v
Voor uw veiligheid
• Controleer of de polen van de bat-
terijen (C en D) goed zijn.
• Gebruik niet gelijkertijd nieuwe en
gebruikte batterijen. Gebruik niet
gelijkertijd opgeladen en ontladen
batterijen.
• Gebruik niet gelijkertijd verschil-
lende merken batterijen.
• Als u de camera voor langere tijd
niet gebruikt, verwijdert u de bat-
terij uit de camera. Houd er re-
kening mee als de camera wordt
bewaard zonder batterijen, dat de
tijd- en de datuminstellingen wor-
den gewist.
• De batterijen voelen net na ge-
bruik warm aan. Schakel voordat u
de batterijen verwijdert, de camera
uit en wacht tot de batterijen zijn
afgekoeld.
• Omdat de batterijen niet goed
werken in koude omstandigheden
of op koude locaties, kunt u de bat-
terijen in uw kleding verwarmen
voordat u deze gebruikt. Batterijen
werken niet goed als deze koud
zijn. De batterijen werken weer als
een normale temperatuur is be-
reikt.
• Vuil (zoals vingerafdrukken) op de
batterijpolen verhindert dat de
batterij goed kan worden opgela-
den en het aantal opnamen wordt
hierdoor verminderd. Maak de
batterijpolen voorzichtig met een
droge, zachte doek schoon voor-
dat u deze oplaadt.
Als er vloeistof lekt uit de batte-
rij, maakt u het batterijcomparti-
ment grondig schoon en plaatst
u daarna nieuwe batterijen.
Als batterijvloeistof op uw
handen of kleding komt, rei-
nigt u deze grondig met wa-
ter. Batterijvloeistof kan blind-
heid veroorzaken wanneer dit
in uw ogen komt. Wrijf niet in
uw ogen wanneer dit gebeurt.
Spoel uw ogen met schoon
water en neem contact op
met een arts.
■ De AA Ni-MH-batterijen juist gebrui-
ken
•
Ni-MH-batterijen die een lange tijd
niet worden gebruikt kunnen wor-
den “uitgeschakeld”. Bovendien
kunnen Ni-MH-batterijen die her-
haaldelijk worden opgeladen als
deze slechts gedeeltelijk zijn ont-
laden, last hebben van het “geheu-
gene ect”. Ni-MH-batterijen die
zijn “uitgeschakeld” of last hebben
van het “geheugene ect” leveren
na opladen slecht gedurende een
korte tijd voeding. Om dit pro-
bleem te voorkomen, ontlaadt en
laadt u deze verschillende keren
met de camerafunctie “Oplaadbare
batterijen ontladen”. Uitschakelen
en geheugenproblemen zijn type-
rend voor Ni-MH-batterijen en dit
betekent niet dat de batterij defect
is. Raadpleeg de Gebruiksaanwij-
zing procedure voor het “Oplaad-
bare batterijen ontladen”.
OPGEPAST
Gebruik de functie “Oplaadbare bat-
terijen ontladen” niet als u alkaline-
batterijen gebruikt.
• Gebruik de snelle batterijlader (af-
zonderlijk verkrijgbaar) wanneer u
Ni-MH-batterijen gebruikt. Raad-
pleeg de instructies die bij de lader
zijn geleverd zodat u de lader goed
gebruikt.
• Gebruik de batterijlader niet om
andere batterijen op te laden.
• De batterijen voelen warm aan na-
dat deze zijn opgeladen.
• De camera gebruikt een kleine
hoeveelheid voeding als de ca-
mera is uitgeschakeld. Houd er
rekening mee dat wanneer u de
Ni-MH-batterijen een lange tijd in
de camera laat zitten, de batterijen
te veel worden ontladen. Hierdoor
worden ze zelfs na opnieuw opla-
den, onbruikbaar.
• Ni-MH-batterijen ontladen auto-
matisch, zelfs als deze niet worden
gebruikt. Hierdoor kan de ge-
bruiksduur worden verkort.
• Ni-MH-batterijen slijten snel als
deze te veel worden ontladen
(bijvoorbeeld wanneer u deze bat-
terijen in een zaklamp gebruikt).
Ontlaad de batterijen met de ca-
merafunctie “Discharging rechar-
geable batteries” (oplaadbare bat-
terijen ontladen).
• Ni-MH-batterijen hebben een be-
perkte levensduur. Wanneer een
batterij slechts een korte tijd kan
worden gebruikt na herhaaldelijke
ontladen en opladen, kan dit bete-
kenen dat de batterij niet meer kan
worden gebruikt.
■ Batterijen weggooien
OPGEPAST: Gooi batterijen weg con-
form de plaatselijke regelgeving.
3
Opmerkingen voor beide modellen
(
1
,
2
)
■ N
etstroomadapter
Gebruik altijd de netstroomadapter
voor uw camera. Het gebruik van
een netstroomadapter van een an-
der merk dan de netstroomadapter
van FUJIFILM kan uw digitale camera
beschadigen.
Raadpleeg de Gebruiksaanwijzing
van uw camera voor meer informa-
tie over de netstroomadapter.
• Gebruik de netstroomadapter uit-
sluitend binnenshuis.
• Steek het verbindingssnoer stevig
in de DC-ingangaansluiting.
• Schakel de FUJIFILM Digitale ca-
mera uit voordat u het snoer van
de DC-ingangaansluiting loskop-
pelt. Om deze los te maken, trekt
u voorzichtig aan de stekker. Trek
niet aan het snoer.
• Gebruik de netstroomadapter niet
voor andere doeleinden dan voor
uw digitale camera.
• Tijdens het gebruik kan de net-
stroomadapter warm aanvoelen.
Dit is normaal.
• Demonteer de netstroomadapter
niet. Dit kan gevaarlijk zijn.