een waarschuwingssignaal verschijnt, probeer dan aan de hand van onderstaande aanwijzingen de
storing te verhelpen. Schakel de machine met de Aan/Uit-toets uit, schakel hem weer in en start een
programma. Als het waarschuwingssignaal opnieuw verschijnt, neem dan contact op met de
servicedienst.
Storing Oplossing
Het afwasresultaat is niet
De korven zijn te vol beladen.
goed
Het serviesgoed is onjuist geplaatst.
Een of beide sproeiarmen kan (kunnen) niet draaien.
Een of enkele gaatjes in één of beide sproeiarmen is
of zijn verstopt.
Uiteinde van de afvoerslang steekt onder water
(inspoelbak).
Een of meerdere zeven verstopt.
Een zeef zit niet goed op z’n plaats.
Verkeerd of te weinig afwasmiddel gebruikt, het is te
oud en/of te klonterig en/of van slechte kwaliteit.
De draaidop van het zoutvat zit los.
Het gekozen programma was niet geschikt voor de
aard en/of ho
eveelheid van de bevuiling.
74
PSN08NL
Kunt u de oorzaak van een storing niet zelf
opsporen en verhelpen, belt u dan de servicedienst.
Houd merk en modelnummer van uw machine bij
de hand; de servicedienst zal u erom vragen. U
vindt het merk en modelnummer op het typeplaatje
van de machine. Zie de afbeelding.
Veiligheidsinrichtingen tot
bescherming tegen overstroming
De machine is voorzien van twee supplementaire
veiligheidsinrichtingen tot bescherming tegen
overstroming van water, met de volgende
eigenschappen:
1. Aan de toevoerslang (zie wateraansluiting); hij
gaat werken als de toevoerslang kapot gaat
doordat hij de waterstroom blokkeert. Deze
inrichting is ook met uitgeschakelde machine
werkzaam.
2. Op de bodem van de machine; hij gaat werken
als er waterlekken binnen de machine zijn.
Deze inrichting is bij functionerende machine
werkzaam.
Om de machine te laten repareren moet u de
servicedienst bellen.
Service en onderdelen
Reparaties aan electrische toestellen
mogen alleen door vakmensen worden
uitgevoerd. Er mogen alleen originele
onderdelen worden gebruikt.
Onvakkundige reparaties kunnen tot
aanzienlijke risico’s voor de gebruiker
leiden. Wend u daarom altijd tot de
ELGROEP FABRIEKSSERVICE.
Prod.No.
........
Ser. No.
.........
Mod.
........
RA01
Afmetingen Breedte 59.6 cm
Hoogte 81.8 - 87.8 cm
Maximale diepte 55 cm
Maximale diepte bij open deur 111.4 cm
Lichtspanning/frequentie 230V - 50Hz -10A
Opgenomen motorvermogen 200 W
Opgenomen vermogen
verwarmingselement 2100 W
Aansluitwaarde 2300 W
Waterleidingdruk Minimum 50 kPa (0.5 bar)
Maximum 800 kPa (8 bar)
Kapaciteit 12 couverts
Waterverbruik 19 l
Energieverbruik 1.4 kW/h
Technische gegevens
Installatie
75
PTS08/1NL
Plaats de machine, indien mogelijk, zo dicht
mogelijk bij aansluitingen voor de watertoe- en
afvoer.
Watertoevoer
Wij adviseren u koud water te gebruiken.
De slangwartel van de toevoerslang sluit u aan op
een kraan met 3/4" schroefdraad, of op een
watertoevoer met snelaansluiting (press block).
De slang is voorzien van een veiligheidsinrichting
om de waterstroom te stoppen als de interne slang
vanwege slijtage stuk gaat. Het defect wordt door
middel van het naar buiten komen van het rode
staafje in het venster (B) aangegeven.
In dit geval moet u de waterkraan sluiten en de
slang uitwisselen.
Draai de slangwartel (A) stevig vast om
waterlekken te voorkomen.
Opmerking: alleen voor toevoerslangen met een
veiligheidshendel ter voorkoming van losschroeven
.
Wanneer u de toevoerslang wilt losmaken, druk
dan op de geelgekleurde velligheidshendel ter
voorkoming van losschroeven (C) en draai de
schijfmoer tegen de wijzers van de klok in.
De slang mag niet geknikt kunnen raken, om de
waterstroom niet te belemmeren of vertragen.
Zie erop toe dat de waterleidingdruk niet de bij de
technische gegevens vermelde waarde
overschrijdt.
De slang mag nimmer geknikt kunnen raken, want
dat zou de waterstroom kunnen belemmeren.
Belangrijk:
De slang mag nooit geknikt kunnen raken, ook niet
tijdens het op z'n plaats schuiven van de machine.
De slang mag niet verlengd worden. U kunt echter
wel een langere, complete en voor dit doel
gemaakte slang kopen.
76
PWA02/1NL
B
A
B
A
C
CA13
1
2
Waterafvoer
De waterafvoerslang kan op de volgende manieren
gemonteerd worden
1. In een sifon, zorg er dan wel voor dat de slang
niet kan wegglijden.
2. In een afvoerpijp met ventilatie, binnendiameter
min. 4 cm.
De hoogte van de afvoerslang moet tussen 30 cm
(min.) en 100 cm (max.) boven de onderkant van
het toestel liggen. De afvoerslang kan links of
rechts van de afwasmachine gedraaid worden.
Zorg ervoor dat de slang niet geknikt, platgedrukt
of ineengestrengeld is, dat kan de waterafvoer
verstoren.
Als u een verlengslang gebruikt, mag deze niet
langer dan 2 meter zijn en de binnendiameter mag
niet kleiner zijn dan die van de oorspronkelijke
afvoerslang. Ook de binnendiameter van de
koppelingen die u gebruikt voor aansluiting aan de
afvoerpijp mag niet kleiner zijn.
Elektrische aansluiting
De machine is gemaakt voor 230V met een
frequentie van 50Hz. Het gebruik op 60Hz
(verhuizing naar dienovereenkomstig land) is
uitgesloten, daar de machine met
synchroonmotoren uitgerust is.
De aansluitwaarde is circa 2,30 kW, hetgeen een
groepzekering van minimaal 10A vereist.
De machine is voorzien van een 3-aderig
aansluitsnoer en een steker met aardcontacten.
De steker mag u alleen plaatsen in een stopcontact
met (aangesloten en functionerende)
aardcontacten. De aardverbinding dient deugdelijk
te zijn.
Het stopcontact dient altijd bereikbaar te zijn, ook
nadat de machine onder- of ingebouwd is.
Indien het aansluitsnoer te kort blijkt te zijn, laat
dan de installateur het betreffende verplaatsen of
een langer, op de aansluitwaarde van de machine
aangepast, aansluitsnoer aan de machine
monteren.
De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade
of letsel, ontstaan door het niet voldoen aan
deze veiligheidsvoorschriften.
77
PWA03/1NL
CS13
min 30 cm
max 100 cm
min 4 cm
Ø 21
Ø 18
1 2
CS14
min 30 cm
max 100 cm
+ 2 m max
Ø 18
Ø 21
Dit apparaat voldoet aan de volgende richtlijnen van de Europese Gemeenschap:
- 73/23/EG van 19/02/73 (Laag spanning) en daaropvolgende wijzigingen;
- 89/336/EG van 03/05/89 (Elektromagnetische compatibiliteit) en daaropvolgende wijzigingen.
De inbouwnis moet de afmetingen hebben zoals in
de afbeelding aangegeven.
De inbouwnis hoeft niet van ventilatie-openingen
voorzien te worden. Indien de nis van een
achterwand voorzien is, dan is het voldoende om
openingen te maken voor het aansluitsnoer, de
toevoerslang en de afvoerslang.
Met de stelvoeten kan de hoogte van de machine 6
cm gevarieerd worden. Zorg ervoor dat na het in-
of uitdraaien van de stelvoeten een vrije ruimte van
2 mm tussen bovenkant machine en onderkant
aanrecht blijft.
Stellen van de stelpootjes
Bij het stellen van de pootjes gaat u als volgt te
werk:
1. Draai de twee pootjes aan de voorzijde losser of
vaster.
2. Om het achterste pootje te stellen, draait u de
voorste schroef die zich in het midden van de
sokkel bevindt losser of vaster.
Om in- en uitschuiven van het toestel te
vergemakkelijken, zijn onderleggers meegelverd.
Druk deze op de pootjes.
Indien nodig, kunt u de onderleggers kleiner maken
door ze op de aangegeven lijn af te breken.
Het is belangrijk dat het toestel waterpas staat. Als
het toestel waterpas staat, komt de deur niet tegen
de waterpasnokjes die zich links en rechts
bevinden. Als de deur niet goed sluit, draai dan de
stelpootjes losser of vaster tot de machine
waterpas staat.
Onderbouw-aanwijzingen
78
PFI10NL
II52
Montage van het decorpaneel
De machinedeur kan van een houten decorpaneel
van de volgende afmetingen voorzien worden:
Breedte 596 mm
Hoogte 644 - 724 mm maximum
Dikte 20 mm maximum
Gewicht tussen 2 en 7.5 kg maximum
Belangrijk
Overschrijd de hoogtemaat niet, daar anders de
deur niet volledig geopend kan worden
(onderkant komt dan tegen de sokkel).
De hoogte van het paneel hangt van de
sokkelhoogte van het keukenmeubel af.
Het paneel moet van een greep voorzien worden,
omdat de oorspronkelijke greep door het paneel
bedekt wordt.
1. Boor gaten in het decorpaneel op de plaatsen
die zijn aangeduid in de afbeelding met een
boortje Ø 2 x 14.
2. Schroef de twee bevestigingsstifen vast in de
gaten die zijn aangeduid in de afbeelding.
3. Monteer het decorpaneel door de twee stiften in
de sponningen van de deur te steken.
Til het decorpaneel op totdat het precies op lin
ligt met het frontpaneel.
4. Wanneer u het decorpaneel in de correcte stand
gebracht heeft, dan moet u de deur openen en
het decorpaneel bevestigen door de zes
meegeleverde schroeven 4 x 40 in de gaten aan
de binnenkant van de deur te draaien.
79
PFI27NL
II79
II80
=
=
525
187
596 max
II92
Montage van de
wasembeschermplaat
Bevestig mat 4 schroeven 3.5 x 16 de
wasembeschermplaat, zodat deze in lijn is met de
voorrand van het werkblad.
Het aanbrengen van de profielen
Voor een optimale aansluiting op het
keukenmeubel moeten, vóór het in de nis schuiven
van de machine, eerst de twee zelfklevende
profielen (A) aangebracht worden.
Let op dat tijdens het in de nis schuiven van de
machine het aansluitsnoer en de slangen niet
bekneld of geknikt raken.
Bevestigen aan aangrenzende
keukenmeubelen
Om te voorkomen dat de afwasmachine gaat
schommelen, moet hij d.m.v. de meegeleverde
steuntjes aan het werkblad, aan aangrenzende
keukenkastjes of aan de muur worden bevestigd.
Zet de steuntjes in de gleuven, zoals in de
afbeelding aangegeven. Bevestig de steuntjes met
de schroeven 3.5 x 16 aan het werkblad of
aangrenzende keuken meubelen. Gebruik de
gaten aan boven- of zijkant.
80
PFI30NL
A
A A
A
II23
II54
600 mm
600 mm
II25
Geluidsisolerende bescherming
Om bij alle installatieomstandigheden een perfecte
geluidsisolatie te garanderen, wordt bij het
apparaat een zelfklevende bescherming geleverd,
die aangebracht moet worden nadat de machine in
de nis is geschoven en de hoogte is ingesteld.
Bevestig de bescherming zoals aangegeven op de
afbeelding en zorg ervoor dat de niet-klevende
rand tot aan de vloer komt.
Aanpassen van de plint
Om de deur volledig te kunnen openen, moet
eventueel de plint van de nis aangepast worden.
Via de hoogte (a) en de diepte (b) in de tekening,
vindt u de uitzaagmaat 600 mm breed bij (x) mm
hoog voor het te verwijderen deel van de plint.
81
PFI08NL
II59
II61
a
b
II15
170 160 150 140 130 120110100
136 131 125 118 110 100 93 85
135 131 125 118 110 102 92 85
137 132 125 118 110 102 94 85
138 134 128 120 110 104 95 85
139 130 124 115 105 98 88
138 129 120 110 100 90
135 125 115 105 95
90
75
75
75
75
78
80
85
/
/ /
/
40
50
60
70
80
90
100 / /
Hoogte (a)*
Diepte (b)*
X
X
600 mm
minimum
Uitsnijding uit de plint
(*) mm
GARANTIEBEPALINGEN EN SERVICE VOOR DE
BENELUX (B-NL en L)
Bij aanspraak op kosteloos herstel dient het origineel van de betreffende aankoopnota of
kwitantie te worden getoond of meegezonden
Algemene Garantiebepalingen
1. De fabrikant verleent één jaar garantie op het op de bijbehorende koopnota vermelde apparaat,
gerekend vanaf de koopdatum. Indien zich binnen deze periode een storing voordoet, welke het
gevolg is van een materiaal- en/of constructiefout, heeft de koper het recht op kosteloos herstel.
1a.Voor stofzuigers, bedoeld voor huishoudelijk gebruik, geldt een algemene garantieperiode van twee
jaar. Accessoires zijn aan directe slijtage onderhevig; deze verbruiksartikelen zijn derhalve van
garantie uitgesloten.
2. De fabrikant verleent één jaar garantie op door haar servicedienst uitgevoerde
herstelwerkzaamheden en het daarbij nieuw aangebrachte materiaal, gerekend vanaf de
hersteldatum. Indien zich binnen deze periode een storing voordoet, welke het directe gevolg is van
de uitgevoerde herstelwerkzaamheden of het daarbij nieuw aangebrachte materiaal, heeft de koper
het recht op kosteloos herstel. Door de uitvoering van herstelwerkzaamheden wordt de algemene
garantieperiode, welke het gehele apparaat omvat, niet verlengd.
3. Servicebezoeken aan huis worden alleen gebracht voor grote, moeilijk transporteerbare apparaten,
per definitie: wasautomaten, droogtrommelautomaten, afwasautomaten, koelkasten,
diepvrieskasten/-kisten, ovens, fornuizen en inbouwapparaten.
3a.De regeling als bedoeld onder punt 3 geldt ook voor caravankoelkasten, mits de plaats waar zich
het apparaat bevindt binnen de landsgrenzen ligt en over normale, voor het autoverkeer
opengestelde wegen bereikbaar is. Voorts dient ten tijde van het bezoek het apparaat en de
eigenaar, of diens gemachtigde plaatsvervanger, op de afgesproken bezoekplaats aanwezig te zijn.
4. Indien, naar het oordeel van de fabrikant, het apparaat zoals bedoeld onder punt 3 naar haar
servicewerkplaats getransporteerd moet worden, dan geschiedt dit transport op de door de fabrikant
vastgestelde wijze en voor rekening en risico van de fabrikant.
5. Alle niet onder punt 3 en 3a genoemde apparaten, alsmede apparaten welke wel de betreffende
functionele eigenschappen hebben maar daarnaast juist bedoeld zijn voor gemakkelijk transport,
dienen franco aan het adres van de servicedienst verzonden of aangeboden te worden. Binnen de
algemene garantieperiode vindt terugzending voor rekening van de fabrikant plaats.
6. Indien een onder garantie en binnen de algemene garantieperiode vallend defect aan een apparaat
niet hersteld kan worden, vindt kosteloze vervanging van het apparaat plaats.
Garantie-uitbreidingen
7. Voor koel/vries-motorcompressoren (exclusief startrelais en motorbeveiliging) geldt een aflopende
garantieperiode, in gelijke percentages van twintig procent per jaar, van vijf jaar na koopdatum van
het op de bijbehorende koopnota vermelde apparaat, met inachtname van volledig kosteloos herstel
binnen de algemene garantieperiode. Na de algemene garantieperiode worden bezoek-.
arbeidsloon- en bijkomende materiaalkosten in rekening gebracht.
82
PGU01NL
Garantie uitsluitingen
8. Het kosteloos uitvoeren van herstel- en/of vervangingswerkzaamheden, zoals bedoeld in de
betreffende hieraan voorafgaande punten, is niet van toepassing indien:
- de aankoopnota of kwitantie, waaruit tenminste de aankoopdatum en de identificatie van het
apparaat blijkt, niet getoond kan worden of meegezonden werd:
- het apparaat voor andere, of ook voor andere dan de huishoudelijke doeleinden, waarvoor het
apparaat bestemd is, gebruikt wordt;
- het apparaat niet volgens de aanwijzingen in het installatievoorschrift of de gebruiksaanwijzing
genstalleerd, bediend, behandeld of gebruikt wordt;
- het apparaat op ondeskundige wijze door daartoe niet bevoegde personen hersteld of gewijzigd
werd.
8a.Indien het apparaat zodanig ingebouwd, ondergebouwd, opgehangen of geplaatst is dat de
benodigde tijd voor het uit- en inbouwen samen meer dan dertig minuten bedraagt, dan worden de
hierdoor ontstane extra kosten aan de eigenaar in rekening gebracht.
8b.Schade welke ontstaat door het, met toestemming van de eigenaar, op abnormale wijze uit-of
inbouwen van een apparaat, kan niet op de fabrikant of haar servicedienst verhaald worden.
8c.Beschadigingen, zoals krassen en deuken of zoals breuk van uit- of afneembare delen, welke niet
ten tijde van de aflevering ter kennis van de fabrikant gebracht worden, vallen niet onder garantie.
Belangrijk advies
De constructie van dit apparaat is zodanig, dat de veiligheid daarvan gewaarborgd is.
Ondeskundige reparaties kunnen echter de veiligheid in gevaar brengen. Terwille van een blijvende
veiligheid, en ook om mogelijke schade te voorkomen, is het raadzaam dat reparaties uitsluitend
verricht worden door personen die daarvoor de vereiste vakbekwaamheid bezitten. Wij adviseren u
herstel- en/of controlewerkzaamheden door uw vakhandelaar of door ELGROEP SERVICE te laten
uitvoeren en uitsluitend originele DISTRIPARTS onderdelen te laten plaatsen.
Nederland België Luxembourg/
Luxemburg
Vennootsweg 1 Bergensesteenweg 719 ELECTROLUX Luxembourg s.à.r.l.
2404 CG Alphen aan den Rijn 1502 Lembeek 7, rue de Bitbourg
Postbus 120 L-1273 Luxembourg-Hamm
2400 AC Alphen aan den Rijn
Storingsmeldingen op Tuisherstellingen: Service aprés-vente
werkdagen tijdens
kantooruren:
Tel.: 0172-46 83 00 Tel.: 02 - 3630444 Tel.: 00352 - 042 431 1
Fax: 0172 - 46 83 66 Fax: 02 - 3630500 Fax: 00352 - 42 431 460
Onderdelenverkoop op
werkdagen tijdens
kantooruren: Wisselstukken:
Tel.: 0172 - 46 84 00 Tel.: 02 - 3630555
Fax: 0172 - 46 83 76 Fax: 02 - 3630500
Telex: 22915 eluxbe
83
PGU02NL
DISTRI
PARTS
ELGROEP
ELGROEP
SERVICE
ELGROEP
SERVICE
2 02/99
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30

Zanussi ZTI 6859 Handleiding

Type
Handleiding