13
Als er binnen 10 seconden geen enkele functie wordt geselecteerd, wordt de kookplaat automatisch
uitgeschakeld. Als u een pan gebruikt die niet geschikt is, niet correct gepositioneerd is of niet over de
j
uiste afmeting beschikt voor uw inductiekookplaat, dan wordt de indicatie “no pot” op het display
weergegeven (zie de afbeelding links).
Als er binnen 60 seconden geen kookpot wordt gedetecteerd wordt de kookplaat uitgeschakeld.
Zorg er bij het activeren van de 5 kW zone (indien beschikbaar) voor dat er een pan van het juiste formaat
op die zone wordt geplaatst, minimaal één minuut voordat er een andere kookzone wordt ingeschakeld. Als dat
niet gebeurt wordt de kookplaat na korte tijd uitgeschakeld, wat betekent dat iedere zone daarna weer opnieuw
ingeschakeld moet worden. De kookplaat kan ook worden uitgeschakeld wanneer de pan van de zone die op
5kW werkt wordt verwijderd en er tegelijk een andere kookzone wordt ingeschakeld.
Om de vermogensinstelling te wijzigen met een vinger een horizontale beweging maken over het touchscreen:
Het getal in de cirkel verandert afhankelijk van de plaats van de vinger op het touchscreen van een minimum van
1 tot een maximum van 9. Met behulp van het touchscreen kunt u de boosterfunctie activeren door op “BOOST”
(”P” op het display) te drukken.
Als er meer kookzones zijn ingeschakeld kunt u met het touchscreen het vermogen van de gekozen
zone wijzigen, deze is herkenbaar aan een lichtpuntje rechtsonder de vermogensindicatie. Om een zone
te selecteren hoeft u alleen maar de betreffende ronde toets in te drukken.
Kookzones uitschakelen
Selecteer de kookzone die u uit wilt schakelen door op de betreffende ronde toets te drukken (het puntje van het
vermogensniveau wordt rechtsonder op het display weergegeven). Druk op de toets OFF die op het touchscreen
zit.
De kookzone wordt uitgeschakeld en, als het gebied warm is, verschijnt de letter "H" in de cirkel.
“H” is de restwarmte-indicatie. De kookplaat heeft voor elke kookzone deze indicatie. Deze indicatoren
waarschuwen de gebruiker dat er nog kookzones heet zijn. Zodra de betreffende kookzone is afgekoeld
wordt de indicatie uitgeschakeld.
Instellen van de timer
De timer is een tijdschakelaar die de mogelijkheid biedt om voor één kookzone een tijdsduur in te stellen van
maximaal 99 minuten.
Selecteer de kookzone waarvoor u de timer wilt instellen (rechts onder de indicator van de vermogensinstelling
verschijnt een lichtpuntje), en stel vervolgens de gewenste tijd in met de toetsen + en - van de timerfunctie: De
tijd in minuten wordt weergegeven naast het display van de kookzone.
Enkele seconden nadat u de toets voor het laatst heeft aangeraakt begint de timer met aftellen (het lichtpuntje
voor de geselecteerde kookzone begint te knipperen).
Wanneer de ingestelde tijd is verstreken klinkt er een geluidssignaal en wordt de kookzone automatisch
uitgeschakeld.
Toetsenblokkering
Met deze functie kunt u de bedieningen van de kookplaat blokkeren om te voorkomen dat de plaat per ongeluk
wordt ingeschakeld (bijv. tijdens het reinigen).
De toets 3 seconden ingedrukt houden: Een geluidssignaal en een indicatielampje onder het symbool met
het slotje geven aan dat de functie geactiveerd is. Het bedieningspaneel is geblokkeerd, met uitzondering van de
OFF uitschakelfunctie. Om de blokkering van de bedieningen te deactiveren, herhaalt u de activeringsprocedure.
Het lichtpuntje gaat uit en de kookplaat wordt uitgeschakeld.
BELANGRIJK: Water, vloeistof die overgekookt is uit de pannen of voorwerpen die op de toets onder het symbool
worden gezet, kunnen ertoe leiden dat de toetsenblokkering onbedoeld geactiveerd of gedeactiveerd wordt.
Pauze
Met deze functie kunt u de werking van de kookplaat tijdelijk pauzeren en later weer in werking stellen
met behoud van de instellingen (behalve de ingestelde kookwekkers). Druk op toets: I I begint op
het display te knipperen, in plaats van de vermogensinstellingen. Om de bereiding te hervatten,
nogmaals op de knop drukken.
Gebruiksaanwijzing