Pro-Form 790cd Treadmill Handleiding

Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

Sticker met
serienummer
Modelnummer PETL78132
Serienummer
WAARSCHUWING
Lees alle instructies en voorzorgs-
maatregelen in deze handleiding
door voordat u dit apparaat gaat
gebruiken. Bewaar deze handlei-
ding voor verdere raadpleging.
GEBRUIKSAANWIJZING
VRAGEN?
Als fabrikant zijn wij gesteld op
uw volledige tevredenheid. Mocht
u nog vragen hebben, mochten
sommige onderdelen ontbreken
of beschadigd zijn neem dan con-
tact op met de winkel waar u dit
Produkt hebt gekocht.
INHOUD
BELANGRIJKE VOORZORGSMAATREGELEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .3
VOORDAT U BEGINT . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .5
MONTAGE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .6
HOE DE BORSTKAS-SENSOR TE GEBRUIKEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .9
GEBRUIK EN BIJSTELLEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .10
DE LOOPBAND INKLAPPEN EN VERPLAATSEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .27
PROBLEMEN OPLOSSEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .29
RICHTLIJNEN VOOR UW CONDITIE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .32
LIJST MET ONDERDELEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .34
HET BESTELLEN VAN ONDERDELEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Laataste Pagina
Opgelet: U kunt in het midden van deze handleiding een GEDETAILLEERDE TEKENING vinden.
2
1. Het is de verantwoordelijkheid van de eige-
naar zich te ervan te overtuigen dat alle ge-
bruikers van de loopband voldoende op de
hoogte zijn van de voorzorgsmaatregelen en
waarschuwingen.
2. Gebruik de loopband alleen zoals beschreven
is.
3. Plaats de loopband op een vlakke ondergrond
met minstens 2,5 m ruimte rondom ruimte
achter de loopband en 0,5 m ruimte aan ie-
dere kant van de loopband. Zorg ervoor dat
de loopband geen luchtopeningen, luchtroos-
ters blokkeert. Leg een kleed onder de loop-
band om de vloer te beschermen.
4. Gebruik de loopband uitsluitend binnenshuis
en uit de buurt van vocht en stof. Plaats de
loopband niet in een garage, op een overdekt
terras of bij water.
5. Gebruik de loopband niet waar spuitbussen
gebruikt worden of waar zuurstof wordt toe-
gevoegd.
6. Houdt te allen tijde kinderen jonger dan 12 en
huisdieren bij de loopband vandaan.
7. De loopband kan alleen door mensen die min-
der dan 125 kg wegen worden gebruikt.
8. Laat nooit meer dan een persoon op de loop-
band.
9. Draag geschikte kleding wanneer u de loop-
band gebruikt. Draag geen losse kleding die
in de loopband verstrikt kan raken.
Sportkleding voor mannen en vrouwen aan-
bevolen. Gebruik de loopband nooit op blote
voeten, op sokken of op sandalen. Draag al-
tijd sportschoenen.
WAARSCHUWING: Lees de volgende belangrijke voorzorgsmaatregelen en infor-
matie door voordat u de loopband gaat gebruiken om het risico op brandwonden, brand, electrische
schok of persoonlijk letsel te verminderen.
BELANGRIJKE VOORZORGSMAATREGELEN
3
10. Steek de stekker alleen in een geaard stop-
contact (zie pagina 10). Geen elk ander appa-
raat moet zich op dezelfde groep bevinden.
11. Mocht u een verlengsnoer nodig hebben, ge-
bruik dan een verlengsnoer van 1,5 meter of
korter.
12. Houdt de stekker bij hete oppervlaktes van-
daan.
13. Loop nooit op de loopband wanneer de elec-
triciteit uitgeschakeld is. Gebruik de loopband
niet wanneer het electrische snoer of stekker
beschadigd is. Gebruik de loopband niet als
hij niet goed werkt. (Zie VOORDAT U BEGINT
op pagina 5 als de loopband niet goed werkt.)
14. Start de loopband nooit wanneer u op de
band staat. Houdt u altijd vast aan de hand-
leuningen wanneer u de loopband gebruikt.
15. De loopband kan een hoge snelheid berei-
ken.Stel de snelheid geleidelijk bij om schok-
kende versnellingen te voorkomen.
16. De pols-sensor is geen medisch instrument.
Verschillende factoren zoals beweging van de
gebruiker kunnen de nauwkeurigheid van de
metingen beïnvloeden. De pols-sensor is al-
leen als hulpmiddel bedoeld voor algemene
hartslag meting.
17. Laat de loopband nooit zonder toezicht rond-
draaien. Verwijder altijd de sleutel, trek de
stekker\par uit het stopcontact, en druk de
on/off (aan/uit) knop voor de stroomonderbre-
king in de uit stand wanneer u de loopband
niet gebruikt. (Zie de tekening op pagina 5 om
de aan/uit knop te vinden.)
18. Voltooi eerst de montage van de loopband
voordat u hem uitklapt, inklapt of verplaatst.
(Zie MONTAGE op pagina 6 en DE LOOP-
BAND INKLAPPEN EN VERPLAATSEN op pa-
gina 27.) U moet zeker 20 kg kunnen tillen om
de loopband te kunnen uitklappen, inklappen
of verplaatsen.
19. Zorg ervoor dat de sluitknop volledig geslo-
ten is voordat u de loopband inklapt of ver-
plaatst.
20. U zult een “piep” geluid horen wanneer tij-
dens het gebruik van de iFIT.com CD’s en
video’s de snelheid en/of de hellingstand van
de loopband veranderd wordt/worden. Luister
naar het “piep” geluid en ben er op voorbe-
reid dat de snelheid en/of hellingstand van de
loopband gaat/gaan veranderen. In sommige
gevallen kan de snelheid en/of hellingstand
veranderen voordat de persoonlijke trainer
dat aangeeft.
21. U kunt wanneer u dat wilt tijdens het gebruik
van de iFIT.com CD’s en video’s handmatig
de snelheid en hellingstand aanpassen door
op de Snelheid en Helling toetsen te drukken.
De snelheid en hellingstand instellingen van
de CD of video programma’s zullen worden
aangepast wanneer u nochtans een “piep”
geluid hoort.
22. Haal altijd de iFIT.com CD’s en video’s uit uw
CD- of videospeler wanneer u deze niet ge-
bruikt.
23. De laserdiode in de CD speler is een Klasse
1M laser. Een vergrendelknopje voorkomt dat
de CD gebruikt kan worden wanneer de dek-
sel open is. Bekijk mocht het vergrendel-
knopje verslagen worden en de deksel open-
gemaakt de laserdiode dan niet met een op-
tiek vergrootglas (loep).
LASER BESTRALING
BEKIJK NIET MET EEN OPTIEK VERGROOT-
GLAS (LOEP)
KLASSE 1M LASER PRODUCT
EC60825-1:1993+A1+A2
788nM, 148mW
23. Controleer regelmatig of alle onderdelen nog
goed vast zitten en verstevig ze indien nodig.
24. Inspecteer alle onderdelen van de loopband
en draai ze dan goed vast.
25.
GEVAAR: Trek de stekker altijd direct
na gebruik van de loopband uit het stopcon-
tact. Eveneens de stekker uit het stopcontact
trekken vóór het schoonmaken van de loop-
band, voor het plegen van onderhoud en voor
het bijregelen zoals beschreven is in deze
handleiding. Verwijder nooit de motorkap ten-
zij een technicus dat aangeeft. Ander onder-
houd dan datgene wat vermeld staat in deze
handleiding moet door een technicus uitge-
voerd worden.
26. Deze loopband is alleen voor huiselijk gebruik
bedoeld. Gebruik de loopband niet commer-
cieel of voor verhuur.
De stickers hier getoond zijn op uw gewichtsbank geplakt.
Sticker 1:
OPGELET: Houdt Uw handen en voeten tijdens het ge-
bruik van de loopband van deze plaatsen weg.
Sticker 2:
GEVAAR: Bescherm uzelf en andere gebruikers tegen
het risico van ernstig letsel. Lees deze handleiding en:
• Ga altijd op de zijrails staan bij het starten en stop-
pen van de loopband.
• Stel de snelheid geleidelijk bij.
• Houdt U tijdens het gebruik van de loopband vast
aan de handleuningen om te voorkomen dat U valt
draag ook altijd de veiligheidsklip.
• Stop wanneer u zich niet goed voelt, duizelig of kort-
ademig wordt.
• Sluit de sluitklip goed voordat u de loopband ver-
plaatst of opbergt.
• Plaats de hellling van de loopband in de laagste
stand voordat U de loopband opvouwt.
• Laat kinderen niet in de buurt van of op de loopband
spelen.
• Haal de sleutel uit het apparaat wanneer U deze niet
gebruikt.
• Blijf met uw kleding, uw vingers en hoofdhaar uit de buurt van de lopende band.
• Probeer nooit tijdens het gebruik de loopband te repareren of bij te stellen.
• Draag altijd sportschoenen wanneer U op de loopband oefent.
4
WAARSCHUWING:Raadpleeg uw huisarts voordat u met dit of enig ander oefen-
programma begint. Dit is bijzonder belangrijk voor mensen ouder dan 35 of mensen met gezond-
heidsproblemen. Lees alle instructies door voor gebruik. ICON is niet verantwoordelijk voor persoon-
lijk letsel of schade door het gebruik van dit Produkt.
BEWAAR DEZE INSTRUCTIES
5
Gefeliciteerd met uw keuze voor de revolutionaire
PROFORM
®
790 TR loopband. De 790 TR heeft een
uitgebreid scala aan functies waarmee u uw training
plezieriger en effectiever kunt maken. En wanneer u de
loopband niet gebruikt kunt u de 790 TR loopband in-
klappen zodat hij minder ruimte in beslag neemt dan
andere loopbanden.
Lees deze handleiding voor uw eigen welzijn zorg-
vuldig door voordat u de loopband gebruikt. Mocht
u nog vragen hebben, neem dan contact op met de
winkel waar u dit produkt hebt gekocht. Om u beter van
dienst te kunnen zijn, zorg ervoor dat u het model- en
serienummer bij de hand hebt voordat u belt. Het mo-
delnummer is PETL78132. Het serienummer bevindt
zich op een sticker op de loopband (zie kaft van deze
handleiding).
Voordat u verder leest, bekijk eerst aandachtig de te-
kening hieronder en de verschillende onderdelen.
VOORDAT U BEGINT
Handleuning
Staander
Sluitknop
Accessoire Houder
Ventilator
Sleutel/Klip
Aan/uit Knop
Stroomon-
derbreker
Loopband
Regelbaar Kussen
Voetkussentje
RECHTERKANT
Bijstelbouten voor
de Achterroller
Bedieningspaneel
CD Speler
CD Houder
Pols-sensor
LINKERKANT
6
MONTAGE
De montage van deze loopband moet door twee mensen gebeuren. Plaats de loopband op een open plek en
verwijder de verpakking. Gooi de verpakking pas weg wanneer u de loopband volledig gemonteerd heeft.
Opgelet: De onderkant van de loopband is met een hoogwaardig smeer behandeld. Het kan zijn dat tijdens het
vervoer wat van het middel op de bovenkant van de loopband terecht is gekomen of zich in de verpakking be-
vindt. Dit is normaal en tast de prestatie van de loopband niet aan. Mocht er wat van het middel op de bovenkant
van de loopband bevinden, veeg dit dan met een zachte lap gewoon weg.
Voor de montage heeft u de meegeleverde inbussleutel en daarnaast een platkopschroevendraaier
draadschaar .
Gebruik de tekeningen hieronder tijdens de montage van de fiets om de kleine onderdelen te herkennen. Het getal
tussen haakjes onder iedere tekening is het nummer van het onderdeel (van LIJST MET ONDERDELEN op pa-
gina 34 en 35). Het tweede getal geeft het aantal te monteren onderdelen aan. Opgelet: sommige kleine onder-
delen zijn al gemonteerd om de verzending te vergemakkelijken.
1. Zorg ervoor dat de stekker in het stopcontactuit het
stopcontact.
Til, met de hulp van een tweede persoon, de Basis van
de Staander (97) voorzichtig in de aangegeven stand.
Steek een van de Verlengpoten (92) in de Basis van de
Staander. (Opgelet: Het kan handig zijn de Basis van de
Staander wat naar voren te kantelen wanneer u de
Verlengpoot insteekt). Zorg ervoor dat de Waarschu-
wingssticker (91) op de aangegeven plaats zit.
Steek de andere Verlengpoot (niet getoond) op dezelfde
manier in.
92
97
91
1
1/4” Tussenring
(39)–4
Sterring (77)–4
Schroef van Sluiting
(134)–2
1” Tek Schroef (135)–2 Moer van de Poot (96)–4
Bouten van het Bedieningspaneel (76)–4
7
134
84
82
3
4. Zie stap 6 en zoek naar de vier Bouten van de Staander
(86). Draai de Bouten van de Staander 2 tot 3 slagen los.
Zie tekening 4c. Houdt, met de hulp van een tweede per-
soon, de Basis van het Bedieningspaneel (101) bij de
Staanders (80, 84) vast. Bekijk de onderkant van de
Basis van het Bedieningspaneel en zoek naar de draden
aan de zijkant van de Basis van het Bedieningspaneel.
