Schwinn AD8 Assembly & Owner's Manual

Type
Assembly & Owner's Manual
MONTAGE- / GEBRUIKERSHANDLEIDING
MONTAGE- / GEBRUIKERSHANDLEIDING
2
INHOUDSOPGAVE
Belangrijke veiligheidsvoorschriften 3
Waarschuwingsklevers / serienummer 5
6SHFL¿FDWLHV  
9RRUDIJDDQGDDQGHPRQWDJH  
Onderdelen 7
Montagemateriaal 8
Gereedschap 8
Montage 9
Het toestel verplaatsen 15
Het toestel nivelleren 15
.HQPHUNHQ  
Consolekenmerken 17
Op afstand bediende hartslagmonitor 20
Automatische kalibratie 21
Bedieningen 22
Afstellingen 22
Het toestel gebruiken 22
Het ventilatorblok vergrendelen/opbergen 23
Opstart/Stand-by-modus 23
Handmatige training 23
Intervaltrainingen 24
Doeltrainingen 25
 +DUWVODJ]RQHV 
 3DX]H5HVXOWDWHQPRGXV 
Onderhoudsmodus console 28
Onderhoud 29
Batterijen van de console vervangen 30
Onderhoudsonderdelen 31
Problemen oplossen 32
Bewaar het oorspronkelijke bewijs van aankoop en noteer de volgende informatie om de
garantieondersteuning te valideren:
Serienummer __________________________
Datum van aankoop ____________________
Neem contact op met uw lokale verdeler om uw productgarantie te registreren.
Voor meer informatie over uw productgarantie of als u vragen hebt of problemen ondervindt met uw product,
neem dan contact op met uw lokale Schwinn-verdeler. Om uw plaatselijke verdeler te vinden gaat u naar:
JOREDOVFKZLQQ¿WQHVVFRP
Nautilus, Inc., 5415 Centerpoint Parkway, Groveport, OH 43125 VS, www.NautilusInc.com - Klantenservice: Noord-Amerika
FVQOV#QDXWLOXVFRP_1DXWLOXV6KDQJKDL)LWQHVV(TXLSPHQWV&R/WG5RRP&KDQJQLQJ
5RDG&KDQJQLQJ'LVWULFW6KDQJKDL&KLQDZZZQDXWLOXVFQ_EXLWHQGH96ZZZQDXWLOXVLQWHUQDWLRQDO
FRP_*HGUXNWLQ&KLQD_1DXWLOXV,QF_6FKZLQQKHW6FKZLQQ4XDOLW\ORJR$LU'\QH1DXWLOXV%RZÀH[HQ-51<]LMQ
handelsmerken in eigendom van of in licentie gegeven aan Nautilus, Inc. die zijn geregistreerd of anderszins zijn beschermd door
het gemeen recht in de Verenigde Staten en andere landen. Polar® en OwnCode® zijn geregistreerde handelsmerken van hun
rechthebbenden.
25,*,1(/(+$1'/(,',1*(1*(/6(9(56,($//((1
3
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Bij het gebruik van een elektrisch apparaat moeten enkele fundamentele voorzorgsmaatregelen altijd worden
gevolgd, zoals:
Dit pictogram wijst op een potentieel gevaarlijke situatie die kan leiden tot de dood of ernstig letsel.
Neem de volgende waarschuwingen in acht:
Lees aandachtig alle waarschuwingsklevers op dit toestel.
GEVAAR Lees aandachtig de montage-instructies. Lees aandachtig de volledige handleiding.
Bewaar de handleiding voor later gebruik.
WAARSCHUWING
Lees aandachtig de volledige gebruikershandleiding om het risico op
brandwonden, elektrocutie of verwondingen te verkleinen. De niet-naleving
van deze richtlijnen kan ernstige of dodelijke elektrocutie of andere ernstige
verwondingen veroorzaken.
Houd omstanders en kinderen altijd uit de buurt van het toestel dat u aan het monteren bent.
Plaats de batterijen pas in het toestel wanneer dit in de montagehandleiding gevraagd wordt. Sluit de optionele
voedingsbron niet aan totdat u dit gevraagd wordt.
Het toestel mag nooit onbewaakt worden achtergelaten wanneer het is aangesloten. Trek de stekker uit het
stopcontact wanneer het toestel niet in gebruik is en voordat u onderdelen installeert of verwijdert.
Controleer voor elk gebruik of het toestel geen losse onderdelen heeft of tekenen van slijtage vertoont. Gebruik het
toestel niet als u een probleem vaststelt. Houd nauw toezicht over de pedalen en de crankarmen. Neem contact op
met de klantendienst van Nautilus voor meer informatie over eventuele reparaties.
Niet geschikt voor gebruik door personen met een medische aandoening die de veilige werking van het toestel in ge-
vaar kan brengen of die de gebruiker zou kunnen verwonden.
U mag geen voorwerpen in een opening van het toestel steken of laten vallen.
Monteer het toestel niet buiten of in een vochtige of natte plaats.
Zorg ervoor dat u voldoende werkruimte hebt, uit de buurt van voorbijgangers en zonder blootstelling van omstanders.
Sommige componenten van het toestel kunnen zwaar of moeilijk hanteerbaar zijn. Roep de hulp in van een tweede
persoon wanneer u deze onderdelen monteert. Monteer geen zware of moeilijk hanteerbare onderdelen zonder de
hulp van een tweede persoon.
Installeer het toestel op een stevige, vlakke en horizontale ondergrond.
Probeer het design of de functionaliteit van het toestel niet te wijzigen. Dit zou de veiligheid van het toestel in gevaar
kunnen brengen en maakt de garantie ongeldig.
Als u reserveonderdelen nodig hebt, gebruik dan uitsluitend originele reserveonderdelen en montagemateriaal dat door
Nautilus geleverd is. Als u geen originele vervangingsonderdelen gebruikt, dan kan dit een risico inhouden voor de
gebruikers, het toestel verhinderen om correct te functioneren en de garantie ongeldig maken.
Gebruik het toestel niet of stel het niet in werking totdat het volledig gemonteerd en gecontroleerd is op correcte
werking in overeenstemming met de gebruikershandleiding.
Gebruik dit toestel alleen voor het beoogde gebruik, zoals beschreven in deze handleiding. Gebruik geen accessoires
die niet door de fabrikant worden aanbevolen.
Voer alle montagestappen in de opgegeven volgorde uit. Onjuiste montage kan leiden tot lichamelijke letsels of
onjuiste werking.
%(:$$5'(=(92256&+5,)7(1
4
Neem de volgende waarschuwingen in acht voordat u dit toestel in gebruik neemt:
Lees aandachtig de volledige handleiding. Bewaar de handleiding voor later gebruik.
Lees aandachtig alle waarschuwingsklevers op dit toestel. Als de waarschuwingsklevers op een gegeven
moment niet meer goed kleven, onleesbaar worden of loskomen, neem dan contact op met uw lokale
verdeler om de klevers te vervangen.
GEVAAR Om het risico op een elektrische schok of het gebruik van de apparatuur zonder toezicht
te beperken trekt u altijd het best de stekker uit het stopcontact en het toestel en wacht u
5 minuten voordat u het toestel begint schoon te maken, te onderhouden of te repareren.
Bewaar het stroomsnoer op een veilige plaats.
 /DDWJHHQNLQGHUHQWRHLQGHQDELMKHLGYDQGLWWRHVWHO%HZHJHQGHRQGHUGHOHQHQDQGHUHYRRU]LHQLQJHQYDQKHW
toestel kunnen gevaarlijk zijn voor kinderen.
Niet geschikt voor gebruik door kinderen die jonger zijn dan 14 jaar. -RQJHUHQWXVVHQHQMDDUPRHWHQRQGHU
toezicht staan bij het gebruik van dit toestel.
Vraag een arts om advies voordat u een trainingsprogramma begint. Staak de training als u pijn of benauwdheid op
GHERUVWYRHOWNRUWDGHPLJZRUGWRIXÀDXZYRHOW9UDDJXZDUWVRPDGYLHVYRRUGDWXKHWWRHVWHORSQLHXZEHJLQWWH
gebruiken. Gebruik de waarden die door de computer van het toestel worden berekend of opgemeten uitsluitend ter
informatie.
Controleer dit toestel voor elk gebruik op schade aan het stroomsnoer, het stopcontact, losse onderdelen of tekenen
van slijtage. Gebruik het toestel niet als u een probleem vaststelt. Houd nauw toezicht over de pedalen en de
crankarmen. Neem contact op met uw lokale verdeler voor informatie over een eventuele reparatie.
 0D[LPDOHJHEUXLNHUVJHZLFKWNJ*HEUXLNKHWWRHVWHOQLHWZDQQHHUXPHHUZHHJW
Het toestel is bedoeld voor thuisgebruik door particulieren of voor gebruik in een gedeelde of institutionele omgeving.
:DQQHHUKHWWRHVWHOLQHHQJHGHHOGHRILQVWLWXWLRQHOHRPJHYLQJZRUGWJHSODDWVWPDJKHWPD[LPDDOXXUSHUGDJ
worden gebruikt in ruimtes waar de toegang tot en de bediening van het toestel door bevoegd personeel worden
EHKHHUGHQJHFRQWUROHHUG+HWEHKHHUVQLYHDXKDQJWRQGHUPHHUDIYDQGHVSHFL¿HNHRPJHYLQJZDDULQKHWWRHVWHO
wordt geplaatst, de veiligheid van die omgeving en de vertrouwdheid van de gebruikers met de apparatuur. Omdat
anderen het toestel mogelijk al voor u hebben gebruikt, controleert u of het zadel, de pedalen en de handgrepen
correct zijn afgesteld, vastgezet en beveiligd.
Draag geen losse kleding of sieraden. Dit toestel heeft bewegende onderdelen. Plaats uw vingers of andere
voorwerpen niet in de bewegende onderdelen van de trainingsapparatuur.
Draag altijd sportschoenen met rubberen zolen tijdens het gebruik van dit toestel. Gebruik het toestel niet met blote
voeten of alleen met sokken.
Installeer en gebruik dit toestel op een stevige, vlakke en horizontale ondergrond.
Stap niet van het toestel totdat de pedalen volledig gestopt zijn.
Maak de pedalen stabiel voordat u erop gaat staan. Wees voorzichtig bij het op- en afstappen van het toestel.
Bij onderhoud zorgt u ervoor dat het toestel niet meer op het elektriciteitsnet is aangesloten.
Gebruik dit toestel niet buiten of in vochtige of natte plaatsen.
+RXGWHQPLQVWHP´YULMDDQGHNDQWGLHGLHQWYRRUWRHJDQJWRWKHWWRHVWHOHQDDQGHDFKWHUNDQWYDQKHW
toestel. Dit is de aanbevolen veiligheidsafstand voor toegang en doorgang rond het toestel en voor het afstappen bij
noodgevallen. Houd omstanders buiten deze ruimte tijdens het gebruik van het toestel.
Span uzelf niet overdreven in tijdens het trainen. Gebruik het toestel in overeenstemming met de voorschriften in deze
handleiding.
Voer alle geregelde en periodieke onderhoudsprocedures uit die in de gebruikershandleiding worden aanbevolen.
U mag geen voorwerpen in een opening van het toestel steken of laten vallen.
Verstel en bevestig alle verstelbare onderdelen op een correcte en veilige manier. Zorg dat de verstelbare onderdelen
de gebruiker niet kunnen raken.
Houd de pedalen schoon en droog.
Het gebruik van dit toestel vereist coördinatie en evenwicht. Tijdens het trainen kunt u snelheids- en
weerstandsveranderingen verwachten. Wees dus voorzichtig om evenwichtsverlies en mogelijk letsel te voorkomen.
5
WAARSCHUWINGSKLEVERS EN SERIENUMMER
Productspecificatie
Serienummer
Waarschuwingsklevers en serienummer
 (HQWRHVWHOPDJQRRLWRQEHZDDNWZRUGHQDFKWHUJHODWHQZDQQHHUKHWLVDDQJHVORWHQ7UHNGHVWHNNHUXLWKHW
stopcontact wanneer het toestel niet in gebruik is en voordat u onderdelen installeert of verwijdert.
Houd de batterijen uit de buurt van warmtebronnen of hete oppervlakken.
Gebruik oude en nieuwe batterijen niet door elkaar.
Gebruik alkalinebatterijen, gewone (koolstof-zink) of herlaadbare (Ni-Cd, Ni-MH, enz.) batterijen niet door elkaar.
Probeer niet-oplaadbare batterijen niet op te laden. Verwijder lege batterijen en gooi ze op een veilige manier weg.
Haal oplaadbare batterijen uit het toestel alvorens ze op te laden.
Kortsluit de aansluitklemmen op de batterijen niet.
Om het toestel veilig op te bergen verwijdert u de batterijen en bevestigt u de transport- en immobilisatieriem om de
weerstandsventilator vast te zetten. Bewaar het toestel op een veilige plaats, uit de buurt van kinderen en huisdieren.
Dit toestel is niet bedoeld voor gebruik door kinderen of personen met een verminderd lichamelijk, gevoels- of
mentaal vermogen, of personen zonder kennis over en ervaring met dit toestel, tenzij dit gebruik plaatsvindt onder het
toezicht van, of nadat men is geïnstrueerd over het gebruik van het toestel door, iemand die verantwoordelijk is voor
hun veiligheid.
Aangezien dit toestel met een vaste versnelling werkt, mag u niet terug of achteruit trappen. Hierdoor kunnen de
pedalen losraken, wat kan leiden tot schade aan het toestel en/of letsel voor de gebruiker. Bedien dit toestel nooit met
losse pedalen.
 2SGH]H¿HWVNXQQHQGHSHGDOHQQLHWORVYDQGHZHHUVWDQGVYHQWLODWRUZRUGHQJHVWRSW9HUODDJKHWWHPSRRPGH
weerstandsventilator en de pedalen langzaam tot stilstand te brengen. Stap niet af voordat de pedalen volledig
gestopt zijn. Denk eraan dat bewegende pedalen tegen de achterkant van uw benen kunnen slaan.
Houd kinderen onder toezicht om te voorkomen dat ze met het toestel gaan spelen.
%(:$$5'(=(92256&+5,)7(1
6
SPECIFICATIES
Voorafgaand aan de montage
Kies de plaats waar u het toestel wilt installeren en gebruiken. Voor een veilige werking moet het toestel op een harde en
YODNNHRQGHUJURQGZRUGHQJHwQVWDOOHHUG9RRU]LHHHQWUDLQLQJVUXLPWHYDQPLQLPDDO[P
NB: Controleer het toestel op beschadigde onderdelen als gevolg van het transport. Indien u schade vaststelt, neem dan
contact op met de klantenservice (als u in de VS/Canada woont) of met uw lokale distributeur (als u niet in de VS/
Canada woont).
Basisprincipes bij het monteren
Volg deze basisprincipes bij het monteren van uw toestel:
/HHVDDQGDFKWLJGH%HODQJULMNHYHLOLJKHLGVYRRUVFKULI-
WHQYRRUGHPRQWDJH
Verzamel alle onderdelen die u nodig hebt bij iedere
montagestap.
Met behulp van de aanbevolen moersleutels draait u
de bouten en moeren naar rechts (met de klok mee)
om aan te spannen en naar links (tegen de klok in) om
los te draaien.
Wanneer u twee onderdelen vastmaakt, heft u de
constructie voorzichtig op en kijkt u door de boutgaten.
Op die manier kunt u de bout gemakkelijker door de
gaten glijden.
Voor de montage zijn twee personen nodig.
Maximaal gebruikersgewicht: 159 kg
Totale benodigde ruimte (voetafdruk) van de apparatuur: 9059 cm2
Gewicht van het toestel: 51,3 kg
Stroomvoorzieningen:
 :HUNVSDQQLQJ 99$&+]$
Werkstroom: 9 V DC , 1,5A
2SWLRQHOHEDWWHULMHQ  'EDWWHULMHQ/5QLHWPHHJHOHYHUG
=HWGLWWRHVWHO1,(7ELMKHWDIYDO'LWSURGXFWPRHWZRUGHQJHUHF\FOHG9ROJGHYRRUJHVFKUHYHQPHWKRGHQRSHHQ
erkend afvalinzamelpunt om dit product correct te recyclen.
134.6 cm
53”
134.6 cm
53”
67.3 cm
26.5”
Dit product voldoet aan de Europese richtlijn voor
radioapparatuur 2014/53/EU.
1.3 m
51 in
2 m
77 in
0.6m
24”
0.6m
24”
7
ONDERDELEN
$OOHUHFKWVHRHQOLQNVHLRQGHUGHOHQ zijn voorzien van een klever om de montage te vergemakkelijken.
Item Aantal Omschrijving Item Aantal Omschrijving
1 1 Hoofdframe 8 1 Stabilisator, vooraan
2 1 Console/mast-samenstel 9 1 Voetsteun, rechts
3 1 Zadel 10 1 Pedaal, rechts
4 1 Handvat, links 11 1 Handvat, rechts
5 1 Voetsteun, links 12 1 Riem, transport en immobilisatie
1 Pedaal, links 13 1 Stroomadapter
7 1 Stabilisator, achteraan
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
12
11
13
8
Gereedschap
Meegeleverd
PP
Item Aantal Omschrijving Item Aantal Omschrijving
A12%RONRSLQEXVERXW0[ ( 29ODNNHVOXLWULQJ0
B 12 Borgring, M8 )2&LOLQGHUNRSVFKURHI0[
C 12 Vlakke sluitring, M8
D4,QEXVERXWPHWFLOLQGHUNRS0[
Opmerking: Bepaalde montageonderdelen zijn meegeleverd op de montagekaart als reserveonderdelen. Wees u zich
er dus van bewust dat er na de montage nog montagemateriaal overblijft.
MONTAGEMATERIAAL / GEREEDSCHAP
#2
PP
AB C D E F
13 / 15 mm
9
1. Bevestig de stabilisatoren aan het gemonteerde frame
MONTAGE
2. Bevestig de pedalen op het gemonteerde frame
$OVGHVFKURHIGUDDGORVNRPWGRRURQMXLVWHPRQWDJHNXQQHQGHSHGDOHQWLMGHQVKHWJHEUXLNYDQGH¿HWV
losraken en/of breken, wat kan leiden tot ernstig letsel voor de gebruiker.
Opmerking: Het linkerpedaal is uitgerust met een omgekeerde schroefdraad. Zorg dat de pedalen aan de juiste
kant van de fiets worden bevestigd. De richting moet worden bepaald vanuit een zithouding op de fiets. Het
OLQNHUSHGDDOLVJHPDUNHHUGPHWHHQ/KHWUHFKWHUSHGDDOPHWHHQ5
10 (R)
6 (L)
1
7
8
6mm
X8
A
B
C
10
3. Sluit de kabels aan en bevestig het console/mast-samenstel aan het gemonteerde frame
NB: Snij of klem de kabels niet.
6mm
X4
A
B
C
2
11
4. Bevestig de handvatarmen aan het gemonteerde frame
NB: Verwijder het label van de handgreeparm. Plaats de open boog (a) op de handgreep gelijk met de gladde boog (1a)
op de as en zorg ervoor dat de inkepingen (b) precies over elkaar liggen. Duw de handgreep voorzichtig op de as.
)RUFHHURINORSGHKDQGJUHHSQLHWYDVW%HZHHJGHKDQGJUHHS]DFKWMHVQDDUYRUHQHQQDDUDFKWHUHQRPWHFRQWUR-
leren of hij volledig vastzit op de as.
!Draai het montagemateriaal volledig aan. Zorg dat de handgreeparmen veilig bevestigd zijn voordat u gaat
trainen. Indien u over een torsiesleutel beschikt, draai de bouten dan aan tot 40 Nm.
11
4
D
D
46mm
1a
b
a
b
D
11
6mm
D X2
12
5. Monteer de voetsteunen en montagemateriaal, en bevestig de voetsteunen aan het
gemonteerde frame
NB: Druk op FLOLQGHUNRSVFKURHI)YROOHGLJLQKHWvoetsteun, en druk de VOXLWULQJ( stevig op het einde van de voetsteun.
Zorg ervoor dat de sluitringJHHQWLNRSGHVFKURHIGUDGHQ)/DDWJHHQGHVOXLWULQJYDOOHQXLWGHYRHWVWHXQWLMGHQV
installatie.
5
9
F
F
E
E
EF1
6mm
9
5
13
6. Bevestig het zadel op de zadelpen
NB: Zorg dat het zadel recht en waterpas staat. Draai beide moeren (3b) op de zadelklem (3a) aan om het zadel te
blokkeren.
3a
3b
3b
3
14
Optionele batterijen in de console
Opmerking: Om het batterijcompartiment te openen draait u de vooraf geïnstalleerde schroef in het deksel los. Voor
GHFRQVROHKHEWXEDWWHULMHQYDQ'IRUPDDW/5QRGLJ=RUJGDWGHEDWWHULMHQLQGHULFKWLQJYDQGH
indicatoren +/– in het batterijcompartiment wijzen. Als u oplaadbare batterijen gebruikt, dan worden de
batterijen niet opgeladen door de stroomadapter.
!Gebruik oude en nieuwe batterijen niet door elkaar.
Gebruik alkalinebatterijen, gewone (koolstof-zink) of herlaadbare (Ni-Cd, Ni-MH, enz.) batterijen niet door
elkaar.
7. Sluit de stroomadapter
De console van uw toestel kan worden gevoed door
batterijen of wisselstroom. Als u gebruikmaakt van zowel
batterijen als de stroomadapter, dan wordt de console
gevoed door de stroomadapter.
Opmerking: Als u oplaadbare batterijen gebruikt, dan
worden de batterijen niet opgeladen door de
stroomadapter.
Nadat het toestel volledig is gemonteerd, sluit u de
stroomadapter op de stroomaansluiting en op een stopcon-
tact aan.
NB: Als u een stroomadapter gebruikt voor uw toestel, zorg
dan dat het snoer uit de buurt blijft van de draaiende
pedalen.
NB: Het wordt aanbevolen om batterijen te verwijderen
wanneer ze niet worden gebruikt om beschadiging door
batterijcorrosie te voorkomen.
8. Laatste controle
Zorg dat al het montagemateriaal goed vastzit en dat de componenten correct gemonteerd zijn.
Noteer het serienummer in het daarvoor bedoelde veld vooraan in deze handleiding.
Gebruik het toestel niet of stel het niet in werking totdat het volledig gemonteerd en gecontroleerd is op cor-
recte werking in overeenstemming met de gebruikershandleiding.
X2
+
13
15
VOORDAT U VAN START GAAT
Het toestel verplaatsen
Het toestel kan door één of meerdere personen worden verplaatst, afhankelijk van hun fysieke mogelijkhe-
GHQHQFDSDFLWHLWHQ=RUJGDWXHQGHDQGHUHSHUVRQHQDOOHPDDOI\VLHN¿W]LMQHQLQVWDDW]LMQRPKHWWRHVWHO
veilig te verplaatsen. Pas geschikte veiligheidsvoorzieningen en heftechnieken toe.
1. Verwijder het stroomadapter.
2. Bevestig de crankarm aan de zadelpen met de transport-
en immobilisatieriem (T).
3. Gebruik de achterste stabilisator om het toestel
voorzichtig op de transportwielen te tillen.
Opmerking: Zorg dat het ventilatorblok niet over de vloer
sleept.
4. Duw het toestel naar zijn plaats.
 /DDWKHWWRHVWHOYRRU]LFKWLJRS]LMQSODDWV]DNNHQ
NB: Wees voorzichtig wanneer u het toestel verplaatst.
Abrupte bewegingen kunnen de werking van de
computer beïnvloeden.
Het toestel nivelleren
+HWWRHVWHOPRHWZRUGHQJHQLYHOOHHUGDOVGHWUDLQLQJVUXLPWHRQHႇHQLV$DQZHHUV]LMGHQYDQGHVWDELOLVDWRUHQEHYLQGHQ
zich stelpootjes. Werkwijze voor het afstellen:
1. Plaats het toestel in uw trainingsruimte.
2. Stel de stabilisatievoetjes af totdat het toestel waterpas staat en de voetjes de vloer raken.
Verstel de stelpootjes niet te hoog,
waardoor ze loskomen of van het toestel
worden afgeschroefd. Dit zou lichamelijk
letsel of schade aan het toestel kunnen
veroorzaken.
Zorg dat het toestel waterpas staat en stabiel is
voordat u begint te trainen.
T
16
A Console I Stabilisator, achteraan 4Telemetrische hartslagontvanger
(HR)
B Handvat -Stelpootje R Mediadraagrek
C Handvatgreep K Transportwiel S Bidonhouder
D Zadel /Stroomaansluiting T Transport- en immobilisatieriem
(Verstelknop schuifmechanisme
van het zadel
M Stabilisator, vooraan U Stroomadapter
)Verstelknop voor de zadelpen N Voetsteun V AirDyneOXFKWDÀHLGHU
G Voetensteun O /XFKWZHHUVWDQGVYHQWLODWRU
H Pedaal P Batterijcompartiment
KENMERKEN
WAARSCHUWING! Gebruik de waarden die door de computer van het toestel worden berekend of opgemeten
uitsluitend ter informatie. De hartslag die op de console wordt weergegeven, is
onnauwkeurig en mag alleen ter referentie worden gebruikt. Overmatig trainen kan ernstig
letsel of de dood veroorzaken. Staak de training onmiddellijk als u zich zwak voelt.
A
B
C
D
Q
E
F
G
H
R
S
I
J
K
L
M
N
P
O
T
U
V
17
Consolekenmerken
De console verstrekt informatie over uw training op de
displayschermen.
Programma's
• Handmatig
• 20/10 Interval
• 30/90 Interval
(LJHQLQWHUYDOOHQ
• Tijdsdoel
• Hartslagzones
• Caloriedoel
• Kilojouledoel
• Mijldoel
• Kilometerdoel
Tachometerdisplay
1. Lcd-tachometerdisplay²GHPHWHULVYHUGHHOGLQVHJPHQWHQRP
&$/0,1HQ:$776PHHWJHJHYHQVZHHUWHJHYHQYRRUGHKXLGLJH
WUDLQLQJVSUHVWDWLHV9RRU&$/0,1ZDDUGHQPDDNWGHPHWHUJHEUXLN
van twee lineaire schalen: ieder segment tussen dikke strepen (0-30)
JHHIWFDORULHPLQXXWDDQLHGHUVHJPHQWWXVVHQGXQQHVWUHSHQ
JHHIWFDORULHPLQXXWDDQ
2. Labels voor de meetgegevens van de toerenteller—geven het
waardetype aan dat momenteel op het tachometerdisplay wordt
weergegeven:
AVG— de gemiddelden worden alleen tijdens het trainingsover-
zicht weergegeven.
• SCAN—in de scanmodus doorloopt de tachometer de meetge-
gevens automatisch. Iedere waarde wordt gedurende 3 seconden
weergegeven.
0$;²GHPD[LPDOHZRUGHQDOOHHQWLMGHQVKHWWUDLQLQJVRYHU]LFKW
weergegeven.
3. Display van de meetgegevens van de tachometer—toont de cijfers voor de volgende waarden:
&$/0,1²KHWJHVFKDWWHDDQWDOYHUEUDQGHFDORULHsQSHUPLQXXWJHEDVHHUGRSGH:DWWVPHHWJHJHYHQV'HPD[LPDOH
weergave bedraagt 999,9.
:$776²KHWYHUPRJHQGDWXSURGXFHHUWRSKHWKXLGLJHZHHUVWDQGVQLYHDXSN ZDWW'HPD[LPDOHZDDUGH
bedraagt 999,9.
530²GHRPZHQWHOLQJHQYDQKHWWRHVWHOSHUPLQXXW530'HPD[LPDOHZHHUJDYHEHGUDDJW
63(('²GHVQHOKHLGYDQKHWWRHVWHOLQPLMOSHUXXUWRWRSppQGHFLPDDOELMYRRUEHHOG'HPD[LPDOHZHHUJDYH
bedraagt 999,9.
4. 7DFKRPHWHUJUDÀHN—staat voor de RPM-prestaties van de gebruiker op een lineaire schaal van 1-100 (verdeeld in 10
segmenten).
5. MAX CAL/MIN-streep²GHKRRJVWEHUHLNWHVWUHHSRSKHWOFGWDFKRPHWHUGLVSOD\EOLMIWYHWRPGHPD[LPDOHLQVSDQQLQJ
tijdens de huidige training aan te geven.
Tachometer-
display
Programmage-
gevensdisplay
Toetsenbord
2
3
4
5
1
18
Programmagegevensdisplay
TIJD (TIME)
+HW7,0(GLVSOD\YHOGZRUGWDOOHHQJHEUXLNWYRRULQWHUYDOWUDLQLQJHQ
Tijdens de training wordt de resterende tijd weergegeven. Bij het
trainingsoverzicht wordt de totale tijd weergegeven.
7. RONDE (ROUND)
Het ROUND-displayveld wordt alleen gebruikt voor intervaltrainingen.
Het eerste 00-segment toont het cijfer van de huidige ronde. Het tweede
VHJPHQWWRRQWKHWWRWDOHDDQWDOURQGHV+HWPD[LPDOHDDQWDOURQGHV
bedraagt 49.
8. TIME/INTERVAL-zone
+HW7,0(,17(59$/GLVSOD\YHOGEHVFKLNWRYHUWZHHPRGL6WDQGDDUG
en Interval. De Sprint- en Recover-labels zijn alleen geactiveerd voor
LQWHUYDOSURJUDPPDV
In de standaardmodus wordt de verstreken of resterende tijd weergege-
ven, naargelang het programma in gebruik. De tijd telt op tot 99 minuten
HQVHFRQGHQGHPD[LPDOHWLMG
In de intervalmodus wordt de trainingsstatus (Sprint/Recover) en de res-
WHUHQGHWLMGLQGLHVWDWXVZHHUJHJHYHQ'HPD[LPDOHZDDUGHEHGUDDJW
99 seconden in iedere status.
9. DRUK OP c/d OM AAN TE PASSEN
'HERRGVFKDS'58.23c/d20$$17(3$66(1ZRUGWDOOHHQYRRUHHQWUDLQLQJZHHUJHJHYHQYRRUGHRSWLHRPHHQ
doel of het aantal intervallen te verhogen/verlagen. De aanpasbare meetwaarde knippert totdat deze wordt aangepast.
10. Cumulatieve meetgegevens
,QKHWGLVSOD\YHOGPHWFXPXODWLHYHPHHWJHJHYHQVZRUGHQGHSUHVWDWLHV&$/25,(É1N-RIGHDIVWDQG0,.0ZHHUJH-
JHYHQGLHWLMGHQVGHWUDLQLQJZHUGHQEHUHLNW+DQGPDWLJHSURJUDPPDVHQLQWHUYDOSURJUDPPDVVWDUWHQELMHQWHOOHQRS
,QGRHOSURJUDPPDVZRUGWHUWRWDIJHWHOGYDQDIGHGRHOZDDUGH9RRUGHDQGHUHPHHWZDDUGHQZRUGWHUHFKWHURSJHWHOG
'UXNRSGHVHOHFWLHWRHWV&$/0,.M.0RPYDQGHHQHZDDUGHQDDUGHDQGHUHWHJDDQ
'H$9(5$*(HQ727$/ODEHOVLGHQWL¿FHUHQGH]HZDDUGHQLQKHWWUDLQLQJVRYHU]LFKW
11. Batterijindicator
De batterijindicator gaat branden wanneer het batterijpeil 25 % of lager is.
12. Volume
Het volumepictogram voor de geluidswaarschuwing brandt altijd. De drie puntjes aan de rechterkant geven de volume-in-
VWHOOLQJDDQ8LWSLFWRJUDP]RQGHUSXQWMHV9ROOHGLJRSHQSLFWRJUDPPHWGULHSXQWMHV
13. HEART RATE-zone
+HW+($575$7(GLVSOD\JHHIWGHKDUWVODJZHHULQVODJHQSHUPLQXXW%30YDQDIHHQWHOHPHWULVFKHKDUWVODJVHQVRU+HW
pictogram knippert wanneer het een signaal ontvangt van een telemetrische hartslagband. Deze displaywaarde is leeg
DOVHUJHHQKDUWVODJVLJQDDOZRUGWJHGHWHFWHHUG'H$9(5$*(HQ0$;ODEHOVLGHQWL¿FHUHQGHKDUWVODJZDDUGHQLQKHW
trainingsoverzicht.
Vraag een arts om advies voordat u een trainingsprogramma start. Staak de training als u pijn of
EHQDXZGKHLGRSGHERUVWYRHOWNRUWDGHPLJZRUGWRIXÀDXZYRHOW9UDDJXZDUWVRPDGYLHVYRRUGDWXKHW
toestel opnieuw begint te gebruiken. Gebruik de waarden die door de computer van het toestel worden
berekend of opgemeten uitsluitend ter informatie. De hartslag die op de console wordt weergegeven, is
onnauwkeurig en mag alleen ter referentie worden gebruikt.
6
8
9
10
13
7
12
11
19
'HERRGVFKDS/(()7,-',192(5(1YHUVFKLMQWDOVGHJHEUXLNHURSGH+5=21(6WRHWVGUXNW'HVWDQGDDUGOHHIWLMGLV
'HZDDUGHQLQGHKDUWVODJ]RQHYHOGHQ)$7%851$(52%,&HQ$1$(52%,&ZRUGHQEHUHNHQGRSEDVLVYDQGH
leeftijdwaarde.
Toetsenblokfuncties
5$7(6(/(&7WRHWV'RRUORRSWGHZHHUJDYHRSWLHVYRRUGH
WDFKRPHWHUJHJHYHQV&$/0,1:$77653063(('+RXG
de toets gedurende 3 seconden ingedrukt om naar de SCAN-
modus te gaan en de waarden automatisch te doorlopen.
Iedere waarde wordt gedurende 3 seconden weergegeven.
Druk opnieuw op de Rate Select-toets om de SCAN-modus te
verlaten.
,17(59$/WRHWV6HOHFWHHUWGH,QWHUYDOWUDLQLQJ
,17(59$/WRHWV6HOHFWHHUWGH,QWHUYDOWUDLQLQJ
&86720,17(59$/WRHWV6HOHFWHHUWGH&XVWRP,QWHUYDO
training.
7,0(7$5*(7WRHWV6HOHFWHHUWGHWUDLQLQJPHWWLMGVGRHO
&$/N-7$5*(7WRHWV'UXNppQNHHURPGHWUDLQLQJPHW
FDORULHGRHOWHNLH]HQ'UXNWZHHNHHURPGHWUDLQLQJPHWN-
doel te kiezen.
0,.07$5*(7WRHWV'UXNppQNHHURPGHWUDLQLQJPHW0,
doel te kiezen. Druk twee keer om de training met KM-doel te
kiezen.
+5=21(6WRHWV'UXNRSGH]HWRHWVYRRURIWLMGHQVHHQ
training om de berekening van de hartslagzones te starten.
Verhoogtoets (c) - Verhoogt een waarde (tijd, doel of leeftijd)
of beweegt door de opties. Houd de toets ingedrukt voor snelle
toegang.
(17(5WRHWV%HYHVWLJWHHQLQVWHOOLQJYRRUKDUWVODJ]RQHVHQKHW&XVWRP,QWHUYDOSURJUDPPD.
Verlaagtoets (d) - Verlaagt een waarde (tijd, doel of leeftijd) of beweegt door de opties. Houd de toets ingedrukt voor
snelle toegang.
&$/0,.M.06(/(&7WRHWV'RRUORRSWGHFXPXODWLHYHPHHWJHJHYHQV+RXGGH]HWRHWVHQGH(17(5WRHWVJHGXUHQGH
VHFRQGHQVDPHQLQJHGUXNWRPDXWRPDWLVFKXZODDWVWZHHUJHJHYHQPHHWZDDUGH&$/0,N-.0ZHHUWHJHYHQLQKHW
veld met cumulatieve meetgegevens. De selectie wordt opgeslagen als de huidige training ten minste 1 minuut duurt. De
JHVHOHFWHHUGHPHHWZDDUGHLVQXGHVWDQGDDUGZDDUGHYRRUDOOHWUDLQLQJHQEHKDOYHYRRUWUDLQLQJHQPHW&$/N-GRHOHQ
0,.0GRHO2PWHUXJWHNHUHQQDDUGH¿HWVZHHUJDYHPRGXVKRXGWXGH&$/0,N-.06(/(&7WRHWVHQGH(17(5
toets gedurende 5 seconden samen ingedrukt.
Volumetoets - Doorloopt de vier volumeniveaus voor de geluidswaarschuwing: Uit, laag, gemiddeld (standaard), hoog,
gemiddeld, laag, uit.
67$575(680(WRHWV6WDUWGHWLPHUHQKHUYDWHHQRQGHUEURNHQWUDLQLQJ
20
67235(6(7WRHWV'UXNppQNHHURPGHWUDLQLQJWHVWRSSHQHQKHWRYHU]LFKWZHHUWHJHYHQ'UXNWZHHNHHURPGH
console te resetten en de gegevens te wissen (behalve het Custom Interval-programma).
Draadloze hartslagmeter
Het volgen van uw hartslag is een van de beste procedures om de intensiteit van uw training te beheersen. De console
NDQWHOHPHWULVFKHKDUWVODJVLJQDOHQDÀH]HQGRRUPLGGHOYDQHHQKDUWVODJERUVWEDQG]HQGHUGLHXLW]HQGWRSHHQIUHTXHQWLH
van 4,5 - 5,5 kHz.
Opmerking:'HERUVWEDQGPRHWHHQRQJHFRGHHUGHKDUWVODJERUVWEDQGYDQ3RODU(OHFWUR]LMQRIHHQRQJHFRGHHUG
32/$5®-compatibel model. (Gecodeerde Polar®KDUWVODJEDQGHQ]RDOV32/$5® OwnCode®-borstbanden
zullen niet werken met deze apparatuur.)
Vraag uw arts om advies voordat u een draadloze borstband of een andere telemetrische hartslagmeter
gebruikt als u een pacemaker of ander geïmplanteerd elektronisch apparaat draagt.
Hartslagberekeningen
8ZPD[LPDOHKDUWVODJGDDOWW\SLVFKYDQVODJHQSHUPLQXXW%30DOVNLQGWRWRQJHYHHU%30RSGHOHHIWLMG
YDQ'H]HGDOLQJYDQGHPD[LPDOHKDUWVODJYHUORRSWPHHVWDOOLQHDLUPHWRQJHYHHUppQ%30SHUMDDU(U]LMQJHHQ
DDQZLM]LQJHQGDWGHGDOLQJYDQGHPD[LPDOHKDUWVODJGRRUWUDLQLQJNDQZRUGHQEHwQYORHG0HQVHQYDQGH]HOIGHOHHIWLMG
NXQQHQYHUVFKLOOHQGHPD[LPDOHKDUWVODJHQKHEEHQ2PGH]HZDDUGHQDXZNHXULJWHEHUHNHQHQOHJWXGXVEHWHUHHQ
stresstest af in plaats van de formule op basis van de leeftijd toe te passen.
Uw hartslag in rusttoestand wordt beïnvloed door duurtraining. De doorsnee volwassene heeft een hartslag in
rusttoestand van ongeveer 72 slagen per minuut, terwijl intensief getrainde lopers 40 slagen per minuut of lager kunnen
halen.
'HKDUWVODJWDEHOLVHHQVFKDWWLQJYDQZHONHKDUWVODJ]RQH+5=HႇHFWLHILVRPYHWWHYHUEUDQGHQHQXZFDUGLRYDVFXODLUH
V\VWHHPWHYHUEHWHUHQ)\VLHNHRPVWDQGLJKHGHQYDULsUHQ'DDURPLVKHWPRJHOLMNGDWXZLQGLYLGXHOH+5=YHUVFKLOOHQGH
slagen hoger of lager ligt dan wat wordt weergegeven.
'HPHHVWHႈFLsQWHSURFHGXUHRPYHWWHYHUEUDQGHQWLMGHQVKHWWUDLQHQLVWHEHJLQQHQRSHHQODDJWHPSRHQGHLQWHQVLWHLW
JHOHLGHOLMNWHYHUKRJHQWRWGDWXZKDUWVODJYDQXZPD[LPDOHKDUWVODJEHUHLNW*DGRRURSGDWWHPSRZDDUELMXXZ
hartslag in die doelzone houdt gedurende meer dan 20 minuten. Hoe langer u uw doelhartslag aanhoudt, hoe meer vet
uw lichaam verbrandt.
21
Automatische kalibratie
De console heeft een ingebouwde sensor die constant correcties maakt bij hoogtewijzigingen voor een nauwkeurige me-
ting van de weerstand van het vliegwiel en de verbruikte wattage tijdens het sporten.
'HJUD¿HNLVHHQEHNQRSWHULFKWOLMQPHWGHGRRUJDDQVYRRUJHVWHOGHGRHOKDUWVODJZDDUGHQYRRUSHUVRQHQYDQXZOHHIWLMG
Zoals we hierboven reeds vermeldden, kan uw optimale doelhartslag hoger of lager liggen. Vraag uw arts om advies in
verband met uw persoonlijke doelhartslagzone.
Opmerking:=RDOVPHWDOOHWUDLQLQJHQHQ¿WQHVVSURJUDPPDVKHWJHYDOLVPRHWXRRNKLHUGHLQWHQVLWHLWHQGHGXXU
van de training naar eigen goeddunken verhogen.
20-24
Doelhartslag voor vetverbranding
Hartslag BPM (slagen per minuut)
Leeftijd
25-29
0
50
100
150
200
250
30-34 35-39 40-44 45-49 50-54 55-59 60-64 65-69 70+
196 191 186 181 176 171 166 161 156 151 146
167 162 158 154 150 145 141 137 133 128 126
Maximale Hartslag
Doelhartslagzone
(blijf binnen deze zone voor
een optimale vetverbranding)
118 115 112 109 106 103 100 97 94 91 88
22
BEDIENINGEN
Wat te dragen
Draag sportschoenen met rubberen zolen Om te trainen hebt u geschikte kleding nodig waarin u vrij kunt bewegen.
Hoe vaak moet u trainen
Vraag een arts om advies voordat u een trainingsprogramma start. Staak de training als u pijn of
EHQDXZGKHLGRSGHERUVWYRHOWNRUWDGHPLJZRUGWRIXÀDXZYRHOW9UDDJXZDUWVRPDGYLHVYRRUGDWXKHW
toestel opnieuw begint te gebruiken. Gebruik de waarden die door de computer van het toestel worden
berekend of opgemeten uitsluitend ter informatie. De hartslag die wordt weergegeven, is een benadering en
mag alleen ter referentie worden gebruikt.
3 keer per week gedurende 20 minuten per dag.
Plan trainingen op voorhand en probeer het schema te volgen.
Zadelafstelling
'HMXLVWH]DGHODIVWHOOLQJKHOSWXPD[LPDOHWUDLQLQJVHႈFLsQWLHHQFRPIRUWWHJDUDQGHUHQWHUZLMO
het risico op lichamelijk letsel wordt verminderd.
 0HWppQSHGDDOQDDUYRUHQSODDWVWXGHKLHOYDQXZYRHWRSKHWODDJVWHGHHOYDQKHW
pedaal. Uw been moet licht gebogen zijn ter hoogte van de knie.
2. Als uw been te recht staat of uw voet het pedaal niet raakt, dan moet u het zadel lager
zetten. Als uw been te ver gebogen is, dan moet u het zadel omhoog zetten.
Stap van het toestel af voordat u het zadel verstelt.
3. Draai en trek de verstelknop op de zadelbuis los. Stel het zadel op de gewenste hoogte af.
Plaats de zadelbuis niet hoger dan de STOP-markering op de buis.
4. /DDWGHYHUVWHONQRSORVRPGHborgpen vast te zetten. Controleer of de pen volledig is
vastgezet en draai de verstelknop helemaal aan.
5. Om het zadel dichter bij of verder van de console te zetten maakt u de verstelknop van het
zadel los. Schuif het zadel in de gewenste positie en draai de knop volledig vast.
Het toestel gebruiken
Denk eraan dat de pedalen, de handvatten en de weerstandsventilator met elkaar zijn verbonden en dat alle
onderdelen bewegen wanneer een van deze onderdelen wordt bewogen.
Stap voorzichtig op het toestel. Maak daarbij gebruik van de voetensteun, indien nodig. Verstel het zadel en de pedalen
voordat u een training start.
Training voor het onderlichaam: Trap traag met uw armen ontspannen langs uw lichaam of met uw handen op de
handgrepen terwijl de handvatten bewegen.
Training voor het volledige lichaam: Grijp de handgrepen vast met uw handpalmen naar onderen. Duw en trek aan de
handvatten terwijl u trapt. Houd daarbij uw ellebogen laag en langs uw lichaam.
Training voor het bovenlichaam: Grijp de handgrepen stevig vast met uw handpalmen naar onderen en plaats uw voeten
op de voetsteunen. Kantel de heupen een beetje naar voren, houd de rug recht en de schouders naar beneden. Duw en
trek nu aan de handvatten.
Opmerking: U moet mogelijk veilig op een pedaal duwen om te helpen met het starten van de training.
23
Om de luchtweerstand en de belasting te verhogen moet u zich harder inspannen. Om alle spiergroepen in uw armen te
oefenen grijpt u de handvatten met de handpalmen naar boven vast gedurende een deel van de training.
Wanneer u klaar bent met uw training, vermindert u de snelheid van de weerstandsventilator totdat het toestel volledig
stilstaat.
2SGH]H¿HWVNXQQHQGHSHGDOHQQLHWORVYDQGHZHHUVWDQGVYHQWLODWRUZRUGHQJHVWRSW9HUODDJKHWWHPSR
om de weerstandsventilator en de pedalen langzaam tot stilstand te brengen. Stap niet af voordat de peda-
len volledig gestopt zijn. Denk eraan dat bewegende pedalen tegen de achterkant van uw benen kunnen
slaan.
Het ventilatorblok vergrendelen/opbergen
Wanneer het toestel niet in gebruik is, zorg dan dat u het ven-
tilatorblok vergrendelt met de transport- en immobilisatieriem.
Het ventilatorblok moet worden vergrendeld bij het opbergen
van het toestel.
Om het toestel veilig op te bergen verwijdert u de
batterijen en bevestigt u de transport- en immobilisa-
tieriem om de weerstandsventilator vast te zetten.
Bewaar het toestel op een veilige plaats, uit de buurt
van kinderen en huisdieren. Denk eraan dat de
pedalen, de handvatten en de weerstandsventilator
met elkaar zijn verbonden en dat alle onderdelen
bewegen wanneer een van deze onderdelen wordt
bewogen.
Het ventilatorblok vergrendelen:
 9HUSODDWVGHSHGDOHQ]RGDWppQFUDQNDUP]LFK]RGLFKW
mogelijk bij de zadelpen.
2. Sla de transport- en immobilisatieriem (T) rond de
crankarm en de zadelpen en steek het uiteinde van de
riem door de metalen ring. Trek de riem aan om beweging
van de pedalen te voorkomen en maak de riem vast.
Opstart/Stand-by-modus
De console zal in de Opstart/Stand-by-modus worden geplaatst wanneer er een toets wordt ingedrukt of wanneer hij een
signaal ontvangt van de toerentalsensor als gevolg van trapbewegingen op het toestel.
Opmerking: De console geeft de batterijindicator weer zodra het peil 25 % of minder bedraagt.
Automatisch uitschakelen (slaapstand)
Als de console in een tijdspanne van ongeveer 2 minuten geen enkele input ontvangt, dan wordt hij automatisch uitge-
schakeld. Het lcd-display is uitgeschakeld wanneer de console in de slaapstand staat.
Opmerking: De console heeft geen Aan/Uit-schakelaar.
Handmatige training
Met het handmatige programma kunt u een training starten zonder enige informatie in te voeren.
1. Ga op het toestel zitten.
 :DQQHHUGHFRQVROHLQGHVWDQGE\PRGXVVWDDWGUXNWXJHZRRQRSGH67$575(680(WRHWVRPKHWWUDLQLQJVSUR-
gramma te starten en begint u te trappen.
T
24
 2PGHWUDLQLQJWHSDX]HUHQHQXZWUDLQLQJVJHJHYHQVWHEHNLMNHQGUXNWXppQNHHURSGH67235(6(7WRHWV'UXNRS
67$575(680(RPGRRUWHJDDQ
 :DQQHHUXNODDUEHQWPHWXZWUDLQLQJGUXNWXWZHHNHHURSGH67235(6(7WRHWVRPGHWUDLQLQJWHEHsLQGLJHQ
20/10 Interval-training
Op de console kunt u een intervaltraining kiezen van 20 seconden sprinten, gevolgd door 10 seconden herstellen (1 ron-
de). Het standaard ingestelde aantal rondjes is 8 rondes (totale tijd - 4 minuten).
1. Ga op het toestel zitten.
 'UXNRSGHWRHWV,17(59$/ZDQQHHUGHFRQVROHLQGHVWDQGE\PRGXVVWDDW
3. Het ROUND-veld knippert (standaardwaarde is 8). Gebruik de Verhoog/Verlaag-toets om het aantal rondes te
wijzigen.
 'UXNRSGH67$575(680(WRHWVRPGHWLPHUWHVWDUWHQHQEHJLQWHWUDSSHQ
5. Het programma start in de sprintfase en telt elke fase en de totale trainingstijd af. De prestatie- en afstandswaarden
ZRUGHQRSJHWHOG(UZHHUNOLQNWHHQKRRUEDDUDODUPVHFRQGHQYRRUHONHIDVHZLM]LJLQJ
30/90 Interval-training
Op de console kunt u een intervaltraining kiezen van 30 seconden sprinten, gevolgd door 90 seconden herstellen (1 ron-
GH+HWVWDQGDDUGLQJHVWHOGHDDQWDOURQGMHVLVURQGHVWRWDOHWLMGPLQXWHQ
1. Ga op het toestel zitten.
 'UXNRSGHWRHWV,17(59$/ZDQQHHUGHFRQVROHLQGHVWDQGE\PRGXVVWDDW
 +HW5281'YHOGNQLSSHUWVWDQGDDUGZDDUGHLV*HEUXLNGHWRHWVHQ+RJHU/DJHURPKHWDDQWDOURQGHVWHZLM]LJHQ
 'UXNRSGH67$575(680(WRHWVRPGHWLPHUWHVWDUWHQHQEHJLQWHWUDSSHQ
5. Het programma start in de sprintfase en telt elke fase en de totale trainingstijd af. De prestatie- en afstandswaarden
ZRUGHQRSJHWHOG(UZHHUNOLQNWHHQKRRUEDDUDODUPVHFRQGHQYRRUHONHIDVHZLM]LJLQJ
Aangepaste intervaltraining
Op de console kunt u ook een aangepaste intervaltraining kiezen en uw eigen waarden voor sprinten, herstellen en aantal
rondes invoeren.
1. Ga op het toestel zitten en begin te trappen.
 'UXNRSGHWRHWV&86720,17(59$/ZDQQHHUGHFRQVROHLQGHVWDQGE\PRGXVVWDDW
3. De console geeft de standaardwaarden of de laatste aangepaste waarden weer. Het ROUND-veld knippert.
Opmerking: 'HVWDQGDDUGZDDUGHYRRUGHURQGHVLVPD[LPXPLV'HVWDQGDDUGZDDUGHYRRUVSULQWHQLV
PD[LPXPLV'HVWDQGDDUGZDDUGHYRRUKHUVWHOOHQLVPD[LPXPLV
 +HW5281'YHOGNQLSSHUW*HEUXLNGHWRHWVHQ+RJHU/DJHURPGHZDDUGHWHZLM]LJHQHQGUXNRS(17(5RPWHEH-
vestigen en naar het volgende veld te gaan.
 +HW635,17YHOGNQLSSHUW*HEUXLNGHWRHWVHQ+RJHU/DJHURPGHWLMGDDQWHSDVVHQLQVWDSSHQYDQVHFRQGHQ
'UXNRS(17(5RPWHEHYHVWLJHQHQQDDUKHWYROJHQGHYHOGWHJDDQ
 +HW5(&29(5YHOGNQLSSHUW*HEUXLNGHWRHWVHQ+RJHU/DJHURPGHWLMGDDQWHSDVVHQLQVWDSSHQYDQVHFRQGHQ
'UXNRS(17(5RPWHEHYHVWLJHQ
 'UXNRSGH67$575(680(WRHWVRPGHWLPHUWHVWDUWHQHQEHJLQWHWUDSSHQ
8. Het programma start in de sprintfase en telt elke fase en de totale trainingstijd af. De prestatie- en afstandswaarden
ZRUGHQRSJHWHOG(UZHHUNOLQNWHHQKRRUEDDUDODUPVHFRQGHQYRRUHONHIDVHZLM]LJLQJ
25
Training met tijdsdoel
Op de console kunt u een training met tijdsdoel kiezen en uw eigen tijdswaarde invoeren. De standaardwaarde is 10
minuten.
1. Ga op het toestel zitten.
 'UXNRSGHWRHWV7,0(7$5*(7ZDQQHHUGHFRQVROHLQGHVWDQGE\PRGXVVWDDW
 +HW7,0(,17(59$/YHOGNQLSSHUWVWDQGDDUGZDDUGHLV*HEUXLNGHWRHWVHQ+RJHU/DJHURPGHZDDUGHDDQ
te passen in stappen van 1 minuut.
 'UXNRSGH67$575(680(WRHWVRPGHWLPHUWHVWDUWHQHQEHJLQWHWUDSSHQ
 +HWSURJUDPPDZRUGWJHVWDUWHQGHWLMGZRUGWDIJHWHOG'HDQGHUHZDDUGHQ&$/25,(N-0,HQ.0ZRUGHQ
opgeteld.
Training met caloriedoel
Op de console kunt u een training met caloriedoel kiezen en uw eigen caloriewaarde invoeren. De standaardwaarde is
FDORULHsQ
1. Ga op het toestel zitten.
 'UXNppQNHHURSGHWRHWV&$/N-7$5*(7ZDQQHHUGHFRQVROHLQGHVWDQGE\PRGXVVWDDW
 +HW&$/25,(YHOGNQLSSHUWVWDQGDDUGZDDUGHLV*HEUXLNGHWRHWVHQ+RJHU/DJHURPGHZDDUGHDDQWHSDVVHQ
in stappen van 25FDORULHsQ.
 'UXNRSGH67$575(680(WRHWVRPGHWLPHUWHVWDUWHQHQEHJLQWHWUDSSHQ
 +HWSURJUDPPDZRUGWJHVWDUWHQGHFDORULHsQZRUGHQDIJHWHOG'HDQGHUHZDDUGHQWRWDOHWLMGN-0,HQ.0ZRUGHQ
opgeteld.
Training met kJ-doel
Op de console kunt u een training met kilojouledoel kiezen en uw eigen kilojoulewaarde invoeren. De standaardwaarde is
400 kilojoules.
1. Ga op het toestel zitten.
 'UXNWZHHNHHURSGHWRHWV&$/N-7$5*(7ZDQQHHUGHFRQVROHLQGHVWDQGE\PRGXVVWDDW
 +HWN-YHOGNQLSSHUWVWDQGDDUGZDDUGHLV*HEUXLNGHWRHWVHQ+RJHU/DJHURPGHZDDUGHDDQWHSDVVHQLQVWDS-
pen van 100 kilojoules.
 'UXNRSGH67$575(680(WRHWVRPGHWLPHUWHVWDUWHQHQEHJLQWHWUDSSHQ
 +HWSURJUDPPDZRUGWJHVWDUWHQGHNLORMRXOHVZRUGHQDIJHWHOG'HDQGHUHZDDUGHQWRWDOHWLMG&$/25,(0,HQ.0
worden opgeteld.
Training met afstandsdoel in mijlen
Op de console kunt u een training met afstandsdoel in mijlen kiezen en uw eigen mijlen invoeren. De standaardwaarde is
1 mijl.
1. Ga op het toestel zitten.
 'UXNppQNHHURSGHWRHWV0,.07$5*(7ZDQQHHUGHFRQVROHLQGHVWDQGE\PRGXVVWDDW
 +HW0,YHOGNQLSSHUWVWDQGDDUGZDDUGHLV*HEUXLNGHWRHWVHQ+RJHU/DJHURPGHZDDUGHDDQWHSDVVHQLQVWDS-
pen van 0,5 mijl.
 'UXNRSGH67$575(680(WRHWVRPGHWLPHUWHVWDUWHQHQEHJLQWHWUDSSHQ
 +HWSURJUDPPDZRUGWJHVWDUWHQGHPLMOHQZRUGHQDIJHWHOG'HDQGHUHZDDUGHQWRWDOHWLMG&$/25,(N-HQ.0
worden opgeteld.
26
Training met afstandsdoel in kilometers
Op de console kunt u een training met afstandsdoel in kilometers kiezen en uw eigen kilometers invoeren. De standaard-
waarde is 1 kilometer.
1. Ga op het toestel zitten.
 'UXNWZHHNHHURSGHWRHWV0,.07$5*(7ZDQQHHUGHFRQVROHLQGHVWDQGE\PRGXVVWDDW
 +HW.0YHOGNQLSSHUWVWDQGDDUGZDDUGHLV*HEUXLNGHWRHWVHQ+RJHU/DJHURPGHZDDUGHDDQWHSDVVHQLQ
stappen van 1 kilometer.
 'UXNRSGH67$575(680(WRHWVRPGHWLPHUWHVWDUWHQHQEHJLQWHWUDSSHQ
 +HWSURJUDPPDZRUGWJHVWDUWHQGHNLORPHWHUVZRUGHQDIJHWHOG'HDQGHUHZDDUGHQWRWDOHWLMG&$/25,(N-HQ0,
worden opgeteld.
Hartslagzones
Op de console kunt u uw hartslagzones instellen en de berekende waarden gebruiken om uw trainingsintensiteit te con-
WUROHUHQ'H]HIXQFWLHNDQZRUGHQJHEUXLNWLQFRPELQDWLHPHWDOOHDQGHUHSURJUDPPDV
1. Ga op het toestel zitten.
 'UXNRSGHWRHWV+5=21(6ZDQQHHUGHFRQVROHLQGHVWDQGE\PRGXVVWDDW'HERRGVFKDS(17(5$*(OHHIWLMG
LQYRHUHQYHUVFKLMQW'HVWDQGDDUGOHHIWLMGLV*HEUXLNGHWRHWVHQ+RJHU/DJHURPGHOHHIWLMGZDDUGHDDQWHSDVVHQ
HQGUXNRS(17(5
'HFRQVROHEHUHNHQWGHZDDUGHQLQGHKDUWVODJ]RQHYHOGHQ)$7%851$(52%,&HQ$1$(52%,&RSEDVLVYDQGH
leeftijdwaarde.
Vraag een arts om advies voordat u een trainingsprogramma start. Staak de training als u pijn of
EHQDXZGKHLGRSGHERUVWYRHOWNRUWDGHPLJZRUGWRIXÀDXZYRHOW9UDDJXZDUWVRPDGYLHVYRRUGDWXKHW
toestel opnieuw begint te gebruiken. Gebruik de waarden die door de computer van het toestel worden
berekend of opgemeten uitsluitend ter informatie. De hartslag die op de console wordt weergegeven, is
onnauwkeurig en mag alleen ter referentie worden gebruikt.
 +HW+($575$7(GLVSOD\JHHIWGHKDUWVODJZHHULQVODJHQSHUPLQXXW%30YDQDIHHQKDUWVODJERUVWEDQG+HWSLFWR-
gram knippert wanneer het een signaal ontvangt van een hartslagborstband.
Opmerking: Als er geen hartslag wordt gedetecteerd, dan is het display leeg.
Als de console naar de slaapstand overschakelt of de stroom wordt uitgeschakeld, wordt de leeftijd opnieuw op de stan-
daardwaarde ingesteld en worden de hartslagzones uitgeschakeld.
Pauze/Resultaten-modus
Om een training te pauzeren en het trainingsoverzicht te bekijken:
 'UXNppQNHHURSGH67235(6(7WRHWV
Opmerking: De console wordt automatisch gepauzeerd als er gedurende 5 minuten geen RPM-signaal wordt
ontvangen.
 2PXZWUDLQLQJYRRUWWH]HWWHQGUXNWXRSGH67$575(680(WRHWV
2PGHWUDLQLQJWHEHsLQGLJHQGUXNWXWZHHNHHURSGH67235(6(7WRHWV'HFRQVROHZRUGWLQGHVWDQGE\PRGXVJH]HW
Wanneer u een training voltooit of stopt, geeft de console een overzicht van uw trainingswaarden weer. Om een training te
VWRSSHQHQKHWRYHU]LFKWWHEHNLMNHQGUXNWXRS67235(6(7'HFRQVROHVFKDNHOWRYHUQDDUGH5HVXOWDWHQPRGXV
27
2SKHWWDFKRPHWHUGLVSOD\YHUVFKLMQHQGH&$/0,1HQ:$776JHPLGGHOGHQYDQGHJHEUXLNHU2RNGH0$;&$/0,1
ZDDUGHYRRUGLHWUDLQLQJZRUGWPHWHHQGLNNHVWUHHSDDQJHGXLG2SGHWDFKRPHWHUJUD¿HNZRUGWKHWJHPLGGHOGHWRHUHQWDO
DDQJHJHYHQ+HWWDFKRPHWHUGLVSOD\JHHIWGHJHPLGGHOGHZDDUGHHQGHPD[LPDOHZDDUGHYRRUGHJHVHOHFWHHUGH
WUDLQLQJVZDDUGHZHHU$OVGHFRQVROHLQ6&$1PRGXVVWRQGGDQZRUGHQGHJHPLGGHOGHQHQGHPD[LPDOHQYRRU&$/
0,1:$776530HQ63(('RPGHEHXUWZHHUJHJHYHQ
+HWSURJUDPPDJHJHYHQVGLVSOD\JHHIWGHWUDLQLQJVZDDUGHQYRRUWRWDOHWLMGFDORULHsQPLMOHQNLORMRXOHVHQNLORPHWHUVZHHU
'UXNRSGHVHOHFWLHWRHWV&$/0,.M.0RPYDQGHHQHZDDUGHQDDUGHDQGHUHWHJDDQ,QKHWRYHU]LFKWYRRULQWHUYDOSUR-
JUDPPDVZRUGWGHWRWDOHWLMGGHURQGHVHQGHLQWHUYDOWLMGZHHUJHJHYHQ
Handmatige programma's en doelprogramma's
Intervalprogramma's
,QGHKDUWVODJ]RQHZRUGHQRPGHEHXUWGHJHPLGGHOGHHQGHPD[LPDOHKDUWVODJZDDUGHQZHHUJHJHYHQ$OVGH
hartslagzones voor het programma werden berekend, dan worden de waarden weergegeven.
Het Resultatendisplay wordt gedurende 5 minuten weergegeven en vervolgens gereset.
'UXNRS67235(6(7RPGHZHHUJDYHYDQGHUHVXOWDWHQWHVWRSSHQHQQDDUGHVWDQGE\VWDQGWHUXJWHNHUHQ
28
ONDERHOUDSMODUS CONSOLE
In de Onderhoudsmodus van de console ziet u de totale gebruiksduur van het toestel en de afstand die het heeft
DIJHOHJG8NXQWHUGHKRRJWHZDDUGHDDQSDVVHQYRRUHHQPHHUQDXZNHXULJHFDORULHsQWHOOLQJHQXYLQGWHUZHONH
¿UPZDUHYHUVLHLVJHwQVWDOOHHUG
 +RXGGH67235(6(7WRHWVHQGHWRHWV/DJHUd) gedurende 3 seconden samen ingedrukt terwijl u in de Stand-by-
modus bent om naar de Onderhoudsmodus van de console te gaan.
2. Op het consoledisplay verschijnen de statistieken van het toestel:
 7RWDOHJHEUXLNVGXXUYDQKHWWRHVWHO²DDQWDOXUHQLQKHWYHOG7LPH,QWHUYDO'HPD[LPDOHZDDUGHLV
Totale afstand van het toestel—aantal mijl (in het veld met cumulatieve meetwaarden).
 'UXNRSGHWRHWV/DJHURPRYHUWHVFKDNHOHQQDDUGHPHWULVFKHZHHUJDYHRSWLH
 7RWDOHJHEUXLNVGXXUYDQKHWWRHVWHO²DDQWDOXUHQLQKHWYHOG7LPH,QWHUYDO'HPD[LPDOHZDDUGHLV
Totale afstand van het toestel—aantal kilometer in stappen van 10 kilometer (in het veld met cumulatieve
meetwaarden).
 'UXNRS67235(6(7RPGH2QGHUKRXGVPRGXVYDQGHFRQVROHWHYHUODWHQ'UXNRSGHWRHWV/DJHURPQDDUGH
volgende optie te gaan.
 2SKHWFRQVROHGLVSOD\YHUVFKLMQWGH¿UPZDUHYHUVLH
 'UXNRS67235(6(7RPGH2QGHUKRXGVPRGXVYDQGHFRQVROHWHYHUODWHQ
Als de console in de Onderhoudsmodus gedurende ongeveer 2 minuten geen enkele input ontvangt, dan wordt hij auto-
matisch in de slaapstand gezet.
29
/HHVDOOHRQGHUKRXGVLQVWUXFWLHVYROOHGLJYRRUGDWXDDQHHQUHSDUDWLHEHJLQW6RPPLJHWDNHQNXQWXDOOHHQPHWGHKXOS
van een tweede persoon uitvoeren.
Het toestel moet regelmatig worden geïnspecteerd om schade vast te stellen en reparaties uit te voeren. De
eigenaar is verantwoordelijk voor het regelmatig uitvoeren van onderhoud. Versleten of beschadigde
onderdelen moeten onmiddellijk worden gerepareerd of vervangen. Er mogen uitsluitend door de fabrikant
aangeleverde onderdelen worden gebruikt om de apparatuur te onderhouden en te repareren.
Als de waarschuwingsklevers op een gegeven moment niet meer goed kleven, onleesbaar worden of losko-
men, neem dan contact op met uw lokale verdeler om de klevers te vervangen.
Schakel de stroomtoevoer naar het toestel volledig uit voordat u onderhoud uitvoert.
Dagelijks: ,QVSHFWHHUKHW¿WQHVVWRHVWHOYRRUHONJHEUXLNRSORV]LWWHQGHGHIHFWHEHVFKDGLJGHRIYHUVOH-
ten onderdelen. Gebruik het toestel niet als u een probleem vaststelt. Repareer of vervang
alle onderdelen bij de eerste tekenen van slijtage. Veeg na elke training vocht van het toe-
stel en de console met behulp van een vochtige doek.
Opmerking: Gebruik voor de console niet te veel water.
NB: Gebruik zo nodig alleen een mild afwasmiddel met een zachte doek om de console
schoon te maken. Maak het toestel niet schoon met een oplosmiddel op basis van
aardolie of met een product dat ammoniak bevat. Maak de console niet schoon in direct
zonlicht of bij hoge temperaturen. Zorg dat de console niet nat wordt.
Wekelijks: Controleer de pedalen, de crankarmen en de handvatten. Zet ze indien nodig beter vast.
Aangezien dit toestel met een vaste versnelling werkt, mag u niet terug of
achteruit trappen. Hierdoor kunnen de pedalen losraken, wat kan leiden tot
schade aan het toestel en/of letsel voor de gebruiker. Bedien dit toestel nooit
met losse pedalen.
Maak het toestel schoon om eventueel stof of vuil te verwijderen.
Controleer of het zadel vlot kan worden versteld. Desnoods brengt u een dun laagje silico-
nensmeermiddel aan om de werking te vereenvoudigen.
Smeermiddel op basis van siliconen is niet bedoeld voor consumptie door de
ens. Buiten het bereik van kinderen houden. Opbergen op een veilige plaats.
Opmerking: Gebruik geen producten op basis van aardolie.
Maandelijks
of na 20 uur:
Controleer of alle bouten en schroeven zijn aangedraaid. Zet ze indien nodig beter vast.
Controleer de aandrijfriem op tekenen van slijtage. Draai de crankarmen met de hand en
observeer de riem door de ventilatorkooi.
Denk eraan dat de crankarmen, de handvatten en de weerstandsventilator met
elkaar zijn verbonden en dat al deze onderdelen bewegen wanneer één ervan
wordt bewogen.
Wanneer het toestel in een gedeelde of institutionele omgeving wordt gebruikt, raden we aan dat de
pedalen jaarlijks worden vervangen om de veiligheid van de gebruiker en de prestaties zo goed
mogelijk te handhaven. Gebruik alleen vervangingspedalen van Nautilus. Andere pedaalmerken zijn
mogelijk niet geschikt voor dit product en kunnen een gevaar vormen voor gebruikers en
omstanders. De garantie zal er ook door komen te vervallen.
ONDERHOUD
30
Batterijen van de console vervangen
Op de console wordt het pictogram van de batterijindicator weergegeven wanneer de batterijen ongeveer 25 % van hun
nominale vermogen bereiken tijdens het opstarten. Als u oplaadbare batterijen gebruikt, dan worden de batterijen niet
opgeladen door de optionele stroomadapter.
Om het batterijcompartiment te openen draait u de vooraf geïnstalleerde schroef in het deksel los. Houd bij het vervangen
van de batterijen rekening met de plus- en minindicaties in het batterijcompartiment.
Opmerking:9RRUGHFRQVROHKHEWXEDWWHULMHQYDQ'IRUPDDW/5QRGLJ
!Gebruik oude en nieuwe batterijen niet door elkaar.
Gebruik alkalinebatterijen, gewone (koolstof-zink) of herlaadbare (Ni-Cd, Ni-MH, enz.) batterijen niet door
elkaar.
X2
+
31
Onderhoud
Onderdelen
A Console 4Stelpootje GG Stroomingangconnector
B Consolemast R Verstelknop van het zadel HH Ventilatorkooi, links bovenaan
C Bidonhouder S Beschermkap, links II Ventilatorkooi, links onderaan
D)UDPH T Crankarm, links -- Ventilatorkooi, vulstuk onderaan
(Stabilisator, vooraan U Pedaal, links KK Verbindingsarm
)Transportwiel V Beschermkap, bovenkant // Armdraaistang, rechts
G Ventilatorkooi, rechts bovenaan W Voetensteun MM Armdraaistang, links
H Ventilatorkooi, voorkant X Doorvoerring NN Weerstandsventilatorblok
I Zijkap ventilatorkooi <Zadelpen OO Gemonteerde snelheidssensor
(RPM)
-Ventilatorkooi, rechts onderaan Z Zadel PP Snelheidssensormagneten
K Handvat, rechts AA Handvat, links 44 Aandrijfpulley
/Voetsteun, rechts BB Voetsteun, links RR Aandrijfriem
M Pedaal, rechts CC Riem, transport/immobilisatie SS Crankverbindingssamenstel
N Crankarm, rechts DD Datakabel, bovenaan TT Stroomadapter
O Beschermkap, rechts (( Stroomsnoer, bovenaan UU AirDyneOXFKWDÀHLGHU
P Stabilisator, achteraan )) Datakabel, onderaan
B
A
C
D
EFG
H
H
I
I
J
K
L
M
N
O
P
Q
Q
R
S
T
U
V
X
Y
Z
AA
BB
CC DD
EE
FF
GG
HH
II JJ
KK
LL
W
TT
FF
GG
NN
OO
PP
(X3)
QQ
RR
MM
SS
GG
NN
UU
32
PROBLEMEN OPLOSSEN
Situatie/Probleem Te controleren Oplossing
De console wil niet
opstarten
$OVGH¿HWVJHEUXLN-
maakt van een wissel-
stroomadapter, controleer
dan het stopcontact
Zorg dat het toestel is aangesloten op een werkend
stopcontact.
$OVGH¿HWVJHEUXLN-
maakt van een wissel-
stroomadapter, controleer
dan de aansluiting op het
toestel
De aansluiting moet veilig en onbeschadigd zijn. Vervang
de adapter of aansluiting van een toestel als een van beide
beschadigd is.
$OVGH¿HWVJHEUXLNPDDNW
van batterijen, controleer
dan de batterijindicator
op de console of kijk de
batterijen na.
Zorg dat de batterijen correct zijn geïnstalleerd. Als de
batterijen correct zijn geïnstalleerd, vervang ze dan door
nieuwe batterijen.
Controleer de integriteit
van de datakabel
Alle draden in de kabel moeten intact zijn. Vervang de kabel
als u vaststelt dat er draden gekrompen of doorgesneden zijn.
Controleer de
DDQVOXLWLQJHQRULsQWDWLH
van de datakabel
=RUJGDWGHNDEHOYHLOLJLVDDQJHVORWHQHQJRHGJHRULsQWHHUG
is. De kleine kabelsluiting op de connector moet juist zijn
ingevoerd en vastklikken.
Controleer of het
consoledisplay niet
beschadigd is
Zoek naar zichtbare tekenen dat het consoledisplay gebarsten
of anderszins beschadigd is. Vervang de console, indien
beschadigd.
Als de bovenstaande stappen het probleem niet oplossen,
neem dan contact op met uw lokale verdeler voor verdere hulp.
De weergegeven snelheid
is onnauwkeurig
Controleer de positie van
de snelheidssensormag-
neet (hiervoor moet het
ventilatordeksel worden
verwijderd)
De snelheidssensormagneten moeten op het ventilatorblok
bevestigd zijn.
De weergegeven snelheid
LVDOWLMGEOLMIWLQGH
pauzestand vastzitten
Datakabel Controleer of de datakabel is aangesloten op de achterkant
van de console en op het hoofdframesamenstel.
Snelheidssensor (hiervoor
moet het ventilatordeksel
worden verwijderd)
Controleer of de snelheidssensormagneten en de
snelheidssensor bevestigd zijn.
Geen weergave van
snelheid/toerental
Controleer de integriteit
van de datakabel
Alle draden in de kabel moeten intact zijn. Vervang de kabel
als u vaststelt dat er draden gekrompen of doorgesneden zijn.
Controleer de
DDQVOXLWLQJHQRULsQWDWLH
van de datakabel
=RUJGDWGHNDEHOYHLOLJLVDDQJHVORWHQHQJRHGJHRULsQWHHUG
is. De kleine kabelsluiting op de connector moet juist zijn inge-
voerd en vastklikken.
Controleer de positie van
de snelheidssensormag-
neet (hiervoor moet het
ventilatordeksel worden
verwijderd)
De magneten moeten op het ventilatorblok bevestigd zijn.
Controleer de gemon-
teerde snelheidssensor
(hiervoor moet het ventila-
tordeksel worden verwij-
derd)
De gemonteerde snelheidssensor moet gelijk worden gezet
met de magneten en met de datakabel worden verbonden. Ver-
plaats de sensor indien nodig. Vervang de sensor als u schade
vaststelt aan de sensor of de aansluitdraad.
33
Situatie/Probleem Te controleren Oplossing
De console geeft het
batterijpictogram weer
Batterijen Vervang de batterijen
Het toestel werkt,
maar de telemetrische
hartslagmeting wordt niet
weergegeven
Borstband (optioneel) 'HERUVWEDQGPRHW32/$5®FRPSDWLEHOHQRQJHFRGHHUG]LMQ
Zorg ervoor dat de borstband direct contact maakt met de huid
en dat het contactvlak nat is.
Batterijen borstband Als de band is voorzien van vervangbare batterijen, plaats dan
nieuwe batterijen.
Interferentie Probeer het toestel wat verder uit de buurt van storingsbronnen
(tv, magnetron, enz.) te plaatsen.
Vervang de borstband Als de storing is verholpen en de hartslagmeting nog niet
werkt, vervang dan de borstband.
Vervang de console Als de hartslagmeting nog altijd niet werkt, vervang dan de
console.
De console wordt uitge-
schakeld (slaapstand)
tijdens het gebruik
Controleer de integriteit
van de datakabel
Alle draden in de kabel moeten intact zijn. Vervang de kabel
als u vaststelt dat er draden gekrompen of doorgesneden zijn.
Controleer de
DDQVOXLWLQJHQRULsQWDWLH
van de datakabel
=RUJGDWGHNDEHOYHLOLJLVDDQJHVORWHQHQJRHGJHRULsQWHHUG
is. De kleine kabelsluiting op de connector moet juist zijn inge-
voerd en
vastklikken.
$OVGH¿HWVJHEUXLNPDDNW
van batterijen, controleer
dan de batterijindicator
op de console of kijk de
batterijen na.
Zorg dat de batterijen correct zijn geïnstalleerd. Als de
batterijen correct zijn geïnstalleerd, vervang ze dan door
nieuwe batterijen.
Controleer de positie van
de snelheidssensormag-
neet (hiervoor moet het
ventilatordeksel worden
verwijderd)
De snelheidssensormagneten moeten op het ventilatorblok
bevestigd zijn.
Controleer de
gemonteerde
snelheidssensor
De gemonteerde snelheidssensor moet gelijk worden gezet
met de magneten en met de datakabel worden verbonden. Ver-
plaats de sensor indien nodig. Vervang de sensor als u schade
vaststelt aan de sensor of de aansluitdraad.
De console geeft de
IRXWPHOGLQJ(UUZHHU
Controleer of er geen
toets vastzit op het toet-
senbord van de console
Neem contact op met uw lokale verdeler voor verdere hulp.
Het toestel schommelt/
staat niet gelijk
Controleer de afstelling
van de stelpootjes
De stelpootjes kunnen omhoog of omlaag worden gedraaid om
GH¿HWVJHOLMNWH]HWWHQ
Controleer de vloer onder
het toestel
Het verstellen van de stelpootjes is mogelijk niet voldoende
LQKHWJHYDOYDQHHQH[WUHHPRQHႇHQYORHU9HUSODDWVGH¿HWV
QDDUHHQHႇHQUXLPWH
/RVVHSHGDOHQWRHVWHO
moeilijk om te trappen
Controleer de aansluiting
tussen het pedaal en de
crank
Het pedaal moet stevig op de crank zijn gedraaid. Controleer of
de aansluiting niet verkeerd is vastgeschroefd.
Controleer de aansluiting
tussen de crank en de as
De crank moet stevig op de as zijn gedraaid. (Aanhaalkoppel:
M8 = 40 N.P0 1.m)
34
Situatie/Probleem Te controleren Oplossing
Crankverbinding naar
pulleyaansluiting
Als de linkercrankarm met het juiste koppel nog altijd los
aanvoelt en de crankverbindingsas samen met de crankarm
beweegt, vervang dan het crankverbindingssamenstel.
Klikgeluid bij het trappen Controleer de aansluiting
tussen het pedaal en de
crank
Verwijder de pedalen. Controleer of de schroefdraad niet vuil is
en monteer de pedalen opnieuw.
Controleer de uitlijning
van de ventilator (hiervoor
moet het ventilatordeksel
worden verwijderd)
5DDGSOHHJGH³$GMXVWWKH%HOW7HQVLRQ´SURFHGXUHLQGHVHU-
vicehandleiding.
Bewegen van de zadelpen Controleer de borgpen Controleer of de verstelpen in een van de afstelgaten van de
zadelpen zit.
Controleer de vergrendel-
knop
Zorg dat de knop stevig is aangedraaid.
Handvatarmen klik op/vink
tijdens beweging
Controleer de
montagemateriaal
Schroeven aan de onderzijde van de handvatarmen moet ste-
vig zijn aangedraaid. (Aanhaalkoppel = 40 N.m)
35
8008971.011523.K
NL
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36

Schwinn AD8 Assembly & Owner's Manual

Type
Assembly & Owner's Manual