D-6
Voorzorgsmaatregelen bij het gebruik
• Uw rekenmachine is gemaakt met precisie-onderdelen. Haal de rekenmachine nooit uit elkaar.
• Laat de rekenmachine niet vallen en stel deze niet bloot aan harde stoten.
• Bewaar de rekenmachine niet op plaatsen waar hoge temperaturen of een hoge luchtvochtigheid
heersen of waar veel stof vrijkomt en laat de rekenmachine niet achter op zulke plaatsen.
Wanneer de rekenmachine is blootgesteld aan lage temperaturen, duurt het mogelijk langer
voordat de resultaten worden weergegeven of de rekenmachine werkt mogelijk helemaal niet
meer. De rekenmachine zal weer op de normale manier werken wanneer deze een normale
temperatuur bereikt.
• Uw rekenmachine ondersteunt het gebruik of alkalinebatterijen en van oplaadbare
nikkelmetaalhydridebatterijen. Houd er rekening mee dat er mogelijk minder bewerkingen kunnen
worden uitgevoerd tussen de oplaadmomenten van nikkelmetaalhydridebatterijen dan tijdens de
levensduur van alkalinebatterijen. Gebruik alleen batterijen die specifiek voor deze rekenmachine
worden aanbevolen.
• Vervang de batterijen elk jaar, ongeacht hoe vaak de rekenmachine in die periode is gebruikt.
Laat lege batterijen nooit in het batterijvak zitten. Ze kunnen gaan lekken en de eenheid
beschadigen. Verwijder nikkelmetaalhydridebatterijen direct uit de rekenmachine als ze leeg zijn.
Als u lege nikkelmetaalhydridebatterijen in de rekenmachine laat zitten, kunnen ze beschadigd
raken.
• Bewaar batterijen buiten het bereik van kleine kinderen. Raadpleeg bij doorslikken onmiddellijk
een arts.
• Gebruik geen vluchtige vloeistoffen zoals thinner of benzine om de eenheid te reinigen. Maak de
eenheid schoon met een zachte, droge doek of met een doek die vochtig is gemaakt met een
oplossing van water en een neutraal reinigingsmiddel en die daarna is uitgewrongen.
• Wees altijd voorzichtig wanneer u het stof van het scherm veegt, om krassen te voorkomen.
• De producent en de leveranciers zijn in geen geval tegenover u of enig andere persoon
aansprakelijk voor schade, kosten, winstderving, misgelopen besparingen of andere schade die
voortkomt uit het verlies van gegevens en/of formules als gevolg van storingen, reparatie of het
vervangen van batterijen. Het is aan u om fysieke notities te maken van gegevens om deze te
beschermen tegen dergelijk gegevensverlies.
• Verwijder de batterijen, het LCD-scherm of andere onderdelen nooit door ze te verbranden.
• Controleer of de aan-/uit-schakelaar op OFF staat wanneer u de batterijen vervangt.
• Als de rekenmachine is blootgesteld aan een sterke elektrostatische lading, kunnen de
geheugenonderdelen beschadigd raken of werken de toetsen mogelijk niet meer. Voer in zulke
gevallen de bewerking Reset uit om het geheugen te wissen en de werking van de toetsen te
herstellen.
• Als de rekenmachine om een bepaalde reden niet meer goed werkt, gebruikt u een dun, gepunt
voorwerp om op de knop RESTART aan de achterkant van de rekenmachine te drukken. Houd er
echter rekening mee dat hiermee alle gegevens uit het geheugen van de rekenmachine worden
verwijderd.
• Houd er rekening mee dat sterke trillingen of stoten tijdens het uitvoeren van programma’s
kunnen leiden tot onderbrekingen of tot schade aan de geheugeninhoud van de rekenmachine.
• Als u de rekenmachine gebruikt in de buurt van een televisie of radio, kan dit leiden tot storingen
in de ontvangst van de televisie of de radio.
• Gebruik deze rekenmachine niet op plaatsen waar het gebruik van elektronische apparaten
verboden is.
• Het LCD-scherm van de rekenmachine bevat hoogwaardige technologie voor een effectieve
pixelopbrengst van ten minste 99,99%. Ook op dit niveau werken sommige pixels mogelijk niet of
blijven ze steeds branden. Dit is normaal en duidt niet op een storing.
• Vanwege de beperkingen van het LCD-scherm in deze rekenmachine worden grafische
voorstellingen wat kleur en dergelijke betreft, mogelijk niet weergegeven zoals op uw
computerscherm.
• Lees voordat u aanneemt dat er een storing is opgetreden, eerst deze gebruiksaanwijzing
opnieuw aandachtig door en controleer of het probleem niet wordt veroorzaakt door een laag
energieniveau van de batterijen of programma- of bedrijfsstoringen.