Scholtes TV 76 S (GI) de handleiding

Categorie
Kookplaten
Type
de handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

31
Bij de kookplaat zitten twee dokumenten:
·
de gebruiksaanwijzing voor het dagelijks gebruik van uw toestel.
Hierin vindt u de beschrijving van alle voordelen van het toestel en
de manier om er zoveel mogelijk profijt van te trekken. Lees het boekje
aandachtig door voordat u uw kookplaat in gebruik neemt en aarzel
niet het zo vaak mogelijk te raadplegen.
·
de technische handleiding met alle aanbevelingen voor installatie
overeenkomstig de wettelijke voorschriften. De aansluitingen op gas
en elektriciteit moeten door een erkend vakman gedaan worden.
Hij is de enige die de geldende wetgeving kan toepassen.
De aansluitingen op gas en elektriciteit moeten door een erkend
installateur gedaan worden. Deze installatieverrichtingen, hoe
eenvoudig ook, luisteren heel nauw en zijn essentieel voor de optimale
werking van uw kookplaat.
De gebruiker dient deze beide dokumenten goed te bewaren.
De technische handleiding bevat een tabel, die ingevuld moet worden
als het toestel aan een ander soort gas aangepast wordt, zodat, na de
wijziging, de staat van het toestel duidelijk vaststaat.
32
De kookplaat
De gaskookplaten omvatten:
(1) - een normale brander van: 1,90 kW
(2) - een sudderbrander van: 1,00 kW
(3) - twee grote brander van: 3,30 kW voor aardgas
3,00 kW voor vloeibaar gas
(4) - een brander met drievoudige vlammenkring: 2,50 kW
(5) - de bedieningsknoppen van de gasbranders
De zeefdrukalbeelding rondom de bedieningsknoppen geeft aan met welke brander
ze overeenstemmen.
4
2
1
3
TV 76 S
5 5
33
De kookplaat
Branderregeling
De branders zijn traploos instelbaar, waardoor de vlam gemakkelijk aangepast kan
worden aan de verschillende pandoorsneden en de verhittingswarmte uiterst
nauwkeurig kan worden afgesteld.
De branders worden geregeld door de bedieningsknop tegelijk in te drukken en tegen
de richting van de klok in te draaien tot het merkteken op de knop tegenover één van
de volgende symbolen staat
stip: uit
grote vlam: open
kleine vlam: sudderstand
Onsteking van de branders van de andere komforen
U kunt de branders van uw komfoor “met één hand” ontsteken. U hoeft hiervoor slechts
de bedieningsknop in te drukken en tegen de wijzers van de klok in open te draaien :
de brander wordt door vonkenafgifte onstoken. Zodra de brander aan is, laat u de
knop los waardoor de vonkenafgifte stopt.
Draai, als de vlam van een brander per ongeluk uitgaat, de bedieningsknop van de
brander dicht en wacht minstens een minuut voordat u probeert het gas weer aan te
steken.
34
Gebruiksaanwijzingen
BELANGRIJKE AANBEVELINGEN
Gebruik de kookplaat uitsluitend voor het doel waarvoor hij
bestemd is. Elk ander gebruik (bijvoorbeeld om een vertrek te
verwarmen) is gevaarlijk.
De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade veroorzaakt door onjuist of
verkeerd gebruik.
· Het gebruik van een elektrisch apparaat houdt in dat een aantal fundamentele
regels in acht genomen moeten worden:
het apparaat moet binnen geinstalleerd worden en mag niet blootgesteld worden
aan weersinvloeden;
gebruik het apparaat nooit terwijl u op blote voeten bent;
trek niet aan het snoer, om het los te koppelen trek de stekker uit het
stopkontakt;
laat het apparaat niet zonder toezicht door kinderen gebruiken.
· De elementen van uw kookplaat geven hun optimale rendement als ze perfect
schoonge houden worden.
· Berg geen brandbare onderhoudsprodukten op in het meubel onder de
kookplaat.
· Neem, zodra er een barst op het glazen oppervlak verschijnt, onmiddellijk de
stekker uit het stopkontakt.
· Sluit, als het toestel niet in gebruik is, de hoofdkraan van het gas.
België :
De kookplaat is in de fabriek afgesteld op G 20 aardgas (20 mbar), met blokkering
van de by-pass schroef.
· Bij installatie op G 30 (30 mbar) of G 31 (37 mbar) dient u zich tot uw leverancier te
wenden, die als enige bevoegd is om aan deze opstelling te voldoen.
Nederland :
De kookplaat is in de fabriek afgesteld op G25 aardgas (25 mbar).
Laat, als het toestel aangepast wordt aan een ander soort gas, de aanduidingen over
de verandering van gas noteren met de datum en de gegevens van degene die de
wijziging heeft uitgevoerd, teneinde te voldoen aan de wettelijke voorschriften. De
installatiehandleiding bevat hiervoor een speciale tabel. In het zakje met de spuitstukken
zitten twee etiketten met de specificaties van de spuitstukken voor het nieuwe gas ;
vergeet niet deze op de kookplaat en in de installatiehandleiding te plakken.
35
Gebruiksaanwijzingen
Welke pannen te gebruiken
· De pannendragers van de gas-of gemengde kookplaten zijn niet geschikt voor
gebruik van pannen met een holle of bolle bodem.
· Alle branders - snel, middelsnel of spaarbrander - kunnen worden gebruikt voor
pannen met een doorsnede van minimum 120 mm.
· Toch raden wij aan altijd een brander te gebruiken die past bij de afmetingen van
de pan (zie tabel) zodat de vlammen niet onder de pan uit steken: de vlammen
moeten alleen de bodem van de pan verwarmen.
· Plaats nooit wankele of vervormde pannen op de branders of op de elektrische
kookplaten teneinde ieder risico van per ongeluk overlopen te vermijden.
· Controleer altijd of de knoppen op de "
" positie staan als het apparaat niet in
gebruik is.
· Zodra een vloeistof in de pan aan de kook is geraakt hoeft u hem slechts op de
minimum verwarmingssterkte te zetten om te vermijden dat de inhoud van de pan
overloopt.
Branders ø Diameter pan (cm)
Snel (R) 24 - 26
Half-snel (S) 16 - 20
Spaarbrander (A) 10 - 14
Drievoudige Ring (TC) 24 - 26
36
Onderhoud
Sluit altijd eerst de stroom af voordat u overgaat tot reinigen of onderhoud.
Voor lange duurzaamheid van uw fornuis is het belangrijk dat dit regelmatig
wordt schoongemaakt. Onthoud het volgende:
Gebruik voor het reinigen geen stoomapparaat.
de losse delen van de gasbranders moeten vaak in een lauw sop worden gewassen;
verwijder eventueel aangekoekte resten.
bij de kookvlakken met automatische ontsteking moet het uiteinde van de
electronische ontstekingsmechanismen vaak zorgvuldig worden schoongemaakt.
Controleer dat de gaten voor de gastoevoer niet verstopt zijn;
de electrische kookplaten worden met een vochtige doek schoongemaakt waarna
ze met een beetje olie worden ingewreven als ze nog lauw zijn;
De kookplaat wordt schoon gemaakt met producten voor het reinigen van glas.
Gebruik nooit schurende producten of schuursponzen die het glas kunnen
beschadigen.
De kookplaat moet regelmatig worden schoongemaakt met een sopje. Eerst
moeten eventuele etensresten en vetspetters worden verwijderd met b.v. een
schrapertje
(niet bijgeleverd) (afb.A).
Maak de kookplaat schoon als hij lauw is; gebruik een schoonmaakmiddel dat
geschikt is, wrijf met een vochtige doek en droog hem af. Suiker of etenswaren
met een hoog suikergehalte moeten onmiddelijk worden verwijderd met een
schrapertje. Gebruik in geen geval schuursponzen of schuurmiddelen, noch
chemisch aggressieve middelen zoals spray voor de oven of ontvlekkingsmiddelen
(afb.B);
Afb. A Afb. B
Het smeren van de kranen
Met verloop van tijd kan een kraan stroef worden of vast blijven zitten; in dat geval is
het noodzakelijk de kraan te vervangen.
N.B.: Dit moet worden uitgevoerd door een door de fabrikant bevoegde
installateur.
37
Deze instrukties zijn voor de bevoegde installateur, zodat deze het installeren, regelen
en onderhoud op de juiste wijze uitvoert en volgens de geldende normen.
Belangrijk: sluit altijd eerst de stroom af voordat U tot onderhoud of regelen
overgaat.
De apparaten zijn gebruiksklaar gemaakt in de fabriek voor de functies (zie typeplaatje
en plaatje van de gas instelling van het apparaat) :
natuurlijk gas Categorie II2E+3+ voor Belgie;
Natuurlijk gas Categorie I2L voor Nederland.
Het is dus niet nodig verdere regelingen uit te voeren.
Deze gebruiksaanwijzing betreft een inbouwkookvlak klasse 3.
Het plaatsen
Belangrijk: dit apparaat mag alleen geïnstalleerd worden en funktioneren in goed
geventileerde vertrekken volgens de voorschriften van de van kracht zijnde Normen:
NBN D51-003 e NBN D51-001 (voor België);
NEN-1078 (voor Nederland).
De volgende eisen moeten in acht genomen worden:
a) Het vertrek moet een afvoersysteem naar buiten toe
hebben voor de verbrandinsrook. Dit kan door middel
van een afzuigkap of door middel van een elektrische
ventilator, die automatisch aangaat, wanneer men de
apparatuur aanzet.
In het gevaal van een schoorsteen of Rechtstreeks naar buiten
vertakte rookleiding
(gereserveerd voor fornuizen)
b) Het vertrek moet voorzien zijn van een systeem van luchttoevoer die noodzakelijk
is voor de verbranding. De luchttoevoer mag niet minder zijn dan 2 m³/h per kW.
Het systeem kan worden uitgevoerd door rechtstreeks lucht van buiten aan te
voeren door een leiding met een doorsnede van minstens 100 cm² en zodanig dat
Instrukties voor het installeren
38
deze niet belemmerd kan worden. Bij fornuizen zonder veiligheidsmechanisme
moeten de ventilatie-openingen 100% groter zijn, met een minimum van 200 cm²
(afb.A). Of op indirecte wijze vanuit aangrenzende vertrekken met ventilatie naar
buiten, die niet zijn: algemene ruimte van het gebouw, ruimten met brandgevaar
of slaapkamers (afb.B).
Détail A Aangrenzend Te ventileren
vertrek vertrek
A
Voorbeelden ventilatie-opening Verhoging van de spleet
voor verbrandingslucht tussen deur en vloer
Afb. A Afb. B
c) Als U het apparaat intensief en lang achter elkaar gebruikt kan het nodig zijn het
vertrek te luchten, b.v. door het raam te openen of de afzuigkap, indien aanwezig,
op hoog te zetten.
d) (voor België)
Vloeibaar gas, dat zwaarder is dan de lucht, zakt naar beneden. De vertrekken
die GPL flessen bevatten moeten dus voorzien zijn van laagliggende openingen
naar buiten voor afvoer van eventuele gaslekken. De GPL flessen, leeg of
gedeeltelijk vol, mogen dus niet geïnstalleerd of bewaard worden in vertrekken
die lager zijn dan het niveau van de vloer (kelders enz.). Houd in het vertrek
alleen de fles die u aan het gebruiken bent, zodanig geplaatst dat hij niet is
blootgesteld aan warmtebronnen (oven, open haard, kachel enz.) die een
temperatuur kunnen bereiken die hoger is dan 50°C.
