6
DAGELIJKS GEBRUIK
1. CONTROLEER DE WATERAANSLUITING
Controleer of de afwasmachine is aangesloten op de waterleiding
en of de bovenkant open is.
2. LAAD DE REKKEN
(zie REKKEN LADEN)
3. VUL HET VAATWASMIDDELDOSEERBAKJE
(zie PROGRAMMATABEL).
4. SCHAKEL DE AFWASMACHINE IN
Open de deur en druk op de toets AAN/UIT. Vergeet niet dat de
toetsen gedeactiveerd worden wanneer de deur meer dan
driekwart t.o.v. de verticale (gesloten) positie open staat.
5. IES HET PROGRAMMA EN PAS DE CYCLUS AAN
Selecteer het meest geschikte programma in overeenstemming
met het soort serviesgoed en het niveau van vervuiling (zie
PROGRAMMABESCHRIJVING ).
Op het display is de letter “P” te zien gevolgd door het nummer van
het programma (bijv. “P 1”). Druk op de toetsen
VORIGE/VOLGENDE
om van programma te veranderen. Selecteer de gewenste opties
(zie OPTIES EN FUNCTIES).
6. START
Start de wascyclus door op de START-toets te drukken (de led licht
op) en de deur binnen 4 seconden te sluiten. Wanneer het
programma start, hoort u een enkele piep. Als de deur niet binnen
4 seconden wordt gesloten, gaat het alarmgeluid af. Open in dat
geval de deur, druk op de START-toets en sluit binnen 4 seconden
de deur.
7. EINDE VAN WASCYCLUS
Het einde van de wascyclus wordt aangegeven met pieptonen en
op de display is "End" (einde) te zien. De deur openen en het
apparaat uitschakelen door op de toets AAN/UIT te drukken. Een
paar minuten wachten voordat het serviesgoed wordt verwijderd -
om brandwonden te voorkomen. De rekken uitladen, te beginnen
met het onderste rek.
De machine wordt tijdens bepaalde langere perioden van
inactiviteit automatisch uitgeschakeld, om het
elektriciteitsverbruik te minimaliseren.
Als het serviesgoed slechts licht bevuild is of als het voordat het in
de afwasmachine wordt geplaatst met water is afgespoeld kan de
hoeveelheid vaatwasmiddel dienovereenkomstig worden
verminderd.
EEN DRAAIEND PROGRAMMA WIJZIGEN
Als er een verkeerd programma was geselecteerd, kan het worden
gewijzigd, mits het nog maar net begonnen is: open de deur (let op
HETE stoom!), houd de AAN/UIT-toets ingedrukt en het apparaat
wordt uitgeschakeld. Schakel de machine weer in met de AAN/UIT-
toets en selecteer het nieuwe wasprogramma en eventuele gewenste
opties; start het wasprogramma door de START-toets in te drukken en
de deur te sluiten.
EXTRA SERVIESGOED BIJVOEGEN
Open de deur zonder het apparaat uit te schakelen (“:” houdt op met
knipperen en de START-led begint te knipperen) (let op HETE stoom!)
en plaats het serviesgoed in de afwasmachine. Druk op de START-toets
en sluit de deur binnen 4 seconden, de cyclus herneemt vanaf het punt
waarop het werd onderbroken.
TOEVALLIGE ONDERBREKINGEN
Als de deur tijdens het wasprogramma wordt geopend of als er een
stroomstoring is, wordt het wasprogramma gestopt. Om de cyclus te
hernemen vanaf het punt waarop het werd onderbroken, druk op de
START-toets en sluit de deur.
ADVIEZEN EN TIPS
ADVIEZEN
Verwijder alvorens de manden te laden alle voedselresten uit het
serviesgoed en leeg de glazen. Het serviesgoed hoeft niet tevoren
onder stromend water afgespoeld te worden.
Het serviesgoed zo rangschikken dat het stevig op zijn plaats staat en
niet omslaat; rangschik de containers met de openingen naar beneden
gericht en de holle/bolle onderdelen schuin geplaatst, waardoor het
water elk oppervlak kan bereiken en vrij kan stromen.
Waarschuwing: zorg ervoor dat deksels, grepen, platen en
koekenpannen de sproeierarmen niet belemmeren bij het draaien.
Plaats geen kleine voorwerpen in de bestekmand.
Erg vervuild vaatwerk en pannen moeten in de onderste mand worden
geplaatst, omdat in deze ruimte de watersproeiers sterker zijn en
hogere wasprestaties hebben.
Zorg ervoor dat na het laden van het apparaat de sproeierarmen vrij
kunnen draaien.
HYGIËNE
Om te voorkomen dat zich geur en afzetting ophoopt in de
afwasmachine moet u ten minste één per maand een programma met
hoge temperatuur laten draaien. Gebruik een theelepel vaatwasmiddel
en laat het apparaat zonder lading draaien.
ONGESCHIKT SERVIESGOED
• Houten servies en bestek.
• Kwetsbare gedecoreerde glazen, artistiek handwerk en antiek
serviesgoed. Hun decoraties zijn hier niet tegen bestand.
• Delen van synthetisch materiaal die niet bestand zijn tegen hoge
temperaturen.
• Koperen en tinnen serviesgoed.
• Serviesgoed bevuild met as, was, smeervet of inkt.
De kleuren van glasdecoraties en aluminium/zilveren stukken kunnen
wijzigen en vervagen tijdens het wasproces. Sommige soorten glas (bv.
kristallen voorwerpen) kunnen na een aantal wascyclussen ook dof
worden.
SCHADE AAN GLASWERK EN SERVIESGOED
• Gebruik alleen glas en porselein waarvan de fabrikant garandeert
dat het veilig is voor de afwasmachine.
• Gebruik een zacht vaatwasmiddel dat geschikt is voor serviesgoed
• Haal glazen en bestek uit de afwasmachine zodra het
wasprogramma afgelopen is.