34
Aan de slag
De batterij volledig opladen
Sluit de oplaadkabel aan op de Micro-SB-poort en sluit de adapter aan op het stopcontact.
Wacht totdat de batterij helemaal is opgeladen.
Inschakelen
1. Houd de AAN/UIT-knop ingedrukt om het apparaat in te schakelen.
2. Volg de aanwijzingen voor het instellen van het apparaat: taal, WiFi, gegevens kopiëren, naam
invoeren, e-mail instellen, telefoon beveiligen, meldingen weergeven, Google services en apps van derden.
OPMERKING: U kunt bepaalde stappen overslaan en deze later uitvoeren via de app Settings [Instellingen].
Items in een beginscherm verplaatsen: Houd uw vinger op het item totdat de rasterlijnen voor plaatsing
worden weergegeven. Schuif het item naar de gewenste locatie en laat het item los.
Items in een beginscherm verwijderen: Houd uw vinger op het item en schuif het naar de bovenkant van
het scherm. Laat het item los boven het pictogram "Remove" [Verwijderen].
De installatie van items ongedaan maken: In het Alle apps-scherm houdt u het item vast en schuift u uw
vinger naar de bovenkant van het scherm. Laat de app los boven de Uninstall-prullenbak.
Applicatiemappen maken: Laat het pictogram van een app boven een andere app op het beginscherm
vallen. De twee pictogrammen worden gecombineerd.
Achtergrond wijzigen: Houd uw vinger op een lege plek op het beginscherm. Kies dan de volgende optie uit
de lijst: Wallpaper [Achtergrond].
Widgets: Houd uw vinger op een lege plek op het beginscherm. Kies dan de volgende optie uit de lijst:
Widgets.
Uw apparaat beveiligen: Stel een schermvergrendeling in om uw gegevens te beschermen. Kies de app
Settings [Instellingen] en dan Security [Beveiliging].