Redexim Turf-Stripper 2000 de handleiding

Type
de handleiding
Gebruikershandleiding
en onderdelenboek
Turf-Stripper
Model 2000
Serie nummer:
Oorspronkelijke gebruiksaanwijzing
Kwekerijweg 8
3709JA Zeist
The Netherlands
T: (31)306933227
F: (31)306933228
E: verti-drain@redexim.com
www.redexim.com
LET OP:
VOOR EEN VEILIG GEBRUIK VAN DE MACHINE EN VOOR DE BESTE
RESULTATEN IS HET VAN HET GROOTSTE BELANG DAT DEZE
GEBRUIKERSHANDLEIDING ZORGVULDIG GELEZEN WORDT VOOR GEBRUIK
VAN DE TURF-STRIPPER.
1702 Dutch 953.200.000
2
VOORWOORD
Gefeliciteerd met uw Turf-Stripper aankoop. Voor een veilige en langdurige werking met
deze Turf-Stripper is het noodzakelijk deze gebruikershandleiding te (laten) lezen en
begrijpen.
Zonder volledige kennis van de inhoud kan men niet veilig met deze machine werken.
De Turf-Stripper is geen zelfstandig werkende machine. Het is de verantwoordelijkheid van
de gebruiker de juiste tractor te gebruiken. Ook zal de gebruiker de combinatie tractor/ Turf-
Stripper moeten controleren op veiligheidsaspecten als geluidsniveau, gebruikersinstructies
en risico analyse.
Op de volgende pagina komen eerst de algemene veiligheidsinstructies ter sprake. Iedere
gebruiker dient deze te kennen en toe te passen. Hierna is een registratie kaart opgenomen,
die retour gestuurd dient te worden om latere claims te kunnen afhandelen.
In deze gebruikershandleiding worden vele instructies gegeven, die in volgorde genummerd
zijn. Men dient in overeenstemming met deze volgorde te handelen. Indien een vermeld
wordt duidt dit op veiligheidsinstructies. Indien een wordt gebruikt, betekent dit een tip
en/of notitie.
Alle informatie en technische specificaties zijn de meest recente op het moment dat dit
document wordt gepubliceerd. Ontwerp specificaties kunnen zonder aankondiging worden
gewijzigd.
GARANTIE BEPALINGEN
DEZE TURF-STRIPPER WORDT GELEVERD MET GARANTIE TEGEN DEFECTEN IN
MATERIALEN.
DEZE GARANTIE GELDT VOOR EEN PERIODE VAN 12 MAANDEN VANAF DE
AANKOOPDATUM.
TURF-STRIPPER GARANTIES ZIJN ONDERWORPEN AAN DE “GENERAL CONDITIONS FOR
SUPPLY OF PLANT AND MACHINERY FOR EXPORT, NUMBER 188”, DIE GEPUBLICEERD ZIJN
ONDER AUSPICIEN OF DE UNITED NATIONS ECONOMIC COMMISSION FOR EUROPE.
REGISTRATIE KAART
Voor uw eigen informatie, vul onderstaande tabel in:
Serienummer machine
Dealer naam
Datum van aankoop
Opmerkingen
3
! VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN !
Fig. 1
De Turf-Stripper is ontworpen voor een veilig
gebruik. Dit kan alleen als de in deze handleiding
beschreven veiligheidsinstructies volledig worden
opgevolgd.
Lees en begrijp (Fig. 1) de handleiding voordat u
begint met het gebruiken van de Turf-Stripper.
Als de machine niet wordt gebruikt zoals in de
handleiding beschreven kan er letselgevaar
ontstaan en/of schade aan de Turf-Stripper.
1. Bij het gebruik van de machine dient de gebruiker deskundig te zijn en de machine
deskundig te hebben afgesteld op de te bewerken ondergrond.
Voor ondeskundig gebruik en hieruit voortvloeiende schade aanvaardt de fabrikant
geen enkele verantwoordelijkheid; alle daarbij optredende risico’s zijn volkomen voor
rekening van de gebruiker.
Tot deskundig gebruik wordt ook gerekend het op tijd en juist uitvoeren van de door
de fabrikant voorgeschreven gebruiks-, onderhouds- en reparatieaanwijzigen.
Inspecteer alvorens de Turf-Stripper te gebruiken het te behandelen gebied.
Verwijder losse obstakels en vermijdt onregelmatigheden.
2. De Turf-Stripper is vervaardigd volgens de laatste technische inzichten en veilig te
gebruiken.
Wanneer de machine door ondeskundige personen wordt gebruikt, onderhouden of
gerepareerd kan letselgevaar ontstaan voor zowel de gebruiker als voor derden. Dit
moet vermeden worden!
Gebruik de Turf-Stripper altijd in combinatie met de juiste tractor als omschreven in
de technische gegevens.
3. Alle personen die door de eigenaar met de bediening, het onderhoud of de reparatie
van de Turf-Stripper zijn aangewezen moeten de bedieningshandleiding en met
name het hoofdstuk Veiligheidsvoorschriften gelezen en volledig begrepen
hebben.
De gebruiker is verantwoordelijk voor een veilige Tractor/ Turf-Stripper
combinatie. Dit geheel moet getest worden op geluid, veiligheid, risico en
gebruiksgemak. Ook dienen gebruikersinstructies opgemaakt te worden.
4. De gebruiker is verplicht om, voordat hij/ zij de Turf-Stripper in gebruik neemt, deze
op zichtbare schades en defecten te controleren.
Veranderingen aan de Turf-Stripper (inclusief de werking) die de veiligheid nadelig
beïnvloeden, moeten onmiddellijk worden verholpen.
Het aanbrengen van wijzigingen of aanvullingen op de Turf-Stripper (met uitzondering
van de door de fabrikant goedgekeurde) zijn uit veiligheidsoverwegingen in principe
niet toegestaan.
4
Indien er modificaties aan de Turf-Stripper zijn aangebracht dan vervalt de huidige
CE-markering en dient degene die deze modificaties aangebracht heeft zelf te zorgen
voor een nieuwe CE-markering.
Controleer voor elke ingebruikname de Turf-Stripper op loszittende bouten/ moeren/
onderd elen.
Indien aanwezig controleer de hydraulische slangen regelmatig en vervang deze
wanneer deze beschadigd zijn of verouderingsverschijnselen vertonen. De
vervangende slangen moeten voldoen aan de technische eisen van de fabrikant.
Indien aanwezig moet de hydraulische installatie, voordat daaraan werkzaamheden
worden verricht, altijd drukloos worden gemaakt.
Bij afwezigheid van veiligheidsstickers mag de Turf-Stripper NOOIT gebruikt worden.
Kruip NOOIT onder de Turf-Stripper.
Indien noodzakelijk kantel de Turf-Stripper.
Stap NOOIT van de tractor als de motor nog draait.
Bij onderhoud, afstellen en reparaties is het noodzakelijk de Turf-Stripper te
blokkeren tegen zakken/ wegrijden/ wegschuiven.
Bij onderhoud, afstellen en reparaties altijd de tractormotor uitschakelen en de
tractorsleutel uit het contact halen en PTO ontkoppelen. (Fig.2)
Gebruik voor onderhoud of reparaties uitsluitend originele Turf-Stripper
onderdelen in verband met de veiligheid van de machine en gebruiker.
Reparatiewerkzaamheden aan de Turf-Stripper mogen uitsluitend door geautoriseerd
technisch personeel worden uitgevoerd.
Houdt een overzicht van reparaties bij.
5. Naast de aanwijzingen in deze gebruikshandleiding moeten ook de algemene
geldende veiligheids- en ARBO-voorschriften worden opgevolgd.
Bij gebruik op de openbare weg zijn ook de betreffende voorschriften van het
verkeersreglement van toepassing.
Het vervoer van personen is niet toegestaan!
Gebruik de Turf-Stripper niet in de duisternis, bij hevige regen/ storm of hellingen met
een hoek groter dan 20 graden.
5
6. Voor het begin van de werkzaamheden moeten alle personen die de Turf-Stripper
gaan bedienen bekend zijn met alle functies en bedieningselementen ervan.
Koppel de Turf-Stripper volgens de voorschriften aan het trekkende voertuig.
(Gevaar voor letsel!)
Controleer voordat u vertrekt of u zowel dichtbij als veraf goed zicht heeft.
Aan weerszijden van de Turf-Stripper zijn veiligheidsstickers (Fig. 2,3,4) en bij de
achterkap (Fig.5,6) aanwezig met een gelijkluidende betekenis. Deze veiligheidsstickers
moeten altijd goed zichtbaar en leesbaar zijn en moeten, wanneer deze beschadigd
zijn, worden vervangen.
Tijdens bedrijf mogen er GEEN personen zonder de juiste persoonlijke
beschermingsmiddelen in het gevarengebied van de Turf-Stripper aanwezig zijn,
omdat daar gevaar bestaat voor lichamelijk letsel door opspattend materiaal (Fig. 3).
Fig. 3
Fig. 4
Houdt minimaal 4 meter afstand! (Fig. 4)
De achterkap dient altijd gesloten en zonder beschadigingen te zijn tijdens het in
bedrijf zijn van de machine! (Fig. 5)
Pas op voor beklemming van lichaamsdelen! (Fig. 6)
Fig. 5
Fig. 6
Let op het toegestane hefvermogen van het trekkende voertuig.
Wees doelmatig gekleed. Draag stevige schoenen met stalen neus, een lange broek,
lang haar opgebonden en geen losse kledingstukken.
Gebruik de juiste persoonlijke beschermingsmiddelen volgens de geldende ARBO-
en veiligheidsvoorschriften.
6
(7) Plaatsing Turf-Stripper 2000 veiligheidsstickers. (Fig. 7)
Afgewerkte olie/vet is schadelijk voor het milieu; voer deze af volgens de ter
plaatse geldende voorschriften.
Fig. 7
7
EU-VERKLARING
Wij, Redexim BV
Utrechtseweg 127
3702 AC Zeist, Holland
verklaren geheel onder eigen verantwoordelijkheid dat het product:
TURF-STRIPPER MET MACHINE NUMMER ALS AANGEGEVEN OP DE MACHINE EN IN
DEZE HANDLEIDING,
Waarop deze verklaring betrekking heeft, in overeenstemming is met de bepaling van de
machine richtlijn 2006/42/EG en in overstemming is met de normen: NEN-EN-ISO 12100 :
2010 NEN-EN-ISO 13857 : 2008
Zeist, 28-7-2014
A.C. Bos
Manager Operations & Logistics
Redexim Holland
8
INHOUDSOPGAVE
GARANTIE BEPALINGEN ........................................................................................ 2
REGISTRATIE KAART .............................................................................................. 2
! VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN ! ................................................................ 3
EU-VERKLARING ...................................................................................................... 7
1.0 TECHNISCHE GEGEVENS ............................................................................ 9
2.0 ALGEMENE BESCHRIJVING ......................................................................... 9
3.0 EERSTE INSTALLATIE, DE MACHINE VAN DE PALLET HALEN ..............10
4.0 AANKOPPELEN AAN DE TRACTOR ...........................................................11
5.0 DE AFTAKAS .................................................................................................12
5.1 LENGTE VAN DE AFTAKAS .........................................................................12
5.2 GEBRUIK VAN DE AFTAKAS .......................................................................13
6.0 MONTEREN VAN DE FREESMESSEN .........................................................13
7.0 WERKDIEPTE VERSTELLING ......................................................................14
8.0 TRANSPORT VAN DE TURF-STRIPPER .....................................................15
9.0 DE RIJSNELHEID ..........................................................................................15
10.0 HET GEBRUIK VAN DE TURF-STRIPPER ...................................................15
11.0 START/STOP PROCEDURE .........................................................................16
12.0 HET AFKOPPELEN VAN DE TURF-STRIPPER ...........................................17
13.0 PROBLEEM ANALYSE .................................................................................18
14.0 ONDERHOUD ................................................................................................19
14.1 SMEERPUNTEN ............................................................................................20
14.2 V-SNAAR SPANNING VERSTELLEN ...........................................................21
14.3 TRANSPORTBAND SPANNING VERSTELLEN ...........................................22
15.0 OPTIES: VERTICUTEERMESSEN (ROTOR 488.556.214) ...........................23
15.1 OPTIES: VERTICUTEERMESSEN (ROTOR 488.556.211) ...........................26
9
1.0 TECHNISCHE GEGEVENS
2000
Werkbreedte
2,0m (79”)
Werkdiepte
Tot 50mm (2”)
Afvoerhoogte
Tot 1670mm
Werksnelheid
Afhankelijk van omstandigheden en gewenst resultaat met een
maximale snelheid van 3km/h (1.8mph).
Gewicht Kg
1319 Kg (2908lbs)
Driepunts aansluiting
Cat 2
Gebruikte olie
tandwielkast
SAE 140
Gebruikt smeervet
voor rollagers
EP2
Aanbevolen tractor
40 - 50 HP
Minimale lift capaciteit
tractor 610mm (24”)
vanaf de hefkogels
1650 kg ( 3640lbs)
Hydraulische
aansluitingen tractor
2x dubbelwerkend ventiel
PTO toerental
540 RPM
Standaard items
PTO
Frees messen
Opties
Verticuteer messen
2.0 ALGEMENE BESCHRIJVING
De Turf-Stripper is een bewerkingsmachine voor het affrezen of verticuteren en hierbij
afvoeren van het weggenomen materiaal.
10
3.0 EERSTE INSTALLATIE, DE MACHINE VAN DE PALLET
HALEN
De machine staat verticaal op de pallet. Om de pallet te verwijderen en de machine
horizontaal op de grond te krijgen, handel als volgt (zie Fig.8):
!! KRUIP NOOIT ONDER DE MACHINE !!
1. Bevestig een kabel aan de hefpunten (Aan beide zijdes van de machine).
Verzeker u ervan dat de kabel/kraan/lift minimaal 2 x het gewicht van de
machine kan heffen. (Voor het gewicht zie hoofdstuk 1.0 technische gegevens)
2. Til de machine met de pallet ongeveer 50 mm (2”) van de grond.
3. Verwijder de pallet door de 3-punts-pennen te verwijderen.
!! Kruip niet onder de machine !!
4. Laat de machine langzaam zakken tot de machine de grond raakt.
!! Pas op de machine kan gevaarlijk heen en weer bewegen !!
5. !! Verwijder de transport bracket 1!!
6. Koppel de machine aan een tractor. (Zie hoofdstuk 4.0 aankoppelen aan de tractor)
Gebruik de juiste tractor; zie de specificaties.
Zet de tractor uit en zeker de tractor/Turf-Stripper combinatie tegen
wegrijden/wegglijden
TS 2000 Fig. 8
11
4.0 AANKOPPELEN AAN DE TRACTOR
Controleprocedure alvorens te beginnen met het aankoppelen van de Turf-Stripper.
Controleer de Turf-Stripper op visueel waarneembare beschadigingen en
repareer deze indien een veilige werking van de machine niet meer
gewaarborgd is.
Controleer of alle moeren en bouten vastzitten.
Controleer of alle veiligheidsstickers aanwezig zijn op de machine en
onbeschadigd zijn.
Zonder mag de machine NOOIT gebruikt worden.
Fig. 9
De Turf-Stripper kan aan de tractor gekoppeld worden door middel van de 3-punts
bevestiging.
De methode is als volgt: (Fig 9.)
1. Verwijder de 3-puntspennen 1 en 2.
2. Rijdt de tractor voorzichtig achteruit, zodat de lage verbindingsarmen aan het frame
te verbinden zijn.
!! Verzeker u ervan dat de tractor goed geblokkeerd staat en zich niet uit
eigen beweging kan verplaatsen !!
!! Schakel de tractor uit alvorens ervan af te stappen !!
3. Verbindt de lage verbindingsarmen met de 3-punts verbindingsplaten pennen 1 en
borg deze met de bijgeleverde zekeringspennen.
4. Stel de stabilisator van de tractor in op 100 mm zijdelingse slag
5. Verbindt de topstang 3 met pen 2 aan het frame; borg pen 2 met de bijgeleverde
zekeringspen.
!! Gebruik de float stand 4 voor terreinvolging bij bewerking en de vaste
stand 5 voor transport!!
!! Verzeker u ervan dat alle bevestigingspennen geborgd zijn!!
6. Draai de topstang 3 in totdat de Turf-Stripper horizontaal staat met de ondergrond.
7. Verbind de aftakas aan de Turf-Stripper.
8. Verbind de hydraulische slangen van de Turf-Stripper aan de tractor.
9. Start de tractor en hef de Turf-Stripper van de ondergrond.
12
5.0 DE AFTAKAS
De aftakas is een zeer belangrijk onderdeel. Het zorgt voor de aandrijving vanaf de tractor en zorgt,
indien op de juiste wijze onderhouden en geïnstalleerd, voor een veilig gebruik van de machine. De
aftakas heeft een eigen CE-certificering. Lees de aftakas handleiding; deze bevindt zich op de
aftakas zelf.
Fig. 10
5.1 LENGTE VAN DE AFTAKAS
De lengte van de aftakas is zeer belangrijk. Wanneer deze te lang is kan de aandrijving van
de tractor en/of Turf-Stripper beschadigd raken. Wanneer de overlappende lengte van de
kokers op enig moment lager wordt dan 150 mm (6”) kan de aftakas beschadigd raken.
De lengte verandert wanneer de machine opgetild wordt of wanneer een
andere tractor wordt gebruikt.
Om de aftakas op de juiste lengte te brengen, wanneer nieuw aangeschaft of bij gebruik van
een andere tractor, ga als volgt te werk: (zie Fig.10)
1. Meet de afstand tussen de PTO aansluiting van de tractor en die van de Turf-Stripper,
van groef tot groef, wanneer de machine in de juiste hoek op de grond staat en aan de
tractor is bevestigd.
2. Meet de afstand B van de PTO in zijn kortste stand van vergendelingspen tot
vergrendelingsbout.
3. Splits de PTO in twee delen en verwijder de beschermingskap van beide uiteinden.
4. Zowel de uiteinden van de kokers als van de veiligheidskappen moeten korter gemaakt
worden: (B-A) + 75 mm (3”).
5. Braam alle onderdelen af, gebruik wat vet en zet alle onderdelen in elkaar.
6. Monteer de PTO aan de Turf-Stripper zijde.
7. Bevestig het andere uiteinde van de PTO aan de tractor.
8. Controleer de overlap van de kokers.
Gebruik de machine nooit met een beschadigde PTO beschermkap.
Vervang deze eerst!
13
5.2 GEBRUIK VAN DE AFTAKAS
Voor een juist gebruik van de PTO moeten de volgende items worden gecontroleerd:
1. Tijdens het werk mag de hoek van de draaipunten van de PTO nooit groter zijn dan 30
graden.
2. De draaipunten van de PTO op de tractor en machine moeten altijd in lijn zijn.
3. De overlap van de kokers moet altijd minimaal 150 mm zijn.
4. Gebruik de machine nooit met een beschadigde PTO beschermkap.
5. Voor smeren, zie hoofdstuk onderhoud.
6.0 MONTEREN VAN DE FREESMESSEN
Bij de montage van de freesmessen is het voor een juiste overlap te verkrijgen noodzakelijk
de messen links of rechts wijzend te monteren.
Om de juiste stand te verduidelijken is er bij enkele platen een “Notch” gesneden. Dit
betekend dan dat het mes naar de linker kant van de machine moet wijzen.
Indien er geen “Notch” aanwezig is op de plaat moet de mes nar de rechterkant van de
machine wijzen.
Belangrijk zorg dat de messen ondersteund worden door de plaat waarop deze
gemonteerd wordt.
(Zie Fig. 10a)
Fig. 10a
14
7.0 WERKDIEPTE VERSTELLING
Fig.11
De werkdiepte wordt versteld door het verstellen van de voor- en de achterrol.
Voor de freesbewerking moet de achterrol anders worden ingesteld dan bij de
verticuteerbewerking.
Frezen:
1. Stel de achterste spindels 2 af op de frees positie (Frase pos.), gebruik hiervoor de
indicator (Zie fig.11) en blokkeer deze door de contramoer aan te draaien.
2. Verstel de voorste spindels 1 aan beide zijdes van de machine tot de gewenste
werkdiepte is bereikt.
3. Controleer de werkdiepte door de machine een paar meter te laten werken.
Indien nodig stel de werkdiepte bij.
Verticuteren:
1. Stel de achterste spindels 2 af op de verticuteer positie (Scarify pos.) , gebruik
hiervoor de indicator (Zie fig.11) en blokkeer deze door de contramoer aan te
draaien.
2. Verstel de voorste spindels 1 aan beide zijdes van de machine tot de gewenste
werkdiepte is bereikt.
3. Controleer de werkdiepte door de machine een paar meter te laten werken.
Indien nodig stel de werkdiepte bij.
Als de transportband uitgeklapt is verschuift het gewicht van de machine naar deze
zijde. Mede door de extra massa van het af te voeren materiaal kan aan deze kant
meer materiaal weggenomen worden, dit kan men compenseren door aan deze zijde
de machine iets ondieper te stellen door spindels 1 en 2 te verdraaien.
15
8.0 TRANSPORT VAN DE TURF-STRIPPER
De gebruiker is verantwoordelijk voor het transport van de Turf-Stripper achter de tractor
over de openbare wegen. Ga de nationale wetgeving na betreffende de regelgeving.
Over open velden, de machine geheven, mag maximaal met een snelheid van 12 km/uur (8
mph) worden gereden indien de omstandigheden dit toelaten, vanwege het gewicht van de
Turf-Stripper.
Een hogere snelheid kan gevaarlijk zijn voor de bestuurder/omstanders en kan zelfs de
machine beschadigen.
Zorg ervoor dat de bovenste topstang aangekoppeld en op spanning gezet
is in de transportstand (stand 5)! Zie hoofdstuk 4.0 fig. 9
Indien dit niet gebeurd is kan er serieuze schade ontstaan aan de machine.
!! Let op, de transportband moet opgeklapt zijn!
Wanneer de machine van de grond geheven is moet minimaal 20% van het
gewicht van de tractor op de vooras steunen.
9.0 DE RIJSNELHEID
De rijsnelheid afhankelijk van de omstandigheden en het gewenste resultaat met een
maximale snelheid van 3 km/h (1.8 mph)
Sneller is niet aanbevolen i.v.m. overmatige slijtage en beschadigingen die kunnen ontstaan
aan de machine en de te bewerken ondergrond
10.0 HET GEBRUIK VAN DE TURF-STRIPPER
Voordat de Turf-Stripper op een plaats gebruikt kan gaan worden, dient men het volgende na
te gaan:
1. Zijn er losse objecten aanwezig op het veld? Verwijder deze eerst.
2. Zijn er hellingen? De maximale helling waarop gewerkt mag worden met deze
machine is 20 graden.
3. Werk altijd van boven naar beneden.
4. Is er gevaar voor rondvliegende objecten als bijvoorbeeld ballen, die de aandacht
van de bestuurder afleiden? Zo ja, de Turf-Stripper kan NIET gebruikt worden.
5. Is er gevaar voor wegzakken, wegglijden? Zo ja, stel de bewerking uit totdat de
omstandigheden beter zijn.
6. Zitten er harde objecten in de grond? Zo ja, gebruik de Turf-Stripper op een lage aftakas
snelheid en pas eventueel de werkdiepte aan.
7. Wanneer de bodem zeer nat is, stel de werkzaamheden uit totdat de omstandigheden
beter zijn.
16
11.0 START/STOP PROCEDURE
De start procedure is ZEER belangrijk. Als deze procedure niet wordt uitgevoerd als hieronder is
beschreven, kunnen er serieuze beschadigingen aan de machine ontstaan.
De start procedure is als volgt:
1. Controleer de Turf-Stripper goed op loszittende onderdelen en kijk of alle onderdelen goed
functioneren.
!! Indien er losse onderdelen zijn geconstateerd of onderdelen niet goed werken
dan dienen de problemen eerst verholpen te worden alvorens de Turf-Stripper te
gebruiken !!
2. Rij naar de plek waar de bewerking moet plaatsvinden.
!! Let op, de transportband moet opgeklapt zijn!
3. Laat de turfstripper langzaam op de grond zakken.
4. Klap de transportband uit door de hydraulische uitgang van de tractor te activeren.
!! Verzeker u ervan dat de tractor goed geblokkeerd staat en zich niet uit eigen
beweging kan verplaatsen !!
!! Schakel de tractor uit alvorens ervan af te stappen !!
5. Stel de werkdiepte af zoals beschreven in hoofdstuk 7.0
6. Indien gewenst kan de topstang geplaatst worden in de terreinvolgende stand in sleufgat 4 (Zie
hoofdstuk 4.0 fig.9)
7. Hef de Turf Stripper iets op zodat de messen de ondergrond net niet meer raken en schakel de
tractor in de juiste versnelling.
8. Activeer de hydraulische uitgang van de tractor om de transportbanden te laten draaien.
9. Zet de tractor motor op ca. 1200 omw/min. en schakel de aftakas in.
10. Laat de machine rustig zakken tot de volledige werkdiepte is bereikt.
11. Rij nu vooruit en voer het toerental op tot het aftakas toerental van 540 omw/min is bereikt.
12. Voor de eerste baan:
Controleer of de juiste werkdiepte is bereikt; indien nodig stel de werkdiepte bij zoals beschreven
in hoofdstuk 7.0
Stoppen geschiedt als volgt:
1. Verlaag het motor toerental tot ca. 1200 omw/min.
2. Hef de machine iets uit de grond.
3. Schakel de aftakas uit zodra de messen de ondergrond niet meer raken.
4. Sluit de hydraulische uitgang van de tractor voor de aandrijving van de transportbanden.
5. Klap de transportband in door de hydraulische uitgang van de tractor te activeren.
6. Hef de machine verder omhoog.
7. Ga naar de volgende plaats en begin opnieuw als beschreven.
17
12.0 HET AFKOPPELEN VAN DE TURF-STRIPPER
Fig. 12
De machine kan van de tractor losgekoppeld worden op de volgende manier (Zie Fig. 12):
1. Rij de Turf-Stripper naar een stalplek met een stabiele/vlakke ondergrond.
!! Verzeker u ervan dat de tractor goed geblokkeerd staat en zich niet uit eigen
beweging kan verplaatsen !!
!! Schakel de tractor uit alvorens ervan af te stappen !!
!! Let op, de transportband moet opgeklapt zijn!
2. Stel de hoogte van de rollen zo in dat de messen vrij staan van de ondergrond (zie hoofdstuk
6.0)
3. Laat de machine op de grond zakken.
4. Zorg er voor dat de machine niet kan wegrollen door de achterrol te blokkeren.
5. Verwijder de hydraulische slangen.
6. Verwijder de topstang 3.
7. Neem de aftakas los aan de tractor-zijde.
8. Ontkoppel de onderarmen van de tractor.
!! Wees ervan verzekerd dat de Turf-Stripper stabiel staat en niet kan
wegrollen/glijden!!
9. Start de tractor en rij deze weg.
18
13.0 PROBLEEM ANALYSE
Probleem
Mogelijke Oorzaak
Oplossing
Machine vibreert.
-Obstakel tussen de
messen.
-Versleten of gebroken
messen.
-Rotor is uit balans.
-Verwijder obstakel.
-Vervang door nieuwe
messen.
-Balanceer de rotor
Werkdiepte wordt niet bereikt.
-Werkdiepte niet goed
afgesteld.
-Ondergrond te hard.
-Rijsnelheid te hoog.
-Stel de werkdiepte juist af.
-Verlaag de rijsnelheid of doe
meerdere passes.
-Verlaag rijsnelheid.
Te grove bewerking van de
grond.
-Rijsnelheid te hoog.
-Ondergrond te nat.
-Verlaag de rijsnelheid.
-Wacht op betere omstandig-
heden.
Rotor geblokkeerd.
-Ondergrond te nat.
-Obstakel tussen messen.
-Rijsnelheid te hoog.
-Teveel begroeiing.
-Wacht op betere omstandig-
heden.
-Verwijder obstakel.
-Verlaag de rijsnelheid.
-Maai de begroeting.
Rotor draait niet
-De v-snaren die de rotor
aandrijven slippen.
-Machine staat te diep
afgesteld.
-Span de v-snaren.
-Stel de machine ondieper af.
Transportband kan af te
voeren materiaal niet aan.
-Rijsnelheid te hoog.
-Transportband draait te
langzaam.
-Werkdiepte te diep.
-Verlaag rijsnelheid.
-Verhoog olieflow van de
tractor.
-Verlaag werkdiepte.
19
14.0 ONDERHOUD
Tijdpad
Controlepunt/ Smeerpunt
Methode
Voor elke ingebruikname
-Controleer op loszittende
bouten / moeren.
-Controleer het oliepeil in de
tandwielkast.
-Aanwezigheid en Leesbaarheid
van de veiligheidsstickers.
-Loshangende delen rond PTO.
-Controleer op hydraulische
defecten.
-Controleer de transportbanden
op scheuren/defecten.
-Draai de loszittende
bouten/moeren vast met het
juiste moment.
-Gebruik SAE 140
-Vervang deze indien niet
aanwezig/beschadigd.
-Zet de onderdelen vast zodat
ze niet in de buurt van de PTO
kunnen komen.
-Repareer of vervang indien
nodig.
-Repareer of vervang indien
nodig.
Na elke ingebruikname
- Reinig de machine.
- Smeer de rotorlagers.
- Pas op voor de lagers
indien er gebruik wordt
gemaakt van een
hogedrukspuit.
- 1 shot EP2 (Zie fig.13)
Na eerste 20 werkuren
(nieuw of gerepareerd)
-Smeer PTO, rollagers
-Controleer op loszittende
bouten / moeren.
-Controleer het oliepeil in de
tandwielkast.
-Controleer de tandwiel kast op
olie-lekkage.
-Loshangende delen rond PTO.
-Controleer de v-snaarspanning.
-Gebruik EP 2 smeervet.
-Draai de loszittende
bouten/moeren vast met het
juiste moment.
-Gebruik SAE 140
-Repareer de
lekkages/beschadigingen.
vervang seals /
afdichtingspasta.
-Zet de onderdelen vast zodat
ze niet in de buurt van de PTO
kunnen komen.
-Indien nodig stel bij, zie
hoofdstuk 13.2
elke 50 werkuren
-Smeer PTO, lagers machine
-Controleer op loszittende
bouten / moeren.
-Controleer het oliepeil in de
tandwielkast, deze moet tot de
helft van het peilglas staan.
-Contoleer de tandwiel kast op
olie lekkage.
-Loshangende delen rond PTO.
-Controleer de v-snaarspanning.
-Gebruik EP 2 smeervet. (Zie
fig.13)
-Draai de loszittende
bouten/moeren vast met het
juiste moment.
-Gebruik SAE 140
-Repareer de
lekkages/beschadigingen.
vervang seals /
afdichtingpasta.
-Zet de onderdelen vast zodat
ze niet in de buurt van de PTO
kunnen komen.
-Indien nodig stel bij, zie
hoofdstuk 13.2
Na elke 500 werkuren
-Ververs de olie in de
tandwielkast.
-Gebruik SAE 140.
20
14.1 SMEERPUNTEN
Fig. 13
21
14.2 V-SNAAR SPANNING VERSTELLEN
Fig. 14
De Turf-Stripper is standaard uitgerust met een verstelbare aandrijfschijf die de V-snaren
onder spanning houdt.
Naar gelang de machine gebruikt wordt ontstaat er slijtage aan de aandrijflijn.
Hierbij kan het voorkomen dat de V-snaren gaan slippen en nagespannen moeten worden.
Het naspannen gaat als volgt (Zie Fig. 14):
!! Verzeker u ervan dat de Turf-Stripper goed geblokkeerd staat en zich
niet uit eigen beweging kan verplaatsen !!
!! Verzeker u ervan dat de aftakas van de Turf-Stripper afgekoppeld is!!
1. Verwijder de veiligheidskap 1.
2. Controleer de V-snaar spanning door op punt A met een spanning van 7.5Kg
(16.5lbs) te duwen. De indrukking moet dan 12.4 mm (0.5”) bedragen. (Per snaar).
Indien de spanning correct is ga naar punt 8, indien de spanning bijgesteld moet
worden ga naar punt 3.
3. Maak contramoer 3 los.
4. Maak moeren 2 een slag los zodat de spaninrichting kan roteren. (Beide zijdes
lagerbrug)
5. Verstel moer 3 en stel hiermee de spanning van V-snaren af.
6. Draai contramoer 3 vast.
7. Draai moeren 2 vast. (Beide zijdes lagerbrug)
8. Plaats veiligheidskap 1.
22
14.3 TRANSPORTBAND SPANNING VERSTELLEN
Fig. 15
Zodra de transportband na een bepaalde tijd of na montage begint te slippen of zich
zijwaarts begint te verplaatsen, gebruik dan onderstaande beschrijving om de band op te
spannen: (Zie fig. 1)
1. Controleer of de rollen en de binnenzijde van de transportband schoon zijn. Maak de
delen indien nodig schoon.
2. Ontspan de riem aan beide zijden en plaats op beide zijden van de band twee
markeringen op een afstand van 1000mm van elkaar.
3. Verstel de spanners (2+3) aan beide zijden totdat de afstand tussen de markeringen is
toegenomen tot 1004mm. Verstel beide zijden evenwijdig aan elkaar en in kleine
stappen.
4. Draai de transportband langzaam rond zodat de band zich kan zetten en eventuele
beschadigingen tijdig voorkomen kunnen worden.
5. Als de band blijft slippen dienen de spanners versteld te worden totdat de markeringen
een maximale onderlinge afstand hebben van 1010mm.
6. Als de transportband teveel naar links uitwijkt tijdens het draaien, dan dient de linker
spanner (2) verder opgesteld te worden. Als de transportband teveel naar rechts uitwijkt
tijdens het draaien, dan dient de rechter spanner (2) verder opgesteld te worden. Voer
het opspannen in kleine stappen uit.
7. Na elke verstelling dient de transportband minstens 10 rondgangen te maken om zichzelf
te kunnen zetten. Ga hierna pas verder met de volgende verstelling.
8. Als de band naar behoren werkt dient te worden gecontroleerd of de spanners geborgd
zijn tegen losdraaien.
23
15.0 OPTIES: VERTICUTEERMESSEN (ROTOR 488.556.214)
De Turf-Stipper 2000 is standaard uitgevoerd met freesmessen, maar kan desgewenst ook
worden uitgevoerd met verticuteermessen voor het verticuteren van de ondergrond.
De afstand tussen de messen is te verdelen in 4 afstanden, namelijk 25mm (1”), 50 mm (2”),
75mm (3”) en 100mm (4”).
Voor aantallen, bestelinformatie en identificatie rotor zie het onderdeelhandboek.
Hoe deze verdeling is wordt weergegeven in de volgende tabellen.
Fig. 16
24
Om onbalans te voorkomen wordt er bij de afstanden 50mm (2”), 75mm (3”) en 100mm (4”)
op sommige platen een balansgewicht aangebracht aangegeven met “W
Messen worden aangegeven met “S”
Als er een geen aanduiding in de tabel staat weergegeven betekend dit dat er op deze
positie niets gemonteerd wordt.
Rij 1 waarmee begonnen wordt in de tabel is de rij die het dichts tegen de linker
zijplaat aanligt (30mm (1.2”). Vanaf dit punt doortellen zoals aangegeven in
afbeelding 15
Vergeet de balansgewichten niet zonder kan er een onbalans in de machine
onstaan wat schade aan het veld en machine kan veroorzaken.
Mesafstand: 25mm (1”) Alle platen uitvoeren met messen.
Mesafstand: 50mm (2”)
Plate
Row
1
2
3
4
5
6
7
1
S
S
S
S
S
S
S
2
W
W
W
W
W
W
3
W
W
W
W
W
W
4
W
W
W
W
W
W
W
5
W
W
W
W
W
W
6
W
W
W
W
W
W
7
W
W
W
W
W
W
W
8
S
S
S
S
S
S
9
S
S
S
S
S
S
10
S
S
S
S
S
S
S
11
S
S
S
S
S
S
12
S
S
S
S
S
S
Totaal: 38 Messen 353.303.128
38 Balansgewichten 353.306.073
25
Mesafstand: 75mm (3”)
Plate →
Row ↓
1
2
3
4
5
6
7
1
S
S
S
S
S
S
S
2
S
S
S
S
S
S
3
W
W
W
W
W
W
4
5
6
7
S
S
S
S
S
S
S
8
W
W
W
W
W
W
9
S
S
S
S
S
S
10
11
12
Totaal: 26 Messen 353.303.128
12 Balansgewichten 353.306.073
Mesafstand: 100mm (4”)
Plate →
Row ↓
1
2
3
4
5
6
7
1
S
S
S
S
S
S
S
2
3
4
5
W
W
W
W
W
W
6
W
W
W
W
W
W
7
W
W
W
W
W
W
W
8
9
10
11
S
S
S
S
S
S
12
S
S
S
S
S
S
Totaal: 19 Messen 353.303.128
19 Balansgewichten 353.306.073
26
15.1 OPTIES: VERTICUTEERMESSEN (ROTOR 488.556.211)
De Turf-Stipper is standaard uitgevoerd met freesmessen, maar kan desgewenst ook
worden uitgevoerd met verticuteermessen voor het verticuteren van de ondergrond.
Door de messen op bepaalde posities te plaatsen kan de sleufafstand gevarieerd worden
naar de volgende maten Turf-Stripper 2000 (zie Fig.16)
Fig.17
Voor aantallen van de messen en balansgewichten en identificatie rotor zie het
onderdeelhandboek achterin deze handleiding.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26

Redexim Turf-Stripper 2000 de handleiding

Type
de handleiding