Zorg ervoor dat de draden niet door de opening van de
Houders (109, 111) komen. Tekening 4a geeft de goede
ligging van de draden aan. Tekening 4b geeft de ver-
keerde ligging aan.
Zie tekening 4c. Snij de plastic verbindingen die de
Draadharnas (74) en de Pols-draad (153) in de Staanders
(80, 84) vasthouden los. Sluit de Draadharnas en de Pols-
draad aan op de draden aan de zijkanten van de Basis van
het Bedieningspaneel (101). Zorg ervoor dat alle con-
nectors goed zijn verbonden (zie inzet-tekening).
WANNEER DE CONNECTORS NIET GOED ZIJN VER-
BONDEN KAN HET BEDIENINGSPANEEL BESCHA-
DIGD WORDEN ALS DE STROOM INGESCHAKELD
WORDT. De connectors moeten gemakkelijk in elkaar
passen en elkaar verbinden. Als dit niet het geval is draai
dan een van de connectors en probeer het opnieuw. Steek
het overschot van de Draadharnas en de Pols-draad in de
Basis van het Bedieningspaneel.
101
111
109
80
75
81
84
4a
4b
4c
Correct
Incorrect/fout
153
74
2. Laat, met de hulp van een tweede persoon, de Basis van
de Staander (97) voorzichtig zakken in de aangegeven
stand. (Opgelet: Het kan handig zijn om uw voet op een
van de Verlengpoten [92] te plaatsen tijdens het laten zak-
ken van de Basis van de Staander).
Zorg ervoor dat de
Verlengpoten in de Basis van de Staander blijven zit-
ten.
Maak iedere Verlengpoot (92) met twee Verlengpoot
Bouten (96) en twee 1/4” Tussenringen (39) vast zoals
aangegeven. Draai een Stelpoot (95) in iedere kant van
de Basis van de Staander (97). Draai de Stelpoot nog
niet helemaal in de Basis van de Staander.
Bevestig de twee Kussens voor de Basis (99) op de
Basis van de Staander (97) op de aangegeven plaatsen
met twee 1” Schroeven (135).
Zet, met de hulp van een tweede persoon, de Basis van
de Staander (97) rechtop.
3. Maak het Sluit Mechanisme (82) aan de linker Staander
(84) vast met twee Schroeven voor de Poten (134). Draai
beide Schroeven voor het Slot wat aan voordat u ze volle-
dig vast draait. Opgelet: Het kan zijn dat de Schroeven
voor het slot al aan de Linker Staander zijn vastgedraaid.
96
135
135
99
99
39
96
92
95
95
96
92
96
97
39
39
97
2
8
8. Zorg ervoor dat alle onderdelen vast zijn gedraaid voordat u de loopband gebruikt. Opgelet: Het kan zijn
dat er extra onderdelen zijn. Bewaar de meegeleverde sleutel op een veilige plaats. U zult de sleutel nog nodig
hebben om de loopband bij te stellen (zie pagina (30). Leg een matje onder de loopband om uw vloerbedek-
king te beschermen. Als er een dun velletje plastic op de stickers zitten, haal deze er dan af.
85
80
84
85
79
101
86
13
127
86
127
74
80
84
97
97
86
86
7
79
97
6
5. Plaats de Basis van het Bedieningspaneel (101) op de
Staanders (80, 84). Maak de Basis van het Bediening-
spaneel aan iedere Staander vast met twee Bouten van
het Bedieningspaneel (76) en twee Ster Tussenringen
(77).
Zorg ervoor dat de Draden (niet getoond) niet in
de Staanders bekneld raken. Opgelet: Draai alle vier
Bouten van het Bedieningspaneel wat aan voordat u ze
volledig vastdraait.
Zorg ervoor dat de Linker en Rechter Houder (109, 111)
goed in de Basis van het Bedieningspaneel zijn gedrukt
(101).
6. Druk de CD Houder (85) in iedere kant van de Basis van
de Staander (97).
Zie HOE DE LOOPBAND TE STELLEN op pagina 26
wanneer de Wieltjes (niet getoond) de vloer raken of
wanneer de loopband wat wankelt.
Raapleeg stap 7 wanneer u de hoogte van de
Staanders (80, 84) wilt bijstellen. Draai de vier Bouten
van de Staanders (86) vast wanneer u de Staander op
de gewenste hoogte hebt ingesteld en ga vervolgens
naar stap 8.
7. Opgelet: De Staanders (80, 84) kunnen op drie verschil-
lende hoogtes worden ingesteld. De Staanders zijn al in
de middelste stand gemonteerd. Het bijstellen van de
Staanders moet door twee personen gebeuren.
Draai, terwijl de tweede persoon de Basis van het
Bedieningspaneel (101) en de Staanders (80, 84) vast-
houdt, de vier Bouten van de Staander (86) los.
Verwijder vervolgens de twee Bouten van de Staander
en de Sterringen van de Staander (127) bij de Rechter
Staander (80). Stel de Rechter Staander op de ge-
wenste hoogte. Wees voorzichtig dat u de Draadharnas
(74) niet beschadigt. Als het Tussenstuk van de
Staander (79) afvalt druk deze dan weer op de Basis
van de Staander (97). Draai de twee Bouten van de
Staander en de Sterringen van de Staander weer in de
Rechter Staander en in de Basis van de Staander vast.
Stel de Linker Staander (84) op dezelfde manier bij.
(Opgelet: De Linker Staander bevat geen draadharnas).
Zorg ervoor dat beide Staanders op dezelfde hoogte
staan. Til de Loopband (13) wat op om er zeker van de
zijn dat deze goed in het midden van de Staanders ligt.
Draai alle vier Bouten van de Staander (86) goed vast.
76
77
101
76
77
111
109
80
84
5
77
HOE DE BORSTKAS-SENSOR TE DRAGEN
De borstkas-sensor bestaat uit twee delen: de borst-
kas-band en de sensor (zie de tekening hieronder).
Steek de flap van de borstkas-band in het ene uiteinde
van de sensor. Druk het uiteinde van de sensor onder
de gesp van de borstkas-band. De flap moet gelijk zijn
met de voorkant van de sensor.
Doe vervolgens
de borstkas-sen-
sor om uw borst-
kas en maak het
andere eind van
de borstkas-band
vast aan de sen-
sor. Mocht het
nodig zijn, stel dan
de lengte van de
band bij. De borstkas-sensor moet onder uw kleding
gedragen worden, strak tegen uw huid en hoog onder
uw borstspieren of borsten. Zorg ervoor dat het logo
van de sensor naar voren wijst en rechtop staat.
Trek de sensor een paar centimeter van uw lichaam
en zoek naar de twee electrodes aan de binnenkant
(de electrodes hebben kleine randjes). Maak beide
electrodes nat met een zoute vloeistof zoals wat spug
of vloeistof voor contact lenzen. Plaats de sensor terug
tegen uw huid.
VERZORGING EN ONDERHOUD VAN DE BORST-
KAS-SENSOR
Droog de borstkas-sensor goed na ieder gebruik. De
borstkas-sensor wordt ingeschakeld wanneer u de
electrodes nat maakt en de pols-sensor draagt. De
borstkas-sensor gaat uit wanneer het wordt afge-
daan en de electrodes gedroogd worden. De sensor
blijft langer dan nodig branden en zodoende zullen
de batterijen leeg lopen als de borstkas-sensor elec-
trodes niet goed gedroogd worden.
Bewaar de borstkas-sensor op een warme en droge
plaats. Bewaar de borstkas-sensor niet in een plas-
tic zak of enig andere verpakking die vocht kan vast-
houden.
Stel de borstkas-sensor niet lang bloot aan direct
zonlicht, niet aan een temperatuur lager dan -10 C
of aan een temperatuur hoger dan 50 C.
Buig en rek de sensor tijdens het gebruik of het op-
bergen van de borstkas-sensor niet te veel.
Maak de borstkas-sensor schoon met een zachte
doek en een beetje niet agressief schoonmaakmid-
del. Gebruik nooit schuurmiddelen, alcohol of chemi-
sche producten. U kunt de borstkas-band met de
hand wassen en dan laten drogen.
PROBLEMEN MET DE BORSTKAS-SENSOR OP-
LOSSEN
De instructies op de volgende pagina’s leggen uit
hoe u de borstkas-sensor met het bedieningspa-
neel kunt gebruiken. Loop de hieronder genoemde
procedures door wanneer de borstkas-sensor niet
goed werkt.
Zorg ervoor dat u de borstkas-sensor goed draagt
zoals hier links is beschreven. Opgelet: Verplaats de
sensor wat naar boven of naar beneden wanneer de
borstkas-sensor niet goed werkt.
Gebruik wat zoute vloeistof zoals spug of vloeistof
voor contact lenzen om de electrodes van de sensor
nat te maken. Maak de electrodes opnieuw wat nat
wanneer de hartslag metingen pas verschijnen
nadat u begint te transpireren.
Loop of ren zo goed mogelijk op het midden van de
loopband. Voor de goede weergave van de hart-
slag metingen moet de gebruiker zich op minder
dan een armslengte van het bedieningspaneel
bevinden.
De borstkas-sensor is ontwikkeld voor mensen met
een normale hartslag. Problemen met de hartslag-
meting kunnen een medische oorzaak hebben zoals
vroegtijdige ventriculaire samentrekking, hartkloppin-
gen, of aritmie.
De werking van de borstkas-sensor kan beïnvloed
worden door magnetische storingen veroorzaakt
door hoogspanningsdraden en andere electromag-
netische bronnen. Verplaats de loopband als u ver-
moedt dat dit de oorzaak is.
De CR2032 batterij kan vervangen moeten worden
(zie pagina 31).
Borstkas-band
Flappen
Sensor
Flap
Sensor
Gesp
HOE DE BORSTKAS-SENSOR TE GEBRUIKEN
9
10
GEBRUIK EN BIJSTELLEN
DE PERFORMANT LUBE
LOOPBAND
Uw loopband bevat een band die met PERFORMANT LUBE
is behandeld. BELANGRIJK: Behandel de band
of het loopplatform nooit met silicone spray of enig ander middel. Als uw dat doet zult u de loopband be-
schadigen.
HOE DE STEKKER IN STOPCONTACT TE STEKEN
De stekker moet geaard zijn. Mocht het niet goed functioneren
geeft de aarding de laagste weerstandspad voor de electriciteit om
zodoende het risico van electrische schok te verminderen. Een
snoer en geaarde stekker zijn bijgeleverd. Belangrijk: Als het
snoer beschadigd is moet u het vervangen met een door de fa-
brikant aanbevolen snoer.
Bekijk tekening 1. Steek het aangegeven eind van het snoer in het
stopcontact van de loopband. Licht vervolgens het flapje van het
dosje met ferriet op en klem het rond het snoer vast. Het dosje met
ferriet kan niet op het snoer schuiven. Maak de inbegrepen plastic
verbinding achter het dosje met ferriet vast en snij de uiteinden van
de verbinding af.
Bekijk tekening 2. Steek het snoer in een goed geinstalleerd en ge-
aard stopcontact die overeenkomt met alle plaatselijke regelingen.
Belangrijk: De loopband kan niet op een stopcontact met onder-
breker van de grondfout circut gebruikt worden.
OPGELET: Een verkeerd stopcontact (zonder aarde) kan tot een electrische schok lei-
den. Laat een elektricien de aarding nakijken als u niet zeker van bent dat het stopcontact goed ge-
aard is. Knoei niet aan de stekker van het apparaat. Laat een elektricien een nieuwe stekker monte-
ren als de stekker niet in het stopcontact past.
1
2
Stopcontact van
de loopband
Stopcontact
Flapje
Dosje met Ferriet
Plastic
Verbinding
11
Klip
Sleutel
Opgelet: Het kan zijn dat er op het
bedieningspaneel een plastic vel
zit, haal deze er dan af.
Sticker
WAARSCHUWINKEN
De sticker op het bedieningspaneel is in het Engels.
Het meegeleverde blad met stickers bevat dezelfde in-
formatie in vijf verschillende talen. Zoek naar de sticker
met Nederlandse opschrift. Plak de sticker op de aan-
gegeven plaats.
FUNCTIES VAN HET BEDIENINGSPANEEL
Het bedieningspaneel van de loopband is voorzien van
verschillende functies om het meest doeltreffend te oe-
fenen.
U kunt wanneer u de handmatige instelling kiest de
snelheid en de hellingstand van de loopband verande-
ren door een druk op een toets. Het bedieningspaneel
zal U tijdens uw oefening voortdurend feedback geven.
U kunt zelfs uw hartslag meten met de ingebouwde
hartslagsensor of borstriem.
Het bedieningspaneel biedt ook zes vooraf ingestelde
programma’s. Ieder programma verandert automatisch
de snelheid en de helling van de loopband tijdens uw
oefening. Het bedieningspaneel kent ook nog vier hart-
slagprogramma’s. Ieder programma verandert automa-
tisch de snelheid en de helling van de loopband om
zodoende uw hartslag tijdens de oefening binnen uw
trainingszone te houden. Een fitness test programma
geeft bovendien uw max VO2 niveau aan. U kunt ook
nog uw eigen programma's maken en in het geheugen
opslaan voor latere oefeningen.
Het bedieningspaneel kent tevens de nieuwe iFIT.com
interactieve technologie. De iFIT.com technologie
werkt als een persoonlijke trainer bij uw thuis. Met de
ingebouwde CD-speler kunt U de speciale iFIT.com
CD programma’s afspelen. De iFIT.com CD pro-
gramma’s controleren automatisch de de snelheid en
de helling van de loopband terwijl uw persoonlijke trai-
ner u door de oefening leidt. Intense muziek motiveert
extra. Om iFIT.com CD’s te kopen, ga dan naar
onze web site www.iFIT.com.
Met het meegeleverde audio snoer kunt U de loopband
op uw videospeler of televisie aansluiten en de iFIT.com
video’s afspelen. De video programma’s bieden dezelfde
voordelen aan als de CD’s en u kunt meer van uw om-
geving genieten. Om iFIT.com video’s te kopen, ga
dan naar onze web site www.iFIT.com.
U kunt tevens de loopband ow uw computer aansluiten
en direct programma’s van internet oproepen. Bekijk
onze website www.iFIT.com voor meer informatie.
Om het controlepaneel handmatig te bedienen, volg
de stappen beginnende op bladzijde 12. Om een voor-
geprogrammeerd programma te gebruiken, zie blad-
zijde 14. Om het op hartslag afgestemde programma
te gebruiken, zie bladzijde 16. Om het fitness test
programma te gebruiken, zie bladzijde 18. Om een op
maat eigen programma te maken en gebruiken, zie
bladzijden 19 en 20. Om een iFIT.com CD te gebrui-
ken, zie bladzijde 21. Om uw eigen CD af te spelen,
zie bladzijde 22. Om een iFIT.com videoprogramma
te gebruiken, zie bladzijde 24. Om een iFIT.com pro-
gramma onmiddellijk van onze Website te gebrui-
ken, zie bladzijde 25.
12
De stekker in het stopcontact steken (zie pagina 10).
Zoek naar de aan/uit
knop bij het snoer van
de loopband. Plaamts
de aan/uit knop in de
aan positie.
Ga op de voetenkussentjes van de loopband
staan. Zoek naar de klip die aan de sleutel vast zit
(zie tekening op pagina 11) en maak de klip aan
de tailleband van uw kleding vast. Leg vervolgens
het snoer (aan de klip verbonden) onder de pols-
sensor en steek de sleutel in het bediening-
spaneel. De displays en verschillende indicators
zullen even later oplichten. Test de klip door
voorzichtig een paar stappen achteruit te zet-
ten totdat de sleutel uit het bedieningspaneel
wordt getrokken. Als de sleutel niet uit het be-
dieningspaneel komt, stel dan de lengte van
de klip bij.
De sleutel volledig in het bedieningspaneel
steken.
Zie HOE DE STROOM IN TE SCHAKELEN hier-
boven.
De handmatige instelling kiezen.
Wanneer u de sleutel in
het bedieningspaneel
steekt wordt de hand-
matige instelling geko-
zen. Kies de handma-
tige instelling, wanneer
u een programma hebt
gekozen, door steeds op de Kies Programma
knop te drukken totdat een piste verschijnt. Zorg
ervoor dat de indicator op de iFIT.com knop niet
aan is.
Op de Start toets of de Snelheid + toets druk-
ken om de loopband te starten.
Direct nadat u op de
toets drukt zal de loop-
band met een snelheid-
van 1 mijl per uur (mph)
beginnen te draaien.
Houdt u vast aan de
handleuningen vast en begin te oefenen. De snel-
heid van de loopband kan worden geregeld met
de toetsen Snelheid + en –. Iedere keer als de
toets wordt ingedrukt zal de snelheid van de loop-
band 0,1 mph veranderen. Wanneer u de toets in-
gedrukt houdt zal de snelheid van de loopband
0,5 mph veranderen. Druk op de QuickSpeed
knoppen om vlug van snelheidsinstelling te veran-
deren. Opgelet: Het bedieningspaneel kan de
snelheid en de afstand in mijlen of kilometers
aangeven. Opgelet: Voor het gemak geven alle
instructies in deze handleiding mijlen aan.
Druk op de Stop-toets om de loopband te stoppen.
De Tijd/Tempo [TIME/PACE] display zal opflikkeren.
Druk op de Start-toets of de Snelheid + toets om de
loopband weer opnieuw in gang te zetten.
Opgelet: Bekijk tijdens de eerste paar minuten de
ligging van de band en stel deze bij mocht het
nodig zijn (zie pagina 30).
De hellingstand van de loopband veranderen
zoals gewenst.
Druk op de helling toet-
sen + en – om de
Hellingstand van de loop-
band te veranderen.
Ieder keer als de toets
wordt ingedrukt zal de
helling van de loopband 0,5% veranderen. Druk
op de QuickIncline knoppen om vlug van hellings-
instelling te veranderen.
Bekijk uw vordering op de piste en de displays.
De piste—Een piste van
1/4 mijl (400 m) wordt
aangegeven wanneer de
handmatige instelling of
de iFIT.com instelling ge-
kozen is. Als u oefent
zullen de indicators rond
de piste de een na de ander oplichten totdat de
hele piste is opgelicht. De piste zal dan doven en
dan zullen de indicatoren opnieuw gaan oplichten.
Snelheid display—Deze
display geeft de snelheid
[SPEED] van de loop-
band aan. Opmerking:
wanneer de Km/H-indica-
tor onder het Snelheid-
display oplicht, toont de console de snelheid en af-
stand in kilometers. Als deze indicator niet brandt,
worden snelheid en afstand in mijlen getoond.
5
4
3
2
1
3
2
1
Aan
Positie
HOE DE HANDMATIGE INSTELLING TE GEBRUI-
KEN
HOE DE STROOM IN TE SCHAKELEN
13
Houd de Stop-toets vast
terwijl u de sleutel in het
paneel plaatst om de
eenheid te veranderen.
De Snelheid display zal
een “E” aangeven voor
engelse mijlen of een M aangeven voor kilome-
ters. Druk op de Snelheid + toets om van de ene
naar de andere eenheid over te schakelen. Haal
de sleutel uit het bedieningspaneel wanneer u de
gewenste eenheid heeft gekozen en steek deze
vervolgens weer in.
Calorieën/Hartslag dis-
play—Deze display geeft
bij benadering de ver-
bruikte calorieën [CALO-
RIES] en vet calorieën
[FAT CALS] aan. (Zie
VET VERBRUIKEN op
pagina 32). The display will change from one
number to the other every few seconds. De dis-
play zal telkens na een paar seconden van getal
verwisselen. De display zal ook uw hartslag
[PULSE] aangeven wanneer u de pols-sensor of
de borstkas-sensor gebruikt.
Afstand/Helling
display—Deze display
geeft de gelopen afstand
[DISTANCE] en de hel-
lingstand [INCLINE] van
de loopband aan. De dis-
play zal telkens na een paar seconden van getal
verwisselen. Opmerking: steeds wanneer het hel-
lingniveau verandert, wordt op het display het hel-
lingniveau getoond.
Tijd/Tempo display
wanneer u de handma-
tige of de iFIT.com instel-
ling heeft gekozen, deze
display geeft de verlopen
tijd [TIME] uw tempo
[PACE] aan (het tempo is in minuten per mijl ge-
meten). Als er een programma wordt geselec-
teerd, toont het display de resterende tijd, het hui-
dige programmasegment en uw huidige tempo.
De display zal wanneer een programma gekozen
is (niet voor hartslagprogramma 4) de overblij-
vende tijd in plaats van de verlopen tijd aangeven.
Druk op de Stop knop, haal de sleutel uit het be-
dieningspaneel en steek de sleutel weer in om de
displays opnieuw in te stellen (te resetten).
Het meten van uw hartslag als u dat wilt.
U kunt uw hartslag meten door gebruik van of de
borstkas-sensor of de pols-sensor.
Om de pols-sen-
sor te gebruiken
moet u eerst zor-
gen dat u schone
handen heeft. Ga
vervolgens op de
voetrails staan
en houdt de pols-
sensor vast door
uw handen op de metalen contactpunten te plaat-
sen. Zorg dat u uw handen niet beweegt.
Wanneer uw pols wordt gemeten zal op de
Calorieën/Hartslag display twee keer (– –) ver-
schijnen en dan zal uw hartslag worden aangege-
ven. Houdt de contactpunten ongeveer 15 se-
conden vast voor het meest zuivere resultaat.
Zet desgewenst de ventilatoren aan.
Druk op de knop onder de ventilator om de venti-
lator aan te zetten. Om de ventilator op volle
sterkte te laten draaien druk nogmaals op de
knop. Druk, om de ventilator uit te schakelen, een
derde keer op de knop. Opgelet: De ventilator zal
een paar minuten nadat de loopband tot stilstand
is gekomen automatisch uitgaan.
Haal de sleutel uit het bedieningspaneel wan-
neer u klaar bent met uw oefening.
Ga op de voetkussentjes staan, druk op de Stop-
toets en stel de hellingstand in de laagste posi-
tie. De helling van de loopband moet zich in de
laagste stand bevinden wanneer u de loop-
band wilt opbergen anders kan de loopband
beschadigd worden. Haal vervolgens de sleutel
uit het bedieningspaneel en bewaar deze op een
veilige plek. Opgelet: Het bedieningspaneel be-
houdt de “demo” instelling wanneer de dis-
plays en indicatoren blijven branden nadat u
de sleutel heeft uitgetrokken. Zie pagina 26 om
de demo instelling uit te schakelen.
De aan/uit knop bij het snoer van de loopband in de
uit positie zetten wanneer u klaar bent met uw oefe-
ning en de stekker uit het stopcontact trekken.
8
7
6
Contactpunten
14
De sleutel goed in het bedieningspaneel ste-
ken.
Zie HOE DE STROOM IN TE SCHAKELEN op
pagina 12.
Een van de drie vooraf ingestelde pro-
gramma’s kiezen.
De handmatige instelling
wordt gekozen wanneer
u de sleutel in het bedie-
ningspaneel steekt.
Druk, om een vooraf in-
gesteld programma te
kiezen, meerdere keren op de Kies Programma
toets totdat een “P 8,” “P 9,” “P 10,” “P 11,” “P 12,”
of “P 13” op de Afstand/Helling display verschijnt.
De Snelheid display zal
wanneer een vooraf in-
gesteld programma ge-
kozen wordt de maxi-
mum snelheidsinstelling
van het programma een
paar seconden lang
aangegeven. De Tijd/Tempo display zal de duur
van het programma aangeven.
De piste geeft de eerste zeven snelheidsinstellin-
gen van het programma aan. Opgelet: Diagram 8
tot en met 13 aan de linkerkant van het bediening-
spaneel geven aan hoe de snelheid en de helling
tijdens de vooraf ingestelde programma's zullen
veranderen. Bijvoorbeeld, diagram 12 geeft aan
dat de snelheid tijdens het vooraf ingesteld pro-
gramma 12 geleidelijk zal toenemen tijdens de
eerste helft en zal afnemen tijdens de tweede helft
van het programma. De helling blijft hetzelfde.
Op de Start-toets of de Snelheid + toets druk-
ken om het programma te starten.
Even nadat u op de toets drukt zal de loopband
automatisch de eerste snelheid en hellingstand
van het programma instellen. Houdt u vast aan de
handleuningen en begin te oefenen.
Ieder programma wordt in meerdere segmenten
verdeeld, die verschillen in tijd. Ieder segment
heeft één instelling voor de helling en voor de
snelheid. Opmerking: dezelfde snelheid en/of hel-
ling instelling(en) kan/kunnen voor twee of meer-
dere opeenvolgende segmenten worden gepro-
grammeerd.
De snelheid van het eer-
ste segment zal aange-
geven worden in de eer-
ste kolom van het Huidig
Segment van de piste,
welke opflik kert. (De
helling instelling wordt
niet op de piste aange-
geven). De snelheidsin-
stellingen voor de volgende zeven segmenten
worden in de kolommen rechts weergegeven.
De kolom van het Huidig Segment en de eerste
kolom rechts zullen opflikkeren wanneer er nog
maar drie seconden overblijven in het eerste seg-
ment. Er klinkt een serie geluidssignalen.
Bovendien zullen de Snelheid display en/of de
Afstand/Helling display opflikkeren en zult U ook
drie tonen horen wanneer de snelheid en de hel-
ling van de loopband gaan veranderen. Wanneer
het eerste segment voltooid is zullen alle instellin-
gen een kolom naar links verplaatst worden. De
snelheid voor het tweede segment wordt dan in
de kolom van het Huidig Segment (welke opflik-
kert) aangegeven. De snelheid en de helling van
de loopband zullen zich automatisch aan het
tweede segment aanpassen. Opmerking: als alle
lampjes in de kolom voor het huidige segment
branden nadat de snelheidsinstellingen naar links
zijn verplaatst, bewegen de snelheidsinstellingen
omlaag zodat alleen de hoogste indicatoren in het
programma-display worden getoond. Als niet alle
lampjes in de kolom voor het huidige segment
branden wanneer de snelheidsinstellingen weer
naar links worden verplaatst, bewegen de snel-
heidsinstellingen weer naar boven.
Het programma gaat door totdat de snelheidsin-
stellingen voor het laatste segment worden weer-
gegeven in de kolom voor het huidige segment en
er geen tijd resteert. De loopband komt dan lang-
zaam tot stilstand.
U kunt wanneer de snelheids- of de hellingsinstel-
ling op enig moment tijdens het programma te
hoog of te laag is deze handmatig bijstellen door
op de Snelheids of Hellingstoetsen te drukken.
Een bijkomende indicator zal gaan branden of uit-
gaan in de kolom van het Huidig Segment wan-
neer u een paar keer op de Snelheid toetsen drukt.
(Als in enig van de kolommen rechts van de kolom
van het Huidig Segment evenveel indicatoren opf-
likkeren als in de kolom van het Huidig Segment
dan kan nog een indicator gaan branden of uit-
gaan in die kolommen.) Opgelet: De loopband
zal wanneer het volgend segment van het pro-
gramma start automatisch de snelheid en de
helling voor het volgende segment instellen.
3
2
1
Huidige Segment
HOE VOORAF INGESTELDE PROGRAMMA’S TE
GEBRUIKEN
15
Druk op de Stop-toets om het programma tijdelijk
te stoppen. De Tijd/Tempo zal opflikkeren. Druk
op de Start-toets of the Snelheid + toets om het
programma weer op te starten. De loopband zal
met een snelheid van 1 mph beginnen te draaien.
De loopband zal wanneer het volgend segment
van het programma start automatisch de snelheid
en de helling van het volgende segment instellen.
Uw vordering op de displays volgen.
Zie stap 5 op pagina 12.
Het meten van uw hartslag als u dat wilt.
Zie stap 6 op pagina 13.
Zet desgewenst de ventilatoren aan.
Zie stap 7 op pagina 13.
Haal de sleutel uit het bedieningspaneel wan-
neer u klaar bent met uw oefening.
Zorg ervoor dat wanneer het programma eindigt
de helling van de loopband op de laagste stand
staat. Haal vervolgens de sleutel uit het bediening-
spaneel en bewaar deze op een veilige plek.
Opgelet: Het bedieningspaneel blijft in de
“demo” instelling wanneer de displays en indi-
catoren blijven branden nadat u de sleutel uit
het bedieningspaneel heeft gehaald. Zie pagina
26 om de demo instelling uit te schakelen.
De aan/uit knop bij het snoer van de loopband in
de uit positie zetten wanneer u klaar bent met uw
oefening.
7
6
5
4
HOE HARTSLAGPROGRAMMA'S TE GEBRUIKEN
De borstkas-sensor dragen.
U moet de borstkas-sensor dragen om een
hartslagprogramma te gebruiken. Zie instruc-
ties op pagina 9.
De sleutel goed in het bedieningspaneel steken.
Zie HOE DE STROOM IN TE SCHAKELEN op
pagina 12.
Selecteer het op hartslag afgestemde pro-
gramma.
Als de sleutel erin ge-
stopt is, zal de handma-
tige modus geselecteerd
worden. Om een hart-
slagprogramma te kie-
zen druk dan meerdere
keren op de Kies Programma toets totdat een “P
1,” “P 2,” “P 3,” of “P 4” op de Afstand/Helling dis-
play verschijnt.
Diagrammen 1 tot en met 4 aan de linkerkant van
het bedieningspaneel geven aan hoe de naar te
streven hartslag tijdens het programma zal veran-
deren. Uw hartslag zal tijdens hartslagprogramma
1 ongeveer 85% van uw geschatte maximale hart-
slag bereiken. Uw hartslag zal tijdens hartslagpro-
gramma 2 en 3 ongeveer 80% van uw geschatte
maximale hartslag bereiken. Uw hartslag zal tij-
dens hartslagprogramma 4 ongeveer op het door
u bepaald niveau liggen.
Opgelet: Uw geschatte maximale hartslag wordt
berekend door uw leeftijd van 220 af te trekken.
Als uw leeftijd bijvoorbeeld 30 is dan is uw maxi-
male hartslag 190 (220 - 30 = 190).
Tijdens de hartslagpro-
gramma’s zal het de
piste een grafiek laten
zien die uw hartslag
weergeeft. Elke keer als
er een hartslag gedetec-
teerd wordt, zal er een
piek toegevoegd worden.
Voer uw leeftijd in.
Als het hartslagpro-
gramma geselecteerd
wordt, zal een leeftijdsin-
stelling oplichten in het
hellingdisplay en zullen de
letters “AGE” (leeftijd) ver-
schijnen op het
Calorieën/Hartslag display. Druk gewoon op de
Enter toets wanneer u uw leeftijd al hebt ingevoerd.
Als u uw leeftijd nog niet hebt ingevoerd druk dan
op de + en - toetsen naast de Enter toets om uw lef-
tijd in te voeren. Druk vervolgens op de Enter toets.
Hoe een na te streven hartslag invoeren.
Ga naar stap 6 wanneer programma 1, 2, of 3
gekozen is. Wanneer programma 4 wordt ge-
kozen volg de instructies hieronder.
Nadat u uw leeftijd hebt
ingevoerd zullen de let-
ters “PLS” en de na te
streven hartslag instelling
voor het programma in
de Calorieën/Hartslag
display oplichten. Als u
dat wilt druk op de + en - toetsen naast de Enter
toets om de na te streven hartslag instelling bij te
stellen. Wanneer u de gewenste instelling bereikt
druk dan op de Enter toets.
Een maximum snelheid invoeren.
Ne letter “SPd” en de
maximum snelheidsinstel-
ling van het programma
zullen vervolgens op de
Calorieën/Hartslag display
opflikkeren. Als u dat wilt
druk op de + en - toetsen
naast de Enter toets om de maximum snelheidsin-
stelling in te stellen. Wanneer u de gewenste instel-
ling bereikt druk dan op de Enter toets.
6
5
4
3
2
1
16
WAARSCHUWING:Gebruik
de programma’s voor de hartslag niet wan-
neer U hartklachten heeft of wanneer U ouder
dan 60 en niet actief bent. Bespreek met uw
huisarts, als u regelmatig medicijnen inneemt
of de medicijnen uw oefening voor de hartslag
kan beïnvloeden.
17
Druk op de Start-toets of de Snelheid + knop
om het programma te laten beginnen.
Direct nadat de knop is ingedrukt, zal de loopband
zich automatisch aanpassen aan de eerste snel-
heids- en hellingsinstellingen voor het pro-
gramma. Houd de leuning vast en begin te lopen.
Ieder programma is in verschillende tijdsegmen-
ten van verschillende lengte ingedeeld. Een na te
streven hartslag is voor ieder segment gepro-
grammeerd. Opgelet: Dezelfde na te streven hart-
slag is voor alle segmenten geprogrammeerd
wanneer hartslagprogramma 4 gekozen wordt.
Tijdens ieder segment zal het bedieningspaneel
uw hartslag geregeld vergelijken met de na te
streven hartslag. Wanneer uw hartslag veel lager
of hoger dan de na te streven hartslag is dan zal
de loopband automatisch sneller of langzamer
gaan draaien om uw hartslag dichterbij uw na te
streven hartslag aan te laten sluiten. De helling
van de loopband zal tevens automatisch omhoog
gaan wanneer de snelheid de maximale instelling
heeft bereikt (zie stap 6 op pagina 16) en uw hart-
slag nog steeds lager is dan uw na te streven
hartslag om zodoende uw hartslag dichter bij uw
na te streven hartslag aan te laten sluiten.
U zult gedurende de laatste drie seconden van
ieder segment een aantal tonen horen en zullen
de Snelheid display en de Afstand/Helling display
opflikkeren.
Het programma blijft doorgaan totdat het laatste
segment eindigt. De loopband zal dan langzaam
tot stilstand komen.
Als de snelheid of helling te hoog of te laag is,
kunt u deze instelling met de toetsen Snelheid en
Incline bijstellen. De snelheid en/of de hellings-
tand van de loopband zal/zullen echter, telkens
wanneer het bedieningspaneel uw hartslag met
uw ten doel gestelde hartslag instelling vergelijkt
automatisch toenemen of verminderen om uw
hartslag dichter bij uw ten doel gestelde hartslag
instelling te brengen.
Wanneer uw pols tijdens het programma niet ge-
meten kan worden dan zullen de letter PLS in de
Calorieën/Hartslag display opflikkeren en zullen
de snelheid en helling van de loopband automa-
tisch toenemen of verminderen totdat het pro-
gramma uw pols kan meten. Zie PROBLEMEN
MET DE BORSTKAS-SENSOR OPLOSSEN op
pagina 9 wanneer dit voorkomt.
Druk op de Stop-toets om het programma wanneer
dan ook te stoppen. Programma’s voor de hartslag
mogen zouden echter niet tijdelijk gestopt en dan
weer gestart mogen worden. Om een programma
voor de hartslag opnieuw te gebruiken kies dan
weer het programma en begin bij het begin.
Uw vordering op de displays volgen.
Zie stap 5 op pagina 12.
Zet desgewenst de ventilatoren aan.
Zie stap 7 op pagina 13.
Haal de sleutel uit het bedieningspaneel wan-
neer u klaar bent met uw oefening.
Zie stap 7 op pagina 15.
9
8
7
10
Het fitness test programma meet uw maximale VO2 ni-
veau. Voor de beste resultaten moet dit programma al-
leen worden gebruikt wanneer u veel energie hebt.
Gebruik het programma niet wanneer u al die dag hebt
geoefend. Volg de stappen hieronder om het pro-
gramma te gebruiken.
Doe de borstkas-sensor om.
U moet de borstkas-sensor dragen om het fit-
ness test programma te gebruiken. Zie instruc-
ties op pagina 9.
Steek de sleutel volledig in het bedieningspa-
neel.
Raadpleeg HOE DE STROOM IN TE SCHAKE-
LEN op pagina 12.
Kies het fitness test programma.
De handmatige instelling
wordt gekozen wanneer
u de sleutel insteekt.
Druk, om het fitness test
programma te kiezen,
meerdere keren op de
Kies Programma toets totdat een “P 5” op de
Afstand/Helling display verschijnt.
De Tijd/Tempo display zal wanneer het fitness
programma gekozen wordt aangeven dat het pro-
gramma 9 duurt.
De piste zal tijdens het
fitness test programma
een bewegende grafiek
aangeven die uw hart-
slag voorstelt. Ieder keer
als een hartslag wordt
gemeten zal een nieuwe
piek worden aangegeven.
Voer uw geslacht in.
Wanneer het fitness test
programma gekozen
wordt zullen de letters
“GEn” (geslacht) en een
“m” (man) of een “F”
(vrouw) in Calorieën/
Hartslag display opflik-
keren. Druk op de + en - toetsen naast de Enter
toets om een geslacht te kiezen en druk vervol-
gens op de Enter toets.
Voer uw leeftijd in.
Nadat u uw geslacht hebt
ingevoerd zal het word
“AGE” (leeftijd) en de
leeftijdsinstelling in de
Calorieën/Hartslag dis-
play opflikkeren. Druk
gewoon op de Enter
toets als u uw leeftijd al hebt ingevoerd. Druk de +
en - toetsen naast de Enter toets en voer uw leef-
tijd in wanneer u uw leeftijd nog niet hebt inge-
toetst. Druk vervolgens op de Enter toets.
Op de Start-toets of de Snelheid + toets druk-
ken om het programma te starten.
Even nadat u op de toets drukt zal de loopband
automatisch de eerste snelheid en hellingstand
van het programma instellen. Houdt u vast aan de
handleuningen en begin te oefenen.
Het bedieningspaneel zal tijdens het fitness test
programma automatisch de snelheid en helling
van de loopband controleren. De loopband zal
langzaam tot stilstand komen wanneer het pro-
gramma voltooid is en uw maximale VO2 niveau
zal in de Tijd/Tempo display verschijnen.
Opgelet: De fitness test zal stoppen en een nul (0)
zal in de Tijd/Tempo display verschijnen wanneer
uw hartslag tijdens het eerste gedeelte van het
programma hoger is dan 70% van uw maximale
hartslag; wanneer uw hartslag wanneer dan ook
tijdens het programma langer dan een paar se-
conden hoger is dan 85% van uw maximale hart-
slag, of wanneer uw pols gedurende een paar se-
conden tijdens het programma niet gemeten kan
worden (de letters “PLS” zullen opflikkeren in de
Calorieën/Hartslag display).
Uw vordering op de displays volgen.
Zie stap 5 op pagina 12
Zet desgewenst de ventilatoren aan.
Zie stap 7 op pagina 13.
De sleutel uit het bedieningspaneel halen wan-
neer het programma eindigt.
Zie stap 7 op pagina 15.
9
8
7
6
5
4
3
2
1
18
HOE HET FITNESS TEST PROGRAMMA TE GE-
BRUIKEN
19
De sleutel goed in het bedieningspaneel ste-
ken.
Zie HOE DE STROOM IN TE SCHAKELEN op
pagina 12.
Een van uw eigen programma’s kiezen.
De handmatige instelling
wordt gekozen wanneer
u de sleutel in het bedie-
ningspaneel steekt. Om
een eigen programma te
kiezen druk meerdere
keren op de Kies Programma toets totdat een “P
6” of “P 7” in de Afstand/Helling display verschijnt.
