Asco Series 240 Solenoid Valves Installatie gids

Type
Installatie gids
IM905-21 - 3834599 IM905-21 - 3834599
6 7
Istruzioni di installazione e manutenzione
IT
Elettrovalvole 2/2 NC, sevoassistite, a membrana non guidata
corpo in ottone 3/8”-1”, serie 240
DESCRIZIONE
Serie 240, 2/2 NC:
Elettrovalvole con raccordi fi lettati 3/8”-1”. Corpo in ottone.
MONTAGGIO
L'utilizzo dei componenti ASCO deve essere conforme ai
dati tecnici riportati sulla targhetta o nella documentazione del
componente. Per prevenire danni all'apparecchiatura, evitare
che il liquido si solidifi chi a bassa temperatura e rispettare i
limiti di temperatura massimo e minimo.
Eventuali modifi che dell'apparecchiatura sono ammesse
solo se autorizzate dal produttore o da un suo rappresentante.
Prima dell'installazione, depressurizzare il sistema di tuba-
zionied eseguire la pulizia interna.
Possibilità di montaggio delle elettrovalvole in tutte le posi-
zioni senza effetti sul funzionamento.
La direzione di fl usso è indicata dalle marcature sul corpo
della valvola e nella documentazione.
Le connessioni di raccordo devono corrispondere alle di-
mensioni indicate sul corpo, sull'etichetta o nella brochure
del prodotto.
ATTENZIONE :
La riduzione delle dimensioni dei raccordi può causare
anomalie di funzionamento.
Per proteggere l’apparecchiatura, installare un fi ltro adatto
al servizio previsto sul lato di entrata, quanto più vicino
possibile al prodotto.
Se si utilizza nastro, pasta, spray o lubrifi cante simile per il
serraggio, evitare l’ingresso di particelle nel sistema.
Utilizzare attrezzi idonei e collocare le chiavi quanto più
vicino possibile al punto di raccordo.
Per evitare danni all’apparecchiatura, NON STRINGERE
ECCESSIVAMENTE le connessioni di raccordo. Applicare
una coppia di serraggio massima da 5 a 7 Nm.
Non utilizzare la valvola o la testa magnetica come.
Le connessioni di raccordo non devono esercitare forza,
coppia o tensione sul prodotto.
CONNESSIONE ELETTRICA
Tutti i collegamenti elettrici devono essere eseguiti esclu-
sivamente da personale addestrato e qualifi cato ed essere
conformi ai regolamenti e alle norme locali.
ATTENZIONE
Prima di qualsiasi intervento, disinserire l’alimentazione
elettrica dei componenti.
Tutti i morsetti a vite devono essere opportunamente serrati
prima della messa in funzione.
I componenti elettrici devono essere messi a terra in confor-
mità alle norme e ai regolamenti locali, secondo la tensione
di alimentazione.
Per garantire la continuità a terra della bobina, verifi care che
questa sia correttamente posizionata durante il montaggio/
lo smontaggio (P1).
Il collegamento elettrico dell’apparecchiatura è realizzato
come indicato di seguito:
Connettore disinnestabile secondo DIN 43650, 11 mm, norma
industriale B o ISO 4400 / EN 175301-803, form A (Quando
la connessione viene effettuata correttamente e il connettore
fornito o selezionato è IP65 o IP67, l’elettrovalvola avrà il
grado di protezione IP65 o IP67).
MESSA IN FUNZIONE
Prima di mettere il circuito sotto pressione, eseguire una
prova elettrica. Nel caso delle elettrovalvole, mettere sotto
tensione la bobina alcune volte e prestare attenzione allo
scatto metallico che indica il funzionamento del solenoide.
FUNZIONE
Le elettrovalvole sono generalmente provviste di bobine
per il funzionamento continuo. Per evitare il rischio di lesioni
personali, non toccare la testa magnetica che può riscal-
darsi durante il normale funzionamento. Se l’elettrovalvola è
facilmente accessibile, l’installatore deve predisporre mezzi
di protezione contro il contatto accidentale.
EMISSIONE SONORA
L’emissione sonora dipende dall’applicazione, dal fl uido
controllato e dal tipo di apparecchiatura utilizzato. Il livello
sonoro può essere determinato con esattezza solo con la
valvola installata nel sistema.
MANUTENZIONE
La manutenzione dei prodotti ASCO dipende dalle condi-
zioni di servizio. È raccomandata la pulizia periodica la cui
frequenza dipende dai fl uidi utilizzati e dalle condizioni di
servizio. Durante la manutenzione, deve essere verifi cata
l’usura dei componenti. È disponibile una serie completa
di componenti interni da utilizzare come kit di ricambio o di
ricostruzione. In caso di problemi durante l’installazione/la
manutenzione o in caso di dubbio, contattare ASCO o un
suo rappresentante autorizzato.
SMONTAGGIO
1 - Rimuovere la clip di fi ssaggio (1) e la bobina (2).
2 - Togliere le viti di fi ssaggio del coperchio e rimuovere lo
stesso.
3 - Togliere il nucleo-mobile (rif.5) e relativa molla (rif.6-7).
4 - Rimuovere la molla della membrana e l'insieme membrana.
5 - Pulire o sostituire tutte le parti.
RIMONTAGGIO
Rimontare le parti in ordine inverso rispetto allo smontaggio.
Veri care che la clip di fi ssaggio sia correttamente posizionata
sulla bobina.
1 - Sostituire l'insieme membrana. Il foro di pilotaggio nella
membrana deve corrispondere al foro inserito sul corpo
valvola (Vedi note 1).
2 - Posizionare la molla nella sede superiore dell'insieme
membrana.
3 - Sostituire il nucleo-mobile (rif.5) e relativa molla (rif.6-7).
4 - Inserire il coperchio con le viti di fi ssaggio. Il serraggio delle
viti (4) deve essere fatto in maniera incrociata rispettando
la coppia di serraggio.
5 - Inserire la parte elettrica e la clip di fi ssaggio.
6 - Dopo avere terminato la manutenzione, azionare la
valvola alcune volte per accertarsi del perfetto funzio-
namento in apertura ed in chiusura.
7 - Rimontare le connessioni di raccordo e serrare a una
coppia massima da 5 a 7 Nm.
Installatie- en onderhoudsinstructies
NL
2/2 magneetafsluiters NC, indirect werkend, niet-gekoppeld membraan
messing behuizing, 3/8”-1”, serie 240
BESCHRIJVING
Serie 240, 2/2 NC:
Magneetafsluiters met draadaansluitingen 3/8”-1”. Messing
behuizing.
MONTAGE
ASCO componenten zijn uitsluitend bedoeld om te worden
gebruikt binnen de technische specifi caties zoals vermeld
op de naamplaat of in de documentatie. Om schade aan
de apparatuur te voorkomen, dient u ervoor te zorgen dat
de vloeistof niet stolt bij lagere temperaturen en binnen de
grenzen van de maximum- en minimumtemperatuur blijft.
Wijzigingen aan de apparatuur mogen slechts worden
uitgevoerd na raadpleging van de fabrikant of zijn vertegen-
woordiger.
Vóór de installatie dient u het leidingenstelsel te ontluchten
en van binnen te reinigen.
De magneetafsluiters kunnen in een willekeurige positie
worden gemonteerd zonder de werking te beïnvloeden.
De stroomrichting wordt aangegeven door markeringen op
de magneetafsluiterbehuizing en in de documentatie.
Pijpaansluitingen dienen in overeenstemming te zijn met de
grootte die wordt vermeld op de behuizing, de naamplaat of
in de productbrochure.
PAS OP:
Het beperken van de aansluitingen kan een onjuiste werking
of storing veroorzaken.
Ter bescherming van de apparatuur dient u in de ingangs-
zijde zo dicht mogelijk bij de afsluiter een zeef of een fi lter te
installeren die geschikt is voor de betreffende functie.
Indien tape, pasta of spray of een vergelijkbaar smeermid-
del is gebruikt bij het aandraaien dient u te voorkomen dat
deeltjes hiervan het systeem binnendringen.
Gebruik de juiste gereedschappen en plaats steeksleutels
zo dicht mogelijk bij het aansluitpunt.
Om schade aan de apparatuur te voorkomen mag u de
pijpaansluitingen NIET TE STRAK AANDRAAIEN. Neem
een maximaal aanhaalkoppel in acht van 5 tot 7 Nm.
Gebruik de magneetafsluiter of spoel niet als hefboom.
De pijpaansluitingen mogen geen krachten of momenten op
het product overdragen.
ELEKTRISCHE AANSLUITING
Alle elektrische aansluitingen mogen uitsluitend door opge-
leid en gekwalifi ceerd personeel worden uitgevoerd en dienen
in overeenstemming te zijn met de plaatselijke voorschriften
en normen.
LET OP:
Schakel vóór iedere ingreep de elektrische stroom uit om de
stroomtoevoer naar de componenten te verbreken.
Alle schroefklemmen dienen voor inbedrijfstelling, naar
behoren te zijn aangedraaid.
Afhankelijk van de spanning dienen elektrische componen-
ten te worden geaard volgens de plaatselijke normen en
voorschriften.
Om continue aarding van de spoel te garanderen dient u
ervoor te zorgen dat deze juist gepositioneerd is tijdens de
montage/demontage (P1).
De apparatuur is als volgt elektrisch aangesloten:
Afneembare steker volgens DIN 43650, 11 mm, industrie-
norm B of ISO 4400 / EN 175301-803, form A (Mits correct
aangesloten en indien de gebruikte (geleverde of gekozen)
stekeraansluiting IP65- of IP67-geklassifi ceerd is, heeft de
magneetafsluiter beschermklasse IP65 of IP67).
INBEDRIJFSTELLING
Voordat de druk aangesloten wordt dient een elektrische
test te worden uitgevoerd. lngeval van magneetafsluiters legt
men meerdere malen spanning op de spoel aan waarbij een
duidelijk “klikken” hoorbaar moet zijn bij juist functioneren.
FUNCTIE
De meeste magneetafsluiters zijn uitgerust met spoelen
voor continubedrijf. Om het risico van persoonlijk letsel te
voorkomen dient contact met de magneetkop vermeden te
worden. Deze kan namelijk heet worden bij normaal gebruik.
Als de magneetafsluiter gemakkelijk toegankelijk is, dient de
installateur te zorgen voor bescherming tegen onbedoeld
contact.
GELUIDSEMISSIE
Dit hangt sterk af van de toepassing en het gebruikte me-
dium. De bepaling van het geluidsniveau kan pas uitgevoerd
worden nadat de afsluiter is ingebouwd.
ONDERHOUD
Het onderhoud aan de afsluiters is afhankelijk van de be-
drijfsomstandigheden. We raden u aan om het product re-
gelmatig te reinigen, in intervallen die afhankelijk zijn van het
medium en de mate van onderhoud. Controleer tijdens het
onderhoud of onderdelen zijn versleten. In geval van slijtage
zijn reserveonderdelensets beschikbaar om een inwendige
revisie uit te voeren. lngeval problemen of onduidelijkheden
tijdens montage, gebruik of onderhoud optreden dan dient
men zich tot ASCO of haar vertegenwoordiger te wenden.
DEMONTAGE
1 - Verwijder de bevestigingsclip (1) en de spoel (2).
2 - Schroef het klepdeksel los en verwijder deze.
3 - Verwijder de plunjer (nr. 5) en de bijbehorende veer (no. 6-7).
4 - Verwijder de membraan- veer en het membraan.
5 - Reinig of vervang alle onderdelen.
OPNIEUW MONTEREN
Monteer de onderdelen in omgekeerde volgorde als de de-
montage.
Controleer of de bevestigingsclip juist is gepositioneerd op
de spoel
1 - Vervang het membraan.
2 - De membraanveer met de gesloten zijde op het mem-
braan leggen.
3 - Vervang de plunjer (nr. 5) en de bijbehorende veer (no. 6-7).
4 - Monteer het klepdeksel met de (4) schroeven. Draai de
schroeven met het juiste koppel kruisgewijs aan.
5 - Hermonteer de spoel, en bevestig vervolgens de clip.
6 - Na het onderhoud dient men de afsluiter een aantal ma-
len te bedienen om het openen en sluiten te controleren.
7 - Monteer de pijpaansluitingen opnieuw en draai deze vast
met een maximumkoppel van 5 tot 7 Nm.

Documenttranscriptie

Istruzioni di installazione e manutenzione Elettrovalvole 2/2 NC, sevoassistite, a membrana non guidata corpo in ottone 3/8”-1”, serie 240 DESCRIZIONE Serie 240, 2/2 NC: • Elettrovalvole con raccordi filettati 3/8”-1”. Corpo in ottone. Installatie- en onderhoudsinstructies IT fornito o selezionato è IP65 o IP67, l’elettrovalvola avrà il grado di protezione IP65 o IP67). MESSA IN FUNZIONE Prima di mettere il circuito sotto pressione, eseguire una prova elettrica. Nel caso delle elettrovalvole, mettere sotto tensione la bobina alcune volte e prestare attenzione allo scatto metallico che indica il funzionamento del solenoide. FUNZIONE Le elettrovalvole sono generalmente provviste di bobine per il funzionamento continuo. Per evitare il rischio di lesioni personali, non toccare la testa magnetica che può riscaldarsi durante il normale funzionamento. Se l’elettrovalvola è facilmente accessibile, l’installatore deve predisporre mezzi di protezione contro il contatto accidentale. MONTAGGIO L'utilizzo dei componenti ASCO deve essere conforme ai dati tecnici riportati sulla targhetta o nella documentazione del componente. Per prevenire danni all'apparecchiatura, evitare che il liquido si solidifichi a bassa temperatura e rispettare i limiti di temperatura massimo e minimo. Eventuali modifiche dell'apparecchiatura sono ammesse solo se autorizzate dal produttore o da un suo rappresentante. Prima dell'installazione, depressurizzare il sistema di tubazionied eseguire la pulizia interna. Possibilità di montaggio delle elettrovalvole in tutte le posizioni senza effetti sul funzionamento. La direzione di flusso è indicata dalle marcature sul corpo della valvola e nella documentazione. Le connessioni di raccordo devono corrispondere alle dimensioni indicate sul corpo, sull'etichetta o nella brochure del prodotto. EMISSIONE SONORA L’emissione sonora dipende dall’applicazione, dal fluido controllato e dal tipo di apparecchiatura utilizzato. Il livello sonoro può essere determinato con esattezza solo con la valvola installata nel sistema. MANUTENZIONE La manutenzione dei prodotti ASCO dipende dalle condizioni di servizio. È raccomandata la pulizia periodica la cui frequenza dipende dai fluidi utilizzati e dalle condizioni di servizio. Durante la manutenzione, deve essere verificata l’usura dei componenti. È disponibile una serie completa di componenti interni da utilizzare come kit di ricambio o di ricostruzione. In caso di problemi durante l’installazione/la manutenzione o in caso di dubbio, contattare ASCO o un suo rappresentante autorizzato. ATTENZIONE : • La riduzione delle dimensioni dei raccordi può causare anomalie di funzionamento. • Per proteggere l’apparecchiatura, installare un filtro adatto al servizio previsto sul lato di entrata, quanto più vicino possibile al prodotto. • Se si utilizza nastro, pasta, spray o lubrificante simile per il serraggio, evitare l’ingresso di particelle nel sistema. • Utilizzare attrezzi idonei e collocare le chiavi quanto più vicino possibile al punto di raccordo. • Per evitare danni all’apparecchiatura, NON STRINGERE ECCESSIVAMENTE le connessioni di raccordo. Applicare una coppia di serraggio massima da 5 a 7 Nm. • Non utilizzare la valvola o la testa magnetica come. • Le connessioni di raccordo non devono esercitare forza, coppia o tensione sul prodotto. SMONTAGGIO 1 - Rimuovere la clip di fissaggio (1) e la bobina (2). 2 - Togliere le viti di fissaggio del coperchio e rimuovere lo stesso. 3 - Togliere il nucleo-mobile (rif.5) e relativa molla (rif.6-7). 4 - Rimuovere la molla della membrana e l'insieme membrana. 5 - Pulire o sostituire tutte le parti. CONNESSIONE ELETTRICA Tutti i collegamenti elettrici devono essere eseguiti esclusivamente da personale addestrato e qualificato ed essere conformi ai regolamenti e alle norme locali. ATTENZIONE • Prima di qualsiasi intervento, disinserire l’alimentazione elettrica dei componenti. • Tutti i morsetti a vite devono essere opportunamente serrati prima della messa in funzione. • I componenti elettrici devono essere messi a terra in conformità alle norme e ai regolamenti locali, secondo la tensione di alimentazione. • Per garantire la continuità a terra della bobina, verificare che questa sia correttamente posizionata durante il montaggio/ lo smontaggio (P1). Il collegamento elettrico dell’apparecchiatura è realizzato come indicato di seguito: • Connettore disinnestabile secondo DIN 43650, 11 mm, norma industriale B o ISO 4400 / EN 175301-803, form A (Quando la connessione viene effettuata correttamente e il connettore RIMONTAGGIO Rimontare le parti in ordine inverso rispetto allo smontaggio. Verificare che la clip di fissaggio sia correttamente posizionata sulla bobina. 1 - Sostituire l'insieme membrana. Il foro di pilotaggio nella membrana deve corrispondere al foro inserito sul corpo valvola (Vedi note 1). 2 - Posizionare la molla nella sede superiore dell'insieme membrana. 3 - Sostituire il nucleo-mobile (rif.5) e relativa molla (rif.6-7). 4 - Inserire il coperchio con le viti di fissaggio. Il serraggio delle viti (4) deve essere fatto in maniera incrociata rispettando la coppia di serraggio. 5 - Inserire la parte elettrica e la clip di fissaggio. 6 - Dopo avere terminato la manutenzione, azionare la valvola alcune volte per accertarsi del perfetto funzionamento in apertura ed in chiusura. 7 - Rimontare le connessioni di raccordo e serrare a una coppia massima da 5 a 7 Nm. 6 IM905-21 - 3834599 2/2 magneetafsluiters NC, indirect werkend, niet-gekoppeld membraan messing behuizing, 3/8”-1”, serie 240 BESCHRIJVING Serie 240, 2/2 NC: • Magneetafsluiters met draadaansluitingen 3/8”-1”. Messing behuizing. MONTAGE ASCO componenten zijn uitsluitend bedoeld om te worden gebruikt binnen de technische specificaties zoals vermeld op de naamplaat of in de documentatie. Om schade aan de apparatuur te voorkomen, dient u ervoor te zorgen dat de vloeistof niet stolt bij lagere temperaturen en binnen de grenzen van de maximum- en minimumtemperatuur blijft. Wijzigingen aan de apparatuur mogen slechts worden uitgevoerd na raadpleging van de fabrikant of zijn vertegenwoordiger. Vóór de installatie dient u het leidingenstelsel te ontluchten en van binnen te reinigen. De magneetafsluiters kunnen in een willekeurige positie worden gemonteerd zonder de werking te beïnvloeden. De stroomrichting wordt aangegeven door markeringen op de magneetafsluiterbehuizing en in de documentatie. Pijpaansluitingen dienen in overeenstemming te zijn met de grootte die wordt vermeld op de behuizing, de naamplaat of in de productbrochure. PAS OP: • Het beperken van de aansluitingen kan een onjuiste werking of storing veroorzaken. • Ter bescherming van de apparatuur dient u in de ingangszijde zo dicht mogelijk bij de afsluiter een zeef of een filter te installeren die geschikt is voor de betreffende functie. • Indien tape, pasta of spray of een vergelijkbaar smeermiddel is gebruikt bij het aandraaien dient u te voorkomen dat deeltjes hiervan het systeem binnendringen. • Gebruik de juiste gereedschappen en plaats steeksleutels zo dicht mogelijk bij het aansluitpunt. • Om schade aan de apparatuur te voorkomen mag u de pijpaansluitingen NIET TE STRAK AANDRAAIEN. Neem een maximaal aanhaalkoppel in acht van 5 tot 7 Nm. • Gebruik de magneetafsluiter of spoel niet als hefboom. • De pijpaansluitingen mogen geen krachten of momenten op het product overdragen. NL norm B of ISO 4400 / EN 175301-803, form A (Mits correct aangesloten en indien de gebruikte (geleverde of gekozen) stekeraansluiting IP65- of IP67-geklassificeerd is, heeft de magneetafsluiter beschermklasse IP65 of IP67). INBEDRIJFSTELLING Voordat de druk aangesloten wordt dient een elektrische test te worden uitgevoerd. lngeval van magneetafsluiters legt men meerdere malen spanning op de spoel aan waarbij een duidelijk “klikken” hoorbaar moet zijn bij juist functioneren. FUNCTIE De meeste magneetafsluiters zijn uitgerust met spoelen voor continubedrijf. Om het risico van persoonlijk letsel te voorkomen dient contact met de magneetkop vermeden te worden. Deze kan namelijk heet worden bij normaal gebruik. Als de magneetafsluiter gemakkelijk toegankelijk is, dient de installateur te zorgen voor bescherming tegen onbedoeld contact. GELUIDSEMISSIE Dit hangt sterk af van de toepassing en het gebruikte medium. De bepaling van het geluidsniveau kan pas uitgevoerd worden nadat de afsluiter is ingebouwd. ONDERHOUD Het onderhoud aan de afsluiters is afhankelijk van de bedrijfsomstandigheden. We raden u aan om het product regelmatig te reinigen, in intervallen die afhankelijk zijn van het medium en de mate van onderhoud. Controleer tijdens het onderhoud of onderdelen zijn versleten. In geval van slijtage zijn reserveonderdelensets beschikbaar om een inwendige revisie uit te voeren. lngeval problemen of onduidelijkheden tijdens montage, gebruik of onderhoud optreden dan dient men zich tot ASCO of haar vertegenwoordiger te wenden. DEMONTAGE 1 - Verwijder de bevestigingsclip (1) en de spoel (2). 2 - Schroef het klepdeksel los en verwijder deze. 3 - Verwijder de plunjer (nr. 5) en de bijbehorende veer (no. 6-7). 4 - Verwijder de membraan- veer en het membraan. 5 - Reinig of vervang alle onderdelen. ELEKTRISCHE AANSLUITING Alle elektrische aansluitingen mogen uitsluitend door opgeleid en gekwalificeerd personeel worden uitgevoerd en dienen in overeenstemming te zijn met de plaatselijke voorschriften en normen. LET OP: • Schakel vóór iedere ingreep de elektrische stroom uit om de stroomtoevoer naar de componenten te verbreken. • Alle schroefklemmen dienen voor inbedrijfstelling, naar behoren te zijn aangedraaid. • Afhankelijk van de spanning dienen elektrische componenten te worden geaard volgens de plaatselijke normen en voorschriften. • Om continue aarding van de spoel te garanderen dient u ervoor te zorgen dat deze juist gepositioneerd is tijdens de montage/demontage (P1). De apparatuur is als volgt elektrisch aangesloten: • Afneembare steker volgens DIN 43650, 11 mm, industrie- OPNIEUW MONTEREN Monteer de onderdelen in omgekeerde volgorde als de demontage. Controleer of de bevestigingsclip juist is gepositioneerd op de spoel 1 - Vervang het membraan. 2 - De membraanveer met de gesloten zijde op het membraan leggen. 3 - Vervang de plunjer (nr. 5) en de bijbehorende veer (no. 6-7). 4 - Monteer het klepdeksel met de (4) schroeven. Draai de schroeven met het juiste koppel kruisgewijs aan. 5 - Hermonteer de spoel, en bevestig vervolgens de clip. 6 - Na het onderhoud dient men de afsluiter een aantal malen te bedienen om het openen en sluiten te controleren. 7 - Monteer de pijpaansluitingen opnieuw en draai deze vast met een maximumkoppel van 5 tot 7 Nm. 7 IM905-21 - 3834599
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9

Asco Series 240 Solenoid Valves Installatie gids

Type
Installatie gids