Het installeren van inbouwkookplaten
Het is mogelijk het fornuis te installeren naast keukenkastjes als het niet hoger is dan de
aanrecht. De muur die in kontakt staat met de achterkant van het fornuis mag niet van
brandbaar materiaal zijn gemaakt. Tijdens werking kan de achterwand van het fornuis
een warmte bereiken van 50°C hoger dan de kamertemperatuur. De volgende voorzorgen
voor de installatie van de kookplaten moeten in acht worden genomen.
a) De meubels die direkt naast de kookplaat geplaatst zijn en hier boven uitsteken,
moeten op minstens 600 mm van de rand van de plaat staan.
b) De afzuigkappen moeten geinstalleerd worden volgens de vereisten die te vinden zijn
in het instructie-boekje dat bij de afzuigkap hoort, maar in ieder geval op een afstand
van minstens 650 mm.
c) Als de afzuigkap 600 mm breed is, volgt u de aanwijzingen van punt b) op en dient u
de hangkastjes naast de afzuigkap zo te plaatsen, dat er tussen de hangkastjes en
het werkblad een afstand van minstens 540 mm zit. Op deze manier is het mogelijk
om een eventuele gasforhuis-deksel te installeren die zich gemakkelijk kan openen
39
en sluiten. In elk geval staat deze afstand toe om de pannen comfortabel en gemakkelijk
te gebruiken.
d) Als het kookvlak onder een keukenkastje wordt geinstalleerd dan moet de afstand
tussen de twee minstens 700 mm (milimeter).
600mm min.
540mm min.
700mm min.
e) De ruimte die het meubel inneemt moet de afmetingen hebben die op de figuren. Met.
behulp van bijgeleverde haken kan de kookplaat op een keukenblad met een dikte
van 20 tot 40 mm vastgezet worden. Om de plaat goed vast te zetten is het aan te
raden alle beschikbare haken te gebruiken.
555 mm
475
mm
55 mm
Voordat u overgaat tot bevestiging aan de aanrecht moet u de afdichting (bijgeleverd)
aanbrengen langs de omtrek van de kookplaat zoals aangegeven in de afbeelding.
40
Bevestigingsschema van het kookvlak
Positie van de haak voor top Positie van de haak voor top
hoogte H=20mm hoogte H=30mm
Á frente
Positie van de haak voor top
Atrás
hoogte
H=40mm
N.B: Gebruik de haken die zich in de "doos met onderdelen" bevinden.
f) De kookplaat kan worden geïnstalleerd boven een ingebouwde oven op
voorwaarde dat deze voorzien is van afkoelingsventilatie.
g) Als het kookvlak niet wordt geïnstalleerd op een inbouwoven, dan is het
noodzakelijk een houten paneel aan te brengen als isolatie. Dit Moet geplaatst
worden op een minimum afstand van 20 mm van de onderkant van het kookvlak.
N.B: Als het fornuis boven een ingebouwde oven wordt geinstalleerd, dan moet men
de oven zodanig installeren dat hij op twee houten lijsten rust; mocht hij op een
doorlopende plank rusten, dan moet deze aan de aschterkant tenminste 45x560 mm
ruimte laten.
560 mm.
45 mm.
41
Aansluiten gas
De aansluiting van het apparaat aan de gasbuizen moet worden uitgevoerd zoals
voorgeschreven door de geldende normen, en nadat men er zeker van is dat het
fornuis is ingesteld voor het type gas dat men gaat gebruiken. In het omgekeerde
geval (voor België) gaat u te werk zoals beschreven in de paragraaf “Aanpassing
aan verschillende types gas”. Om het apparaat aan de gasbuizen aan te sluiten
(natuurlijk gas II2E+3+ voor Belgie en I2L voor Nederland), dient men eerst de
verbinder te monteren.R (Deze is op aanvraag verkrijgbaar bij de technische-service-
dienst Ariston) Tevens dient men zijn pakking op de verbinder G”,die er uit ziet als
een “L , van de voedings-struktuur te monteren. De verbinder is gedraad: rond
mannelijk 1/2 gas.
De aansluiting voert men uit met behulp van:
- een onbuigbare buis (voor Belgie volgens de normen NBN D51-003)
- of met een flexibile buis van roestvrij staal die in de muur zit en voortzet met
bedradingsverbinder.
Daarbij dient het apparaat uitgerust te zijn van een gaskraantje (voor Belgie A.G.B.)
die gemakkelijk draaibaar dient te zijn. Voor Nederland dient dit gaskraantje aan de
huidige Nationale Normen te voldoen.
L
G
R
Aansluiting met harde buis (koper of staal)
De aansluiting aan het gas moet zodanig worden uitgevoerd dat het geen enkele
druk uitoefent op het apparaat. Op de voedingsingang van het fornuis zit een L-
aansluiting, die gericht kan worden, met pakking. Als men de aansluiting moet draaien,
dan moet men de pakking vervangen (bijgeleverd bij het fornuis). De aansluiting van
het gas aan het formuis is gedraad: rond mannelijk 1/2 gas.
Aansluiting met stalen flexibile buis
Verwijder het rubberbuisje, dat zich op het apparaat bevindt. Het verbindingsstuk
waardoor het gas toegang krijgt tot het apparaat is gedraad: kegelvormig mannelijk
1/2 gas. Gebruik uitsluitend buizen en pakkingen, die voldoen aan de voorgeschreven
nationale normen. Het in werking stellen van deze buizen moet zodanig worden
uitgevoerd dat de lengte van de buizen, geheel uitgestrekt, niet meer dan 2000 mm
is. Nadat de aansluiting heeft plaats gevonden moet U kontroleren dat de metalen
slang niet in kontakt is met beweegbare delen of dat hij knel zit.
42
Controle van de dichting
Als het apparaat geinstalleerd is moet men de perfekte luchtdichtheid van de
aansluitingen kontroleren met zeepsop, nooit met een vlam.
Elektrische aansluiting
De fornuizen met een drie-polige voedingskabel zijn ingesteld op het gebruik van
wisselstroom met een verzorgingsspanning en frequentie zoals aangegeven op het
typeplaatje (aan de onderkant van het apparaat). De geel/groene draad is voor het
aarden. In het geval van installeren boven een ingebouwde oven, moet de elektrische
aansluiting van het apparaat en van de oven apart worden uitgevoerd, zowel voor
veiligheidsredenen als om het eventueel uittrekken van de oven mogelijk te maken.
Het aansluiten aan het net
Monteer een stekker die genormaliseerd is voor de lading aangegeven op het
typeplaatje; bij direkte aansluiting aan het net moet men een veel-polige schakelaar
aanbrengen tussen het net en het fornuis met een minimum afstand van 3 mm tussen
de kontaktpunten, die is aangepast aan de lading en aan de geldende normen (de
draad voor het aarden mag niet worden onderbroken door de schakelaar). De
voedingskabel moet zodanig geplaatst worden dat hij nergens een temperatuur bereikt
van meer dan 50°C. Voor het aansluiten kontroleert men dat:
de zekering en het net de lading van het apparaat kunnen verdragen (zie
typeplaatje);
het net op efficiënte wijze is geaard volgens de normen en voor-schriften van de
wet;e e le disposizioni di legge;
het stopkontakt of de schakelaar gemakkelijk bereikbaar zijn.
N.B: gebruik geen adaptors, dubbelstekkers of dergelijke, aangezien deze
oververhitting en branden kunnen veroorzaken.
Aanpassing aan verschillende types gas (voor België)
Voor het aanpassen van het kookvlak aan een ander type gas dan waarvoor het
gebruiksklaar is (aangegeven op het typeplaatje onderaan het kookvlak of op de
verpakking) moeten de straalpijpen van de branders vervangen worden op de volgende
wijze:
verwijder de roosters en de branders;
schroef de straalpijpen los met een buissleutel van 7mm en vervang ze met
straalpijpen die geschikt zijn voor het nieuwe type gas (zie tabel 1 “Kenmerken
van branders en straalpijpen”);
monteer de onderdelen weer;
aan het einde van deze handelingen moet u het oude etiket dat de gasinstelling
aangeeft vervangen met het etiket dat correspondeert met het nieuwe gas dat u
gaat gebruiken; u vindt dit in het zakje met de bijgeleverde straalpijpjes.
Als de druk van het gebruikte gas verschillend is (of variabel) van wat is voorzien
moet op de toevoerbuis een drukregelaar worden aangebracht die voldoet aan de
geldende Nationale Normen (regulatoren voor gekanaliseerd gas).
43
Regulatie primaire lucht van de branders (voor België)
De branders hebben geen regulatie van de primaire lucht nodig.
Het regelen van de minimum stand (voor België)
Het regelen van de minimum stand:
zet het kraantje op minimum;
neem de knop eraf en draai aan het regelschroefje in of naast het staafje van het
kraantje totdat u een regelmatige vlam heeft;
N.B.: bij vloeibaar gas moet het regelschroefje geheel worden aangedraaid.
draai de knop snel van maximum op minimum om te zien of de vlammen blijven
branden;
als, bij apparaten die een veiligheidsmechanisme hebben (thermo-element), dit
niet functioneert met de branders op minimum, dan moet de minimum gastoevoer
verhoogd worden door aan het regelschroefje te draaien.
Als de regulatie is uitgevoerd moeten de zegels op de by-pass weer worden
aangebracht met lak of gelijksoortig materiaal.
Modificatie
Stempel van de technische
dienst
Datum
Plak hier een van de etiketten
die zich in het zakje van de
injectors bevinden
44
Overzicht van de branders
TV 76 S
S
TC
R
A
Tabel van de injectors
Table 1 (Voor Belgie) Vloeibaar ga Natuurlijk gas
Gaspit Doorsnee Thermisch
vermogen
kW (p.c.s.*)
By-Pass
1/100
Thermisch
vermogen
kW (p.c.s.*)
Straal.
1/100
Bereik*
g/h
Thermisch
vermogen
kW (p.c.s.*)
Straal.
1/100
Bereik*
l/h
Gered. (mm) Nomin. (mm) *** ** Nomin. (mm) G20 G25
Snel (R)
100 0,70 39 3,00 86 218 214 3,30 123 314 365
Halp Snel (S) 75 0,40 28 1,90 70 138 136 1,90 103 181 218
Hulp (A) 55 0,40 28 1,00 50 73 71 1,00 79 95 111
Drievoudige
ring (TC)
100 1,30 57 2,50 83 182 179 2,50 124 238 277
Spanning
van
voeding
Nominale (mbar)
Minimum (mbar)
Maximum (mbar)
28-30
20
35
37
25
45
20
17
25
25
20
30
Table 1 (Voor Nederland) Natuurlijk gas
Gaspit Doorsnee Thermisch vermogen
kW (p.c.s.*)
Straal.
1/100
Bereik*
l/h
Gered. Nomin. (mm) G25
Snel (R)
100 0,70 3,30 123 365
Halp Snel (S) 75 0,40 1,90 103 218
Hulp (A) 55 0,40 1,00 79 111
Drievoudige ring (TC) 100 1,30 2,50 124 277
Spanning
van
voeding
Nominale (mbar)
Minimum (mbar)
Maximum (mbar)
25
20
30
* A 15°C en 1013 mbar-droog gas
P.C.S. Natuurlijk gas G20 = 37,78 MJ/m
3
P.C.S. Natuurlijk gas G25 = 32,49 MJ/m
3
P.C.S. du Butane = 49,47 MJ/Kg
P.C.S. du Propane = 50,37 MJ/Kg
45
%
Deze apparatuur voldoet aan de volgende richtlijnen van de gemeeschap:
- EEG/73/23 van 19/02/73 (Laagspanning) en successievelijke modificaties;
- EEG/89/336 van 03/05/89 (Electromagnetische compatibiliteit) en successievelijke
modificaties;
- EEG/90/396 van 29/06/90 (Gas) en successievelijke modificaties;
- EEG/93/68 van 22/07/93 en successievelijke modificaties.
- 2002/96/EC
De Europese Richtlijn 2002/96/EC over Vernietiging van Electrische en Electronische
Apparatuur (WEEE), vereist dat oude huishoudelijke electrische apparaten niet mogen
vernietigd via de normale ongesorteerde afvalstroom. Oude apparaten moeten apart
worden ingezameld om zo het hergebruik van de gebruikte materialen te optimaliseren
en de negatieve invloed op de gezondheid en het milieu te reduceren. Het symbool
op het product van de “afvalcontainer met een kruis erdoor” herinnert u aan uw
verplichting, dat wanneer u het apparaat vernietigt, het apparaat apart moet worden
ingezameld. Consumenten moeten contact opnemen met de locale autoriteiten voor
informatie over de juiste wijze van vernietiging van hun oude apparaat.

Documenttranscriptie

Bij de kookplaat zitten twee dokumenten: de gebruiksaanwijzing voor het dagelijks gebruik van uw toestel. Hierin vindt u de beschrijving van alle voordelen van het toestel en de manier om er zoveel mogelijk profijt van te trekken. Lees het boekje aandachtig door voordat u uw kookplaat in gebruik neemt en aarzel niet het zo vaak mogelijk te raadplegen. · de technische handleiding met alle aanbevelingen voor installatie overeenkomstig de wettelijke voorschriften. De aansluitingen op gas en elektriciteit moeten door een erkend vakman gedaan worden. Hij is de enige die de geldende wetgeving kan toepassen. De aansluitingen op gas en elektriciteit moeten door een erkend installateur gedaan worden. Deze installatieverrichtingen, hoe eenvoudig ook, luisteren heel nauw en zijn essentieel voor de optimale werking van uw kookplaat. · De gebruiker dient deze beide dokumenten goed te bewaren. De technische handleiding bevat een tabel, die ingevuld moet worden als het toestel aan een ander soort gas aangepast wordt, zodat, na de wijziging, de staat van het toestel duidelijk vaststaat. 31 De kookplaat 1 4 3 2 TV 76 S 5 5 De gaskookplaten omvatten: (1) - een normale brander van: 1,90 kW (2) - een sudderbrander van: 1,00 kW (3) - twee grote brander van: 3,30 kW voor aardgas 3,00 kW voor vloeibaar gas (4) - een brander met drievoudige vlammenkring: 2,50 kW (5) - de bedieningsknoppen van de gasbranders De zeefdrukalbeelding rondom de bedieningsknoppen geeft aan met welke brander ze overeenstemmen. 32 De kookplaat Branderregeling De branders zijn traploos instelbaar, waardoor de vlam gemakkelijk aangepast kan worden aan de verschillende pandoorsneden en de verhittingswarmte uiterst nauwkeurig kan worden afgesteld. De branders worden geregeld door de bedieningsknop tegelijk in te drukken en tegen de richting van de klok in te draaien tot het merkteken op de knop tegenover één van de volgende symbolen staat stip: uit grote vlam: open kleine vlam: sudderstand Onsteking van de branders van de andere komforen U kunt de branders van uw komfoor “met één hand” ontsteken. U hoeft hiervoor slechts de bedieningsknop in te drukken en tegen de wijzers van de klok in open te draaien : de brander wordt door vonkenafgifte onstoken. Zodra de brander aan is, laat u de knop los waardoor de vonkenafgifte stopt. Draai, als de vlam van een brander per ongeluk uitgaat, de bedieningsknop van de brander dicht en wacht minstens een minuut voordat u probeert het gas weer aan te steken. 33 Gebruiksaanwijzingen BELANGRIJKE AANBEVELINGEN Gebruik de kookplaat uitsluitend voor het doel waarvoor hij bestemd is. Elk ander gebruik (bijvoorbeeld om een vertrek te verwarmen) is gevaarlijk. De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade veroorzaakt door onjuist of verkeerd gebruik. · Het gebruik van een elektrisch apparaat houdt in dat een aantal fundamentele regels in acht genomen moeten worden: – het apparaat moet binnen geinstalleerd worden en mag niet blootgesteld worden aan weersinvloeden; – gebruik het apparaat nooit terwijl u op blote voeten bent; – trek niet aan het snoer, om het los te koppelen trek de stekker uit het stopkontakt; – laat het apparaat niet zonder toezicht door kinderen gebruiken. · De elementen van uw kookplaat geven hun optimale rendement als ze perfect schoonge houden worden. · Berg geen brandbare onderhoudsprodukten op in het meubel onder de kookplaat. · Neem, zodra er een barst op het glazen oppervlak verschijnt, onmiddellijk de stekker uit het stopkontakt. · Sluit, als het toestel niet in gebruik is, de hoofdkraan van het gas. België : De kookplaat is in de fabriek afgesteld op G 20 aardgas (20 mbar), met blokkering van de by-pass schroef. · Bij installatie op G 30 (30 mbar) of G 31 (37 mbar) dient u zich tot uw leverancier te wenden, die als enige bevoegd is om aan deze opstelling te voldoen. Nederland : De kookplaat is in de fabriek afgesteld op G25 aardgas (25 mbar). Laat, als het toestel aangepast wordt aan een ander soort gas, de aanduidingen over de verandering van gas noteren met de datum en de gegevens van degene die de wijziging heeft uitgevoerd, teneinde te voldoen aan de wettelijke voorschriften. De installatiehandleiding bevat hiervoor een speciale tabel. In het zakje met de spuitstukken zitten twee etiketten met de specificaties van de spuitstukken voor het nieuwe gas ; vergeet niet deze op de kookplaat en in de installatiehandleiding te plakken. 34 Gebruiksaanwijzingen Welke pannen te gebruiken · · · · · · De pannendragers van de gas-of gemengde kookplaten zijn niet geschikt voor gebruik van pannen met een holle of bolle bodem. Alle branders - snel, middelsnel of spaarbrander - kunnen worden gebruikt voor pannen met een doorsnede van minimum 120 mm. Toch raden wij aan altijd een brander te gebruiken die past bij de afmetingen van de pan (zie tabel) zodat de vlammen niet onder de pan uit steken: de vlammen moeten alleen de bodem van de pan verwarmen. Plaats nooit wankele of vervormde pannen op de branders of op de elektrische kookplaten teneinde ieder risico van per ongeluk overlopen te vermijden. Controleer altijd of de knoppen op de " " positie staan als het apparaat niet in gebruik is. Zodra een vloeistof in de pan aan de kook is geraakt hoeft u hem slechts op de minimum verwarmingssterkte te zetten om te vermijden dat de inhoud van de pan overloopt. Branders ø Diameter pan (cm) Snel (R) 24 - 26 Half-snel (S) 16 - 20 Spaarbrander (A) 10 - 14 Drievoudige Ring (TC) 24 - 26 35 Onderhoud Sluit altijd eerst de stroom af voordat u overgaat tot reinigen of onderhoud. Voor lange duurzaamheid van uw fornuis is het belangrijk dat dit regelmatig wordt schoongemaakt. Onthoud het volgende: • Gebruik voor het reinigen geen stoomapparaat. • de losse delen van de gasbranders moeten vaak in een lauw sop worden gewassen; verwijder eventueel aangekoekte resten. • bij de kookvlakken met automatische ontsteking moet het uiteinde van de electronische ontstekingsmechanismen vaak zorgvuldig worden schoongemaakt. Controleer dat de gaten voor de gastoevoer niet verstopt zijn; • de electrische kookplaten worden met een vochtige doek schoongemaakt waarna ze met een beetje olie worden ingewreven als ze nog lauw zijn; • De kookplaat wordt schoon gemaakt met producten voor het reinigen van glas. Gebruik nooit schurende producten of schuursponzen die het glas kunnen beschadigen. • De kookplaat moet regelmatig worden schoongemaakt met een sopje. Eerst moeten eventuele etensresten en vetspetters worden verwijderd met b.v. een schrapertje (niet bijgeleverd) (afb.A). Maak de kookplaat schoon als hij lauw is; gebruik een schoonmaakmiddel dat geschikt is, wrijf met een vochtige doek en droog hem af. Suiker of etenswaren met een hoog suikergehalte moeten onmiddelijk worden verwijderd met een schrapertje. Gebruik in geen geval schuursponzen of schuurmiddelen, noch chemisch aggressieve middelen zoals spray voor de oven of ontvlekkingsmiddelen (afb.B); Afb. A Afb. B Het smeren van de kranen Met verloop van tijd kan een kraan stroef worden of vast blijven zitten; in dat geval is het noodzakelijk de kraan te vervangen. N.B.: Dit moet worden uitgevoerd door een door de fabrikant bevoegde installateur. 36 Instrukties voor het installeren Deze instrukties zijn voor de bevoegde installateur, zodat deze het installeren, regelen en onderhoud op de juiste wijze uitvoert en volgens de geldende normen. Belangrijk: sluit altijd eerst de stroom af voordat U tot onderhoud of regelen overgaat. De apparaten zijn gebruiksklaar gemaakt in de fabriek voor de functies (zie typeplaatje en plaatje van de gas instelling van het apparaat) : natuurlijk gas Categorie II2E+3+ voor Belgie; Natuurlijk gas Categorie I2L voor Nederland. Het is dus niet nodig verdere regelingen uit te voeren. • Deze gebruiksaanwijzing betreft een inbouwkookvlak klasse 3. Het plaatsen Belangrijk: dit apparaat mag alleen geïnstalleerd worden en funktioneren in goed geventileerde vertrekken volgens de voorschriften van de van kracht zijnde Normen: NBN D51-003 e NBN D51-001 (voor België); NEN-1078 (voor Nederland). De volgende eisen moeten in acht genomen worden: a) Het ver trek moet een afvoersysteem naar buiten toe hebben voor de verbrandinsrook. Dit kan door middel van een afzuigkap of door middel van een elektrische ventilator, die automatisch aangaat, wanneer men de apparatuur aanzet. In het gevaal van een schoorsteen of vertakte rookleiding Rechtstreeks naar buiten (gereserveerd voor fornuizen) b) Het vertrek moet voorzien zijn van een systeem van luchttoevoer die noodzakelijk is voor de verbranding. De luchttoevoer mag niet minder zijn dan 2 m³/h per kW. Het systeem kan worden uitgevoerd door rechtstreeks lucht van buiten aan te voeren door een leiding met een doorsnede van minstens 100 cm² en zodanig dat 37 deze niet belemmerd kan worden. Bij fornuizen zonder veiligheidsmechanisme moeten de ventilatie-openingen 100% groter zijn, met een minimum van 200 cm² (afb.A). Of op indirecte wijze vanuit aangrenzende vertrekken met ventilatie naar buiten, die niet zijn: algemene ruimte van het gebouw, ruimten met brandgevaar of slaapkamers (afb.B). Détail A Aangrenzend vertrek Te ventileren vertrek A Voorbeelden ventilatie-opening voor verbrandingslucht Verhoging van de spleet tussen deur en vloer Afb. A Afb. B c) Als U het apparaat intensief en lang achter elkaar gebruikt kan het nodig zijn het vertrek te luchten, b.v. door het raam te openen of de afzuigkap, indien aanwezig, op hoog te zetten. d) (voor België) Vloeibaar gas, dat zwaarder is dan de lucht, zakt naar beneden. De vertrekken die GPL flessen bevatten moeten dus voorzien zijn van laagliggende openingen naar buiten voor afvoer van eventuele gaslekken. De GPL flessen, leeg of gedeeltelijk vol, mogen dus niet geïnstalleerd of bewaard worden in vertrekken die lager zijn dan het niveau van de vloer (kelders enz.). Houd in het vertrek alleen de fles die u aan het gebruiken bent, zodanig geplaatst dat hij niet is blootgesteld aan warmtebronnen (oven, open haard, kachel enz.) die een temperatuur kunnen bereiken die hoger is dan 50°C. Het installeren van inbouwkookplaten Het is mogelijk het fornuis te installeren naast keukenkastjes als het niet hoger is dan de aanrecht. De muur die in kontakt staat met de achterkant van het fornuis mag niet van brandbaar materiaal zijn gemaakt. Tijdens werking kan de achterwand van het fornuis een warmte bereiken van 50°C hoger dan de kamertemperatuur. De volgende voorzorgen voor de installatie van de kookplaten moeten in acht worden genomen. a) De meubels die direkt naast de kookplaat geplaatst zijn en hier boven uitsteken, moeten op minstens 600 mm van de rand van de plaat staan. b) De afzuigkappen moeten geinstalleerd worden volgens de vereisten die te vinden zijn in het instructie-boekje dat bij de afzuigkap hoort, maar in ieder geval op een afstand van minstens 650 mm. c) Als de afzuigkap 600 mm breed is, volgt u de aanwijzingen van punt b) op en dient u de hangkastjes naast de afzuigkap zo te plaatsen, dat er tussen de hangkastjes en het werkblad een afstand van minstens 540 mm zit. Op deze manier is het mogelijk om een eventuele gasforhuis-deksel te installeren die zich gemakkelijk kan openen 38 600mm min. 540mm min. 700mm min. en sluiten. In elk geval staat deze afstand toe om de pannen comfortabel en gemakkelijk te gebruiken. d) Als het kookvlak onder een keukenkastje wordt geinstalleerd dan moet de afstand tussen de twee minstens 700 mm (milimeter). e) De ruimte die het meubel inneemt moet de afmetingen hebben die op de figuren. Met. behulp van bijgeleverde haken kan de kookplaat op een keukenblad met een dikte van 20 tot 40 mm vastgezet worden. Om de plaat goed vast te zetten is het aan te raden alle beschikbare haken te gebruiken. 55 mm 475 mm 555 mm Voordat u overgaat tot bevestiging aan de aanrecht moet u de afdichting (bijgeleverd) aanbrengen langs de omtrek van de kookplaat zoals aangegeven in de afbeelding. 39 Bevestigingsschema van het kookvlak Positie van de haak voor top hoogte H=20mm Positie van de haak voor top hoogte H=30mm Á frente Positie van de haak voor top Atrás hoogte H=40mm N.B: Gebruik de haken die zich in de "doos met onderdelen" bevinden. f) De kookplaat kan worden geïnstalleerd boven een ingebouwde oven op voorwaarde dat deze voorzien is van afkoelingsventilatie. g) Als het kookvlak niet wordt geïnstalleerd op een inbouwoven, dan is het noodzakelijk een houten paneel aan te brengen als isolatie. Dit Moet geplaatst worden op een minimum afstand van 20 mm van de onderkant van het kookvlak. N.B: Als het fornuis boven een ingebouwde oven wordt geinstalleerd, dan moet men de oven zodanig installeren dat hij op twee houten lijsten rust; mocht hij op een doorlopende plank rusten, dan moet deze aan de aschterkant tenminste 45x560 mm ruimte laten. m. m 560 40 45 m m. Aansluiten gas De aansluiting van het apparaat aan de gasbuizen moet worden uitgevoerd zoals voorgeschreven door de geldende normen, en nadat men er zeker van is dat het fornuis is ingesteld voor het type gas dat men gaat gebruiken. In het omgekeerde geval (voor België) gaat u te werk zoals beschreven in de paragraaf “Aanpassing aan verschillende types gas”. Om het apparaat aan de gasbuizen aan te sluiten (natuurlijk gas II2E+3+ voor Belgie en I2L voor Nederland), dient men eerst de verbinder te monteren.”R” (Deze is op aanvraag verkrijgbaar bij de technische-servicedienst Ariston) Tevens dient men zijn pakking op de verbinder “G”,die er uit ziet als een “L” , van de voedings-struktuur te monteren. De verbinder is gedraad: rond mannelijk 1/2 gas. De aansluiting voert men uit met behulp van: - een onbuigbare buis (voor Belgie volgens de normen NBN D51-003) - of met een flexibile buis van roestvrij staal die in de muur zit en voortzet met bedradingsverbinder. Daarbij dient het apparaat uitgerust te zijn van een gaskraantje (voor Belgie A.G.B.) die gemakkelijk draaibaar dient te zijn. Voor Nederland dient dit gaskraantje aan de huidige Nationale Normen te voldoen. L G R Aansluiting met harde buis (koper of staal) De aansluiting aan het gas moet zodanig worden uitgevoerd dat het geen enkele druk uitoefent op het apparaat. Op de voedingsingang van het fornuis zit een Laansluiting, die gericht kan worden, met pakking. Als men de aansluiting moet draaien, dan moet men de pakking vervangen (bijgeleverd bij het fornuis). De aansluiting van het gas aan het formuis is gedraad: rond mannelijk 1/2 gas. Aansluiting met stalen flexibile buis Verwijder het rubberbuisje, dat zich op het apparaat bevindt. Het verbindingsstuk waardoor het gas toegang krijgt tot het apparaat is gedraad: kegelvormig mannelijk 1/2 gas. Gebruik uitsluitend buizen en pakkingen, die voldoen aan de voorgeschreven nationale normen. Het in werking stellen van deze buizen moet zodanig worden uitgevoerd dat de lengte van de buizen, geheel uitgestrekt, niet meer dan 2000 mm is. Nadat de aansluiting heeft plaats gevonden moet U kontroleren dat de metalen slang niet in kontakt is met beweegbare delen of dat hij knel zit. 41 Controle van de dichting Als het apparaat geinstalleerd is moet men de perfekte luchtdichtheid van de aansluitingen kontroleren met zeepsop, nooit met een vlam. Elektrische aansluiting De fornuizen met een drie-polige voedingskabel zijn ingesteld op het gebruik van wisselstroom met een verzorgingsspanning en frequentie zoals aangegeven op het typeplaatje (aan de onderkant van het apparaat). De geel/groene draad is voor het aarden. In het geval van installeren boven een ingebouwde oven, moet de elektrische aansluiting van het apparaat en van de oven apart worden uitgevoerd, zowel voor veiligheidsredenen als om het eventueel uittrekken van de oven mogelijk