Panasonic RFB33 de handleiding

Type
de handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

RF-B33
FM-MG-KG 1 ~ 14 ontvanger voor 16 banden
HANDLEIDING NEDERLANDS
FM-MG-KG 1 ~ 14 ontvanger voor 16 banden
RF-B33
Voor u dit product aansluit, gebruikt of afregelt, dient u deze instructies volledig te lezen.
Bewaar deze handleiding.
Pagina 2
Geachte klant
Dank u voor uw aankoop. Voor optimale prestaties en veiligheid dient u volgende instructies
grondig door te nemen.
Inhoudstafel
Plaats van de bedieningselementen.....................................................................................4
Display-informatie..................................................................................................................8
Voeding.................................................................................................................................10
Nuttige functies....................................................................................................................16
Klok........................................................................................................................................18
Antenne.................................................................................................................................24
Gebruik van de radio............................................................................................................26
Wekkerradio..........................................................................................................................50
Problemen oplossen............................................................................................................60
Waarschuwingen..................................................................................................................62
Gids voor de korte golf........................................................................................................68
Technische gegevens..........................................................................................................78
Bijgeleverde accessoires
In de verpakking vindt u volgende accessoires:
Stereo-oortelefoon 1
Draagtas 1
Pagina 4
Plaats van de bedieningselementen
(1) Aan/uit-toets (POWER)
(2) Inslaaptoets ($)
(3) Display-toets (DISPLAY)
(4) Standby-toets (ALARM)
(5) Keuzetoets alarm met radiowekker of zoemer ($)
(6) Manuele/automatische afstemtoetsen (TUNING)
(7) Enter-commandotoets voor frequentie/tijd (ENTER/FREQ, TIME)
(8) Cijfertoetsen voor frekwentie/tijd
(9) Geheugeninsteltoets (M, MEMO)
(10) Geheugenaftast-/dubbele tijd-toets (MEMO SCAN, DUAL TIME)
(11) KG-meterband/12/24-uur keuzetoets (SW SELECT, 12/24 H)
(12) Radioband-keuzetoets (BAND)
(13) LCD-display
(14) Verlichtingstoets (LIGHT)
2
Pagina 6
Plaats van de bedieningselementen
(15) FM stereo/mono-schakelaar (ST, MO, FM)
(16) Oortelefoonaansluiting ($)
(17) Gelijkstroomingang (6 V-DC $)
(18) Telescopische antenne
(19) Muziek/normaal/nieuws-schakelaar (MUSIC, NORM, NEWS)
(20) Opklapsteun
(21) Volumeregeling (VOLUME)
(22) Terugsteltoets (RESET)
(23) Batterijvak
(24) 9 K/10 K MG-intervalschakelaar (MW STEP)
(25) Vergrendeltoets ($)
Pagina 8
Display-informatie
(1) Radioband/AM/PM-indicator
(2) FM stereo-indicator
(3) Bedieningsfout-indicator
(4) Tijdzone 1/2 indicator
(5) APS-status
(6) Batterijstatus
(7) Inslaapstatus
(8) Tijd seconde/kortegolf-meterband/geheugen-indicator
(9) Geheugeninstelindicator
(10) Afstemindicator
(11) kHz voor MG en MHz voor FM en KG
(12) Vergrendelindicator
(13) Standby radio of zoemer status
(14) KG-meterband indicator
Pagina 10
Voeding
Gebruik droge batterijen (niet bijgeleverd)
1. Open het batterijvak zoals in de afbeelding.
2. Steek vier R6/LR6 (UM-3 of gelijkwaardig, niet bijgeleverd) batterijen in de
opgegeven volgorde in het vak. Hou rekening met de juiste polariteit (+ en -).
3. Zet het deksel weer op zijn plaats.
3
Pagina 12
Voeding
Wanneer batterijen vervangen?
• Als de radio wordt ingeschakeld en de batterijindicator wordt weergegeven zoals in de
afbeelding. A
(De batterij-indicator verschijnt ca. 7 seconden).
• Als de radio niet werkt, hoewel [POWER] ingedrukt werd.
Vervang de batterijen binnen de 3 minuten om de tijd- en geheugenfuncties in stand te
houden.
Opmerkingen
Steek de nieuwe batterijen volgens de juiste polariteit (+ en -) in het toestel.
Stel de batterijen niet bloot aan warmte, anders kan er zich een interne kortsluiting
voordoen.
Als het toestel gedurende lange tijd niet wordt gebruikt of als het toestel met netvoeding
werkt, dient u alle batterijen te verwijderen en ze op een koele plaats te bewaren.
Verwijder lege batterijen onmiddellijk.
Gebruik geen oude en nieuwe batterijen door elkaar. Gebruik nooit alkaline-batterijen
samen met mangaanbatterijen.
Pagina 14
Voeding
Gebruik van de netadapter (niet bijgeleverd)
De netadapter is niet bijgeleverd bij dit model. Gebruik een netadapter van 6 V/300 mA met
middenpen negatief.
1. Steek de kleine stekker op het netadaptersnoer in de 6 V DC ingang.
2. Steek de netstekker in een gewoon stopcontact.
(a) Gelijkstroomingang (6 V-DC $)
(b) Zijpaneel van het toestel
(c) Netadapter
(d) Stopcontact
Als de netadapter wordt gebruikt, worden de batterijen automatisch uitgeschakeld.
Opmerkingen
Om met batterijen te werken, de netadapter loskoppelen van het stopcontact en van de
gelijkstroomingang op het toestel.
Het toestel staat in standby als de netadapter aangesloten is. De primaire kring is altijd
stroomdragend zolang de netadapter aangesloten is op een stopcontact.
4
Pagina 16
Nuttige functies
Vergrendelfunctie A
De vergrendelfunctie voorkomt dat de radio ongewenst wordt gebruikt en voorkomt ook dat
het station dat u beluistert, wordt gewijzigd. Als de vergrendelfunctie ingeschakeld is, zijn
[POWER] en alle afstemtoetsen volledig uitgeschakeld. Als de radio ingeschakeld is, kunt u
hem niet uitschakelen. Dit voorkomt ook dat de radio ongewenst wordt ingeschakeld.
Gebruik van de vergrendelfunctie
Zet de vergrendelschakelaar in de stand ON. De indicator “$” verschijnt.
(a) onderkant van het toestel.
Verlichting B
Door op de verlichtingstoets bovenaan de radio te drukken, wordt de verlichting van de
display gedurende ca. 7 seconden ingeschakeld.
Gebruik van de steun C
De steun vergemakkelijkt de bediening.
Pagina 18
Klok
De klok start zodra vier R6/LR6 batterijen geïnstalleerd zijn. Op de display staat “0:00”.
Voorbereiding
De tijd kan worden ingesteld als de display zich in de tijdmodus bevindt. Als de stroom
ingeschakeld is, drukt u op [DISPLAY] om de tijdmodus in te schakelen.
De reële tijd instellen
Voorbeeld: Instellen op 7:30
1. Druk op [ENTER, FREQ/TIME].
De reële-tijdindicator begint te knipperen.
2. Als de reële-tijdindicator knippert, kunt u de juiste tijd instellen met de
cijfertoetsen.
3. Druk op [ENTER, FREQ/TIME].
5
Pagina 20
Klok
De dubbele tijd instellen
Dit toestel beschikt over twee klokken, zodat u de tijd voor twee verschillende landen kunt
instellen. Dit is handig als u wenst te weten wanneer een uitzending uit een ander land
begint.
Voorbeeld: Instellen op 15:30
1. Druk op [MEMO SCAN, DUAL TIME].
De dubbele-tijdindicator knippert.
2. Druk binnen de 7 seconden op [ENTER, FREQ/TIME].
De dubbele-tijdindicator stopt met knipperen.
3. Druk op [ENTER, FREQ/TIME].
De dubbele-tijdindicator begint te knipperen.
4. Als de dubbele-tijdindicator knippert, kunt u de juiste tijd instellen met de
cijfertoetsen.
5. Druk op [ENTER, FREQ/TIME].
Druk op [MEMO SCAN, DUAL TIME] en op [ENTER, FREQ/TIME] om terug te keren
naar de reële tijd.
Pagina 22
Klok
Opmerkingen
Als een verkeerde waarde wordt ingegeven, weerklinkt een toon en knippert "ERROR"
op de display. Geef de waarde opnieuw in. A
U kunt de tijd weergeven in het 12-uur formaat door op [SW SELECT, 12/24 H] te
drukken. B
De tijd kan enkel worden ingesteld terwijl de tijdindicator knippert.
De tijdmodus wijzigen
Tijdelijk omschakelen tussen reële en dubbele tijd
Druk op [MEMO SCAN, DUAL TIME]. De dubbele-tijdindicator en de dubbele tijd verschijnen
op de display. Na ongeveer zeven seconden verschijnt de reële tijd opnieuw.
Permant de dubbele tijd weergeven
Druk op [MEMO SCAN, DUAL TIME] en op [ENTER, FREQ/TIME]. De dubbele-tijdindicator
en de dubbele tijd verschijnen op de display.
Permanent terugkeren naar de reële tijd
Druk op [MEMO SCAN, DUAL TIME] en op [ENTER, FREQ/TIME]. De dubbele-tijdindicator
verdwijnt van de display.
Secondennauwkeurige instelling C
Druk gedurende meer dan 2 seconden op de [0] toets.
De klok begint vanaf nul seconden.
6
Pagina 24
Antenne
De antenne afregelen
FM/KG: A
Trek de telescopische antenne uit en pas de lengte en de hoek aan voor een optimale
ontvangst.
MG: B
De gevoelige ferrietkernantenne in het toestel biedt in de meeste gebieden een uitstekende
MG-ontvangst. Voor een optimale ontvangst draait u het toestel in de richting waarin u het
beste resultaat krijgt, want de ferrietkernantenne is richtinggevoelig.
Het MG-frequentie-interval instellen C
De schakelaar voor het frequentie-interval bevindt zich onderaan de radio. Kies het interval
voor uw regio (10 K voor Noord-Amerika en 9 K voor andere landen). Schakel het toestel
dan uit en weer aan om de wijziging te activeren.
Opmerking
Voorgeprogrammeerde stations in de MG-band worden gewist.
7
Pagina 26
Gebruik van de radio
Ontvangstfrequenties
Band Frequentiebereik
FM 87,50-108,00 MHz
522-1.710 kHz (9 kHz-interval)
MG
520-1.710 kHz (10 kHz-interval)
KG 2,30-26,10 MHz
KG
meterband
Frequentiebereik
120 m 2,300-2,495 MHz
90 m 3,200-3,400 MHz
75 m 3,850-4,000 MHz
60 m 4,750-5,060 MHz
49 m 5,900-6,200 MHz
41 m 7,100-7,350 MHz
31 m 9,400-9,990 MHz
25 m 11,600-12,100 MHz
21 m 13,570-13,870 MHz
19 m 15,100-15,800 MHz
16 m 17,480-17,900 MHz
15 m 18,900-19,020 MHz
13 m 21,450-21,750 MHz
11 m 25,600-26,100 MHz
8
Pagina 28
Gebruik van de radio
U kunt kiezen uit vijf afstemmethodes.
Voor het gebruik
Controleer volgende zaken voor u dit toestel gebruikt.
De vergrendelfunctie is opgeheven (zie pagina 16).
Druk op [POWER] om de radio in te schakelen.
Het volume is ingesteld met de volumeregeling. A
De hoofdtelefoon is aangesloten op de $ aansluiting. Hierdoor wordt de luidspreker
uitgeschakeld. (Als u de radio gebruikt, hoort u een toon in de rechter oortelefoon). B
Als u met de oortelefoon naar een FM-uitzending luistert, zet u de FM STEREO, MONO
schakelaar op [ST]. C
De gewenste geluidskwaliteit wordt gekozen. D
MUSIC: Voor meer hoge tonen
NORM: Normale geluidskwaliteit
NEWS: Minder hoge tonen
Pagina 30
Gebruik van de radio
Afstemmen met directie frequentietoegang
U kunt rechtstreeks op een station afstemmen door de frequentie van het station in te geven.
Voorbeeld: FM: 88,10 MHz ontvangen
1. Druk op [BAND] om de gewenste band te kiezen.
2. Druk op [ENTER, FREQ/TIME].
3. Druk op de cijfertoetsen om de frequentie van het station in te geven.
4. Druk nogmaals op [ENTER, FREQ/TIME].
De frequentie en de band verschijnen.
Pagina 32
Gebruik van de radio
Afstemmen op de korte golf (enkel voor KG-ontvangst)
Voorbeeld: 11,600 MHz ontvangen (in de 25 m band)
1. Druk op [BAND] en kies kortegolf (SW).
2. Druk op [SW SELECT] om de gewenste kortegolfband te kiezen.
Op de display verschijnt de laagste frekwentie in de meterband en de meterband. (Deze
radio dekt de meterbanden 120 tot 11).
De laagste frequentie van de 25 meter band, meer bepaald 11,600 MHz, verschijnt.
9
Pagina 34
Gebruik van de radio
Opwaarts en neerwaarts afstemmen
Door op de [] of [] toets te drukken, gaat de frequentie omhoog of omlaag. Gebruik deze
afstemmethode als u de frequentie van het gewenste station niet kent. Deze modus omvat
twee soorten afstemming.
Manuele afstemming
1. Kies een radioband met [BAND].
2. Stem af op het station met [] of [].
Om de frequenties snel te doorlopen, houdt u [] of [] gedurende meer dan een halve
seconde ingedrukt.
Opmerking
Als u herhaaldelijk op [] of [] drukt, verandert de frequentie in volgende stappen:
FM: 100 kHz
MG: 9 kHz of 10 kHz
KG: 5 kHz
Pagina 36
Gebruik van de radio
Aftasten (scannen)
1. Kies een radioband met [BAND].
2. Hou [] of [] gedurende meer dan een halve seconde ingedrukt.
De radio doorloopt alle frequenties in de geselecteerde band en stopt automatisch telkens hij
een actief station ontvangt.
Als u [] en [] nogmaals ingedrukt houdt, gaat de radio verder met de aftasting.
Als u de bovenste of onderste limiet van de band bereikt, begint de aftasting opnieuw.
Pagina 38
Gebruik van de radio
Geheugenafstemming
Als u met één van de hierboven beschreven methodes een station heeft gevonden, kunt u
het opslaan in het geheugen, zodat u het later gemakkelijk weer kunt oproepen.
Er kunnen achttien FM- en KG-stations en negen MG-stations worden opgeslagen.
Het station opslaan
1. Stem af op de gewenste frequentie met één van de hiervoor beschreven
afstemmethodes.
2. Druk op [M, MEMO].
“MEMO” en een geheugennummer knipperen op het scherm. (Het toestel kiest
automatisch een beschikbare positie).
3. Druk op [M, MEMO] om het station in die geheugenpositie op te slaan.
10
Pagina 40
Gebruik van de radio
Een station oproepen B
Voorbeeld: Het station in positie 3 oproepen
1. Kies de band van het station dat u wenst te beluisteren.
2. Druk de cijfertoets in voor de positie waarin het station opgeslagen is.
Het station wordt automatisch opgezocht. Op de display verschijnen de frequentie en de
geheugenpositie.
Pagina 42
Gebruik van de radio
Posities verwisselen
Voorbeeld: u wenst de stations in positie 3 en 7 te verwisselen.
1. Roep het station in positie 3 op en druk op [M, MEMO].
“MEMO” en positienummer 3 knipperen.
2. Druk op 7 gedurende meer dan 2 seconden.
De stations in positie 3 en 7 zijn omgewisseld.
Pagina 44
Gebruik van de radio
Opmerking
Als alle posities vol zijn, verschijnt “FULL” als [M, MEMO] wordt ingedrukt. U kunt een station
vervangen door de cijfertoets van die positie gedurende twee seconden ingedrukt te houden.
Het nieuwe station komt in de plaats van het oude station. A
Geheugen aftasten (scannen) B
Met deze functie kunt u de stations in de geheugenposities doorlopen.
1. Kies een radioband met [BAND].
2. Druk op [MEMO SCAN, DUAL TIME].
De radio tast alle stations in het geheugen om beurt af, waarbij voor elke
geheugenpositie 7 seconden wordt gewacht voor de radio naar de volgende
geheugenpositie gaat.
3. Als u het gewenste station heeft gevonden, drukt u op gelijk welke toets om de
aftastprocedure te stoppen.
11
Pagina 46
Gebruik van de radio
Automatisch programmeersysteem (APS)
Met deze functie worden stations in FM en MG automatisch opgezocht en geselecteerd op
basis van de sterkte van het zendsignaal.
1. Druk op [BAND] om een radioband te kiezen.
2. Hou [] ingedrukt, druk dan [] samen gedurende circa 2 seconden in.
De radio begint met een pieptoon en “APS” knippert om aan te geven dat de radio in de
APS-modus werkt.
De radio doorloopt dan de geselecteerde band vanaf de laagste frequentie en
programmeert de stations automatisch op basis van de sterkte van het zendersignaal.
Op de display staat "TUN", “MEMO” en de frequentie met het sterkste signaal in uw gebied.
(Zie illustratie op pagina 48).
Pagina 48
Gebruik van de radio
Opmerkingen
Als geen stations worden gevonden, verschijnt 87.50 MHz in de FM band en 520 kHz in de
MG-band.
Er kunnen maximaal 9 MG- en 18 FM-stations worden opgeslagen, zelfs als er meer
worden gevonden tijdens de aftastprocedure. De stations met de sterkste signalen worden
opgeslagen in het geheugen.
De APS-functie kan niet worden gebruikt in KG.
Door de APS-functie te starten, worden alle voordien opgeslagen stations verwijderd.
De APS-functie kan worden gestopt met [POWER].
Enkel de verlichtingstoets, [POWER] en de vergrendeltoets werken terwijl de APS-functie
actief is.
12
Pagina 50
Wekkerradio
De radiowekker instellen
Voorbereiding
De wekker kan enkel worden ingesteld als de display in de tijdmodus staat. Als het toestel
ingeschakeld is, drukt u op [DISPLAY] om naar de tijdmodus te gaan.
Opmerkingen
Druk op [POWER] om de radiowekker uit te schakelen.
De radiowekker blijft één uur ingeschakeld, tenzij u hem manueel uitschakelt.
Stem de radio af op een station voor u de radiowekker instelt. Als de ingestelde wektijd
bereikt is, schakelt de radio in en wordt de laatst afgestemde zender weergegeven.
Voorbeeld: Instellen op 13:30
1. Druk op [ALARM].
"ALARM” knippert en de laatste wektijd verschijnt op de display (de eerste keer 0:00).
2. Druk op de cijfertoetsen om de wektijd in te stellen.
3. Druk nogmaals op [ALARM].
Als "ALARM $" verschijnt, drukt u op [$] om de display te veranderen in "$ ALARM".
4. Druk op [ENTER, FREQ/TIME]
Op de display verschijnt de ingestelde tijd en “$-ALARM” stopt met knipperen.
Als het alarm ingesteld is, keert de klok automatisch terug naar de huidige tijd.
Pagina 52
Wekkerradio
De wektijd controleren A
1. Druk op [ALARM].
2. Druk op [ENTER, FREQ/TIME] om terug te keren naar de tijddisplay.
De wektijd annuleren B
1. Druk op [ALARM].
De huidige wektijd wordt aangegeven.
2. Druk op [ALARM] om te annuleren.
"ALARM" knippert gedurende ongeveer 7 seconden en verdwijnt dan van de display.
13
Pagina 54
Wekkerradio
De HWS-zoemer instellen (Human Waking System)
Als deze wekfunctie wordt gebruikt, weerklinkt een akoestisch signaal in regelmatige
intervallen. Het volume van de zoemer neemt om de 15 seconden gedurende 1 minuut toe
en stopt daarna gedurende 1 minuut, waarna de cyclus opnieuw wordt gestart. Dit patroon
wordt gedurende 1 uur herhaald.
Voorbereiding
Het alarm kan enkel worden ingesteld als de display in de tijdmodus staat. Als het toestel
ingeschakeld is, drukt u op [DISPLAY] om naar de tijdmodus te gaan.
Voorbeeld: Instellen op 13:30
1. Druk op [ALARM]
2. Druk op de cijfertoetsen om de wektijd in te stellen.
3. Druk nogmaals op [ALARM].
Als "ALARM $" verschijnt, drukt u op [$] om de display te veranderen in "ALARM $".
4. Druk op [ENTER, FREQ/TIME]
De zoemer uitschakelen
Druk op [POWER].
Pagina 56
Wekkerradio
Sluimerfunctie
Druk op gelijk welke toets behalve [POWER] en [LIGHT] als de wekker afloopt.
Het sluimersymbool knippert op de display.
Het weksignaal blijft gedurende enkele minuten stil en weerklinkt dan opnieuw, tenzij de
wekker wordt geannuleerd door ondertussen op [POWER] te drukken.
Pagina 58
Wekkerradio
De inslaaptimer instellen
Deze timer schakelt de radio uit na een instelbare tijd.
1. Hou [$] ingedrukt.
De inslaapindicator verschijnt. U hoort een pieptoon als de radio ingeschakeld is. De
radio gaat aan als hij uitgeschakeld was.
2. Blijf op [$] drukken tot de gewenste tijd verschijnt. De tijd verandert in de volgorde:
90–60–45–30–15.
De inslaaptimer annuleren
Druk op [POWER].
De inslaapindicator verdwijnt. De radio wordt uitgeschakeld en de tijddisplay keert terug.
14
Pagina 60
Problemen oplossen
Als de radio niet goed werkt of als sommige delen van de display ontbreken of niet volledig
zijn, gaat u als volgt te werk.
1. Schakel de radio uit en neem de batterijen uit.
2. Met een geschikt hulpstuk (het uiteinde van een papierklem of een pen) drukt u
gedurende minstens 5 seconden op [RESET] in het batterijvak.
Er wordt een reset uitgevoerd van de microprocessor en de klok en alle stations worden uit
het geheugen gewist.
15
Pagina 62
Waarschuwingen
Als het toestel gedurende lange tijd niet wordt gebruikt, dient u alle batterijen uit het toestel
te halen, om schade door lekkende batterijen te voorkomen.
Stel het toestel niet bloot aan temperaturen van meer dan 50°C, want de inwendige
onderdelen kunnen schade oplopen door de hitte. Laat het toestel nooit gedurende lange
tijd in de zon achter in de wagen met alle portieren en vensters gesloten. De behuizing kan
vervormd raken en de prestaties kunnen achteruit gaan.
Als het toestel van een koude omgeving (b.v. -10°C) naar een warme ruimte wordt
verplaatst, zal het niet goed werken. De reden hiervoor is het vocht in bepaalde
onderdelen. Na ca. 60 minuten zal het toestel correct werken.
In dit toestel zit vloeibaar kristal. Als de display bij extreem hoge of lage temperaturen wordt
gebruikt, kan de display abnormaal werken of kan de displaysnelheid iets trager zijn (de
display werkt weer normaal bij gebruikelijke temperaturen).
Er wordt een sterke magneet gebruikt voor de luidspreker. Hou daarom gemagnetiseerde
treinkaarten, tickets of credit cards, opgenomen cassettes, uurwerken enz. op een veilige
afstand van de radio. De luidsprekermagneet in de radio kan ze beschadigen.
Plaats het toestel niet in de buurt van sterke magneten, zoals gebruikt in radio’s, tv-
toestellen, klankkasten enz., want de magneten kunnen voor een frequentieverschuiving
zorgen.
Laat het toestel niet vallen en stel het niet bloot aan sterke slagen, want het toestel bestaat
uit precisie-onderdelen.
Als u in een trein, in de auto of in een gebouw naar de radio luistert, houdt u de radio voor
een optimale ontvangst bij voorkeur dicht bij een venster. De ontvangst kan moeilijk zijn in
een tunnel of in de metro. De ontvangstkwaliteit gaat ook achteruit als de radio zich dicht bij
metalen voorwerpen bevindt.
Gebruik geen benzine, thinner of dergelijke en gebruik geen schuurpoeder om de behuizing
te reinigen. Veeg de behuizing af met een zachte doek die werd bevochtigd met een zachte
zeep/wateroplossing.
Vermijd insecticides in spuitvorm. Bepaalde insecticides kunnen bijtende metalen bevatten,
waardoor de behuizing vervormd kan raken.
Om schade aan het toestel te vermijden, het toestel niet blootstellen aan regen, water of
andere vloeistoffen.
Als oplaadbare batterijen worden gebruikt, is het aan te bevelen oplaadbare batterijen van
Panasonic te gebruiken.
Beluister uw hoofdtelefoon of oortelefoon niet bij hoog volume. Oorspecialisten raden aan
niet continu via hoofd- of oortelefoon te luisteren.
Als u een gesuis in uw oren hoort, dient u het volume te verlagen of te stoppen met
luisteren.
Gebruik de radio niet terwijl u een motorvoertuig bestuurt. Dit kan een gevaar voor de
verkeersveiligheid inhouden en is vaak onwettelijk.
Wees uiterst voorzichtig of gebruik de radio niet in potentieel gevaarlijke situaties.
Zelfs als uw hoofd- of oortelefoon van een open type is waarmee u ook buitengeluiden kunt
horen, mag u het volume niet zo hoog instellen dat u uw omgeving niet meer kunt horen.
16
Pagina 68
Gids voor de korte golf (KG)
Kenmerken van de meterbanden
120 m (2,300–2,495 MHz) en 90 m (3,200–3,400 MHz) banden
Deze twee banden worden enkel gebruikt in de tropen, waar ongebruikelijke elektrische
activiteit en andere soorten ruis MG- (AM-) ontvangst zeer moeilijk maken. Deze twee
banden worden vooral gebruikt voor lokale uitzendingen. In vergelijking met MG (AM)
kunnen deze banden moeilijk worden ontvangen wegens de ruis van intermitterende
signalen.
75 m band (3,850-4,000 MHz)
Deze band wordt gebruikt voor uitzendingen over korte afstand in de tropen.
60 m band (4,750-5,060 MHz)
Deze band wordt net zoals de 120 m en 90 m band vooral gebruikt voor lokale uitzendingen
in de tropen.
49 m band (5,900-6,200 MHz)
Deze band wordt vooral gebruikt voor internationale uitzendingen over korte en middelgrote
afstand en voor lokale uitzendingen. Afhankelijk van het seizoen en door het feit dat
internationale stations deze frequentie gebruiken in plaats van hoge frequenties, kunnen
uitzendingen van talrijke landen worden ontvangen.
41 m band (7,100-7,350 MHz)
De voortplanting van deze golf lijkt sterk op die van de 49 m band. Wordt vooral gebruikt
voor uitzendingen over middelgrote tot korte afstand.
31 m band (9,400-9,990 MHz)
Sterk gebruikt voor internationale en lokale uitzendingen. Korte golf-uitzendingen van
verschillende landen worden in deze band uitgezonden. Als de ontvangstomstandigheden
gunstig zijn, kunt u om de 5 kHz een station ontvangen.
25 m band (11,600-12,100 MHz)
De voortplanting van deze golf lijkt sterk op die van de 31 m band en volgt de 31 m band in
populariteit, omdat talrijke internationale zendstations met sterke uitgangssignalen deze
band het hele jaar door gebruiken.
21 m band (13,570-13,870 MHz)
Deze band werd pas recent internationaal toegewezen. De aard van de golfvoortplanting lijkt
sterk op die van de 19 m band.
19 m band (15,100-15,800 MHz)
Deze band wordt vooral gebruikt door internationale zendstations en wordt beschouwd als
de “hoofdband”.
Vanaf deze band naar de hogere frequentiebanden wordt de ontvangst moeilijker naarmate
het aantal zonnevlekken daalt.
16 m band (17,480-17,900 MHz)
Wordt gebruikt door internationale stations voor toepassingen zoals bij de 19 m band, maar
wegens de grote invloed van elke kleine wijziging in de zonnevlekken en in verschillende
seizoenen is de ontvangst vaak onmogelijk. Als u al een station kunt ontvangen, lijkt dit
verrassend goed op stations met sterke signalen.
17
Pagina
73
Gids voor de korte golf (KG)
15 m band (18,900-19,020 MHz)
Als de zonnevlekken verminderen, kunnen communicatiesignalen van afgelegen stations en
van het verkeer moeilijk worden ontvangen. Als de zonnevlekken actief zijn, kunnen
afgelegen stations met laag vermogen worden ontvangen als verrassend sterke signalen.
13 m band (21,450-21,750 MHz)
Deze band wordt gebruikt voor internationale uitzendingen over lange afstand. Deze band
wordt gebruikt ongeacht het seizoen als de zonnevlekken actief zijn. De toestand van deze
band verandert van tijd tot tijd.
11 m band (25,600-26,100 MHz)
Deze band wordt gebruikt voor internationale uitzendingen over lange afstand tijdens
periodes met talrijke zonnevlekken. Net zoals de 13 m band verandert de toestand van de 11
m band van tijd tot tijd. Als de omstandigheden gunstig zijn, is de ontvangst gemakkelijk,
want er is geen ruis of interferentie.
Voortplanting van elektromagnetische golven
Bij de elektromagnetische golven van radio-uitzendingen maken we een onderscheid tussen
oppervlaktegolven, die zich voortplanten langs het oppervlak van de aarde, en ruimtelijke
golven die zich opwaarts voortplanten. Golven met lage frequentie (LG en MG) zijn
oppervlaktegolven, terwijl hoogfrequente golven (KG) worden weerkaatst tegen de ionosfeer,
die zich op 100-300 km boven het aardoppervlak bevindt. De ionosfeer is geladen en vormt
een spiegel voor elektromagnetische golven. Daarom kunnen hoogfrequente golven over
grote afstanden worden ontvangen. De elektromagnetishe golven van hogere frequenties
(VHF) gaan voorbij de ionosfeer en kunnen enkel voor korte afstanden worden gebruikt.
De ionosfeer wordt beschouwd als een product van de ultravioletstralen van de zon, zodat
de toestand van de ionosfeer van tijd tot tijd verandert in functie van de positie van de zon.
Seizoensgebonden variaties doen zich dus voor. Omdat de ionosfeer uit verschillende lagen
bestaat, is het voortplantingstraject van elektromagnetische golven uiterst complex. Met
name het aantal zonnevlekken schommelt in cycli van 11 jaar en deze schommelingen zijn
van invloed op de vorm van de voortplanting. Bij de ontvangst van KG-uitzendingen dient u
met al deze factoren rekening te houden. Bekende KG-stations doen dit ook en veranderen
hun frequentie van seizoen tot seizoen of zenden voor een optimale ontvangst met twee of
meer verschillende frequenties tegelijk uit.
18
Pagina 78
Technische gegevens
Frequentiebereik:
FM: 87,50-108,00 MHz
MG: 522-1.710 kHz (9 kHz-interval)
520-1.710 kHz (10 kHz-interval)
KG
120 m 2,300-2,495 MHz
90 m 3,200-3,400 MHz
75 m 3,850-4,000 MHz
60 m 4,750-5,060 MHz
49 m 5,900-6,200 MHz
41 m 7,100-7,350 MHz
31 m 9,400-9,990 MHz
25 m 11,600-12,100 MHz
21 m 13,570-13,870 MHz
19 m 15,100-15,800 MHz
16 m 17,480-17,900 MHz
15 m 18,900-19,020 MHz
13 m 21,450-21,750 MHz
11 m 25,600-26,100 MHz
Voeding:
Batterij: 6 V (4 R6/LR6, UM-3 batterijen)
Netstroom: DC IN 6 V met netadapter (6 V/300 mA midden negatief)
Luidspreker: 6,5 cm, 8
Vermogen: 150 mW (RMS... max.)
Uitgangen: Oortelefoon
Afmetingen
(BxHxD): 167,7x104,5x36,8 mm
Gewicht: 376 g (zonder batterijen)
Opmerking
Wijzigingen voorbehouden zonder voorafgaande kennisgeving.
Gewicht en afmetingen bij benadering.
19
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19

Panasonic RFB33 de handleiding

Type
de handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor