13
Nederlands
Om oververhitting, brand of elektrische
schokken te voorkomen:
•
Sluit geen andere apparaten aan op hetzelfde
stopcontact.
•
Bedien het apparaat niet met natte handen.
•
Laat geen knikken in het stroomsnoer komen.
•
Werk niet met de unit en stop deze ook niet
door de stekker in te steken of juist uit te
trekken.
Als het netsnoer beschadigd is, moet deze door
de fabrikant, een onderhoudsmonteur of een
vergelijkbaar gekwalifi ceerd persoon vervangen
worden om mogelijk risico te voorkomen.
U wordt ten zeerste geadviseerd de apparatuur
te installeren met een differentieelschakelaar of
een aardlekschakelaar.
Om oververhitting, brand of elektrische schokken
te voorkomen:
•
Steek de stekker goed in het stopcontact.
•
Men moet het stof op de stekker periodiek
afvegen met een droge doek.
Stop met het gebruiken van het product,
wanneer er een abnormaliteit/storing optreedt en
haal de stekker uit het stopcontact of schakel de
stroomschakelaar en de circuitbreker uit.
(Risico op rook/brand/elektrische schok)
Voorbeelden van abnormaliteit/storing
•
De ELCB stopt vaak.
•
Men merkt een brandgeur op.
•
Er wordt een abnormaal geluid of trilling van de
eenheid opgemerkt.
•
Er lekt water uit de binnenunit.
•
Stroomsnoer of stekker wordt abnormaal heet.
•
Ventilatorsnelheid kan niet geregeld worden.
•
De eenheid stopt onmiddellijk met werken,
zelfs als deze ingeschakeld is om te werken.
•
De ventilator stopt niet, zelfs niet als de
eenheid stopt met werken.
Neem onmiddellijk contact op met uw
plaatselijke leverancier voor onderhoud/
reparatie.
Deze apparatuur moet worden geaard om te
voorkomen dat een elektrische schok of brand
ontstaat.
Voorkom een elektrische schok door het
apparaat uit te schakelen en de stekker uit het
stopcontact te trekken:
- Voordat de apparatuur wordt gereinigd of
nagezien,
- Bij langdurige perioden zonder gebruik of
- Tijdens zware onweersbuien.
OPGEPAST
Binnenunit en buitenunit
Was de interne unit niet met water, benzeen,
thinner of schuurpoeder om schade en roest bij
de unit te vermijden.
Deze stoffen mogen niet gebruikt worden voor
tere apparatuur, voedsel, dieren, planten,
versieringen of andere objecten. Doet u dit wel,
dan kan dit leiden tot verslechtering van de
kwaliteit.
Voorkom dat een eventuele brand wordt
aangewakkerd, gebruik geen apparatuur die
brand kan veroorzaken, vóór de luchtuitlaat.
Stel planten of ook huisdieren niet direct bloot
aan de luchtstroming om letsel te voorkomen.
Raak de scherpe aluminiumvin niet
aan; scherpe delen kunnen blessures
veroorzaken.
Schakel de binnenunit niet in wanneer u de vloer
in de was zet. Lucht het vertrek goed voordat u
de unit inschakelt, wanneer u de vloer in de was
hebt gezet.
Installeer de unit niet in ruimten waar een
oliedamp of rook hangt om schade aan de unit
te voorkomen.
Haal de unit niet uit elkaar om schoon te maken.
Hierdoor voorkomt u letsel.
Stap niet op een bank die niet stevig staat. Zo
voorkomt men letsel.
Zet geen vaas of object met water op de unit.
Water kan de unit binnendringen en de kwaliteit
van de isolatie verslechteren. Dit kan tot een
elektrische schok leiden.
Zet niet in de stand KOELEN/DROGEN lange
tijd een raam of deur open.
Voorkom lekkend water door te zorgen dat de
aftapslang:
- Goed aangesloten is,
- Uit de buurt van dakgoten en containers loopt
of,
- Niet ondergedompeld is in water
Na een lange periode van gebruik of ook gebruik
met brandbare apparatuur, moet u de ruimte
goed luchten.
Controleer, wanneer u de apparatuur lange tijd
hebt gebruikt, dat het installatierek nog in goede
staat is, zodat u er zeker van kunt zijn dat de unit
niet kan vallen.
Afstandsbediening
Gebruik geen oplaadbare (Ni-Cd) batterijen.
Hierdoor kan de afstandsbediening beschadigd
raken.
Om disfunctie of schade aan de
afstandsbediening te voorkomen:
•
Verwijder de batterijen indien het apparaat
gedurende lange tijd niet zal worden gebruikt.
•
Men moet nieuwe batterijen van hetzelfde
type insteken en daarbij de vermelde polariteit
volgen.
Stroom toevoer
Trek de stekker niet via het snoer uit het
stopcontact, om een elektrische schok te
vermijden.
Veiligheidsmaatregelen