te maken. Het aansluiten aan het net Monteer een stekker die genormaliseerd is voor de lading aangegeven op het typeplaatje; bij direkte aansluiting aan het net moet men een veel-polige schakelaar aanbrengen tussen het net en het fornuis met een minimum afstand van 3 mm tussen de kontaktpunten, die is aangepast aan de lading en aan de geldende normen (de draad voor het aarden mag niet worden onderbroken door de schakelaar). De voedingskabel moet zodanig geplaatst worden dat hij nergens een temperatuur bereikt van meer dan 50°C. Voor het aansluiten kontroleert men dat: • de zekering en het net de lading van het apparaat kunnen verdragen (zie typeplaatje); • het net op efficiënte wijze is geaard volgens de normen en voor-schriften van de wet;e e le disposizioni di legge; • het stopkontakt of de schakelaar gemakkelijk bereikbaar zijn. N.B: gebruik geen adaptors, dubbelstekkers of dergelijke, aangezien deze oververhitting en branden kunnen veroorzaken. Aanpassing aan verschillende types gas (voor België) Voor het aanpassen van het kookvlak aan een ander type gas dan waarvoor het gebruiksklaar is (aangegeven op het typeplaatje onderaan het kookvlak of op de verpakking) moeten de straalpijpen van de branders vervangen worden op de volgende wijze: • verwijder de roosters en de branders; • schroef de straalpijpen los met een buissleutel van 7mm en vervang ze met straalpijpen die geschikt zijn voor het nieuwe type gas (zie tabel 1 “Kenmerken van branders en straalpijpen”); • monteer de onderdelen weer; • aan het einde van deze handelingen moet u het oude etiket dat de gasinstelling aangeeft vervangen met het etiket dat correspondeert met het nieuwe gas dat u gaat gebruiken; u vindt dit in het zakje met de bijgeleverde straalpijpjes. Als de druk van het gebruikte gas verschillend is (of variabel) van wat is voorzien moet op de toevoerbuis een drukregelaar worden aangebracht die voldoet aan de geldende Nationale Normen (regulatoren voor gekanaliseerd gas). 42 Regulatie primaire lucht van de branders (voor België) De branders hebben geen regulatie van de primaire lucht nodig. Het regelen van de minimum stand (voor België) Het regelen van de minimum stand: • zet het kraantje op minimum; • neem de knop eraf en draai aan het regelschroefje in of naast het staafje van het kraantje totdat u een regelmatige vlam heeft; N.B.: bij vloeibaar gas moet het regelschroefje geheel worden aangedraaid. • draai de knop snel van maximum op minimum om te zien of de vlammen blijven branden; • als, bij apparaten die een veiligheidsmechanisme hebben (thermo-element), dit niet functioneert met de branders op minimum, dan moet de minimum gastoevoer verhoogd worden door aan het regelschroefje te draaien. Als de regulatie is uitgevoerd moeten de zegels op de by-pass weer worden aangebracht met lak of gelijksoortig materiaal. Modificatie Stempel van de technische dienst Datum Plak hier een van de etiketten d ie z ic h in h e t z a k je v a n d e injectors bevinden 43 Overzicht van de branders S TC R A TV 76 S Tabel van de injectors Table 1 (Voor Belgie) Gaspit Doorsnee Vloeibaar ga Natuurlijk gas Thermisch vermogen kW (p.c.s.*) By-Pass 1/100 Thermisch Straal. vermogen 1/100 kW (p.c.s.*) Bereik* g/h Thermisch Straal. vermogen 1/100 kW (p.c.s.*) Gered. (mm) Nomin. (mm) *** ** Nomin. (mm) G20 G25 Snel (R) 100 0,70 39 3,00 86 218 214 3,30 123 314 365 Halp Snel (S) 75 0,40 28 1,90 70 138 136 1,90 103 181 218 Hulp (A) 55 0,40 28 1,00 50 73 71 1,00 79 95 111 Drievoudige ring (TC) 100 1,30 57 2,50 83 182 179 2,50 124 238 277 28-30 20 35 37 25 45 20 17 25 25 20 30 Spanning van voeding Nominale (mbar) Minimum (mbar) Maximum (mbar) Table 1 (Voor Nederland) Gaspit Natuurlijk gas Doorsnee Thermisch vermogen kW (p.c.s.*) Straal. 1/100 Bereik* l/h Gered. Nomin. (mm) G25 Snel (R) 100 0,70 3,30 123 365 Halp Snel (S) 75 0,40 1,90 103 218 Hulp (A) 55 0,40 1,00 79 111 Drievoudige ring (TC) 100 1,30 2,50 124 277 Spanning van voeding 44 Bereik* l/h Nominale (mbar) Minimum (mbar) Maximum (mbar) * A 15°C en 1013 mbar-droog gas P.C.S. Natuurlijk gas G20 = 37,78 MJ/m3 P.C.S. Natuurlijk gas G25 = 32,49 MJ/m3 P.C.S. du Butane = 49,47 MJ/Kg P.C.S. du Propane = 50,37 MJ/Kg 25 20 30 % Deze apparatuur voldoet aan de volgende richtlijnen van de gemeeschap: - EEG/73/23 van 19/02/73 (Laagspanning) en successievelijke modificaties; - EEG/89/336 van 03/05/89 (Electromagnetische compatibiliteit) en successievelijke modificaties; - EEG/90/396 van 29/06/90 (Gas) en successievelijke modificaties; - EEG/93/68 van 22/07/93 en successievelijke modificaties. - 2002/96/EC De Europese Richtlijn 2002/96/EC over Vernietiging van Electrische en Electronische Apparatuur (WEEE), vereist dat oude huishoudelijke electrische apparaten niet mogen vernietigd via de normale ongesorteerde afvalstroom. Oude apparaten moeten apart worden ingezameld om zo het hergebruik van de gebruikte materialen te optimaliseren en de negatieve invloed op de gezondheid en het milieu te reduceren. Het symbool op het product van de “afvalcontainer met een kruis erdoor” herinnert u aan uw verplichting, dat wanneer u het apparaat vernietigt, het apparaat apart moet worden ingezameld. Consumenten moeten contact opnemen met de locale autoriteiten voor informatie over de juiste wijze van vernietiging van hun oude apparaat. 45
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86

Scholtes TV 76 S (GI) de handleiding

Categorie
Kookplaten
Type
de handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor