Panasonic NA168XR1 Handleiding

Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

Gedrukt in Slovenië
http://www.panasonic.com 09-2016
© Panasonic Corporation 2016 (WGN)
Technische gegevens
Controleer de stroomvoorziening
Modelnummer NA-140XR1 NA-168XR1
Bedrijfsspanning 220 - 240 V
Bedrijfsfrequentie 50 Hz
Maximaal stroomverbruik 2000 - 2350 W
Stroomverbruik bij
verwarmen
2000 W (230 V)
Afmetingen van het product 596 mm (B) × 635 mm (D) × 840 mm (H)
Gewicht van het product 77 kg
Maximaal vulgewicht, droge
kleding
10 kg 8 kg
Waterverbruik
Zie “Stroomverbruik en Waterverbruik”.
( Blz.46)
Kraanwaterdruk 0,03 - 1,0 MPa
De vereiste
stroomvoorziening van de
machine staat aangegeven
op het typeplaatje. Zorg
ervoor dat dit overeenkomt
met de stroomvoorziening bij
u thuis.
Typeplaatje
®
Inhoud
V
EILIGHEIDSVOORZORGEN
Voor gebruik
Wassen
Optionele functies
Onderhoud
Oplossen van problemen
Installatie / Overig
Bediening & installatie
Instructies
Wasmachine
(voor huishoudelijk gebruik)
Modelnummer
NA-140XR1
NA-168XR1
4
8
14
24
29
32
37
Wij danken u voor het aanschaffen van dit product.
- Lees deze instructies goed door voor u de machine gaat gebruiken
voor optimale prestaties en veiligheid.
- Bewaar deze handleiding zodat u er later nog eens iets in kunt opzoeken.
2
Inhoud
VOORZORGEN VOOR DE VEILIGHEID
Veiligheidsvoorzorgen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4
Voor gebruik
Uw wasmachine controleren. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8
Voor u gaat wassen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
Bedieningspaneel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
Wasmiddel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
Wassen
Wassen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14
Wassen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16
Programmalijst . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18
Details van de programma’s . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20
Tips voor de programma’s . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22
Optionele functies
Veranderen van programma-instellingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24
Veranderen van de temperatuur [r °C] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24
Veranderen van het centrifugetoerental [M r/min] . . . . . . . . . . . 25
Instellen van de eindtijd van het programma [I Time (Tijd)] . . . 25
Wassen met optionele functies . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26
Selecteren en in werking stellen van aparte processen
[t Mode (Instelling)] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26
Tijd besparen, energie besparen [
L
Speed (Snelheid) /
F
Eco] . . . 27
Goed spoelen [G Extra Rinse (Extra spoelen)] . . . . . . . . . . . . . 27
Kreukels verminderen [E Easy Iron (Anti-kreukel)] . . . . . . . . . . 27
Voorwas [J Prewash (Voorwas)] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 27
Veranderen van instellingen van het apparaat . . . . . . . . . . . . . . . 28
Annuleren van de zoemer [Buzzer (Zoemer)] . . . . . . . . . . . . . . 28
Instellen van het Kinderslot [Child Lock (Kinderslot)] . . . . . . . . . 28
Basismethode
Milieuvriendelijk wassen
3
Onderhoud
Onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29
Watertoevoerfilter . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29
Als de watertoevoerslang bevroren is . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29
Wasmiddellade . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30
Apparaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30
Trommel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30
Afvoerfilter . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 31
Oplossen van problemen
De deur openen in een noodgeval. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 32
Oplossen van problemen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 33
Foutmelding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 36
Installatie / Overig
(Vraag een erkend installateur om de installatie te verzorgen.)
De juiste plaats uitkiezen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 37
Vervoeren en installeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 38
De slangen aansluiten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 40
Controle na de installatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 42
Houd rekening met de omgeving. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 44
Stroomverbruik en Waterverbruik . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 46
Productkaart. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 47
Technische gegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Achterflap
De afbeeldingen in deze instructies zijn van de NA-168XR1, behalve waar anders staat aangegeven.
4
Veiligheidsvoorzorgen
Lees deze veiligheidsvoorzorgen en neem ze in acht.
Voor de veiligheid van u en uw gezin
Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8
jaar en ouder en personen met verminderde fysieke,
geestelijke, of waarnemingsvermogens, of personen
met een gebrekkige ervaring of kennis, indien zij onder
toezicht staan of afdoende instructie betreffende veilig
gebruik van het apparaat hebben ontvangen en de
daaraan verbonden risico’s begrijpen.
Kinderen mogen in geen geval met het apparaat spelen.
Reiniging en door de gebruiker uit te voeren onderhoud
mogen in geen geval gedaan worden door kinderen die
niet onder toezicht staan.
Kinderen die jonger zijn dan 3 jaar oud moeten uit de
buurt van het apparaat worden gehouden, behalve
wanneer zij onder voortdurend toezicht staan.
Buiten bereik van vuur houden. Doe geen brandbare
materialen of kleding met brandbaar materiaal erin of
eraan in de trommel. Houd dergelijke materialen uit de
buurt van het apparaat. (Om brand of ontploffing te
voorkomen)
Bijvoorbeeld: Reinigingsmiddelen op basis van
oplosmiddelen, kerosine, benzine, verdunner, alcohol
enz.
Om letsel te voorkomen, mag u de trommel niet
aanraken voordat deze volledig tot stilstand gekomen
is.
WAARSCHUWING
Deze zaken kunnen leiden tot ernstig letsel of zelfs
fataal zijn.
5
Veiligheidsvoorzorgen
Voorkomen van elektrische schokken, oververhitting,
ontbranding of brand
Gebruik een stopcontact dat voldoet aan de eisen voor de
stroomvoorziening en gebruik dit stopcontact uitsluitend voor
dit apparaat. Gebruik geen verdeelstekker of verlengsnoer.
Gebruik geen netsnoer dat of netstekker die
beschadigd is. Als het netsnoer beschadigd is, moet het
vervangen worden door de fabrikant of een door de
fabrikant erkende reparateur of een andere bevoegde
persoon om eventuele risico’s te voorkomen.
Steek de stekker nooit met natte handen in het stopcontact en
haal hem er ook in geen geval met natte handen uit.
Steek de stekker altijd volledig en correct in het stopcontact.
Trek niet aan het snoer wanneer u de netstekker uit het
stopcontact haalt.
Haal de stekker uit het stopcontact voor u het apparaat
gaat schoonmaken.
Reparaties
U mag in geen geval het apparaat zelf uit elkaar halen,
repareren of wijzigen.
Bij een storing of defect moet u het gebruik van het
apparaat onmiddellijk staken, de stekker uit het
stopcontact halen en uw plaatselijke
klantenservicedienst om reparatie verzoeken.
WAARSCHUWING
6
Veiligheidsvoorzorgen (vervolg)
Correct gebruik
Dit apparaat is alleen geschikt voor textiel dat in een
wasmachine kan worden gewassen en dat als zodanig
gelabeld is.
Sluit het apparaat niet aan op een warmwaterkraan.
Dek de openingen aan de onderkant niet af met kleden
enz.
Voorkomen van waterlekkage
Gebruik de nieuwe slangen die worden meegeleverd
met dit apparaat in plaats van de oude slangen opnieuw
te gebruiken.
Zet de kraan uit wanneer u het apparaat langere tijd
niet zult gebruiken, bijvoorbeeld wanneer u met
vakantie gaat. Terwijl u weg bent zou er anders
waterlekkage kunnen optreden, wat zou kunnen leiden
tot schade aan uw eigendommen.
Voorkomen van letsel en brandwonden
LET OP
Deze zaken kunnen leiden tot letsel of zaakschade.
Houd uw vingers uit de
buurt van het scharnier
wanneer u de deur open of
dicht doet.
Klim niet op het apparaat.
Scharnier
7
Veiligheidsvoorzorgen
Wees voorzichtig dat u zich niet brandt wanneer u wast
met hoge temperaturen. De afvoerslang, de trommel,
het glas van de deur en het wasgoed zelf zullen heet
zijn.
Voorkomen van schade aan het apparaat en uw
wasgoed
LET OP
Gebruik het apparaat niet
wanneer de ankerbouten
er nog in zitten.
Dit kan leiden tot hevige
trillingen van het apparaat.
Was geen kleren die erg
vies zijn van plantaardige
olie, cosmetische olie of
vetten enz.
Dergelijke olie kan zeer
heet worden en de
deurafdichting
beschadigen, wat kan
leiden tot waterlekkage.
Ankerbouten
Deurafdichting
8
Uw wasmachine controleren
Deur
Trommel
(Wassen /
centrifugeerruimte)
Afvoerfilter (Blz.31)
Deurafdichting
Scharnier
Noodontgrendeling deur
(Blz.32)
Bedieningspaneel (Blz.10)
Wasmiddellade (Blz.12)
Waterinlaat (Blz.41)
Waterafvoerslang
(Blz.40, 41)
Ankerbouten
Blokhaken
(Blz.38)
Verstelbare voetjes
(Blz.39)
Netsnoer / netstekker
*
(Achterkant van het
apparaat)
* De vorm van de stekker hangt
mede af van het land waar u
het apparaat gekocht hebt.
Accessoires
Elleboogstuk (Blz.41) Afdekkapjes (2) (Blz.39)
Watertoevoerslang
*
(Blz.40, 41)
*Welke slang er meegeleverd wordt hangt mede af van de regio waar u het apparaat gekocht hebt.
Standaard slang Slang met
watertoevoerventiel
9
Voor gebruik
Voor u gaat wassen
Wanneer u het apparaat voor het eerst
gaat gebruiken, of nadat u het langere
tijd niet gebruikt heeft, moet u het
volgende controleren.
Of de watertoevoerslang en de
waterafvoerslang goed zijn
aangesloten. (Blz.40)
Of er geen problemen zijn met de
aansluiting van de
watertoevoerslang wanneer de
kraan open wordt gedraaid.
Of de netstekker goed is
aangesloten op het stopcontact.
Of er waterdruppels, of condens, in het
apparaat aanwezig is als gevolg van de
fabrieksinspectie voor het apparaat
verzonden werd. Ga als volgt te werk om
eventuele resten enz. weg te spoelen:
- “Cotton (Katoen)” programma
- Standaardinstelling 40 °C
- Geen wasmiddel, geen wasgoed
Lees de waslabels van de kleren en sorteer
ze op kleur, soort stof en hoe vuil ze zijn.
Dit helpt bij het kiezen van het juiste
programma en de juiste temperatuur.
Doe indien gewenst vlekverwijderaar
op moeilijke vlekken.
Sorteren
Was kleren die niet kleurecht zijn
apart. (spijkergoed, donker
gekleurde stoffen enz.)
Voor u kleren in de trommel doet
Om te voorkomen dat uw kleren beschadigd raken
of dat het apparaat storingen gaat vertonen, moet u
de volgende stappen uitvoeren.
Haal dingen die er niet in thuishoren
uit het wasgoed (munten, spelden,
paperclips, spijkers enz.).
Bind de banden van schorten enz. samen.
Kleding met verhoogde stof of
applicaties: binnenstebuiten keren.
Kleding met ritsen: doe de ritsen dicht
en keer de kleding binnenstebuiten.
Kleine kledingstukken, beugel-bh’s en
kledingstukken van kant: doe deze
kledingstukken in een wasnetje.
Verwijder haren (ook van dieren),
zand enz. van het wasgoed voor u
het gaat wassen
Zwaar bevuilde was of diepe vlekken:
Eerst licht met de hand voorwassen.
Controleer vóór gebruik
Voor u het apparaat voor
het eerst gaat gebruiken
Voorbereiden van het
wasgoed
10
Bedieningspaneel
1. Stroomtoetsen [On (Aan)] [Off
(Uit)]
2. Programmakeuzeknop
Gebruik deze knop om een programma
te selecteren dat geschikt is voor het
wasgoed in het apparaat. (Blz.18)
3. Display (Blz.11)
4. Start / Pauze toets [Start / Pause
(Pauze)]
Beginnen of pauzeren van de handeling.
5. Temperatuurtoets [ r °C]
Hiermee stelt u de temperatuur van
het waswater in. (Blz.24)
C (Koud) – 90 (90 °C)
6. Centrifugetoerentaltoets
[ M r/min]
Hiermee stelt u het toerental voor
het centrifugeren in. (Blz.25)
7. Tijd toets [ I Time (Tijd)]
Hiermee kunt u de tijd instellen
waarin de was klaar moet zijn.
(Blz.25)
8. Toetsen voor optionele functies
Gebruik de toetsen wanneer u wast
met één of meer van de optionele
functies of wanneer u het
Kinderslot instelt. (Blz.28)
B A : Child Lock (Kinderslot)
Houd “Mode (Instelling)”
tenminste 5 seconden ingedrukt
om de deur en de andere toetsen
te vergrendelen.
9. ECONAVI-lamp
Licht op of knippert terwijl het
“AutoCare” programma wordt
uitgevoerd. (Blz.23)
OPMERKING
Om de stroom uit en dan weer aan
te zetten, moet u op “Off (Uit)”
drukken en controleren of het
display uit is gegaan voor u het
apparaat weer aan zet.
Als u niet binnen 10 minuten nadat u
het apparaat aan heeft gezet op
“Start / Pause (Pauze)” drukt,
schakelt het apparaat zichzelf
automatisch uit.
Bedieningsorganen
3 4 25 6 7 8 19
Ongeveer
3 seconden
Gaat uit
11
Voor gebruik
Ter illustratie toont deze afbeelding alle aanduidingen tegelijk.
1. Vergrendeling
2. Proces
De bijbehorende indicator knippert
om te laten zien welk proces er
bezig is en gaat uit wanneer dat
proces klaar is.
3. Optionele functies
De geselecteerde optionele
functies worden weergegeven.
(Blz.26, 27)
4. Temperatuur
5. Centrifugetoerental
6. Timer
7. Resterende tijd
Deze indicator geeft aan hoeveel er
tijd er nog ongeveer over is tot het
apparaat klaar is.
Foutmelding
Er wordt een foutmelding getoond
wanneer er een storing optreedt.
(Blz.36)
Display
4 5 76
1
2
3
B : De deur is vergrendeld.
B A: De deur en de toetsen
zijn allemaal
vergrendeld (Child
Lock (Kinderslot)).
N wassen
K spoelen
M centrifugeren
O water afvoeren
Tiptoetsbediening
De toetsen voor de bediening van
het apparaat (met uitzondering
van de stroomtoetsen) zijn
uitgevoerd als tiptoetsen. Raak
de toets direct aan met uw vinger
(niet met handschoenen e.d.).
Wanneer er een bedieningstoets
wordt geraakt door bijvoorbeeld
een doek die nat is van water of
wasmiddel, dan kan het apparaat
een storing vertonen.
(bijv. U11)
12
Wasmiddel
Voeg wasmiddel enz. toe voor u op “Start / Pause (Pauze)” drukt.
Lees de gebruiksaanwijzing van het wasmiddel of andere toevoeging goed
door zodat u de juiste hoeveelheid gebruikt op basis van de hoeveelheid
wasgoed, hoe vuil het is en de hardheid van het water.
Wasmiddel, onthardingsmiddel, bleekmiddel, vlekverwijderaar
Wanneer u een trommelreinigingsmiddel
gebruikt, moet u dit ook in dit vak doen. (Blz.30)
Dit wordt automatisch
toegevoegd aan de was
tijdens de laatste
spoeling.
Hoeveelheid niet
boven de “MAX”
(95 ml) lijn
Bij gebruik van de “Prewash
(Voorwas)” functie (Blz.27)
Wasverzachter, stijfsel
Voorwasmiddel
LET OP
Gebruik dit apparaat niet zonder
de wasmiddellade.
Hierdoor zal er water uit het
apparaat lekken.
Wasmiddellade
13
Voor gebruik
Gebruik een wasmiddel dat weinig
schuim geeft.
Bij gebruik van een wasmiddel voor
temperaturen onder 20 °C (tot 15 °C),
raden we het “20°C Wash (20°C was)”
programma aan.
Voorkomen dat er waspoeder
achterblijft in de wasmiddellade:
Maak de binnenkant van de
wasmiddellade droog met een
doek.
• Maak klonten in het waspoeder fijn.
Als er toch geregeld waspoeder
achterblijft in de wasmiddellade,
kunt u het misschien beter direct in
de trommel doen.
Als u het wasmiddel vergeten bent
voor u begint te wassen:
Selecteer O met “Mode (Instelling)”
(Blz.26) om het water af te voeren
en begin vervolgens opnieuw.
OPMERKING
Doe geen wasmiddel in de
wasmiddellade als de
gebruiksaanwijzing aangeeft dat
u het direct in de trommel moet
doen.
Het wasmiddel zal dan mogelijk niet
vrij weg kunnen stromen zodat er
wasmiddel achterblijft in de
wasmiddellade, wat ertoe kan
leiden dat de lade overstroomt.
Voorwassen
U moet voor de voorwas en de
hoofdwas aparte wasmiddelen
gebruiken.
Gebruik een waspoeder voor de
hoofdwas. Een vloeibaar wasmiddel
zal al bij de voorwas worden
weggespoeld.
Als u in een gebied woont met hard (1,3
mmol/L hardheid of hoger), dan raden we u
aan een wateronthardingsmiddel te
gebruiken. Hierdoor vermindert u de
hoeveelheid wasmiddel die u nodig hebt en
voorkomt u kalkaanslag, waardoor het
apparaat op den duur beschadigd kan raken.
OPMERKING
Neem voor informatie over de hardheid
van uw water contact op met een
vakman in de buurt of uw waterbedrijf.
Voorkomt statische elektriciteit in het wasgoed.
Als er nog
wasverzachter
achterblijft in de
wasmiddellade
nadat de was
klaar is, moet u
de
wasverzachter verdunnen met water voor u
het in de wasmiddellade doet. (Doe niet meer
dan de maximale hoeveelheid in de lade.)
In de lade achtergebleven wasverzachter:
U kunt dit weghalen met een natte doek.
Als het moeilijk is om stijfsel in
de wasmiddellade te doen,
moet u het stijfsel eerst met water verdunnen
voor u het in de lade doet. (Doe niet meer dan
de maximale hoeveelheid in de lade.)
Na gebruik van stijfsel
1 Maak de wasmiddellade schoon.
(Blz.30)
2
Gebruik het “Rapid 15 (Kort 15 min)” programma
(Blz.19) zonder wasmiddel om eventuele
stijfselresten uit de trommel te verwijderen.
Wasmiddel Wateronthardingsmiddel
Wasverzachter
Stijfsel
Wasverzachter
Water
14
Wassen
Basismethode
OPMERKING
Zorg ervoor dat er geen wasgoed
in de deur beklemd raakt.
Hierdoor kan de deurafdichting
beschadigen.
Doe niet teveel wasgoed in de
trommel.
Dit kan leiden tot hevige trillingen of
schade aan het apparaat.
De deur openen terwijl de
wasmachine bezig is
(De deur is vergrendeld terwijl de
wasmachine bezig is.)
Bij het centrifugeren kan het
ongeveer 1 minuut duren voordat de
trommel helemaal gestopt is met
draaien.
3
2 1
Instellingen
veranderen
Gebruiken van optionele functies
Druk op “Pause
(Pauze)”.
(De deur wordt met een
klik ontgrendeld.)
15
Wassen
Voorbereidingen
Sorteer het wasgoed en doe het in
de trommel. (Blz.9)
Voeg het wasmiddel toe. (Blz.12)
OPMERKING
Kleuren kunnen doorlopen, dus haal
bont wasgoed uit de wasmachine
zodra het programma is afgelopen.
1
Zet de wasmachine aan.
2
Selecteer een
programma.
(Blz.18, 19)
De benodigde tijd zal op het
display verschijnen.
Instellingen veranderen
Gebruiken van optionele
functies
3
Laat het wassen
beginnen.
Wegen (ongeveer
30 seconden)
Display benodigde tijd
(herberekend)
Het wassen is klaar.
(De zoemer gaat en de deur
wordt ontgrendeld.)
Bij sommige programma’s wordt het
wasgoed niet eerst gewogen. (Blz.18, 19)
(Display tijdens
het wegen)
(bijv.)
Instellingen veranderen
Nadat u een programma hebt
geselecteerd, kunt u de volgende
instellingen nog veranderen.
Temperatuur ( Blz.24)
Centrifugetoerental ( Blz.25)
Timer ( Blz.25)
Gebruiken van optionele functies
Nadat u een programma hebt geselecteerd,
kunt u de volgende optionele functies
toevoegen aan het programma.
Prewash (Voorwas) (Blz.27)
Extra Rinse (Extra spoelen)
(Blz.27)
Easy Iron (Anti-kreukel)
(Blz.27)
Speed (Snelheid)/Eco
(Blz.27)
Mode (Instelling) (Blz.26)
(Stel zelf in hoe lang er
gewassen, gespoeld en
gecentrifugeerd moet worden.)
OPMERKING
De instellingen die u kunt
veranderen en de optionele functies
die u kunt toevoegen hangen mede
af van het gekozen programma.
( Blz.20, 21)
16
Wassen
Milieuvriendelijk wassen
Het wassen kost minder energie en
minder water, maar duurt langer.
(Blz.46)
2
4 3
1
Het programma instellen voor een
lager energieverbruik
De volgende aanwijzingen kunnen u
helpen bij het begrijpen van de
waarden voor het energieverbruik
van de standaardprogramma’s. De
standaardprogramma’s worden
vermeld als “standaardprogramma
voor katoen op 60 °C” en
“standaardprogramma voor katoen
op 40 °C” in de EU-verordeningen
1015/2010 en 1061/2010.
Deze programma’s zijn geschikt
voor het reinigen van normaal vuil
katoenen wasgoed en zijn de meest
efficiënte programma’s wat betreft
het gecombineerde verbruik van
energie en water voor het wassen
van deze soort katoenen wasgoed.
De daadwerkelijke
watertemperatuur kan verschillen
van de aangegeven temperatuur.
17
Wassen
Voorbereidingen
Sorteer het wasgoed en doe het in de trommel. (Blz.9)
Voeg het wasmiddel toe. (Blz.12)
1
Zet de wasmachine aan.
2
Selecteer het “Cotton (Katoen)”
programma.
3
Druk twee keer op “Speed
(Snelheid) / Eco”.
F licht op en de “Eco” stand is nu
ingeschakeld.
OPMERKING
Druk om te wassen op 60 °C op r °C”
en stel in op 60 °C.
4
Laat het wassen beginnen.
Het wassen is klaar.
De zoemer gaat en de deur wordt
ontgrendeld.
Licht op
18
Programmalijst
OPMERKING
De tijd die nodig is hangt mede af van de temperatuur, de waterdruk, de
toestand van de afvoer en hoeveel wasgoed er in de wasmachine zit.
Programma Beschrijving
Maximale lading
Tijd
*1
140XR1 168XR1 140XR1 168XR1
Textielsoort
X
Cotton
(Katoen)
Dagelijkse was voor katoen,
linnen en gemengde weefsels.
10 kg 8 kg
2:10 -
3:40
1:55 -
3:05
a
Easy-care
(Synthetisch)
Fijne was voor katoen, linnen
en synthetische vezels.
5 kg 4 kg
1:34 -
2:52
1:34 -
2:32
Y
Delicates
(Fijne was)
Fijne was voor synthetische
vezels, afgevende stof, kant,
enz. Voorkomt schade.
5 kg 4 kg
1:01 -
1:06
1:01 -
1:06
V
Bedding
(Beddengoed)
*2
Wasprogramma voor grote volumes
zoals dekens, beddenlakens,
gordijnen, grand foulards en spreien.
3 kg 3 kg 1:02 1:02
i
Wool
(Wol)
*2
Fijne was voor wollen en wol
bevattende kleding in handwas of
machinewas. Voorkomt krimpen.
2 kg 2 kg 0:40 0:40
h
Silk/Lingerie
(Zijde/Lingerie)
*2
Wasprogramma voor wasbare zijde
en lingerie. Zeer fijn wasprogramma
voor delicate kleding.
2 kg - 0:40 -
c
Mixed
(Gemengd)
Gemengde was voor verschillende soorten
kleding, zoals katoen, linnen, synthetisch.
10 kg -
1:36 -
2:16
-
W
Colours
(Bonte was)
Wasprogramma voor gekleurd katoen of
gemengde weefsels, waarbij kleurvervaging of
het afgeven van kleuren voorkomen wordt.
5 kg 4 kg
1:06 -
1:31
1:06 -
1:21
U
Baby-care
(Babykleding)
Wasprogramma voor babykleding,
-ondergoed, -beddengoed,
handdoeken, enz. die beter
uitgespoeld moeten worden.
5 kg -
1:39 -
2:14
-
k
Skin-care
(Huidverzorgend)
Wasprogramma voor mensen met
zeer gevoelige huid.
- 4 kg -
1:39 -
1:59
g
Shirts
(Overhemden)
*2
Wasprogramma voor kraag-en
manchetvlekken in overhemden
en blouses. Voorkomt kreuken.
2 kg 2 kg 1:16 1:16
l
Sportswear
(Sportkleding)
*2
Wasprogramma voor
synthetische sportkleding.
3 kg 3 kg 1:38 1:38
d
Outdoor
(Outdoorkleding)
*2
Wasprogramma voor synthetische
en met waterafstotende middelen
behandelde buitenkleding.
- 3 kg - 1:48
Z
Denim
*2
Zeer fijne was voor spijkerstofkleding.
Vermindert kleurvervaging.
- 2 kg - 1:03
19
Wassen
*1 Voor de standaard watertemperatuur van elk programma.
*2 De was wordt niet gewogen nadat u op “Start / Pause (Pauze)” heeft gedrukt.
De wasmachine begint onmiddellijk te wassen.
*3 De vereiste tijd (140XR1: 3:15, 168XR1: 2:43) die wordt getoond na het
starten van de werking, kan korter of langer uitvallen afhankelijk van het
resultaat van de sensordetectie.
Programma Beschrijving
Maximale lading
Tijd
*1
140XR1 168XR1 140XR1 168XR1
Energie besparen
w
AutoCare
Wasprogramma dat elke
wasbeurt automatisch
afstemt door gebruik van
intelligente
sensortechnologie.
Zorgt voor ideale verzorging
van het wasgoed met een
perfect schoon resultaat en
optimaal verbruik van water
en energie
- zonder handmatige
instellingen.
10 kg 8 kg
1:10 -
4:22
*3
0:58 -
3:44
*3
T
20°C Wash
(20°C was)
Wasprogramma voor licht
bevuild katoen- en
linnenmengsels op een
zeer lage temperatuur.
5 kg 4 kg
1:21 -
1:36
1:21 -
1:36
Tijd besparen
e
Quick 50
(Kort 50 min)
50 min. snelwasprogramma
voor licht bevuilde katoen-
en linnenweefsels.
5 kg 4 kg
0:47 -
0:50
0:47 -
0:50
j
Rapid 15 (Kort
15 min)
*2
15 min kort
wasprogramma voor een
kleine hoeveelheid licht
bevuilde was.
2 kg 2 kg 0:15 0:15
Overig
b
Memory
(Geheugen)
Aangepast
wasprogramma voor
linnen, katoen en
gemengde weefsels.
Onthoudt de instellingen
die u invoert.
10 kg 8 kg - -
20
Details van de programma’s
Instellingen
Programma
Aanbevolen
programma
Automatische instelling
140XR1 168XR1 Temperatuur
Spoelgangen
Centrifugetoerental
140XR1 168XR1
Textielsoort
X
Cotton
(Katoen)
40 °C 3
*3
1400 1600
a
Easy-care
(Synthetisch)
40 °C 3
*3
1200 1200
Y
Delicates
(Fijne was)
40 °C 2 800 800
V
Bedding
(Beddengoed)
30 °C 2 800 800
i
Wool (Wol)
30 °C 3 500 500
h
Silk/Lingerie
(Zijde/Lingerie)
- 30 °C 3 500 -
c
Mixed
(Gemengd)
- 40 °C 2 1400 -
W
Colours
(Bonte was)
40 °C 2 1200 1200
U
Baby-care
(Babykleding)
- 40 °C 3 1200 -
k
Skin-care
(Huidverzorgend)
-
40 °C 3 - 1200
g
Shirts
(Overhemden)
40 °C 2 500 500
l
Sportswear
(Sportkleding)
40 °C 2 800 800
d
Outdoor
(Outdoorkleding)
-
30 °C 3 - 800
Z
Denim -
30 °C 2 - 800
Energie besparen
w
AutoCare
Automatisch
(30 - 43 °C)
Automatisch
(2 - 3)
Automatisch
(1400)
Automatisch
(1400)
T
20°C Wash
(20°C was)
20 °C 2 1400 1600
Tijd besparen
e
Quick 50
(Kort 50 min)
40 °C 2 1200 1200
j
Rapid 15
(Kort 15 min)
30 °C 1 800 800
Overig
b
Memory
(Geheugen)
40 °C 3
*3
1400 1600
*1 : Koud: C licht op
*2 : Kan niet worden ingesteld op 20 °C.
21
Wassen
Instelbereik (Blz. 24, 25)
Beschikbare opties
(Blz. 26, 27)
Temperatuur
*1
Centrifugetoerental
Mode
(Instelling)
Speed
(Snelheid)
/Eco
Easy Iron
(Anti-
kreukel)
Extra Rinse
(Extra
spoelen)
Prewash
(Voorwas)
140XR1 168XR1
Koud - 90 °C
500 -
1400
500 -
1600
Koud - 60 °C
*2
500 -
1200
500 -
1200
Koud - 40 °C
*2
500 -
800
500 -
800
-
Koud - 40 °C
*2
500 -
800
500 -
800
-
-
Koud - 40 °C
*2
500 500
- -
-
Koud - 40 °C
*2
500 -
- -
-
Koud - 40 °C
*2
500 -
1400
-
Koud - 40 °C
*2
500 -
1400
500 -
1600
Koud - 90 °C
*2
500 -
1200
-
Koud - 90 °C
*2
-
500 -
1200
Koud - 60 °C
*2
500 -
800
500 -
800
Koud - 40 °C
*2
500 -
1200
500 -
1200
Koud - 40 °C
*2
- 800
-
Koud - 40 °C
*2
-
500 -
1200
- - - - - - - -
Koud, 20 °C
500 -
1400
500 -
1600
-
Koud - 60 °C
*2
500 -
1400
500 -
1600
-
Koud - 30 °C
*2
500 -
800
500 -
800
- - - - -
Koud - 90 °C
500 -
1400
500 -
1600
*3 :
Als de “Speed (Snelheid) / Eco” functie wordt geselecteerd, zal de machine het
aantal spoelgangen automatisch verminderen van drie naar twee.
22
Tips voor de programma’s
Bij het wassen
Leg de kledingstukken plat op
elkaar in de trommel.
Gebruik een mild vloeibaar wasmiddel
voor wollen kledingstukken.
Gebruik de “Extra Rinse (Extra spoelen)”
functie om de was goed te spoelen. (Blz.27)
Bij het drogen
Als kledingstukken krimpen in de was
U kunt uw eigen programma samenstellen op
basis van de standaardinstellingen in het “Cotton
(Katoen)” programma. Selecteer het “Memory
(Geheugen)” programma, maak de gewenste
instellingen en start het programma. Later kunt u
dit door u ingestelde programma weer opnieuw
gebruiken door eenvoudigweg het “Memory
(Geheugen)” programma weer te kiezen.
Wasbare items
OPMERKING
U kunt slechts 1 item tegelijk wassen.
U kunt geen dingen wassen die
gemaakt zijn van wol, zijde of
langharig imitatiebont.
U kunt geen elektrische dekens wassen.
Gebruik geen wasnet. (Hierdoor kan de
trommel niet meer goed draaien.)
Een deken in de trommel doen
OPMERKING
Rol de deken of sprei niet op en
vouw hem niet lukraak op.
Dit kan leiden tot hevige trillingen
die het apparaat of uw wasgoed
kunnen beschadigen.
“Wool (Wol)”, “Silk/Lingerie (Zijde/
Lingerie)” en “Delicates (Fijne was)”
Leg wollen en nylon kledingstukken plat neer.
Hang witte of lichtgekleurde wollen en
nylon kledingstukken te drogen in de
schaduw. (Houd ze uit direct zonlicht.)
Gebruik
klerenhangers voor
overhemden,
blouses en broeken.
1
Spreid het kledingstuk uit tot de
oorspronkelijke grootte op een strijkplank.
2
Gebruik spelden om het
op deze grootte en in de
juiste vorm te houden.
3
Strijk het kledingstuk
met veel stoom en
laat het kledingstuk
vervolgens drogen.
“Memory (Geheugen)”
“Bedding (Beddengoed)”
Volg de instructies op de waslabels.
Dekbedden Dekens
Spreien Lakens
Slopen
Maximum afmetingen
140XR1: 2,00 x 2,20 m
168XR1: 1,40 x 2,20 m
Beide uiteinden aan de achterkant
van de trommel
23
Wassen
Wasbare items
Items met de S (wassen), P
(handwas) of Q (niet stomen)
markering op het label.
Synthetische stoffen voor gebruik
buitenshuis, bijvoorbeeld,
regenkleding, jassen en broeken.
Items die niet gewassen kunnen worden
Kleding met katoenen voering of
vulling, of met donsvulling
Slaapzakken en slopen van
synthetische stof
OPMERKING
Doe voor het wassen eventuele
ritsen en knopen van de kleding
dicht.
Was de kleding niet apart in een
wasnet, want hierdoor zal de lading
uit balans raken en kan het wassen
niet soepel verlopen.
Waterafstotende afwerkingen kunnen
na verloop van tijd uitgewassen worden.
Om de waterafstotende eigenschappen
te herstellen, kunt u proberen de kleding
op een lage temperatuur strijken, of te
drogen in een wasdroger, of een in de
handel verkrijgbaar middel gebruiken
om de kleding weer waterafstotend te
maken. Als u een dergelijk middel
gebruikt, moet u de instructies volgen
die gelden voor dat product, of de
instructies die gelden voor het
kledingstuk.
We raden u aan om handdoeken
voor het apparaat te leggen
wanneer u waterafstotende kleding
eruit haalt na het centrifugeren,
want er kan water uit de kleding
druipen.
Programma dat automatisch het wasprogramma aanpast
aan elke was met behulp van intelligente ECONAVI
sensoren. Zorgt voor ideale verzorging van het wasgoed
met een perfect schoon resultaat en optimaal verbruik van
water en energie - door zelf het soort was, hoe vuil het is en
het soort wasmiddel te detecteren.
Wasbare items
Katoen en synthetische vezels voor dagelijks gebruik
kunnen worden gewassen op 30 °C of 40 °C.
Voor hieronder vermeld wasgoed bevelen
we onze speciale programma’s aan:
*1 Voor de NA-140XR1
*2 Voor de NA-168XR1
ECONAVI-lamp
Licht op terwijl het “AutoCare” programma wordt
uitgevoerd. Het groene lampje knippert terwijl de
ECONAVI sensoren bezig zijn met de detectie.
OPMERKING
Resultaat ECONAVI sensordetectie
De watertemperatuur kan worden aangepast;
er wordt een lagere wastemperatuur
geselecteerd voor wasgoed dat niet erg vuil
is, of een hogere temperatuur voor een erg
vuile was (30 - 43 °C).
Tijdens het gebruik is het mogelijk dat de
aanduiding van de resterende tijd verandert
vanwege het resultaat van de detectie.
“Outdoor (Outdoorkleding)”
“AutoCare”
Textielsoorten /
kledingstukken
Aanbevolen
programma
Wol Wool (Wol)
Zijde Wool (Wol)
Silk/Lingerie
(Zijde/Lingerie)
*1
Overhemden
Shirts (Overhemden)
Bonte was
Colours (Bonte was)
Denim Denim
*2
Beddengoed
Bedding (Beddengoed)
Fijne was
Synthetische vezels,
satijn, kant, met opdruk,
met versieringen enz.
Delicates (Fijne was)
24
Veranderen van programma-instellingen
U kunt de temperatuur waarmee wordt
gewassen veranderen aan de hand
van het soort wasgoed of hoe vuil het
is.
Nadat u een bepaald programma
heeft geselecteerd, kunt u de
temperatuur en de eindtijd van het
programma zelf aanpassen.
Voorbereidingen
Sorteer het wasgoed en doe het in
de trommel. (Blz.9)
Voeg het wasmiddel toe. (Blz.12)
1
Zet de wasmachine aan.
2
Selecteer een
programma.
(Blz.18, 19)
3
Verander de instellingen van
het programma.
Het instelbereik hangt af van
het programma.
(Blz.20, 21)
4
Laat het wassen
beginnen.
Veranderen van de temperatuur
r °C
3
Drukken.
De op het display aangegeven
temperatuur verandert met elke
druk op deze toets.
Instelbereik
C (Koud) - 90 °C (9 niveaus)
Richtlijn voor deze instelling
Hogere temperatuur
Witgoed, katoen, erg vuil
wasgoed
Lagere temperatuur
Bontgoed, was die snel kan
krimpen, niet erg vuil wasgoed
25
Optionele functies
Verander het centrifugetoerental om
de was beter te drogen of om
kreukelen tegen te gaan.
OPMERKING
U kunt het centrifugetoerental nog
veranderen nadat het programma al
is begonnen, totdat het wasproces
is afgelopen. Pauzeer het
programma en voer de stappen 3 en
4 uit.
U kunt instellen wanneer het
programma klaar moet zijn.
Controleren van een vooraf
ingestelde tijd
Instellingen annuleren
OPMERKING
Gebruik geen wasmiddel dat slecht
oplost, want dit kan aankoeken voor
het wassen begint zodat het niet in
de trommel gespoeld kan worden.
U kunt de eindtijd niet instellen voor
de “Wool (Wol)” en “Silk/Lingerie
(Zijde/Lingerie)” programma’s.
Veranderen van het centrifugetoerental
M r/min
3
Drukken.
Het op het display aangegeven
centrifugetoerental verandert met
elke druk op deze toets.
Instelbereik
NA-140XR1:
500 - 1400 t/min (5 niveaus)
NA-168XR1:
500 - 1600 t/min (6 niveaus)
Richtlijn voor deze instelling
Hoger toerental:
Drogere was
Lager toerental:
Minder kreukels
Instellen van de eindtijd van het programma
I Time (Tijd)
3
Drukken.
De op het display aangegeven
tijd verandert met elke druk op
deze toets.
Houd “I Time (Tijd)” ingedrukt
om de tijd doorkopend te laten
veranderen.
Instelbereik
Maximaal 24 uur (in stappen van
1 uur)
Drukken.
Zet de wasmachine uit.
(Alle instellingen worden
hierdoor geannuleerd.)
26
Wassen met optionele functies
U kunt zelf een combinatie van was-,
spoel- en centrigugeprocessen
selecteren en in werking stellen.
*1 Als er nog water in de trommel is,
wordt dit eerst afgevoerd.
*2 Er zal spoelwater in de trommel
achterblijven.
Met elk programma kunt u
combinaties van optionele functies
gebruiken.
Voorbereidingen
Sorteer het wasgoed en doe het in
de trommel. (Blz.9)
Voeg het wasmiddel toe. (Blz.12)
1
Zet de wasmachine aan.
2
Selecteer een
programma.
(Blz.18, 19)
3
Voeg een optionele functie
toe.
De mogelijke opties hangen
af van geselecteerde
programma. (Blz.20, 21)
Er zal een alarm klinken als u
een optie kiest die niet
beschikbaar is.
4
Laat het wassen
beginnen.
Selecteren en in werking
stellen van aparte
processen
t Mode (Instelling)
3
Drukken.
De aanduiding op het display
verandert met elke druk op deze
toets.
K
*1*2
Aantal keren spoelen
M
*1
Centrifugeren
N K
*2
Wassen en spoelen
K M
*1
Spoelen en centrifugeren
O Water afvoeren
N K M Zoals geprogrammeerd
27
Optionele functies
U kunt kiezen of u snel wilt wassen of
energie wilt besparen.
Als u wilt voorkomen dat er wasmiddel
achterblijft in uw wasgoed, dan kunt u
een extra spoelgang toevoegen.
OPMERKING
U kunt de “Extra Rinse (Extra spoelen)”
instelling nog veranderen nadat het
programma al is begonnen, totdat het
wasproces is afgelopen. Pauzeer het
programma en voer de stappen
3
en
4
uit.
Beperkt het centrifugetoerental tot 800
t/min of minder om kreukels te
verminderen en het strijken te
vergemakkelijken.
OPMERKING
U kunt de “Easy Iron (Anti-kreukel)”
instelling nog veranderen nadat het
programma al is begonnen, totdat het
wasproces is afgelopen. Pauzeer het
programma en voer de stappen
3
en
4
uit.
Wanneer het wasprogramma klaar is,
zal de trommel nog 30 minuten lang, of
tot de deur geopend wordt, zo nu en dan
een keertje ronddraaien om in elkaar
gedraaid wasgoed los te maken of te
houden. Als het apparaat detecteert dat
de lading niet in balans is tijdens de
laatste keer centrifugeren, is het
mogelijk dat deze handeling niet verricht
wordt omdat het centrifugetoerental
automatisch zal worden verlaagd.
U kunt het wasgoed twee keer laten
wassen met een voorwas. Dit komt
van pas wanneer de was erg vuil is.
Tijd besparen, energie besparen
L Speed (Snelheid) / F Eco
3
Drukken.
De aanduiding op het display
verandert met elke druk op deze
toets.
L Speed
(Snelheid)
De wastijd is korter;
geschikt voor licht
bevuild wasgoed.
F Eco Het wassen kost
minder energie en
minder water, maar
duurt langer.
gaat uit Zoals geprogrammeerd
Goed spoelen
G Extra Rinse (Extra spoelen)
3
Drukken.
G licht op (ingeschakeld) of gaat
uit met elke druk op de toets.
Kreukels verminderen
E Easy Iron (Anti-kreukel)
3
Drukken.
E licht op (ingeschakeld) of gaat
uit met elke druk op de toets.
Voorwas
J Prewash (Voorwas)
3
Drukken.
J licht op (ingeschakeld) of gaat
uit met elke druk op de toets.
28
Veranderen van instellingen van het apparaat
U kunt de zoemer aan het eind van
een programma uitschakelen.
Inschakelen
Doe hetzelfde als u deed bij het
uitschakelen. Er zullen twee
pieptonen klinken ten teken dat de
zoemer nu weer aan staat.
U kunt de deur vergrendelen om te
voorkomen dat kinderen de deur open
kunnen maken. De bedieningstoetsen
worden hierdoor ook vergrendeld.
Uitschakelen
OPMERKING
Negeer de pieptonen en houd
“Mode (Instelling)” ingedrukt tot het
kinderslot is uitgeschakeld.
Annuleren van de zoemer
Buzzer (Zoemer)
1
Zet de wasmachine aan.
2
Houd ongeveer 5 seconden
lang tegelijk ingedrukt.
Er zal een pieptoon klinken ten
teken dat de zoemer nu uit staat.
Instellen van het Kinderslot
Child Lock (Kinderslot)
1
Zet de wasmachine aan.
2
Tenminste
5 seconden ingedrukt
houden.
(B A licht op.)
Tenminste 5 seconden
ingedrukt houden.
(B A verdwijnt.)
29
Onderhoud Optionele functies
Onderhoud
Maak het filter schoon als de
watertoevoer onvoldoende is.
1 Draai de kraan dicht.
2 Zet de wasmachine aan en start het
“Cotton (Katoen)” programma
zonder wasgoed of wasmiddel in de
machine. (Blz.17)
3 Zet de wasmachine na 1 minuut uit.
Het water is uit de
watertoevoerslang gepompt.
4 Verwijder de watertoevoerslang en
maak het watertoevoerfilter schoon.
Als de slang is voorzien van een
watertoevoerventiel of -klep
Verwijder de slang ook van de kraan
en maak het watertoevoerfilter aan die
kant ook schoon.
1 Wikkel warme doeken rond de
aansluitingen van de
watertoevoerslang.
2 Doe 2 tot 3 liter heet water
(ongeveer 50 °C) in de trommel.
3 Selecteer D in “Mode (Instelling)”
(Blz.26) en laat het proces
beginnen.
OPMERKING
Als het apparaat wordt afgeleverd
terwijl het vriest, moet u het
ongeveer 24 uur binnen laten staan
voor u het gaat gebruiken. Hierdoor
zal eventueel gevormd ijs in de
watertoevoer kunnen smelten.
Watertoevoerfilter
Watertoevoerfilter
Borstel enz.
Watertoevoerfilter
Filter
Slang voorzien van
watertoevoerventiel
Als de watertoevoerslang bevroren is
Aansluitingen
Watertoevoerslang
30
Onderhoud (vervolg)
Was de wasmiddellade met water.
In aangekoekt wasmiddel kan zich
schimmel vormen.
1 Trek de wasmiddellade uit.
2 Verwijder de afdekking voor de
wasverzachter.
3 Was de wasmiddellade met water.
4
Doe de afdekking voor de
wasverzachter en de wasmiddellade
weer terug op hun plaats.
Gebruik een zachte doek om water of
vuil te verwijderen.
OPMERKING
Maak het apparaat niet nat.
Deurafdichting en venster
Veeg pluizen of andere dingen weg.
Apparaat
Neem af met een doek en een mild
huishoudelijk reinigingsmiddel.
Gebruik één keer per maand het
“Cotton (Katoen)” programma op 60 °C
zonder dat er iets in de trommel zit. Dit
gaat bacteriegroei tegen en voorkomt
de vorming van vreemde geurtjes.
OPMERKING
Als u een trommelreinigingsmiddel
of bleekmiddel gebruikt, moet u
ongeveer 30 ml daarvan in het
wasmiddelvak van de
wasmiddellade doen. (Blz.12)
Als u een ontkalkingsmiddel
gebruikt, moet u de
gebruiksaanwijzing van dat middel
volgen.
Wasmiddellade
Afvoerfilterdeksel
Trommel
Kraan
Netstekker
Wasmiddellade
Venster
Afvoerfilter
Deurafdichting
Apparaat
Trommel
31
Onderhoud
Verwijder één keer per maand de
pluizen uit het afvoerfilter. Door
opgehoopte pluizen kan de afvoer
gehinderd worden.
1 Schakel het apparaat uit en haal de
stekker uit het stopcontact.
2 Open het afvoerfilterdeksel met een
gewone schroevendraaier en
verwijder het deksel.
3
Trek de trechter eruit en plaats een
bak om het afvoerwater op te vangen.
4
Draai het afvoerfilter langzaam los zodat
er geen al te grote hoeveelheden water
tegelijk vrijkomen.
5 Trek het afvoerfilter uit de machine.
6 Verwijder pluizen en vuil.
7
Draai het afvoerfilter weer vast tot het
niet verder kan. (twee omwentelingen)
8 Doe het afvoerfilterdeksel weer
terug op zijn plaats.
Afvoerfilter
LET OP
Verwijder het afvoerfilter niet als er
nog water in de trommel staat,
bijvoorbeeld wanneer de
wasmachine nog bezig was. Als u
dit toch doet, kan er een grote
hoeveelheid water (mogelijk zeer
heet) uit de machine komen.
Afvoerfilterdeksel
Trechter
Bak
Afvoerfilter
32
De deur openen in een noodgeval
Wanneer u de deur niet kunt openen
vanwege een stroomstoring, of
wanneer er een foutmelding die begint
met een “H” wordt gegeven, kunt u de
deur op de volgende manier toch open
maken.
1 Zet de wasmachine uit en maak het
afvoerfilterdeksel open. (Blz.31)
2 Als er nog water in de trommel
staat, moet u dit verwijderen door
het afvoerfilter te verwijderen.
(Blz.31)
3 Trek de noodontgrendeling van de
deur naar beneden.
De deur wordt ontgrendeld zodat u
hem open kunt maken.
Noodontgrendeling deur
LET OP
Wanneer er met hoge
temperaturen wordt gewerkt,
bestaat er een risico op
brandwonden.
- Doe dit alleen wanneer de
temperatuur voldoende is
gedaald.
Er is bestaat gevaar voor letsel
wanneer u uw hand in de
trommel steekt terwijl deze nog
draait.
- Doe dit alleen wanneer de
trommel niet meer draait.
Als u de deur opent terwijl u in het
venster van de deur kunt zien dat
er water in de trommel zit, dan
kan dit water uit de machine
lekken.
- Voer het water eerst af door het
afvoerfilter te verwijderen.
(Blz.31)
33
Oplossen van problemen
Oplossen van problemen
Probleem Oorzaak en oplossing
Apparaat
De toetsen doen het
niet
- Er kunnen geen instellingen worden veranderd terwijl de
machine bezig is. Alleen het centrifugetoerental, en de
“Extra Rinse (Extra spoelen)” en “Easy Iron (Anti-kreukel)”
instellingen kunnen worden veranderd wanneer het wassen
wordt gepauzeerd.
- Het kinderslot (B A) is ingeschakeld. (Blz.28)
De deur gaat niet
open
- De deur is vergrendeld terwijl de machine bezig is.
(Blz.14)
- Het kinderslot (B A) is ingeschakeld. (Blz.28)
- De temperatuur in de trommel is misschien erg hoog.
- Het waterniveau is misschien te hoog.
De deur onmiddellijk openen
(1) Zet het apparaat uit en dan weer aan. (Blz.10)
(2) Selecteer het “Cotton (Katoen)” programma.
(3) Selecteer O in “Mode (Instelling)” (Blz.26) en laat
het proces beginnen.
- Als u het apparaat uit zet, of als er een stroomstoring is
terwijl de deur nog is vergrendeld, dan zal de deur
vergrendeld blijven tot de stroom weer wordt
ingeschakeld.
Ongewone geur
- Rubberen onderdelen kunnen een geur afgeven
wanneer u het apparaat voor het eerst gebruikt, maar na
verloop van tijd zal deze geur verdwijnen.
- Draai een was op 60 °C om de trommel schoon te
maken. (Blz.30)
Wassen
Het apparaat krijgt
geen water
- De kraan staat misschien dicht.
- De watertoevoer is misschien onderbroken.
- De watertoevoerslang is misschien bevroren. (Blz.29)
- Het watertoevoerfilter is misschien verstopt. (Blz.29)
Tijdens het wassen
hoopt zich water op
in de machine
- Dit is normaal. Er wordt automatisch water toegevoerd
als het waterniveau zakt.
Tijdens het wassen
wordt er water
afgevoerd
- Als er teveel schuim is, wordt er water afgevoerd en vers
water aangevoerd om het schuim te verwijderen. Dit is
de zogenaamde schuimdetectiefunctie.
- Ook als er water direct in de trommel wordt gebracht is het
mogelijk dat dit wordt afgevoerd zonder dat het zich verzamelt.
De watertoevoer
stopt en het water
wordt afgevoerd
- De watertoevoer wordt automatisch gestopt wanneer
het water in de trommel een bepaald niveau bereikt en
het is mogelijk dat er wat water wordt afgevoerd. Dit is
de zogenaamde overstromingsdetectiefunctie.
34
Oplossen van problemen (vervolg)
Probleem Oorzaak en oplossing
Spoelen / centrifugeren
Er wordt geen water
toegevoerd in de trommel
tijdens het spoelen
- Voor het spoelen zal het apparaat kort centrifugeren om resterend water af
te voeren. De trommel wordt vervolgens gevuld met vers water.
Het spoelen begint
voor het
centrifugeren is
afgelopen
- Als het apparaat detecteert dat de lading niet in balans is, zal er
automatisch worden begonnen met spoelen om dit te corrigeren.
- Als er na het wassen nog teveel schuim is achtergebleven, wordt het
water afgevoerd en wordt de trommel opnieuw gevuld om het schuim
weg te spoelen. Dit is de zogenaamde schuimdetectiefunctie.
Tijdens het centrifugeren
stopt de trommel en
draait dan een paar keer
heen en weer
- Dit is normaal. Als het apparaat detecteert dat de lading niet in balans
is, zal er automatisch worden geprobeerd om dit te corrigeren.
- Het wasgoed is misschien te licht.
Probeer een of twee badhanddoeken erbij te doen.
De was wordt niet goed
gecentrifugeerd. De
was is nog nat na het
centrifugeren
- Dit is normaal. Als het apparaat detecteert dat de lading
niet in balans is tijdens de laatste keer centrifugeren, zal
het centrifugetoerental automatisch worden verlaagd.
Er blijft schuim of water
achter op de deur of
deurafdichting
- Er kan wat schuim of water achterblijven afhankelijk van de
toestand van het wasgoed of het gebruikte wasmiddel. Verwijder
het schuim of het water voor u het wasgoed uit de trommel haalt.
Het wasgoed blijft aan
de trommel plakken
- Als de “Eco” of “Speed (Snelheid)” functie is gebruikt
met een grote hoeveelheid wasgoed, is het mogelijk dat
het wasgoed aan de trommel blijft plakken.
Tijd
De aangegeven
resterende tijd
verandert
- De aanduiding op het display is alleen maar een richtlijn
en wordt doorlopend bijgesteld.
- De resterende tijd kan verlengd worden als de instellingen voor het
spoelen of centrifugeren zijn veranderd, of wanneer het apparaat
detecteert dat de lading niet in balans is en probeert dit te corrigeren.
- In het “AutoCare” programma kan de resterende tijd korter of
langer uitvallen dan oorspronkelijk aangegeven.
Wasmiddelen en schuimvorming
Er is niet genoeg /
teveel schuim
- De hoeveelheid schuim hangt mede af van de temperatuur,
de hoeveelheid water en de hardheid van het water.
De volgende oorzaken kunnen leiden tot minder
schuim
- Het waspoeder is misschien direct in de trommel gedaan.
Waspoeder hoort in de wasmiddellade gedaan te
worden. (Blz.12)
- Er is misschien te weinig wasmiddel gebruikt.
- Het wasgoed is misschien te vuil.
- Er zit misschien teveel wasgoed in de machine.
De volgende oorzaken kunnen leiden tot meer
schuim
- Er is misschien teveel wasmiddel gebruikt.
35
Oplossen van problemen
Wasmiddelen en schuimvorming
De wasverzachter
stroomt uit het vak
- Er is misschien teveel wasverzachter, tot boven de
“MAX” lijn, in de wasmiddellade gedaan. (Blz.12)
- De wasmiddellade is misschien te hard dicht gedaan
zodat er wat wasverzachter over de rand is geklotst.
Er zit waspoeder op
het wasgoed na het
wassen
- Het waspoeder is misschien direct in de trommel
gedaan.
Waspoeder hoort in de wasmiddellade gedaan te
worden. (Blz.12)
Geluiden
Er is een ongewoon
geluid of ongewone
trilling
- Er zit misschien iets van metaal in de trommel.
- Misschien zijn de ankerbouten nog niet verwijderd.
( Blz.38)
- Het apparaat staat misschien scheef of op een
instabiele ondergrond.
Als geen van de bovenstaande oorzaken van toepassing
is, moet u contact opnemen met uw plaatselijke
klantenservicedienst.
Er is geluid
wanneer het water
wordt afgevoerd
- Dit is normaal. Dit is het geluid van de afvoerpomp die
bezig is.
Overig
Er is een
stroomstoring
terwijl de
wasmachine bezig
is
- Begin vanaf het begin wanneer de stroomvoorziening is
hersteld.
De
aardlekschakelaar
of stop slaat door
terwijl de
wasmachine bezig
is
- Spoor het probleem dat geleid heeft tot het doorslaan
van de aardlekschakelaar of stop op en los dit probleem
op. Zet de aardlekschakelaar weer aan of vervang de
stop en begin vanaf het begin.
De watertoevoer
wordt onderbroken
- Nadat de watertoevoer hersteld is, kan het water korte
tijd een vreemde kleur hebben.
Koppel de watertoevoerslang los, laat de kraan lopen
tot het water geen vreemde kleur meer heeft en sluit
dan de watertoevoerslang weer aan. (Blz.41)
Het display is
moeilijk af te lezen
- Het apparaat staat misschien in een hel verlichte ruimte
of in de zon.
Probleem Oorzaak en oplossing
36
Foutmelding
Afpompen
onmogelijk
Wat te doen
Controleer de afvoerslang op een van de volgende problemen.
- Slang is verstopt.
- Uiteinde van slang ligt onder water.
- Slang is langer dan 3 m.
- Het water is bevroren.
Maak het afvoerfilter schoon als dit verstopt is. (Blz.31)
Als het probleem is opgelost, open dan de deur en sluit deze weer.
Druk dan op start om de machine opnieuw op te starten.
Deur is open
Wat te doen
Zorg ervoor dat de deur goed sluit.
Sluit de deur goed dicht en druk op Start.
Geen
watertoevoer
Wat te doen
Controleer op een van de volgende problemen.
- De kraan is afgesloten.
- De watertoevoer of -slang is bevroren.
- De watertoevoer is onderbroken.
- Het watertoevoerfilter is verstopt. (Blz.29)
Als het probleem is opgelost, open dan de deur en sluit deze weer.
Druk dan op start om de machine opnieuw op te starten.
Als het rode merkteken verschijnt bij een slang met
watertoevoerventiel, dan is de watertoevoer gestopt.
Vervang door een nieuwe slang.
Slang met watertoevoerventiel (Nr. AXW-598865)
Een foutweergave die begint met H laat geen zoemer afgaan.
Wat te doen
Druk op de Uit-knop. Als het scherm aan blijft of de foutmelding
terugkomt wanneer u op de Start-knop drukt, moet u de stekker uit
de machine trekken en contact opnemen met de dichtstbijzijnde
Klantenservice.
37
Oplossen van problemen
Installatie
Alleen voor servicepersoneel
De juiste plaats uitkiezen
U moet een vakman vragen de wasmachine te installeren. U mag de
wasmachine niet zelf installeren.
Als de installatie, het proefdraaien en de inspectie van de wasmachine niet
worden uitgevoerd volgens deze installatiemethode, dan kan Panasonic geen
enkele aansprakelijkheid aanvaarden voor wat voor ongeluk of schade dan
ook als gevolg hiervan.
Plekken waar het apparaat niet mag worden geïnstalleerd
- Op een vochtige plek, of een plek
waar het apparaat bloot kan staan
aan regen enz. (dit kan leiden tot
elektrische schokken of brand)
- Plekken die niet vlak of stevig genoeg zijn
(dit kan leiden tot trillingen en geluiden)
- In de zon (dit kan leiden tot storingen
of vervorming)
Afmetingen van het apparaat
Installatie ter plekke
- Installeer het apparaat zo dat u
gemakkelijk bij de stekker en
stopcontact kunt.
- Installeer het apparaat met
voldoende vrije ruimte rondom.
LET OP
Niet installeren waar de temperatuur
tot onder nul kan dalen.
(c)
(d)
(e)
(f)
(g)
(h)
(i)
(b)
(a)
(a): 582 mm
(b): 596 mm
(c): 183 mm
(d): 840 mm
(e): 34 mm
(f): 499 mm
(g): 593 mm
(h): 635 mm
(i): 1103 mm
(d)
(b)
(c)
(a)
(e)
(a): 3 mm of meer aan de bovenkant
(b): 3 mm of meer aan de achterkant
(c): 2 mm of meer aan de linkerkant
(d): 2 mm of meer aan de rechterkant
(e): 60 cm of meer
38
Vervoeren en installeren
De ankerbouten houden het
binnenwerk van het apparaat op zijn
plaats en beschermen dit tegen
trillingen tijdens het transport.
OPMERKING
Als het apparaat wordt gebruikt met
de ankerbouten nog op hun plaats,
zal het hevig gaan trillen. De
ankerbouten moeten worden
verwijderd voor gebruik.
Bewaar de ankerbouten en de
beugels. U heeft deze onderdelen
weer nodig wanneer het apparaat in
de toekomst vervoerd moet worden.
Wanneer het apparaat weer
vervoerd moet worden, moeten de
ankerbouten en de beugels weer
bevestigd worden. Bevestig de
ankerbouten in de omgekeerde
volgorde als die waarin ze
verwijderd zijn. Als het moeilijk is
om de ankerbouten correct te
bevestigen, kunt u het volgende
proberen:
- Draai de ankerbout rond terwijl u
hem inbrengt.
- Breng twee ankerbouten
tegelijkertijd en parallel aan elkaar
in.
- Draai de trommel een klein stukje
terwijl u de ankerbout inbrengt.
Verwijderen
1 Verwijder twee schroeven.
2 Verwijder de beugel.
3 Pas de beugel in de groef van de
ankerbout en draai 90 graden.
Verwijderen van de ankerbouten
Trommel
Ankerbouten
Ankerbouten (2)
(Achterkant van
het apparaat)
39
7
Installatie
Alleen voor servicepersoneel
4 Trek de ankerbout uit.
De bout stopt twee keer bij het
verwijderen.
Trek aan de bout terwijl u hem blijft
draaien.
5 Doe het afdekkapje op het gat. Als
de afdekkapjes niet zijn
aangebracht, kunnen er dingen in
het apparaat terecht komen en voor
een storing zorgen.
Zorg voor een sleutel Nr. 17. (los
verkrijgbaar)
1 Draai de borgmoer los met de
sleutel.
2 Draai aan het verstelbare pootje om
de hoogte af te stellen.
3 Draai de borgmoer vast. (Een
waterpas is handig om te bepalen of
het apparaat horizontaal staat.)
OPMERKING
Zorg ervoor dat alle borgmoeren
goed vast zitten en dat de
verstelbare pootjes nog steeds
goed vast zitten aan het apparaat.
Als ze los komen zal het apparaat
gaan schudden en heen en weer
bewegen.
Het apparaat horizontaal stellen
(1)
4 verstelbare pootjes
(4)
(2) (3)
1
2
3
Verstelbare pootjes
Borgmoer
40
De slangen aansluiten
Sluit de slangen goed aan om waterlekkage te voorkomen.
Maximale afstanden voor de slangen en het netsnoer
Aansluitingen aan de rechterkant
Watertoevoerslang
Hoogteverschil
afvoerslang
(max. 100 cm)
Afvoergat
Afvoerslang
85 cm
Gootsteen
95 cm
145 cm
Aansluitingen aan de linkerkant
Watertoevoerslang
Hoogteverschil
afvoerslang
(max. 100 cm)
Afvoergat
Afvoerslang
40 cm
Gootsteen
95 cm
140 cm
41
7
Installatie
Alleen voor servicepersoneel
Waterleidingdruk en waterdoorstroming
Waterdruk: 0,03 - 1,0 MPa
Als de waterdruk deze waarde overschrijdt,
moet u een drukverlagingsklep aanbrengen.
Waterdoorstroming via de kraan: 5
L/min. of meer
Aansluiten van de watertoevoerslang
1
Bevestig het ene uiteinde van de slang
aan de waterinlaat op het apparaat en
draai de bevestiging handvast.
2 Bevestig het andere uiteinde van de
slang aan de kraan en draai de
bevestiging handvast.
3 Draai de kraan langzaam open en
controleer of er geen lekken zijn.
Afvoer via een gootsteen of
wasbak
Afvoer via een standpijp
Afvoer via een afvoergat
OPMERKING
U mag de afvoerslang niet
verdraaien, uittrekken of verbuigen.
Zorg ervoor dat het uiteinde van de
slang zich niet onder water bevindt.
Watertoevoerslang
LET OP
U mag de slang NIET verdraaien,
pletten, wijzigen of inkorten.
Draai de moer stevig vast.
(Achterkant van het apparaat)
Waterinlaat
Watertoevoerslang
Slang met
watertoevoerventiel
Standaardslang
min.
10 mm
3/4"
Afvoerslang
LET OP
Zet de afvoerslang vast met behulp
van een elleboogstuk zodat deze
niet loskomt door de waterdruk die
kan optreden bij het afpompen.
Elleboogstuk
(meegeleverd)
Standpijp
42
Controle na de installatie
Checklist onderdelen apparaat
Ankerbouten
Heeft u alletwee de ankerbouten
verwijderd en de afdekkapjes
aangebracht? (Blz.38, 39)
Installatieplek
Staat het apparaat op een vlakke
en stevige ondergrond?
Werkt het apparaat zonder te
trillen? (Blz.39)
Afvoerslang
Is de afvoerslang correct
aangesloten? Wordt het water
normaal afgevoerd? (Blz.41)
Verstelbare pootjes
Zijn de pootjes goed afgesteld en
staan ze stevig vast? (Blz.39)
Staat het apparaat horizontaal?
(Blz.39)
Watertoevoerslang
Is de watertoevoerslang correct
aangesloten? Is de slang vrij van
lekkage? (Blz.41)
Netstekker
Is het apparaat aangesloten op een
huishoudelijk stopcontact met 220 -
240 V wisselstroom? (Zie achterflap)
Ankerbouten (2)
Netstekker
Watertoevoerslang
Verwijder in geen geval de bevestiging van
de afvoerslang linksboven.
Verstelbare
pootjes (4)
Afvoerslang
43
7
Installatie
Alleen voor servicepersoneel
PROEFDRAAIEN
6 3, 7745
10
8 9
1
Zet de kraan open.
2
Doe de deur dicht zonder
wasgoed in de trommel.
3
Zet het apparaat aan.
4
Selecteer het “Quick 50
(Kort 50 min)” programma.
5
Selecteer M.
6
Laat het wassen
beginnen.
7
Zet het apparaat uit en
weer aan.
8
Selecteer .
9
Houd ongeveer
5 seconden ingedrukt.
wordt aangegeven op het display.
10
Druk hierop terwijl wordt
aangegeven op het display om het
proefdraaien te laten beginnen.
wordt aangegeven op het display.
Na ongeveer 3 minuten is de
wasmachine klaar.
Waterlekkage
Controleer het apparaat en de
aansluitingen van de slangen
op lekkage. (Blz.40)
Abnormale geluiden
Zorg ervoor dat het apparaat
netjes horizontaal staat.
(Blz.39)
Foutmelding
Doe nadat u het probleem heeft
verholpen de deur open en weer
dicht en druk op “Start / Pause
(Pauze)” om het proefdraaien te
hervatten.
Afpompen onmogelijk
(Blz.36)
Geen watertoevoer
(Blz.36)
44
Houd rekening met de omgeving.
Wegwerpen van
verpakkingsmaterialen
De verpakking is bedoeld om de
wasmachine te beschermen tegen
beschadiging tijdens het transport en
is geschikt voor recycling. Raadpleeg
uw plaatselijke autoriteiten voor
informatie over recycling.
Het ontdoen van oude
apparatuur.
Enkel voor de Europese Unie
en landen met recycle
systemen.
Dit symbool op de producten,
verpakkingen en/of begeleidende
documenten betekent dat gebruikte
elektrische en elektronische producten niet
samen mogen worden weggegooid met de
rest van het huishoudelijk afval.
Voor een juiste verwerking, hergebruik en
recycling van oude producten, gelieve
deze in te leveren bij de desbetreffende
inleverpunten in overeenstemming met uw
nationale wetgeving.
Door ze op de juiste wijze weg te gooien,
helpt u mee met het besparen van kostbare
hulpbronnen en voorkomt u potentiële
negatieve effecten op de volksgezondheid
en het milieu. Voor meer informatie over
inzameling en recycling kunt u contact
opnemen met uw plaatselijke gemeente.
Afhankelijk van uw nationale wetgeving
kunnen er boetes worden opgelegd bij het
onjuist weggooien van dit soort afval.
45
Overig
Aanbevolen wasmiddel in
overeenstemming met EU-
verordening Nr. 1015/2010
Selecteer het juiste wasmiddel voor
betere resultaten.
- Standaardwasmiddel voor
hittebestendig wit wasgoed
(Koud - 90 °C)
Programma; “Cotton (Katoen)”,
“Quick 50 (Kort 50 min)”, of
“AutoCare”
- Wasmiddel voor bonte was zonder
bleekmiddel of optische
bleekmiddelen voor bont wasgoed
(Koud - 40 °C)
Programma; “Colours (Bonte was)”,
“Mixed (Gemengd)”, “Denim” of
“AutoCare”
- Wasmiddel voor de fijne was
zonder optische bleekmiddelen
voor kwetsbare, fijne stoffen
(Koud - 40 °C)
Programma; “Delicates (Fijne was)”
- Wasmiddel voor wollen stoffen
(Koud - 40 °C)
Programma; “Wool (Wol)” of “Silk/
Lingerie (Zijde/Lingerie)”
Het beschikbare temperatuurbereik
hangt mede af van het
geselecteerde programma. (Blz.20)
Bij gebruik van een
wasdroger
Om energie te besparen, moet u het
juiste toerental kiezen volgens de
instructies van uw wasdroger.
46
Stroomverbruik en Waterverbruik
*1 Resultaten zijn berekend op basis van het gebruik van de Eco-functie en het
maximale centrifugetoerental, overeenkomstig EN 60456.
*2 De in de tabel aangegeven waarden voor het stroomverbruik, het
waterverbruik en de benodigde tijd hangen mede af van variaties in druk,
hardheid en temperatuur van het water, omgevingstemperatuur, soorten en
hoeveelheden wasgoed, spanningsfluctuaties en te gebruiken functies.
Programma
Temperatuur
Eco-functie
geselecteerd
Lading
Stroomverbruik
*2
Waterverbruik
*2
Tijd
*2
X
Cotton
(Katoen)
40 °C -
10 kg 1,10 kWh 110 L 3:40
8 kg 1,06 kWh 94 L 3:05
40 °C
*1
Eco
5 kg 0,53 kWh 45 L 3:05
4 kg 0,40 kWh 40 L 2:40
60 °C
*1
Eco
10 kg 0,83 kWh 55 L 3:45
8 kg 0,63 kWh 50 L 3:45
5 kg 0,66 kWh 45 L 3:30
4 kg 0,48 kWh 40 L 3:05
T
20°C Wash
(20°C was)
20 °C -
5 kg 0,23 kWh 55 L 1:36
4 kg 0,23 kWh 50 L 1:36
e
Quick 50
(Kort 50 min)
40 °C -
5 kg 0,63 kWh 50 L 0:50
4 kg 0,61 kWh 40 L 0:50
j
Rapid 15
(Kort 15 min)
30 °C - 2 kg 0,16 kWh 23 L 0:15
a
Easy-care
(Synthetisch)
40 °C -
5 kg 0,80 kWh 78 L 2:52
4 kg 0,70 kWh 64 L 2:32
i
Wool (Wol) 30 °C - 2 kg 0,28 kWh 55 L 0:40
g
Shirts
(Overhemden)
40 °C - 2 kg 0,53 kWh 35 L 1:16
Y
Delicates
(Fijne was)
40 °C -
5 kg 0,75 kWh 48 L 1:06
4 kg 0,75 kWh 48 L 1:06
47
Overig
Productkaart
(EU) No.1061/2010
Naam van de leverancier Panasonic
Type aanduiding van de leverancier NA-140XR1 NA-168XR1
Nominale capaciteit
voor het standaard
katoenprogramma
60 °C bij volledige lading in kg 10 8
Energie-efficiëntieklasse A+++ A+++
Gewogen jaarlijkse energieverbruik*
in kWh per
jaar
155 117
*Energieverbruik “X” kWh per jaar, gebaseerd op 220 standaard wascycli voor de katoenprogramma’s op
60 °C en 40 °C bij volledige en gedeeltelijke lading, en het verbruik in de energiebesparende standen. Het
werkelijke verbruik wordt bepaald door de wijze waarop het apparaat wordt gebruikt.
Energieverbruik van
het standaard
katoenprogramma
60 °C bij volledige lading kWh 0,83 0,63
60 °C bij gedeeltelijke lading
kWh 0,66 0,48
40 °C bij gedeeltelijke lading
kWh 0,53 0,40
Gewogen
energieverbruik
uitstand W 0,2 0,2
sluimerstand W 0,2 0,2
Gewogen jaarlijkse waterverbruik*
in liter per
jaar
12400 9750
*Waterverbruik “X” liter per jaar, gebaseerd op 220 standaard wascycli voor de
katoenprogramma’s op 60 °C en 40 °C bij volledige en gedeeltelijke lading. Het werkelijke
waterverbruik wordt bepaald door de wijze waarop het apparaat wordt gebruikt.
Centrifuge-efficiëntieklasse op een schaal van G (minst
efficiënt) tot A (meest efficiënt)
B A
Maximale centrifugesnelheid
voor het standaard
katoenprogramma
60 °C bij volledige lading omw/min 1400 1600
40 °C bij gedeeltelijke lading
omw/min 1400 1600
Resterend vochtgehalte
voor het standaard
katoenprogramma
60 °C bij volledige lading % 51 44
40 °C bij gedeeltelijke lading
% 52 45
Het “standaard katoenprogramma Eco op 60 °C” en het “standaard katoenprogramma Eco op 40 °C” de
standaard wasprogramma’s zijn waarop de informatie op het etiket en de productkaart betrekking heeft,
dat deze programma’s geschikt zijn voor het wassen van normaal bevuild katoenen wasgoed en dat ze
de meest efficiënte programma’s zijn wat het gecombineerd energie- en waterverbruik betreft.
Programmatijd van het
standaard
katoenprogramma
60 °C bij volledige lading min 229 233
60 °C bij gedeeltelijke lading
min 222 190
40 °C bij gedeeltelijke lading
min 196 167
Duur van de sluimerstand min 1 1
Geluidsemissie via de
lucht
wassen dB 53 53
centrifugen dB 71 72
Inbouw (Ja/Nee) Nee Nee
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24

Panasonic NA168XR1 Handleiding

Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor