Alno AKE8130IW Handleiding

Type
Handleiding
ALNO Bedienungs-
und Einbauanleitung
... die Welt der Küche
®
Einbau-Gefrierschrank
AKE 8130 IW
2222 238-15
30
Inhoud
Waarschuwingen en belangrijke adviezen .............blz. 31
Installatie .........................blz. 33
Transport .........................blz. 33
Plaats van opstelling .....................blz. 33
Elektrische aansluiting .....................blz. 33
Eerste reiniging .......................blz. 33
Speciaal voor de installateur ..................blz. 34
Wijziging van de deurdraairichting .................blz. 34
Omkeren draairichting deurtje ..................blz. 34
Inbouw ..........................blz. 35
Speciaal voor de gebruiker...................blz. 38
Beschrijving van het koelvak ...................blz. 38
Reiniging en onderhoud van het koelvak...............blz. 40
Beschrijving van het diepvriesvak .................blz. 40
Uitschakeling, reiniging en onderhoud ...............blz. 42
Storingen, tips, raadgevingen ..................blz. 42
Wat te doen in geval van een onoplosbare storing? ...........blz. 43
31
Nederlands
Waarschuwingen en belangrijke adviezen
Huishoudelijke koel- en/of vriesapparaten zijn uitsluitend bedoeld voor het bewaren en/of
invriezen van eet- of drinkbare produkten.
Het gebruik voor andere doeleinden kan schade of letsel tot gevolg hebben.
Dit apparaat is bedoeld en gemaakt voor het gebruik door volwassenen. Het is gevaarlijk
om kinderen het apparaat te laten bedienen of als speelgoed te laten gebruiken.
Een eventueel noodzakelijke wijziging aan de elektrische huisinstallatie of het aansluit-
snoer, ten behoeve van de installatie van dit apparaat, mag uitsluitend door een daartoe
bevoegd persoon uitgevoerd worden.
Het betreffende stopkontakt dient, ook na eventuele onder- of inbouw, gemakkelijk bereik-
baar te zijn.
Werkzaamheden welke door personen zonder de noodzakelijke kennis uitgevoerd wor-
den, kunnen schade of letsel tot gevolg hebben.
Laat inspektie- en/of herstelwerkzaamheden uitvoeren door de servicedienst van de fabri-
kant of door een door de fabrikant bevoegd verklaarde servicedienst en laat geen andere
dan originele DISTRIPARTS onderdelen plaatsen.
Het is gevaarlijk om, in welke vorm dan ook, dit apparaat of de eigenschappen daarvan te
veranderen.
Overtuig u er van dat het apparaat niet op het aansluitsnoer staat.
Tijdens normaal gebruik worden de kondensator en de kompressor die zich op de achterkant
van het apparaat bevinden, warm. Om veiligheidsredenen moet de ventilatie zodanig zijn als
aangegeven in Fig. 3.
Attentie: zorg ervoor dat de ventilatie openingen tijdens gebruik niet worden afge-
dekt.
Plaats het apparaat met z’n achterkant zo dicht mogelijk bij een muur. Hiermee voorkomt
u verbrandingsletsel door aanraking van hete tot zeer hete delen.
Neem vóór u aan ontdooien, schoonmaakwerkzaamheden of het verwisselen van het,
eventueel aanwezige, verlichtingslampje begint altijd de steker uit het stopkontakt.
Volg de raadgevingen van de fabrikant op met betrekking tot waar en hoe u spijzen en
dranken bewaart of invriest.
Ontdooide diepvriesprodukten mogen, om gezondheidsredenen, niet wederom ingevroren
worden.
Het is uiterst belangrijk dat het bij het apparaat behorende instruktieboekje
bewaard blijft. Zou het apparaat door u aan iemand anders gegeven of verkocht
worden, of zou het apparaat in het huis van waaruit u verhuist achterblijven, dan
dient de nieuwe gebruik(st)er over het instruktieboekje en de daarin opgenomen
waarschuwingen te kunnen beschikken.
Deze waarschuwingen zijn bedoeld voor uw en andermans veiligheid. U wordt
geacht ze gelezen te hebben, alvorens u het apparaat installeert en/of in gebruik
neemt.
32
De vriezende binnenwanden of -vlakken in het apparaat bevatten koelmiddel. Plaats geen
scherpe voorwerpen tegen zo’n wand of vlak en schraap evenmin met metalen voorwer-
pen rijp of ijs af. Lekkage kan het gevolg zijn, hetgeen een onherstelbare schade aan het
apparaat en bederf van de levensmiddelen veroorzaakt.
Dit apparaat bevat koolwaterstoffen in de koude-kringloop; het onderhoud en het bijvullen
dient daarom uitsluitend door door het bedrijf aangewezen deskundig personeel uitge-
voerd te worden.
Geen voorwerpen of metodes gebruiken om het ontdooiproces te versnellen die niet door
de fabrikant zijn aangegeven.
Nooit metalen voorwerpen gebruiken om het apparaat schoon te maken; dit zou het appa-
raat kunnen beschadigen.
Afhankelijk van de wijze van transport kan olie vanuit de kompressor in het koelcircuit
gevloeid zijn. Wacht, na het plaatsen van het apparaat, tenminste een half uur alvorens de
steker in het stopkontakt te steken.
Na achteroverliggend vervoer tenminste een halve dag. Daarmee geeft u de olie de gele-
genheid in de kompressor terug te vloeien.
Apparaten welke van een absorptie-unit voorzien zijn kunnen direkt in bedrijf genomen
worden.
Kontroleer cirka 24 uur na het in bedrijf stellen of het apparaat naar behoren werkt.
Dit apparaat is zwaar. Delen van randen aan achter- en onderkant kunnen scherp zijn.
Wees voorzichtig bij het tillen.
Plaats geen koolzuurhoudende of mousserende dranken in het vriesvak , het vriesgedeelte
of de vriezer; de blikjes of flesjes kunnen door bevriezing van de inhoud exploderen.
Plaats NOOIT explosieve stoffen in het apparaat, zoals gasvullingen, benzine, ether ace-
ton enzovoorts.
Het direkt vanuit een vriesvak, vriesgedeelte of vriezer konsumeren van ijslollies en derge-
lijke, kan verbranding van de mondhuid tot gevolg hebben; wacht even.
Tracht, in geval van storing of een defekt, dit apparaat niet zelf te repareren. Reparaties
welke door niet-deskundige personen uitgevoerd worden, kunnen tot schade of letsel lei-
den. Raadpleeg ELGROEP SERVICE of een door de fabrikant bevoegd verklaarde service-
dienst.
AFDANKEN. Verwijder de deur(en) of het deksel en knip het aansluitsnoer af, zodat, in
afwachting van wegbrengen of weghalen, spelende kinderen er zich niet in op kunnen slui-
ten of aan een elektrische schok bloot kunnen staan.
Belangrijk: Dit apparaat bevat, zowel in het koelcircuit als in de isolatie, geen ozon-
onvriendelijke stoffen. Het apparaat moet niet weggegooid worden samen met het
huisvuil of met gesloopte apparaten. Vermijden dat het koelcircuit wordt bescha-
digd, vooral aan de achterkant in de zone van de warmtewisselaar. Inlichtingen over
ophaaldiensten kunnen worden verschaft door de gemsente autoriteiten.
Heel goed oppassen, tijdens het verplaatsen, dat de delen van het koelcircuit niet
zodanig worden beschadigd, dat de koelvloeistof naar buiten zou kunnen lekken.
Plaats het apparaat niet in de nabijheid van een centrale verwarming of een gasfor-
nuis.
Laat het apparaat niet langdurig in direkt zonlicht staan.
Zorg dat er voldoende lucht aan de achterkant van het apparaat kan cirkuleren. Ver-
mijd schade aan de koelkringloop.
Alléén voor diepvrieskasten (uitgezonderd ingebouwde): het apparaat kan zeer goed
in de kelder geplaatst worden.
Plaats elektrische apparaten (bijv. ijsmachines) nooit in de kast, tenzij dat door de
fabrikant goedgekeurd is.
33
Indien deze diepvriezer in de plaats van een oud model met haak- of veersluiting
wordt opgesteld, is het raadzaam de sluiting van het oude apparaat, dat terzijde
gezet, wordt onbruikbaar te maken. Hierdoor wordt voorkomen dat spelende kinde-
ren zich erin op sluiten, hetgeen levensgevaarlijk is.
Installatie
Transport
Indien, noodzakelijkerwijs, de kast liggend vervoerd werd, dat wil zeggen met de achter-
kant horizontaal, moet met het in bedrijf stellen minstens een halve dag gewacht worden,
teneinde de olie de gelegenheid te geven in de kompressormotor terug te vloeien.
Plaats van opstelling
In principe kan, binnenshuis, de kast overal worden geplaatst. Men moet echter vermijden
dat de kast, welke zelf ook warmte afgeeft, extra verhit wordt door plaatsing bij een cen-
trale verwarming, kachel of hete schoorsteen. Ook plaatsen welke kontinu door de zon
beschenen worden zijn minder geschikt.
De gunstigste resultaten worden verkregen bij een omgevingstemperatuur tussen +18°C
en +38°C (klasse «ST») of tussen +18°C en +43°C (klasse «T»). Die klasse staat op het
typeplaatje vermeld.
Elektrische aansluiting
Om het apparaat aan te sluiten, kontroleer of de netspanning overeenstemt met de gege-
vens op het identifikatieplaatje. De toelaatbare afwijking van de netspanning bedraagt ±6%.
Belangrijk
Kontroleer of het stopkontakt in goede staat is en geschikt voor de stekker van de voe-
dingskabel. De stekker dient te voldoen aan de huidige normen en voorzien te zijn van
aarding. Deze stekker mag aangesloten worden op gelijk welk stopkontakt als deze laat-
ste aangesloten is op de aarding.
Schade of letsel veroorzaakt door het ontbreken van een goede aarding vallen niet
onder de verantwoordelijkheid van de fabrikant.
Dit apparaat voldoet aan de EEG-richtlijn 87/308 van 2.6.87 met betrekking tot de radio-
ontstoring.
Dit apparaat voldoet aan de volgende EG-richtlijnen:
- 73/23 EG-richtlijn van 19/02/73 (Laagspanning) en opeenvolgende wijzingen;
- 89/336 EG-richtlijn van 03/05/89 (Elektromagnetische compatibiliteit) en opeenvolgen-
de wijzingen.
Eerste reiniging
In de nieuw-toestand kan de binnenkant van de kast einigszins «technisch» ruiken. Deze
geur is eenvoudig weg te nemen: nadat alle kleefband aan korven en dergelijke is verwij-
derd, de wanden van de binnenkant van de kast en de deur afnemen met lauw water en
een neutrale vloeibare zeep of handafwasmiddel. Met schoon water nalappen en daarna
droog zemen.
Voor de bedrijfname moeten de binnenwanden absoluut droog zijn.
34
Speciaal voor de installateur
Wijziging van de deurdraairichting
Omkeren draairichting deurtje
Met behulp van een schroevendraaier de
binnenveer (1) verwijderen. Het steunstukje
(2) losmaken en aan de andere kant mon-
teren. Het deurtje verwijderen.
De deurstop (3) losdraaien en aan de
andere kant bevestigen. De bovenste pin
van het deurtje (4) verwijderen en aan de
andere zijde aanbrengen. Het deurtje 180
graden draaien en weer monteren, de bin-
nenveer bevestigen.
Om de houdbaarheid van de levensmidde-
len te verzekeren is het deurtje voorzien
van een eenvoudige veerinstallatie, waar-
door het deurtje open blijft staan tot u het
niet goed dichtdrukt.
1
1
2
3
180°
4
2
35
Inbouw
Afmetingen van de inbouwnis
Hoogte 1780 mm
Diepte 550 mm
Breedte 560 mm
Om veiligheidsredenen moet de ventilatie zodanig zijn als aangegeven in Fig. 3.
Attentie: zorg ervoor dat de ventilatie openingen tijdens gebruik niet worden afge-
dekt.
50 mm
min.
cm
2
200
200 cm
2
min.
3
36
Montering van het apparaat in de
inbouwnis
Boor het meubel met een 2,5 mm Ø
boortje (tot maximaal 10 mm diepte);
Bevestig beugeltje (1) op het apparaat
en breng de gummistrook aan;
Schuif de kast in de nis zorg er daarbij
voor dat de kast 48 mm inspringt t.o.v.
het meubel (Fig. 6);
Bevestig de koelkast met schroeven (2)
aan de boven- en onderkant van de nis,
na de afstandhouders (3) onder de
onderste scharnieren geplaatst te heb-
ben;
Bevestig beugeltje (1) aan het meubel.
Monteer het met klemveren uitgeruste
ventilatierooster.
Breng de scharnierafdichting aan (4).
48mm
6
13mm
D612
2
2
4
1
3
2
4
Ø 2,5
3
4
37
Zet de geleiders (C) op de binnendeur van
het meubel, (zie Fig. 7) en teken de punten
van de buitengaatjes.
Daarna schroef de geleiders vast op de meu-
beldeur d.m.v. schroeven van 3,5x16 mm.
Open de deur van het apparaat en die van
het meubel zodat ze een hoek van onge-
veer 90° vormen.
Plaats de winkelhaken boven de geleiders.
Houd de deur van het apparaat en die van
het meubel samen en teken de punten van
de gaatjes.
Verwijder de winkelhaken en boor de gaatjes
van 3,2 mm Ø. Plaats de winkelhaken weer
boven de geleiders en schroef ze vast d.m.v.
de meegeleverde schroeven (3,5x16 mm).
Indien een aanpassing van de meubeldeur
noodzakelijk is, gebruik dan de sluifgaten.
Nadat u die werkzaamheden verricht hebt,
is het noodzakelijk te controleren of de deur
van het apparaat goed sluit.
20mm
C
7
8mm
8
9
38
Speciaal voor de gebruiker
Beschrijving van het koelvak
Inbedrijfname
Steek de stekker in een geaard stopkontakt.
Temperatuurinstelling / Uitschakeling
Door middel van de knop aan de binnen-
kant van de koelkast wordt de temperatuur
geregeld.
Indien de knop op O staat, is het apparaat
uitgeschakeld. Door de knop rechtsom
(met de klok mee) te draaien wordt de tem-
peratuur verlaagd.
In het algemeen is de middenstand vol-
doende voor een normaal gebruik van het
apparaat.
Ontdooiing
Het koelvak ontdooit geheel automatisch.
Het dooiwater wordt via een goot naar een
opvangbak boven de kompressor geleid
waar het vervolgens verdampt.
Belangrijk
Het gaatje dat zich in de goot voor het
dooiwater bevindt moet regelmatig gerei-
nigd worden. Gebruik hiervoor het staafje
dat zich reeds in het gaatje bevindt.
10
11
39
Het bewaren van levensmiddelen
De koelkast moet ongeveer 4 uur leeg funktioneren alvorens u er voor de eerste keer
levensmiddelen in plaatst. Stel de thermostaat hiervoor op de koudste stand in. Bedek de
roosters niet geheel. De koude lucht moet kunnen blijven cirkuleren.
Plaats geen warme of dampende spijzen of dranken in de koelkast. Indien de omgevings-
temperatuur laag is en indien de thermostaatknop op een hoog nummer staat, kan de
temperatuur in de koeler beneden 0°C dalen.
Let op: flessen kunnen exploderen. Vergeet derhalve niet de temperatuur, na maximaal 4
uur, op de normale stand (stand 3-4) terug te zetten.
De levensmiddelen moeten in de koeler in de juiste zone geplaatst worden.
Accessoires van de koeler
Deze accessoires hebben een bepaald aantal bijzondere eigenschappen.
De rekken van de binnenkant van
de deur
De rekken van de binnenkant van de deur
zijn, van boven naar beneden, in de deur
geschoven. Om ze te verplaatsen of
schoon te maken is het voldoende om ze
naar boven te schuiven, waarna ze verwij-
derd kunnen worden.
De boter-en-kaas afdeling
Ook deze afdeling kan voor reiniging ver-
wijderd worden. Druk haar hiervoor voor-
zichtig naar boven.
Boter en kaas in gesloten koeldozen in de deur
Eieren in het eierrek in de deur
Groente en fruit in de groenteladen
Vleeswaren, vlees en melkprodukten op het onderste rooster of op de glasplaat
Conserven en blikjes op het bovenste rooster of aan de binnen-
kant van de deur
12
40
Reiniging en onderhoud van het koelvak
Het is raadzaam om het koelvak schoon te maken op het moment dat het bijna leeg is.
Gebruik voor het schoonmaken een normaal huishoudschoonmaakmiddel. Zet de thermo-
staatknop op O of trek de stekker uit het stopkontakt voordat u tot de schoonmaak over-
gaat.
Verwijder alle levensmiddelen, maak het koelvak schoon en zet daarna de thermostaat-
knop weer op de gewenste stand.
Vervangen van de lamp (Fig. 13)
De lamp is door de opening in het af-
schermkapje gemakkelijk bereikbaar. U
dient wel de stekker uit het stopkontakt
te trekken alvorens u de lamp vervangt.
Het vermogen is op het afschermkapje
aangegeven.
Beschrijving van het diepvriesvak
Temperatuurinstelling / Invriezen
De koelkast is voorzien van een 4-sterren ( ) diepvriesvak. In dit 4-sterren diep-
vriesvak kunnen temperaturen beneden of gelijk aan –18°C bereikt worden.
Het diepvriesvak is bedoeld voor het bewaren van diepgevroren produkten en het zelf
invriezen van kleine hoeveelheden levensmiddelen.
1. Door middel van de thermostaatknop in de koelkast wordt de temperatuur ingesteld.
Door de knop rechtsom (met de klok mee) te draaien, wordt de temperatuur verlaagd.
In het algemeen is de middenstand voldoende voor een normaal gebruik van het appa-
raat.
2. Stel de thermostaatknop voor het invriezen op stand 5-6.
3. Plaats na 3-4 uur de in te vriezen levensmiddelen in de vriezer.
4. Zet na 24 uur de temperatuur weer op de “normaal”-stand (stand 3-4). Bij een normale
omgevingstemperatuur is de middenstand voldoende. Temperaturen beneden –18°C
brengen een onnodige energieverspilling met zich mee.
5. De temperatuur van het diepvriesvak kan met behulp van een speciale thermometer
gekontroleerd worden.
13
41
6. Geen flessen in het diepvriesvak plaatsen behalve die met sterke dranken; ze zouden
door bevriezing van de inhoud kunnen exploderen.
7. Het diepvriesvak niet voor het afkoelen van warme spijzen gebruiken. Een onnodige
rijpvorming zou hiervan het gevolg zijn.
Belangrijk!
Reeds ontdooide levensmiddelen mogen niet wederom ingevroren worden. Verdeel der-
halve de levensmiddelen van tevoren in handzame porties die in één keer verbruikt wor-
den. Deze regels gelden ook voor reeds gekookte spijzen.
Zout verkort de houdbaarheidsduur van alle ingevroren levensmiddelen. Het is derhalve
raadzaam om verse of reeds gekookte levensmiddelen met weinig of zonder zout in te
vriezen. Zonder zout duurt de houdbaarheid ongeveer drie keer zo lang! Voeg zout en krui-
den daarom pas later, tijdens het koken, toe!
Ontdooiing van het diepvriesvak
De vochtige lucht die tijdens het openen van de deur binnendringt zet zich neer op de ver-
damper en veroorzaakt de vorming van rijp, in het bijzonder op de bovenkant.
Open derhalve de deur zo weinig en zo kort mogelijk.
Voor een dunne rijplaag, zoals bijv. de laag die zich op de voorkant van het diepvriesvak
vormt, is het niet nodig het te ontdooien. Verwijder een dunne rijplaag met behulp van een
plastic schraper (gebruik geen mes of een ander scherp voorwerp).
Indien de rijplaag echter een ijslaag van meer dan 3-4 mm geworden is, dan moet het
diepvriesvak ontdooid worden.
Het diepvriesvak moet ten minste één keer per jaar ontdooid en schoongemaakt worden
ook als de ijslaag niet zeer dik is.
Voor het ontdooien van de vriezer gaat u als volgt te werk:
1. Zet de thermostaatknop op O = uit-stand of trek de stekker uit het stopkontakt.
2. Verwijder alle diepgevroren levensmiddelen, wikkel ze in oude kranten en leg ze in een
bak of een kartonnen doos op een koele plaats zolang de schoonmaak duurt.
3. Laat de deur van het diepvriesvak open staan.
4. Verwijder de rijp- of ijslaag niet met een scherp voorwerp. Geen haardroger of spuitbus
gebruiken.
Geen voorwerpen of metodes gebruiken om het ontdooiproces te versnellen die
niet door de fabrikant zijn aangegeven.
5. Neem het dooiwater met een spons of doek op.
6. Maak de binnenwanden met een normaal huishoudschoonmaakmiddel schoon.
7. Zeem, na de schoonmaak, de binnenwanden goed droog.
8. Zet na de ontdooiing en de schoonmaak de thermostaatknop op stand 5-6 voor 3 of 4
uur. Vergeet daarna echter niet de knop weer op de normale stand 3-4 (middenstand) te
zetten!
9. Plaats de diepgevroren levensmiddelen weer in het diepvriesvak.
42
Uitschakeling, reiniging en onderhoud
Neem vóór het schoonmaken altijd eerst de steker uit de wandkontaktdoos.
Pas op
Dit apparaat bevat koolwaterstoffen in de koude-kringloop; het onderhoud en het bijvullen
dient daarom uitsluitend door door het bedrijf aangewezen deskundig personeel uitge-
voerd te worden.
Nooit metalen voorwerpen gebruiken om het apparaat schoon te maken; dit zou het appa-
raat kunnen beschadigen.
Indien het apparaat voor een lange periode niet gebruikt wordt, adviseren we het vol-
gende:
zet de thermostaatknop op O = uit-stand, of trek de stekker uit het stopkontakt;
verwijder alle diepgevroren levensmiddelen uit het diepvriesvak;
verwijder alle levensmiddelen uit de koeler;
ontdooi het apparaat volledig, maak het schoon en zeem de koeler en het diepvriesvak
goed droog zoals eerder is beschreven;
Iaat de deur op een kier staan om het ontstaan van een onaangename geur te voorko-
men.
Storingen, tips, raadgevingen
Het komt vaak voor dat er door onwillekeurige fouten bepaalde storingen optreden die u
zelf kunt verhelpen.
Met behulp van de hierop volgende raadgevingen willen we u helpen om dergelijke proble-
men te voorkomen.
Het apparaat koelt onvoldoende.
a) De thermostaatknop is op een te laag nummer ingesteld.
b) De koelkast is niet voldoende gekoeld voordat de levensmiddelen erin geplaatst werden.
c) Een te grote hoeveelheid levensmiddelen is in één keer in de kast geplaatst.
d) Te grote pakketten zijn in de kast geplaatst.
e) Warme of dampende spijzen zijn in de kast geplaatst.
f) De levensmiddelen zijn op onjuiste wijze geplaatst. De koude lucht cirkuleert niet of
onvoldoende.
g) De kast wordt op een onjuiste wijze gebruikt.
h) De deur sluit de kast niet hermetisch af.
43
Het apparaat koelt teveel.
a) Zet de thermostaat op een lagere stand.
Het apparaat koelt niet.
a) Kontroleer of de stekker in het stopkontakt zit.
b) Kontroleer, met behulp van een schemerlamp, of het betreffende stopkontakt spanning
voert.
c) Kontroleer of de zekering kapot is (doe het licht aan of sluit een ander elektrisch appa-
raat aan).
Water op de bodem van de koelkast.
a) Het gaatje voor het dooiwater (in het midden van de achterwand van de koelkast) is
verstopt. Verwijder in dit geval het vuil met behulp van het staafje.
b) De deur is niet goed dichtgedaan waardoor er zich een overtollige hoeveelheid rijp en
vervolgens dooiwater van de verdamper gevormd heeft. Het dooiwater van de opvang-
goot is overgelopen.
Nota Bene: een licht borrelend geluid tijdens de werking van het apparaat heeft geen
invloed op het rendement en de duur van het apparaat.
Let op: reparaties van elektrische apparaten mogen uitsluitend door daartoe bevoegde
personen uitgevoerd worden, aangezien verkeerde reparaties tot grote schade kunnen lei-
den.
Wat te doen in geval van een onoplosbare storing?
Raadpleeg uw servicedienst en geef daarbij de gegevens van uw kast op die u op het
typeplaatje aan de binnenkant van de koelkast kunt vinden.
Schrijf deze gegevens hierboven. Dat zal het werk van uw servicedienst vergemakkelijken,
wanneer u een reserveonderdeel nodig heeft. Op die manier kan de koelkast bij het eerste
bezoek van de technicus gerepareerd worden.
Model
Type
Serienr.
ET 123456789101112/1997
®
2222 238-15
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16

Alno AKE8130IW Handleiding

Type
Handleiding