AEG SANTO Z91840I Handleiding

Categorie
Diepvriezers
Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

Wij danken u voor uw keuze voor een van onze producten van hoogwaardige
kwaliteit.
Lees deze gebruiksaanwijzing alstublieft zorgvuldig door, zo kunt u zeker zijn van
optimale en professionele prestaties van uw apparaat. De handleiding zal u in staat
stellen om alle processen perfect en op de meest efficiënte wijze te laten verlopen.
Wij adviseren u deze handleiding op een veilige plaats te bewaren, dan kunt u hem
te allen tijde raadplegen. Geef deze handleiding ook aan een eventuele toekomstige
eigenaar van het apparaat.
Wij wensen u veel plezier met uw nieuwe apparaat.
INHOUD
VEILIGHEIDSINFORMATIE 3
Veiligheid van kinderen en kwetsbare
mensen 3
Algemene veiligheid 3
Dagelijks gebruik 4
Onderhoud en reiniging 4
Installatie 5
Onderhoud 5
BEDIENINGSPANEEL 5
De koelkast inschakelen 6
De vriezer inschakelen 6
De koelkast uitschakelen 6
De vriezer uitschakelen 6
Alarm hoge temperatuur 6
Toetsen temperatuurinstelling 7
Temperatuurweergave 7
Temperatuurregeling 7
TURBO COOLMATIC-functie 8
FROSTMATICfunctie 8
HET EERSTE GEBRUIK 8
De binnenkant schoonmaken 8
DAGELIJKS GEBRUIK 8
Vers voedsel invriezen 8
Het bewaren van ingevroren voedsel 9
Kalender ingevroren voedsel 9
Ontdooien 9
Het maken van ijsblokjes 9
Koude accumulators 9
Verplaatsbare schappen 10
Het plaatsen van de deurschappen 10
Koolstofluchtfilter 10
LONGFRESH -vak 10
Vochtigheidsregeling 11
Lade 11
Bewaardtijd in het longfresh 0°C-vak voor
vers voedsel 11
NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS 13
Tips voor energiebesparing 13
Tips voor het koelen van vers voedsel 13
Nuttige tips voor het koelen 13
Tips voor het invriezen 14
Tips voor het bewaren van ingevroren
voedsel 14
ONDERHOUD EN REINIGING 15
Periodieke reiniging 15
Het koolstoffilter vervangen 15
Het ontdooien van de koelkast 16
De vriezer ontdooien 16
Periodes dat het apparaat niet gebruikt
wordt 17
PROBLEMEN OPLOSSEN 17
Het lampje vervangen 19
De deur sluiten 19
TECHNISCHE GEGEVENS 20
MONTAGE 20
Opstelling 20
Het verwijderen van de geleiders van de
schappen 21
Elektrische aansluiting 21
Ventilatievereisten 21
Installatie van het koolstofluchtfilter 21
HET MILIEU 22
Wijzigingen voorbehouden
2 Inhoud
VEILIGHEIDSINFORMATIE
In het belang van uw veiligheid en om een correct gebruik te kunnen waarborgen is het van
belang dat u, alvorens het apparaat te installeren en in gebruik te nemen, deze gebruiks-
aanwijzing, inclusief de tips en waarschuwingen, grondig doorleest. Om onnodige vergissin-
gen en ongevallen te voorkomen is het belangrijk ervoor te zorgen dat alle mensen die het
apparaat gebruiken, volledig bekend zijn met de werking ervan en de veiligheidsvoorzienin-
gen. Bewaar deze instructies en zorg ervoor dat zij bij het apparaat blijven als het wordt
verplaatst of verkocht, zodat iedereen die het apparaat gedurende zijn hele levensduur ge-
bruikt, naar behoren is geïnformeerd over het gebruik en de veiligheid van het apparaat.
Voor de veiligheid van mensen en eigendommen dient u zich aan de voorzorgsmaatregelen
uit dit instructieboekje te houden, de fabrikant is niet verantwoordelijk voor schade die door
het niet opvolgen van de aanwijzingen veroorzaakt is.
Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen
Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik door personen (waaronder begrepen kinderen)
met verminderde fysieke, zintuiglijke vermogens of een gebrek aan ervaring en kennis,
tenzij dit onder toezicht gebeurt van een voor hun veiligheid verantwoordelijke persoon
of tenzij zij van een dergelijke persoon instructie hebben ontvangen over het gebruik van
het apparaat.
Houd kinderen uit de buurt om te voorkomen dat ze met het apparaat gaan spelen.
Houd alle verpakkingsmateriaal buiten het bereik van kinderen. Gevaar voor verstikking.
Als u het apparaat afdankt trek dan de stekker uit het stopcontact, snij de voedingskabel
door (zo dicht mogelijk bij het apparaat) en verwijder de deur om te voorkomen dat kin-
deren een elektrische schok krijgen of zichzelf in het apparaat opsluiten.
Als dit apparaat, dat voorzien is van een magnetische deursluiting, een ouder apparaat
vervangt, dat voorzien is van een veerslot (slot) op de deur of het deksel, zorg er dan voor
dat u het slot onbruikbaar maakt voordat u het oude apparaat weggooit. Dit voorkomt
dat kinderen er in opgesloten kunnen raken.
Algemene veiligheid
LET OP!
Houd de ventilatie-openingen altijd vrij van obstructies.
Dit apparaat is bedoeld voor het bewaren van levensmiddelen en/of dranken in een ge-
woon huishouden, zoals uitgelegd in dit instructieboekje.
Gebruik geen mechanische hulpmiddelen of kunstgrepen om het ontdooiproces te ver-
snellen.
Gebruik geen andere elektrische apparaten (bijvoorbeeld ijsmachines) in koelkasten, tenzij
ze voor dit doel goedgekeurd zijn door de fabrikant.
Let op dat u het koelcircuit niet beschadigt.
Het koelmiddel isobutaan (R600a) bevindt zich in het koelcircuit van het apparaat, dit is
een natuurlijk gas dat weliswaar milieuvriendelijk is, maar ook uiterst ontvlambaar.
Controleer of de onderdelen van het koelcircuit tijdens transport en installatie van het
apparaat niet beschadigd zijn geraakt.
Indien het koelcircuit beschadigd is:
Veiligheidsinformatie
3
open vuur en ontstekingsbronnen vermijden
de ruimte waar het apparaat zich bevindt grondig ventileren
Het is gevaarlijk om wijzigingen aan te brengen in de specificaties of dit product op eni-
gerlei wijze te modificeren. Een beschadigd netsnoer kan kortsluiting, brand en/of een
elektrische schok veroorzaken.
WAARSCHUWING!
Alle elektrische onderdelen (netsnoer, stekker, compressor) mogen uitsluitend vervangen
worden door een erkende onderhoudsdienst of gekwalificeerd onderhoudspersoneel.
1. Het netsnoer mag niet verlengd worden.
2. Verzeker u ervan dat de stekker niet platgedrukt of beschadigd wordt door de ach-
terkant van het apparaat. Een platgedrukte of beschadigde stekker kan oververhit ra-
ken en brand veroorzaken.
3. Verzeker u ervan dat u de stekker van het apparaat kunt bereiken.
4. Trek niet aan het snoer.
5. Als de stekker los zit, steek hem dan niet in het stopcontact. Dan bestaat er een risico
op een elektrische schok of brand.
6.
U mag het apparaat niet gebruiken zonder de afdekking van het lampje
1)
voor de
binnenverlichting.
Dit apparaat is zwaar. Wees voorzichtig als u het apparaat verplaatst.
Haal geen artikelen uit het vriesvak en raak ze niet aan als uw handen vochtig/nat zijn,
dit kan uw huid beschadigen of vrieswonden veroorzaken.
Stel het apparaat niet langdurig bloot aan direct zonlicht.
Gloeilampjes
2)
gebruikt voor dit apparaat is een speciaal lampje voor huishoudelijke ap-
paraten. De lampjes zijn niet geschikt voor de verlichting van ruimtes.
Dagelijks gebruik
Zet geen hete potten op de kunststof onderdelen in het apparaat.
Bewaar geen brandbare gassen of vloeistoffen in het apparaat, deze kunnen ontploffen.
Zet geen levensmiddelen direct tegen de luchtopening in de achterwand.
3)
Diepgevroren voedsel mag niet opnieuw worden ingevroren als het eenmaal ontdooid is.
Bewaar voorverpakte diepvriesproducten volgens de aanwijzingen van de fabrikant.
U dient zich strikt te houden aan de aanbevelingen van de fabrikant van het apparaat
met betrekking tot het bewaren van voedsel. Raadpleeg de betreffende aanwijzingen.
Leg geen koolzuurhoudende of mousserende dranken in de vriezer, deze veroorzaken
druk op de fles die daardoor kan ontploffen, dit kan schade toebrengen aan het apparaat.
IJslollies kunnen vrieswonden veroorzaken als ze rechtstreeks vanuit het apparaat gecon-
sumeerd worden.
Onderhoud en reiniging
Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact voordat u onderhouds-
handelingen verricht.
Maak het apparaat niet schoon met metalen voorwerpen.
Gebruik geen scherpe voorwerpen om ijs van het apparaat te krabben. Gebruik een
kunststof schraper.
1) Als er een afdekking voor het lampje is voorzien.
2) Als er is voorzien in een lamp.
3) Als het apparaat vorstvrij is.
4 Veiligheidsinformatie
Controleer de afvoer in de koelkast regelmatig op dooiwater. Maak de afvoer, indien no-
dig, schoon. Als de afvoer verstopt is, zal er water op de bodem van het apparaat liggen.
Installatie
Voor de aansluiting van elektriciteit dienen de instructies in de desbetreffende paragrafen
nauwgezet te worden opgevolgd.
Pak het apparaat uit en controleer of er beschadigingen zijn. Sluit het apparaat niet aan
als het beschadigd is. Meld mogelijke beschadigingen onmiddellijk bij de winkel waar u
het apparaat gekocht heeft. Gooi in dat geval de verpakking niet weg.
Wij adviseren u om 4 uur te wachten voordat u het apparaat aansluit, dan kan de olie
terugvloeien in de compressor.
Rond het apparaat dient adequate luchtcirculatie te zijn, anders kan dit tot oververhit-
ting leiden. Om voldoende ventilatie te verkrijgen de instructies met betrekking tot de
installatie opvolgen.
De achterkant dient zo mogelijk tegen een muur geplaatst te worden, teneinde te voor-
komen dat hete onderdelen (compressor, condensator) aangeraakt kunnen worden en
brandwonden veroorzaken.
Het apparaat mag niet vlakbij radiatoren of kooktoestellen geplaatst worden.
Verzeker u ervan dat de stekker bereikbaar is nadat het apparaat geïnstalleerd is.
Sluit het apparaat alleen aan op een drinkwaterleiding.
4)
Onderhoud
Alle elektrotechnische werkzaamheden die noodzakelijk zijn voor het uitvoeren van on-
derhoud aan het apparaat, dienen uitgevoerd te worden door een gekwalificeerd elektri-
cien of competent persoon.
Dit product mag alleen worden onderhouden door een erkend onderhoudscentrum en er
dient alleen gebruik te worden gemaakt van originele reserveonderdelen.
Bescherming van het milieu
Dit apparaat bevat geen gassen die de ozonlaag kunnen beschadigen, niet in het koelcircuit
en evenmin in de isolatiematerialen. Het apparaat mag niet worden weggegooid bij het
normale huishoudelijke afval. Het isolatieschuim bevat ontvlambare gassen: het apparaat
moet weggegooid worden conform de van toepassing zijnde regels die u bij de lokale over-
heidsinstanties kunt verkrijgen. Voorkom beschadiging aan de koeleenheid, vooral aan de
achterkant bij de warmtewisselaar. De materialen die gebruikt zijn voor dit apparaat en die
voorzien zijn van het symbool
zijn recyclebaar.
BEDIENINGSPANEEL
1 2 3 4 5
6
7 8 9 10
12 13
14
15
1611
4) Indien er een wateraansluiting voorzien is.
Bedieningspaneel 5
1 Indicatielampje koelkast
2 Koelkast ON/OFF-schakelaar
3 Temperatuurregeling koelkast, +-toets
4 Indicatielampje koelkasttemperatuur
5 Temperatuurregeling koelkast, --toets
6 TURBOCOOLMATIC-indicatielampje
7 TURBOCOOLMATIC-toets
8 Indicatielampje vriezer
9 Vriezer ON/OFF-schakelaar
10 Temperatuurregeling vriezer, +-toets
11 Temperatuurindicator van de vriezer
12 Temperatuurregeling vriezer, --toets
13 FROSTMATIC -indicatielampje
14 FROSTMATIC -toets
15 Alarmindicator ( ALARM OFF)
16 Resettoets alarm (ALARM OFF)
De koelkast inschakelen
1. Steek de stekker in het stopcontact.
2. Druk op de ON/OFF-schakelaar .
3. Het controlelampje gaat aan.
De vriezer inschakelen
1. Steek de stekker in het stopcontact.
2. Druk op de ON/OFF-schakelaar .
3. Het controlelampje gaat aan.
4. Het alarmlampje knippert tot de temperatuur bereikt is.
De zoemer klinkt.
5. Druk op de alarmresettoets om het alarm uit te schakelen.
De koelkast uitschakelen
1. Houd de ON/OFF schakelaar langer dan 5 seconden ingedrukt.
2. Een aftelling op het temperatuurdisplay, van -3 -2 -1 wordt weergegeven. Als “1” ver-
schijnt, wordt de koelkast uitgeschakeld. Het temperatuurdisplay gaat uit. Het controle-
lampje gaat uit.
De vriezer uitschakelen
1. Houd de ON/OFF-schakelaar langer dan 5 seconden ingedrukt.
2. Daarna wordt het aftellen van de temperatuur van -3 -2 -1 weergegeven. Wanneer "1"
verschijnt, is de vriezer uitgeschakeld. Het temperatuurdisplay gaat uit. Het controle-
lampje gaat uit.
Alarm hoge temperatuur
In het geval van een abnormale stijging van de temperatuur in de vriezer (bijv. stroomuit-
val) gaat het alarmlampje knipperen en klinkt er een zoemer.
6 Bedieningspaneel
Druk op de alarmresettoets om de zoemer uit te schakelen, het alarmlampje blijft knipperen.
De zoemer stopt automatisch als de temperatuur weer normaal is, het alarmlampje blijft
knipperen.
Druk op de alarmresettoets. Het alarmlampje gaat uit en tegelijkertijd wordt op het tempe-
ratuurdisplay van de vriezer gedurende ongeveer 5 seconden de hoogste temperatuur
weergegeven die in het vriesvak bereikt is.
Toetsen temperatuurinstelling
De temperatuur wordt aangepast met de toetsen temperatuurinstelling. Deze toetsen zijn
gekoppeld aan het temperatuurdisplay.
Het temperatuurdisplay schakelt over van het tonen van de ACTUELE temperatuur (tem-
peratuurdisplay is verlicht) naar het tonen van de GEWENSTE temperatuur (temperatuur-
display knippert) door op een van de toetsen temperatuurinstelling te drukken.
Iedere keer dat een van deze twee toetsen wordt ingedrukt, wordt de GEWENSTE tempe-
ratuur aangepast met 1°C. De GEWENSTE temperatuur moet binnen 24 uur bereikt wor-
den.
Als op geen van de toetsen wordt gedrukt, schakelt het temperatuurdisplay automatisch te-
rug na een korte tijd (ong. 5 sec.) naar het tonen van de ACTUELE temperatuur.
GEWENSTE temperatuur betekent:
De temperatuur die voor de koelkast werd geselecteerd. De GEWENSTE temperatuur wordt
aangeduid met knipperende getallen.
ACTUELE temperatuur betekent:
De temperatuur die de huidige temperatuur in de koelkast weergeeft. De ACTUELE tempera-
tuur wordt aangegeven met verlichte getallen.
Temperatuurweergave
De weergave van de temperatuur geeft de volgende informatie:
Tijdens normale werking worden de op dit moment ingestelde temperaturen voor de
koelkast en de vriezer weergegeven.
Als de temperatuur wordt aangepast, gaat de momenteel voor de koelkast ingestelde
temperatuur op het display knipperen.
Temperatuurregeling
Ga als volgt te werk om het apparaat in werking te stellen:
1. Stel de gewenste temperatuur in door op de bijbehorende thermostaatknop te drukken.
Het temperatuurdisplay geeft onmiddellijk de gewijzigde instelling weer en het tempe-
ratuurlampje knippert.
2. Telkens wanneer u op de temperatuurregelaar drukt, wordt de temperatuur aangepast
met 1 °C. De ingestelde temperatuur zal binnen 24 uur worden bereikt.
3. Het display verandert van knipperende naar continue verlichting.
Voor een juiste conservering van het voedsel moeten de volgende temperaturen worden in-
gesteld:
+5 °C in de koelkast
-18 °C in de vriezer.
Als de instelling is gewijzigd, start de compressor niet meteen als op dat moment automa-
tisch ontdooien plaatsvindt. Aangezien de conserveringstemperatuur binnen in de koelkast
snel wordt bereikt, kunt u meteen na het inschakelen voedsel in de koelkast leggen.
Bedieningspaneel
7
TURBO COOLMATIC-functie
De TURBO COOLMATIC-functie is geschikt voor het snel koelen van grote hoeveelheden
voedsel in de koelkast.
Voer de volgende stappen uit om de functie in te schakelen:
1. Druk op de TURBO COOLMATIC-toets.
2. Het TURBO COOLMATIC-display wordt ingeschakeld.
De TURBO COOLMATIC -functie zorgt nu voor intensieve koeling. Een GEWENSTE tempera-
tuur van +3°C wordt automatisch gekozen.
De TURBO COOLMATIC-functie stopt automatisch na 6 uur.
U kunt de functie te allen tijde uitschakelen:
1. Druk op de TURBO COOLMATIC-toets.
2. Het TURBO COOLMATIC-lampje gaat uit.
FROSTMATICfunctie
De FROSTMATIC functie versnelt het invriezen van vers voedsel en beschermt voedsel dat
reeds is geconserveerd tegen ongewenste opwarming.
Voer de volgende stappen uit om de functie in te schakelen:
1. Druk op de FROSTMATIC toets.
2. Het FROSTMATIC display wordt ingeschakeld.
De FROSTMATIC functie wordt na 52 uur automatisch uitgeschakeld.
U kunt de functie te allen tijde uitschakelen:
1. Druk op de FROSTMATIC toets.
2. Het FROSTMATIC display wordt uitgeschakeld.
HET EERSTE GEBRUIK
De binnenkant schoonmaken
Voordat u het apparaat voor de eerste keer gebruikt, wast u de binnenkant en de interne
accessoires met lauwwarm water en een beetje neutrale zeep om de typische geur van een
nieuw product weg te nemen. Droog daarna grondig af.
Gebruik geen oplosmiddelen of schuurpoeders. Deze beschadigen de lak.
DAGELIJKS GEBRUIK
Vers voedsel invriezen
Het vriesvak is geschikt voor het invriezen van vers voedsel en voor het voor een lange pe-
riode bewaren van ingevroren en diepgevroren voedsel.
Om levensmiddelen in te vriezen, activeert u de FROSTMATIC functie minimaal 24 uur voor-
dat u deze in het vriesvak legt.
Zet het verse voedsel dat u in wilt vriezen in het bovenste vak.
De maximale hoeveelheid voedsel die in 24 uur ingevroren kan worden is vermeld op het
typeplaatje , een etiket dat aan de binnenkant van het apparaat zit.
8 Het eerste gebruik
Het invriesproces duurt 24 uur: voeg gedurende deze periode niet meer in te vriezen voed-
sel toe.
Het bewaren van ingevroren voedsel
Als u het apparaat voor het eerst of na een periode dat het niet gebruikt is inschakelt, het
apparaat minstens 2 uur op een hoge instelling laten werken voordat u er producten in
plaatst.
Als er grote hoeveelheden voedsel bewaard moeten worden, alle laden en korven uit het
apparaat verwijderen en het voedsel op de koelschappen zetten, hiermee verkrijgt u het
beste resultaat.
WAARSCHUWING!
Zorg ervoor dat het voedsel de beladingslimiet, die op de zijkant van het bovenste gedeelte
is vermeld, niet overschrijdt (indien van toepassing)
In het geval van onbedoelde ontdooiing, bijvoorbeeld als de stroom langer is uitgevallen
dan de duur die op de kaart met technische kenmerken onder "tijdsduur" is vermeld, moet
het ontdooide voedsel snel geconsumeerd worden of onmiddellijk bereid worden en dan
weer worden ingevroren (nadat het afgekoeld is).
Kalender ingevroren voedsel
De symbolen geven verschillende soorten ingevroren levensmiddelen aan
De cijfers geven de bewaartijd in maanden aan voor de bijbehorende ingevroren levensmid-
delen Of de hoogste of laagste waarde van de aangegeven bewaartijd van toepassing is,
hangt af van de kwaliteit van het voedsel en eventuele bereiding voordat het werd ingevro-
ren.
Ontdooien
Diepgevroren of ingevroren voedsel kunt, voordat het gebruikt wordt, in het koelvak of op
kamertemperatuur laten ontdooien, afhankelijk van de hoeveelheid tijd die hiervoor nodig
is.
Kleine stukken kunnen zelfs rechtstreeks vanuit de vriezer gekookt worden als ze nog be-
vroren zijn: in dat geval zal de bereiding iets langer duren.
Het maken van ijsblokjes
Dit apparaat is uitgerust met een of meer bladen voor het maken van ijsblokjes. Vul deze
bladen met water en zet ze dan in het vriesvak.
Gebruik geen metalen instrumenten om de laden uit de vriezer te halen.
Koude accumulators
De vriezer is voorzien van een of meer koudeaccumulators; hierdoor blijft het voedsel lan-
ger koud als de stroom uitvalt of als er een storing is.
Dagelijks gebruik 9
Verplaatsbare schappen
De wanden van de koelkast zijn voorzien van een
aantal geleiders zodat de schappen op de gewen-
ste plaats gezet kunnen worden.
Voor een beter gebruik van de ruimte kunnen de
voorste halve schappen over de achterste worden
geplaatst.
Het plaatsen van de deurschappen
Om het bewaren van voedselpakketten van verschillende afmetingen mogelijk te maken,
kunnen de schappen op verschillende hoogtes geplaatst worden.
Koolstofluchtfilter
Uw apparaat is voorzien van een koolstoffilter
CLEAN AIR CONTROL dat zich achter een klepje op
de achterwand van het koelcompartiment bevindt.
Het filter zuivert de lucht van ongewenste geuren
in de koelruimte en LONGFRESH -vakje, waardoor
de bewaarkwaliteit verder wordt verbeterd.
Houd tijdens de werking de ventilatieklep altijd
gesloten.
LONGFRESH -vak
In het LONGFRESH 0°C -vak wordt de temperatuur automatisch geregeld. Deze blijft cons-
tant op ongeveer 0°C; u hoeft niets in te stellen.
De constante conserveringstemperatuur van ongeveer 0°C en de relatieve vochtigheid van
tussen de 45 en 90 % bieden optimale omstandigheden voor verschillende soorten voedsel.
U kunt daarom verschillende soorten voedsel in het LONGFRESH 0°C -vak bewaren, waar
het tot 3 keer langer houdbaar blijft met een betere kwaliteit vergeleken met normale koel-
kastvakken. Hierdoor kunt u meer vers voedsel bewaren. Smaak, versheid, kwaliteit en voe-
dingswaarde (vitamines en mineralen) blijven goed behouden. Het gewichtsverlies van
groenten en fruit wordt minder. Het voedsel levert een hogere voedingswaarde.
10 Dagelijks gebruik
Het LONGFRESH 0°C -vak is ook geschikt voor het ontdooien van voedsel.
In dit geval kan het ontdooide voedsel maximaal twee dagen bewaard worden.
Vochtigheidsregeling
Beide laden kunnen onafhankelijk van elkaar met
een hogere of lagere vochtigheidsgraad gebruikt
worden volgens de gewenste opslagomstandighe-
den.
Elke lade wordt afzonderlijk en met behulp van de
schuifklep aan de voorkant van de lade geregeld.
"Droog": lage luchtvochtigheid - tot 50 % rela-
tieve vochtigheid
Dit vochtigheidsniveau wordt bereikt als beide schuifkleppen in deze stand
worden ge-
zet en de ventilatieopeningen wijd open staan.
Vochtig": hoge relatieve vochtigheid - tot 90%
Dit vochtigheidsniveau wordt bereikt als beide schuifkleppen in deze stand
worden
gezet en de ventilatieopeningen worden gesloten. De vochtigheid wordt behouden en
kan niet ontsnappen.
Lade
De draadroosters in de laden laten lucht vrij rond
het voedsel circuleren en daardoor kan het voed-
sel beter bewaard worden.
Het vak heeft grendels om te voorkomen dat de
laden uit de koelkast vallen als deze volledig wor-
den uitgetrokken.
Om de laden te verwijderen (bijv. om ze schoon te
maken) trekt u ze tot de grendels uit, tilt u ze op
en haalt u ze eruit. .
Bewaardtijd in het longfresh 0°C-vak voor vers voedsel
Soort voedsel Instelling luchtvochtigheid Bewaartijd
Uien
"droog"
max. 5 maanden
Boter
"droog"
max. 1 maand
Grote stukken varkensvlees
"droog"
max. 10 dagen
Rundvlees, wild, kleine stukken
varkensvlees, gevogelte
"droog"
max. 7 dagen
Dagelijks gebruik 11
Soort voedsel Instelling luchtvochtigheid Bewaartijd
Tomatensaus
"droog"
max. 4 dagen
Vis, schelpdieren, gekookte
vleesproducten
"droog"
max. 3 dagen
Gekookte vis en schelpdieren
"droog"
max. 2 dagen
Salade, groenten Wortels,
kruiden, spruitjes, selderij
"vochtig"
max. 1 maand
Artisjokken, bloemkool, cicho-
rei, ijsbergsla, andijvie, veldsla,
botersla, prei, radicchio
"vochtig"
max. 21 dagen
Broccoli, paksoi, boerenkool,
kool, radijsjes, savooiekool
"vochtig"
max. 14 dagen
Erwten, koolrabi
"vochtig"
max. 10 dagen
Lente-ui, radijsjes, asperges,
spinazie
"vochtig"
max. 7 dagen
Fruit
1)
Peren, dadels (vers), aardbeien,
perziken
1)
"vochtig"
max. 1 maand
Pruimen
1)
rabarber, kruisbessen
"vochtig"
max. 21 dagen
Appels (niet gevoelig voor
koude), kweeperen
"vochtig"
max. 20 dagen
Abrikozen, kersen
"vochtig"
max. 14 dagen
Kriekpruimen, druiven
"vochtig"
max. 10 dagen
Zwarte bessen, aalbessen
"vochtig"
max. 8 dagen
Vijgen (verse)
"vochtig"
max. 7 dagen
Bosbessen, frambozen
"vochtig"
max. 5 dagen
1) Hoe rijper het fruit, hoe korter de bewaartijd
Taarten met room en andere banketbakkersproducten kunnen 2 tot 3 dagen worden be-
waard in het longfresh 0°C-vak.
De volgende producten mogen niet in het longfresh 0°C-vak worden gelegd:
fruit dat gevoelig is voor koude dat in een kelder of op kamertemperatuur moet worden
bewaard, zoals ananas, bananen, grapefruits, meloenen, mango, papaya, sinaasappels, ci-
troenen, kiwi's.
12 Dagelijks gebruik
Soorten voedsel die niet in bovenstaande tabel worden genoemd moeten in het koelvak
worden bewaard (b.v. alle soorten kaas, vleeswaren etc.)
De luchtvochtigheid in de laden is afhankelijk van de hoeveelheid vocht in het bewaarde
voedsel, groenten en fruit en van de frequentie waarmee de deur wordt geopend
Het longfresh 0°C-vak is ook geschikt voor het langzaam laten ontdooien van voedsel. In dit
geval kan het ontdooide voedsel maximaal twee dagen worden bewaard in het longfresh
0°C-vak.
Tips:
Let op de versheid van het voedsel, vooral op de houdbaarheidsdatum. De kwaliteit en de
versheid zijn van invloed op de bewaartijd.
De volledige bewaarcyclustijd is afhankelijk van de maatregelen die genomen worden
voordat het voedsel in de koelkast wordt gelegd.
Voedsel, fruit of groenten moeten altijd worden verpakt voordat ze worden bewaard.
Dierenvoeding moet altijd verpakt en droog worden bewaard.
Voedsel dat rijk is aan eiwitten bederft sneller. Dit betekent dat schelpdieren eerder be-
derven dan vis, dat op zijn beurt eerder bederft dan vlees. Bij het bewaren van voedsel in
een 0°C-vak kan de bewaartijd voor dat soort voedsel wel drie keer zo lang worden, zon-
der verlies van kwaliteit.
Al het voedsel dat bewaard wordt in een 0°C-vak moet ongeveer 15-30 min. voor con-
sumptie uit de laden worden gehaald, vooral fruit en groenten die u zonder ze te verhit-
ten gaat eten. Door fruit en groente op kamertemperatuur te laten komen, worden de
smaak en de textuur beter.
NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS
Tips voor energiebesparing
De deur niet vaker openen of open laten staan dan strikt noodzakelijk.
Als de omgevingstemperatuur hoog is, de thermostaatknop op een lage temperatuur
staat en het apparaat volledig gevuld is, kan de compressor continu aan staan waardoor
er ijs op de verdamper ontstaat. Als dit gebeurt, zet u de thermostaatknop naar een war-
mere instelling om de koelkast automatisch te laten ontdooien en zo elektriciteitsver-
bruik te besparen.
Tips voor het koelen van vers voedsel
Om de beste prestatie te verkrijgen:
Zet geen warm voedsel of verdampende vloeistoffen in de koelkast
dek het voedsel af of verpak het, in het bijzonder als het een sterke geur heeft
plaats het voedsel zodanig dat de lucht er vrijelijk omheen kan circuleren
Nuttige tips voor het koelen
Nuttige tips:
Vlees (alle soorten) in plastic zakken verpakken en op het glazen schap leggen, boven de
groentelade.
Nuttige aanwijzingen en tips
13
Bewaar het, voor de veiligheid, slechts een of maximaal twee dagen op deze manier.
Gekookt voedsel, koude schotels, enz.: deze moeten afgedekt worden en mogen op wille-
keurig welk schap gezet worden.
Fruit en groente: deze moeten zorgvuldig schoongemaakt worden en in de speciaal daar-
voor bedoelde lade(n) geplaatst worden.
Boter en kaas: dit moet in speciale luchtdichte bakjes gelegd of in aluminiumfolie of plastic
zakjes gewikkeld worden om zoveel mogelijk lucht buiten te sluiten.
Melkflessen: deze moeten een afdekdop hebben en opgeslagen worden in het flessenrek in
de deur.
Bananen, aardappelen, uien en knoflook, indien niet verpakt, mogen niet in de koelkast be-
waard worden.
Tips voor het invriezen
Om u te helpen om het beste van het invriesproces te maken, volgen hier een paar belang-
rijke tips:
de maximale hoeveelheid voedsel die in 24 uur ingevroren kan worden. is vermeld op het
typeplaatje;
het invriesproces duurt 24 uur. Voeg gedurende deze periode niet meer in te vriezen
voedsel toe;
vries alleen vers en grondig schoongemaakte levensmiddelen van uitstekende kwaliteit
in;
bereid het voedsel in kleine porties voor, zo kan het snel en volledig worden ingevroren
en zo kunt u later alleen die hoeveelheid laten ontdooien die u nodig heeft;
wikkel het voedsel in aluminiumfolie of plastic en zorg ervoor dat de pakjes luchtdicht
zijn;
leg vers, nog niet ingevroren voedsel niet tegen het al ingevroren voedsel, om te voorko-
men dat dit laatste warm wordt;
smalle pakjes zijn makkelijker op te bergen dan dikke; zout maakt voedsel minder lang
houdbaar;
water bevriest, als dit rechtstreeks uit het vriesvak geconsumeerd wordt, kan het aan de
huid vastvriezen;
het is aan te bevelen de invriesdatum op elk pakje te vermelden, dan kunt u zien hoe
lang het al bewaard is;
Tips voor het bewaren van ingevroren voedsel
Om de beste resultaten van dit apparaat te verkrijgen, dient u:
er zich van te verzekeren dat de commercieel ingevroren levensmiddelen op geschikte
wijze door de detailhandelaar werden opgeslagen;
ervoor te zorgen dat de ingevroren levensmiddelen zo snel mogelijk van de winkel naar
uw vriezer gebracht worden;
de deur niet vaker te openen of open te laten staan dan strikt noodzakelijk.
Als voedsel eenmaal ontdooid is, bederft het snel en kan het niet opnieuw worden inge-
vroren.
Bewaar het voedsel niet langer dan de door de fabrikant aangegeven bewaarperiode.
14 Nuttige aanwijzingen en tips
ONDERHOUD EN REINIGING
LET OP!
Voordat u welke onderhoudshandeling dan ook verricht, de stekker uit het stopcontact
trekken.
Het koelcircuit van dit apparaat bevat koolwaterstoffen; onderhoud en herladen mag alleen
uitgevoerd worden door bevoegde technici.
Periodieke reiniging
Het apparaat moet regelmatig worden schoongemaakt:
maak de binnenkant en de accessoires schoon met lauw water en wat neutrale zeep.
controleer de afdichtingen regelmatig en wrijf ze schoon om u ervan te verzekeren dat
ze schoon en vrij van restjes zijn.
spoel ze af en maak ze grondig droog.
Trek niet aan leidingen en/of kabels aan de binnenkant van de kast en verplaats of bescha-
dig ze niet.
Gebruik nooit schoonmaakmiddelen, schuurpoeders, erg geparfumeerde reinigingsproduc-
ten en waspolijstmiddelen om de binnenkant schoon te maken, aangezien deze het opper-
vlak beschadigen en een sterke geur achterlaten.
Maak de condensor (zwart rooster) en de compressor op de achterkant van het apparaat
schoon met een borstel of stofzuiger. Deze handeling zal de prestatie van het apparaat ver-
beteren en het elektriciteitsverbruik verminderen.
Het onderste schap, tussen het koelvak en het LONGFRESH 0°C -vak, kan verwijderd worden
om schoongemaakt te worden. Om het te verwijderen het schap recht naar buiten trekken.
De afdekplaten boven de lades in het vak kunnen verwijderd worden om ze schoon te kun-
nen maken.
Om de volledige functionaliteit van het LONGFRESH 0°C -vak te garanderen moeten het on-
derste schap en de afdekplaten, na reiniging, weer op hun oorspronkelijke plaats gezet wor-
den.
Zorg ervoor dat u het koelsysteem niet beschadigt.
Veel normaal verkrijgbare keukenreinigers bevatten chemicaliën die de kunststoffen die in
dit apparaat gebruikt zijn kunnen aantasten/beschadigen. Daarom wordt het aanbevolen de
buitenkant van dit apparaat alleen schoon te maken met warm water met een beetje af-
wasmiddel.
Steek, na het schoonmaken van het apparaat, de stekker weer in het stopcontact.
Het koolstoffilter vervangen
Het koolstoffilter draagt bij tot minder geurtjes in de koelkast, waardoor het risico van on-
gewenste aroma's in delicate levensmiddelen beperkt blijft.
Voor optimale prestaties moet het koolstoffilter eenmaal per jaar vervangen worden.
Onderhoud en reiniging
15
Nieuwe actieve luchtfilters zijn verkrijgbaar bij uw vakhandelaar.
Het luchtfilter wordt achter het klepje ge-
plaatst en kan worden bereikt door het klep-
je naar buiten te trekken (1)
Trek het gebruikte luchtfilter uit de gleuf.
Plaats het nieuwe luchtfilter in de gleuf (2)
Sluit het klepje.
Het luchtfilter is een verbruiksartikel en als zodanig geldt hiervoor geen garantie.
Houd tijdens de werking de ventilatieklep altijd gesloten.
Het luchtfilter dient zorgvuldig te worden behandeld om te voorkomen dat het oppervlak
bekrast wordt.
Het ontdooien van de koelkast
Het koelvak wordt automatisch ontdooid.
Het vrijkomende water stroomt in een bak bovenop de compressor en verdampt. Deze bak
kan niet verwijderd worden.
De vriezer ontdooien
Een zekere hoeveelheid rijp zal zich altijd vormen op de schappen van de vriezer en rond
het bovenste vak.
Ontdooi de vriezer wanneer de rijplaag een dikte van ongeveer 3-5 mm bereikt heeft.
Zet, ongeveer 12 uur voordat u gaat ontdooien, de thermostaatknop op een hogere stand,
om voldoende koudereserve op te bouwen voor de onderbreking tijdens de werking.
Volg onderstaande aanwijzingen om de rijp te verwijderen:
1. Schakel het apparaat uit.
2. Verwijder al het ingevroren voedsel, wikkel het in een paar lagen krantenpapier en leg
het op een koele plaats.
LET OP!
Raak ingevroren voedsel niet met natte handen aan. Uw handen kunnen dan aan de pro-
ducten vastvriezen.
1
2
16 Onderhoud en reiniging
3. Laat de deur open staan en steek de
kunststof schraper in de daarvoor bedoel-
de opening in het midden van de bodem,
plaats er een opvangbak onder om het
dooiwater op te vangen
Om het ontdooiproces te versnellen kunt u
een bak warm water in het vriesvak zetten.
Verwijder bovendien stukken ijs die afbreken
voordat het ontdooien voltooid is.
4. Na afloop van het ontdooien de binnen-
kant grondig droog maken en de schraper
bewaren voor toekomstig gebruik.
5. Schakel het apparaat in.
6. Zet het eerder verwijderde voedsel na twee tot drie uur terug in het vriesvak.
Gebruik nooit scherpe metalen om de rijp van de verdamper te krabben, deze zou bescha-
digd kunnen raken.
Gebruik geen mechanische of kunstmatige middelen om het ontdooiproces te versnellen,
behalve die middelen die door de fabrikant zijn aanbevolen.
Een temperatuurstijging tijdens het ontdooien van de ingevroren levensmiddelen, kan de
veilige bewaartijd verkorten.
Periodes dat het apparaat niet gebruikt wordt
Als het apparaat gedurende lange tijd niet gebruikt wordt, neem dan de volgende voor-
zorgsmaatregelen:
trek de stekker uit het stopcontact
verwijder al het voedsel,
ontdooi de koelkast
5)
, en maak het apparaat en alle accessoires schoon,
laat de deur/deuren op een kier staan om de vorming van onaangename luchtjes te
voorkomen.
Als uw apparaat aan blijft staan, vraag dan iemand om het zo nu en dan te controleren, om
te voorkomen dat het bewaarde voedsel bederft, als de stroom uitvalt.
PROBLEMEN OPLOSSEN
WAARSCHUWING!
Haal de stekker uit het stopcontact voordat u problemen gaat oplossen.
Alleen een gekwalificeerd elektricien of een bevoegde persoon mag problemen oplossen die
niet in deze handleiding beschreven zijn.
Tijdens het normale gebruik hoort u geluiden (compressor, koelmiddelcirculatie).
5) Indien nodig,
Problemen oplossen 17
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Het apparaat maakt la-
waai.
Het apparaat wordt niet goed
ondersteund
Controleer of het apparaat stabiel
staat (alle vier de voetjes moeten
op de vloer staan)
Het apparaat werkt niet.
Het lampje brandt niet.
Het apparaat is uitgeschakeld. Schakel het apparaat in.
De stekker zit niet goed in het
stopcontact.
Steek de stekker goed in het stop-
contact.
Het apparaat krijgt geen stroom.
Er staat geen spanning op het
stopcontact.
Sluit een ander elektrisch appa-
raat op het stopcontact aan.
Neem contact op met een gekwa-
lificeerd elektricien.
Het lampje werkt niet.
Het lampje staat in stand-by. Sluit en open de deur.
Het lampje is stuk. Zie 'Het lampje vervangen'.
Het controlelampje knip-
pert.
Het apparaat functioneert niet
goed.
Neem contact op met een gekwa-
lificeerd elektricien.
De zoemer klinkt. Het
alarmlampje knippert.
De temperatuur in de vriezer is
te hoog.
Zie 'Alarm hoge temperatuur'.
De compressor werkt
continu.
De temperatuur is niet goed in-
gesteld.
Stel een hogere temperatuur in.
De deur is niet goed gesloten. Zie 'De deur sluiten'.
De deur is te vaak geopend. Laat de deur niet langer dan no-
dig openstaan.
De temperatuur van het product
is te hoog.
Laat het product afkoelen tot ka-
mertemperatuur voordat u het
opbergt.
De kamertemperatuur is te
hoog.
Verlaag de temperatuur in de ka-
mer.
De compressor start niet
onmiddellijk na het druk-
ken op de FROSTMATIC -
of TURBO COOLMATIC-
schakelaar, of na het ver-
anderen van de tempera-
tuur.
Dit is normaal, er is geen sto-
ring.
De compressor start na enige tijd.
Er loopt water over de
achterkant van de koel-
kast.
Tijdens het automatische ont-
dooiproces ontdooit de rijp te-
gen de achterwand.
Dit is normaal.
Er loopt water in de koel-
kast.
De waterafvoer is verstopt. Reinig de waterafvoer.
Producten verhinderen dat wa-
ter in de wateropvangbak kan
stromen.
Zorg ervoor dat de producten de
achterwand niet raken.
18 Problemen oplossen
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
De temperatuur kan niet
worden ingesteld.
FROSTMATIC of TURBO COOL-
MATIC is ingeschakeld.
Schakel FROSTMATIC of TURBO
COOLMATIC handmatig uit, of
wacht met het instellen van de
temperatuur tot de functie auto-
matisch wordt uitgeschakeld. Zie
"FROSTMATIC- of TURBO COOL-
MATIC-functie".
De temperatuur in het
apparaat is te laag/hoog.
De thermostaatknop is niet goed
ingesteld.
Stel een hogere/lagere tempera-
tuur in.
De deur is niet goed gesloten. Zie 'De deur sluiten'.
De temperatuur van het product
is te hoog.
Laat het product afkoelen tot ka-
mertemperatuur voordat u het
opbergt.
Er zijn veel producten tegelijk
opgeborgen.
Berg minder producten tegelijk
op.
De temperatuur in de
koelkast is te hoog.
Er is geen koude luchtcirculatie
in het apparaat aanwezig.
Zorg ervoor dat er koude luchtcir-
culatie in het apparaat aanwezig
is.
De temperatuur in de
vriezer is te hoog.
Producten zijn te dicht op elkaar
geplaatst.
Berg de producten zo op dat er
een koude luchtcirculatie is.
Er is te veel rijp.
Het product is niet goed verpakt. Verpak het op de juiste manier.
De deur is niet goed gesloten. Zie 'De deur sluiten'.
De thermostaatknop is niet goed
ingesteld.
Stel een hogere temperatuur in.
Het lampje vervangen
1. Schakel het apparaat uit.
2. Druk op de achterste haak en schuif het
kapje tegelijkertijd in de richting van de
pijl.
3. Vervang het kapotte lampje door een
nieuw lampje met hetzelfde vermogen dat
specifiek bedoeld is voor huishoudelijke
apparaten. (het maximale vermogen
wordt getoond op de afdekking van het
lampje).
4. Installeer het lampenkapje door het terug
te schuiven in zijn oorspronkelijke positie.
5. Schakel het apparaat in.
6. Open de deur. Controleer of het lampje gaat branden.
De deur sluiten
1. Maak de afdichtingen van de deur schoon.
2. Stel de deur, indien nodig, af. Raadpleeg "Montage".
Problemen oplossen 19
3. Vervang, indien nodig, de defecte deurafdichtingen. Neem contact met de service-afde-
ling.
TECHNISCHE GEGEVENS
Afmetingen van de uitsparing
Hoogte 1780 mm
Breedte 560 mm
Diepte 550 mm
Tijdsduur 24 h
De technische gegevens staan op het typeplaatje aan de linker binnenkant in het apparaat
en op het energielabel.
MONTAGE
WAARSCHUWING!
Lees voor uw eigen veiligheid en correcte werking van het apparaat eerst de "veiligheidsin-
formatie" aandachtig door, alvorens het apparaat te installeren.
Opstelling
WAARSCHUWING!
Als u een oud apparaat weggooit dat voorzien is van een deurslot of vergrendeling, zorg er
dan voor dat dit onbruikbaar gemaakt wordt, zodat kinderen er niet in opgesloten kunnen
raken.
De stekker van het apparaat moet na installatie toegankelijk zijn.
Installeer dit apparaat op een plaats waar de omgevingstemperatuur overeenkomt met de
klimaatklasse die vermeld is op het typeplaatje van het apparaat:
Klimaatklasse Omgevingstemperatuur
SN +10°C tot + 32°C
N +16°C tot + 32°C
ST +16°C tot + 38°C
T +16°C tot + 43°C
20 Technische gegevens
Het verwijderen van de geleiders van de schappen
Uw apparaat is voorzien van borgklemmen voor
de schappen die het mogelijk maken de schappen
vast te zetten tijdens transport.
Om deze te verwijderen gaat u als volgt te werk:
1. Trek de schaphouders in de richting van de pijl
(A).
2. Til het schap aan de achterkant op en duw het
naar voren tot het vrij komt (B).
3. Verwijder de borgklemmen (C).
Elektrische aansluiting
Zorg er vóór het aansluiten voor dat het voltage en de frequentie op het typeplaatje over-
eenkomen met de stroomtoevoer in uw huis.
Het apparaat moet geaard zijn. De netsnoerstekker is voorzien van een contact voor dit
doel. Als het stopcontact niet geaard is, sluit het apparaat dan aan op een afzonderlijk aar-
depunt, in overeenstemming met de geldende regels, raadpleeg hiervoor een gekwalificeerd
elektricien.
De fabrikant neemt geen verantwoordelijkheid op zich als de bovenstaande veiligheids-
maatregelen niet worden nageleefd.
Dit apparaat voldoet aan de EU. richtlijnen.
Ventilatievereisten
De luchtstroom achter het apparaat moet vol-
doende zijn.
Installatie van het koolstofluchtfilter
Het koolstofluchtfilter is een filter met actieve koolstof dat vervelende geurtjes absorbeert.
Hierdoor blijven de optimale smaak en het aroma van het voedsel bewaard zonder dat
luchtjes van het ene levensmiddel op het andere worden overgebracht.
A
B
C
50 mm
min.
200 cm
2
min.
200 cm
2
Montage 21
Bij aflevering zit het koolstoffilter in een plastic
zak om de levensduur en eigenschappen ervan te
garanderen. Het filter moet achter de klep ge-
plaatst worden voordat het apparaat wordt inge-
schakeld.
1. Open de klep (1)
2. Haal het filter uit de plastic zak
3. Plaats het filter in de gleuf in de achterkant
van het klepdeksel (2)
4. Sluit de klep
Houd tijdens de werking de ventilatieklep altijd
gesloten.
Het filter moet voorzichtig worden gehanteerd
om te voorkomen dat deeltjes van het oppervlak
loskomen.
HET MILIEU
Het symbool op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als
huishoudafval mag worden behandeld, maar moet worden afgegeven bij een verzamelpunt
waar elektrische en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit
product op de juiste manier wordt verwijderd, voorkomt u mogelijke negatieve gevolgen
voor mens en milieu die zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde
afvalverwerking. Voor gedetailleerdere informatie over het recyclen van dit product, kunt u
contact opnemen met de gemeente, de gemeentereiniging of de winkel waar u het product
hebt gekocht.
1
2
22 Het milieu

Documenttranscriptie

2 Inhoud Wij danken u voor uw keuze voor een van onze producten van hoogwaardige kwaliteit. Lees deze gebruiksaanwijzing alstublieft zorgvuldig door, zo kunt u zeker zijn van optimale en professionele prestaties van uw apparaat. De handleiding zal u in staat stellen om alle processen perfect en op de meest efficiënte wijze te laten verlopen. Wij adviseren u deze handleiding op een veilige plaats te bewaren, dan kunt u hem te allen tijde raadplegen. Geef deze handleiding ook aan een eventuele toekomstige eigenaar van het apparaat. Wij wensen u veel plezier met uw nieuwe apparaat. INHOUD VEILIGHEIDSINFORMATIE Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen Algemene veiligheid Dagelijks gebruik Onderhoud en reiniging Installatie Onderhoud BEDIENINGSPANEEL De koelkast inschakelen De vriezer inschakelen De koelkast uitschakelen De vriezer uitschakelen Alarm hoge temperatuur Toetsen temperatuurinstelling Temperatuurweergave Temperatuurregeling TURBO COOLMATIC-functie FROSTMATICfunctie HET EERSTE GEBRUIK De binnenkant schoonmaken DAGELIJKS GEBRUIK Vers voedsel invriezen Het bewaren van ingevroren voedsel Kalender ingevroren voedsel Ontdooien Het maken van ijsblokjes Koude accumulators Verplaatsbare schappen Het plaatsen van de deurschappen Koolstofluchtfilter LONGFRESH -vak 3 3 3 4 4 5 5 5 6 6 6 6 6 7 7 7 8 8 8 8 8 8 9 9 9 9 9 10 10 10 10 Vochtigheidsregeling 11 Lade 11 Bewaardtijd in het longfresh 0°C-vak voor vers voedsel 11 NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS 13 Tips voor energiebesparing 13 Tips voor het koelen van vers voedsel 13 Nuttige tips voor het koelen 13 Tips voor het invriezen 14 Tips voor het bewaren van ingevroren voedsel 14 ONDERHOUD EN REINIGING 15 Periodieke reiniging 15 Het koolstoffilter vervangen 15 Het ontdooien van de koelkast 16 De vriezer ontdooien 16 Periodes dat het apparaat niet gebruikt wordt 17 PROBLEMEN OPLOSSEN 17 Het lampje vervangen 19 De deur sluiten 19 TECHNISCHE GEGEVENS 20 MONTAGE 20 Opstelling 20 Het verwijderen van de geleiders van de schappen 21 Elektrische aansluiting 21 Ventilatievereisten 21 Installatie van het koolstofluchtfilter 21 HET MILIEU 22 Wijzigingen voorbehouden Veiligheidsinformatie 3 VEILIGHEIDSINFORMATIE In het belang van uw veiligheid en om een correct gebruik te kunnen waarborgen is het van belang dat u, alvorens het apparaat te installeren en in gebruik te nemen, deze gebruiksaanwijzing, inclusief de tips en waarschuwingen, grondig doorleest. Om onnodige vergissingen en ongevallen te voorkomen is het belangrijk ervoor te zorgen dat alle mensen die het apparaat gebruiken, volledig bekend zijn met de werking ervan en de veiligheidsvoorzieningen. Bewaar deze instructies en zorg ervoor dat zij bij het apparaat blijven als het wordt verplaatst of verkocht, zodat iedereen die het apparaat gedurende zijn hele levensduur gebruikt, naar behoren is geïnformeerd over het gebruik en de veiligheid van het apparaat. Voor de veiligheid van mensen en eigendommen dient u zich aan de voorzorgsmaatregelen uit dit instructieboekje te houden, de fabrikant is niet verantwoordelijk voor schade die door het niet opvolgen van de aanwijzingen veroorzaakt is. Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen • Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik door personen (waaronder begrepen kinderen) met verminderde fysieke, zintuiglijke vermogens of een gebrek aan ervaring en kennis, tenzij dit onder toezicht gebeurt van een voor hun veiligheid verantwoordelijke persoon of tenzij zij van een dergelijke persoon instructie hebben ontvangen over het gebruik van het apparaat. Houd kinderen uit de buurt om te voorkomen dat ze met het apparaat gaan spelen. • Houd alle verpakkingsmateriaal buiten het bereik van kinderen. Gevaar voor verstikking. • Als u het apparaat afdankt trek dan de stekker uit het stopcontact, snij de voedingskabel door (zo dicht mogelijk bij het apparaat) en verwijder de deur om te voorkomen dat kinderen een elektrische schok krijgen of zichzelf in het apparaat opsluiten. • Als dit apparaat, dat voorzien is van een magnetische deursluiting, een ouder apparaat vervangt, dat voorzien is van een veerslot (slot) op de deur of het deksel, zorg er dan voor dat u het slot onbruikbaar maakt voordat u het oude apparaat weggooit. Dit voorkomt dat kinderen er in opgesloten kunnen raken. Algemene veiligheid LET OP! Houd de ventilatie-openingen altijd vrij van obstructies. • Dit apparaat is bedoeld voor het bewaren van levensmiddelen en/of dranken in een gewoon huishouden, zoals uitgelegd in dit instructieboekje. • Gebruik geen mechanische hulpmiddelen of kunstgrepen om het ontdooiproces te versnellen. • Gebruik geen andere elektrische apparaten (bijvoorbeeld ijsmachines) in koelkasten, tenzij ze voor dit doel goedgekeurd zijn door de fabrikant. • Let op dat u het koelcircuit niet beschadigt. • Het koelmiddel isobutaan (R600a) bevindt zich in het koelcircuit van het apparaat, dit is een natuurlijk gas dat weliswaar milieuvriendelijk is, maar ook uiterst ontvlambaar. Controleer of de onderdelen van het koelcircuit tijdens transport en installatie van het apparaat niet beschadigd zijn geraakt. Indien het koelcircuit beschadigd is: 4 Veiligheidsinformatie – open vuur en ontstekingsbronnen vermijden – de ruimte waar het apparaat zich bevindt grondig ventileren • Het is gevaarlijk om wijzigingen aan te brengen in de specificaties of dit product op enigerlei wijze te modificeren. Een beschadigd netsnoer kan kortsluiting, brand en/of een elektrische schok veroorzaken. WAARSCHUWING! Alle elektrische onderdelen (netsnoer, stekker, compressor) mogen uitsluitend vervangen worden door een erkende onderhoudsdienst of gekwalificeerd onderhoudspersoneel. • • • • 1. Het netsnoer mag niet verlengd worden. 2. Verzeker u ervan dat de stekker niet platgedrukt of beschadigd wordt door de achterkant van het apparaat. Een platgedrukte of beschadigde stekker kan oververhit raken en brand veroorzaken. 3. Verzeker u ervan dat u de stekker van het apparaat kunt bereiken. 4. Trek niet aan het snoer. 5. Als de stekker los zit, steek hem dan niet in het stopcontact. Dan bestaat er een risico op een elektrische schok of brand. 6. U mag het apparaat niet gebruiken zonder de afdekking van het lampje1) voor de binnenverlichting. Dit apparaat is zwaar. Wees voorzichtig als u het apparaat verplaatst. Haal geen artikelen uit het vriesvak en raak ze niet aan als uw handen vochtig/nat zijn, dit kan uw huid beschadigen of vrieswonden veroorzaken. Stel het apparaat niet langdurig bloot aan direct zonlicht. Gloeilampjes2) gebruikt voor dit apparaat is een speciaal lampje voor huishoudelijke apparaten. De lampjes zijn niet geschikt voor de verlichting van ruimtes. Dagelijks gebruik • • • • • • Zet geen hete potten op de kunststof onderdelen in het apparaat. Bewaar geen brandbare gassen of vloeistoffen in het apparaat, deze kunnen ontploffen. Zet geen levensmiddelen direct tegen de luchtopening in de achterwand. 3) Diepgevroren voedsel mag niet opnieuw worden ingevroren als het eenmaal ontdooid is. Bewaar voorverpakte diepvriesproducten volgens de aanwijzingen van de fabrikant. U dient zich strikt te houden aan de aanbevelingen van de fabrikant van het apparaat met betrekking tot het bewaren van voedsel. Raadpleeg de betreffende aanwijzingen. • Leg geen koolzuurhoudende of mousserende dranken in de vriezer, deze veroorzaken druk op de fles die daardoor kan ontploffen, dit kan schade toebrengen aan het apparaat. • IJslollies kunnen vrieswonden veroorzaken als ze rechtstreeks vanuit het apparaat geconsumeerd worden. Onderhoud en reiniging • Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact voordat u onderhoudshandelingen verricht. • Maak het apparaat niet schoon met metalen voorwerpen. • Gebruik geen scherpe voorwerpen om ijs van het apparaat te krabben. Gebruik een kunststof schraper. 1) Als er een afdekking voor het lampje is voorzien. 2) Als er is voorzien in een lamp. 3) Als het apparaat vorstvrij is. Bedieningspaneel 5 • Controleer de afvoer in de koelkast regelmatig op dooiwater. Maak de afvoer, indien nodig, schoon. Als de afvoer verstopt is, zal er water op de bodem van het apparaat liggen. Installatie Voor de aansluiting van elektriciteit dienen de instructies in de desbetreffende paragrafen nauwgezet te worden opgevolgd. • Pak het apparaat uit en controleer of er beschadigingen zijn. Sluit het apparaat niet aan als het beschadigd is. Meld mogelijke beschadigingen onmiddellijk bij de winkel waar u het apparaat gekocht heeft. Gooi in dat geval de verpakking niet weg. • Wij adviseren u om 4 uur te wachten voordat u het apparaat aansluit, dan kan de olie terugvloeien in de compressor. • Rond het apparaat dient adequate luchtcirculatie te zijn, anders kan dit tot oververhitting leiden. Om voldoende ventilatie te verkrijgen de instructies met betrekking tot de installatie opvolgen. • De achterkant dient zo mogelijk tegen een muur geplaatst te worden, teneinde te voorkomen dat hete onderdelen (compressor, condensator) aangeraakt kunnen worden en brandwonden veroorzaken. • Het apparaat mag niet vlakbij radiatoren of kooktoestellen geplaatst worden. • Verzeker u ervan dat de stekker bereikbaar is nadat het apparaat geïnstalleerd is. • Sluit het apparaat alleen aan op een drinkwaterleiding. 4) Onderhoud • Alle elektrotechnische werkzaamheden die noodzakelijk zijn voor het uitvoeren van onderhoud aan het apparaat, dienen uitgevoerd te worden door een gekwalificeerd elektricien of competent persoon. • Dit product mag alleen worden onderhouden door een erkend onderhoudscentrum en er dient alleen gebruik te worden gemaakt van originele reserveonderdelen. Bescherming van het milieu Dit apparaat bevat geen gassen die de ozonlaag kunnen beschadigen, niet in het koelcircuit en evenmin in de isolatiematerialen. Het apparaat mag niet worden weggegooid bij het normale huishoudelijke afval. Het isolatieschuim bevat ontvlambare gassen: het apparaat moet weggegooid worden conform de van toepassing zijnde regels die u bij de lokale overheidsinstanties kunt verkrijgen. Voorkom beschadiging aan de koeleenheid, vooral aan de achterkant bij de warmtewisselaar. De materialen die gebruikt zijn voor dit apparaat en die voorzien zijn van het symbool zijn recyclebaar. BEDIENINGSPANEEL 1 2 3 4 5 6 7 4) Indien er een wateraansluiting voorzien is. 8 9 10 11 12 13 14 15 16 6 Bedieningspaneel 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 Indicatielampje koelkast Koelkast ON/OFF-schakelaar Temperatuurregeling koelkast, +-toets Indicatielampje koelkasttemperatuur Temperatuurregeling koelkast, --toets TURBOCOOLMATIC-indicatielampje TURBOCOOLMATIC-toets Indicatielampje vriezer Vriezer ON/OFF-schakelaar Temperatuurregeling vriezer, +-toets Temperatuurindicator van de vriezer Temperatuurregeling vriezer, --toets FROSTMATIC -indicatielampje FROSTMATIC -toets Alarmindicator ( ALARM OFF) Resettoets alarm (ALARM OFF) De koelkast inschakelen 1. Steek de stekker in het stopcontact. 2. Druk op de ON/OFF-schakelaar . 3. Het controlelampje gaat aan. De vriezer inschakelen 1. 2. 3. 4. Steek de stekker in het stopcontact. Druk op de ON/OFF-schakelaar . Het controlelampje gaat aan. Het alarmlampje knippert tot de temperatuur bereikt is. De zoemer klinkt. 5. Druk op de alarmresettoets om het alarm uit te schakelen. De koelkast uitschakelen 1. Houd de ON/OFF schakelaar langer dan 5 seconden ingedrukt. 2. Een aftelling op het temperatuurdisplay, van -3 -2 -1 wordt weergegeven. Als “1” verschijnt, wordt de koelkast uitgeschakeld. Het temperatuurdisplay gaat uit. Het controlelampje gaat uit. De vriezer uitschakelen 1. Houd de ON/OFF-schakelaar langer dan 5 seconden ingedrukt. 2. Daarna wordt het aftellen van de temperatuur van -3 -2 -1 weergegeven. Wanneer "1" verschijnt, is de vriezer uitgeschakeld. Het temperatuurdisplay gaat uit. Het controlelampje gaat uit. Alarm hoge temperatuur In het geval van een abnormale stijging van de temperatuur in de vriezer (bijv. stroomuitval) gaat het alarmlampje knipperen en klinkt er een zoemer. Bedieningspaneel 7 Druk op de alarmresettoets om de zoemer uit te schakelen, het alarmlampje blijft knipperen. De zoemer stopt automatisch als de temperatuur weer normaal is, het alarmlampje blijft knipperen. Druk op de alarmresettoets. Het alarmlampje gaat uit en tegelijkertijd wordt op het temperatuurdisplay van de vriezer gedurende ongeveer 5 seconden de hoogste temperatuur weergegeven die in het vriesvak bereikt is. Toetsen temperatuurinstelling De temperatuur wordt aangepast met de toetsen temperatuurinstelling. Deze toetsen zijn gekoppeld aan het temperatuurdisplay. • Het temperatuurdisplay schakelt over van het tonen van de ACTUELE temperatuur (temperatuurdisplay is verlicht) naar het tonen van de GEWENSTE temperatuur (temperatuurdisplay knippert) door op een van de toetsen temperatuurinstelling te drukken. • Iedere keer dat een van deze twee toetsen wordt ingedrukt, wordt de GEWENSTE temperatuur aangepast met 1°C. De GEWENSTE temperatuur moet binnen 24 uur bereikt worden. Als op geen van de toetsen wordt gedrukt, schakelt het temperatuurdisplay automatisch terug na een korte tijd (ong. 5 sec.) naar het tonen van de ACTUELE temperatuur. GEWENSTE temperatuur betekent: De temperatuur die voor de koelkast werd geselecteerd. De GEWENSTE temperatuur wordt aangeduid met knipperende getallen. ACTUELE temperatuur betekent: De temperatuur die de huidige temperatuur in de koelkast weergeeft. De ACTUELE temperatuur wordt aangegeven met verlichte getallen. Temperatuurweergave De weergave van de temperatuur geeft de volgende informatie: • Tijdens normale werking worden de op dit moment ingestelde temperaturen voor de koelkast en de vriezer weergegeven. • Als de temperatuur wordt aangepast, gaat de momenteel voor de koelkast ingestelde temperatuur op het display knipperen. Temperatuurregeling Ga als volgt te werk om het apparaat in werking te stellen: 1. Stel de gewenste temperatuur in door op de bijbehorende thermostaatknop te drukken. Het temperatuurdisplay geeft onmiddellijk de gewijzigde instelling weer en het temperatuurlampje knippert. 2. Telkens wanneer u op de temperatuurregelaar drukt, wordt de temperatuur aangepast met 1 °C. De ingestelde temperatuur zal binnen 24 uur worden bereikt. 3. Het display verandert van knipperende naar continue verlichting. Voor een juiste conservering van het voedsel moeten de volgende temperaturen worden ingesteld: • +5 °C in de koelkast • -18 °C in de vriezer. Als de instelling is gewijzigd, start de compressor niet meteen als op dat moment automatisch ontdooien plaatsvindt. Aangezien de conserveringstemperatuur binnen in de koelkast snel wordt bereikt, kunt u meteen na het inschakelen voedsel in de koelkast leggen. 8 Het eerste gebruik TURBO COOLMATIC-functie De TURBO COOLMATIC-functie is geschikt voor het snel koelen van grote hoeveelheden voedsel in de koelkast. Voer de volgende stappen uit om de functie in te schakelen: 1. Druk op de TURBO COOLMATIC-toets. 2. Het TURBO COOLMATIC-display wordt ingeschakeld. De TURBO COOLMATIC -functie zorgt nu voor intensieve koeling. Een GEWENSTE temperatuur van +3°C wordt automatisch gekozen. De TURBO COOLMATIC-functie stopt automatisch na 6 uur. U kunt de functie te allen tijde uitschakelen: 1. Druk op de TURBO COOLMATIC-toets. 2. Het TURBO COOLMATIC-lampje gaat uit. FROSTMATICfunctie De FROSTMATIC functie versnelt het invriezen van vers voedsel en beschermt voedsel dat reeds is geconserveerd tegen ongewenste opwarming. Voer de volgende stappen uit om de functie in te schakelen: 1. Druk op de FROSTMATIC toets. 2. Het FROSTMATIC display wordt ingeschakeld. De FROSTMATIC functie wordt na 52 uur automatisch uitgeschakeld. U kunt de functie te allen tijde uitschakelen: 1. Druk op de FROSTMATIC toets. 2. Het FROSTMATIC display wordt uitgeschakeld. HET EERSTE GEBRUIK De binnenkant schoonmaken Voordat u het apparaat voor de eerste keer gebruikt, wast u de binnenkant en de interne accessoires met lauwwarm water en een beetje neutrale zeep om de typische geur van een nieuw product weg te nemen. Droog daarna grondig af. Gebruik geen oplosmiddelen of schuurpoeders. Deze beschadigen de lak. DAGELIJKS GEBRUIK Vers voedsel invriezen Het vriesvak is geschikt voor het invriezen van vers voedsel en voor het voor een lange periode bewaren van ingevroren en diepgevroren voedsel. Om levensmiddelen in te vriezen, activeert u de FROSTMATIC functie minimaal 24 uur voordat u deze in het vriesvak legt. Zet het verse voedsel dat u in wilt vriezen in het bovenste vak. De maximale hoeveelheid voedsel die in 24 uur ingevroren kan worden is vermeld op het typeplaatje , een etiket dat aan de binnenkant van het apparaat zit. Dagelijks gebruik 9 Het invriesproces duurt 24 uur: voeg gedurende deze periode niet meer in te vriezen voedsel toe. Het bewaren van ingevroren voedsel Als u het apparaat voor het eerst of na een periode dat het niet gebruikt is inschakelt, het apparaat minstens 2 uur op een hoge instelling laten werken voordat u er producten in plaatst. Als er grote hoeveelheden voedsel bewaard moeten worden, alle laden en korven uit het apparaat verwijderen en het voedsel op de koelschappen zetten, hiermee verkrijgt u het beste resultaat. WAARSCHUWING! Zorg ervoor dat het voedsel de beladingslimiet, die op de zijkant van het bovenste gedeelte is vermeld, niet overschrijdt (indien van toepassing) In het geval van onbedoelde ontdooiing, bijvoorbeeld als de stroom langer is uitgevallen dan de duur die op de kaart met technische kenmerken onder "tijdsduur" is vermeld, moet het ontdooide voedsel snel geconsumeerd worden of onmiddellijk bereid worden en dan weer worden ingevroren (nadat het afgekoeld is). Kalender ingevroren voedsel De symbolen geven verschillende soorten ingevroren levensmiddelen aan De cijfers geven de bewaartijd in maanden aan voor de bijbehorende ingevroren levensmiddelen Of de hoogste of laagste waarde van de aangegeven bewaartijd van toepassing is, hangt af van de kwaliteit van het voedsel en eventuele bereiding voordat het werd ingevroren. Ontdooien Diepgevroren of ingevroren voedsel kunt, voordat het gebruikt wordt, in het koelvak of op kamertemperatuur laten ontdooien, afhankelijk van de hoeveelheid tijd die hiervoor nodig is. Kleine stukken kunnen zelfs rechtstreeks vanuit de vriezer gekookt worden als ze nog bevroren zijn: in dat geval zal de bereiding iets langer duren. Het maken van ijsblokjes Dit apparaat is uitgerust met een of meer bladen voor het maken van ijsblokjes. Vul deze bladen met water en zet ze dan in het vriesvak. Gebruik geen metalen instrumenten om de laden uit de vriezer te halen. Koude accumulators De vriezer is voorzien van een of meer koudeaccumulators; hierdoor blijft het voedsel langer koud als de stroom uitvalt of als er een storing is. 10 Dagelijks gebruik Verplaatsbare schappen De wanden van de koelkast zijn voorzien van een aantal geleiders zodat de schappen op de gewenste plaats gezet kunnen worden. Voor een beter gebruik van de ruimte kunnen de voorste halve schappen over de achterste worden geplaatst. Het plaatsen van de deurschappen Om het bewaren van voedselpakketten van verschillende afmetingen mogelijk te maken, kunnen de schappen op verschillende hoogtes geplaatst worden. Koolstofluchtfilter Uw apparaat is voorzien van een koolstoffilter CLEAN AIR CONTROL dat zich achter een klepje op de achterwand van het koelcompartiment bevindt. Het filter zuivert de lucht van ongewenste geuren in de koelruimte en LONGFRESH -vakje, waardoor de bewaarkwaliteit verder wordt verbeterd. Houd tijdens de werking de ventilatieklep altijd gesloten. LONGFRESH -vak In het LONGFRESH 0°C -vak wordt de temperatuur automatisch geregeld. Deze blijft constant op ongeveer 0°C; u hoeft niets in te stellen. De constante conserveringstemperatuur van ongeveer 0°C en de relatieve vochtigheid van tussen de 45 en 90 % bieden optimale omstandigheden voor verschillende soorten voedsel. U kunt daarom verschillende soorten voedsel in het LONGFRESH 0°C -vak bewaren, waar het tot 3 keer langer houdbaar blijft met een betere kwaliteit vergeleken met normale koelkastvakken. Hierdoor kunt u meer vers voedsel bewaren. Smaak, versheid, kwaliteit en voedingswaarde (vitamines en mineralen) blijven goed behouden. Het gewichtsverlies van groenten en fruit wordt minder. Het voedsel levert een hogere voedingswaarde. Dagelijks gebruik 11 Het LONGFRESH 0°C -vak is ook geschikt voor het ontdooien van voedsel. In dit geval kan het ontdooide voedsel maximaal twee dagen bewaard worden. Vochtigheidsregeling Beide laden kunnen onafhankelijk van elkaar met een hogere of lagere vochtigheidsgraad gebruikt worden volgens de gewenste opslagomstandigheden. Elke lade wordt afzonderlijk en met behulp van de schuifklep aan de voorkant van de lade geregeld. • "Droog": lage luchtvochtigheid - tot 50 % relatieve vochtigheid Dit vochtigheidsniveau wordt bereikt als beide schuifkleppen in deze stand worden gezet en de ventilatieopeningen wijd open staan. • Vochtig": hoge relatieve vochtigheid - tot 90% worden Dit vochtigheidsniveau wordt bereikt als beide schuifkleppen in deze stand gezet en de ventilatieopeningen worden gesloten. De vochtigheid wordt behouden en kan niet ontsnappen. Lade De draadroosters in de laden laten lucht vrij rond het voedsel circuleren en daardoor kan het voedsel beter bewaard worden. Het vak heeft grendels om te voorkomen dat de laden uit de koelkast vallen als deze volledig worden uitgetrokken. Om de laden te verwijderen (bijv. om ze schoon te maken) trekt u ze tot de grendels uit, tilt u ze op en haalt u ze eruit. . Bewaardtijd in het longfresh 0°C-vak voor vers voedsel Soort voedsel Instelling luchtvochtigheid Bewaartijd Uien "droog" max. 5 maanden Boter "droog" max. 1 maand Grote stukken varkensvlees "droog" max. 10 dagen Rundvlees, wild, kleine stukken varkensvlees, gevogelte "droog" max. 7 dagen 12 Dagelijks gebruik Soort voedsel Instelling luchtvochtigheid Bewaartijd Tomatensaus "droog" max. 4 dagen Vis, schelpdieren, gekookte vleesproducten "droog" max. 3 dagen Gekookte vis en schelpdieren "droog" max. 2 dagen Salade, groenten Wortels, kruiden, spruitjes, selderij "vochtig" max. 1 maand Artisjokken, bloemkool, cichorei, ijsbergsla, andijvie, veldsla, botersla, prei, radicchio "vochtig" max. 21 dagen Broccoli, paksoi, boerenkool, kool, radijsjes, savooiekool "vochtig" max. 14 dagen Erwten, koolrabi "vochtig" max. 10 dagen Lente-ui, radijsjes, asperges, spinazie "vochtig" max. 7 dagen Fruit 1) Peren, dadels (vers), aardbeien, perziken 1) "vochtig" max. 1 maand Pruimen 1) rabarber, kruisbessen "vochtig" max. 21 dagen Appels (niet gevoelig voor koude), kweeperen "vochtig" max. 20 dagen Abrikozen, kersen "vochtig" max. 14 dagen Kriekpruimen, druiven "vochtig" max. 10 dagen Zwarte bessen, aalbessen "vochtig" max. 8 dagen Vijgen (verse) "vochtig" max. 7 dagen Bosbessen, frambozen "vochtig" max. 5 dagen 1) Hoe rijper het fruit, hoe korter de bewaartijd Taarten met room en andere banketbakkersproducten kunnen 2 tot 3 dagen worden bewaard in het longfresh 0°C-vak. De volgende producten mogen niet in het longfresh 0°C-vak worden gelegd: • fruit dat gevoelig is voor koude dat in een kelder of op kamertemperatuur moet worden bewaard, zoals ananas, bananen, grapefruits, meloenen, mango, papaya, sinaasappels, citroenen, kiwi's. Nuttige aanwijzingen en tips 13 • Soorten voedsel die niet in bovenstaande tabel worden genoemd moeten in het koelvak worden bewaard (b.v. alle soorten kaas, vleeswaren etc.) De luchtvochtigheid in de laden is afhankelijk van de hoeveelheid vocht in het bewaarde voedsel, groenten en fruit en van de frequentie waarmee de deur wordt geopend Het longfresh 0°C-vak is ook geschikt voor het langzaam laten ontdooien van voedsel. In dit geval kan het ontdooide voedsel maximaal twee dagen worden bewaard in het longfresh 0°C-vak. Tips: • Let op de versheid van het voedsel, vooral op de houdbaarheidsdatum. De kwaliteit en de versheid zijn van invloed op de bewaartijd. • De volledige bewaarcyclustijd is afhankelijk van de maatregelen die genomen worden voordat het voedsel in de koelkast wordt gelegd. • Voedsel, fruit of groenten moeten altijd worden verpakt voordat ze worden bewaard. • Dierenvoeding moet altijd verpakt en droog worden bewaard. • Voedsel dat rijk is aan eiwitten bederft sneller. Dit betekent dat schelpdieren eerder bederven dan vis, dat op zijn beurt eerder bederft dan vlees. Bij het bewaren van voedsel in een 0°C-vak kan de bewaartijd voor dat soort voedsel wel drie keer zo lang worden, zonder verlies van kwaliteit. • Al het voedsel dat bewaard wordt in een 0°C-vak moet ongeveer 15-30 min. voor consumptie uit de laden worden gehaald, vooral fruit en groenten die u zonder ze te verhitten gaat eten. Door fruit en groente op kamertemperatuur te laten komen, worden de smaak en de textuur beter. NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS Tips voor energiebesparing • De deur niet vaker openen of open laten staan dan strikt noodzakelijk. • Als de omgevingstemperatuur hoog is, de thermostaatknop op een lage temperatuur staat en het apparaat volledig gevuld is, kan de compressor continu aan staan waardoor er ijs op de verdamper ontstaat. Als dit gebeurt, zet u de thermostaatknop naar een warmere instelling om de koelkast automatisch te laten ontdooien en zo elektriciteitsverbruik te besparen. Tips voor het koelen van vers voedsel Om de beste prestatie te verkrijgen: • Zet geen warm voedsel of verdampende vloeistoffen in de koelkast • dek het voedsel af of verpak het, in het bijzonder als het een sterke geur heeft • plaats het voedsel zodanig dat de lucht er vrijelijk omheen kan circuleren Nuttige tips voor het koelen Nuttige tips: Vlees (alle soorten) in plastic zakken verpakken en op het glazen schap leggen, boven de groentelade. 14 Nuttige aanwijzingen en tips Bewaar het, voor de veiligheid, slechts een of maximaal twee dagen op deze manier. Gekookt voedsel, koude schotels, enz.: deze moeten afgedekt worden en mogen op willekeurig welk schap gezet worden. Fruit en groente: deze moeten zorgvuldig schoongemaakt worden en in de speciaal daarvoor bedoelde lade(n) geplaatst worden. Boter en kaas: dit moet in speciale luchtdichte bakjes gelegd of in aluminiumfolie of plastic zakjes gewikkeld worden om zoveel mogelijk lucht buiten te sluiten. Melkflessen: deze moeten een afdekdop hebben en opgeslagen worden in het flessenrek in de deur. Bananen, aardappelen, uien en knoflook, indien niet verpakt, mogen niet in de koelkast bewaard worden. Tips voor het invriezen Om u te helpen om het beste van het invriesproces te maken, volgen hier een paar belangrijke tips: • de maximale hoeveelheid voedsel die in 24 uur ingevroren kan worden. is vermeld op het typeplaatje; • het invriesproces duurt 24 uur. Voeg gedurende deze periode niet meer in te vriezen voedsel toe; • vries alleen vers en grondig schoongemaakte levensmiddelen van uitstekende kwaliteit in; • bereid het voedsel in kleine porties voor, zo kan het snel en volledig worden ingevroren en zo kunt u later alleen die hoeveelheid laten ontdooien die u nodig heeft; • wikkel het voedsel in aluminiumfolie of plastic en zorg ervoor dat de pakjes luchtdicht zijn; • leg vers, nog niet ingevroren voedsel niet tegen het al ingevroren voedsel, om te voorkomen dat dit laatste warm wordt; • smalle pakjes zijn makkelijker op te bergen dan dikke; zout maakt voedsel minder lang houdbaar; • water bevriest, als dit rechtstreeks uit het vriesvak geconsumeerd wordt, kan het aan de huid vastvriezen; • het is aan te bevelen de invriesdatum op elk pakje te vermelden, dan kunt u zien hoe lang het al bewaard is; Tips voor het bewaren van ingevroren voedsel Om de beste resultaten van dit apparaat te verkrijgen, dient u: • er zich van te verzekeren dat de commercieel ingevroren levensmiddelen op geschikte wijze door de detailhandelaar werden opgeslagen; • ervoor te zorgen dat de ingevroren levensmiddelen zo snel mogelijk van de winkel naar uw vriezer gebracht worden; • de deur niet vaker te openen of open te laten staan dan strikt noodzakelijk. • Als voedsel eenmaal ontdooid is, bederft het snel en kan het niet opnieuw worden ingevroren. • Bewaar het voedsel niet langer dan de door de fabrikant aangegeven bewaarperiode. Onderhoud en reiniging 15 ONDERHOUD EN REINIGING LET OP! Voordat u welke onderhoudshandeling dan ook verricht, de stekker uit het stopcontact trekken. Het koelcircuit van dit apparaat bevat koolwaterstoffen; onderhoud en herladen mag alleen uitgevoerd worden door bevoegde technici. Periodieke reiniging Het apparaat moet regelmatig worden schoongemaakt: • maak de binnenkant en de accessoires schoon met lauw water en wat neutrale zeep. • controleer de afdichtingen regelmatig en wrijf ze schoon om u ervan te verzekeren dat ze schoon en vrij van restjes zijn. • spoel ze af en maak ze grondig droog. Trek niet aan leidingen en/of kabels aan de binnenkant van de kast en verplaats of beschadig ze niet. Gebruik nooit schoonmaakmiddelen, schuurpoeders, erg geparfumeerde reinigingsproducten en waspolijstmiddelen om de binnenkant schoon te maken, aangezien deze het oppervlak beschadigen en een sterke geur achterlaten. Maak de condensor (zwart rooster) en de compressor op de achterkant van het apparaat schoon met een borstel of stofzuiger. Deze handeling zal de prestatie van het apparaat verbeteren en het elektriciteitsverbruik verminderen. Het onderste schap, tussen het koelvak en het LONGFRESH 0°C -vak, kan verwijderd worden om schoongemaakt te worden. Om het te verwijderen het schap recht naar buiten trekken. De afdekplaten boven de lades in het vak kunnen verwijderd worden om ze schoon te kunnen maken. Om de volledige functionaliteit van het LONGFRESH 0°C -vak te garanderen moeten het onderste schap en de afdekplaten, na reiniging, weer op hun oorspronkelijke plaats gezet worden. Zorg ervoor dat u het koelsysteem niet beschadigt. Veel normaal verkrijgbare keukenreinigers bevatten chemicaliën die de kunststoffen die in dit apparaat gebruikt zijn kunnen aantasten/beschadigen. Daarom wordt het aanbevolen de buitenkant van dit apparaat alleen schoon te maken met warm water met een beetje afwasmiddel. Steek, na het schoonmaken van het apparaat, de stekker weer in het stopcontact. Het koolstoffilter vervangen Het koolstoffilter draagt bij tot minder geurtjes in de koelkast, waardoor het risico van ongewenste aroma's in delicate levensmiddelen beperkt blijft. Voor optimale prestaties moet het koolstoffilter eenmaal per jaar vervangen worden. 16 Onderhoud en reiniging Nieuwe actieve luchtfilters zijn verkrijgbaar bij uw vakhandelaar. • Het luchtfilter wordt achter het klepje ge1 plaatst en kan worden bereikt door het klepje naar buiten te trekken (1) • Trek het gebruikte luchtfilter uit de gleuf. 2 • Plaats het nieuwe luchtfilter in de gleuf (2) • Sluit het klepje. Het luchtfilter is een verbruiksartikel en als zodanig geldt hiervoor geen garantie. Houd tijdens de werking de ventilatieklep altijd gesloten. Het luchtfilter dient zorgvuldig te worden behandeld om te voorkomen dat het oppervlak bekrast wordt. Het ontdooien van de koelkast Het koelvak wordt automatisch ontdooid. Het vrijkomende water stroomt in een bak bovenop de compressor en verdampt. Deze bak kan niet verwijderd worden. De vriezer ontdooien Een zekere hoeveelheid rijp zal zich altijd vormen op de schappen van de vriezer en rond het bovenste vak. Ontdooi de vriezer wanneer de rijplaag een dikte van ongeveer 3-5 mm bereikt heeft. Zet, ongeveer 12 uur voordat u gaat ontdooien, de thermostaatknop op een hogere stand, om voldoende koudereserve op te bouwen voor de onderbreking tijdens de werking. Volg onderstaande aanwijzingen om de rijp te verwijderen: 1. Schakel het apparaat uit. 2. Verwijder al het ingevroren voedsel, wikkel het in een paar lagen krantenpapier en leg het op een koele plaats. LET OP! Raak ingevroren voedsel niet met natte handen aan. Uw handen kunnen dan aan de producten vastvriezen. Problemen oplossen 17 3. Laat de deur open staan en steek de kunststof schraper in de daarvoor bedoelde opening in het midden van de bodem, plaats er een opvangbak onder om het dooiwater op te vangen Om het ontdooiproces te versnellen kunt u een bak warm water in het vriesvak zetten. Verwijder bovendien stukken ijs die afbreken voordat het ontdooien voltooid is. 4. Na afloop van het ontdooien de binnenkant grondig droog maken en de schraper bewaren voor toekomstig gebruik. 5. Schakel het apparaat in. 6. Zet het eerder verwijderde voedsel na twee tot drie uur terug in het vriesvak. Gebruik nooit scherpe metalen om de rijp van de verdamper te krabben, deze zou beschadigd kunnen raken. Gebruik geen mechanische of kunstmatige middelen om het ontdooiproces te versnellen, behalve die middelen die door de fabrikant zijn aanbevolen. Een temperatuurstijging tijdens het ontdooien van de ingevroren levensmiddelen, kan de veilige bewaartijd verkorten. Periodes dat het apparaat niet gebruikt wordt Als het apparaat gedurende lange tijd niet gebruikt wordt, neem dan de volgende voorzorgsmaatregelen: • trek de stekker uit het stopcontact • verwijder al het voedsel, • ontdooi de koelkast5), en maak het apparaat en alle accessoires schoon, • laat de deur/deuren op een kier staan om de vorming van onaangename luchtjes te voorkomen. Als uw apparaat aan blijft staan, vraag dan iemand om het zo nu en dan te controleren, om te voorkomen dat het bewaarde voedsel bederft, als de stroom uitvalt. PROBLEMEN OPLOSSEN WAARSCHUWING! Haal de stekker uit het stopcontact voordat u problemen gaat oplossen. Alleen een gekwalificeerd elektricien of een bevoegde persoon mag problemen oplossen die niet in deze handleiding beschreven zijn. Tijdens het normale gebruik hoort u geluiden (compressor, koelmiddelcirculatie). 5) Indien nodig, 18 Problemen oplossen Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing Het apparaat maakt lawaai. Het apparaat wordt niet goed ondersteund Controleer of het apparaat stabiel staat (alle vier de voetjes moeten op de vloer staan) Het apparaat werkt niet. Het lampje brandt niet. Het apparaat is uitgeschakeld. Schakel het apparaat in. De stekker zit niet goed in het stopcontact. Steek de stekker goed in het stopcontact. Het apparaat krijgt geen stroom. Er staat geen spanning op het stopcontact. Sluit een ander elektrisch apparaat op het stopcontact aan. Neem contact op met een gekwalificeerd elektricien. Het lampje staat in stand-by. Sluit en open de deur. Het lampje is stuk. Zie 'Het lampje vervangen'. Het controlelampje knippert. Het apparaat functioneert niet goed. Neem contact op met een gekwalificeerd elektricien. De zoemer klinkt. Het alarmlampje knippert. De temperatuur in de vriezer is te hoog. Zie 'Alarm hoge temperatuur'. De compressor werkt continu. De temperatuur is niet goed ingesteld. Stel een hogere temperatuur in. De deur is niet goed gesloten. Zie 'De deur sluiten'. De deur is te vaak geopend. Laat de deur niet langer dan nodig openstaan. Het lampje werkt niet. De temperatuur van het product Laat het product afkoelen tot kais te hoog. mertemperatuur voordat u het opbergt. De kamertemperatuur is te hoog. Verlaag de temperatuur in de kamer. De compressor start niet Dit is normaal, er is geen stoonmiddellijk na het druk- ring. ken op de FROSTMATIC of TURBO COOLMATICschakelaar, of na het veranderen van de temperatuur. De compressor start na enige tijd. Er loopt water over de achterkant van de koelkast. Tijdens het automatische ontdooiproces ontdooit de rijp tegen de achterwand. Dit is normaal. Er loopt water in de koelkast. De waterafvoer is verstopt. Reinig de waterafvoer. Producten verhinderen dat water in de wateropvangbak kan stromen. Zorg ervoor dat de producten de achterwand niet raken. Problemen oplossen Probleem Mogelijke oorzaak 19 Oplossing De temperatuur kan niet worden ingesteld. FROSTMATIC of TURBO COOLMATIC is ingeschakeld. De temperatuur in het apparaat is te laag/hoog. De thermostaatknop is niet goed Stel een hogere/lagere temperaingesteld. tuur in. De deur is niet goed gesloten. Schakel FROSTMATIC of TURBO COOLMATIC handmatig uit, of wacht met het instellen van de temperatuur tot de functie automatisch wordt uitgeschakeld. Zie "FROSTMATIC- of TURBO COOLMATIC-functie". Zie 'De deur sluiten'. De temperatuur van het product Laat het product afkoelen tot kais te hoog. mertemperatuur voordat u het opbergt. Er zijn veel producten tegelijk opgeborgen. Berg minder producten tegelijk op. De temperatuur in de koelkast is te hoog. Er is geen koude luchtcirculatie in het apparaat aanwezig. Zorg ervoor dat er koude luchtcirculatie in het apparaat aanwezig is. De temperatuur in de vriezer is te hoog. Producten zijn te dicht op elkaar geplaatst. Berg de producten zo op dat er een koude luchtcirculatie is. Er is te veel rijp. Het product is niet goed verpakt. Verpak het op de juiste manier. De deur is niet goed gesloten. Zie 'De deur sluiten'. De thermostaatknop is niet goed Stel een hogere temperatuur in. ingesteld. Het lampje vervangen 1. Schakel het apparaat uit. 2. Druk op de achterste haak en schuif het kapje tegelijkertijd in de richting van de pijl. 3. Vervang het kapotte lampje door een nieuw lampje met hetzelfde vermogen dat specifiek bedoeld is voor huishoudelijke apparaten. (het maximale vermogen wordt getoond op de afdekking van het lampje). 4. Installeer het lampenkapje door het terug te schuiven in zijn oorspronkelijke positie. 5. Schakel het apparaat in. 6. Open de deur. Controleer of het lampje gaat branden. De deur sluiten 1. Maak de afdichtingen van de deur schoon. 2. Stel de deur, indien nodig, af. Raadpleeg "Montage". 20 Technische gegevens 3. Vervang, indien nodig, de defecte deurafdichtingen. Neem contact met de service-afdeling. TECHNISCHE GEGEVENS Afmetingen van de uitsparing Hoogte 1780 mm Breedte 560 mm Diepte 550 mm Tijdsduur 24 h De technische gegevens staan op het typeplaatje aan de linker binnenkant in het apparaat en op het energielabel. MONTAGE WAARSCHUWING! Lees voor uw eigen veiligheid en correcte werking van het apparaat eerst de "veiligheidsinformatie" aandachtig door, alvorens het apparaat te installeren. Opstelling WAARSCHUWING! Als u een oud apparaat weggooit dat voorzien is van een deurslot of vergrendeling, zorg er dan voor dat dit onbruikbaar gemaakt wordt, zodat kinderen er niet in opgesloten kunnen raken. De stekker van het apparaat moet na installatie toegankelijk zijn. Installeer dit apparaat op een plaats waar de omgevingstemperatuur overeenkomt met de klimaatklasse die vermeld is op het typeplaatje van het apparaat: Klimaatklasse Omgevingstemperatuur SN +10°C tot + 32°C N +16°C tot + 32°C ST +16°C tot + 38°C T +16°C tot + 43°C Montage 21 Het verwijderen van de geleiders van de schappen Uw apparaat is voorzien van borgklemmen voor de schappen die het mogelijk maken de schappen vast te zetten tijdens transport. Om deze te verwijderen gaat u als volgt te werk: 1. Trek de schaphouders in de richting van de pijl (A). 2. Til het schap aan de achterkant op en duw het naar voren tot het vrij komt (B). 3. Verwijder de borgklemmen (C). A B C Elektrische aansluiting Zorg er vóór het aansluiten voor dat het voltage en de frequentie op het typeplaatje overeenkomen met de stroomtoevoer in uw huis. Het apparaat moet geaard zijn. De netsnoerstekker is voorzien van een contact voor dit doel. Als het stopcontact niet geaard is, sluit het apparaat dan aan op een afzonderlijk aardepunt, in overeenstemming met de geldende regels, raadpleeg hiervoor een gekwalificeerd elektricien. De fabrikant neemt geen verantwoordelijkheid op zich als de bovenstaande veiligheidsmaatregelen niet worden nageleefd. Dit apparaat voldoet aan de EU. richtlijnen. Ventilatievereisten De luchtstroom achter het apparaat moet voldoende zijn. 50 mm min. 200 cm2 min. 200 cm2 Installatie van het koolstofluchtfilter Het koolstofluchtfilter is een filter met actieve koolstof dat vervelende geurtjes absorbeert. Hierdoor blijven de optimale smaak en het aroma van het voedsel bewaard zonder dat luchtjes van het ene levensmiddel op het andere worden overgebracht. 22 Het milieu Bij aflevering zit het koolstoffilter in een plastic zak om de levensduur en eigenschappen ervan te garanderen. Het filter moet achter de klep geplaatst worden voordat het apparaat wordt ingeschakeld. 1. Open de klep (1) 2. Haal het filter uit de plastic zak 3. Plaats het filter in de gleuf in de achterkant van het klepdeksel (2) 4. Sluit de klep 1 2 Houd tijdens de werking de ventilatieklep altijd gesloten. Het filter moet voorzichtig worden gehanteerd om te voorkomen dat deeltjes van het oppervlak loskomen. HET MILIEU Het symbool op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als huishoudafval mag worden behandeld, maar moet worden afgegeven bij een verzamelpunt waar elektrische en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit product op de juiste manier wordt verwijderd, voorkomt u mogelijke negatieve gevolgen voor mens en milieu die zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde afvalverwerking. Voor gedetailleerdere informatie over het recyclen van dit product, kunt u contact opnemen met de gemeente, de gemeentereiniging of de winkel waar u het product hebt gekocht.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88

AEG SANTO Z91840I Handleiding

Categorie
Diepvriezers
Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor