Installatiehandleiding
Inbouwafzuigkap
Bedrijfsmodus: luchtafvoer/luchtcirculatie
Dampafzuiger DFSG5, DFSG6
1075412-R01
7-2-2019
3
Elektrische aansluitingen
Elektrische aansluitingen dienen door vakmensen volgens de richtlijnen en normen m.b.t. laagspanningsinstallaties
en volgens de bepalingen van de lokale elektriciteitscentrales te worden uitgevoerd.
Een aansluitklaar apparaat mag alleen op een volgens de voorschriften geïnstalleerd, geaard stopcontact worden aangeslo-
ten. De huishoudelijke installatie dient te worden voorzien van een netscheidingsinrichting met 3mm contactopening. Schake-
laars, stopcontacten, installatieautomaten en smeltzekeringen die na de installatie van het apparaat vrij toegankelijk zijn en al-
le fasedraden schakelen, gelden als toegestane scheidingsinrichtingen. Een correcte aarding evenals geïsoleerd geïnstalleer-
de nuldraden en aarddraden garanderen een veilig en storingsvrij gebruik. Na de inbouw mogen spanningvoerende delen en
bedrijfsgeïsoleerde draden niet aanraakbaar zijn. Oude installaties controleren.
▸ Hoogte waarop het toestel mag worden gebruikt: max. 2000 m boven de zeespiegel. M.
▸ Gegevens over vereiste voedingsspanning, stroomsoort en beveiliging vindt u op het typeplaatje.
De stekker mag niet worden afgeknipt.
Afmetingen
355
30*
16
B
550/600
502/552
190
SI: 280–350
TS: 300–370
≥200
≤520
290–350
548/598
≤174
ø149,5
Verloopstuk
Gebruik van steenafwerkingen
Wandplaat (graniet, marmer) met een dikte van 20 mm
en afschuining mogelijk.
Inbouwvariant: gedeeltelijk zichtbaar (TS), zichtbaar (SI)
* Bij de inbouw van de dampafzuiger op het niveau van de onderkant van de kast moeten vanwege de bovenste afdekking van de
dampafzuiger 2 mm extra ingepland worden.
Afstand boven kookveld
Minimale afstand B
Bij elektrisch kookveld: min. 430 mm
Bij gaskookveld: min. 750 mm. Als in de installatiehandleiding van het gaskookveld een grotere afstand voorgeschre-
ven wordt, dient deze aangehouden te worden.