Eerste deel INSTRUCTIES
VOOR DE
INSTALLATIE
1 - ALGEMEEN
Deze kap is geschikt om aan de muur te worden
geïnstalleerd, boven een kookplaat die tegen een
wand is geplaatst. Hij kan worden gebruikt in
de afzuigversie (afvoer naar buiten) of in de
filterversie (recycling binnen)
Vanwege de gecompliceerdheid en het ge-
wicht van het apparaat raadt men aan de
installatie te laten uitvoeren door gespeciali-
seerde vakmensen, terwijl rekening gehouden
dient te worden met alle voorschriften van
de bevoegde autoriteiten voor wat betreft de
afvoer van de weg te leiden lucht.
De fabrikant wijst iedere verantwoorde-
lijkheid voor schade, die te wijten is aan een
niet correcte of niet volgens de regels uitge-
voerde installatie, af.
2 - ONDERDELEN
De afzuigkap bestaat uit (fig. 1):
2.1 - 1 afzuigkap C, compleet met commandoknop-
pen, licht en ventilator
2.2 - 1 telescoopschoorsteen bestaande uit:
1 bovenste halve buis S
1 onderste halve buis I
2.3 - 1 afzuigverbindingsstuk 90 x 132 A
2.4 - 1 zakje met inhoud:
2 beugels voor 1 bevestiging van de kap
2 beugels voor 2 bevestiging van de schoorsteen,
schroeven, pluggen en documenten
2.5 - 1 afzuigpaneel P
2.6 - 1 reling R
3 - WAARSCHUWINGEN
VOOR DE VEILIGHEID
3.1 - Sluit het apparaat niet aan op pijpen die door
verbranding ontstane rook afvoeren (verwar-
mingsketels, open haarden enz...).
3.2 - Controleer of de spanning van het elektrici-
teitsnet overeenstemt met de spanning die op
het gegevensplaatje aan de binnenkant van
de kap staat aangegeven.
3.3 - Verbind de afzuigkap met het elektriciteitsnet
door een tweepolige schakelaar aan te breng-
en met een opening van de contacten van ten
minste 3 mm.
3.4 - Vergewis U ervan dat het elektriciteitsnet in
huis een correcte aarding heeft.
3.5 - De minimum veiligheidsafstand tussen de
kookplaat en de kap is 65 cm.
3.6 - Flamboyeer niet onder de afzuigkap.
3.7 - Houdt frituurpannen onder controle gedu-
rende het gebruik: de oververhitte olie zou
kunnnen ontvlammen.
3.8 - Voordat U welke reinigings- of onderhouds-
werkzaamheden dan ook gaat uitvoeren,
dient U de stekker uit het stopcontact te
trekken of de hoofdschakelaar uit te scha-
kelen.
3.9 - In het geval waarin in het vertrek zowel de
afzuigkap als niet door elektriciteit aange-
dreven (b.v. gasapparaten) apparaten worden
gebruikt, dient men te zorgen voor een
adequate ontluchting van het vertrek. Een
juist gebruik zonder risico’s bereikt men
wanneer de maximum depressie van het
vertrek de 0,04 mbar niet overschrijdt; men
voorkomt op deze manier een terugkeer van
de vrijkomende gassen.
4 - INSTALLATIE
De afzuigkap kan op drie verschillende manieren
aan de wand worden geïnstalleerd:
A - installatie van de afzuigkap op 65 cm afstand
van de kookplaat
B - installatie van met de schoorsteen op één lijn
met de bovenkant van de hangkastjes.
Het volgende schema dient te worden gerespec-
teerd:
4.1 - Montage van de ondersteunende beugels
4.2 - Montage van de afzuigkap zelf
4.3 - Aansluiting op het elektriciteitsnet en controle
van de werking
4.4 - Afzuig- of filteraansluiting
4.5 - Aansluiting van de telescoopschoorsteen
4.6 - Montage van het afzuigpaneel
4.7 - Montage van de reling
4.1 - Montage van de ondersteunende beugels
Installatie type A (fig. 2)
1 - Trek op de wand een verticale lijn tot aan het
plafond, in het midden van de zone waar de
afzuigkap gemonteerd gaat worden: dit dient
voor de verticale opstelling op één lijn van de
onderdelen.
2 - Plaatsing van de beugels 1
Trek een horizontale lijn op een afstand tot de
kookplaat van ten minste 772 mm.
Geef op de horizontale lijn de boringen aan voor
de bevestiging van de beugels 1, zoals aange-
geven in de tabel:
B mm 600 900
A mm 284 434
B = breedte van de afzuigkap in mm
A = afstand tussen het midden van de
boringen van de beugels en het midden
van de kap.
3 - Plaatsing van de beugels 2
a - Zet één van de beugels 2 tegen de muur op
ongeveer 1 of 2 mm van het plafond of van
de bovengrens, terwijl U het midden ervan
inkepingen op de verticale lijn brengt.
b - Geef op de muur de twee ogen van de
beugel aan.
c - Zet de andere beugel 2 tegen de wand op
de verticale lijn, op een afstand X gemeten
zoals in fig. 2, op dezelfde hoogte als de
bovenste halve buis S die bij de afzuigkap
geleverd wordt.
De maat X kan verschillende waarden heb-
ben, al naar gelang de verschillende beschik-
bare hoogtes van de bovenste halve buis.
d - Geef op de wand het midden van de ogen
van de beugel aan.
4 - Met een boortje van Ø 8 mm alle aangegeven
punten boren.
De beugels 1 - 2 goed vastzetten door gebruik
te maken van de pluggen Ø 8 mm en de
bijbehorende bijgeleverde schroeven.
5 - Ruggedeelte (optional)
De afstand van de afzuigkap ten opzichte van
de kookplaat wordt bepaald, in dit geval, door
de hoogte van het ruggedeelte F en door de
eventuele opstaande rand van de kookplaat. Het
ruggedeelte moet worden gemonteerd vòòr de
afzuigkap, en, als men hem zowel boven als
onder tegen de wand wenst te bevestigen, is het
noodzakelijk hem op de juiste hoogte te mon-
teren, voor de montage van de basis of tenminste
van de daarbij behorende plaat. Aangezien het
om een gecompliceerde operatie gaat, dient deze
uitsluitend door de keukeninstallateur te worden
uitgevoerd of door vakbekwaam personeel, dat
alle afmetingen van de meubels kent.
Indien men alleen de bovenkant wil vastzetten,
dient men als volgt te werk te gaan:
a - Zet het ruggedeelte op de plaat van de basis
zoals op fig. 2a, breng hem in contact met
de wand en plaats hem goed op het midden
van de basis.
b - Geef het midden van de twee boringen van
de bovenste strook aan.
c - Boor de wand met een boortje van Ø 8 mm
en bevestig het ruggedeelte door gebruik te
maken van de pluggen Ø 8 mm en de
bijgeleverde schroeven.
d - De eventuele stabilisatie van het onderste
deel wordt, indien nodig, overgelaten aan
de installateur.
Installatie type C (fig. 3)
Het is mogelijk dit type montage uit te voeren
door slechts gebruik te maken van de onderste
halve buis I, van 450 mm lengte
1 - Trek een verticale lijn op de muur in het midden
van de zone waar de afzuigkap gemonteerd gaat
worden tot aan de bovengrens die gevormd kan
worden door een houten plank: dit dient om de
onderdelen verticaal op één lijn te brengen.
Trek een horizontale lijn op een afstand van
478 mm van de bovenkant van de hangkastjes.
2 - Plaatsing van de beugels 1
Geef op de horizontale lijn de boringen aan voor
de bevestiging van de beugels zoals beschreven
in paragraaf 4.1.2
3 - Plaatsing van de beugels 2
a - Zet één van de beugels 2 tegen de wand op
ongeveer 1 of 2 mm van de plank, terwijl
het midden ervan (inkepingen) op één ver-
ticale lijn worden gebracht.
b - geef de twee ogen van de beugel aan op de
wand.
4 - Met een boortje van Ø 8 mm alle aangegeven
gaten boren.
De beugels 1 - 2 goed vastzetten door gebruik
te maken van de pluggen Ø 8 mm en de bijbe-
horende schroeven.
4.2 - Montage van de afzuigkap zelf
1 - Haak de afzuigkap C aan de beugels 1, erop
lettend dat de pinnen met schroefdraad van de
beugels correct in de achterste boringen van de
afzuigkap worden gestoken (fig. 4).
2 - Regel de afzuigkap C horizontaal door aan de
regelschroeven R aan de binnenkant van de af-
zuigkap te draaien (fig. 5).
3 - Bevestig de kap definitief aan de beugels 1 met
twee moeren en twee ringetjes die bij de acces-
soires worden geleverd.
4.3 - Aansluiting op het elektriciteitsnet en controle
van de werking
1 - Het is noodzakelijk alle waarschuwingen uit
paragraaf 3 met betrekking tot de veiligheid
nauwgezet te respecteren.
2 - Als de elektrische aansluiting eenmaal is uitge-
voerd, moet de correcte werking van de verlich-
ting, de ontsteking van de motor en de wisse-
ling van de snelheden worden gecontroleerd.
4.4 - Afzuigende of filterende aansluiting
1 - Afzuigende aansluiting (installatie type A/B)
a - De kap kan aangesloten worden op externe
buizen met behulp van buizen of slangen
van Ø 100 mm of 120 mm; de keuze hiervan
wordt overgelaten aan de installateur.
b - De flens voor de uitgang van de lucht die
aan de bovenkant van de afzuigkap C is ge-
plaatst, is geschikt voor de buis van Ø 100
mm; om deze aan te passen aan Ø 120 mm
moet met een mesje het dunnere stuk wor-
den gesneden (fig. 6).
c - Verbind de flens voor de uitgang van de
lucht aan op de buizen voor afvoer naar
buiten, met een buis of slang die vastgezet
moet worden met geschikte buisklem.
Het juiste materiaal voor deze laatste ope-
ratie dient men bij de installateur te
verschaffen.