6
3834386
NL
ALGEMENE VEILIGHEIDS-, ASSEMBLAGE-, INBEDRIJFSTELLINGS-,
GEBRUIKS- EN ONDERHOUDSINSTRUCTIES
Deze algemene instructies vormen een
aanvulling op de specifieke instructies voor
elk bij het product geleverd document.
Het niet opvolgen van deze instructies
kan storingen, schade of letsel tot gevolg
hebben.
Raadpleeg onze technische documentatie
en installatie- en onderhoudsinstructies op
www.asconumatics.eu.
1 - ALGEMENE OPMERKINGEN
Dit component is geen veiligheidsaccessoire,
maarisalleenbedoeldomopeenjuistemanier
tekunnenwordengebruikt,hetzijopzichzelf,ge-
integreerd in apparaten, machines of installaties.
ASCONumatics-componentenzijnuitsluitend
bestemd voor het soort toepassingen dat wordt
vermeldopdenaamplaat,indeinbedrijfstel-
lings- of onderhoudsinstructies of in de docu-
mentendiebijhetcomponentwordengeleverd.
Uwordtgeachtteallentijdetehandelencon-
formdemeestrecenterichtlijnen,wetgeving,
aanwijzingen,normen,endelaatstestandvan
de techniek, welke binnen het van toepassing
zijndekadervankrachtzijn.Indienvantoepas-
sing,dientuallenoodzakelijkemaatregelen
te nemen om aan deze vereisten te voldoen.
Deze component voldoet aan de essentiële
eisen van richtlijn 97/23/EG aangaande druk-
apparatuur. Een conformiteitsverklaring is
op aanvraag verkrijgbaar.
Deassemblage,deinbedrijfstelling,hetgebruik
en het onderhoud moeten worden uitgevoerd
door gekwalificeerd en geautoriseerd personeel.
Depersonendiemetdezecomponentenwer-
ken,moetenopdehoogtezijnvandegeldende
veiligheidsvoorschriften en eisen ten aanzien
van producten, apparatuur, machines en elek-
trische installaties inzake (magneet-)ventielen,
elektronische regelapparatuur en persluchtver-
zorgingssapparatuur.
Neem in geval van problemen contact op met
ASCO Numatics of een van haar officiële ver-
tegenwoordigers.
Specifieke aanvullende instructies met be-
trekking tot magneetventielen en perslucht-
verzorgingsapparatuur vindt u in sectie 7:
"Speciale instructies".
2 - ASSEMBLAGE
VOORBEREIDING
• Controleer of wordt voldaan aan de vereiste
voorwaarden voor opslag van de componenten.
Deze moeten in overeenstemming met de
productspe-cicatieszijn.
•
Haal de componenten zorgvuldig uit de verpakking.
•Schakel het apparaat, de machine of de
installatie waarin het component moet worden
geïnstalleerd uit en ontlucht het. Vergrendel
de stroom- en de luchttoevoer om ongeauto-
riseerde inschakeling te voorkomen.
•Zorgervoordathetcomponent,zijnonderdelen
endeomgevingschoonzijnenbeschermze
tegen beschadiging.
•
Brenggeenwijzigingenaanhetcomponentaan.
•Controleer of het medium compatibel is met
de materialen waarmee deze in contact komt.
Algemeen: lucht, water en olie (in gevallen
waar olie als vloeistof wordt gebruikt, moet u
ervoor zorgen dat de olie binnen het bereik
vandebedrijfstemperatuurvanhetcomponent
niet kan verdampen).
Deoperatorofdegebruikermoetervoorzor-
gen dat de gas- of vloeistofgroep overeenkomt
met de classificatie van het product. (Zuurstof
iseengevaarlijkgasdatinGroep1valten
kan leiden tot een hogere classificatie: neem
contact met ons op voor meer informatie.)
AANSLUITING
• Sluit alle poorten van het component, welke in
contact kunnen komen met het medium, aan.
• Reinig de leidingen die op het component
moeten worden aangesloten.
• Houd rekening met de stromingsrichting van
het medium.
• Maak alleen gebruik van de daarvoor bedoelde
aansluitpunten.
•Zorgervoordatergeenoneigenlijkematerialen
in het circuit komen, m.n. materialen die voor het
afdichten van de aansluitingen gebruikt worden.
• Houd rekening met de radius van de bochten
van de leidingen en zorg ervoor dat de poor-
ten waar het medium doorheen stroomt niet
verstoptzijn.
• Let op dat de leidingen en aansluitingsmate-
rialen geen druk-, trekspanning of koppel op
het component uitoefenen
• Gebruik geschikt gereedschap en draai de
aansluitingen zo dicht mogelijk bij het aan-
sluitpunt aan.
•Gebruikafdichtingmateriaalwelkechemisch
bestendig is tot de materialen.
•Gebruik een zodanig koppel voor leiding-
verbindingen dat het product niet wordt
beschadigd.
•Deaansluitingenmoetenstabielensolidezijn.
Onjuiste installatie kan leiden tot onge-
wenste hydraulische effecten die de levens-
duur van het component kunnen bekorten
(erosie, cavitatie, drukgolven, enz.)
3 - INBEDRIJFSTELLING
Inbedrijfstelling kan alleen worden geautori-
seerd nadat naar behoren is gecontroleerd
of het apparaat, de machine of de installatie
waarin de component is geïntegreerd, voldoet
aanallelaatstgeldenderichtlijnen,wetgeving,
instructies en normen.
4 - GEBRUIK
• Stel de componenten niet bloot aan spanningen
of belastingen anders dan de ontwerpwaarden.
• Zet het component niet onder druk als de lei-
dingennognietopdepoortenzijnaangesloten.
•Ditcomponentisnietgeschiktvoorgebruik
ondergedompeld in een vloeistof. Zorg er
derhalve voor dat er geen vloeistof het regel-
systeem kan binnendringen.
•Beschermhetcomponenttegenbevriezing
als de temperatuur onder 5°C komt.
5 - ONDERHOUD
We adviseren u met regelmatige tussenpozen de
werking van de componenten te controleren en de
componententereinigen.Welkefrequentieuhierbij
moetaanhouden,isafhankelijkvanhettypemedium,
debedrijfsomstandighedenendeomgeving.
Erzijn,afhankelijkvanhet component, sets
met reserve-onderdelen beschikbaar.
Voordat u onderhoud pleegt, moet u het
component, het apparaat, de machine of de
installatie uitschakelen en ontluchten, om
ongeautoriseerde tussenkomst te voorkomen.
Zorg ervoor dat het onderdeel en de omgeving
schoonzijn.
Neemingevalvanproblementijdensonderhouds-
werkzaamheden contact op met ASCO Numatics
of een van haar officiële vertegenwoordigers.
6 - OMGEVING
Udientbijhetafvoerenvandecomponenten,
debuitenbedrijfstellingofhetdenitiefvernie-
tigen van het apparaat of de machine, of het
ontmantelen van de installatie de geldende
milieuregels in acht te nemen.
7 - SPECIALE INSTRUCTIES
MAGNEETVENTIELEN
Opmerkingen met betrekking tot spanning-
spieken:
Vanwege het ontwerp hebben alle elektromag-
neten, magneetventielen of relaisspoelen een
inductantie.
Deelektrischeuitschakelingvaneeninductan-
tiegenereertdaarbijeenspanningspulsdie
elektromagnetische storingen in de onmiddel-
lijkeomgevingkanveroorzaken.
Deze stoorspanningspulsen kunnen alleen
worden voorkomen wanneer de gebruiker dem-
pingsonder-delen (zoals dioden, Zener-dioden,
spanningsafhankelijke weerstanden, weer-
standscapaciteitsonderdelen of filters) toepast.
Dekenmerkenenschakelingenvandezeele-
mentenzijnvolledigafhankelijkvanspecieke
eisen: ze kunnen alleen door de individuele
gebruiker worden vastgesteld. Afhankelijkvan
de assem-blagemethode en de locatie waar het
apparaat wordt gebruikt, kunnen aanvullende
veiligheidsmaatregelennoodzakelijkblijkentezijn.
Onze magneetventielen en stuurventielen
zijnontwikkeldomtefunctionerenmetappa-
ratuur die voldoet aan de EN 61131-2 norm.
Dit product voldoet aan de fundamentele
voorschriften van EMC-richtlijn 2004/108/EG
en in LS-richtlijn 2006/95/EG. Een conformi-
teitsverklaring is op aanvraag verkrijgbaar.
Als het magneetventiel wordt uitgerust
met een magneetkop voor explosiegevaarlijke
omgevingen, moet dit worden uitgevoerd con-
form de algemene regels zoals opgesteld in
de Europese norm EN 60079-0, EN 60079-14
en conform de speciale normen die gelden
voor de beveiligingsmethode. Meer informatie
over naleving van richtlijn ATEX 94/9/EG kunt
u vinden in de specifieke inbedrijfstellingsin-
formatie die bij onze producten wordt geleverd.
Assemblage:
• Installeer ter bescherming van de apparatuur
zodichtmogelijkbijdevloeistonlaatvanhet
component een geschikte zeef of filter.
•Deelektrischebedradingmoeteentoereikende
diameterenvoldoendeisolatiehebben.Debedra-
dingmoetopcorrectewijzewordengeïnstalleerd.
Elektrische aansluitingen moeten conform de
lokale normen en voorschriften door gekwali-
ficeerd personeel worden aangebracht.
• Zorg ervoor dat alle spanning van de on-
derdelen af is voordat u iets onderneemt.
• Alle schroefaansluitingen moeten vóór inbe-
drijf-stellingtothetgeschikteaandraaimoment
worden vastgedraaid.
•Elektrischecomponentenmoeten,afhankelijk
van het voltage, worden geaard conform de
lokale normen en voorschriften.
In bepaalde gevallen worden voor de elektrische
aansluiting de volgende methoden toegepast:
afneembare stekers met beveiligingsniveau IP65
(steker gemonteerd), schroefaansluitingen aan
despoelwelkeineenmetalenbehuizingzijnop-
genomen, een niet-gesoldeerde krimpverbinding
ofdraden/kabelsdieindespoelzijnopgenomen.
Inbedrijfstelling: Voer een elektrische test uit
voordat u het circuit onder druk zet. Zet de spoel
meerdere malen onder spanning en luister of u
de metaalachtige "klik" hoort die aangeeft dat
de magneetkop goed werkt.
Depersonendiemetdezecomponentenwer-
ken,moetenopdehoogtezijnvandegeldende
eisen ten aanzien van elektrische (elektroni-
sche) regelaparatuur en hun toepassingen.
Gebruik:Despoelenzijnontworpenomcontinu
onder spanning te worden gebruikt en kunnen
derhalve zeer heet worden.
Alshetmagneetventielgemakkelijktoegankelijk
is, moet u een beveiliging toepassen waardoor
wordt voorkomen dat gebruikers brandletsel
kunnen oplopen.
Onderhoud: Sluit de stroomtoevoer naar de
componenten af.
PERSLUCHTAPPARATUUR
Assemblage: Alle poorten op het apparaat
die in contact kunnen komen met onder druk
staande media moeten worden aangesloten op
eenleidingofeendaarbijbehorendonderdeel
(bijvoorbeeldeenafblaaslter-dempero.i.d.).
Gebruik:Depersonendiemetdezecompo-
nentenwerken,moetenopdehoogtezijnvan
de geldende eisen ten aanzien van elektrische
(elektronische) regelaparatuur zoals redun-
dante systemen of regelingen met terugkop-
peling, en van hun toepassingen .
Omgeving: Teneinde geluidsoverlast als gevolg
van capaciteitsreiniging (met name met behulp
van perslucht) door bepaalde onderdelen te
voorkomen,radenwijuaangebruiktemaken
van geluidsverminderingssystemen.