Whirlpool ARG 316/A+ Gebruikershandleiding

Type
Gebruikershandleiding
Gebruiksaanwijzing
45
Koelkast met diepvriezer NL
Wij danken u voor het vertrouwen dat u in ons gesteld hebt door de aankoop van ons apparaat. Wij wensen u veel genoegen bij het
gebruik ervan.
De koelkast met diepvriezer dient voor huishoudelijk gebruik.
Het bovenste gedeelte is een koelkast, die voor het bewaren
van verse levensmiddelen bij een temperatuur van boven de
0°C bestemd is.
Het onderste gedeelte is een diepvriezer, die voor het
invriezen van verse levensmiddelen en gedurende langere tijd
bewaren van bevroren levensmiddelen (tot één jaar, afhankelijk
van de levensmiddelensoort, dient). Het diepvriesgedeelte
heeft vier sterren.
Koelkast met diepvriezer .............................................45
Voor de ingebruikname................................................ 45
Gebruiksaanwijzing
Aanwijzingen voor de inbouw
Onze zorg voor het milieu
Energiesparen
Belangrijke wenken...................................................... 46
De houdbaarheid van diepgevroren levensmiddelen bij
stroomuitval
Afvoer van de oude koelkast
Opstellen........................................................................ 46
De keuze van de ruimte
Aansluiten
Beschrijving van het apparaat .................................... 47
Koelkast (A)
Diepvriezer (B)
Bediening .......................................................................48
Temperatuurkeuze
Gebruik ..........................................................................48
Het bewaren van levensmiddelen in de koelkast
Het invriezen van levensmiddelen
Onderhoud en reiniging................................................50
Automatisch ontdooien van de koelkast
Het ontdooien van de diepvriezer
De reiniging van het apparaat
Het buiten werking stellen van het apparaat
Storingen en hoe ze verholpen kunnen
worden............................................................................51
Voor de ingebruikname
Laat het apparaat ongeveer 2 uur stilstaan, alvorens het op
het electriciteitsnet aan te sluiten. Hierdoor is de
mogelijkheid van storingen door de invloed van het transport
op het koelsysteem kleiner.
Reinig het apparaat grondig, vooral de binnenkant (zie het
hoofdstuk "Reiniging".
Indien de losse delen niet op hun plaats zitten, breng deze
dan aan volgens het hoofdstuk "Beschrijving van het
apparaat".
Gebruiksaanwijzing
De gebruiksaanwijzing is voor de gebruiker bestemd en geeft
een beschrijving van het juiste en veilige gebruik van het
apparaat.
De gebruiksaanwijzing is aan de verschillende apparatentypes
aangepast en beschrijft misschien ook functies en delen, die
uw apparaat niet heeft.
Aanwijzingen voor de inbouw
Voor geintegreerde apparaten zijn de aanwijzingen voor de
inbouw bijgesloten. Ze zijn bestemd voor de vakman, die het
apparaat in een kast moet plaatsen.
Onze zorg voor het milieu
Vor de verpakking van de producten gebruiken wij
milieuvriendelijke materialen die zonder risico voor het milieu
hergebruikt (gerecycled), gestort of verbrand kunnen
worden. Daartoe zijn de verpakkingsmaterialen
dienovereenkomstig gemerkt.
Ook onze gebruiksaanwijzing is op gerecycled papier of op
zonder chloor gebleekt papier gedrukt.
Als u de koelkast in de toekomst niet meer zult gebruiken en
hij u in de weg staat, zorg er dan voor dat hij het milieu niet
belast. Lever de koelkast in bij een erkend inzamelingsbedrijf
voor gebruikte apparatuur (zie het onderdeel over de afvoer
van de oude koelkast).
Energiesparen
Open de deur van de koelkast niet vaker dan nodig is. Dat
geldt in het bijzonder bij warm en vochtig weer. Zorg er ook
voor dat de koelkast (vooral het vriesgedeelte) maar zo kort
mogelijk open is.
Controleer af en toe of het apparaat voldoende koelt (vrije
circulatie van de lucht achter het apparaat).
Draai de thermostaatknop van een hogere op een lagere
stand wanneer het gebruik van het apparaat en de
omstandigheden dit toelaten.
Alvorens levensmiddelen in de koelkast te leggen, moetan
deze tot kamertemperatuur worden afgekoeld.
Rijp of ijslagen doen het stroomgebruik toenemen, verwijder
deze daarom regelmatig zodra ze 3-5 mm dik zijn.
Een verkaard of niet afdichtend deurrubber kan het
stroomverbruik verhogen, daarom moet het tijdig en
vakkundig worden vervangen.
De condensor aan de achterkant van de kast moet altijd
schoon en vrij van stof of keukenwazemafzettingen worden
gehouden.
Eike instructie uit de hoofdstukken installatie en
energiebesparing die niet wordt nageleefd, kan leiden tot
een hoger stroomverbruik.
Gebruiksaanwijzing
46
Belangrijke wenken
Wanneer u thuis een oude, niet meer gebruikte
koelkast/diepvriezer met een slot of grendel, die van binnen
uit niet geopend kunnen worden, vervangt, maak deze dan
onbruikbaar. Zo kunt u kinderen voor eventuele verstikking
behoeden.
Sluit het apparaat op de juiste wijze op het electriciteitsnet
aan (zie het hoofdstuk "Aansluiten").
Raak wanneer het apparaat in werking is de koelplaten niet
aan, vooral niet met vochtige of natte handen omdat dan de
huid er aan kan blijven plakken.
Bevries geen dranken in flessen, vooral geen
koolzuurhoudende dranken zoals spawater, champagne,
bier, cola enz.. Vloeistoffen zetten uit bij bevriezing en het
glas kan barsten.
Eet geen bevroren levensmiddelen (brood, fruit, groente).
Door de kou kunnen brandwonden onstaan.
Wanneer de geur of kleur van een levensmiddel verdacht is,
gooi het dan weg omdat het waarschijnlijk niet meer eetbaar
is.
Trek de stekker uit de wandcontactdoos bij reparaties (laat
het apparaat altijd door een vakman repareren!), reiniging en
het verwisselen van het lampje.
Ontdool de koelkast in geen geval met elektrische
apparatuur (zoals bijv. een föhn) en gebruik geen scherpe
voorwerpen voor het verwijderen van de rijp - resp. de
ijslaag.
Gebruik uitsluitend de bijverpakte resp. door de fabrikant
toegestane hulpmiddelen.
Denk aan het milieu en zorg ervoor dat de achterwand van
de kast (condensor of pijpleiding bij het transport van de
uitgediende koelkast) resp. het koelsysteem binnen in de
kast niet worden beschadigd. Daarom ook dient u bij het
ontdoolen van de koelkast geen scherpe
voorwerpen te gebruiken, maar uitsluitend de bijverpakte
resp. door de fabrikant toegestane hulpmiddelen.
In de rand van het huis van de diepvriezer is een
verwarmingselement ingebouwd, dat tegeljik met de
compressor functioneert en voorkomt, dat de dichtingen van
de deur aan het huis van de diepvriezer vastvriezen.
Wanneer de aansluitkabel beschadigd is, moet deze door de
fabricant of zijn erkende vakman worden vernieuwd, om
ongelukken te voorkomen.
Het typeplaatje bevindt zich in het apparaat of aan de
achterkant.
Het symbool op het product of op de verpakking
wijst erop dat dit product niet als huishoudafval mag
worden behandeld. Het moet echter naar een plaats
worden gebracht waar elektrische en elektronische
apparatuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit
product op de correcte manier wordt verwijderd, voorkomt
u mogelijk voor mens en milieu negatieve gevolgen die
zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde
afvalbehandeling. Voor meer details in verband met het
recyclen van dit product, neemt u het best contact op met
de gemeentelijke instanties, het bedrijf of de dienst belast
met de verwijdering van huishoudafval of de winkel waar u
het product hebt gekocht.
De houdbaarheid van diepgevroren levensmiddelen bij
stroomuitval
Open de diepvriezer niet bij stroomstoringen of stroomuitval.
Bij een stroomuitval die langer dan 13 uur - HZDI 2121/6, 14
uur - HZDI 2621/6, 15 uur - HZDI 2521/6 duurt; de
diepgevroren levensmiddelen consumeren of ze in een
vervangend apparaat leggen.
Afvoer van de oude koelkast
De uitgediende koelkast dient onmiddellijk buiten gebruik te
worden gesteld. Maak een eventueel deurslot of een sluiting
onbruikbaar om kinderen te beschermen tegen mogelijk
verstikkingsgevaar.
Alle koel- en vrieskasten bevatten ook koelmiddelen en
andere isolatiematerialen die een speciale verwerking
vereisen. Daarom dient u bij de afvoer van de oude kast
altijd contact op te nemen met een bevoegd en
gekwalificeerd gemsantalijk bedrijf of dienaangaande bij de
gemeente of bij de winkelier informatie in te winnen. Let er
vanwege een mogelijk risico voor vervuiling van het milieu
op om de leiding aan de achterkant van de kast niet te
beschadigen.
Opstellen
De keuze van de ruimte
Plaats het apparaat in een droge en regelmatig geventileerde
ruimte. De toegestane temperatuur van de omgeving voor de
juiste werking van het apparaat is afhankelijk van de uitvoering
(klasse) van het apparaat, die op het typeplaatje van het
apparaat vermeld is.
Plaats het apparaat niet in de buurt van warmtebronnen,
bijvoorbeeld een gasfornuis, verwarming, boiler enz. en stel het
niet bloot aan directe zonnestraling. De koelkast moet
tenminste 3 cm van het elektrisch of gasfonuls respectievelijk
30 cm van de ollekachel of kolenkachel worden geinstalleerd.
Bij kleinere afstanden moet er een isolatieplaat worden
gebruikt. De afstand tot de muur respectievelijk de vrije ruimte
achter de kast dient ongeveer 200 cm² te bedragen. Een
keukenkastje boven de koelkast moet een ruimte van
tenminste 5 cm laten. Daardoor wordt een voldoende koeling
van de condensor gewaarborgd.
Klasse Raumtemperatur
SN (subnormaal) van + 10°C tot + 32°C
N (normaal) van + 16°C tot + 32°C
ST (subtropisch) van + 16°C tot + 38°C
T (tropisch) van + 16°C tot + 43°C
Aansluiten
Sluit het apparaat met de aansluitkabel op het electriciteitsnet
aan. De wandcontactdoos moet geaard zijn (veiligheids-
stopcontact). De voorgeschreven netspanning en frequentie
zijn op het typeplaatje van het apparaat vermeld.
De aansluiting op het electriciteitsnet en de aarding van het
apparaat moeten volgens de geldige standaarden en
voorschriften uitgevoerd zijn.
Het apparaat laat een kortdurende spanningsafwijking toe,
echter hoogstens van -6 tot +6%.
Gebruiksaanwijzing
47
Beschrijving van het apparaat
Koelkast (A)
In de koelkast kunt u verse levensmiddelen gedurende enkele
dagen gebruiken.
Plaat (1)
De plaat kan naar wens op de richels in het apparaat worden
geplaatst. Het is tegen uittrekken beveiligd. Til het, aan de
achterkant een beetje op en u kunt het uit het apparaat
trekken.
De glazen platen (hebben slechts enkele modellen) zijn met
plastic afstandhouders beveiligd. Wanneer u de plaat er uit wilt
trekken, moet u eerst de afstandhouders naar u toe schuiven.
U kunt de afstandhouders ook verwijderen. Bewaar ze echter
voor eventuele latere transporten.
Bewaar bederfelijke levensmiddelen achter op het rekje,waar
het het koelste is.
Flessenhouder
(hebben slechts enkele modellen)
Het rek (het aantal is van het model afhankelijk) dient voor het
bewaren van flessen. Het kan in twee standen geplaatst
worden (horizontaal of aan de voorkant één richel hoger). De
flessen kunnen er ook op de kurk opgelegd worden. Het rek is
tegen uittrekken beveiligd. U kunt alleen het lege rek uittrekken
door het achterste gedeelte omhoog te tillen en naar u toe te
trekken.
Waarschuwing!
Indien zich in de deur opbergvakken bevinden, plaats het rek
dan zo dat de lengte van de flessen niet hinderen bij het sluiten
van de deur.
U kunt maksimaal 9 flessen met een inhoud van 0,75 l of meer
(totaal gewicht maximaal 13 kg) op het rek plaatsen – zie het
etiket onder de ombouw van de thermostaat in het apparaat.
Gebruiksaanwijzing
48
Opening voor de afvoer van het dooiwater (2)
Onder de koelplaat, die de binnenkant van de koelkast koelt
(en in de achterwand is ingebouwd) bevinden zich een gleuf en
een opening, waardoor het dooiwater afvloeit. De gleuf en de
opening mogen niet verstopt zijn (bijvoorbeeld met
voedselresten). Regelmatig
controleren en eventueel schoonmaken (bijvoorbeeld met een
rietje).
Groente- en fruitlade (3)
De groente- en fruitlade is onderin de koelkast onder de glazen
plaat. Dit zorgt voor voldoende vochtigheid, waardoor het
bewaarde fruit en de groente langer vers blijven (minder
uitdrogen).
Ventilator
(hebben sommige modellen)
De ventilator zorgt voor een gelijkmatigere verdeling van de
temperatuur en vermindert de vorming van dauw op de
legplateaus.
De ventilator werkt niet als de deur open staat.
Het inschakelen van de ventilator wordt aanbevolen:
bij een verhoogde tempertuur in de ruimte (boven
30°C),
bij een toename van de vochtigheid (in de zomer).
In/uitschakelen van de ventilator
aan =
uit =
0
Waarschuwing: Als de ventilator is ingeschakeld neemt het
energieverbruik toe.
De binnenkant van de koelkastdeur
In de binnenkant van de deur zitten rekjes of vakken, bestemd
voor het bewaren van kaas, boter, eieren, joghurt en andere
kleinere pakjes, tubes, blikjes e.d.
Het onderste gedeelte van de deur biedt plaats aan flessen.
De binnenverlichting van de koelkast
Het lampje voor de verlichting van de binnenkant van de
koelkast brandt wanneer de deur geopend wordt (ongeacht de
stand van de temperatuurkeuzeknop).
Diepvriezer (B)
In de diepvriezer vriest u verse levensmiddelen in en bewaart u
diepgevroren producten.
Het vriesvak (4)
Dient voor het invriezen van verse levensmiddelen.
Het bewaarmandje (5)
Dient voor het bewaren van bevroren levensmiddelen.
Gleuf voor de afvoer van het dooiwater (6)
(zie het hoofdstuk "Reiniging en onderhoud")
OPMERKING:
De binnenkant van het apparaat kan afhankelijk van het
model veranderd worden.
Bij de bevoegde klantenservice kunt u een bakje voor
kruiden en aromas, een bakje voor tubes en meer platen
bijkopen.
Bediening
U regelt de temperatuur in het apparaat met de knop rechts
bovenin de koelkast (draaibaar van STOP (0) tot 7 en terug).
Temperatuurkeuze
De hogere standen van de temperatuurkeuzeknop (naar 7)
betekenen lagere temperaturen (koeler) in alle delen van het
apparaat. De temperatuur in de koelkast kan ook beneden 0°C
dalen.
Gebruik de hogere stand alleen wanneer een lagere
koeltemperatuur gewenst en aan te bevelen is.
Bij een normale temperatuur van de omgeving is aan te
bevelen, de temperatuurkeuzeknop op de middenstand
te zetten.
Een verandering van de temperatuur van de omgeving
beinvloedt de temperatuur in het apparaat. Pas de afstelling
van de temperatuurkeuzeknop hierbij aan.
In de STOP (0) stand functioneert het apparaat niet (het
koelsysteem staat niet aan). Het apparaat staat echter onder
spanning (het verlichtingslampje gaat aan wanneer u de deur
van de koelkast opent).
Als u de ventilator heeft ingeschakeld (geldt slechts voor de
modellen met een ingebouwde ventilator), wordt aanbevolen
de temperatuur in het apparaat opnieuw in te stellen.
Gebruik
Het bewaren van levensmiddelen in de koelkast
Het juiste gebruik van de koelkast en ook een goede verpakking
van de levensmiddelen, handhaving van de goede temperatuur
en inachtneming van de hygiënische voorschriften voor de
levensmiddelen zijn van doorslaggevende invloed op de kwaliteit
van het bewaren van levensmiddelen.
De levensmiddelen die u in de koelkast bewaart moeten vers,
van goede kwaliteit en voldoende verpakt zijn zodat ze geen
geur en vocht afgeven of opnemen. Zorg ervoor, dat andere
levensmiddelen altijd goed verpakt (in plastic zakjes of folie,
aluminiumfolie, papier met een waslaagje enz.) of afgedekt
zijn.
Alvorens de levensmiddelen in de koelkast te leggen, dient de
verkoopverpakking te worden verwijderd (bijv.
yoghurtverpakking).
Bewaar geen ontvlambare en explosieve stoffen in de
koelkast.
Flessen met een hoog alcoholpercentage moeten goed
afgesloten zijn en rechtop staan.
De levensmiddelen mogen niet met de achterwand van de
koelkas in aanraking komen!
Gebruiksaanwijzing
49
Laat de levensmiddelengoed afkoelen alvorens ze in de
koelkast te leggen.
Bewaar knapperige en gevoelige levensmiddelen in de
koudste gedeelten van de koelkast.
Houd deurtjes zoveel mogelijk gesloten.
Zet de thermostaatknop in een zodanige positie dat de laagste
temperaturen worden berelkt. De instelling dient trapsgewijs
plaats te vinden daarbij moet echter worden voorkomen dat de
levensmiddelen invrlezen. Het meten van de temperatuur in
het betreffende koelkastgedeelte gebeurt door middel van een
in een met water gevuid glas water geplaatste thermometer.
Een betrouwbare temperatuuraflezing wordt verkregen na
enkele uren in ruststand.
Sommige organische oplosmiddelen, evenals de etherische
olie in citroen- en sinaasappelschillen of boterzuur,
veroorzaken beschadigingen en voortijdige slijtage van de
kunststof oppervlakten en de deurband.
Een onaangename geur in de koelkast wijst erop, dat er iets
aan het bederven is.
Dit kunt u verhelpen door een scheutje azijn aan het
schoonmaakwater toe te voegen.
Ook is het gebruik van actieve koolfilters, die de lucht reinigen
en de geur neutraliseren, aan te raden.
Wanneer u voor een paar dagen van huis gaat, laat dan geen
bederfelijke levensmiddelen in de koelkast achter.
De bewaartijd van levensmiddelen
Levensmiddel Bewaartijd (in dagen)
1234567891011121314
Boter +++++++=====
Eieren ++++++++++====
Vlees: rauw aan + + =
een stukje + =
Gerookt ++++++++++====
Vis + =
Marinade ++++++++++====
Worteltjes ++++++++======
Kaas ++++==========
Gebak ++====
Fruit ++========
Klaargemaakte gerechten ++==
Legende: + de aanbevolen bewaartijd = de mogelijke bewaartijd
Het invriezen van levensmiddelen
Kies voor het invriezen levensmiddelen die hiervoor geschikt
zijn en lage temperaturen goed verdragen. De
levensmiddelen moeten vers en van goede kwaliteit zijn.
Gebuik het juiste verpakkingsmateriaal voor de
levensmiddelen en verpak ze goed.
De verpakking mag geen lucht en vocht doorlaten. Dit
zou uitdroging van de levensmiddelen en vitamineverlies
tot gevolg hebben.
De verpakkingsfolie en de zakjes moeten zacht en
soepel zijn, zodat ze zich volledig aan de inhoud
aanpassen.
Schrijf de inhoud, het gewicht de datum op de verpakte
levensmiddelen.
Het is vooral belangrijk, dat de levensmiddelen binnen de
kortstmogelijke tijd bevriezen. Maak daarom de pakjes niet
te groot en laat de levensmiddelen goed afkoelen voor ze in
de diepvriezer te leggen.
De hoeveelheid verse levensmiddellen, die in één keer in 24
uur in de diepvriezer gelegd mag worden is op het
typeplaatje vermeld (de invrieskapaciteit). Bij grotere
hoeveelheden is de kwaliteit van het invriezen minder en
gaat ook de kwaliteit van de reeds diepgevroren producten in
de diepvriezer achteruit.
Het invriezen
Bij het type apparaat zonder schakelaar voor intensieve
koeling, de thermostaatknop 24 uur voor het invriezen op
stand 4-6 draaien. Na deze 24 uur de verse levensmiddelen
op het rooster in de diepvriezer leggen. Ongeveer 24 uur
later de thermostaatknop indien nodig op de
werktemperatuur terugdraaien (het hoofdstuk
Temperatuurkeuze in acht nemen) en de diepgevroren
levensmiddelen in de mandjes (het bewaarmandje) leggen.
By het type met een ingebouwde schakelaar voor
intensieve koeling deze 24 uur voor het invriezen van
grotere hoeveelheden verse levensmiddelen op stand 4-6
draaien. Na 24 uur de levensmiddelen in de diepvriezer
leggen en nog eens 24 uur later de schakelaar uit zetten en
de thermostaatknop op de gewenste stand draaien (zie het
hoofdstuk Temperatuurkeuze).
De toets is ingeschakeld als het teken
(I) of de
kleuraanduiding zichtbaar is en is uitgeschakeld, als op de
toets het teken
(0) zichtbaar of de kleuraanduiding niet
zichtbaar is (hebben slechts enkele modellen).
Bij later invriezen de procedure herhalen. De verse
levensmiddelen mogen niet met de bevroren pakjes in
aanraking komen.
Voor het invriezen van kleinere hoeveelheden (tot 1 kg) hoeft
de stand van de thermostaatknop niet te worden veranderd
(het hoofdstuk Temperatuurkeuze in acht nemen).
Het bewaren van diepvriesprodukten
De bevroren levensmiddelen bewaart u in de mandjes. Als u
wilt kunt u de mandjes verwijderen en de levensmiddelen op de
koelroosters leggen.
Industriële diepvriesprodukten
Op de verpakking van industriële diepvriesprodukten zijn de
houdbaarheidsduur en bewaartemperatuur vermeld. Houdt u
bij het bewaren en gebruik aan de aanwijzingen van de
producent.
Kies in de winkel alleen goed verpakte levensmiddelen, waarop
de volledige gegevens vermeld zijn en die in diepvrieskisten
met een temperatuur van minstens -18°C bewaard worden.
Koop geen levensmiddelen met rijp, deze zijn al meerdere
malen ontdooid geweest. Bescherm de levensmiddelen tegen
ontdooien. een hogere temperatuur verkort de
houdbaarheidsduur van de diepvries- produkten en vermindert
de kwaliteit.
Gebruiksaanwijzing
50
Approximatieve houdbaarheid van bevroren levensmiddelen
Levensmiddelen Houdbaarheid (in maanden)
123456789101112
Groente +++
Fruit +++
Brood, gebak +
Melk +
Klaargemaakte gerechten +
Vlees: rundvlees +++
kalfsvlees +++
varkensvlees + + +
kip +++
wild + + +
gehakt +
Rookworst +
Vis: niet vet +
vet +
Pens +
Het ontdooien van diepvriesprodukten
Gebruik ontdooide levensmiddelen zo snel mogelijk. Koude
conserveert het levensmiddel namelijk wel, maar vernietigt de
micro-organismen niet, die na het ontdooien versneld actief zijn
en het produkt snel bederven.
Gedeeltelijk ontdooien vermindert de voedingswaarde van het
produkt, vooral van fruit en groenten en van klaargemaakte
gerechten.
Onderhoud en reiniging
Automatisch ontdooien van de koelkast
U hoeft de koelkast niet te ontdooien omdat de rijp op de
achterwand automatisch ontdooit.
De rijp die zich op de achterwand verzamelt wanneer de
compressor in werking is, ontdooit wanneer de compressor
buiten werking is en vloeit in druppeltjes naar beneden,
vervolgens door de opening in de achterwand van de koelkast
in het bakje op de compressor, waar het verdampt.
Het ontdooien van de diepvriezer
In de diepvriezer ontstaat rijp, die u moet ontdooien wanneer
hij een dikte heeft van 3-5 mm.
Draai de temperatuurkeuzeknop enkele uren voor het
ontdooien op stand 7, zodat de levensmiddelen een lage
temperatuur bereiken.
Draai daarna de temperatuurkeuzeknop in de STOP stand
(0) en verwijder de stekker uit het stopcontact. Maak de
vriezer leeg en bescherm de diepvriesartikelen, zodat deze
niet beginnen te ontdooien.
Laat de deur openstaan totdat de rijp gemakkelijk van de
oppervlakte te verwijderen is. Hierbij kunt u gebruik maken
van een kunststof ijskrabber. Pas op dat u de binnenkant
van de vriezer niet beschadigt!
Verwijder de rijp of het ijs voordat dit ontdooit met een doek
uit de diepvriezer.
Gebruik bij het ontdoolen a.u.b. geen ontdooisprays omdat
deze kunststofoplossende resp. voor de gezondheid
schadelijke middelen kunnen bevatten.
De reiniging van het apparaat
Verwijder alvorens het apparaat te reinigen de stekker uit
het stopcontact! Gebruik geen scherpe en schurende
schoonmaak- middelen.
Zorg er bij het schoonmaken voor dat u alle resten van
reinigingsmiddelen verwijderd!
Reinig de buitenkant van het apparaat met water en een
vloeibaar reinigingsmiddel.
Reinig de gelakte oppervlakten met een zachte doek en een
reinigingsmiddel op basis van alcohol (bijv. een glasreiniger).
U kunt ook alcohol (ethanol of isopropylalcohol) gebruiken.
Voor plastic en gelakte delen mag u geen schurende of
speciale bijtende reinigingsmiddelen zoals
reinigingsmiddelen voor roestvrij staal e.d. gebruiken.
Neem de binnenkant van het apparaat af met lauwwarm
water met een scheutje azijn. De kunststof delen zijn niet
afwasmachinebestendig.
Neem de binnenkant van het lege apparaat af met
lauwwarm water, waaraan u een scheutje azijn heeft
toegevoegd.
Verwijder het stof van de condensator aan de achterkant
van het apparaat met een zachte, niet metalen borstel of
met de stofzuiger.
Maak ook het bakje boven de compressor van de koelkast
schoon (verwijder het niet).
Gebruiksaanwijzing
51
Sluit het apparaat na het schoonmaken weer aan op het
electriciteitsnet, schakel het in en vul het met de
levensmiddelen.
Het buiten werking stellen van het apparaat
Wanneer u het apparaat langere tijd niet gebruikt, de
temperatuurkeuzeknop op STOP (0) zetten. Verwijder de
stekker uit het stopcontact, maak het apparaat leeg, ontdooi en
maak hem schoon. Laat de deur op een kier staan.
Storingen en hoe ze verholpen kunnen worden
Tijdens het gebruik van het apparaat kunnen storingen
optreden. Hieronder vermelden we enkele storingen, die
meestal het gevolg zijn van onjuist gebruik en die u zelf
verhelpen kunt.
Het apparaat functioneert niet, nadat het op het
electriciteitsnet is aangesloten
Controleer of er spanning op het stopcontact staat en of het
apparaat aan staat (temperaturkeuzeknop in de "aan"
stand).
Het koelsysteem functioneert ononderbroken gedurende
langere tijd
De deur wordt te vaak geopend of blijft te lang open staan.
De deur is niet goed gesloten (misschien zit er iets tussen
de deur, hangt de deur of is de rubber band beschadigd,..).
Er is een te grote hoeveelheid verse levensmiddelen in de
diepvriezer geplaatst.
De compressor en de condensator koelen niet voldoende.
Controleer of de lucht ongestoord circuleert. Reinig de
condensator.
Ingeschakelde toets voor intensieve koeling (zie hoofdstuk
Het invriezen van levensmiddelen).
Het ontstaan van ijs op de achterwand van de koelkast
Zolang het water via de gleuf en door de opening in het bakje
op de compressor afvloeit, is normaal automatisch ontdooien
van de koelkast gegarandeerd.
Indien zich op de achterwand van de koelkast overmatig ijs
afzet (3-5 mm), ontdooi het apparaat dan met de hand. Draai
de termostaatkeuzeknop in de STOP (0) stand en laat de deur
van de koelkast openstaan. Ontdooi het ijs niet met electrische
apparaten (haardroger e.d.) en verwijder het niet met scherpe
voorwerpen.
Draai na het ontdooien de knop op de gewenste stand en sluit
de deur van de koelkast.
Overmatige ijsafzetting komt door
slecht afsluiten van de deur (wanneer de rubber
afsluitstrip vuil of beschadigd is, hem schoonmaken of
vervangen),
te vaak openen van de deur of het te lang openstaan
van de deur,
het vullen van de koelkast met warm voedsel,
voedsel of een schaal raken de achterwand van de
koelkast.
Er loopt water uit de koelkast
Er loopt water uit de koelkast, wanneer de waterafvoeropening
verstopt zit of wanneer het dooiwater langs de gleuf waarin het
water verzameld wordt, drupt.
Maak de verstopte opening schoon, bijvoorbeeld met een
rietje.
Ontdooi een te dikke ijslaag met de hand (zie het hoofdstuk
"Het ontstaan van ijs op de achterwand in de koelkast").
Moeilijkheden bij het openen van de deur
Wanneer u de deur van de diepvrieskast wilt openen als deze
juist of nier lang geleden geopend was, kan het gebeuren dat
dit moeilijk gaat. Tijdens het openen van de deur ontsnapt er
namelijk wat koude lucht uit het apparaat en hiervoor in de
plaats komt warme lucht uit de omgeving. Bij het koelen van
deze lucht onstaat een onderdruk, waardoor de deur moeilijk
geopend kan worden. Na enkele minuten (5-10) is de toestand
weer normaal en kunt u de deur zonder moeilijkheden openen.
Geluid
Voor het koelen in de koel- en diepvriesapparaten zorgt een
koelsysteem met compressor, dit veroorzaakt echter ook een
zeker geluid. De geluidssterkte is afhankelijk van de opstelling,
het juiste gebruik en hoe oud het apparaat is.
Wanneer de compressor in werking is, horen we het
geluid van het stromen van de vloeistof, wanneer hij niet in
werking is, horen we het overgieten van de koelvloeistof. Dat
is normaal en heeft geen invloed op de levensduur van het
apparaat.
Na de ingebruikname van het apparaat kunnen de werking
van de compressor en het overgieten van de koelvloeistof
luider zijn. Dit duidt niet op een storing en heeft geen invloed
op de levensduur van het apparaat. Na verloop van tijd
nemen deze geluiden af.
Soms treden tijdens de werking van het apparaat ook
ongewone of sterkere geluiden op, die niet gebruikelijk en
meestal het gevolg zijn van onjuist opstellen.
Het apparaat moet recht en stabiel op een stevige
ondergrond staan.
Het mag geen wanden of andere elementen raken.
Controleer of de delen in de koelkast op hun plaats
zitten en dat er geen blikjes, flessen of andere pannen
rammelen omdat ze elkaar raken.
Het verwisselen van het verlichtingslampje
Voor het verwisselen van het lampje altijd de stekker uit het
stopcontact halen.
Druk met uw duim op de achterkant van het beschermkapje
dat het lampje afdekt (in de richting van pijltje 1), zodat het uit
zijn stand springt. Verwijder het beschermkapje (in de richting
van pijltje 2) en verwissel het lampje met een nieuw (E14, max.
15 W).
Doe het doorgebrande lampje niet bij uw organische afval.
Het lampje is verbruiksmateriaal en valt niet onder onze
garantie!
WIJ BEHOUDEN HET RECHT VOOR OP VERANDERINGEN DIE DE FUNCTIE VAN HET APPARAAT NIET BEINVLOEDEN.

Documenttranscriptie

Koelkast met diepvriezer NL Wij danken u voor het vertrouwen dat u in ons gesteld hebt door de aankoop van ons apparaat. Wij wensen u veel genoegen bij het gebruik ervan. De koelkast met diepvriezer dient voor huishoudelijk gebruik. Het bovenste gedeelte is een koelkast, die voor het bewaren van verse levensmiddelen bij een temperatuur van boven de 0°C bestemd is. Het onderste gedeelte is een diepvriezer, die voor het invriezen van verse levensmiddelen en gedurende langere tijd bewaren van bevroren levensmiddelen (tot één jaar, afhankelijk Koelkast met diepvriezer ............................................. 45 Voor de ingebruikname................................................ 45 Gebruiksaanwijzing Aanwijzingen voor de inbouw Onze zorg voor het milieu Energiesparen van de levensmiddelensoort, dient). Het diepvriesgedeelte heeft vier sterren. Bediening .......................................................................48 Temperatuurkeuze Gebruik ..........................................................................48 Het bewaren van levensmiddelen in de koelkast Het invriezen van levensmiddelen Belangrijke wenken ...................................................... 46 De houdbaarheid van diepgevroren levensmiddelen bij stroomuitval Afvoer van de oude koelkast Opstellen........................................................................ 46 De keuze van de ruimte Aansluiten Onderhoud en reiniging................................................50 Automatisch ontdooien van de koelkast Het ontdooien van de diepvriezer De reiniging van het apparaat Het buiten werking stellen van het apparaat Storingen en hoe ze verholpen kunnen worden ............................................................................51 Beschrijving van het apparaat .................................... 47 Koelkast (A) Diepvriezer (B) Voor de ingebruikname • Laat het apparaat ongeveer 2 uur stilstaan, alvorens het op het electriciteitsnet aan te sluiten. Hierdoor is de mogelijkheid van storingen door de invloed van het transport op het koelsysteem kleiner. • Reinig het apparaat grondig, vooral de binnenkant (zie het hoofdstuk "Reiniging". • Indien de losse delen niet op hun plaats zitten, breng deze dan aan volgens het hoofdstuk "Beschrijving van het apparaat". Gebruiksaanwijzing De gebruiksaanwijzing is voor de gebruiker bestemd en geeft een beschrijving van het juiste en veilige gebruik van het apparaat. De gebruiksaanwijzing is aan de verschillende apparatentypes aangepast en beschrijft misschien ook functies en delen, die uw apparaat niet heeft. Aanwijzingen voor de inbouw Voor geintegreerde apparaten zijn de aanwijzingen voor de inbouw bijgesloten. Ze zijn bestemd voor de vakman, die het apparaat in een kast moet plaatsen. Onze zorg voor het milieu • Vor de verpakking van de producten gebruiken wij milieuvriendelijke materialen die zonder risico voor het milieu hergebruikt (gerecycled), gestort of verbrand kunnen worden. Daartoe zijn de verpakkingsmaterialen dienovereenkomstig gemerkt. • Ook onze gebruiksaanwijzing is op gerecycled papier of op zonder chloor gebleekt papier gedrukt. • Als u de koelkast in de toekomst niet meer zult gebruiken en hij u in de weg staat, zorg er dan voor dat hij het milieu niet belast. Lever de koelkast in bij een erkend inzamelingsbedrijf voor gebruikte apparatuur (zie het onderdeel over de afvoer van de oude koelkast). Energiesparen • Open de deur van de koelkast niet vaker dan nodig is. Dat geldt in het bijzonder bij warm en vochtig weer. Zorg er ook voor dat de koelkast (vooral het vriesgedeelte) maar zo kort mogelijk open is. • Controleer af en toe of het apparaat voldoende koelt (vrije circulatie van de lucht achter het apparaat). • Draai de thermostaatknop van een hogere op een lagere stand wanneer het gebruik van het apparaat en de omstandigheden dit toelaten. • Alvorens levensmiddelen in de koelkast te leggen, moetan deze tot kamertemperatuur worden afgekoeld. • Rijp of ijslagen doen het stroomgebruik toenemen, verwijder deze daarom regelmatig zodra ze 3-5 mm dik zijn. • Een verkaard of niet afdichtend deurrubber kan het stroomverbruik verhogen, daarom moet het tijdig en vakkundig worden vervangen. • De condensor aan de achterkant van de kast moet altijd schoon en vrij van stof of keukenwazemafzettingen worden gehouden. • Eike instructie uit de hoofdstukken installatie en energiebesparing die niet wordt nageleefd, kan leiden tot een hoger stroomverbruik. Gebruiksaanwijzing 45 Belangrijke wenken • Wanneer u thuis een oude, niet meer gebruikte koelkast/diepvriezer met een slot of grendel, die van binnen uit niet geopend kunnen worden, vervangt, maak deze dan onbruikbaar. Zo kunt u kinderen voor eventuele verstikking behoeden. • Sluit het apparaat op de juiste wijze op het electriciteitsnet aan (zie het hoofdstuk "Aansluiten"). • Raak wanneer het apparaat in werking is de koelplaten niet aan, vooral niet met vochtige of natte handen omdat dan de huid er aan kan blijven plakken. • Bevries geen dranken in flessen, vooral geen koolzuurhoudende dranken zoals spawater, champagne, bier, cola enz.. Vloeistoffen zetten uit bij bevriezing en het glas kan barsten. • Eet geen bevroren levensmiddelen (brood, fruit, groente). Door de kou kunnen brandwonden onstaan. • Wanneer de geur of kleur van een levensmiddel verdacht is, gooi het dan weg omdat het waarschijnlijk niet meer eetbaar is. • Trek de stekker uit de wandcontactdoos bij reparaties (laat het apparaat altijd door een vakman repareren!), reiniging en het verwisselen van het lampje. • Ontdool de koelkast in geen geval met elektrische apparatuur (zoals bijv. een föhn) en gebruik geen scherpe voorwerpen voor het verwijderen van de rijp - resp. de ijslaag. • Gebruik uitsluitend de bijverpakte resp. door de fabrikant toegestane hulpmiddelen. • Denk aan het milieu en zorg ervoor dat de achterwand van de kast (condensor of pijpleiding bij het transport van de uitgediende koelkast) resp. het koelsysteem binnen in de kast niet worden beschadigd. Daarom ook dient u bij het ontdoolen van de koelkast geen scherpe voorwerpen te gebruiken, maar uitsluitend de bijverpakte resp. door de fabrikant toegestane hulpmiddelen. • In de rand van het huis van de diepvriezer is een verwarmingselement ingebouwd, dat tegeljik met de compressor functioneert en voorkomt, dat de dichtingen van de deur aan het huis van de diepvriezer vastvriezen. • Wanneer de aansluitkabel beschadigd is, moet deze door de fabricant of zijn erkende vakman worden vernieuwd, om ongelukken te voorkomen. • Het typeplaatje bevindt zich in het apparaat of aan de achterkant. Het symbool op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als huishoudafval mag worden behandeld. Het moet echter naar een plaats worden gebracht waar elektrische en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit product op de correcte manier wordt verwijderd, voorkomt u mogelijk voor mens en milieu negatieve gevolgen die zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde afvalbehandeling. Voor meer details in verband met het recyclen van dit product, neemt u het best contact op met de gemeentelijke instanties, het bedrijf of de dienst belast met de verwijdering van huishoudafval of de winkel waar u het product hebt gekocht. De houdbaarheid van diepgevroren levensmiddelen bij stroomuitval Open de diepvriezer niet bij stroomstoringen of stroomuitval. Bij een stroomuitval die langer dan 13 uur - HZDI 2121/6, 14 uur - HZDI 2621/6, 15 uur - HZDI 2521/6 duurt; de diepgevroren levensmiddelen consumeren of ze in een vervangend apparaat leggen. Afvoer van de oude koelkast • De uitgediende koelkast dient onmiddellijk buiten gebruik te worden gesteld. Maak een eventueel deurslot of een sluiting onbruikbaar om kinderen te beschermen tegen mogelijk verstikkingsgevaar. • Alle koel- en vrieskasten bevatten ook koelmiddelen en andere isolatiematerialen die een speciale verwerking vereisen. Daarom dient u bij de afvoer van de oude kast altijd contact op te nemen met een bevoegd en gekwalificeerd gemsantalijk bedrijf of dienaangaande bij de gemeente of bij de winkelier informatie in te winnen. Let er vanwege een mogelijk risico voor vervuiling van het milieu op om de leiding aan de achterkant van de kast niet te beschadigen. Opstellen De keuze van de ruimte Aansluiten Plaats het apparaat in een droge en regelmatig geventileerde ruimte. De toegestane temperatuur van de omgeving voor de juiste werking van het apparaat is afhankelijk van de uitvoering (klasse) van het apparaat, die op het typeplaatje van het apparaat vermeld is. Plaats het apparaat niet in de buurt van warmtebronnen, bijvoorbeeld een gasfornuis, verwarming, boiler enz. en stel het niet bloot aan directe zonnestraling. De koelkast moet tenminste 3 cm van het elektrisch of gasfonuls respectievelijk 30 cm van de ollekachel of kolenkachel worden geinstalleerd. Bij kleinere afstanden moet er een isolatieplaat worden gebruikt. De afstand tot de muur respectievelijk de vrije ruimte achter de kast dient ongeveer 200 cm² te bedragen. Een keukenkastje boven de koelkast moet een ruimte van tenminste 5 cm laten. Daardoor wordt een voldoende koeling van de condensor gewaarborgd. Klasse SN (subnormaal) N (normaal) ST (subtropisch) T (tropisch) 46 Sluit het apparaat met de aansluitkabel op het electriciteitsnet aan. De wandcontactdoos moet geaard zijn (veiligheidsstopcontact). De voorgeschreven netspanning en frequentie zijn op het typeplaatje van het apparaat vermeld. De aansluiting op het electriciteitsnet en de aarding van het apparaat moeten volgens de geldige standaarden en voorschriften uitgevoerd zijn. Het apparaat laat een kortdurende spanningsafwijking toe, echter hoogstens van -6 tot +6%. Raumtemperatur van + 10°C tot + 32°C van + 16°C tot + 32°C van + 16°C tot + 38°C van + 16°C tot + 43°C Gebruiksaanwijzing Beschrijving van het apparaat Koelkast (A) In de koelkast kunt u verse levensmiddelen gedurende enkele dagen gebruiken. Plaat (1) De plaat kan naar wens op de richels in het apparaat worden geplaatst. Het is tegen uittrekken beveiligd. Til het, aan de achterkant een beetje op en u kunt het uit het apparaat trekken. De glazen platen (hebben slechts enkele modellen) zijn met plastic afstandhouders beveiligd. Wanneer u de plaat er uit wilt trekken, moet u eerst de afstandhouders naar u toe schuiven. U kunt de afstandhouders ook verwijderen. Bewaar ze echter voor eventuele latere transporten. Bewaar bederfelijke levensmiddelen achter op het rekje,waar het het koelste is. Flessenhouder (hebben slechts enkele modellen) Het rek (het aantal is van het model afhankelijk) dient voor het bewaren van flessen. Het kan in twee standen geplaatst worden (horizontaal of aan de voorkant één richel hoger). De flessen kunnen er ook op de kurk opgelegd worden. Het rek is tegen uittrekken beveiligd. U kunt alleen het lege rek uittrekken door het achterste gedeelte omhoog te tillen en naar u toe te trekken. Waarschuwing! Indien zich in de deur opbergvakken bevinden, plaats het rek dan zo dat de lengte van de flessen niet hinderen bij het sluiten van de deur. U kunt maksimaal 9 flessen met een inhoud van 0,75 l of meer (totaal gewicht maximaal 13 kg) op het rek plaatsen – zie het etiket onder de ombouw van de thermostaat in het apparaat. Gebruiksaanwijzing 47 Opening voor de afvoer van het dooiwater (2) Onder de koelplaat, die de binnenkant van de koelkast koelt (en in de achterwand is ingebouwd) bevinden zich een gleuf en een opening, waardoor het dooiwater afvloeit. De gleuf en de opening mogen niet verstopt zijn (bijvoorbeeld met voedselresten). Regelmatig controleren en eventueel schoonmaken (bijvoorbeeld met een rietje). Groente- en fruitlade (3) De groente- en fruitlade is onderin de koelkast onder de glazen plaat. Dit zorgt voor voldoende vochtigheid, waardoor het bewaarde fruit en de groente langer vers blijven (minder uitdrogen). Ventilator (hebben sommige modellen) • De ventilator zorgt voor een gelijkmatigere verdeling van de temperatuur en vermindert de vorming van dauw op de legplateaus. De ventilator werkt niet als de deur open staat. • Het inschakelen van de ventilator wordt aanbevolen: − bij een verhoogde tempertuur in de ruimte (boven 30°C), − bij een toename van de vochtigheid (in de zomer). • In/uitschakelen van de ventilator aan = uit = 0 Waarschuwing: Als de ventilator is ingeschakeld neemt het energieverbruik toe. De binnenkant van de koelkastdeur In de binnenkant van de deur zitten rekjes of vakken, bestemd voor het bewaren van kaas, boter, eieren, joghurt en andere kleinere pakjes, tubes, blikjes e.d. Het onderste gedeelte van de deur biedt plaats aan flessen. De binnenverlichting van de koelkast Het lampje voor de verlichting van de binnenkant van de koelkast brandt wanneer de deur geopend wordt (ongeacht de stand van de temperatuurkeuzeknop). Diepvriezer (B) In de diepvriezer vriest u verse levensmiddelen in en bewaart u diepgevroren producten. Het vriesvak (4) Dient voor het invriezen van verse levensmiddelen. Het bewaarmandje (5) Dient voor het bewaren van bevroren levensmiddelen. Gleuf voor de afvoer van het dooiwater (6) (zie het hoofdstuk "Reiniging en onderhoud") OPMERKING: • De binnenkant van het apparaat kan afhankelijk van het model veranderd worden. • Bij de bevoegde klantenservice kunt u een bakje voor kruiden en aromas, een bakje voor tubes en meer platen bijkopen. Bediening U regelt de temperatuur in het apparaat met de knop rechts bovenin de koelkast (draaibaar van STOP (0) tot 7 en terug). Temperatuurkeuze • De hogere standen van de temperatuurkeuzeknop (naar 7) betekenen lagere temperaturen (koeler) in alle delen van het apparaat. De temperatuur in de koelkast kan ook beneden 0°C dalen. Gebruik de hogere stand alleen wanneer een lagere koeltemperatuur gewenst en aan te bevelen is. Bij een normale temperatuur van de omgeving is aan te bevelen, de temperatuurkeuzeknop op de middenstand te zetten. Een verandering van de temperatuur van de omgeving beinvloedt de temperatuur in het apparaat. Pas de afstelling van de temperatuurkeuzeknop hierbij aan. • In de STOP (0) stand functioneert het apparaat niet (het koelsysteem staat niet aan). Het apparaat staat echter onder spanning (het verlichtingslampje gaat aan wanneer u de deur van de koelkast opent). • Als u de ventilator heeft ingeschakeld (geldt slechts voor de modellen met een ingebouwde ventilator), wordt aanbevolen de temperatuur in het apparaat opnieuw in te stellen. Gebruik Het bewaren van levensmiddelen in de koelkast Het juiste gebruik van de koelkast en ook een goede verpakking van de levensmiddelen, handhaving van de goede temperatuur en inachtneming van de hygiënische voorschriften voor de levensmiddelen zijn van doorslaggevende invloed op de kwaliteit van het bewaren van levensmiddelen. • De levensmiddelen die u in de koelkast bewaart moeten vers, van goede kwaliteit en voldoende verpakt zijn zodat ze geen geur en vocht afgeven of opnemen. Zorg ervoor, dat andere levensmiddelen altijd goed verpakt (in plastic zakjes of folie, 48 • • • • aluminiumfolie, papier met een waslaagje enz.) of afgedekt zijn. Alvorens de levensmiddelen in de koelkast te leggen, dient de verkoopverpakking te worden verwijderd (bijv. yoghurtverpakking). Bewaar geen ontvlambare en explosieve stoffen in de koelkast. Flessen met een hoog alcoholpercentage moeten goed afgesloten zijn en rechtop staan. De levensmiddelen mogen niet met de achterwand van de koelkas in aanraking komen! Gebruiksaanwijzing • Laat de levensmiddelengoed afkoelen alvorens ze in de koelkast te leggen. • Bewaar knapperige en gevoelige levensmiddelen in de koudste gedeelten van de koelkast. • Houd deurtjes zoveel mogelijk gesloten. • Zet de thermostaatknop in een zodanige positie dat de laagste temperaturen worden berelkt. De instelling dient trapsgewijs plaats te vinden daarbij moet echter worden voorkomen dat de levensmiddelen invrlezen. Het meten van de temperatuur in het betreffende koelkastgedeelte gebeurt door middel van een in een met water gevuid glas water geplaatste thermometer. Een betrouwbare temperatuuraflezing wordt verkregen na enkele uren in ruststand. • Sommige organische oplosmiddelen, evenals de etherische olie in citroen- en sinaasappelschillen of boterzuur, veroorzaken beschadigingen en voortijdige slijtage van de kunststof oppervlakten en de deurband. • Een onaangename geur in de koelkast wijst erop, dat er iets aan het bederven is. Dit kunt u verhelpen door een scheutje azijn aan het schoonmaakwater toe te voegen. Ook is het gebruik van actieve koolfilters, die de lucht reinigen en de geur neutraliseren, aan te raden. • Wanneer u voor een paar dagen van huis gaat, laat dan geen bederfelijke levensmiddelen in de koelkast achter. De bewaartijd van levensmiddelen Levensmiddel Boter Eieren Vlees: rauw aan een stukje Gerookt Vis Marinade Worteltjes Kaas Gebak Fruit Klaargemaakte gerechten 1 + + + + + + + + + + + + Legende: + de aanbevolen bewaartijd 2 + + + = + = + + + + + + 3 + + = 4 + + 5 + + Bewaartijd (in dagen) 6 7 8 9 + + = = + + + + 10 = + 11 = = 12 = = 13 14 = = + + + + + + + + = = = = + + + = = = + + + = = = + + = = = + + = = = + + = + + = + = = + = = = = = = = = = = = = = = = = = = = de mogelijke bewaartijd Het invriezen van levensmiddelen • Kies voor het invriezen levensmiddelen die hiervoor geschikt zijn en lage temperaturen goed verdragen. De levensmiddelen moeten vers en van goede kwaliteit zijn. • Gebuik het juiste verpakkingsmateriaal voor de levensmiddelen en verpak ze goed. − De verpakking mag geen lucht en vocht doorlaten. Dit zou uitdroging van de levensmiddelen en vitamineverlies tot gevolg hebben. − De verpakkingsfolie en de zakjes moeten zacht en soepel zijn, zodat ze zich volledig aan de inhoud aanpassen. • Schrijf de inhoud, het gewicht de datum op de verpakte levensmiddelen. • Het is vooral belangrijk, dat de levensmiddelen binnen de kortstmogelijke tijd bevriezen. Maak daarom de pakjes niet te groot en laat de levensmiddelen goed afkoelen voor ze in de diepvriezer te leggen. • De hoeveelheid verse levensmiddellen, die in één keer in 24 uur in de diepvriezer gelegd mag worden is op het typeplaatje vermeld (de invrieskapaciteit). Bij grotere hoeveelheden is de kwaliteit van het invriezen minder en gaat ook de kwaliteit van de reeds diepgevroren producten in de diepvriezer achteruit. Het invriezen • Bij het type apparaat zonder schakelaar voor intensieve koeling, de thermostaatknop 24 uur voor het invriezen op stand 4-6 draaien. Na deze 24 uur de verse levensmiddelen op het rooster in de diepvriezer leggen. Ongeveer 24 uur later de thermostaatknop indien nodig op de werktemperatuur terugdraaien (het hoofdstuk Temperatuurkeuze in acht nemen) en de diepgevroren levensmiddelen in de mandjes (het bewaarmandje) leggen. By het type met een ingebouwde schakelaar voor intensieve koeling deze 24 uur voor het invriezen van grotere hoeveelheden verse levensmiddelen op stand 4-6 draaien. Na 24 uur de levensmiddelen in de diepvriezer leggen en nog eens 24 uur later de schakelaar uit zetten en de thermostaatknop op de gewenste stand draaien (zie het hoofdstuk Temperatuurkeuze). (I) of de De toets is ingeschakeld als het teken kleuraanduiding zichtbaar is en is uitgeschakeld, als op de (0) zichtbaar of de kleuraanduiding niet toets het teken zichtbaar is (hebben slechts enkele modellen). • Bij later invriezen de procedure herhalen. De verse levensmiddelen mogen niet met de bevroren pakjes in aanraking komen. • Voor het invriezen van kleinere hoeveelheden (tot 1 kg) hoeft de stand van de thermostaatknop niet te worden veranderd (het hoofdstuk Temperatuurkeuze in acht nemen). Het bewaren van diepvriesprodukten De bevroren levensmiddelen bewaart u in de mandjes. Als u wilt kunt u de mandjes verwijderen en de levensmiddelen op de koelroosters leggen. Industriële diepvriesprodukten Op de verpakking van industriële diepvriesprodukten zijn de houdbaarheidsduur en bewaartemperatuur vermeld. Houdt u bij het bewaren en gebruik aan de aanwijzingen van de producent. Kies in de winkel alleen goed verpakte levensmiddelen, waarop de volledige gegevens vermeld zijn en die in diepvrieskisten met een temperatuur van minstens -18°C bewaard worden. Koop geen levensmiddelen met rijp, deze zijn al meerdere malen ontdooid geweest. Bescherm de levensmiddelen tegen ontdooien. een hogere temperatuur verkort de houdbaarheidsduur van de diepvries- produkten en vermindert de kwaliteit. Gebruiksaanwijzing 49 Approximatieve houdbaarheid van bevroren levensmiddelen Levensmiddelen Houdbaarheid (in maanden) 1 2 3 4 5 6 7 Groente 8 9 10 + + + Fruit Brood, gebak + Klaargemaakte gerechten + Vlees: rundvlees kalfsvlees varkensvlees + + + + + + + + wild + gehakt + + + + + + + kip + + + + Vis: niet vet vet 12 + Melk Rookworst 11 + + Pens + Het ontdooien van diepvriesprodukten Gebruik ontdooide levensmiddelen zo snel mogelijk. Koude conserveert het levensmiddel namelijk wel, maar vernietigt de micro-organismen niet, die na het ontdooien versneld actief zijn en het produkt snel bederven. Gedeeltelijk ontdooien vermindert de voedingswaarde van het produkt, vooral van fruit en groenten en van klaargemaakte gerechten. Onderhoud en reiniging Automatisch ontdooien van de koelkast U hoeft de koelkast niet te ontdooien omdat de rijp op de achterwand automatisch ontdooit. De rijp die zich op de achterwand verzamelt wanneer de compressor in werking is, ontdooit wanneer de compressor buiten werking is en vloeit in druppeltjes naar beneden, vervolgens door de opening in de achterwand van de koelkast in het bakje op de compressor, waar het verdampt. Het ontdooien van de diepvriezer In de diepvriezer ontstaat rijp, die u moet ontdooien wanneer hij een dikte heeft van 3-5 mm. • Draai de temperatuurkeuzeknop enkele uren voor het ontdooien op stand 7, zodat de levensmiddelen een lage temperatuur bereiken. Draai daarna de temperatuurkeuzeknop in de STOP stand (0) en verwijder de stekker uit het stopcontact. Maak de vriezer leeg en bescherm de diepvriesartikelen, zodat deze niet beginnen te ontdooien. • Laat de deur openstaan totdat de rijp gemakkelijk van de oppervlakte te verwijderen is. Hierbij kunt u gebruik maken van een kunststof ijskrabber. Pas op dat u de binnenkant van de vriezer niet beschadigt! Verwijder de rijp of het ijs voordat dit ontdooit met een doek uit de diepvriezer. • Gebruik bij het ontdoolen a.u.b. geen ontdooisprays omdat deze kunststofoplossende resp. voor de gezondheid schadelijke middelen kunnen bevatten. De reiniging van het apparaat Verwijder alvorens het apparaat te reinigen de stekker uit het stopcontact! Gebruik geen scherpe en schurende schoonmaak- middelen. Zorg er bij het schoonmaken voor dat u alle resten van reinigingsmiddelen verwijderd! • Reinig de buitenkant van het apparaat met water en een vloeibaar reinigingsmiddel. Reinig de gelakte oppervlakten met een zachte doek en een reinigingsmiddel op basis van alcohol (bijv. een glasreiniger). U kunt ook alcohol (ethanol of isopropylalcohol) gebruiken. Voor plastic en gelakte delen mag u geen schurende of speciale bijtende reinigingsmiddelen zoals reinigingsmiddelen voor roestvrij staal e.d. gebruiken. • Neem de binnenkant van het apparaat af met lauwwarm water met een scheutje azijn. De kunststof delen zijn niet afwasmachinebestendig. • Neem de binnenkant van het lege apparaat af met lauwwarm water, waaraan u een scheutje azijn heeft toegevoegd. • Verwijder het stof van de condensator aan de achterkant van het apparaat met een zachte, niet metalen borstel of met de stofzuiger. • Maak ook het bakje boven de compressor van de koelkast schoon (verwijder het niet). 50 Gebruiksaanwijzing Het buiten werking stellen van het apparaat Wanneer u het apparaat langere tijd niet gebruikt, de temperatuurkeuzeknop op STOP (0) zetten. Verwijder de stekker uit het stopcontact, maak het apparaat leeg, ontdooi en maak hem schoon. Laat de deur op een kier staan. Sluit het apparaat na het schoonmaken weer aan op het electriciteitsnet, schakel het in en vul het met de levensmiddelen. Storingen en hoe ze verholpen kunnen worden Tijdens het gebruik van het apparaat kunnen storingen optreden. Hieronder vermelden we enkele storingen, die meestal het gevolg zijn van onjuist gebruik en die u zelf verhelpen kunt. Moeilijkheden bij het openen van de deur Het apparaat functioneert niet, nadat het op het electriciteitsnet is aangesloten • Controleer of er spanning op het stopcontact staat en of het apparaat aan staat (temperaturkeuzeknop in de "aan" stand). Het koelsysteem functioneert ononderbroken gedurende langere tijd • De deur wordt te vaak geopend of blijft te lang open staan. • De deur is niet goed gesloten (misschien zit er iets tussen de deur, hangt de deur of is de rubber band beschadigd,..). • Er is een te grote hoeveelheid verse levensmiddelen in de diepvriezer geplaatst. • De compressor en de condensator koelen niet voldoende. Controleer of de lucht ongestoord circuleert. Reinig de condensator. • Ingeschakelde toets voor intensieve koeling (zie hoofdstuk Het invriezen van levensmiddelen). Het ontstaan van ijs op de achterwand van de koelkast Zolang het water via de gleuf en door de opening in het bakje op de compressor afvloeit, is normaal automatisch ontdooien van de koelkast gegarandeerd. Indien zich op de achterwand van de koelkast overmatig ijs afzet (3-5 mm), ontdooi het apparaat dan met de hand. Draai de termostaatkeuzeknop in de STOP (0) stand en laat de deur van de koelkast openstaan. Ontdooi het ijs niet met electrische apparaten (haardroger e.d.) en verwijder het niet met scherpe voorwerpen. Draai na het ontdooien de knop op de gewenste stand en sluit de deur van de koelkast. Overmatige ijsafzetting komt door − slecht afsluiten van de deur (wanneer de rubber afsluitstrip vuil of beschadigd is, hem schoonmaken of vervangen), − te vaak openen van de deur of het te lang openstaan van de deur, − het vullen van de koelkast met warm voedsel, − voedsel of een schaal raken de achterwand van de koelkast. Er loopt water uit de koelkast Wanneer u de deur van de diepvrieskast wilt openen als deze juist of nier lang geleden geopend was, kan het gebeuren dat dit moeilijk gaat. Tijdens het openen van de deur ontsnapt er namelijk wat koude lucht uit het apparaat en hiervoor in de plaats komt warme lucht uit de omgeving. Bij het koelen van deze lucht onstaat een onderdruk, waardoor de deur moeilijk geopend kan worden. Na enkele minuten (5-10) is de toestand weer normaal en kunt u de deur zonder moeilijkheden openen. Geluid Voor het koelen in de koel- en diepvriesapparaten zorgt een koelsysteem met compressor, dit veroorzaakt echter ook een zeker geluid. De geluidssterkte is afhankelijk van de opstelling, het juiste gebruik en hoe oud het apparaat is. • Wanneer de compressor in werking is, horen we het geluid van het stromen van de vloeistof, wanneer hij niet in werking is, horen we het overgieten van de koelvloeistof. Dat is normaal en heeft geen invloed op de levensduur van het apparaat. • Na de ingebruikname van het apparaat kunnen de werking van de compressor en het overgieten van de koelvloeistof luider zijn. Dit duidt niet op een storing en heeft geen invloed op de levensduur van het apparaat. Na verloop van tijd nemen deze geluiden af. • Soms treden tijdens de werking van het apparaat ook ongewone of sterkere geluiden op, die niet gebruikelijk en meestal het gevolg zijn van onjuist opstellen. − Het apparaat moet recht en stabiel op een stevige ondergrond staan. − Het mag geen wanden of andere elementen raken. − Controleer of de delen in de koelkast op hun plaats zitten en dat er geen blikjes, flessen of andere pannen rammelen omdat ze elkaar raken. Het verwisselen van het verlichtingslampje Voor het verwisselen van het lampje altijd de stekker uit het stopcontact halen. Druk met uw duim op de achterkant van het beschermkapje dat het lampje afdekt (in de richting van pijltje 1), zodat het uit zijn stand springt. Verwijder het beschermkapje (in de richting van pijltje 2) en verwissel het lampje met een nieuw (E14, max. 15 W). Doe het doorgebrande lampje niet bij uw organische afval. Het lampje is verbruiksmateriaal en valt niet onder onze garantie! Er loopt water uit de koelkast, wanneer de waterafvoeropening verstopt zit of wanneer het dooiwater langs de gleuf waarin het water verzameld wordt, drupt. • Maak de verstopte opening schoon, bijvoorbeeld met een rietje. • Ontdooi een te dikke ijslaag met de hand (zie het hoofdstuk "Het ontstaan van ijs op de achterwand in de koelkast"). WIJ BEHOUDEN HET RECHT VOOR OP VERANDERINGEN DIE DE FUNCTIE VAN HET APPARAAT NIET BEINVLOEDEN. Gebruiksaanwijzing 51
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52

Whirlpool ARG 316/A+ Gebruikershandleiding

Type
Gebruikershandleiding