Aeg-Electrolux b 4101 5 Handleiding

Categorie
Accessoires voor het maken van koffie
Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

B4105-5
Gebruiksaanwijzing Elektrisch
inbouwfornuis
Inhoud2
Inhoud
Gebruiksaanwijzing 3
Veiligheidsvoorschriften 3
Beschrijving van het apparaat 4
Totaalaanzicht 4
Bedieningspaneel 5
Uitrusting oven 5
Accessoires oven 6
Voor het in gebruik nemen 7
Dagtijd instellen en wijzigen 7
Reinigen voor het in gebruik nemen 8
Bedienen van de oven 8
Oven in- en uitschakelen 9
Ovenfuncties 9
Hulpstukken plaatsen 10
Grillset 11
Vetfilter plaatsen/verwijderen 12
Klokfuncties 13
Toepassingen, tabellen en tips 17
Bakken 17
Braden 24
Vlak-grilleren 26
Ontdooien 26
Drogen met hetelucht 27
Wecken 28
Reiniging en onderhoud 29
Buitenkant apparaat 29
Binnenkant oven 29
Hulpstukken 29
Vetfilter 29
Ovenverlichting 29
Bovenkant oven 30
Ovendeur 31
Deurglas ovenwagen 32
Wat is er aan de hand als … 35
Afvalverwerking 35
Service 38
Wij danken u voor uw keuze voor een van onze producten van hoogwaardige kwaliteit.
Lees deze gebruiksaanwijzing alstublieft zorgvuldig door, zo kunt u zeker zijn van opti-
male en professionele prestaties van uw apparaat. De handleiding zal u in staat stellen
om alle processen perfect en op de meest efficiënte wijze te laten verlopen. Wij advise-
ren u deze handleiding op een veilige plaats te bewaren, dan kunt u hem te allen tijde
raadplegen. Geef deze handleiding ook aan een eventuele toekomstige eigenaar van het
apparaat.
Wij wensen u veel plezier met uw nieuwe apparaat.
In deze gebruiksaanwijzing worden de volgende symbolen gebruikt:
1
Belangrijke informatie over uw persoonlijke veiligheid en informatie over het voorkomen
van schade aan het apparaat.
3 Algemene informatie en tips
2 Milieu-informatie
3Gebruiksaanwijzing
Gebruiksaanwijzing
1 Veiligheidsvoorschriften
Elektrische veiligheid
Het apparaat mag uitsluitend door een erkend installateur worden aangesloten.
In geval van storingen of beschadiging van het apparaat: zekeringen in de huisinstal-
latie uitschakelen.
Reparaties aan het apparaat mogen uitsluitend door vakmensen worden uitge-
voerd. Door onvakkundig uitgevoerde reparaties kunnen grote gevaren ontstaan.
Wend u bij reparaties altijd tot onze service-afdeling of uw vakhandel.
Veiligheid voor kinderen
Kleine kinderen nooit alleen laten terwijl het apparaat in gebruik is.
Veiligheid tijdens het gebruik
Personen (inclusief kinderen) die vanwege hun fysieke, zintuiglijke of mentale vermo-
gens of hun onervarenheid of onkundigheid niet in staat zijn het apparaat veilig te
gebruiken, mogen dit apparaat uitsluitend onder toezicht of met aanwijzingen van
een verantwoordelijk persoon gebruiken.
Dit apparaat mag alleen in het huishouden voor het koken, bakken en braden van ge-
rechten worden gebruikt.
Wees voorzichtig bij het aansluiten van elektrische apparaten op stopcontacten in de
buurt van het apparaat. Snoeren mogen niet ingeklemd raken onder de hete oven-
deur.
Waarschuwing: Verbrandingsgevaar! Bij gebruik wordt de binnenruimte van de
oven heet.
Als u alcoholische ingrediënten in de oven gebruikt, kan eventueel een licht ontvlam-
baar alcohol-luchtmengsel ontstaan. Open de deur in dit geval voorzichtig. Kom niet
met hitte, vuur of vonken in de buurt van de oven.
3 Aanwijzing met betrekking tot acrylamide
Volgens de laatste wetenschappelijke inzichten kan een intensieve bruining van levens-
middelen, met name bij zetmeelhoudende producten, een gevaar voor de gezondheid
door acrylamide veroorzaken. Om die reden adviseren wij levensmiddelen zoveel moge-
lijk bij lage temperaturen te bereiden en de gerechten niet te veel te bruinen.
Zo voorkomt u beschadiging van het apparaat
Bekleed de oven niet met aluminiumfolie en plaats geen bakplaten, pannen enz. op de
bodem, omdat daarmee het email van de oven door de optredende hitteconcentratie
wordt beschadigd.
Fruitsappen die van de bakplaat druppelen veroorzaken vlekken die niet kunnen wor-
den verwijderd. Gebruik een diepe bakplaat voor gebak dat erg vochtig is.
Plaats geen gewicht op de geopende ovendeur.
Giet water nooit rechtstreeks in de hete oven. Hierdoor kan het email worden bescha-
digd en kunnen verkleuringen ontstaan.
Beschrijving van het apparaat4
Als er kracht wordt uitgeoefend, vooral op de randen van de buitenste glasplaat, kan
het glas breken.
Bewaar geen brandbaar materiaal in de oven. Bij het inschakelen van de oven kan dit
ontbranden.
Bewaar geen vochtige levensmiddelen in de oven. Het email kan beschadigd worden.
Bewaar na het uitschakelen van de koelventilator geen open gerechten in de oven. In
de ovenruimte of op de deurruiten kan vocht neerslaan dat ook op uw meubelen te-
recht kan komen.
3 Informatie emaillaag
Kleurveranderingen van de emaillaag van de oven als gevolg van het gebruik zijn niet
van invloed op de deugdelijkheid van het apparaat voor regulier of contractueel gebruik.
Dit zijn derhalve geen gebreken in de zin van het recht op garantie.
Beschrijving van het apparaat
Totaalaanzicht
Ovendeur
Bedieningspaneel
Deurgreep
5Beschrijving van het apparaat
Bedieningspaneel
Uitrusting oven
Bedrijfscontrolelampje Temperatuurcontrolelampje
Tijdsindicatie
Klokfunctietoetsen
Temperatuurkeuze
Ovenfuncties
Bovenwarmte en grillelement
Ovenverlichting
Vetfilter
Verwarmingselement in de
achterwand
Onderwarmte
Beschrijving van het apparaat6
Inschuifniveaus
Aan de ovendeur bevinden zich 2 houders met
5 openingen voor het ophangen van de hulp-
stukken.
Binnenzijde deur
Aan de binnenzijde van de ovendeur is de
nummering van de inschuifniveaus aan beide
zijden weergegeven.
Bovendiene vindt u korte informatie over
oven-functies, aanbevolen inschuifniveaus en
temperaturen voor de bereiding van de ge-
bruikelijkste gerechten.
Accessoires oven
Inhangrooster
Voor serviesgoed, keukenvormen, gebraden en
gegrild vlees.
Inhangraam
Voor het inhangen voor bakplaat en braadslede
7Voor het in gebruik nemen
Bakplaat
Voor gebak en koekjes.
Vetopvangbak
De vetopvangbak dient bij het baken en braden
resp. als opvangbak voor het vet.
Inlegrooster
Inzetstuk voor de braadslede voor braden en
grillen.
Voor het in gebruik nemen
Dagtijd instellen en wijzigen
3 De oven functioneert alleen als u de tijd hebt ingesteld.
Na het aansluiten van de elektriciteit of na een
stroomstoring knippert het functielampje
Dagtijd automatisch.
1. Om een reeds ingestelde dagtijd te veranderen
drukt u de toets Selectie zo vaak in, tot het
functielampje Dagtijd knippert.
Voor het in gebruik nemen8
2. Met de toets of de juiste tijd instellen.
Na ca. 5 seconden stopt het knipperen en geeft
de klok de ingestelde tijd aan.
Het apparaat is klaar voor gebruik.
3 De dagtijd kan alleen worden gewijzigd als er
geen automatische functie (Duur of
Einde ) is ingesteld.
Reinigen voor het in gebruik nemen
Voordat u de oven voor de eerste keer gebruikt, moet u deze eerst grondig reinigen.
1 Let op: Gebruik geen scherpe, schurende reinigingsmiddelen! Het oppervlak zou bescha-
digd kunnen worden.
3 Gebruik voor metalen voorkanten de in de handel verkrijgbare onderhoudsmiddelen.
1. De schakelaar Ovenfuncties op Licht zetten.
2. Neem alle accessoires uit de oven en reinig deze met een warm sopje.
3. Reinig eveneens de oven met een warm sopje en droog hem daarna af.
4. Veeg de voorzijde af met een vochtige doek.
9Bedienen van de oven
Bedienen van de oven
3 De oven is van verzinkbare schakelaars voor oven-functies en temperatuurkeuze uit-
gerust. Druk voor het gebruik ervan op de betreffende schakelaar. De schakelaar komt
dan naar buiten.
Oven in- en uitschakelen
1. Zet de functiekiezer van de oven in de gewenste stand.
2. Zet de temperatuurkiezer op de gewenste temperatuur.
Het bedrijfscontrolelampje is aan zolang de oven in gebruik is.
Het temperatuurcontrolelampje is aan zolang de verwarming van de oven aan staat.
3. Om de oven uit te schakelen moet u de functiekiezer en de temperatuurkiezer van de
oven beide in de Uit stand zetten.
3 Koelventilator
Zodra de oven in gebruik wordt genomen wordt de ventilator automatisch ingeschakeld
om de oppervlakken van het apparaat koel te houden. Nadat de oven is uitgeschakeld
blijft de ventilator nog verder lopen om het apparaat af te koelen en wordt dan automa-
tisch uitgeschakeld.
Temperatuurcontrolelampje
Ovenfuncties Temperatuurkeuze
Bedrijfscontrolelampje
Bedienen van de oven10
Ovenfuncties
Voor de oven zijn de volgende functies beschikbaar:
Hulpstukken plaatsen
In de ovendeur bevinden zich 5 inschuifniveaus voor het ophangen van de hulp-
stukken.
Ophangrooster plaatsen
Ophangrooster pakken (1) en in het gewenste
inschuifniveau voeren. Ophangrooster naar on-
deren drukken (2) tot de aanslag.
3 De inschuifniveaus wordne van onderen naar
boven geteld.
Ovenfunctie Toepassing
Licht Met deze functie kunt u de binnenzijde van de oven verlichten,
bijvoorbeeld om deze schoon te maken.
Hetelucht met ring Voor het bakken op maximaal drie niveaus tegelijk.
Stel de temperatuur van de oven 20 tot 40 °C lager in dan bij
boven-/onderwarmte.
Pizza hetelucht Voor het bakken op een niveau voor gerechten die een inten-
sievere bruining en knapperigheid van de bodem vragen.
Stel de temperatuur van de oven 20 tot 40 °C lager in dan bij
boven-/onderwarmte.
Conventioneel Voor het bakken en braden op één niveau.
Onderwarmte Voor het afbakken van gebak met een brosse bodem.
Ontdooien Voor het gedeeltelijk of geheel ontdooien van bijvoorbeeld
gebak, boter, brood, fruit of andere bevroren levensmiddelen.
Grill klein Voor het grilleren van vlakke levensmiddelen, die in het mid-
den van het rooster worden geplaatst en om te roosteren.
Grill groot Voor het grilleren van vlakke levensmiddelen in grotere hoe-
veelheden en om te roosteren.
Infratherm Voor het braden van grotere stukken vlees of gevogelte op één
niveau.
Deze functie is ook geschikt voor gratineren.
11Bedienen van de oven
Bakplaat of braadslede in het ophangraam
plaatsen:
Bakplaat of braadslede op borgpennen in het
ophangraam plaatsen.
3 Bakplaat of braadslede alleen met ophangraam
plaatsen.
Rooster en braadslede samen plaatsen:
Bij het gezamenlijk gebruik van ophangraam en
braadslede eerst het ophangraam met de
braadslede en dan het ophangrooster op het
volgende niveau daarboven plaatsen.
Grillset
De grillset omvat het inlegrooster en de braadslede. Het inlegrooster kan aan beide kan-
ten worden gebruikt.
1 Waarschuwing: Bij het verwijderen van de braadslede uit de hete oven is er gevaar voor
verbranding!
Bedienen van de oven12
Inlegrooster diep plaatsen.
Inlegrooster ligt in de braadslede.
Braadslede op het gekozen inschuifniveau van
de ovendeur ophangen.
3 Voor het braden van grotere stukken vlees of
gevogelte op één niveau.
Inlegrooster hoog plaatsen.
Inlegrooster sluit met rand van de braadslede
af.
Braadslede op het gekozen inschuifniveau van
de ovendeur ophangen.
3 Voor het grillen van grotere hoeveelheden plat-
te levensmiddelen en om te roosteren.
Vetfilter plaatsen/verwijderen
Het vetfilter alleen gebruiken bij het bra-
den, om het verwarmingselement in de achter-
wand te beschermen tegen vetspatten.
Vetfilter plaatsen
Vetfilter bij de greep vastpakken en de
beide steuntjes van boven naar beneden
in de opening tegen de achterwand van
de oven (ventilatoropening) plaatsen.
Vetfilter verwijderen
Het vetfilter bij de greep vastpakken en
naar boven uit de oven nemen.
13Bedienen van de oven
Klokfuncties
Kookwekker
Om een korte tijd in te stellen. Na afloop klinkt een signaal.
Deze functie heeft geen invloed op de werking van de oven.
Duur
Om in te stellen hoe lang de oven ingeschakeld moet zijn.
Einde
Om in te stellen wanneer de oven weer moet worden uitgeschakeld.
Dagtijd
Met deze functie kunt u de dagtijd instellen, veranderen of opvragen
(zie ook het hoofdstuk „Voor het in gebruik nemen“).
3 Aanwijzingen met betrekking tot de klokfuncties
Na het selecteren van een functie knippert het bijbehorende functielampje
ca. 5 seconden. Gedurende deze tijd kunnen met de toetsen of de gewenste tij-
den worden ingesteld.
Na het instellen van de gewenste tijd knippert het functielampje opnieuw
ca. 5 seconden. Daarna blijft het functielampje branden. De ingestelde tijd begint te
lopen.
De signaaltoon kan worden uitgeschakeld door op een willekeurige toets te drukken.
De gewenste ovenfunctie en oventemperatuur kunnen voor of na het instellen van de
klokfuncties Duur en Einde worden gekozen.
Na afloop van het bereidingsproces draait u de schakelaars voor de ovenfunctie en de
temperatuurkeuze weer op de positie UIT.
Toets Selectie
Toets
Toets
Tijdsindicatie FunctielampjesFunctielampjes
Bedienen van de oven14
Kookwekker
1. Toets Selectie zo vaak indrukken, tot het
functielampje Kookwekker knippert.
2. Met de toets of de gewenste Kookwekker
instellen (max. 2 uur 30 minuten).
Na ca. 5 seconden geeft de indicatie de reste-
rende tijd aan.
Het functielampje Kookwekker brandt.
Wanneer de tijd is verstreken, knippert het
functielampje en klinkt er gedurende 2 minuten
een signaal.
De signaaltoon kan worden uitgeschakeld door
op een willekeurige toets te drukken.
15Bedienen van de oven
Duur
1. Toets Selectie zo vaak indrukken, tot het
functielampje Duur knippert.
2. Met de toets of de gewenste bereidings-
tijd instellen.
Na ca. 5 seconden schakelt de indicatie terug
naar de dagtijd. Het functielampje Duur
brandt.
Wanneer de tijd is verstreken, knippert het
functielampje, klinkt er gedurende 2 minuten
een signaal en wordt de oven uitgeschakeld.
3. De signaaltoon en het programma kunnen wor-
den uitgeschakeld door op een willekeurige
toets te drukken.
Bedienen van de oven16
Einde
1. Toets Selectie zo vaak indrukken, tot het
functielampje Einde knippert.
2. Met de toets of de gewenste uitschakel-
tijd instellen.
Na ca. 5 seconden schakelt de indicatie terug
naar de dagtijd.
Het functielampje Einde brandt.
Wanneer de tijd is verstreken, knippert het
functielampje, klinkt er gedurende 2 minuten
een signaal en wordt de oven uitgeschakeld.
3. De signaaltoon en het programma kunnen wor-
den uitgeschakeld door op een willekeurige
toets te drukken.
17Bedienen van de oven
Duur en Einde gecombineerd
3 Duur en Einde kunnen gelijktijdig worden gebruikt wanneer de oven op een later
tijdstip automatisch moet worden in- en uitgeschakeld.
1. Met de functie Duur de tijd instellen, die het
gerecht nodig heeft.
In dit geval 1 uur.
2. Met de functie Einde het tijdstip instellen,
waarop het gerecht klaar moet zijn.
In dit geval 14:05.
De functielampjes Duur en Einde branden
en in het display wordt de tijd aangegeven.
In dit geval 12:05.
De oven wordt op het berekende tijdstip auto-
matisch ingeschakeld.
In dit geval 13:05.
En na afloop van de ingevoerde duur wordt de
oven weer uitgeschakeld.
In dit geval 14:05.
Toepassingen, tabellen en tips18
Toepassingen, tabellen en tips
Bakken
Ovenfunctie: Hetelucht met ring of Conventioneel
Bakvormen
Voor Conventioneel zijn vormen van donker metaal en vormen met een coating
geschikt.
Voor Hetelucht met ring zijn ook lichte metaalvormen geschikt.
Inzetniveaus
Bakken met Conventioneel is op een niveau mogelijk.
Met Hetelucht met ring kunt u op max. 3 bakplaten tegelijk bakken.
1 bakplaat:
bijv. inschuifniveau 3
1 bakvorm:
bijv. inschuifniveau 1
19Toepassingen, tabellen en tips
2 bakplaten:
bijv. inschuifniveaus 1 en 3
3 bakplaten:
Inschuifniveaus 1, 3 en 5
Algemene aanwijzingen
Bakplaat en braadslede zijn slechts met inhangraam voor de ovendeur te gebruiken.
U kunt met Conventioneel of Hetelucht met ring ook twee vormen tegelijkertijd
naast elkaar op het rooster bakken. De baktijd wordt nauwelijks langer.
3 Bij diepgevroren gerechten kunnen de geplaatste bakplaten tijdens het gaarproces kr-
omtrekken. Dit wordt veroorzaakt door het grote temperatuurverschil tussen het diep-
gevroren gerecht en de oventemperatuur. Als de bakplaten zijn afgekoeld trekken ze
weer recht.
Aanwijzingen bij de baktabellen
In de tabellen vindt u een keuze aan gerechten met de bijbehorende temperatuurvoor-
schriften, bereidingstijden en inschuifniveaus.
De temperaturen en baktijden zijn richtwaarden, aangezien deze waarden afhankelijk
zijn van de samenstelling van het deeg, de hoeveelheid en de bakvorm.
We adviseren u om bij de eerste keer de lage termperatuurwaarde in te stellen en pas
indien nodig, bijv. wanneer het gebak bruiner moet worden of de baktijd te lang duurt,
een hogere temperatuur te kiezen.
Als u voor uw eigen recept geen concrete gegevens vindt, oriënteer u dan op een
soortgelijk gebak.
Bij het op meerdere niveaus bakken van gebak op bakplaten of in vormen kan de bak-
tijd 10-15 minuten langer zijn.
Toepassingen, tabellen en tips20
Vochtig gebak (bijv. pizza's, vruchtentaart etc.) worden op een niveau bereid.
Als het gebak niet overal even hoog is, wordt het gebak aan het begin van het bakpro-
ces niet overal even bruin. Verander in dit geval de temperatuurinstelling niet. In de
loop van het bakproces wordt het gebak overal even bruin.
Uw nieuwe oven kan een ander bak-/braadgedrag hebben dan de oven die u eerst had.
Pas daarom de instellingen (temperatuur, gaartijden) en de inzetniveaus waaraan u
was gewend aan aan de aanbevelingen in de volgende tabellen.
2 Bij langere baktijden kunt u de oven ca. 10 minuten voor het einde van de baktijd uit-
schakelen, om gebruik te kunnen maken van de nawarmte.
Tenzij anders aangegeven gelden de tabellen voor het plaatsen van een gerecht in een
koude oven.
Baktabel
Bakken op één inzetniveau
Soort
gebak
Ovenfunctie
Inzet-ni-
veau
Tempe-ra-
tuur
°C
Tijd
uur: min.
Gebak in vormen
Tulband Hetelucht met ring 1 150-160 0:50-1:10
Zandgebak/koningstaart Hetelucht met ring 1 140-160 1:10-1:30
Biscuittaart Hetelucht met ring 1 140 0:25-0:40
Biscuittaart Conventioneel 1 160 0:25-0:40
Taartbodem van zandtaart-
deeg
Hetelucht met ring 3 170-180
1)
0:10-0:25
Taartbodem van roerdeeg Hetelucht met ring 3 150-170 0:20-0:25
Dichte appeltaart Conventioneel 1 170-190 0:50-1:00
Appeltaart (2vormen
Ø20cm, diagonaal geplaatst)
Hetelucht met ring 1 160 1:10-1:30
Appeltaart (2vormen
Ø20cm, diagonaal geplaatst)
Conventioneel 1 180 1:10-1:30
Hartige taart (bijv. quiche
lorraine)
Hetelucht met ring 1 160-180 0:30-1:10
Kwarktaart Conventioneel 1 170-190 1:00-1:30
Gebak op het bakblik
Gistbroodje/-krans Conventioneel 3 170-190 0:30-0:40
Kerststol Conventioneel 3 160-180
1)
0:40-1:00
Brood (roggebrood)
-eerst
-dan
Conventioneel 1
230
1)
160-180
0:25
0:30-1:00
Roomsoezen/tompoezen Conventioneel 3 160-170
1)
0:15-0:30
Biscuitrol Conventioneel 3 180-200
1)
0:10-0:20
21Toepassingen, tabellen en tips
Kruimelgebak droog Hetelucht met ring 3 150-160 0:20-0:40
Boter-/suikerkoek Conventioneel 3 190-210
1)
0:15-0:30
Vruchtentaart
(op gistdeeg/roerdeeg)
2)
Hetelucht met ring 3 150 0:35-0:50
Vruchtentaart
(op gistdeeg/roerdeeg)
2)
Conventioneel 3 170 0:35-0:50
Vruchtentaart op zandtaart-
deeg
Hetelucht met ring 3 160-170 0:40-1:20
Plaatkoek met kwetsbaar be-
leg (bijv. kwark, room, ho-
ning)
Conventioneel 3 160-180
1)
0:40-1:20
Pizza (met veel beleg)
2)
Hetelucht met ring 1 180-200
1)
0:30-1:00
Pizza (dun) Hetelucht met ring 1 200-220
1)
0:10-0:25
Turks brood Hetelucht met ring 1 200-220 0:08-0:15
Zwitsers fruitpuddinkje Hetelucht met ring 1 180-200 0:35-0:50
Koekjes
Koekjes van zandtaartdeeg Hetelucht met ring 3 150-160 0:06-0:20
Sprits Hetelucht met ring 3 140 0:20-0:30
Sprits Conventioneel 3 160
1)
0:20-0:30
Koekjes van roerdeeg Hetelucht met ring 3 150-160 0:15-0:20
Schuimgebak, baiser Hetelucht met ring 3 80-100 2:00-2:30
Bitterkoekjes Hetelucht met ring 3 100-120 0:30-0:60
Koekjes van gistdeeg Hetelucht met ring 3 150-160 0:20-0:40
Koekjes van bladerdeeg Hetelucht met ring 3 170-180
1)
0:20-0:30
Broodjes Hetelucht met ring 3 160
1)
0:20-0:35
Broodjes Conventioneel 3 180
1)
0:20-0:35
Kleine cakejes (20 stuks/blik) Hetelucht met ring 3 140
1)
0:20-0:30
Kleine cakejes (20 stuks/blik) Conventioneel 3 170
1)
0:20-0:30
1) Oven voorverwarmen
2) Opvangplaat of braadslede gebruiken
Soort
gebak
Ovenfunctie
Inzet-ni-
veau
Tempe-ra-
tuur
°C
Tijd
uur: min.
Toepassingen, tabellen en tips22
Bakken op meerdere niveaus
Baktips
Soort gebak
Hetelucht met
ring
Hetelucht met
ring
Tijd
uur: min.
Niveau van onderen
Tempera-
tuur ºC
2 niveaus 3 niveaus
Gebak op de bakplaat
Roomsoezen/tompoezen 1/4 --- 160-180
1))
1) Oven voorverwarmen
0:35-0:60
Droog kruimelgebak 1/3 --- 140-160 0:30-0:60
Koekjes
Koekjes van zandtaartdeeg 1/3 1/3/5 150-160 0:15-0:35
Sprits 1/3 1/3/5 140 0:20-0:60
Koekjes van roerdeeg 1/3 --- 160-170 0:25-0:40
Schuimgebak, baiser 1/3 --- 80-100 2:10-2:50
Bitterkoekjes 1/3 --- 100-120 0:40-1:20
Met gist gebakken koekjes 1/3 --- 160-170 0:30-0:60
Koekjes van bladerdeeg 1/3 --- 170-180
1)
0:30-0:50
Broodjes 1/4 --- 160 0:30-0:45
Kleine cakejes (20 stuks/blik) 1/4 --- 140
1)
0:25-0:40
Bakresultaat Mogelijke oorzaak Oplossing
De onderkant van het ge-
bak is te licht van kleur
Verkeerde inschuifhoogte Gebak lager inschuiven
Het gebak zakt in (wordt
klef, papperig, vochtig)
Te hoge baktemperatuur Baktemperatuur iets lager in-
stellen
Te korte baktijd Baktijd verlengen
Baktijden kunnen niet worden
verkort door een hogere bak-
temperatuur
Te veel vocht in het deeg Gebruik minder vloeistof
Let op de kneedtijden, in het bij-
zonder bij het gebruik van keu-
kenmachines
Gebak is te droog Te lage baktemperatuur Baktemperatuur hoger instellen
Te lange baktijd Baktijd verkorten
23Toepassingen, tabellen en tips
Tabel Pizza hetelucht
Tabel voor ovenschotels en gegratineerde gerechten
Gebak wordt ongelijkma-
tig bruin
Te hoge baktemperatuur en te
korte baktijd
Baktemperatuur lager instellen
en baktijd verlengen
Het deeg is ongelijkmatig ver-
deeld
Het deeg gelijkmatig over de
bakplaat verdelen
Vetfilter is geplaatst Vetfilter verwijderen
Gebak wordt niet gaar
binnen de aangegeven
baktijd
Te lage temperatuur Baktemperatuur iets hoger in-
stellen
Vetfilter is geplaatst Vetfilter verwijderen
Soort gebak Inzetniveau
Temperatuur
°C
Tijd
uur: min.
Pizza (dun) 1 180 - 200
1)
1) Oven voorverwarmen
20 - 30
Pizza (met veel beleg) 1 180 - 200 20 - 30
Swabische pizza 1 180 - 200 45 - 60
Spinazietaart 1 160 -180 45 - 60
Quiche Lorraine 1 170 - 190 40 - 50
Kwarktaart, rond 1 140 - 160 60 - 90
Kwarktaart op bakplaat 1 140 - 160 50 - 60
Appeltaart, dicht 1 150 - 170 50 - 70
Groentetaart 1 160 - 180 50 - 60
Turks brood 1 250 - 270
1)
10 - 20
Bladerdeegtaart 1 160 - 180
1)
40 - 50
Flammekuchen (brood) 1 250 - 270
1)
12 - 20
Piroggen (gevulde broodjes) 1 180 - 200
1)
15 - 25
Gerecht Ovenfunctie Inzetniveau
Tempe-ra-
tuur
°C
Tijd
uur: min.
Pastaschotel Conventioneel 1 180-200 0:45-1:00
Lasagne Conventioneel 1 180-200 0:25-0:40
Gegratineerde groenten
1)
Hetelucht met ring 1 160-170 0:15-0:30
Bakresultaat Mogelijke oorzaak Oplossing
Toepassingen, tabellen en tips24
Tabel diepgevroren kant-en-klaargerechten
Braden
Ovenfunctie: Conventioneel of Infratherm
Braadservies
Voor het braden is elk hittebestendig servies geschikt (zie opgave fabrikant!).
Voor het braden kunt u de grillset gebruiken.
Wij adviseren alle magere vleessoorten in een braadpan met deksel te braden. Op
deze manier blijft het vlees sappiger.
Alle vleessoorten die een korstje moeten krijgen, kunt u in een braadpan zonder dek-
sel braden.
Gegratineerd
stokbrood
1)
Hetelucht met ring 1 160-170 0:15-0:30
Zoete ovenschotels Conventioneel 1 180-200 0:40-0:60
Visschotels Conventioneel 1 180-200 0:30-1:00
Gevulde groenten Hetelucht met ring 1 160-170 0:30-1:00
1) Oven voorverwarmen
Gerecht Ovenfunctie Inzetniveau
Temperatuur
°C
Tijd
Diepvriespizza Conventioneel 3
volgens aanwij-
zingen van de
fabrikant
volgens aanwij-
zingen van de
fabrikant
Patates frites
1)
(500 g)
1) Opmerking: patates frites tussendoor 2 tot 3 keer draaien.
Hetelucht met ring 3 200-220°C
volgens aanwij-
zingen van de
fabrikant
Stokbrood Conventioneel 3
volgens aanwij-
zingen van de
fabrikant
volgens aanwij-
zingen van de
fabrikant
Vruchtentaart Conventioneel 3
volgens aanwij-
zingen van de
fabrikant
volgens aanwij-
zingen van de
fabrikant
Gerecht Ovenfunctie Inzetniveau
Tempe-ra-
tuur
°C
Tijd
uur: min.
25Toepassingen, tabellen en tips
3 Aanwijzingen bij de braadtabel
De gegevens in de volgende tabel dienen slechts als richtlijn.
Wij adviseren vlees en vis pas vanaf 1 kg in de ovente braden.
Om het inbranden van vrijkomende vleessappen of vet te voorkomen, adviseren wij
wat vloeistof in het braadservies te doen.
Braadstukken naar behoefte na 1/2 - 2/3 van de bereidingstijd keren.
Grote braadstukken en gevogelte gedurende de bereidingstijd meerdere keren met
braadvocht begieten. Daarmee bereikt u een beter braadresultaat.
Schakel de oven ca. 10 minuten voor het einde van de braadtijd uit, om gebruik te
maken van de nawarmte.
Braadtabel
Soort vlees Hoeveelheid Ovenfunctie
Inzet-
niveau
Tempera-
tuur
°C
Tijd
uur: min.
Rundvlees
Stoofvlees 1-1,5 kg
Conventio-
neel
1 200-250 2:00-2:30
Rosbief of ossenhaas per cm dikte
- Van binnen rood (ra-
re)
per cm
dikte
Infratherm 1 190-200
1)
0:05-0:06
- van binnen roze
(medium)
per cm
dikte
Infratherm 1 180-190 0:06-0:08
- doorbakken (well
done)
per cm
dikte
Infratherm 1 170-180 0:08-0:10
Varkensvlees
Schouderstuk, nek-
stuk, ham
1-1,5 kg Infratherm 1 160-180 1:30-2:00
Kotelet, casselerrib 1-1,5 kg Infratherm 1 170-180 1:00-1:30
Gehakt 750 g-1 kg Infratherm 1 160-170 0:45-1:00
Kalfsvlees
Kalfsbraadstuk 1 kg Infratherm 1 160-180 1:30-2:00
Kalfsbout 1,5-2 kg Infratherm 1 160-180 2:00-2:30
Lamsvlees
Lamsbout,
lamsgebraad
1-1,5 kg Infratherm 1 150-170 1:15-2:00
Lamsrug 1-1,5 kg Infratherm 1 160-180 1:00-1:30
Wild
Hazenrug, hazenbout tot 1 kg
Conventio-
neel
3 220-250
1)
0:25-0:40
Toepassingen, tabellen en tips26
Ree-/hertenrug 1,5-2 kg
Conventio-
neel
1 210-220 1:15-1:45
Ree-/hertenbout 1,5-2 kg
Conventio-
neel
1 200-210 1:30-2:15
Gevogelte
Stukken gevogelte
per 200-
250g
Infratherm 1 200-220 0:35-0:50
Halve kip
per 400-
500g
Infratherm 1 190-210 0:35-0:50
Kip, poularde 1-1,5 kg Infratherm 1 190-210 0:45-1:15
Eend 1,5-2 kg Infratherm 1 180-200 1:15-1:45
Gans 3,5-5 kg Infratherm 1 160-180 2:30-3:30
Kalkoen 2,5-3,5 kg Infratherm 1 160-180 1:45-2:30
Kalkoen 4-6 kg Infratherm 1 140-160 2:30-4:00
Vis (stoven)
Hele vissen 1-1,5 kg
Conventio-
neel
1 210-220 0:45-1:15
1) Oven voorverwarmen
Soort vlees Hoeveelheid Ovenfunctie
Inzet-
niveau
Tempera-
tuur
°C
Tijd
uur: min.
27Toepassingen, tabellen en tips
Vlak-grilleren
Ovenfunctie: Grill klein of Grill groot met maximale temperatuurinstelling
1 Let op: Grillen altijd bij gesloten ovendeur.
3 Verwarm de lege oven met de grillfuncties altijd 5 minuten voor.
Gebruik voor het grillen de grillset.
De grilltijden zijn richtwaarden.
Grillen is bijzonder geschikt voor platte stukken vlees en vis.
Grilltabel
Ontdooien
Ovenfunctie: Ontdooien (zonder temperatuurinstelling)
Uitgepakte etenswaren op een bord op het rooster plaatsen.
Gebruik voor het afdekken geen borden of schotels, omdat deze de ontdooitijd aan-
zienlijk verlengen.
Om te ontdooien plaatst u het rooster op het eerste niveau van onderen.
Gerecht Inzetniveau
Tijd
1e zijde 2e zijde
Frikadellen 4 8-10 min. 6-8 min.
Varkenshaas 4 10-12 min. 6-10 min.
Braadworst 4 8-10 min. 6-8 min.
Runderhaas, kalfsfilet 4 6-7 min. 5-6 min.
Runderfilet, rosbief (ca. 1 kg) 3 10-12 min. 10-12 min.
Geroosterd brood
1)
1) Niet voorverwarmen
3 4-6 min. 3-5 min.
Snacks op toast 3 6-8 min. ---
Toepassingen, tabellen en tips28
Ontdooitabel
Drogen met hetelucht
Ovenfunctie: Hetelucht met ring
Gebruik hiervoor een met boterhampapier of bakpapier belegd rooster.
U bereikt een beter resultaat als u na de helft van de tijd de oven uitschakelt, opent en
gedurende de nacht laat afkoelen.
Daarna het gerecht verder laten drogen.
Gerecht
Ontdooitijd
min.
Nadooitijd
min.
Opmerking
Kip, 1000 g 100-140 20-30
Kip op een omgekeerd schoteltje in een
groot bord leggen
Na de helft van de tijd keren
Vlees, 1000g 100-140 20-30 Na de helft van de tijd keren
Vlees, 500g 90-120 20-30 Na de helft van de tijd keren
Forel, 150g 25-35 10-15 ---
Aardbeien, 300g 30-40 10-20 ---
Boter, 250g 30-40 10-15 ---
Slagroom, 2 x 200g 80-100 10-15
Slagroom kan ook met nog licht bevroren
deeltjes goed worden geklopt
Gebak, 1400g 60 60 ---
Gerecht
Temperatuur in
°C
Inzetniveau
Tijd in uren
(richtwaarde)
1 niveau 2 niveaus
Groenten
Bonen 60-70 3 1 / 4 6-8
Paprika (reepjes) 60-70 3 1 / 4 5-6
Soepgroenten 60-70 3 1 / 4 5-6
Paddestoelen 50-60 3 1 / 4 6-8
Kruiden 40-50 3 1 / 4 2-3
Fruit
Pruimen 60-70 3 1 / 4 8-10
Abrikozen 60-70 3 1 / 4 8-10
Appelschijven 60-70 3 1 / 4 6-8
Peren 60-70 3 1 / 4 6-9
29Toepassingen, tabellen en tips
Wecken
Ovenfunctie: Onderwarmte
Gebruik voor het inmaken/wecken alleen in de handel gebruikelijke glazen van het-
zelfde formaat.
Glazen met een schroefdeksel - of bajonetsluiting en metalen blikken zijn on-
geschikt.
Voor het wecken gebruikt u het eerste inzetniveau van onderen.
Gebruik voor het wecken de bakplaat. Hierop kunt u maximaal zes glazen met elk een
inhoud van één liter plaatsen.
De glazen moeten allemaal tot dezelfde hoogte zijn gevuld en zijn dichtgeklemd.
Plaats de glazen zodanig op de bakplaat, dat ze elkaar niet aanraken.
Giet ca. 1/2 liter water in de bakplaat, zodat er voldoende vocht in de oven ontstaat.
Zodra de vloeistof in de eerste glazen begint te parelen (bij 1-liter-glazen na ca. 35-60
minuten), schakelt u de oven uit of verlaagt u de temperatuur tot 100°C (zie de tabel).
Wecktabel
De opgegeven wecktijden en temperaturen zijn richtwaarden.
Product
Temperatuur
in°C
Wecken tot het pa-
relen begint
in min.
Doorkoken bij
100 °C
in min.
Bessen
Aardbeien, bosbessen, frambozen,
rijpe kruisbessen
160-170 35-45 ---
Onrijpe kruisbessen 160-170 35-45 10-15
Steenvruchten
Peren, kweeperen, pruimen 160-170 35-45 10-15
Groente
Wortels
1)
1) In de uitgeschakelde oven laten staan
160-170 50-60 5-10
Komkommers 160-170 50-60 ---
Gemengd tafelzuur 160-170 50-60 15
Koolrabi, erwten, asperges 160-170 50-60 15-20
Reiniging en onderhoud30
Reiniging en onderhoud
1 Waarschuwing: Voor het reinigen het apparaat uitschakelen en laten afkoelen.
Waarschuwing: Om veiligheidsredenen het apparaat niet met stoomblazers of hoge-
drukreinigers schoonmaken.
Let op: Gebruik geen bijtende schoonmaakmiddelen, scherpe voorwerpen of
vlekkenverwijderaars.
Reinig de glazen ovendeur niet met schuurmiddelen of metalen schrapers die krassen
kunnen veroorzaken op het oppervlak. Hierdoor kan het glas springen.
Buitenkant apparaat
De voorkant van het apparaat met een zachte doek en een warm sopje afnemen.
Bij een metalen front een in de handel verkrijgbaar onderhoudsmiddel gebruiken.
Geen schuurmiddelen en schuursponsjes gebruiken.
Binnenkant oven
Reinig de oven na ieder gebruik. Verontreinigingen laten zich dan het makkelijkst verwij-
deren en kunnen dan niet aanbranden.
1. Schakel de ovenverlichting in om de oven goed te kunnen reinigen.
2. Reinig na ieder gebruik de oven met een sopje en droog hem goed af.
3. Deur van de ovenwagen voor reiniging eruit lichten.
3 Hardnekkig vuil kan verwijderd worden met speciale ovenreinigers.
1 Let op: Neem bij het gebruik van ovensprays altijd goed de aanwijzingen van de fabri-
kant in acht!
Hulpstukken
Alle hulpstukken na ieder gebruik afwassen en goed afdrogen. Om het schoonmaken te
vergemakkelijken kort laten inweken.
Vetfilter
1. Het vetfilter in een heet sopje of in de afwasautomaat reinigen.
2. Als het vuil sterk is ingebrand in wat water en 2-3 eetlepels afwasmiddel voor afwasauto-
maten uitkoken.
Ovenverlichting
1 Waarschuwing: Kans op kortsluiting! Voor het vervangen van de ovenlamp:
oven uitschakelen!
zekeringen in de huisinstallatie uitdraaien resp. uitschakelen.
3 Om de ovenlamp en het afdekglas te beschermen een doekje op de bodem van de oven
leggen.
31Reiniging en onderhoud
Ovenlamp vervangen/glas reinigen
1. Afdekglas linksom draaien, losnemen en
schoonmaken.
2. Indien nodig:
oververlichting 40 watt, 230 V 300 °C hit-
tebestendig
vervangen.
3. Afdekglas weer aanbrengen.
Bovenkant oven
Het bovenste verwarmingselement kan neergeklapt worden om de bovenkant van de
oven gemakkelijker te reinigen.
Verwarmingselement neerklappen
1 Waarschuwing: Verwarmingselement alleen
neerklappen als de oven is uitgeschakeld en er
geen gevaar meer op verbranding bestaat!
1. Pak het verwarmingselement aan de voorkant
vast en trek het element naar voren.
2. Het verwarmingselement klapt nu naar onder.
1 Let op: Druk het verwarmingselement niet met
geweld naar onder! Het verwarmingselement
kan afbreken.
Bovenkant oven reinigen
Reiniging en onderhoud32
Verwarmingselement bevestigen
1. Het verwarmingselement terug aanbrengen tot
aan de bovenkant van de oven.
2. Het verwarmingselement tegen de veerkracht
naar voren trekken en over de uitsparing van de
oven leiden.
3. In de beugel vastklikken.
1 let op: Het verwarmingselement moet aan bei-
de kanten boven de uitsparing van de binnen-
wand van de oven liggen en correct zijn
vastgeklikt.
Ovendeur
Om de ovendeur van uw apparaat gemakkelijker te kunnen schoonmaken kan deze wor-
den uitgehangen.
Ovendeur verwijderen
1. Ovendeur eruit trekken.
2. Ovendeur met beide handen aan de zijkanten
vastpakken.
3. Ovendeur verticaal naar boven uit de gelei-
dingsstangen trekken.
1 Let op: Niet aan de deurgreep van de oven-
deur omhoogtrekken!
3 Ovendeur met de buitenkant naar onderen op
een zachte, vlakke ondergrond leggen, bij-
voorbeeld op een deken, om krassen te voor-
komen.
33Reiniging en onderhoud
Ovendeur plaatsen
1. Ovendeur vanaf de greepzijde met beide han-
den aan de zijkant vastpakken. Ovendeur
loodrecht op de geleidingsstaven zetten en
naar onderen laten glijden.
2. Ovendeur sluiten.
Deurglas ovenwagen
De deur van de ovenwagen is uitgerust met drie achter elkaar aangebrachte glazen rui-
ten De binnenste glasplaten kunnen voor reiniging verwijderd worden.
3 Het verwijderen van de glazen ruiten in de deur van de ovenwagen, dient alleen plaats
te vinden als de deur eruit is gelicht.
1 Let op! Bij heftige stoten, vooral tegen de zijkanten van de voorste glasplaat, kan het
glas breken.
Deurglas ovenwagen demonteren
1. Licht de deur van de ovenwagen eruit en leg de deur met de handgreep naar beneden
op een zachte, vlakke ondergrond.
2. Deurafdekking(B) aan de bovenkant van de
deur aan beide kanten vastpakken en naar bin-
nen drukken om de klemsluiting te ontgrende-
len. Vervolgens de deurafdekking eraf trekken.
Reiniging en onderhoud34
3. Afdekking aan de zijkanten vastpakken. Licht
indrukken en in de richting van de deurgreep
schuiven. De afdekking springt uit de geleiding
en kan eraf worden gehaald. Afdekking aan
beide kanten verwijderen.
4. Deurglas ovenwagen een beetje heffen. Ach-
tereenvolgens aan de bovenrand vastpakken en
uit de geleiding trekken.
Deurglas ovenwagen reinigen
De ruiten van de deur van de ovenwagen grondig reinigen met afwas middel Daarna
zorgvuldig afdrogen.
Deurglas ovenwagen aanbrengen
1. De ruiten van de deur achtereenvolgens van
boven in het deurprofiel aan de onderkant van
de deur invoeren en laten zakken.
3 Eerst de kleine glasplaat aanbrengen en daarna
de grotere glasplaten.
35Reiniging en onderhoud
2. De afdekking aan de zijkant van het deurframe
zo aanbrengen dat beide ventilatie-openingen
in de richting van de deurgreep wijzen. Afdek-
king aandrukken en aanbrengen. Afdekking
klikt vast. Nogmaals aan beide kanten contro-
leren of alles correct is aangebracht en goed
vast zit.
3. Deurafdekking (B) links en rechts vastpakken,
tegen de binnenkant van de deur rand plaatsen
en deurafdekking (B) op de bovenkant van de
deur vastdrukken.
3 Aan de open zijde van de deur af dekking (B)
bevindt zich een geleiderail (C). Deze moet
tussen de buitenste ruit van de deur en het
geleidingsprofiel (D) worden geschoven.
De klem sluiting (E) moet vastgeklikt zijn.
4. De deur van de ovenwagen weer aanbrengen.
Wat is er aan de hand als …36
Wat is er aan de hand als
Wanneer u de storing niet kunt verhelpen met de hierboven gegeven aanwijzin-
gen, neem dan contact op met uw vakhandel of met onze service-afdeling.
1 Waarschuwing! Reparaties aan het apparaat mogen alleen door vakmensen worden
uitgevoerd. Onvakkundige reparaties kunnen tot aanzienlijke risico's voor de gebruiker
leiden.
3 Bij een onjuiste bediening wordt het bezoek van de servicetechnicus ook tijdens de ga-
rantieperiode in rekening gebracht.
3 Aanwijzingen voor apparaten met een metalen voorzijde:
Vanwege de koele voorzijde van uw apparaat kan er zich, na het openen van de oven-
deur tijdens of kort na het bakken of braden, gedurende korte tijd condens vormen op de
binnenkant van het deurvenster.
Afvalverwerking
2 Verpakkingsmateriaal
De verpakkingsmaterialen zijn niet schadelijk voor het milieu en herbruikbaar. De kunst-
stoffen hebben de volgende aanduidingen, bijv. >PE<, >PS<, enz. Verwijder de verpak-
kingsmaterialen in overeenstemming met de aanduiding bij de gemeentelijke
inzamelplaatsen in de daarvoor bestemde containers.
2 Oud apparaat verwijderen
Het symbool
W op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als
huishoudafval mag worden behandeld. Het moet echter naar een plaats worden ge-
bracht waar elektrische en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt
dat dit product op de correcte manier wordt verwijderd, voorkomt u mogelijk voor mens
en milieu negatieve gevolgen die zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde
afvalbehandeling. Voor meer details in verband met het recyclen van dit product, neemt
Storing Mogelijke oorzaak Oplossing
De oven wordt niet warm De oven is niet ingeschakeld Oven inschakelen
De dagtijd is niet ingesteld Dagtijd instellen
De vereiste instellingen zijn
niet uitgevoerd
Instellingen controleren
De zekering in de huisinstalla-
tie (stoppenkast) is gespron-
gen
Controleer de zekering
Neem contact op met een er-
kend elektro-installateur als de
zekeringen meermaals sprin-
gen
De ovenverlichting valt uit De lamp van de ovenverlich-
ting is defect
Lamp van de ovenverlichting
vervangen
37Afvalverwerking
u het best contact op met de gemeentelijke instanties, het bedrijf of de dienst belast met
de verwijdering van huishoudafval of de winkel waar u het product hebt gekocht.
1 Waarschuwing: Opdat er geen gevaar meer kan ontstaan, moeten afgedankt apparaten
voor het weggooien onbruikbaar worden gemaakt.
Stekker uit het stopcontact trekken en aansluitsnoer van het apparaat verwijde-
ren.
38
Service
Controleer bij technische storingen eerst of u met behulp van de gebruiksaanwijzing
(hoofdstuk „Wat te moet doen als…“) het probleem zelf kunt oplossen.
Wanneer u het probleem niet kunt oplossen, neemt u contact op met onze service-afde-
ling.
Om u snel te kunnen helpen, hebben wij de vol-
gende gegevens nodig:
Modelaanduiding
Productnummer (PNC)
Serienummer (S-No.)
(u vindt deze nummers op het typeplaatje)
Soort storing
Eventuele foutmelding die het apparaat aan-
geeft
Om ervoor te zorgen dat u de benodigde num-
mers van uw apparaat bij de hand heeft, raden wij u aan deze hier te noteren:
Modelaanduiding: .....................................
PNC: .....................................
S-No: .....................................
39
www.electrolux.com
www.aeg-electrolux.nl
www.aeg-electrolux.be
387 996 130-A-110509-01 Wijzigingen voorbehouden
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40

Aeg-Electrolux b 4101 5 Handleiding

Categorie
Accessoires voor het maken van koffie
Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor