Amica FK2965.3GAA, FK2965.3LAA, FK2965.3RAA Handleiding

  • Hallo! Ik ben een AI-chatbot die speciaal is getraind om je te helpen met de Amica FK2965.3GAA Handleiding. Ik heb het document al doorgenomen en kan je duidelijke en eenvoudige antwoorden geven.
68
Ditapparaatcombineertuitzonderlijkgebruiksgemakmetperfecteeciëntie.Elkproductwordt
voordathetdefabriekverlaatzorgvuldiggecontroleerdopveiligheidenfunctionaliteit.
Wijvragenudezegebruiksaanwijzingzorgvuldigdoortelezenvoordatuhetapparaat
inschakelt.
Geachte Klant!
GEFELICITEERD MET UW KEUZE VOOR EEN PRODUCT VAN AMICA
Het apparaat is uitsluitend bestemd voor
huishoudelijk gebruik.
De producent behoudt zich het recht voor
om wijzigingen aan te brengen die het
gebruik van het apparaat niet beïnvloeden.
i
De afbeeldingen in deze gebruiksaanwij-
zing hebben een informatief karakter. De
volledige uitrusting van het apparaat vindt
u in het desbetreende hoofdstuk.
NL
69
AANWIJZINGEN BETREFFENDE VEILIGHEID VAN GEBRUIK
NL
Sommige opmerkingen in deze gebruiksaanwijzing zijn
hetzelfde voor de verschillende typen koelapparatuur,
(voor koelkasten, koel-vrieskasten of diepvriezers). U
vindt informatie over het type van uw apparaat op de
productkaart die is meegeleverd met het product.
Producent steelt zich niet verantwoordelijk voor de
schade die uit het niet nagaan van de aanwijzingen van
deze gebruiksaanwijzing voortvloeit.
Wij adviseren deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig te
bewaren om te kunnen raadplegen in de toekomst of
doorgeven aan de volgende gebruiker.
Dit apparaat is niet bestemd voor gebruik door perso-
nen met een beperkte fysieke, somatische of psychi-
sche vaardigheden (waaronder kinderen) en personen
die geen ervaring ermee of kennis ervan hebben, ten-
zij dit onder toezicht of volgens gebruiksaanwijzing ge-
beurt, die door personen die voor de veiligheid veran-
twoordelijk zijn doorgegeven wordt.
Wees u bijzonder attent op het zelfstandig gebruik van
het apparaat door kinderen. Het apparaat is geen spe-
elgoed. Het is verboden om op de uitschuifbare ele-
menten te zitten en aan de deur hangen.
De koelvries combinatie werkt correct in de omgeving-
stemperatuur welke aangegeven staat op de tabel met
technische gegevens. Plaats het apparaat niet in een
kelder, een gang of een niet verwarmde chalet in de
herfst en in de winter.
Tijdens het opstellen, schuiven en optillen is het ver-
boden om aan de deurhandgrepen te grijpen, aan de
gleuf aan de achterkant van de koelkast te trekken of
compressor aan te rakken.
Tijdens het transport, het optillen of opstellen dient de
koel-vriescombinatie zich niet meer dan 40° van de ver-
ticale positie bevinden. Indien dit wel plaatshad, kan het
apparaat pas na 2 uur na de opstelling aangezet wor-
den (tek. 2).
Voordat u aan onderhoudswerkzaamheden begint haal
altijd de stekker uit het stopcontact. Trek nooit aan het
netsnoer, maar aan de stekker.
70
AANWIJZINGEN BETREFFENDE VEILIGHEID VAN GEBRUIK
De ongewone of sterkere geluiden ontstaan door het
uitbreiden en verkleinen van de onderdelen door de
temperatuurwijzigingen.
Vanwege de veiligheid is het niet aangeraden om het
apparaat zelf te herstellen. De herstellingswerkzaam-
heden, die door niet bevoegde personen zijn uitgevo-
erd, kunnen gevaarlijk voor de gebruikers van het ap-
paraat zijn.
Ingeval van storing van het koelsysteem is het aangera-
den om de ruimte, waarin het apparaat geplaatst werd
door enkele minuten te ventileren (deze ruimte dient ten
minste 4 m
3
hebben; voor het product met isobutaan/
R600a)
Gedeeltelijk ontdooide producten dient u niet nog een
keer in te vriezen.
Bewaar dranken in blikken en essen, in het bijzonder
koolzuurhoudende dranken, niet in de diepvriezer. Blik-
ken en essen kunnen barsten.
Plaats geen pas van de diepvriezer genomen produc-
ten direct in de mond (ijs, ijsblokken, ezv.), hun lage
temperatuur kan ernstige letsels veroorzaken.
Let op om het koelsysteem niet te beschadigen, bv.
door het prikken in de kanalen van de koelvloeistof in
de verdamper, het breken van pijpen. Het ingespoten
koelvloeistof is brandbaar. Ingeval van contact met het
oog, dient u het met schoon water afspoelen en onmid-
dellijk met arts contacteren.
Als de voedingskabel beschadigd raakt, dan moet deze
vervangen worden bij een specialistische service.
Het apparaat is bestemd voor het bewaren van voeding-
smiddelen. Gebruik het niet voor andere doeleinden.
Koppel het apparaat volledig los van het lichtnet (door
de stekker uit het stopcontact te trekken) tijdens werk-
zaamheden als schoonmaken, onderhoud of verplaat-
sen.
NL
71
AANWIJZINGEN BETREFFENDE VEILIGHEID VAN GEBRUIK
Dit apparaat mag gebruikt worden door kinderen van
8 jaar en ouder, door personen met een lichamelijke,
zintuiglijke of verstandelijke beperkingen en personen
zonder ervaring of kennis van het apparaat wanneer op
hen gelet wordt of ze geïnstrueerd zijn over het veilig
gebruik van het apparaat en ze de gevaren kennen in
verband met het gebruik van het apparaat. Kinderen
mogen niet met het apparaat spelen. Reiniging en on-
derhoud mogen niet door kinderen gedaan worden ten-
zij ze 8 jaar zijn of ouder en er toezicht wordt gehouden
door een juiste persoon.
Anti-bacteria System (toegepast afhankelijk van het
model. Bij aanwezigheid is een sticker aangebracht in
de binnenruimte van het apparaat) - We hebben een
speciaal antibacterieel middel toegevoegd aan het ma-
teriaal waarvan de binnenzijde van de koelkast is ge-
maakt. Dit beschermt de producten tegen schimmels,
bacteriën en micro-organismen en voorkomt het ont-
staan van onaangename geurtjes. Hierdoor blijven de
producten langer vers.
Om meer ruimte te creëren in de diepvriezer, kunt u de
laden verwijderen en de producten direct op de legplan-
ken plaatsen. Dit heeft geen invloed op de thermische
en mechanische eigenschappen van het apparaat. De
opgegeven inhoud van de diepvriezer is berekend bij
afwezigheid van de laden.
NL
72
IINSTALLATIE EN WERKOMSTANDIGHEDEN VAN HET APPARAAT
Installatievoordeeersteingebruikname
l Pak het product uit en verwijder de veili-
gheidsbanden van de deur en uitrusting
(Tek. 4). De restanten van het lijm kunt
u met een zacht reinigingsmiddel verwij-
deren.
l Gooi de piepschuim elementen van de
verpakking niet weg. Ingeval van een
toekomstig transport, dient de koel-vrie-
scombinatie nog een keer met behulp
van piepschuim elementen, folie en
plakband beveiligt te worden.
l Was de binnenkant van de koelkast en
de diepvriezer met een zacht warm water
met een afwasmiddel en daarna droog
het met een doek en wacht tot het droog
wordt.
l Plaats de koel-vriescombinatie op een
ondergrond, die vlak, waterpas en
stabiel is, in een droge en regelmatig
ventileerde ruimte, niet in direct zonlicht
of naast andere warmtebronnen, zoals
een gasfornuis, CV-radiator, CV-buis of
warme water installatie ezv.
l Op de buiten oppervlakken van het pro-
duct kan zich beschermende folie bevin-
den welke verwijderd dient te worden.
l Het apparaat moet waterpas geplaatst
zijn, wat kunt u bereiken door op een
juiste manier 2 voorvoetjes op te schuiven
(tek. 3).
l Om de deur vrijuit te kunnen openen,
dient de afstand tussen de zijwand van
het product (aan de kant van de deur-
scharnieren) en de muur in overeenstem-
ming te zijn met afbeelding 5*.
l De ruimte dient regelmatig geventileerd te
worden en het lucht dient onbelemmerd
van alle zijden van het apparaat circule-
ren (tek. 6*).
Minimaleafstandenvanwarmtebronnen:
- van elektrische fornuizen, gasfornuizen
en andere fornuizen - 30 mm,
- van olie- of steenkoolkachels - 300 mm,
- van ingebouwde fornuizen - 50 mm
Indien het behouden van deze afstanden niet
mogelijk is, dient u een juiste isolatieplaat te
gebruiken.
l De achterwand van de koelkast en in
het bijzonder de condensor en andere
elementen van het koelingssysteem
mogen de andere elementen niet aan
te rakken, in het bijzonder elementen die
defecten kunnen veroorzaken (CV-buis
en wateraanvoerbuis).
l Het is verboden om aan de onderdelen
van het aggregaat te manipuleren. In het
bijzonder mag het capillair niet defect
te zijn, die u bij de compressor ziet. Het
capillair mag niet gevouwen, getrokken
nog gerold worden.
l Het beschadigen van het capillair door
de gebruiker maakt de garantie ongeldig
(tek. 8).
l In geselecteerde modellen bevindt zich
de deurhendel aan de binnenkant van
het product en dient het vastgeschroeft
te worden met een schroevendraaier.
Aansluitenophetelectriciteitsnet
l Zet de temperatuurregelaar in de positie
„OFF” of een andere positie die het ap-
paraat uitschakelt (zie de pagina met de
beschrijving van de besturing) voordat u
het aansluit.
l Suit het apparaat op het electriciteitsnet
met wisselstroom 230V, 50 Hz aan, met
gebruik van een correct geïnstalleerd
stopcontactdoos, die geaard is en over
een zekering van 10A beschikt.
l De aansluiting op het electriciteitsnet
met een aarding moet volgens de wet-
telijke voorschriften uitgevoerd zijn. De
producent stelt zich niet verantwoordelijk
voor de schade, die door de personen
of voorwerpen geleden kan worden als
gevolg van het niet nagaan van de ver-
plichting van dit voorschrift.
l Het is verboden om verloopstekkers,
verdeelstekkers en verlengsnoeren te
gebruiken. Indien u wel een verleng-
snoer moet gebruiken, het dient over
een beschermring te beschikken, alleen
één contactdoos hebben en over een
veiligheidsatest VDE/GS te beschikken.
l Ingeval van het gebruik van een verleng-
snoer (met een beschermring en veili-
gheidsmarkering), moet zijn nest zich
in een veilige afstand van waterbakken
bevinden en kan niet het gevaar oplopen
om met het water en ander afvalwater in
aanraking te komen..
l De gegevens staan op de typeplaatje, dat
zich beneden aan de binnenwand van de
koelkast bevindt**.
Uitschakelen
l Het apparaat dient in elk moment van
het electriciteitsnet te kunnen worden
uitgeschakeld door de stekker eruit te
halen of de dubbelpolige schakelaar uit
te zetten (tek. 9).
* Geldt niet voor inbouwapparatuur
**Toegepast afhankelijk van het model
NL
73
BEDIENING EN FUNCTIES
Bedieningspaneel (tek. 10)
1. Lichtbron
2. Thermostaat draaiknop
Temperatuurinstellen
Met gebruik van de draaiknop kunt u de temperatuur in de koel-vriescombinatie veranderen. De mogelijke standen van
de draaiknop:
Apparaat uit – positie OFF/0
Maximale temperatuur – positie 1
Optimale temperatuur – positie 2-6
Minimale temperatuur – positie 7
Decellendienenmetlevensmiddelenpasnahetafkoelen
opgevuldworden(min.na4uurwerkingvanhetapparaat).
Binnentemperatuurvandekoelkast/diepvriezer
Het is niet aangeraden om de temperatuur vanwege de verandering van seizoenen in te stellen. De stij-
ging van de omgevingstemperatuur wordt door de sensor ontdekt en gaat de compressor automatisch
langer werken om de gewenste binnentemperatuur te behouden.
Geringeveranderingenvandetemperatuur
Geringe veranderingen van de temperatur zijn normaal en kunnen ontstaan door bv. een groot aantal
verse producten in de koelkast te bewaren of wanneer de deur door een langere periode open stond.
Het heeft geen invloed op de levensmiddelen en de temperatuur gaat snel terug naar de normale waar-
de.
Vervangingvandeverlichting*
l Zet de draaiknop in de positie „OFF” en haal vervolgens de stekker uit het stopcontact.
l Demonteer het beschermkapje van het lampje en haal het lampje eruit (Afb. 18).
l Vervang het lampje door een werkend lampje met identieke parameters als het fabrieksmatig
geïnstalleerde lampje (220-240 V, max. 10 W, E14, maximale afmetingen van het bolletje: doorsnede
- 26 mm, lengte 55 mm).
l Bevestig het beschermkapje van het lampje.
Gebruikgeenlampjesmeteenkleinerofgrotervermogen.Pasuitsluitendlampjestoemetde
parametersdiehierbovenstaanvermeld.
Gebruikteverlichtingmagnietwordengebruiktvoorhetverlichtenvanwoonruimten.
* Betreft apparaten die fabrieksmatig zijn uitgerust met gloeilampen en bepaalde apparaten met led-
-verlichting in de vorm van lampjes met een E14-tting.
NL
74
BEDIENING EN FUNCTIES
Hetbewarenvanproductenindekoelkast
Tijdenshetbewarenvanlevensmiddelenin
hetapparaathandelvolgensdeonderstaande
aanwijzingen.
lBewaar de producten op borden, in dozen of in
voedselfolie verpakt. Plaats ze gelijkmatig op de
oppervlakte van de platen.
lLevensmiddelen mogen niet met de achterwand
in aanraking komen, indien het wel gebeurt kun-
nen ze verrijpen of vochtig worden.
lHet is verboden om warme voedsel in de koel-
kast te plaatsen.
lProducten, die makkelijk geuren opnemen, bv.
boter, melk, kwark en producten die een sterk
geur hebben, bv. vlees, vissen en kazen dienen
verpakt met folie of in goed gesloten dozen ge-
plaatst worden.
lGroenten die rijk aan water zijn, veroorzaken
verdamping over de groentelade; dit verstoort
de correcte werking van de koelkast niet.
lDroog de groenten voor het plaatsen ervan in de
koelkast.
lTe grote hoeveelheid vocht verkort de tijd van
het bewaren, in het bijzonder met betrekking tot
groenten met bladeren.
lBewaar de groenten zonder wassen. Het was-
sen verwijderd hun beschermingslaag, daarom
is het aangeraden om ze net voor het eten te
wassen.
lDe producten in korven (laden) 1, 2, 3* plaats
(zie tek. 11).**
1. verpakte producten
2. Verdamper plank / kast
3. Normaal laadniveau
4. (*/***)
lHet is toegestaan om producten op de draadro-
osters van de verdamper van de diepvriezer te
plaatsen*
lHet is toegestaan dat producten 20-30 mm vo-
orbij de natuurlijke laadgrens worden gescho-
ven.**
lU kunt de onderste mand verwijderen om meer
laadruimte te creëren. U stapelt de producten op
de bodem van de diepvriezer tot de maximale
hoogte.*
Hetinvriezenvanproducten**
lBijna alle levensmiddelen kunnen worden inge-
vroren, met uitzondering van groenten die rauw
worden gegeten, bv. sla.
lAlleen producten van uitstekende kwaliteit kun-
nen worden ingevroren, verpakt in afgemeten
porties die op een keer kunnen worden gebruikt.
lGebruik materialen zonder geur om producten te
verpakken, die geen lucht nog vocht toelaten en
vet niet doorlaten. Het meest geschikt zijn: zakjes,
platen van polyetheenfolie, aluminiumfolie.
lDe verpakking dient goed worden gesloten en
bij het product passen. Glazen verpakkingen zijn
verboden.
lBreng verse en warme levensmiddelen (in de
omgevingstemperatuur) die gaan worden in-
gevroren, niet in contact met reeds ingevroren
producten.
lAanbevolen wordt om per etmaal eenmalig niet
meer dan de aanbevolen hoeveelheid verse
levensmiddelen in de diepvriezer te plaatsen die
staat vermeld in de technische specicatie van
het apparaat.
lOm de goede kwaliteit van de ingevroren pro-
ducten te garanderen, is het aangeraden om de
reeds ingevroren producten te verplaatsen opdat
ze niet in contact met verse producten komen.
lDe ingevroren producten dienen op de ene kant
van de diepvriezer geplaatst worden en de verse
producten aan de andere kant, zo dicht mogelijk
bij de achter- en zijwand.
lGebruik voor het invriezen van producten de
ruimte die is aangeduid met (*/***).
lDe temperatuur in de koelkast wordt onder an-
dere bepaald door: omgevingstemperatuur, het
aantal geplaatste levensmiddelen, frequentie van
deuropening, de hoeveelheid rijp, de stand van
de thermostaat
lIndien na het sluiten van de koelkast de deur niet
direct opnieuw opengaat, wacht 1 tot 2 minuten,
zodat de ontstane onder druk gecompreseerd
wordt.
De bewaartijd van ingevroren producten is afhan-
kelijk van hun kwaliteit voor het invriezen en de
bewaringstemperatuur. Bij een bewaringstempe-
ratuur van -18°C zijn de volgende bewaartijden
aanbevolen:
Producten Manden
Rundvlees 6-8
Kalfsvlees 3-6
Inwendige organen 1-2
Varkensvlees 3-6
Kippenvlees 6-8
Eieren 3-6
Vissen 3-6
Groenten 10-12
Fruit 10-12
De ruimte voor snelkoeling is niet geschikt voor
het bewaren van bevroren voedsel. In deze ruimte
kunt u ijsblokjes maken en bewaren.***
* Betreft apparaten met een vriesruimte in het
onderste gedeelte van het apparaat
** Betreft apparaten met een vriesruimte (*/***)
*** Geldt niet voor apparaten met een vriesruimte
met de aanduiding (*/***)
NL
75
HOE KAN DE KOELKAST ECONOMISCH GEBRUIKT WORDEN?
Praktische tips
l Plaats de koelkast of de vrieskast niet in de
nabijheid van radiatoren, ovens en stel ze niet
rechtstreeks bloot aan zonnestralen.
l Zorg ervoor dat de ventilatieopeningen niet
bedekt zijn. Ze moeten een- tot tweemaal per
jaar gereinigd en ontstoft worden.
l De gepaste temperatuur kiezen: een tempera-
tuur van 6 tot 8 °C in de koelkast en -18 °C in
de vrieskast is voldoende.
l Als u op vakantie vertrekt, dient u de temperatuur
in de koelkast te verhogen.
l Open de deur van de koelkast of de vrieskast
enkel als dit noodzakelijk is. Het is goed om te
weten welke levensmiddelen er in de koelkast
bewaard worden en waar ze zich precies be-
vinden. Ongebruikte levensmiddelen dienen zo
snel mogelijk terug in de koelkast of de vrieskast
geplaatst worden, voordat ze opwarmen.
l Reinig de binnenkant van de koelkast regelmatig
met een doekje met zacht detergent. Toestellen
zonder automatische ontdooifunctie dienen
regelmatig ontdooid te worden. Vermijd dat er
een rijmlaag van meer dan 10 mm dik gevormd
wordt.
l De afdichting rond de deur moet rein gehouden
worden. Anders zal de deur niet meer volledig
sluiten. Een beschadigde afdichting moet altijd
vervangen worden.
Watbetekenendesterretjes?
*Een temperatuur van niet meer dan -6 °C
volstaat om ingevroren levensmiddelen gedu-
rende ongeveer een week te bewaren. Lades
of vakken die aangeduid zijn met één sterretje
vindt men (meestal) in goedkopere koelkasten.
** Bij een temperatuur van minder dan -12 °C kan
men gedurende één tot twee weken levensmid-
delen bewaren zonder dat ze hun smaak verlie-
zen. Dit is niet voldoende om levensmiddelen
in te vriezen.
***Hoofdzakelijk gebruikt om levensmiddelen in
te vriezen bij een temperatuur van minder dan
-18 °C. Laat toe om verse levensmiddelen met
een gewicht tot 1 kg in te vriezen.
****Zo’n toestel laat toe om levensmiddelen bij een
temperatuur van minder dan -18 °C te bewaren
en grotere hoeveelheden levensmiddelen in te
vriezen.
Zonesindekoelkast
l Door de natuurlijke luchtcirculatie ontstaan er in het
koelvak verschillende temperatuurzones.
l De koudste zone bevindt zich rechtstreeks boven de
groentelades. In deze zone dienen delicate en snel
bederfbare levensmiddelen bewaard te worden zoals
- vis, vlees, gevogelte,
- vleeswaren, kant-en-klare maaltijden,
- gerechten of gebak met eieren of room,
- vers deeg, cakemengsels,
- verpakte groenten en andere verse levensmiddelen
waarvan het etiket een bewaartemperatuur van onge-
veer 4 °C aangeeft.
l De warmste zone bevindt zich bovenaan in de deur.
Hier dient boter en kaas bewaard te worden.
Levensmiddelendienietindekoelkastbe-
waardmogenworden
l Niet alle levensmiddelen mogen in de koelkast
bewaard worden. Dit zijn onder andere:
- groenten en fruit die gevoelig zijn voor lage
temperaturen, bijvoorbeeld bananen, avocado,
papaja, passievrucht, aubergine, paprika, tomaat
en komkommer.
- Onrijpe vruchten,
- Aardappelen
Voorbeeld van producten plaatsing in het apparaat
(Tek. 12).
NL
76
ONTDOOIEN,WASSENENONDERHOUD
Gebruik nooit oplosmiddelen of agressieve, schu-
rende schoonmaakmiddelen (bv. schuurpoeders of
reinigingsmelk) voor het schoonmaken van de be-
huizing en de plastic onderdelen van het product!
Gebruik alleen milde vloeibare schoonmaakmidde-
len en een zacht doekje. Gebruik geen sponsjes.
Ontdooienvandekoelkast***
l Aan de achterwand van de koelkast ontstaat rijp,
die automatisch ontdooit. Tijdens het ontdooien
van de rijp, tezamen met de druppeltjes kunnen
ook ontreinigingen door de opening voortvloeien.
Dit kan het verstoppen van de opening veroorza-
ken. In zo’n geval moet de opening met plunjer
gereinigd worden (tek. 13).
l Het apparaat werkt in cyclusfazen: eerst koelen
(aan de achterwand ontstaat rijp) en daarna ontdo-
oien van de rijp (druppeltjes aan de achterwand).
Voor het beginnen met reinigen dient
hetapparaat van het electriciteitsnet
uitgeschakeldworden,doordestekker
eruitte halen, uitschakeling of losdra-
aienvandezekering.Hetwatermagniet
incontactmethetbedieningspaneelof
verlichtingkomen.
l Gebruik bij het ontdooien geen ontdooisprays.
Ze kunnen explosieve mengsels vormen en
oplossers bevatten die de kunststof onderdelen
van het apparaat beschadigen en zelfs voor de
gezondheid schadelijk zijn.
l Het water die bij het wassen gebruikt wordt mag
niet door de opening naar de verdamper vloeien.
l Was het apparaat met een zachte detergent,
behoudens de dichting in de deur. De dichting
in de deur was met schoon water en droog met
een doek.
l Reinig nauwkeurig alle elementen van de uitru-
sting (groentevakken, rekken, glazen platen
ezv.).
Ontdooienvandediepvriezer**
l Het is aangeraden om het ontdooien van de
diepvriezer tezamen met het wassen van het
product uit te voeren.
l Grote hoeveelheid ijs op de vriesoppervlakten
verstoort de werking van het apparaat en ver-
groot het energieverbruik.
l Het is aangeraden om het apparaat ten minste
een of twee keer per jaar te ontdooien. Wanneer
er veel ijs ontstaat, moet u het apparaat vaker
ontdooien.
l Indien in de diepvriezer bevinden zich ingevroren
levensmiddelen, stel de draaiknop op max. ong.
4 uur voor het geplande ontdooien in. Daardoor
gaat het mogelijk zijn om de ingevroren produc-
ten in de kamertemperatuur te bewaren.
l Plaats de ingevroren producten in een kan,
omgevouwen met krantenpapier en deken en
houd ze in een koele plek.
l Het ontdooien van de diepvriezer dient zo snel
mogelijk uitgevoerd worden. Het te lange bewa-
ren van de producten in de kamertemperatuur
verkort hun houdbaarheid.
Omdevriesruimteteontdooienhandeltuals
volgt:**
l Schakel het apparaat uit met behulp van het
bedieningspaneel en trek vervolgens de stek-
ker uit het stopcontact.
l Open de deur en haal de producten eruit.
l Afhankelijk van het model trekt u het afvoer-
kanaaltje naar buiten dat zich in het onderste
gedeelte van de diepvries in de basis van het
apparaat bevindt.
l Laat de deur openstaan, hierdoor versnelt u het
ontdooiproces. U kunt ook een schaal met heet
(geen kokend) water in de vriesruimte plaatsen.
l Maak de binnenkant van de diepvriezer schoon
en droog hem af.
l Schakel het apparaat in volgens de gebruiksa-
anwijzing.
Uithaleneninzettenvandelegplateaus
Til het legplateau op en schuif het uit, schuif het
daarna in totdat u niet meer verder kunt en de slu-
iting van het legplateau zich in de geleider bevindt
(Afb. 15).
Uithaleneninzettenvanderekjes
Uithalen en inzetten van de rekjes
Automatischontdooienvandekoelkast****
De koelkast werd in de functie van automatisch
ontdooien voorzien. Toch kan het aan de ach-
terwand van de koelkast rijp verzamelen. Deze
ontstaat als veel verse producten in de koelkast
bewaard worden.
Automatischontdooienvandediepvriezer****
De diepvriezer werd in de functie van automatisch
ontdooien voorzien (no-frost). Voedsel wordt met
gebruik van koud, circelend lucht ingevroren en de
vocht van de diepvriezer wordt naar buiten afgevo-
erd. Daardoor in de diepvriezer ontstaan er geen
grote hoeveelheden ijs en rijp en de producten
vriezen niet samen.
Handwassenvandekoelkastendiepvriezer****
Het wordt aangeraden om de koelkast en diepvrie-
zer ten minste een keer per jaar te wassen.
Het voorkomt het ontstaan van bacteriën en
onprettige geuren. Schakel het apparaat met de
knop (1) uit, maak het leeg van producten en was
met water met zachte detergent. Daarna droog
met een doek.
Tenalletijdeishetverbodenom
dediepvriezermetgebruikvaneen
electrischeradiatorofhaardrogerte
ontdooien.
** Betreft apparaten met een vriesruimte (*/***).
Geldt niet voor apparaten met een Antirijpsy-
steem
*** Betreft apparaten met een koelruimte. Geldt
niet voor apparaten met een Antirijpsysteem
**** Betreft apparaten met een Antirijpsysteem
NL
77
STORINGEN VINDEN EN VERHELPEN
Verschijnselen Mogelijkeredenen Herstellingswijze
Het apparaat werkt
niet
Onderbreking in de electrische installatie
- controleer of de stekker goed in het stopcontact zit
- controleer of de spanningskabel niet beschadigt is
- controleer of er spanning op het stopcontact staat
door bv. een ander toestel aan te sluiten bv. een
nachtlamp
- controleer of het apparaat aan staat door de
thermostaat op meer dan 0 te zetten
Binnenverlichting
werkt niet
De gloeilamp is los of doorgebrand ( In
apparaten met gloeilampen verlichting).
- Controleer het vorige punt „Het apparaat werkt niet”-
draai de gloeilamp aan of vervang de doorgebrande (In
apparaten met gloeilampen verlichting).
Vries-/koeltempe-
ratuur is niet laag
genoeg
Slechte instelling van de temperatuurre-
gelaar
- draai de draaiknop op een hogere positie
De omgevingstemperatuur is hoger of lager
dan de temperatuur welke aangegeven
staat op de tabel met technische gegevens
van het apparaat.
Het apparaat is bestemd voor werking in een
temperatuur welke aangegeven is op de tabel met
technische gegevens van het apparaat.
Het apparaat staat in de zon of te dicht bij
een warmtebron
- verander de opstelling van het apparaat volgens
de gebruiksaanwijzing
In het apparaat werd te grote hoeveelhe-
id warme levensmiddelen per een keer
gelegd
- 72 uur wachten tot de producten gekoeld (inge-
vroren) worden en de temperatuur terug naar het
gewenste niveau gaat
De ventilatie binnen de cel is belemmerd
- controleer of de levensmiddelen en dozen de
achterwand van de koelkast niet aanraken
De ventilatie aan de achterkant van het
apparaat is belemmerd
- van de wand schuiven voor de afstand van min.
30 mm
De deur van de koelkast/vriezer wordt te
vaak geopend of blijft te lang open staan
- de deur minder vaak openen en/of de tijd van
open staan verkorten
De deur is niet goed gesloten
- levensmiddelen en vakken zo leggen, dat ze het
sluiten van de deur niet belemmeren
De compressor werkt niet vaak genoeg
- controleer of de omgevingstemperatuur niet lager
is dan het bereik van de klimaatklasse.
De dichting van de deur zit los - dichting vastmaken
Het apparaat werkt
continue
Slechte instelling van de temperatuurre-
gelaar
- temperatuur met de draaiknop naar beneden
draaien
Andere redenen in het punt „Vries-/koel-
temperatuur is niet laag genoeg”
- controleren volgens punt „Vries-/koeltemperatuur
is niet laag genoeg”
Er ontstaat water
in de onderste deel
van de koelkast
De waterafvoeropening is verstopt
- maak de verstopte opening schoon (zie hoofdstuk
- „Ontdooien van de koelkast”)
De ventilatie binnen de cel is belemmerd
- controleer of de levensmiddelen en dozen de
achterwand van de koelkast niet aanraken
Ongewone of ster-
kere geluiden
Het apparaat staat niet waterpas en stabiel - het apparaat waterpas opstellen
Het apparaat raakt aan wanden, meubels
of andere elementen
- het apparaat zo opstellen, dat er geen andere
elementen aanraakt en zelfstandig staat
Bij het normale gebruik van het koeltoestel kunnen er verschillende soorten geluiden ontstaan, die geen
enkele invloed hebben op de correcte werking van de koelkast.
Geluidendiegemakkelijkverholpenkunnenworden:
lLawaai doordat de koelkast niet waterpas staat – regel de opstelling met behulp van de regelvo-
etjes vooraan. Leg eventueel zacht materiaal onder de wieltjes achteraan, in het bijzonder bij een
tegelvloer.
lWrijving tegen de aanpalende meubelen – verschuif de koelkast.
lKnarsen van schuiven of schappen – neem de schuif of het schap weg en plaats het daarna terug.
lGeluid van tegen elkaar stotende essen – plaats de essen uit elkaar.
Geluiden die hoorbaar zijn tijdens het normale gebruik van het toestel, worden veroorzaakt door de
werking van de thermostaat, de compressor (aanslaan), het koelsysteem (krimpen en uitzetten van het
materiaal onder invloed van temperatuurverschillen en doorstroom van koelvloeistof).
NL
78
MILIEUBESCHERMING
Beschermingvandeozonlaag
Voor de productie van
ons product zijn materia-
len gebruikt, die 100%
vrij van FCKW en FKW
zijn, wat voordelig voor
de bescherming van de
ozonlaag en verminde-
ring van broeikaseect
is. De moderne techno-
logie en milieuvriendelij-
ke isolatie zorgt voor klein energieverbruik.
Recyclingvandeverpakking
Onze verpakkingen be-
staan uit milieuvriendelijk,
recycleerbaar materiaal:
lBuiten verpakking van golfkarton / folie
lGevormde delen van geschuimd poly-
styreen (PS), zonder FCKW
lFolies en zaken van polyetheen (PE)
LIQUIDATIE / AFDANKEN VAN HET AP-
PARAAT
Indien u van het product
geen gebruik meer wenst
te maken, voor het afdan-
ken snijd het netsnoer
door. Tevens verwijder
of zet de sluiting buiten
werking zodat kinderen
zich niet in het oude
apparaat kunnen opsluiten. Het apparaat
wordt voorzien van het symbool volgens
de Europese Richtlijn 2002/96/EC. Deze
symbolen wijzen erop dat dit product na de
periode van gebruik niet als huisafval mag
worden behandeld. De gebruiker moet het
echter naar een plaats brengenwaar elek-
trische en elektronische apparatuur wordt
gerecycled. Voor meer details in verband
met het recyclen van dit product, neemt u
het best contact op met de gemeentelijke
instanties, bedrijven of winkels, die met
het verzamelen van afgedankte apparaten
belast zijn.
Als u ervoor zorgt dat afgedankte electro-
nische en electrische apparaten op de cor-
recte manier worden verwijderd, voorkomt
u mogelijke voor mens en milieu nega-
tieve gevolgen die zich zouden kunnen
voordoen in geval van aanwezigheid van
gevaarlijke onderdelen en het verkeerd
bewaren en afvalbehandeling.
KLIMAATKLASSE
Klimaatklasse
Toegelatenomgeving-
stemperaturen
SN van +10°C tot +32°C
N van +16°C tot +32°C
ST van +16°C tot +38°C
T van +16°C tot +43°C
Informatie over de klimaatklasse staat op de typeplaatje. Deze geeft aan in welke omgevingstemperatu-
ur (dwz. ruimte, waarin hij staat) het product optimaal (correct) werkt.
NL
79
GARANTIE,SERVICE
Garantie
De garantieverplichtingen blijken uit het garantiebewijs.
De producent is niet aansprakelijk voor schade die is veroorzaakt door oneigenlijk gebruik van het product.
NL
Verklaring van de producent
Hierbij verklaart de producent, dat het product aan de eisen van de
onderstaande Europese richtlijnen voldoet:
Laagspanningsrichtlijn 2014/35/EC
Richtlijn elektromagnetische compatibiliteit 2014/30/EC
Richtlijn 2009/125/EC
Richtlijn RoHS 2011/65/EC
en over de certifi cering en de conformiteitsverklaring voor orga-
nen die toezicht op de markt houden beschikt.
130
FR
ÉLÉMENTSDEL’ÉQUIPEMENT
NL
UITRUSTING VAN HET APPARAAT
Clayette en verre 3
Clayette en verre au-dessus du bac à légumes 1
Bac à légumes 1
Balconnet moyen 2
Balconnet grand 1
Plateau pour œufs 1
Moyen du congélateur 3
Bac à glaçons 1
étagère grille 1
1 Panneau de signalisation 6 Balconnet moyen
2 Clayette en verre 7 Balconnet grand
3 Clayette en verre au-dessus du bac à légumes 8 Plateau pour œufs
4 Bac à légumes 9 étagère grille
5 Moyen du congélateur 10 Bac à glaçons
Glazen legplateaus 3
Glazen legplateau boven groentelade 1
Groentelade 1
Middelgroot deurvak 2
Groot deurvak 1
Eierrekje 1
Diepvrieslade 3
IJsblokjeslade 1
Draadrooster essenrek 1
1 Bedieningspaneel 6 Middelgroot deurvak
2 Glazen legplateaus 7 Groot deurvak
3 Glazen legplateau boven groentelade 8 Eierrekje
4 Groentelade 9 Draadrooster essenrek
5 Diepvrieslade 10 IJsblokjeslade
/