Opgelet: Als u uw programma nog niet heeft
samengesteld zullen drie kolommen met indi-
catoren in de programma display gaan bran-
den. Raadpleeg HOE UW EIGEN PROGRAMMA
TE GEBRUIKEN op pagina 20 wanneer er meer
dan drie kolommen met indicatoren branden.
Druk op de Start-toets of de Snelheid + toets
en stel de gewenste snelheid en helling instel-
ling.
Even nadat u op de toets heeft gedrukt zal de
loopband beginnen te draaien. Houdt u vast aan
de handleuningen en begin te oefenen.
Zie de piste. Ieder eigen
programma wordt in
segmenten met een
tijdsduur van 1 minuut
verdeeld. Ieder segment
heeft één instelling voor
de helling en voor de
snelheid. De snelheid
van het eerste segment
zal in de eerste kolom van het Huidig Segment
van het piste opflikkeren. (De helling instelling
wordt niet op de piste aangegeven.) Om een snel-
heid en een helling instelling voor uw eerste seg-
ment te programmeren stelt U gewoon de snel-
heid en de helling van de loopband in door op de
Snelheid en de Helling toetsen te drukken. Iedere
keer als op de snelheidstoetsen wordt gedrukt zal
een bijkomende indicator oplichten of doven in de
kolom Huidig Segment.
De snelheid en de helling instellingen zullen in het
geheugen worden opgeslagen wanneer het eerste
segment van het programma voltooid is. De drie
kolommen met indicatoren zullen dan een kolom
naar links verplaatst worden en de snelheid en
helling instelling zullen in de kolom van het Huidig
Segment opflikkeren. Programmeer een snelheid
en helling instelling voor het tweede segment
zoals hierboven is beschreven. Opgelet: Nadat
het derde segment voltooid is zullen de kolommen
met indicatoren niet meer een kolom naar links
verplaatst worden. In plaats daarvan zal de kolom
van het Huidig Segment met een kolom naar
rechts worden verplaatst. Wanneer de kolom van
het Huidig Segment de rechterkant van de pro-
gramma display bereikt zullen alle kolommen met
indicatoren in de display drie kolommen naar links
worden verplaatst.
Ga door met het programmeren van snelheid en
helling instellingen voor het aantal gewenste seg-
menten. U programma kan uit veertig segmenten
bestaan. Druk twee keer op de Stop-toets wan-
neer u klaar bent met uw oefening. De snelheids-
en hellingsinstelling die u geprogrammeerd hebt
en het aantal geprogrammeerde segmenten zul-
len dan in het geheugen worden opgeslagen.
De sleutel uit het bedieningspaneel halen wan-
neer het programma eindigt.
Zie stap 7 op pagina 15.
4
3
2
1
Huidig Segment
HOE UW EIGEN PROGRAMMA SAMEN TE
STELLEN
De sleutel goed in het bedieningspaneel steken.
Zie HOE DE STROOM IN TE SCHAKELEN op
pagina 12.
Een van uw eigen programma’s kiezen.
De handmatige instelling
wordt gekozen wanneer
u de sleutel in het bedie-
ningspaneel steekt. Om
een eigen programma te
kiezen druk meerdere
keren op de Kies Programma toets totdat een “P
6” of “P 7” in de Afstand/Helling display verschijnt.
Nadat u een van uw eigen programma gekozen
heeft zal de programma display een eenvoudig
overzicht van het gekozen programma aangeven.
De Tijd/Tempo display geeft de tijdsduur van het
programma aan.
Opgelet: Raadpleeg HOE UM EIGEN PRO-
GRAMMA SAMEN TE STELLEN op pagina 19
wanneer er maar 3 indicator kolommen in de
piste branden.
Op de Start-toets of de Snelheid + toets druk-
ken om het programma te starten.
Even nadat u op de toets drukt zal de loopband
automatisch de eerste snelheid en hellingstand
van het programma instellen. Houdt u vast aan de
handleuningen en begin te oefenen.
Ieder programma wordt
in meerdere segmenten
verdeeld, die verschillen
in tijd. Ieder segment
heeft één instelling voor
de helling en voor de
snelheid. De snelheid
van het eerste segment
zal aangegeven worden in de eerste kolom van het
Huidig Segment van de piste, welke opflik kert. (De
helling instelling wordt niet op de piste aangege-
ven). De snelheidsinstellingen voor de volgende
segmenten worden in de kolommen rechts weer-
gegeven.
Wanneer er nog maar drie seconden over blijven
in het eerste segment van het programma zullen
beide kolommen van het Huidige Segment en de
kolom rechts opflikkeren, een aantal tonen zullen
klinken, de Snelheid display en de stand/helling
display zullen opflikkeren en alle snelheids- instel-
lingen zullen met een kolom naar links opschui-
ven. De snelheid voor het tweede segment wordt
dan in de kolom van het Huidig Segment (welke
opflikkert) aangegeven. De snelheid en de helling
van de loopband zullen zich automatisch aan het
tweede segment aanpassen.
Het programma gaat door totdat de snelheidsin-
stellingen voor het laatste segment worden weer-
gegeven in de kolom voor het huidige segment en
er geen tijd resteert. De loopband komt dan lang-
zaam tot stilstand.
U kunt als u dat wilt tijdens gebruik het programma
nogmaals bijstellen. Druk gewoon op de Snelheid
en Helling toetsen om de snelheid en de hellings-
tand van het huidige segment aan te passen.
Deze nieuwe instellingen zullen in het geheugen
worden opgeslagen nadat het huidige segment vol-
tooid is. Om de tijdsduur van het programma te
verlengen moet u eerst wachten totdat het pro-
gramma beëindigd is. Druk dan vervolgens op de
Start-toets en programmeer snelheid en helling in-
stellingen voor zoveel meer segmenten als U wenst.
(Opgelet: Terwijl u segmenten aan het programma
toevoegt zullen de snelheid instellingen niet naar
links worden verplaatst. Integendeel de kolom van
het Huidig Segment zal een kolom naar rechts wor-
den verschoven. Wanneer de kolom van het Huidig
Segment de rechterkant van de programma display
bereikt zullen alle kolommen met indicatoren in de
display drie kolommen naar links worden ver-
plaatst.) Druk twee keer op de Stop-toets wanneer u
het aantal gewenste segmenten heeft toegevoegd.
Om de tijdsduur van het programma te verminde-
ren moet u altijd tijdens het uitvoeren van het pro-
gramma twee keer op de Stop drukken.
Druk op de Stop-toets om het programma tijdelijk
te stoppen. Alle displays zullen tijdelijk stoppen en
de Tijd/Tempo display zal opflikkeren. Om het
programma te herstarten druk dan op de Start-
toets of de Snelheid + toets. De loopband zal met
een 1 mph beginnen de draaien. De loopband zal
automatisch wanneer het volgende segment start
de snelheid en de helling instellen.
Uw vordering op de displays volgen.
Zie stap 5 op pagina 12.
Het meten van uw hartslag als u dat wilt.
Zie stap 6 op pagina 13.
De sleutel uit het bedieningspaneel halen wan-
neer het programma eindigt.
Zie stap 7 op pagina 15.
6
5
4
3
2
1
Huidig Segment
HOE UW EIGEN PROGRAMMA TE GEBRUIKEN
20
Wanneer u een iFIT.com CD programma gebruikt zal
een erkende persoonlijke trainer u door uw oefening
leiden terwijl het programma de snelheid en de helling
van de loopband met tussenposes controleert.
Opgelet: Om iFIT.com CD’s of videocassettes te
kopen, ga dan naar onze web site www.iFIT.com.
Volg de stappen hieronder om een iFIT.com CD pro-
gramma te gebruiken
Steek de sleutel in het bedieningspaneel.
Raadpleeg HOE DE STROOM IN TE SCHAKE-
LEN op pagina 12.
Kies de iFIT.com instelling.
De handmatige instel-
ling wordt gekozen wan-
neer u de sleutel in-
steekt. Druk de iFIT.com
toets om de iFIT.com
CD's te gebruiken. De
indicator op de toets zal
gaan branden.
Plaats de iFIT.com CD in de CD speler.
Druk op de
klep van de
CD speler in
de aangege-
ven richting
om de CD
speler te ope-
nen. Plaats
een iFIT.com
CD in de CD speler en sluit de klep.
Druk de Play/Pause toets om het programma
te starten.
Duk op de Play/Pause
toets naast de CD spe-
ler om het CD pro-
gramma te starten. Een
ogenblik nadat u op de
toets hebt gedrukt zal
uw persoonlijke trainer u gaan leiden door uw oe-
fening. Volg simpelweg de instructies van uw per-
soonlijke trainer op. Opgelet: Druk de Start toets
of de Snelheid + toets op het bedieningspaneel
wanneer de Tijd/Tempo display opflikkert. De
loopband zal niet op een CD programma reageren
wanneer de Tijd/Tempo display opflikkert.
Tijdens het CD programma zal een elektronische
“piep” geluid aangeven wanneer de snelheid en/of
de helling van de loopband zullen veranderen.
BELANGRIJK: Luister altijd naar het “piep”
geluid en wees voorbereid op snelheids- en/of
hellings- veranderingen. Soms kan de snel-
heid en/of de helling veranderen voordat de
persoonlijke trainer dat beschrijft.
Wanneer de snelheids- of de hellingsinstellingen
te hoog of te laag zijn dan kunt u wanneer u dat
wilt de instellingen op welk moment dan ook
handmatig veranderen door op de Snelheids- of
Hellingstoetsen van het bedieningspaneel te druk-
ken. Bij het volgende piep geluid zal echter de
snelheid en/of de helling met de volgende in-
stellingen van het CD programma veranderen.
Om het programma wan-
neer dan ook te stoppen
druk op de Stop toets
van het bedieningspa-
neel en daarna op de
Play/Pause toets naast
de CD speler. De Tijd/Tempo display zal beginnen
op te flikkeren. Om het programma opnieuw te
starten druk op de Play/Pause toets en daarna op
de Start toets of op de Snelheid + toets van het
bedieningspaneel. De loopband zal met een snel-
heid van 1 mph beginnen te draaien. Wanneer u
het volgend “piep” geluid hoort zullen de snel-
heid en de helling met de volgende instellin-
gen van het CD programma veranderen.
Wanneer het CD pro-
gramma voltooid is zal de
loopband langzaam tot
stilstand komen en de
Tijd/Tempo display zal be-
ginnen op te flikkeren.
Opgelet: Druk om een ander CD programma te kie-
zen op de Skip/Search toetsen naast de CD speler.
Opgelet: Als de snelheid of de helling van de
loopband niet na het “piep” geluid verandert
zorg er dan voor dat de iFIT.com indicator
brandt en dat de Tijd/Tempo display niet opf-
likkert. Druk op de Start toets of op de
Snelheid + toets van het bedieningspaneel
wanneer de Tijd/Tempo display opflikkert.
Stel het volume in als u dat wilt.
Druk op de Volume toet-
sen naast de CD speler
om het volume in te stel-
len.
5
4
3
2
1
Skip/
Search
21
Play/
Pause
Play/
Pause
Volume
HOE IFIT.COM CD PROGRAMMA'S GEBRUIKEN
22
Uw vordering op de displays volgen.
Zie stap 5 op pagina 12
Uw hartslag meten als u dat wilt.
Zie stap 6 op pagina 13.
Zet desgewenst de ventilatoren aan.
Zie stap 7 op pagina 13.
De sleutel uit het bedieningspaneel halen wan-
neer het programma eindigt.
Zie stap 7 op pagina 15.
BELANGRIJK: Neem altijd de iFIT.com CD's uit
de CD speler wanneer u ze niet meer nodig hebt.
HOE MUZIEK CD'S SPELEN
U kunt als u dat wilt uw eigen muziek CD's in de CD
speler afspelen. Kies voordat u muziek CD's wilt spe-
len de handmatige instelling van het bedieningspaneel
(raadpleeg HOE DE HANDMATIGE INSTELLING TE
GEBRUIKEN op pagina 12). Opgelet: Het gebruik
van CD-RW kan, terwijl u hard op de loopband
loopt, door verschillende factoren, zoals de kwali-
teit van de CD en de brander gebruikt om de CD-
RW te maken, worden beïnvloed.
U kunt ook uw eigen koptelefoon met de CD speler ge-
bruiken. Wij raden een koptelefoon met schuimrubbe-
ren kussentjes aan om de kans op statische elektrici-
teit tot een minimum te beperken. Steek de koptele-
foon in de plug onder de ventilator. Bevestig de draad
van de koptelefoon aan uw kleding om daar geen last
van te hebben.
9
8
7
6
WAARSCHUWING:De laser-
diode in de CD speler is een Klasse 1M laser.
Een vergrendelknopje voorkomt dat de CD ge-
bruikt kan worden wanneer de deksel open is.
Bekijk mocht het vergrendelknopje verslagen
worden en de deksel opengemaakt de laser-
diode dan niet met een optiek vergrootglas
(loep).
LASER BESTRALING
BEKIJK NIET MET EEN OPTIEK VERGROOT-
GLAS (LOEP)
KLASSE 1M LASER PRODUCT
IEC60825-1:1993+A1+A2
788nM, 148mW
HOE OP UW VIDEO AAN TE SLUITEN
Opgelet: Zie instructie A als uw video speler een
AUDIO OUT plug heeft die niet gebruikt wordt. Zie
instructie B als de AUDIO OUT plug al in gebruik
is. Zie instructie B als u een televisie heeft met in-
gebouwde video speler.
A. Steek het ene uiteinde van het audio snoer in de
plug aan de voorkant van de loopband bij het elec-
triciteitssnoer. Steek het andere uiteinde van het
snoer in de adapter. Steek de adapter in de AUDIO
OUT plug van uw video.
B. Steek het ene uiteinde van het audio snoer in de
plug aan de voorkant van de loopband bij het electri-
citeitssnoer. Steek het andere uiteinde van het snoer
in de adapter. Steek de adapter in een RCA Y-adap-
ter (verkrijgbaar in elektronica winkels). Haal vervol-
gens het snoer die nu in de AUDIO OUT plug zit uit
deze plug en steek deze in de Y-adapter. Steek de
Y-adapater in de AUDIO OUT plug van uw video.
HOE OP UW COMPUTER AAN TE SLUITEN
Opgelet: Zie instructie A als uw computer van een
3,5 mm LINE OUT plug is voorzien. Zie instructie B
als uw computer alleen een PHONES plug heeft.
A. Steek het ene uiteinde van het audio snoer in de
plug aan de voorkant van de loopband bij het elec-
triciteitssnoer. Steek het andere uiteinde van het
snoer in de LINE OUT plug van uw computer.
B. Steek het ene uiteinde van het audio snoer in de
plug aan de voorkant van de loopband bij het elec-
triciteitssnoer. Steek het andere uiteinde van het
snoer in de splitter. Steek de splitter in de PHONES
plug van uw computer. Steek uw koptelefoon in de
splitter.
23
AUDIO OUT
RIGHT
LEFT
VIDEO AUDIO
ANT. IN
RF OUT
IN
OUT
CH
34
Audio
Snoer
Adapter
A
VIDEO AUDIO
ANT. IN
RF OUT
IN
OUT
CH
34
Audio
Snoer
Adapter
B
Snoer verwijderd uit
de AUDIO OUT plug
RCA Y-Adapter
LINE OUT
Audio
Snoer
A
HOE DE LOOPBAND OP UW VIDEOSPELER OF
COMPUTER AANSLUITEN
PHONES
Audio
Snoer
B
Splitter
Koptelefoon/Speakers
Uw loopband moet om de iFIT.com video's te gebruiken
op uw videospeler aangesloten worden. Raadpleeg HOE
DE LOOPBAND OP UW VIDEOSPELER AANSLUITEN
op pagina 23. Opgelet: Om iFIT.com CD’s of video-
cassettes te kopen, raadpleeg onze web site
www.iFIT.com
Volg de stappen hieronder om een iFIT.com video pro-
gramma te gebruiken.
De sleutel goed in het bedieningspaneel steken.
Zie HOE DE STROOM IN TE SCHAKELEN op
pagina 12.
De iFIT.com instelling kiezen.
De handmatige instelling
wordt gekozen wanneer
u de sleutel in het bedie-
ningspaneel steekt. Druk
om een iFIT.com video te
gebruiken op de iFIT.com
toets. De indicator op de toets zal gaan branden.
De iFIT.com videocassette insteken.
Steek de video in uw videospeler.
Op de PLAY-toets van uw video drukken.
Direct nadat u op de Play toets heeft gedrukt zal uw
persoonlijke trainer u helpen bij uw oefening. Volg
de instructies van uw trainer. Opgelet: De tijd begint
dan te knipperen op het Tijd/Tempo display, druk
dan op de Start-toets of de Snelheid + toets van het
bedieningspaneel. De loopband reageert niet op
een of videoprogramma wanneer de tijd knippert.
U zult tijdens een video programma een “piep” ge-
luid horen wanneer de snelheid en/of de helling
gaat/gaan veranderen. OPGELET: Luister naar
het “piep” geluid en bereidt u er op voor dat
de snelheid en/of hellingstand van de loop-
band gaat/gaan veranderen. Het kan zijn dat in
sommige gevallen de snelheid en/of hellings-
tand kunnen veranderen voordat de persoon-
lijke trainer dat aangeeft.
U kunt de instellingen handmatige bijstellen door op
de Snelheid of Helling knopen van het bediening-
spaneel te drukken wanneer de snelheid of helling
instellingen te hoog of te laag zijn. Echter, wanneer
u een “piep” geluid hoort zullen de snelheid
en/of de helling stand veranderen in de eerstvol-
gende instellingen van het programma.
Druk op de Stop-toets van het bedieningspaneel
wanneer u de loopband wilt stoppen. De tijd begint
dan te knipperen op het Tijd/Tempo display. Druk
op de Start-toets of de Snelheid + toets om het
programma weer opnieuw te starten. Direct begint
de loopband met een snelheid van 1,0 mph te
draaien. Bij het volgende “piep” geluid zal de
loopband de snelheid en/of de helling verande-
ren en zich bij de volgende segment instelling
van het of video programma aanpassen.
Nadat de video programma eindigt zal de loop-
band tot stilstand komen en zal de tijd begint dan
te knipperen op het Tijd/Tempo display. Opgelet:
Druk, om een ander video programma te gebrui-
ken, op de Stop toets of haal de sleutel uit het ap-
paraat en ga naar stap 1 op deze pagina.
Opgelet: Als de snelheid of de helling van de
loopband niet verandert wanneer u het “piep”
geluid hoort:
• Zorg er dan voor dat de indicator naast de
iFIT.com indicator aan is en dat de tijd begint
dan te niet knipperen op het Tijd/Tempo dis-
play. Druk op de Start-toets of de Snelheid +
toets van het bedieningspaneel wanneer de
tijd opflikkert.
• Stel de volume van uw of video bij. Het kan
zijn dat het bedieningspaneel het signaal van
het programma niet ontvangt omdat de ge-
luidssterkte van de of video te hoog of te laag
is.
• Zorg ervoor dat het audio snoer juist is aan-
gesloten, goed in de plug zit en niet om het
electriciteitssnoer gewikkeld is.
Uw vordering op de displays volgen.
Zie stap 5 op pagina 12
Uw hartslag meten als u dat wilt.
Zie stap 6 op pagina 13.
Zet desgewenst de ventilatoren aan.
Zie stap 7 op pagina 13.
De sleutel uit het bedieningspaneel halen wan-
neer het programma eindigt.
Zie stap 7 op pagina 15.
OPGELET: Haal altijd de iFIT.com videocasset-
tes uit uw video speler wanneer u ze niet ge-
bruikt.
8
7
6
5
4
3
2
1
HOE IFIT.COM VIDEO PROGRAMMA'S GE-
BRUIKEN
24
25
Om deze programma’s van onze website te gebruiken
moet de loopband aangesloten zijn op uw computer.
Zie HOE OP UW COMPUTER AAN TE SLUITEN op
pagina 23. Bovendien moet U een internet aansluiting
en een provider hebben. Een lijst met specifieke sys-
teemvereisten kunt u op onze website vinden.
Volg de stappen hieronder om een programma van
onze website te gebruiken.
De sleutel goed in het bedieningspaneel steken.
Zie HOE DE STROOM IN TE SCHAKELEN op
pagina 12.
De iFIT.com instelling kiezen.
De handmatige instel-
ling wordt gekozen
wanneer u de sleutel in-
steekt. Druk de
iFIT.com toets om de
iFIT.com van internet te
gebruiken. De indicator
op de toets zal gaan branden.
Naar uw computer gaan en de internetverbin-
ding starten.
Naar onze website www.iFIT.com gaan.
Het gewenste programma van onze website
kiezen.
Lees en volg on line de programma instructies.
De on line instructies volgen en het pro-
gramma starten.
Wanneer u met een programma start begint een
aftelprocedure op uw scherm.
Ga naar uw loopband terug en stap op de voet-
kussentjes. Zoek naar de klip, die aan de sleu-
tel vastzit en maak de klip aan de tailleband
van uw kleding vast.
Wanneer de aftelprocedure voorbij is zal Uw pro-
gramma beginnen en de loopband gaan draaien.
Houdt u vast aan de handleuningen, stap op de
band en begin te oefenen. U zult tijdens het pro-
gramma een “piep” geluid horen wanneer de snel-
heid en/of de helling instelling gaat/gaan verande-
ren. OPGELET: Luister naar het “piep” geluid
en bereidt u er op voor dat de snelheid en/of
hellingstand van de loopband gaat/gaan veran-
deren.
U kunt de instellingen handmatige bijstellen door
op de Snelheid of Helling knopen van het bedie-
ningspaneel te drukken wanneer de snelheid of
helling instellingen te hoog of te laag zijn. Echter,
wanneer u een “piep” geluid hoort zullen de
snelheid en/of de helling stand veranderen in
de eerstvolgende instellingen van het pro-
gramma.
Druk op de Stop-toets van het bedieningspaneel
wanneer u de loopband wilt stoppen. De
Tijd/Tempo display zal opflikkeren. Druk op de
Start-toets of de Snelheid + toets om het pro-
gramma weer opnieuw te starten. De loopband
begint met een snelheid van 1 mph te draaien. Bij
het volgende “piep” geluid zal de snelheid
en/of de helling veranderen en zich bij de vol-
gende segment instelling van het programma
aanpassen.
Nadat de CD of video programma is beëindigd zal
de loopband tot stilstand komen en zal de
Tijd/Tempo display opflikkeren. Opgelet: Om een
ander programma te gebruiken moet u op de
Stop-toets drukken en stap 5 raadplegen.
Opgelet: Zorg ervoor als de snelheid of de hel-
ling van de loopband niet verandert wanneer u
het “piep” geluid hoort dat de iFIT.com indica-
tor aan is en dat de Tijd/Tempo display niet op-
flikkert. Zorg er bovendien voor dat het audio
snoer juist is aangesloten, goed in de plug zit
en dat het snoer niet om het electriciteitssnoer
gewikkeld is.
Uw vordering op de displays volgen.
Zie stap 5 op pagina 12.
De sleutel uit het bedieningspaneel halen wan-
neer het programma eindigt.
Zie stap 7 op pagina 15.
9
8
7
6
5
4
3
2
1
HOE DE PROGRAMMA’S DIRECT VAN ONZE
WEBSITE TE GEBRUIKEN
DE INFORMATIE INSTELLING/DEMO INSTELLING
Het bedieningspaneel biedt een informatie instelling
die het aantal gebruikte uren op de loopband en het
aantal gelopen mijlen op de loopband bijhoudt. Met de
informatie instelling kunt u ook van mijlen per uur naar
kilometers per uur overschakelen. Bovendien kunt U
met de informatie instelling de demo instelling aan- of
uitschakelen.
Houdt de Stop-toets ingedrukt terwijl u de sleutel in het
bedieningspaneel steekt om de informatie instelling te
kiezen. De volgende informatie wordt weergegeven
wanneer u de informatie instelling gekozen heeft:
De Afstand/Helling geeft het
aantal mijlen (of kilometers)
die u op de loopband gelo-
pen heeft.
De Tijd/Tempo display geeft
het aantal uren aan dat u de
loopband heeft gebruikt.
Een E voor engelse mijlen
of een M voor kilometers
verschijnt in de Snelheid
display. Druk op de
Snelheid + toets om van
eenheid te veranderen.
BELANGRIJK: De Calorieën/Hartslag display moet
blank zijn. Het bedieningspaneel is in de demo instel-
ling wanneer een “d” op de display verschijnt. Deze in-
stelling is alleen bedoeld voor demonstraties in een win-
kel. Wanneer het snoer is ingestoken en het bediening-
spaneel de demo instelling aangeeft kan de sleutel uit
het bedieningspaneel worden genomen, de displays
plus indicatoren zullen automatisch in een zekere volg-
orde oplichten. De toetsen van het bedieningspaneel
zullen nochtans niet werken. Druk op de Snelheid –
toets wanneer een “d” op de Calorieën/Hartslag in-
dicator verschijnt en de demo instelling gekozen
wordt zodat de display blank is.
Haal de sleutel uit het bedieningspaneel om de infor-
matie instelling te verlaten.
HOE DE LOOPBAND TE STELLEN
Mochten de wieltjes van
de loopband de vloer
raken of mocht de loop-
band beginnen te wan-
kelen draai dan aan een
of beide Stelpootjes
onder de basis van de
staander totdat de wiel-
tjes de vloer niet meer
raken en de loopband
niet meer wankelt.
Opgelet: Til mocht het
nodig zijn de loopband
op en gebruik een kruis-
kop schroevendraaier om de Stelpootjes te draaien.
DE ISOLATOR BESCHERM VEREN VERANDEREN
De loopband is voorzien van Isolator Veren (6) die ve-
ring aan de loopband geven. Een paar Grijze Isolator
Veren zijn al op de loopband gemonteerd. Voor een
stuggere loopband kunt u de Grijze Isolator Veren ver-
wijderen en de meegeleverde Blauwe Isolator Veren
monteren.
Vouw de loopband in de opklap stand (zie pagina 21).
Verwijder, met gebruik van een zeshoekige sleutel de
twee Bouten voor de Isolator Houder (12) van een van
de Houders van de Isolator (10). Verwijder de Grijze
Isolator Veer (6) van de Isolator (7) en schuif de
Blauwe Isolator Veer op de Isolator. Steek de Isolator
terug in de ronde kanaal in de Bovenste Kap van de
Isolator (5) en maak de Houder van de Isolator vast
met de Bouten (voor de Isolator Houder). Draai de
Bouten voor de Isolator Houder wat aan voordat u
ze volledig vastdraait.
Vervang de andere Grijze Isolator Veer (6) op dezelfde
manier.
Stelpootjes
Wieltjes
12
10
6
5
7
26
DE LOOPBAND INKLAPPEN EN VERPLAATSEN
HOE DE LOOPBAND IN TE KLAPPEN
Stel de helling in de laagste stand voordat u de loopband in-
klapt. U kunt als u dit niet doet de loopband voor altijd be-
schadigen. De stekker uit het stopcontact. WAARSCHU-
WING: U moet zeker 20 kg kunnen tillen om de loopband te
kunnen uitklappen, inklappen of verplaatsen.
1. Houdt de loopband vast op de rechts aangegeven plaatsen.
WAARSCHUWING: Buig door uw knieën en houdt uw rug
recht om persoonlijk letsel te vermijden. Zorg ervoor dat
u de kracht van uw benen gebruikt in plaats van uw rug
om de loopband te tillen. Til de loopband half omhoog.
2. Plaats uw rechterhand zoals aangegeven en houdt de loop-
band goed vast. Trek, met gebruik van uw linker hand, de
sluitknop naar links en houdt deze vast. Til de loopband op
tot het onderstel voorbij de sluitpin is. Laat de sluitknop lang-
zaam los. Zorg ervoor dat het onderstel door de sluitpin
goed vast zit.
Leg een matje onder de loopband om uw vloerbedekking
te beschermen. Houdt de loopband uit direct zonlicht.
Berg de loopband nooit op in een omgeving waar de
temperatuur hoger dan 30° C.
HOE DE LOOPBAND TE VERPLAATSEN
Voordat u de loopband kunt verplaatsen moet u eerst de loop-
band inklappen zoals hierboven is beschreven. Zorg ervoor dan
het onderstel goed met het sluitpin is bevestigd.
1. Pak de uiteinden van de leuningen vast. Plaats een voet op
het onderstel zoals aangegeven.
2. Kantel de loopband tot deze vrij kan rollen op de voorwiel-
tjes. Verplaats de loopband voorzichtig naar de gewenste
plaats. Wees heel voorzichtig tijdens het verplaatsen van
de loopband zodat u het risico op persoonlijk letsel
voorkomt. Verplaats de loopband niet over een oneffen
ondergrond.
3. Plaats weer een voet op het onderstel en kantel de loopband
tot deze weer rechtop staat.
Onderstel
Voorwieltjes
Onderstel
Sluitknop
Sluitpin
27
Gesloten
28
HOE DE LOOPBAND UIT TE KLAPPEN
1. Houdt het uiteinde van de loopband vast zoals aangegeven.
Trek, met gebruik van uw linker hand, de sluitknop naar links
en houdt deze vast. Laat de loopband langzaam zakken tot-
dat het onderstel voorbij de sluitpin is. Laat de sluitknop
langzaam los.
2. Houdt de loopband met beide handen goed vast en laat de
loopband op de vloer zakken. Laat de loopband niet op de
grond vallen. Buig door uw knieën en houdt u rug recht
om het risico op persoonlijk letsel te vermijden.
Onderstel
Sluitknop
Sluitpin
PROBLEMEN OPLOSSEN
U kunt de meeste problemen met uw loopband oplossen door de hieronder genoemde stappen te volgen.
Zoek het probleem dat bij u van toepassing is en volg de instructies. Mocht u verdere hulp nodig hebben,
neem dan contact op met onze klantendienst.
PROBLEEM: De stroom is niet ingeschakeld
OPLOSSING: a. Zorg ervoor dat de stekker goed is aangesloten in een geaard stopcontact. (Zie pagina 10).
Mocht een verlengsnoer nodig zijn gebruik dan alleen een snoer van 1,5 mof korter.
b. Nadat u de stekker heeft nagekeken, zorg er dan voor dat de sleutel zich goed in het bedie-
ningspaneel zit.
c. Controleer de stroomonderbreker bij het snoer op
het onderstel van de loopband. Als de knop uit-
steekt zoals aangegeven is de stroomonderbreker
doorgeslagen. Wacht 5 minuten en druk de scha-
kelaar opnieuw in om de stroomonderbreker op-
nieuw in werking te stellen (te resetten).
d. Bekijk de aan/uit knop die zich bij het electriciteits-
noer van de loopband bevindt. De knop moet zich
in de aan positie bevinden.
PROBLEEM: Stroomuitval tijdens gebruik
OPLOSSING: a. Controleer de stroomonderbreker bij het snoer op het onderstel van de loopband (zie tekening
boven). Als de stroomonderbreker is doorgeslagen, wacht dan 5 minuten en druk dan de scha-
kelaar weer in.
b. Zorg ervoor dat de stekker in het stopcontact steekt. Als de stekker in het stopcontact steekt,
haal hem er uit, wacht 5 minuten en steek de stekker opnieuw in het contact.
c. Haal de sleutel uit het bedieningspaneel. Steek de sleutel opnieuw goed in het bedieningspaneel.
d. Zorg ervoor dat de aan/uit knop zich in de aan positie bevindt.
e. Als de loopband nog niet wil draaien, bel dan de wintel waar u dit apparaat hebt gekocht.
PROBLEEM: Het bedieningspaneel is te hoog of te laag
OPLOSSING: a. U kunt de hoogte van het bedieningspaneel bijstellen. Zie montage stap 7 op pagina 8 voor
verdere instructies.
PROBLEEM: De loopband is tijdens gebruik onstabiel.
OPLOSSING: a. Raadpleeg HOE DE LOOPBAND TE STELLEN op pagina 26.
29
Doorgeslagen
c
Resetten
Aan
Positie
d
PROBLEEM: De loopband vertraagt wanneer er op gelopen wordt
OPLOSSING: a. Mocht u een verlengsnoer nodig hebben, gebruik dan een verlengsnoer van 1,5 meter of korter.
b. Als de loopband te strak is functioneert de loopband
minder en kan zelfs beschadigd worden. Haal de sleu-
tel uit het bedieningspaneel en DE STEKKER UIT
HET STOPCONTACT. Draai met de meegeleverde
sleutel beide bouten van de achterroller een 1/4 slag
tegen de klok in. Wanneer de loopband goed is bijge-
steld moet u de loopband 5 à 7 cm van het loopplat-
form kunnen tillen. Zorg ervoor dat de band goed in
het midden ligt. Steek de stekker en de sleutel weer in
en laat de loopband een paar minuten draaien.
Herhaal deze handeling tot de loopband goed ligt.
c. Bel onze klantendienst wanneer de loopband blijft vertragen.
PROBLEEM: De loopband ligt niet in het midden of slipt wanneer er op gelopen wordt
OPLOSSING: a. Haal eerst de sleutel uit het bedieningspaneel en DE
STEKKER UIT HET STOPCONTACT wanneer de
loopband niet goed in het midden ligt. Als de loop-
band naar links is verschoven, draai met de meege-
leverde sleutel de linker bout van de achterroller een
1/2 slag met de klok mee. Als de loopband naar
rechts is verschoven, draai dan de bout van de ach-
terroller een 1/2 slag tegen de klok in. Zorg ervoor dat
u de band niet te strak aandraait. Steek de stekker en
de sleutel weer in en laat de loopband een paar minu-
ten draaien. Herhaal deze handeling tot de loopband goed ligt.
b. Haal eerst de sleutel uit het bedieningspaneel en
HAAL DE STEKKER UIT HET STOPCONTACT
wanneer de loopband slipt. Draai met de meegele-
verde sleutel beide bouten van de achterroller een 1/4
slag met de klok mee. Wanneer de loopband goed is
bijgesteld moet u de loopband 5 à 7 cm van het loop-
platform kunnen tillen. Zorg ervoor dat de band goed
in het midden ligt. Steek de stekker en de sleutel weer
in en laat de loopband een paar minuten draaien.
Herhaal deze handeling tot de loopband goed ligt.
PROBLEEM: De helling van de loopband verandert niet op de juiste wijze
OPLOSSING: a. Druk terwijl de sleutel in het bedieningspaneel is geschoven op een van de helling toetsen.
Haal de sleutel er uit terwijl de helling van de loopband zich aanpast. Steek de sleutel na
een paar seconden weer in het bedieningspaneel. De loopband zal dan automatisch de helling
tot de maximale helling aanpassen om vervolgens naar de laagste stand terug te keren.
Hierdoor wordt het hellingssysteem opnieuw gekalibreerd.
b
a
Bijstelbouten voor de achterroller
5 à 7 cm
b
30
PROBLEEM: De hartslag monitor werkt niet goed.
OPLOSSING: a. Kijk bij PROBLEMEN MET DE BORSTKAS-SENSOR OPLOSSEN op pagina 9 wanneer de
hartslag monitor niet goed werkt.
b. Wanneer de hartslag monitor nog steeds niet goed werkt vervang
dan de batterij. Zoek om de batterij te vervangen naar de deksel
aan de achterkant van de sensor. Steek een muntje in de gleuf van
de deksel en draai de deksel tegen de klok in tot aan de “open” po-
sitie. Verwijder de deksel. Haal vervolgens de batterij uit de sensor.
Plaats er een nieuwe CR2032 batterij in met het opschrift naar
boven. Zorg er ook voor dat de rubber band goed in de sensor zit.
Maak de deksel weer vast en draai de deksel in de gesloten positie.
PROBLEEM: De displays van het bedieningspaneel werken niet naar behoren
OPLOSSING: a. Oplossing: a. Haal de sleutel uit het bedieningspa-
neel en TREK SNOER UIT HET STOPCONTACT.
Leg, met de hulp van een tweede persoon, de
Basis van de Staander (97) voorzichtig neer zoals
aangegeven. Verwijder de vijf Schroeven van de
Kap (44). Opgelet: Een kruiskopschroevendraaier
met een schacht van minstens 127mm is vereist.
Zet, met de hulp van een tweede persoon, de
Staanders (97) voorzichtig rechtop zoals aangege-
ven. Draai de Kap (123) voorzichtig af.
Zoek de Sensor (22) en de Magneet (19) aan de lin-
kerkant van de Katrol (18). Draai de Katrol zodanig
dat de Magneet gelijk staat met de Sensor. Zorg er-
voor dat de afstand tussen de Magneet en de
Sensor ongeveer 3 mm is. Draai, indien nodig, de
Schroef (23) wat los en verplaats de Sensor enigs-
zins. Draai de Schroef weer vast. Maak de kap weer
vast en laat de loopband een paar minuten draaien
om de snelheidsmeting na te kijken.
44
44
a
123
97
31
Batterij
Rubber
Band
Deksel
b
Deksel
44
97
19
23
22
Zicht
van
boven
3 mm
18
32
RICHTLIJNEN VOOR UW CONDITIE
De volgende richtlijnen zullen u helpen met het uitvoe-
ren van uw oefenprogramma. Voor meer informatie
raadpleeg een goed boek of raadpleeg uw huisarts.
INTENSITEIT VAN UW OEFENING
Als uw doel is om vet te verbranden of uw cardivascu-
lair systeem te verbeteren dan is de juiste intensiteit
het middel. U kunt het juiste intensiteitsniveau bepalen
door uw hartslag als leidraad te gebruiken. De diagram
hieronder geeft de aanbevolen hartslag aan voor vet
verbranding en voor een aerobic oefening.
Om de juiste harstlag meting te berekenen moet u
eerst onder de diagram uw leeftijd opzoeken (leeftijden
zijn per 10 jaar afgerond). Zoek vervolgens de drie ge-
tallen boven uw leeftijd. Deze drie getallen geven uw
trainingszone aan. De twee laagste getallen zijn voor
vet verbranding aanbevolen. Het hoogste getal is voor
aerobic oefeningen aanbevolen.
Gebruik de pols-sensor op het bedieningspaneel om
uw hartslag tijdens het oefenen te meten. Stel de snel-
heid of de helling stand van de loopband bij wanneer
uw hartslag te hoog of te laag is.
Vet verbruiken
Om effectief vet te verbranden moet U voor een lan-
gere tijd op een betrekkelijke lage intensiteit oefenen.
Tijdens de eerste minuten van uw oefening gebruikt uw
lichaam makkelijke bereikbare koolhydraten. Pas na de
eerste paar minuten begint uw lichaam vet als energie
te verbruiken. Stel de snelheid en de helling van de
loopband bij todat uw hartslag rond het laagste getal
van uw trainingszone ligt als u vet wilt verbranden.
Stel voor maximale vet verbranding, de snelheid en
helling van de loopband bij totdat uw hartslag rond het
middelste getal van uw trainingszone ligt.
Aerobic oefening
Uw oefening moet aerobic zijn als het uw doel is uw
cardiovasculair systeem te verbeteren. Een aerobic oe-
fening is een activiteit met een hogere zuurstof toevoer
voor een langere tijd. Deze hogere intensiteit vraagt
een grotere prestatie van uw hart om bloed naar uw
spieren te pompen. Het vereist ook een grotere presta-
tie van uw longen om het bloed van zuurstof te voor-
zien. Stel de snelheid en de helling van de loopband bij
totdat uw hartslag rond het hoogste getal van uw trai-
ningszone ligt als u een aerobic oefening wilt uitvoeren.
RICHTLIJNEN VOOR UW OEFENING
Iedere oefening moet uit de volgende drie onderleden
bestaan:
Opwarming—Begin iedere oefening met een opwarm-
fase door 5 à 10 minuten de spieren te strekken en
wat lichte oefeningen te doen. Een juiste opwarmoefe-
ning verhoogt uw lichaamstemperatuur , uw hartslag
en bevordert uw bloedsomloop als voorbereiding op
uw oefening.
Oefening in uw trainingszone—Verhoog de intensi-
teit van uw oefening na het opwarmen zodat uw hart-
slag binnen uw trainingszone valt. Houdt dit 20 à 60
minuten vol. (Beperk tijdens de eerste paar weken van
uw oefenprogramma uw oefening tot 20 minuten). Haal
diep en regelmatig adem. Houdt nooit uw adem in.
Afkoeling—Beëindig uw oefening weer met 5 à 10 mi-
nuten strekoefeningen. Dit zal de soepelheid van uw
spieren bevorderen en problemen helpen voorkomen
na de oefening.
OEFENFREQUENTIE
Om uw conditie te consolideren of te verbeteren moet u
3 keer per week oefenen met minstens een dag rust tus-
sen de oefendagen. Na een paar maanden kunt u als u
dat wilt 5 keer per week oefenen. Om succes te hebben
is het belangrijk om plezierig en regelmatig te oefenen.
WAARSCHUWING:
Raadpleeg uw huisarts voor u met dit of enig
ander oefenprogramma begint. Dit is bijzon-
der belangrijk voor mensen ouder dan 35 of
mensen met gezondheidsproblemen. Lees
alle instructies door voor gebruik.
De pols-sensor is geen medisch instrument.
Verschillende factoren zoals beweging van de
gebruiker kunnen de nauwkeurigheid van de
hartslag metingen beïnvloeden. De pols-sen-
sor is alleen als hulpmiddel bedoeld voor al-
gemene hartslag meting.
33
VOORGESTELDE STREKOEFENINGEN
De juiste houding voor de strekoefeningen is hier rechts getoond. Strek u langzaam, vermijdt krachtige inspan-
ning.
1. Tenen aanraken
Sta met uw knieën lichtjes gebogen en buig uw lichaam vanuit uw
heupen naar voren. Ontspan uw rug en schouders zo veel mogelijk
en reik zover mogelijk naar uw tenen toe. Houdt deze houding 15
seconden vol en ontspan. Herhaal dit 3 keer. Spieren: kniepees,
achterkant van knieen en rug.
2. Kniepees strekken
Zit met één been gestrekt. Trek uw andere voet naar u toe en leg
deze tegen de binnenkant van het gestrekte been. Reik zover mo-
gelijk naar uw tenen. Houdt deze houding 15 seconden vol en ont-
span. Herhaal dit 3 keer. Spieren: kniepees,onderrug en lies.
3. Kuit/achillespees strekken
Leun met het ene been voor het andere, naar voren en plaats uw
handen tegen de muur. Houdt uw achterste been gestrekt en uw
achterste voet plat op de grond. Buig uw voorste been, leun naar
voren en duw uw heupen naar de muur toe. Houdt deze houding 15
seconden vol en ontspan. Herhaal dit 3 keer voor ieder been. Om
uw achillespees verder te strekken, buig ook uw achterste been.
Spieren: kuiten, achillespees en enkels.
4. Dijspier strekken
Pak met één hand tegen de muur voor evenwicht, uw voet met uw
andere hand vast. Breng uw voet zo ver mogelijk tegen uw zitvalk
aan. Houdt deze houding 15 seconden vol en ontspan. Herhaal dit
3 keer voor ieder been. Spieren: dijspier en heupspieren.
5. Binnendij strekken
Zit met de voetzolen tegen elkaar en knieën naar buiten gebogen.
Haal uw voeten zover mogelijk naar uw lies toe. Herhaal dit 3 keer.
Spieren: dijspier en heupspieren.
1
2
3
4
5
34
LIJST MET ONDERDELEN—Modelnr. PETL78132 R0604A
Onder- Aantal Beschrijving
deelnr.
Onder- Aantal Beschrijving
deelnr.
1 1 Linker voetkussentje
2 12 Schroef voor de voetleuning
3 2 Moer van de Isolator Bovenste
4 2 Sticker Isolator
5 2 Kapje Isolator
6 2 Grijze Isolator Veer
7 2 Isolator
8 2 Bodem Kap Isolator
9 2 Beugel voor Isolator
10 2 Steunhouder Isolator
11 4 Moer van Steunplaat Isolator
12 2 Moer van de Isolator
13 1 Loopoppervlak
14 2 Loopband geleider
15 4 Schroef van de Band Geleider
16 2 Loopoppervlak Schroef (Achter)
17 2 Schakelbout van het Onderstel
18 1 Wieltje/Katrol
19 1 Magneet
20 9 Schakelmoer van Onderste
21 2 Schakel-tussenstuk
22 1 Sensor
23 1 Schroef van de Sensor
24 1 Sensorklip
25 2 Schakelbout van Lift
26 1 Tussenring van de Motor
27 1 Katrol/Vliegwiel/Ventilator
28 1 Riem van de Motor
29* 1 Arm montage
30 1 Schakelbout van de Idler
31 1 Motor
32 1 Hulp-pitmanarm
33 1 Lift Onderstel
34 1 Moer van de Motor
35 2 Moer van het Loopplatform
36 1 Tussenring van de Idler
37 1 Hellingmotor
38 2 Bout van Hellingmotor
39 6 1/4” Tussenring
40 2 Stervormige Pakkingring van Roller
41 1 Bijstelbout van de Voorste Roller
42 2 Loopoppervlak Schroef (Voorste)
43 1 Transformator
44 5 Schroef voor Kap
45 1 Kap
46 1 Sticker voor Kap
47 1 Stroomon-derbreker
48 1 Controller
49 2 Elektriciteitssnoer
50 1 Contactpunt
51 2 Waarschuwing
52 10 3/4” Tek Schroef
53 3 Klip Onderkap
54 1 Onderkap
55 1 Verbinding
56 1 Klemschroef
57 1
Verbindingsklip
58 1 Kabelbevestiging
59 1 Onderstel
60 1 Rechter Achter Voet
61 1 Borstkas-sensor
62 2 Bijstelbout van de Achterroller
63 1 Achteroller
64 1 Inbussleutel
65 1 5/32”Inbussleutel
66 1 Linker Achter Voet
67 1 Rechter voetkussentje
68 1 Loopband
69 2 Sticker met Waarschuwing
70 2 Blauw Isolator Veer
71 1 Hartslagmeterbalk
72 4 Schroef hartslagmeterbalk
73 1 Splitter
74 1 Draadharnas
75 2 Rechter Bovenste Eindkapje
76 4 Bouten van het Bedieningspaneel
77 4 Sterring
78 5 Schroef van de Kap
79 2 Tussenstuk voor de Staander
80 1 Rechter Staander
81 1 Linker Bovenste Eindkapje
82 1 Montage van Sluiting
83 1 Snoer voor Controller
84 1 Linker Staander
85 2 CD Houder
86 4 Bouten van de Staander
87 8 U-vormige beugel
88 2 Beschermkapje Staander
89* 2 Montage van de Poot
90 2 Bout van het Wiel
91 2 Waarschuwingsticker
92 2 Verlengpoot
93 1 Kleine moer
94 2 Wiel
95 2 Stelpoot
96 4 Moer van de Poot
97 1 Staander
98 1 Optische schakelaar
99 2 Kussen voor de Basis
100 2 Staander Beschermkapje
De GEDETAILLEERDE TEKENING in het midden van deze handleiding be-
kijken om de onderdelen die hieronder opgesomd staan te kunnen vinden.
35
Onder- Aantal Beschrijving
deelnr.
Onder- Aantal Beschrijving
deelnr.
101 1 Basis van het Bedieningspaneel
102 2 Moer van de Lift Onderstel
103 8 Massaschroef/Schroef van het Choke
104 1 Sleutel/Klip
105 2 Schroef voor Ventilator
106 1 Ventilator
107 1 Bedieningspaneel
108 44 Schroef
109 1 Linker Houder
110 1 CD Houder
111 1 Rechter Houder
112 1 Draad voor iFIT.com
113 1 Stekerbus voor iFIT.com
114 2 Bout van Motorhouder
115 1 Schroef Optische Schakelaar
116 1 Basis van het Bedieningspaneel
117 1 Handgreep links (Bovenste)
118 1 Moer Optische Schakelaar
119 1 Linker Onder Handvat
120 1 Handgreep rechts (Bovenste)
121 1 Rechter Onder Handvat
122 1 Plaat met Elektronica
123 1 Motorkap
124 1 Achterkant Bedieningpaneel
125 1 Stervormige Pakkingring Optische
Schakelaar
126 2 Stervormige Pakkingring Achteroller
127 4 Sterringen van de Staander
128 2 Voorste Isolator
129 2 Voorste Schroef Isolator
130 1 Optische Plaat
131 1 Draad voor iFIT.com
132 1 Filter Draad
133 1 Draad Optische Schakelaar
134 2 Schroef van Sluiting
135 2 1” Tek Schroef
136 1 Katrolbout
137 1 Katroltussenring
138 1 Katrol
139 1 Borstkas-band Sensor
140 1 Katrolbout
141 3 Dosje met Ferriet
142 1 Filter
143 4 Plastic Tussenstuk
144 1 Beugel voor Elektronica
145 1 Schakelbord met Electronica
146 1 Choke
147 1 Beugel voor Controller
148 1 Motor Isolator
149 1 Pols Ontvanger
150 1 On/Off Knop
151 1 Stroomonderbreker
152 1 Bescherm
153 1 Pols-draad
# 1 8” Groene Draad, Vrouwelijk/Ring
# 1 8” Groene Draad, 2 Vrouwelijke
# 1 14” Witte Draad, 2 vrouwelijke
# 1 6” Witte Draad, 2 vrouwelijke
# 1 6” Blauwe Draad, 2 vrouwelijke
# 1 4” Blauwe Draad, 2 vrouwelijke
# 1 4” Zwarte Draad, 2 vrouwelijke
# 1 Gebruikersaanwijzing
* Inclusief alle meegeleverde delen.
# Deze onderdelen woorden niet getoond.
Specificaties kunnen zonder kennisgeving worden ver-
anderd.
Onderdeel Nr. 209736 R0604A Gedrukt in Canada © 2004 ICON IP, Inc.
HET BESTELLEN VAN ONDERDELEN
Om vervang onderdelen voor uw loopband te bestellen, neem dan a.u.b. contact op met de winkel waar u dit ap-
paraat hebt gekocht.
Zorg ervoor dat u de volgende informatie bij de hand hebt wanneer u onderdelen wilt bestellen:
het MODELNUMMER VAN HET PRODUKT (PETL78132)
de NAAM VAN HET PRODUKT (PROFORM
®
790 TR loopband)
het SERIENUMMER VAN HET PRODUKT (zie de kaft van de handleiding)
het NUMMER VAN HET ONDERDEEL en de BESCHRIJVING van het onderdeel op pagina 34 en 35 van deze
handleiding
PROFORM is een merk van ICON IP, Inc.
2
4
3
2
9
2
1
10
11
12
42
11
15
14
69
13
16
17
18
19
4
3
2
2
2
16
63
62
39
66
68
52
65
64
62
39
52
60
11
11
10
9
14
15
59
67
42
17
20
20
38
21
37
38
33
103
20
23
20
21
22
24
43
55
56
57
58
44
52
54
53
52
52
52
51
78
123
45
44
46
49
50
78
8
7
5
6
8
7
6
5
41
40
39
12
93
131
83
133
132
130
115
125
98
118
126
126
35
35
129
128
129
128
44
78
69
70
26
114
148
29*
32
137
34
136
138
20
140
30
36
48
53
53
147
103
103
31
27
28
103
146
145
143
143
144
103
142
141
103
150
151
152
44
44
154
GEDETAILLEERDE TEKENING—Modelnr. PETL78132 R0604A
Zie voor een be-
schrijving van de on-
derdelen de onder-
delenlijst op pagina
34 en 35 in de ge-
bruiksaanwijzing.
112
113
86
84
134
82
88
79
97
89*
90
94
20
91
92
95
96
89*
20
94
90
91
92
95
96
87
85
86
80
79
88
81
76
85
72
72
77
153
71
99
135
87
100
25
20
20
25
75
103
87
87
99
135
104
105
106
105
107
117
120
116
119
108
108
108
108
121
108
108
108
108
108
108
108
108
108
108
108
108
108
108
108
108
108
108
108
124
111
110
108
108
108
108
108
108
108
108
101
109
74
75
77
103
72
72
76
100
51
122
72
72
72
39
39
127
127
44
44
79
139
61
149
73
GEDETAILLEERDE TEKENING—Modelnr. PETL78132 R0604A
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38

Pro-Form 790cd Treadmill Handleiding

Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor