AFSTELLING
De ketting monteren
15
De ketting monteren
Lengte ketting
(A) (B) (C)
Zet de ketting op de grootste tandkrans
en het grootste kettingblad.
Voeg vervolgens 2 tot 4
verbindingsstukken toe om de lengte
van de ketting in te stellen.
(A)
Grootste tandkrans
(B)
Ketting
(C)
Grootste kettingblad
(D)
Binnenschakel
(E)
Buitenschakel
(F)
Pen die voorkomt dat de ketting
er afloopt
NOTITIE
De achterderailleurplaat heeft pennen of een
plaat die voorkomen dat de ketting er
afloopt.
Wanneer de ketting door de achterderailleur
wordt geleid, leid hem dan door de derailleur
vanaf de kant van de plaat die voorkomt dat
de ketting er afloopt; zie de afbeelding.
Als de ketting niet correct wordt gelegd, kan
de ketting of de achterderailleur beschadigd
worden.
[1]
[2]
(x) (y)
(E)
(D)
(z)
of
Bij het monteren van de ketting: als de
binnenschakels en de buitenschakels
overeenkomen (zoals in [1]), stel de
ketting dan in op een lengte met 2 of 4
toegevoegde verbindingsstukken.
Bij het instellen op de lengte met 2
toegevoegde verbindingsstukken (in [1]):
als u denkt dat de ketting na het
monteren op de grootste tandkrans en
het buitenblad naar een andere
tandkrans springt, stel de ketting dan in
op een lengte met nog eens 2
toegevoegde verbindingsstukken.
Als de binnenschakels en de
buitenschakels overeenkomen (zoals in
[2]): stel de ketting in op een lengte met
3 toegevoegde verbindingsstukken.
(x)
+2 schakel
(y)
+4 verbindingsstukken
(z)
+3 schakel
(F)
(F)